FLITSEN VAN HET WITTE DOEK. Hollywoods monopolie bedreigd. WALT DISNEY. Het anti-irustlilmproces van ROOSEVELT, Filmindustrie wordt van vele zijden aangevallen. STERREN IN DE CARICATUUR. - m f* Miniatuur-filmpjes. r- ONZE BIOSCOPEN. Actie van geleerden, Hollywood, het Mekka der film industrie en filmfans, voelt zich verre van behagelijk en geenszins in een stemming om luidruchtig te pochen op de behaalde successen. De waarheid is, ondanks de gebruikelijke publicatie van de millioenennota's voor de nieuwe productie, dat de Amerikaansche film industrie ernstig wordt belaagd. Van vele zijden wordt zij aangevallen en de resultaten van al deze tegenwerkende krachten is een gevoelige weerslag in de winsten. En daarmede worden zij in de zwakste zijde getroffen! De moeilijkheden die Hollywood onder vindt, zijn eensdeels van internen aard, an derzijds worden zij veroorzaakt door de houding van het publiek en door de bedrei ging van de buitenlandsche industrie waar door belangrijke afzetgebieden dreigen te loor te gaan. In de Ver. Staten heeft men te kampen met een tegenwerking van Roo- sevelt, de concurrentie van Frankrijk, de waarschijnlijk tot nieuw leven komende Engelsche en Russische productie en ten slotte de neiging van sommige landen als Duitschland en Italië, de eigen industrie te stimuleeren en de autarkie-wenschen te bevredigen. Een aantal symptomen, belang rijk genoeg om afzonderlijk beschouwd te worden en er uiteindelijk een conclusie uit te trekken. Strijd tegen de trust. Vooreerst is daar dan de actie van Roo- sevelt die een scheiding tusschen produc tie en vertooning wil bewerkstelligen. Zoo als men weet is Amerika, en Roosevelt in het bijzonder nooit erg gesteld geweest op de trusts. Integendeel is er immer gepoogd de vorming van groote concerns en de mo nopoliseering tegen te gaan. Trustwetten zijn nochtans altijd te ontduiken geble ken, doch Roosevelt, wiens New Deal de groote bankiers en financiers nog steeds een doorn in het oog is, liet er geen gras over groeien. Reeds in het begin van zijn ambts periode ontbrandde een (voorloopig nau welijks merkbare) strijd met de producers. Pas kort is deze strijd ook voor hen die niet achter de schermen vertoeven, aan het licht gekomen toen Roosevelt besloot een groot proces te beginnen tegen de film trusts en het departement van Justitie een serie aanklachten formuleerde. De afloop van dit proces, waarin de groote maat schappijen zijn betrokken, wordt met span ning tegemoet gezien en de redenen liggen voor de hand. Twee milliard dollar f Men moet weten dat in de Amerikaan sche filmindustrie een bedrag van twee milliard dollar is geïnvesteerd, oftewel twee-derde van het wereldfilmkapitaal. Van deze twee milliard dollar wordt niet minder dan 80 pCt. of 1.600.000.000 be- heerscht door de groote maatschappijen: Paramount, 20th Century Fox, Warner Bros, R.K.O., Metro Goldwyn Mayer, Uni- versal, United Artists en Columbia, met al hun nevenondernemingen. Men begrijpt dat dit kapitaal een sterk wapen is, maar nog krachtiger wordt het als men weet, dat Amerika 16.251 bioscopen telt en dat hier van 11375 of ruim 70 pCt. onder controle staan of eigendom zijn van de genoemde acht maatschappijen, welke het dus in hun hand hebben hun films te draaien in hun eigen theaters. Wanneer Roosevelt zich dan tegen de groote mannen van Wallstreet keert, zich beijvert om het kapitaal te bestrij den en zijn New Deal ten uitvoer gaat brengen, stuit hij oogenblikkelijjt op den invloed die de magnaten op zijn po litiek hebben middels de door hen be stuurde film. Bovendien is het voor de kleine ondernemers en de middenstan ders, de menschen die Roosevelt tot zijn kiezers heeft, reeds lang onaange naam dat de onafhankelijke filmpro ductie geen kans van slagen heeft. Als het al een maatschappij van geringen omvang gelukt goede films af te leveren dan zit men voor het bezwaar dat deze 1'ilms, wanneer de „big bosses" niet mede werken, slechts vertoond kunnen worden in de 30 pCt. „wilde bioscopen", en dat zijn in den regel niet de première-theaters, noch de fantastische paleizen. Het zijn meeren- deels goedkoope, kleine bioscopen. Een scheiding tusschen productie en projectie zou dus van zeer verstrekkende beteekenis zyn. De verkiezingen. Dit zijn de voornaamste grondslagen van het anti-filmtrust-proces en het laat zich aanzien dat Roosevelt nog voor het eind van deze, zijn tweede ambtsperiode tot een resultaat wil ko men. Mocht de jongste verkiezingsuit slag inderdaad, zooals dat door sommi gen wordt verwacht, den neergang in luiden van de New Deal, dan zal er ze ker spoed betracht worden. In het Wallstreet-Hollywoodkamp is al bescheiden gejuicht, doch optimistisch is men nog geenszins. Tot nog toe is het di plomatieke antwoord van Will Hays nog het eenige bescheid gebleven op de aan kondiging van het proces, ofschoon er ach ter de coulissen wel het een en ander ge zegd zal worden. Doch er is meer dat Hollywoods gouden troon ondermijnt, n.L de ontstemming die er heerscht onder de 88.000.000 menschen die wekelijks in Amerika de bioscopen fre- quenteeren. Zij zijn al lang niet tevreden met wat hun wordt voorgezet en deze on tevredenheid openbaart zich wederom op gevoelige wijze: in een dalend bezoek. Ginger Rogers GIMGER ROGERS Is deze daling gedeeltelijk een gevolg van de economische omstandigheden, en wellicht ook voor een deel te wijten aan een psychologische „filmmoeheid", zij wordt toch in niet gei'inge mate beïnvloed door de kwaliteit der films en ten opzichte daarvan heeft Amerika een criterium ge kregen in de buitenlandsche films die ge ïmporteerd worden, met name in de Fran- sche, die veel succes oogsten. Voor Euro- peesche begrippen is het nogal logisch dat het streven ieder het zijne te geven, het „elck wat wils" principe tenslotte als con sequentie heeft, dat niemand er meer be vrediging in vindt. Er schijnt iets te man- keeren aan den barometer die reageert op de publieke smaak, Hollywoods grootste angst. Het schijnt ook, dat men ook in Amerika hoogere eischen gaat stellen. Aan deze ontevredenheid werd op vele wijzen uiting gegeven: door de onafhanke lijk filmcritici, de afkeurende stemmen van verscheidene zijden, en ook in vakkringen liet men zich niet onbetuigd, zooals uit de mededeelingen van vooraanstaande regis seurs was te zien. Actie van professoren. Het opmerkelijkst was echter de actie van het Institute of Propaganda Analysis der Columbia Universiteit, dat onder lei ding van gezaghebbende professoren, pae- dagogen en psychologen heftig tegen de vervlakking door de industrie fulmineerde. Zij formuleerden hun bezwaren tegen de behandelde onderwerpen als: het veron achtzamen der economische moeilijkheden, de vreemde wijze waarop de criminaliteit wordt verfilmd, de verheerlijking van het militairisme en den oorlog zonder op den ernstigen ondergrond van deze problemen te wqzen. Verder kantte men zich tegen de „wenschdroomfilm", die het zoo voorstelt dat rijkdom en luxe voor een ieder gemak kelijk te bereiken zijn en als vanzelfspre kend worden aanvaard, de minachting voor vreemde rassen, het negeeren van groote sociale problemen, het eeuwige happy en- ding, enz. enz. De geleerde heeren waren verre van malsch in hun critiek, welke ech ter veel weerklank vond. Reeds tevoren had de filmindustrie de strubbelingen voorvoeld en zooals zulks te doen gebruikelijk is aan gene zijde van den grooten haringvijver, een enorme reclame campagne op touw gezet. Deze, kapitalen verslindende propaganda, had weliswaar tijdelijk een stijging ten gevolge maar de groote vraag is: wat brengt de toekomst, hoe zal het anti-filmtrustproces eindigen en hoe zal de buitenlandsche film evoluee- ren. Over dit laatste onderwerp echter in een volgend artikel. J. v. E. Joseph von Sternberg tcekent contract bij M.G.M. „Joseph von Sternberg teekent ten lang durig contract bij Metro-Goldwyn-Mayer", aldus luidt het officieele bericht, v rstrekt door de Studioleiding in Culver City. Deze befaamde Weensche regisseur, die vooral be kendheid verwierf als maker van tallooze Mariene Dietrich films, waaronder „De Blau we Engel" cn „De Blonde Vcnus", heeft ech ter nog meerdere beroemde films op zijn naam staan; de bekendste hiervan zijn wel: „Salvation Hunters", „The Last Command", „Docks of New-York" en „An Ame'ican Tragcdy". Met deze uiterst belangrijke aanwinst be wijst M.G.M. opnieuw hoe hoog het de me dewerking vooral van Europeesche regis seurs voor haar films acht. In 't laatste jaar werden o.m. prof. Leopold Jessner, Julien Duvivier, Reinhold Schünzel en Wilhelm Thiele in vasten dienst der Metro-Goldwyn- Mayer geëngageerd. De eerste film, welke Joseph von Stern berg in zijn nieuwen werkkring zal maken, is getiteld New-York Cinderella. De hoofd rollen worden vervuld door Spencer Tracy en Hedy Lamarr. Achter den naam Hedy Lamarr verschuilt zich de vrouw, die in korten tijd de „beroemdheidsladder" wist te bestijgen door haar opmerkelijke creatie in Gustav Machaty's „Extase". Destijds trad zij op onder den naam van Hedy Kiessler. Ook voor haar is dit de eerste film, die zij onder contract voor Metro-Goldwyn-Mayer maakt. LEVENSSPIEGEL. Theater Harmonie. Met dit programma, dat men houde daar rekening mee slechts vertoond wordt tot en met a.s. Woensdag, zal de directie ongetwijfeld succes oogsten, om dat èn hoofdnummer èn bijprogramma aantrekkelijk zijn. In een paar journalen tre^t het wereldgebeuren aan ons oog voorbij en rijk zijn de vele foto's van ver schillende takken van sport. Voorts komen er een paar aardige teekenfilms, waarbij we o.a. den bekenden Poppeye zien als prijsdanser en Porky als brandweerman. En dan komt het hoofdnummer Levens spiegel, waarvan de kern is het conflict tusschen de officieele geneeskunde en de kwakzalverij. We zien beide in actie: den bekwamen dokter met officieele weten schap en den kwakzalver, die zijn weten schap kreeg toen hij in de oogen keek van zijn stervende vrouw de oogen, die hij „den spiegel des levens" noemt. Ook nog een andere „wonderdokter" verschijnt op het doek, een schoenmaker, die specialist is in verstuikte voeten dit met één rukje demonstreert bij eenstudente in de medicijnen. Men moet zien en hooren hoe vol vuur de professor de officieele genees kunde verdedigt en hoe de dochter van eerstgenoemden kwakzalver een jonge dame die voor haar doctoraal examen staat de stelling naar voren brengt, dat de kwakzalvers uit de practijk weten wat de „echte" geneeskundigen uit de boeken haalden, Het spel van Paula Wessely, die in deze Duitsche film de rol speelt van Hanna, de dochter van den kwakzalver-juwelier (Peter Petersen) is in het bijzonder te loven, omdat haar gemoedsbewegingen op haar gelaat zijn te lezen en dus ook haar teleurstelling in dokter Eberle (Attila Hörbiger) den eersten assistent'van prof. Tlusty, een teleurstelling, die haar noopt de universiteit te verlaten. Dat het ten slotte toch nog een hereeniging wordt is eigenlijk een bijkomstigheid. Mooi zijn in deze film de opnamen in het ziekenhuis en de collegezalen en die uit het bergland. SNEEUWWITJE EN DE ZEVEN DWERGEN. City Theater. Terwijl buiten het wintersprookje tot werkelijkheid is geworden kan men in het City Theater ook deze Kerstmisweek ge nieten van dat .ndere, wonderbare sprook je door Walt Disney tot leven gebracht: Het in natuurlijke kleuren geteekende sprookje van Sneeuwwitje en de Zeven Dwergen. Het eerste groote teekenfilm- hoofdnummer, dat hier geprolongeerd is. Welk een artist Walt Disney is, blijkt nu wel heel duidelijk. Zijn teekeningen leven en wat hij in deze film bereikt heeft met zijn dieren in het bosch en de dwergen in het huisje is inderdaad boven allen lof verheven. De bewegingen van Sneeuw witje zijn een en al gratie b.v. op het feest met de dwergen. En welk een stel prach tige typen deze zeven kleine kereltjes, elk luisterende naar een naam die ze zoo juist typeert. Bijzonder op den voorgrond treden Doe, Grumpey en Dopey. Men moet op de fijne kleinigheden letten, die hun rollen zoo aantrekkelijk maken, evenals de die ren telkens weer voor verrassingen zor gen. In deze feestweek mag niemand, die Sneeuwwitje nog niet zag, verzuimen dit bijzondere werk te gaan zien. Het voorprogramma bevat verschillende interessante nummers. Een mooi Fox Movietone Nieuws en een Hollandsch Nieuws van Polygoon als jour naals. Een zeer interessante sportfilm met tal van prachtige opnamen van zwemmen, speciaal schoonspringen. Een film met zang en dans onder den titel: Zoutwater- artisten en een klucht van Edgar Kennedy getiteld Schoonpapa chauffeert. Een feestprogramma voor de komende dagen, dat aller belangstelling verdient. „DAAR WAAR MIJN SARIE WOON Roxy-thcatcr. Het Roxy-theater brengt deze week een film met boven genoemden titel de wel zéér vrije vertaling van „We're going to be rich". Deze Engelsche titel geeft beter weer wat het verhaal inhoudt: Het leven op de toekomst, die toch eenmaal geluk moet brengen. Geluk voor de rauwe, drin kende. vechtende (en misschien ook nog wel af en toe werkende) kolonisten uit Johannesburg of daaromtrent in de tweede helft van het Victoriaansche tijdperk. Oók voor GracieiFields, die hier in de film als „Kit" ten tooneele verschijnt, die met on navolgbaar talent de rumoerige zaal vol feestenden met haar liedjes weet te „tem men". Ja en wat is er verder dan nog te vertellen van deze film. Het verhaal zélf Walt Disney is dc man, die door Holly- wood's genieën eenparig als „het" genie wordt beschouwd. Zijn eerste geteekende hoofdfilm „Sneeuw witje en de zeven Dwergen" brengt hem op het hoogtepunt van zijn roem en Disney ontkent niet, dat hij dit prettig vindt. Hij filosofeert er echter niet lang over en is direct aan zijn volgende groote teekenfilm, „Pinokkio", begonnen. Mickey Mouse blijft echter de grootste plaats in zijn hart innemen. Zijn carrière vangt eigenlijk met Mickey aan. Disney had teekenfilms gemaakt met „Oswald", het konijn als hoofdpersoon, maar had afstand moeten doen van zijn rechten op deze figuur en bleef zitten zonder werk en een hoofdpersoon voor zijn verdere „anima- ted cartoons". Hij zat in een trein op weg van New York naar Hollywood, vastbesloten om opnieuw te beginnen, toen er een idee bij hem opkwam. Hij vertelde dit aan zijn vrouw: „De avonturen van een muis". Het moest de geschiedenis worden van een muis die een solovlucht onderneemt, in den trant van Lindbergh. Dit was in 1927. Daar hij een zwak heeft voor alliteraties, zei Disney: „F.n ik noem hem Mortimer Mouse". „Denk je niet dat Mickey Mouse beter is?" vroeg Mevrouw Disney. ensceneerjng, waarbij alle medewerkers w een rol toebedeelen en dan het grootste ni zier hebben. Het komt echter ook wel v dat het personeel een korte, getikte inhonÜ van een verhaal ter hand gesteld worrit Deze inhoud is door Disney gedicteerd h'; schrijft zijn verhalen nooit op. Hij heeft dictaphone in zijn kantoor en legt zijn ide^" vast op de wasrol, evenals Chaplin dit doet' Hij kent alle sprookjes, waar hij sinds zi jeugd dol op is. Bij het ontwerpen van zilr sprookjesfilms past hij een eenvoudig hulJ middel toe. Hij neemt alleen de voorvallen die hij en hij beschouwt zichzelf als der doorsnee-toeschouwer zich uit het verhaal herinnert. Dan baseert hij zijn film op die voorvallen. De rest van de geschiedenis wordt door hem en zijn medewerkers er bii gefantaseerd. Vergelijkt u eens een van zijn cartoons met het oorspronkelijke sprookje en u zult zien hoe rijk zij zijn aan nooit vermoede details en verrassende karakteriseering. Disney is een eenvoudig man met onschul dige liefhebberijen. Hij gaat veel naar de bioscoop, leest veel kranten en eet sober. Hij drinkt en rookt matig, het eerste alleen als hij in gezelschap is. Hij is erg zuinig op zijn haar en heeft altijd een kam bij de hand om zich te coiffeeren voor hij bezoekers ont vangt. Hij geeft niet veel om tooneel. Het ergert Walt Disney is op 5 December 1901 te Chi- cago geboren en is van Iersch-Amerikaan sche en Duitsche afkomst. Zijn eerste teeken bord was de muur van zijn ouderlijk huis in Missouri. Hij schilderde er dieren op, hoofd zakelijk paarden en varkens, met een teer- stok. Tegenwoordig zet hij geen teekenpen op papier en toch maakt hij teekenfilms. Hoe kan dat? zult u vragen. Hier hebt u in kort bestek hoe alles in zijn werk gaat: Hij heeft zijn eigen studio en hij spreekt over zijn medewerkers als „his happy family". De ideeën voor de „cartoons", zooals in Ameri ka teekenfilms kortweg genoemd worden, zijn voor het meerendeel van hem afkom stig, maar worden uitgewerkt, geteekend door zijn staf. Tijdens een lunch met zijn medewerkers bespreekt hij zijn plannen met „zijn gelukkige familie". De idee ondergaat een test; er worden voorstellen gedaan en bezwaren opgeworpen. Een verhaal wordt gewoonlijk aanschouwelijk voorgesteld door i hem te zien hoeveel mogelijkheden er zijn, welke de tooneel-acteurs en regisseurs on benut laten. Hij zegt dat het visueele ele ment, dat in het tooneelspel schuilt, onder schat wordt en zoolang dit braak ligt, zal het tooneel bij de film achtergesteld worden. Hij gelooft trouwens, dat de film meer ge legenheid biedt voor artistieke schepping. Voor het eerst heeft hij de namen van de teekenaars, die aan „Sneeuwwitje en de zeven Dwergen" gewerkt hebben, 'bij ae film vermeld. Hij heeft nooit gewild, dat er veel publiciteit en aandacht gewijd werd aan zijn medewerkers, omdat dit jaloezie teweeg zou brengen in de Disney „familie". Maar hij wilde zijn medewerkers zijn waar deering toonen voor hun prachtig werk in „Sneeuwwitje". Hij geeft niets om kleeren, als ze maar ge makkelijk zitten, en is een van de weinige Hollywood millionnairs, die confectie draagt. Mickey Mouse en andere filmmuizen zun de eenige muizen, waar hij niet bang voor is. is van weinig belang. Het verloopt als zoo véél van die histories, die het leven in de uithoeken der beschaving weergeven, waar de vuist het meest overtuigende argument is bij kwesties door drank of jalouzie. 't Geheel geeft wellicht een beeld van de toestanden zooals die in de jaren '80 in Johannesburg heerschten. Misschien ook niet. De historie zou vrijwel overal elders kunnen gebeuren. Maar d i t staat vast: er gebeurt ontzaglijk veel in deze film, wat de liefhebbers van een „gezellig" knokpartijtje op het witte doek zal be koren. En verder: Gracie Fields zingt goed! Het voorprogramma geeft o. m. Poly- goonnieuws, een éénacter van het bekende genre: „Liefde op het platteland" en een tweetal teekenfilmpjes beide in kleu ren waarvan vooral „The moth en the flamevan Walt Disney onze bizondere aandacht verdient. DRIE KAMERADEN. Victoria-theater. Men kent den roman van Erich Maria Remarque den roman, die na ,Im Westen nichts neues" en „Der Weg zurück" tot een der bekendste van dezen tijd is geworden. Het is de geschiedenis van de drie'kame raden, drie jonge mannen, die als officier de oorlogsjaren hebben doorgemaakt en in de loopgraven lief en leed tesamen hebben ge deeld en dan als burgers in het aan partij twisten overgeleverde Duitschland terug- keeren. Zij beginnen, om in hun onderhoud te kunnen voorzien, tesamen een garage en zij zyn de trotsche bezitters van Baby, den racewagen van Otto Koster, waarmee zij des avonds tochten naar de omstreken gaan maken. Op een van die tochten ontmoeten zij dan Patricia, die in hun aller leven zoo'n groote rol zal gaan spelen. Het zal de vrouw van Erich worden, maar zij is daarnaast de groote vriendin van Godfried en Otto cn het viertal gaat samenwonen en leeft van de sobere verdiensten van een auto, die eens gerepareerd moet worden cn om welk karweitje nog duchtig moet worden ge vochten. De tijd komt, dat Patricia haar oude kwaal terug krijgt en naar een sana torium moet. Dan is het uit met de gezellige bijeenkomsten en met de tochten naar buiten en de feestpartijtjes in het café van Alfons. Dan trekt Patricia naar een sanatorium cn om de kosten daarvan te betalen verkoop Koster zijn beroemden auto. Godfried word op laaghartige wijze door zijn politieke tegenstanders doodgeschoten cn Koster wreekt hem. Maar intusschen wordt Patricia niet beter en een roerende sterfcène speel zich af in het sanatorium in het hooge Noorden waar geen professor hoe sne Otto Koster hem ook vervoeren kan meer hulp zal kunnen bieden. Een prachtige film, waar Frank ®or^a,® als regisseur trotsch op kan zijn. Een firn* vol sentiment, vol spanning en avontuur e met een zeer menschelijken cn zeerM®6. voeligen kant waarin Robert Taylor, Ma^ geret Sullavan, Franchot Tone en Rohe Young een prachtig samenspel leveren. Vooraf gaat een uitgebreide serie nieU uit binnen- en buitenland, een sport- en hendigheidsopname en een alleraardig gekleurde screensong.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1938 | | pagina 16