PAM'S WONDERLIJKE AVONTUREN. Glimlachje Arrondissement* Rechtbank te Alkmaar. De moordaanslag te Waddinxveen. Resp. 10 en 6 jaar geëischt. Waarnemingen over mond en klauwzeer. TWEEDE BLAD. 3 Rechter, mr. Krabbe, keek perplexd en fluisterde den officier, wiens brilleglazen verdacht flikkerden, toe: „Wat een vreese- lijk mensch!" Verdachte, wie onder het oog werd ge bracht, dat ze al twee keer wegens beleedi- ging was veroordeeld, liet niet af haar on schuld te betuigen. Ze had ,,'t niet said" en daarom was ze naar Alkmaar gekomen, an ders was ze, evenals de vorige keeren, wel thuisbleven. De anderen hadden haar al twee jaar lang uitgelachen. De rechter: Kan dat niet aan u zelf liggen? Verdachte Absoluut niet. De officier kende maar één soort leugens, in tegenstelling met de juffrouw, die zijns inziens geen slot op heur mond kon houden. Omdat de vorige veroordeelingen niet ge holpen hadden, moest nu maar eens 1 20 of tien dagen worden opgelegd. De verdachte: Daar ga ik niet mee accoord.' Rechter: Het is nog niet zoo ver. Verdachte: Piet Zwaan de peterolieventer heeft er ook niks van gehoord. Het zijn alle maal openbare leugen!" Het maakte op den rechter geen indruk, weshalve het vonnis conforrh den eisch W3S. Wellicht maakt het Amsterdamsche Hof nu nog kennis met deze zwarte juffrouw uit Opperdoes. Je kunt goedkooper gaan zitten. Onder de achttien te behandelen kwesties bevond zich ook een aantal mishandelings- zaken, die bijna allemaal op hetzelfde neer- kwmen: een klap zus, een schop zoo. De Heldersche stucadoor L. was op een Zaterdagavond na een bezoek aan een café slaags geraakt met een hulpkellner, die hij in het gezicht sloeg en tegen een been schop te, zoodat het slachtoffer een halve week thuis moest blijven van de pijn. L. was heel beleefd, vertelde dat hij onmiddellijk vijf tien gulden schadevergoeding had willen betalen (nu, 2 y, maand later, was nog niets betaald) en dat z'n heele familie wilde spa ren om de boete te betalen, als hij maar niet in de gevangenis kwam. De heeren in toga hadden echter graag daden gezien en von den, dat de familie beter wat eerder voor de schadevergoeding had kunnen sparen. Zeven dagen gevangenisstraf waren eisch en von nis. De Heldenaar keek niets bedroefd, toen hij geen boete behoefde te betalen. In zeven dagen verdien je tegenwoordig niet gauw twee of drie tientjes. Dure voederbieten. De zestigjarige landbouwer W. uit Nieu we Niedorp had uit slordigheid of omdat hij er niet aan had gedacht voer te koopen, bij een buurman ongeveer 75 kilo voederbieten voor zijn zeven koeien gestolen. De man bleek er tamelijk onverschillig over te den ken, al wilde hij (wellicht om de gevolgen) wel, dat hij het niet gedaan had. Hoewel de schade maar drie kwartjes was, vorderde de officier omwille van ,die onverschilligheid nu 30 of 15 dagen. „Dat kan ik niet betalen", zei de boer. Dan ga je maar in de hechtenis zitten, zei de rechter. Vonnis 25 of 10 dagen. Hij mocht de kussens houden. De kapper K. uit Hoorn had diverse goe deren bij een boelhuis in Wijdenes gekocht en toen twee beddenkussens meegenomen, die niet van hem, maar van een juffrouw uit Wijdenes waren. De kapper zei zich vergist te hebben. Hij wist niet of hij de kussens, waarop hij wel geboden had, ook had gekocht, maar omdat een ander zei van wel, had hij ze meege nomen en later aan een kennis verkocht voor een dubbeltje het stuk onder beding, dat de rest der goederen door die kennis gratis naar Hoorn zou worden vervoerd. Het klonk alles heel geloofwaardig en om dat de eenige getuige geen afdoende tegen argumenten kon aanvoeren, volgde, op vor dering van den officier, vrijspraak. Hij had voordeeliger thuis kunnen blijven. Terecht moesten ook nog staan een aantal anti-militairisten uit Wieringen, die mede werking hadden geweigerd aan de verduis teringsproeven op 21 November ten behoeve van de luchtafweer gehouden. Van hen was alleen de arbeider ten C. verschenen, die verklaarde uit principe niet te hebben mee- verduisterd, ook niet, toen de brigadier van de rij ksveldwacht Tj. Brouwer dat had ge vorderd. Verdachte wenschte niet mee te werken aan de voorbereiding van den oorlog en aan het bij voorbaat reeds spekken van de zakken der O.W.ers. De officier vond, dat iedere burger zich aan de wet heeft te houden of anders maar naar Duitschland of Rusland moet gaan (alsof je daar niet moet gehoorzamen!). De eischen was: 1 maand gevangenisstraf. De rechter, die al heel weinig van de argu menten der anti-militairisten scheen te weten en te begrijpen, vonniste conform. De andere Wieringers, R. B., diens broeder J. P. B. en KI. S. werden bij verstek, con form den eisch, tot 3 weken gevangenisstraf veroordeeld. „Neem alsjeblieft ook de boeken mee, de accountant komt morgen!" De Alkmaarsche rechtbank deed heden, Dinsdagmorgen, uitspraak in de zaak tegen den veehouder A. S. uit Schagen, wien meineed in een belastingkwestie ten laste was gelegd, waardoor de staat voor onge veer 5000 zou zijn benadeeld. De officier had 8 maanden gevangenisstraf geëischt. De verdediger, mr. dr. Buiskool,' had vrij spraak gevraagd. De rechtbank sprak A. S. vrij. De Alkmaarsche gevangenbewaarder J. de H., die met de bedoeling daarvoor een geldelijke belooning te ontvangen, een ge vangene in de Alkmaarsche strafgevange nis van sigaretten en dergelijke had voor zien en voor dien gevangene brieven had gesmokkeld, werd veroordeeld tot drie maanden gevangenisstraf. De officier had tien maanden gevange nisstraf geëischt en de verdediger, mr. Smal, had vrijspraak subsidiar eeri voor waardelijke veroordeeling gevraagd. De koopman M. de W., zonder vaste woonplaats en recidivist, werd wegens dief stal van 170 en gouden en zilveren voorwerpen, ten nadeele van zijn kostheer L. R„ vroeger te Alkmaar, tot 2 jaar ge vangenisstraf veroordeeld. De eisch was 1 jaar en acht maanden. Voor de rechtbank te Rotterdam is gistermiddag de strafzaak betreffende den moordaanslag op den rijksveldwachter V. van der Hoef te Waddinxveen, gepleegd door twee inwoners van deze plaats, de 40-jarige landbouwer W. H. gedetineerd en zijn 36-jarige knecht H. R., eveneens gedetineerd. In den vroegen morgen van 5 October van het vorige jaar omstreeks twee uur waren H. en R. aan het stroopen op een bietenland in den Zuidplaspolder onder de gemeente Waddinxveen, toen de veldwach ter van der Hoef de beide mannen opmerk te. Hjj liep in hun richting, daarbij roe pende: „Halt, politie." De arbeider R. draaide zich hierop ijlings om en de ont stelde veldwachter zag een jachtgeweer op zich gericht. Tegelijkertijd draaide zich ook de patroon van R. om en richtte een lichtbak op den politieman. Zoo kon R. uitstekend richten en hij trof v. d. H. met een lading hagel in den rechter-bovenarm. Beide mannen vluchtten, de gewonde veldwachter kon zich met inspanning van alle krachten nog naar den weg sleepen, waar hij echter in elkaar zakte. Hier heeft hij gelegen tot 's morgens om vier uur een melkknecht hem vond, die onmiddellijk den burgemeester van Waddinxveen, den chef-gemeenteveldwachter de Witte en een geneesheer ging waarschuwen. Zwaar gewond werd v. d. H. naar het ziekenhuis te Gouda vervoerd. Na lang aarzelen heb ben zoowel R. als H. tijdens het politie verhoor hun wandaad bekend. H. R. was ten laste gelegd poging tot doodslag, subs. zware mishandeling en W. H. medeplichtigheid daaraan. R., die schoot, verklaarde, dat het schot afging, terwijl hij zich omdraaide en H. zeide, dat hij zijn ondergeschikte niet bij lichtte en dat de veldwachter precies in den rand van zijn lichtschijnsel stond. Het O. M. achtte de ten laste gelegde feiten onomstootelijk bewezen. Hij vond de feiten zeer ernstig en eischte tegen R. de hoogste straf, die uitgesproken kan worden wegens poging tot doodslag t.w. tien jaar terwijl hij wegens medeplichtigheid aan poging tot doodslag tegen H. zes jaar eischte. De verdediger van R. achtte de feiten niet bewezen en vroeg veroordeeling ter zake van zware mishandeling, terwijl de verdediger van H. het ten laste gelegde niet bewezen r.chtte en vrijspraak vroeg. MET EEN STRIJKBOUT OP HET HOOFD GESLAGEN. Op 18 November j.1. veroordeelde de Rot- terdamsche rechtbank zekeren M. C. S. we gens poging tot doodslag tot eenige jaren gevangenisstraf, omdat hij in den nacht van 9 op 10 Juli na herhaalde bedreiging zijn vrouw zoodanig met een strijkbout op het hoofd zou hebben geslagen, dat zij verschil lende ernstige verwondingen bekwam en eenige weken in het ziekenhuis moest wor den verpleegd. De man achtte de straf te zwaar en ging in hooger beroep. Gisteren stond hij voor het hof te Den Haag terecht. De president maakte uit de schriftelijke rapporten op, dat verdachte zijn vrouw had mishandeld toen zij nog lag te slapen, en vroeg of hij van plan was geweest haar te dooden. Verdachte betwistte zoowel het een als het ander, doch erkende, dat hij haar be wusteloos had geslagen, niet wetend wat hij deed in zijn woede zoo beweerde hij over haar slecht zedelijk gedrag. De procureur-generaal noemde het optre den van verdachte beestachtig, achtte hem op grond van het psychiatrisch rapport vol komen toerekenbaar en vroeg bevestiging van het vonnis: vier jaren gevangenisstraf De verdediger drorg aan op een voor waardelijke veroordeeling. Owze Jiidcfiiëa VERDUISTERING VAN EENIGE DUIZENDEN. Naar in het kort reeds is gemeld, is de heer R. Th. Slop, voormalig voorzitter van het hoofdbestuur van den Algemeenen Han- delsbond, op last van den officier van jus titie te Soerabaja ten paleize van justitie in preventieven hechtenis gesteld, verdacht van verduistering van eenige duizenden guldens ten nadeele van genoemden bond. Wij meldden reeds aldus het Soeraba- jasch Nieuwsblad dat de rechtskundig adviseur van den Handelsbond, mr. O. Burghardt, een aanklacht tegen den heer Slop had ingediend wegens inbraak en ver duistering. Gisteren en vanmorgen heeft mr. Gieben op zijn kantoor met eenige politie ambtenaren van de crimineele recherche te Soerabaja geconfereerd ter bespreking van resultaten van ho4 betreffende deze affaire ingestelde onderzoek. Om 12 uur kwam men tot de conclusie, dat voldoende termen aanwezig waren om den heer Slop onmid dellijk preventief te stellen. Het onderzoek zal thans te Bandoeng wor den voortgezet, de laatste woonplaats van den heer Slop, waar ook het grootste deel der fraudes is gepleegd. Nadere bijzonder heden omtrent de wijze van verduistering en het verduisterde bedrag ontbreken nog. TIJGER EN VROUW. Kortelings heeft zich in de dessa Tjima- ra van het onderdistrict Moendjoel (Zuid- Bantam) een drama afgespeeld, dat een In- landsche vrouw het leven heeft gekost, meldt het „Nieuws". Het was in den vroegen morgen, dat Sa- mi, zoo heette zij, in de keuken bezig was niet het koken van rijst voor haar gezin. Haar man was op het voorerf bezig met het verzorgen van den tuin, toen plotseling een doordringend angstgegil uit het huisje klonk. Hij rende naar binnen en tot zijn schrik zag hij, hoe een tijger zich op zijn vrouw geworpen had en haar met klauwen en tanden bewerkte. Het angstgeschreeuw, waarmede hij zijn buren te hulp riep, deed den tijger schrikken en zijn prooi loslaten. Met een vluggen sprong rende het beest weg. Het was maar een kort oogenblik, zeker nog geen minuut, dat het ondier de vrouw geknauwd had, doch bij het opnemen van het uit vele wonden bloedende lichaam bleek, dat zij reeds gesljprven was. De won den aan rug en hoofd waren verschrikkelijk om aan te zien. Het gebeurde bracht den kampong in rep en roer en oogenblikkelijk werd een klop jacht gehouden, zonder resultaat nochtans. fxutd? en Juw&auw Lezing van den heer G. M. v. Waveren, dierenarts-bacterioloog aan het Stads- Veeartsenijkundig Onderzoekingsinsti tuut te Rotterdam. In een druk bezochte bijeenkomst van de Vereeniging van Oud-Leerlingen der Rijks- landbouwwinterschool te Schagen behan delde gistermiddag de heer G. M. van Wa veren, uit Rotterdam, het onderwerp: „Waarnemingen over Mond- en Klauw zeer". De voorzitter, de heer P. S. Eenhoorn, wees op de actualiteit van 't onderwerp en verheugde zich er over, dat de regeering een instituut ter bestudeering van het vraagstuk in het leven heeft geroepen en bracht Dr. van Waveren dank voor zijn be reidwilligheid het onderwerp te behande len. Dr. van Waveren stelde voorop, dat het instituut naast eigen bacteriologische erva ring, de ervaringen van de praktijk noodig heeft. De oudste waarnemingen van het mond- en klauwzeer, aldus spr., zijn ge daan in 1546 in Italië. De belangrijkheid der ziekte was nog niet zoo groot en werd grooter naarmate handel en verkeer zich uitbreidden. Naast tuberculose werd mond- en klauw zeer de belangrijkste veeziekte. De verwekker der ziekte. De verwekker van de ziekte is een heel kleine smetstof en veel en veel kleiner dan bacteriën. De smetstof is zelfs zoo klein, dat ze door ongeglazuurd porcelein niet gefilte- reerd kan worden. De smetstof is ongeveer 200 maal kleiner dan die van het miltvuur. Zeer waarschijnlijk vindt de besmetting plaats op een kleine verwondingen op tong, tandelöozen rand, neusspieren, kroonranden der klauwen of tepels, soms ook aan de overgang van horens en huid en in de kling en vaak verborgen in de klauw, in slok darm en pens. Een buitengewoon kleine hoeveelheid smetstof is voor de besmetting voldoende, b.v. een druppel van 100.000 of 1.000.000 maal verdunden waterigen blaarinhoud van een ziek dier. De ziektestof wordt bovendien afgeschei den met de melk, het speeksel en de urine. Aan en in het dier is de levensduur der smetstof zeer beperkt. De spertijd bedraagt ongeveer drie weken. Los van het dier is de houdbaarheid van de smetstof veel langer, dan kan het be smettingsgevaar wel vier maanden duren. Personen, veeauto's, zakken, melkbussen en veevoeders kunnen als ze besmet zijn maanden gevaar voor besmetting opleve ren. Ontsmetting. Vijanden van de mond- en klauwzeer- smetstof zyn warmte, zonlicht en enkele speciale ontsmettingsmiddelen, als natron loog. Deze stof vernietigt in een 1 pCt. oplos sing in enkele seconden de smetstof. Voor vloeistoffen, als melk, is het aan gewezen sterilisatiemiddel: verhitting, b.v. pasteurisatie bij 60° C., gedurende een half uur of een oogenblik bij 80° C. (verwar ming tot kooktemperatuur) is zeker af doende. Verder gaat de smetstof ten gronde in een zure vloeistof, karnemelk is daar door spoedig mond- en klauwzeer-vrij. In boter en kaas kan de ziektestof zich 14 dagen na de bereiding uit besmette melk handhaven. Vatbare diersoorten. Behalve runderen, varkens, schapen en geiten, zijn de in het wild levende dieren met gespleten hoeven vatbaar voor 't mond en klauwzeer. Minder gevoelig zijn egels en ratten. De mensch wordt bij uitzonde ring aangetast, evenals hond, kat, konijn en haas. Ongevoelige diersoorten en vogels kun nen echter wel een rol spelen bij de ver spreiding van de ziekten. De gevolgen. De gevolgen van een mond- en klauw- zeer-infectie zijn, afgezien van hartaandoê- ningen bij jonge dieren, welke plotselingen dood veroorzaken, en z.g. dampigheid bij volwassen dieren (in sommige jaren optre dend), niet verschrikkelijk. De groote sterfte en minderwaardigheid van het vee worden veroorzaakt door besmetting van den kroonrand en tepelwanden met stalvuil en mest. Etteringen, bloedvergiftiging en uier-ontstekingen zijn het gevolg. Om deze ellendige verwikkelingen te voorkomen is uiterste zindelijkheid en nauwgezette wondbehandeling aangewe zen. Voor het melken van iedere koe moet de melker zijn handen vrij maken van mond en klauwzeersmetstof door spoelen met 1 pCt. natronoplossing. De standplaats van de dieren moet zeer rein worden gehouden. Verder moeten twee maal daags de kroon randen der klauwen gereinigd worden en met een 10 pCt. oplossing van jodium in brandspiritus worden gepenseeld. In gevallen van beginnende bloedvergif tiging (dik worden der pooten) zijn soda- baden aangewezen of plaatsing van klauw en been in een broekspijp met soda en een bindmiddel op aanwijzing van een dieren arts. Met nadruk werd het gebruik van kwakzalversmiddelen ontraden. Onvatbaarheid na doorzieken. Een rund, dat een mond- en klauwzeer- infectie heeft doorgemaakt is meest 1% jaar voor herinfectie ongevoelig. Dit is een gevolg van verweerstoffen, welke bij gene zing van een dier in zijn bloed optreden. Er bestaan echter drie mond- en klauw- zeersmetstoftypen, en daardoor is het ver klaarbaar, dat soms een stal 2 maal in het jaar wordt aangetast, omdat die smetstof typen t.o.v. elkaar geen onvatbaarheid ge ven. Spr. zette dit verschijnsel aan de hand van wetenschappelijke onderzoekingen uit een. Ten onrechte, aldus spr., beweert Duitschland het land van opsporing der entstof te zijn. Spr. toonde dit uitvoerig aan. De ontdekking van het verschijnsel van meerdere soorten mond- en klauwzeer smetstof danken wij aan een Fransch on derzoeker: Vallée. De moeilijkheden van het kunstmatig kweeken van entstof stel de spr. hierna meer uitvoerig in het licht. Immuun-serum. Sinds het begin dezer eeuw, aldus spr., kennen wij een goed middel tot het afwen den van de groote sterfte onder het jonge vee, n.1. het immuun-serum. Een bezwaar is: de korte duur der bescherming. Na 14 dagen zijn de dieren weer volledig gevoe lig. De serum-enting is veel te verbeteren, door de dieren, na de inspuiting, licht te 59. Pam werd nu naar een cel gebracht die in de rot sen was uitgehouwen. „Ook dit keer kom ik er wel weer uit", zei hij tegen zijn bewaker. „Bij mijn baard, dat zal je niet lukken", grinnikte deze. 60. Toen Pam tot zijn ontsteltenis bemerkte, dat twee mannen ijverig bezig waren zijn cel dicht te metselen, begreep hij maar al te goed, dat hij ditmaal geen kans had om te ontsnappen. infecteeren, door het voeren van ongekook te melk van zieke dieren. Bij volwassen dieren vindt het gebruik van serum weinig toepassing, omdat door de groote hoeveel heid de behandeling duur is, al zal men er bij hoog-drachtig of kostbaar vee toch toe moeten besluiten. De oplossing van het mond- en klauw- zeer-vraagstuk zal gezocht moeten worden op het terrein van de voorbehoedende en tingen. Dit is de doelstelling der werk zaamheden aan de speciale instituten, wel ke in verschillende Europeesche landen zijn opgericht. In Duitschland, Denemarken, Rusland en Engeland heeft men voorbeeldige inrich tingen en in ons land zijn de plannen van een klein, maar goed instituut te Amster dam vergevorderd. Uitvoerig besprak spr. nog de genomen proeven met de toepassing van gedoode smetstof. In antwoord op een gestelde vraag, deel de spr. mede, dat in het laboratorium nog niet is geconstateerd, dat het eene type mond- en klauwzeer in het andere kan overgaan, doch in de praktijk wordt het wel vermoed. Spr. was van oordeel, dat blaren aan tepels lang niet altijd behoeven op te tre den en meestal veroorzaakt worden door de handen van de melkers. Op het land is in het zonlicht de smetstof in twee dagen dood, doch in den winter kan het gras maanden gevaarlijk blijven en een ont smettingsmethode voor landerijen kennen wij niet. Een verklaring, hoe het mogelijk is, dat in sommige bedrijven nimmer mond- en klauwzeer optreedt, kent spr. niet. Het schijnt voor te komen, maar een dergelijk bedrijf is spr. onbekend. Of inteelt een rol speelt voor de vat baarheid van de dieren, weet spr. niet. Wel weet hij, dat een buitengewoon goede voe dingsconditie van het fokvee een voorwaar de is om mond- en klauwzeer te krijgen. Spr. kent dan ook veehouders, die bij het optreden van mond- en klauwzeer met goede resultaten hun fokdieren het kracht voer onthouden. Deze kant van de zaak moet nog nader worden bestudeerd. Op een vraag, deelde spr. mede, dat het kan voorkomen, dat de smetstof in de zool van het rund een jaar bewaard wordt. In verband met een opmerking over het nuttelooze van de overheidsmaatregelen tegen het mond- en klauwzeer, deelde de heer Joh. de Veer mede, dat de veeartsenij- kundige dienst prijs stelt op het behoud van die maatregelen om de export die er nog is, gaande te houden. In verband hier mede verklaarde de veearts De Boer, het op prijs te stellen, wanneer er wat strenger werd opgetreden tegen het vervoer van de ongeneeslijke dieren naar de krengenmarkt te Purmerend. De voorzitter sloot met een woord van dank de bijeenkomst. Jngezouden Stukken HET MONUMENT VAN DR. VAN DAM. Geachte redactie. Inderdaad herkent men in deze nieuwe plaquette op het monument van dr. van Dam den goeden dokter. Een woord van oprechten dank aan het comité, dat zoo spoedig de teleurstelling ongedaan heeft weten te maken. Eén wensch blijft nog en dat is een bloemetje eerstdaags. Crocusjes en sneeuw klokjes bloeien extra vroeg en ik hoop dat plantsoendienst dit plekje zal willen ver zorgen, zooals duizenden dat in hun hart doen. Met dank voor de opname. Een oud-patiënte van dr. Van Dam. GEEN ARBEIDSSCHUWHEID. Mijnheer de Redacteur! Beleefd kom ik U vragen of U het vol gende in de krant wilt opnemen. Bij voorbaat mijn dank. Een advertentie in het nummer van Maandag, waarin bekend wordt gemaakt, dat men uit 850 sollicitaties in de Zuivel fabriek te Lutjewinkel een keuze had ge daan, dwingt mij, om daarop even terug te komen. 850 menschen die hun best hebben gedaan om een baantje als melk rijder te krijgen, met het uitzicht op een sober weekloon, is toch wel een bewijs, dat het praatje van luie werkloozen, die lie ver stempelen dan werken, lang niet altijd steekhoudend is. Wie veel met C - arbei dersklasse in aanraking komt, kan trou wens beter weten. Naar Lutjewinkel trokken in de bar koude dagen, vlak voor de ijsperiode, twee jongens per fiets den afsluitdijk over, hopende dat hun tocht succes zou hebben. Wie in den zomer wel eens voor zijn pleizier naar het noor den van Friesland fietste, kan beseffen wat dat wil zeggen, vooral als men werk loos, en dus niet goed bij kas is. Dezer dagen kwam ik in een gezin, waarvan de kostwinner ontslagen was. Ik zal de verslagenheid daar niet beschrijven. Alleen dit, dat de man overal waar iemand wordt gevraagd, zich aanmeldt, om maar niet in het leger der werkloozen opgeno men te worden. Arbeidsschuwheid? Men ontmoet het zelden, de mensch wil over het algemeen graag werken. De ziekelijke neiging tot luieren bestaat, doch onder alle standen. Het oordeel, dat werkloozen lui zijn, zal echter wel in de wereld blijven, evenals de bewering, dat de Joden slecht zijn. Toch is het de plicht van ieder die an ders denkt, daar tegenop te komen, telkens en telkens weer. De waarheid zal dan pas zegevieren, als zij uitgedragen wordt. En dat is een eerste vereischte om tot beter begrip te komen, waardoor het leven zoo veel mooier wordt. Met dank voor de opname. L. v. d. WAL—DE BOER. Stompetoren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 7