MORIH CTATE
SPORT EN WEDSTRIJDEN.
De eerste competitiedag in het nieuwe jaar.
NOTITIE-BOEKJE.
Alkmaarsche clubs kunnen winnen.
De gedwongen rust.
DE EERSTE KLASSERS
DE DERDE KLASSERS.
DE VIERDE KLASSERS
Langs de N.H.V.B.-velden.
H. J. BRUSSE:
UIT H IJ N
SLAPEN IN DE ALKMAARSCHE
BEDELAARS-DOELE „'T STERRETJE".
DERDE BLAD.
Voetbal.
Wij gaan Zondag voetballen! Voor
het eerst in dit jaar!
Een maand lang hebben de voetbal
enthousiasten, gedwongen rust gehad,
eerst omdat de winter in al zijn ge
strengheid heerschte, later de vorige
week omdat de K. N. V. B. al te
voorbarig was en het geheele competi
tierad liet stoppen, te veel rekening
houdende met den meneer van de Bilt.
Maar nu gaan wij weer de voetbal
plaat op de gramofoon zetten, wij
denken niet meer aan ijs en zullen
morgen ons plaatsje op de tribune
weer innemen.
Op de tribune van de Alkmaarsche Boys.
Want we zullen de jongste tweedeklassers
aan het werk zien tegen W. F. C. Lang ge
leden trokken de Boys naar Wormerveer
en ze kwamen terug met een klinkende
overwinning. Nu zullen zij diezelfde te
genstanders hartelijk en sportief ontvangen
en opnieuw probeeren, de puntjes bij het
groote aantal te voegen. O.i. bestaat er al
len kans, dat de thuisclub wint, al moet
men juist thans op alle mogelijke verras
singen bedacht zijn. Want de lange rust
kan wel eens oorzaak zijn van totale ver
andering in de krachtsverhoudingen.
Dat geldt niet alleen voor den wedstrijd
aan den Westerweg, dat geldt voor alle
clubs in het land en dus ook voor Alcmaria
en West-Frisia, welke twee elkaar morgen
in Enkhuizen zullen bekampen.
In den regel rekent men op een neder-
laagd er witten, wanneer ze naar Enkhuizen
moeten, maar er zijn wedstrijden geweest,
die in overwinningen van Aicmaria ein
digden. Natuurlijk hopen wij op een zege
der withemden, vooral ook, omdat zij de
puntjes heel erg noodig hebben en tevens,
omdat een overwinning hun van de 9e
plaats zou afbrengen, waar West-Frisia
voorloopig zou zetelen. En evenals de Boys
kan ook Alcmaria winnen, als er maar eens
fel op den bal gezeten wordt doorde
voorhoede.
E. D, O. speelt thuis tegen de Kennemers
en zal natuurlijk alles op alles zetten, om
haar leidende positie te handhaven. Hoewel
de Haarlemmers de beste papieren hebben,
moeten zij het zich herstellende Kenne
mers niet onderschatten. Vooral niet, waar
verwacht kan worden, dat R. C. H. met het
bezoekende O. S. V. geen moeite heeft.
Van belang voor Alcmaria is verder na
tuurlijk nog de ontmoeting H. F. C.—H.
R. C., want wanneer H. F. C. zou winnen,
zou het bij een eventueel verliezen door
Alcmaria twee punten van haar betrek
kelijk kleinen achterstand inloopen. Waar
echter ook H. R. C. lang niet veilig staat,
mag men rekenen op een harden strijd
met wisselende kansen. En op een uitslag,
die in de buurt van een gelijk spel ligt.
Tweede klasse B.
In de 2e klasse B. speelt Hilversum thuis
tegen Zeeburgia en niemand rekent na
tuurlijk op een Hilversumsche nederlaag.
Wij ook niet! Misschien zelfs wordt het
voor de leidende ploeg een extra goede
dag, omdat H. V. C. thuis speelt tegen Z.
F. C. en mogelijk met een gelijk spel ge
noegen zal moeten nemen.
D. W. V. v/int natuurlijk van het zwakke
Watergraafsmeer.
De twee resteerende wedstrijden zijn van
belang met het oog op de bezetting der
10de plaats. Zoo zal Vriendenschaar alles
moeten doen, om van Hercules te winnen
en ze heeft een kans! En de Spartaan zal
probeeren gelijk te spelen tegen A. F. C.,
wat misschien ook nog juist mogelijk is!
Het volledige programma der eerste
klassers hebben wij eenige weken ge
leden als besproken en wij zouden dus
naar dat overzicht kunnen verwijzen.
Echter, een paar notities zijn wellicht
niet overbodig.
Zoo zal in afdeeling I K. F. C. op eigen
veld nog heel wat moeite hebben met
Xerxes, dat met een nieuwe voorhoede
uitkomt en misschien daarmee meer succes
heeft dan in de vorige wedstrijden. Sparta
zal haar best doen, om thuis van H. B. S.
te winnen, maar de Hagenaars zullen
krachtigen tegenstand bieden en misschien
een gelijk spel kunnen bevechten.
A. D. O. moet winnen van H. D. V. S.,
maar dient op te passen voor den tegenstan
der, die soms verrassend goed uit den
hoek kan komen, terwijl Stormvogels
misschien een nuttige zege kan behalen op
C. V. V.
In afdeeling II zal Feyenoord thuis wel
van 't Gooi kunnen winnen, evenals Ajax
het op eigen veld wel zal kunnen klaar
spelen tegen D. F. C. Ook D. O. S. geven
wij een goede kans tegen het bezoekende
R. F. C.
Rest dan nog V. U. C.V. S. V. (oppas
sen Velzenaren!) en D. H. C.Haarlem, in
welken wedstrijd vermoedelijk Smit weer
zal meespelen. Zou die de andere rood-
broeken tot een verrassend spel kunnen
inspireeren?
Het Oosten.
In het Oosten wint Go ahead thuis van
Z. A. C. en Heracles van Tubantia. En ver
moedelijk verliest Quick thuis van A. G. O.
V. V.
De twee andere wedstrijden beloven
zeer spannend te worden, omdat het
krachtsverschil zeer miniem is. Enschedé
is misschien nog net sterk genoeg, om een
kleine zege op N. E. C. te behalen, dank zij
terreinvoordeel, en Hengelo zal probeeren
Wageningen een nederlaag te bezorgen,
wat vermoedelijk niet gaat!
Het Zuiden.
Eindhoven zal thuis van Noad kunnen
winnen, maar het zal niet verder kunnen
uitloopen op N. A. C., aangezien verwacht
mag worden, dat Julianen op eigen veld
de nederlaag zal moeten lijden tegen de
Bredasche club.
M. V. V.P. S. V. levert voor de Eind
hovensche club hoogstens een gelijk spel
op, terwijl Roermond een kans heeft, om
van Bleyerheide te winnen.
De derby LongaWillem II zal wel zeer
spannend worden en elke uitslag zal hier
mogelijk zijn.
Het Noorden.
Het Noorden heeft een nieuw program
ma. Van belang is hier F. V. C.Be Quick,
omdat de tiende plaats hier in het spel
betrokken is. Hoe het komt, weten wij niet,
maar nog steeds rekenen wij op een tijdig
herstel van Be Quick. Misschien openbaart
zich dat morgen in een kleine overwinning.
Heerenveen speelt thuis tegen H. S. C.
en moet winnen, al zal het krachtsverschil
heel gering zijn. Maar dezelfde spanning
mag verwacht worden in de belangrijke
strijd AchillesG. V. A. V. Voor de Gro
ningers is dit eigenlijk de laatste kans.
Sneek wint van Leeuwarden, gezien de
positie van beide clubs en Velocitas zal het
misschien nog juist tot een gelijk spel kun
nen brengen tegen het bezoekende Veen-
dam.
Ziedaar het overzicht! Maarhoeveel
van de voorspellingen zullen uitkomen?
Nogmaals, de rustperiode kan oorzaak
zijn van alle mogelijke verrassingen!
Goede dag voor Zaandijk?
Het zou voor de leidende Zaandijkers
wel eens een goeden dag kunnen worden.
Zelf gaan de blauw-witten een bezoek
brengen aan de hekkensluiters Assen
delft waar ongetwijfeld een volledige
zege verwacht mag worden. Het eerste
treffen bracht een groote 81 uitslag en
in elk geval zal een zwaar bevochten over
winning te noteeren zijn.
De grootste concurrent Q. S. C. moet naar
het blauw-zwarte Z. V. V. enwe vree
zen dat de benjamins geen revanche zullen
weten te nemen, van de eertijds geleden
nederlaag. Trouwens, indien de ex-tweede
klassers nog een kans willen behouden,
dienen ze te winnen.
En Purmersteijn krijgt het ook niet be
paald gemakkelijk, met het bezoek aan
Kinheim.
In Purmerend werd het tegen de, zich
inmiddels herstellende Kinheimers een
puntendeeling en ook nu zouden de bruin-
witten wel eens puntenverlies kunnen boe
ken.
Succes zal bij Beverwijk ongetwijfeld aan
het kortste eind trekken, terwijl Helder in
eigen huis tegen Hollandia revanche zou
kunnen nemen, van de in Hoorn geleden
43 nederlaag.
In de derde klasse B behoort het niet tot
de onmogelijkheden, dat Ripperda de lei
ding weer eens van de Bloemendalers zal
kunnen ovêrnemen. De Haarlemmers krij
gen bezoek van T. I. W. en verwacht mag
worden, dat de zege in eigen huis zal blij
ven.
Bloemendaal speelt ook wel in eigen om
geving, maar tegen Zandvoort. De Zeekan-
ters zijn nog lang niet kansloos enhet
zou ons niet verbazen, als ze ten deele re
vanche konden nemen, van de eertijds ge
leden zeer kleine nederlaag.
V. V. A. kan bij de Zeemeeuwen een
punt weg halen, terwijl in de beide overige
ontmoetingen: SchotenAalsmeer en A. P.
G. S.De Germaan, de thuisclub het tot
een zwaar bevochten zege kunnen brengen,
Weinig verandering?
Veel verandering zal hier de ranglijst
mogelijk wel niet ondergaan, daar ver
wacht mag worden, dat het leidende B. K.
C., de hekkensluiters kansloos naar de
noordpunt terug zendt.
Schagen kan eveneens in de running blij
ven, daar de bezoekende Strandvogels ze
ker bedwongen kunnen worden.
M. F. C. kan ook al in de kopgroep blij
ven, daar in eigen omgeving van Texel te
winnen is, al spelen de eilanders dit sei
zoen wel zeer wisselvallig.
Alleen Nieuwe Niedorp krijgt het stel
lig met het bezoek aan D. T. S. heel
zwaar te verantwoorden en deze z. g. n.
„derby", kon weieens in het voordeel van
de Oudkarspelieren uitvallen.
AtlasWieringerwaard kan eveneen veel
spanning geven; mogelijk komt men niet
veel verder dan een puntendeeling, hoewel
de bezoekers ons iets sterker lijken.
Ook in de vierde klasse B zal de rang
lijst stellig niet veel verandering brengen.
Het leidende K. V. V. zal het bezoekende
Andijk wel niet veel kans geven, terwijl
I. V. V. de bezoekers Uitgeest even
eens met ledige handen naar huis zal zen
den.
Voor E. V. C. wordt het even moeilijker,
toch zullen de Edammers de trip naar
Sporters wel tot een goed einde weten te
brengen.
C. S. V.Bergen wordt weer de big-
match voor onze omgeving. Of de Castri-
cummers het tot een volledige revanche
zullen brengen, meenen we te moeten be
twijfelen.
Vele belangrijke ontmoetingen!
Alkmaar I ontvangt R. C. Z. I en
Oudorp I den concurrent,O. F. C.
I. M. E. V. O. I—Alcmaria V
Dirkshorn IM. E. V. O. n.
Zou ook hier de lange rustperiode afge
sloten zijn en gevolgd kunnen worden door
1 1 AMIRICAN «JciGARETTES
een flink verwerkt programma. Er bestaat
alle kans toe, maardan zal Pluvius niet
voor een verrassing moeten zorg dragen,
want nog zeer vele terreinen zijn „verza
digd" van vorst, sneeuw en dooi-perioden
en er behoeft maar heel weinig te ge
beuren, om eenige afkeurings-berichten
langs de telefoon-draden te doen snellen.
„Maar laten we optimist zijn, temeer, daar
het programma zeer veel belangrijke en in
teressante ontmoetingen laat zien.
Bezien we
de eerste klasse A,
dan komen we tot de ontdekking, dat het
leidende Alkmaar I in de morgenuren weer
eens in eigen omgeving zal spelen, waartoe
R. C. Z. I een bezoek komt brengen. Men
zou reeds dadelijk geneigd zijn, een groen
witte zege te verwachten; laat ons echter
hopen, dat de Westerweg-bewoners niet aan
zelfoverschatting zullen lijden; niets is
gevaarlijker dan dat. We zyn er echter van
overtuigd, dat de beide winstpunten in de
kaasstad zullen blijven, indien de groen-
witten zich voor de volle 100 procent zullen
geven en daar mag «toch zeker op gerekend
worden!
De grootste concurrent O. F. C. I
krijgt het nu niet bepaald gemakkelijk, daar
een bezoek aan het Oudorp-veld, niet een
gemakkelijke opgaaf is, omdat de Oudor-
pers nog al eens geducht van zich af kunnen
bijten.
Het zou ons dan ook niets verbazen, in
dien de Oostzaners een kostbaar punt
moesten laten.
Vrone I ontvangt K. V. V. III en hier be
staat voor de groen-zwarten weer eens een
mooie gelegenheid, om een tweetal punten
te incasseeren en zoo zachtjes aan beslag
op de derde plaats te gaan leggen. Kom aan,
groen-zwarten, laat eens zien!
Alcmaria IV gaat naar de Beemster klei
en dat zou wel weer eens een zware trip
kunnen zijn. Konden de withemden deze
ontmoeting eens tot een goed einde bren
gen, dan zou er nog een mooie kans op
ontsnappen zijn. We vreezen, dat het niet
geheel zal lukken, al zullen de Sportpark-
bewoners zich natuurlijk geducht inspan
nen.
In de tweede klasse B
is iedere wedstrijd op zich zelf belangrijk,
daar hier nog geen enkele ploeg kansloos
is en we zijn dan ook zeer benieuwd, hoe
de situatie hier na Zondag uit zal zien.
Ursem I heeft met een enkel punt meer
doch echter ook één meer gespeelden
wedstrijd, momenteel de leiding. De Ur-
semmers ontvangen nu D. T. S. II, welks
kans natuurlijk heel klein zou worden, in
dien de Oudkarspelieren zouden verliezen
en, eerlijk gezegd, we vreezen voor de be
zoekers.
M. E. V. O. I krijgt bezoek van Alcmaria
V en ook hier zou een nederlaag van de
thuisclub, de Mevo-papieren geducht doen
dalen, terwijl de Alcmariaansche positie
heel mooi zou worden. Maar, zoover behoeft
het voor de groen-witten echter niet te
komen; we achten hen heusch in staat, op
En waarempel, zoo kregen ook wij dien
avond nog reden om blij te zijn, dat Alk
maar, idem zooveel jaar geleden, ontzet was.
Want na lang rondzwalken door die, voor
onze armzaligheid zoo hatelijk feestelijke
stad, waar we telkens feestelijke grofheid
hadden te lijden, raakten we opnieuw be
klemd in een hossenden troep. Een paar
groote lefhebbers namens ons onder de ar
men en sleepten ons, voor den mop, voorop
dat die twee schooiers daar mee zouden
dansen. Maar toen we ons nijdig verzetten,
drong een aardig blond meisje door en
pleitte verontwaardigd, dat ze die arme
stumpers ongemoeid zouden laten. Haar
booze blauwe groote kinderoogen maakten
op de brute jongens blijkbaar indruk. Want
toen Toon meteen z'n kans waarnam en
'n koffertje al openmaakte om z'n muziek-
barrels aan te bieden, stopten ze ons ieder
'n kwartje in de hand en drongen ons gauw
met een goedig duwtje weer in een anderen
stoet.
Deze feestgave noopte ons toen wel, om in
't Sterretje te gaan overnachten want hoe
weinig zin we er ook in hadden: wij onder
gingen nu eenimaal het landloopersbestaan
om 't eerlijk voor de maatschappelijke men-
schen te beschrijven. En lafheid mocht ons
dit griezelig avontuur niet laten ontgaan.
Dus dwongen we ons, ook tegenover
elkaar, de tanden gebeten, opnieuw naar
binnen. Gelukkig was de kroeg van klanten
leeggeloopen. Alleen hun stinkende, rooke-
rige drankwalm was er achtergebleven, met
een vieze plassenboel over den vloer. In een
hoek, bij 't bedsteegat, stond de bolleboffin
zich al uit te kleeden. Ik verwonderde mij,
hoe die vette padde daar doorheen kon. En
in een hoek zat 't dronken buitenaartje
kermende kwalijk te doen. De kostbaas, t
hoofd in z'n handen op tafel, wachtte snor
kend op ons. Maar z'n vrouw snauwde 'm
wakker en trok toen rellig eerst nog 't jan
kende bocheltje daar overeind, om 'm naar
bed te sturen. Maar omdat ie nog op z n
beenen niet staan kon, kwakte ze 'm meteen
neer op den grond, waar ie „chottechotte-
chot" bleef liggen kreunen in 't vuiL Nu en
dan dook z'n bavianige snoetje grijnzend op
uit z'n slappe lichaam en stak ie z'n tong uit
tegen zijn gastvrouw.
Maar dit mishaagde den ook al zeer ge-
melijken waard. Ja, zei hij, de slapers bo
ven hebben 'm de trap afgewerkt, omdat ie
weer zoo lag te ijlen, dat loeder". Meteen
schopte hij in z'n lendenen, dat de stakker
't uitjankte als 'n hond. „Maar wa 'k wou
zegge: kan jullie schrijve?"
Ja, nog zoo'n beetje.
Schrijf den zoo goed as je kan hier je
naam d'r 's op die nachtlijst Zóó, hiet jij
Harms?" want onder dien naam landloo-
perde ik. „Is dan dat dikke wijf
Met dat orgeltje?" viel Toon, inner
lijk grinnikende, in „die in de drank is
gestikt? Da's hier Harms z'n tante, nie-
waar broer?
Nou krijg ik je cente. Vier stuivers de
man.
Toen bracht hij ons langs een wankel lad
dertje het vlieringgat in.
We lagen er dien nacht, wel geteld, met
ons negen en dertigen, mannen en vrouwen,
dicht naast elkaar. Daar hadden we eerst
tusschendoor moeten kruipen, stappende
over de slapers heen in 't schemerdonker.
Want aan beide kanten lagen ze met de hoof
den tegen de dakwanden aan. En 't paadje
er tusschen langs al die voeten was zoo
nauw, dat je er alleen overdwars langs
kwam gestrompeld. Door 't gedrang van die
dichte massa warme lijven en 't voddige
dek, waarmee de gammele vloer overladen
was. Onder de lage balkenzoldering hing
een mengeling van walgelijk dikke slaap-
walm, scherpe drankstank en wee-vunzige
wasems uit de vervuilde lijven en de hoopjes
verarmde, nat geregende kleeren.
Ik moest er tot achteraan door, al verder
die verstikkende zwarte tunnel in, waar de
hitte me gloeiend naar den kop sloeg. Ik
proefde de zuchten van kwalijke adems
warm en duf in mijn mond. Tot ik tegen
planken stootte en een deur naar binnen
week: een kort brokje vliering nog afgescho
ten „voor de getrouwden", naar 't heette.
Maar gelukkig viel een schimplicht van de
maan door een dakraampje. Er hing ook 'n
olielampje, maar dat kon alleen maar wal
mend branden in die bedorven lucht. De
waard maakte kort uit: „hier slaap jij,
Harms! En 't deurtje sloeg achter mij dicht.
Toen plofte boven z'n hoofd ook 't zolderluik
toe, hoorde ik hem 't laddertje wegnemen.
We zaten er dus als ratten in de val, en kon
den er niet uit weg.
Dit maakte my even zóó benauwd angstig,
dat ik de aren op mijn hoofd voelde zwellen.
Ik had wel willen gillen, zoo bang als ik in
eens was. Want dan ligt zoo'n nacht als een
oneindigheid voor je, waar je nooit doorheen
komt. En hoe snakte alles in mij naar fris-
sche lucht. Maar er was niet anders dan die
wee stinkende walm om door je neus en je
mond in je longen te vunzen. En waar ik
mij wendde, raakte ik de lauwe plunje van
andere slapers; mijn voeten verwarden erin,
mijn handen streken er bij iedere beweging
langs. Ik durfde mijn schoenen ook niet uit
doen, om niet dat viezige nat van den vloer
in myn sokken te voelen trekken. En toen ik
even 't bed betastte, waar ik in dat geultje,
nauw tusschen de andere ingesloten, op
moest, trok ik gauw griezelend terug voor
die vochte kleverigheid en de muffe men-
schenlucht.
Maar dan zie je de maan, die achter 't ven
stertje 'n warreling van berookte daakjes
spokig verlicht en die waas-bleeke roer-
looze rust aan den nachthemel. De maan, die
zoo stil gelijkmoedig neerkijkt op al dat
kleine aardsche gewroet. En dat stemt je
toch kalmer, gelatener. Want je denkt: de
tijden gaan eeuwig voort, de dagen, de nach
ten: één nacht heeft immers geen zin in die
eindeloosheid. Voor de maan, die de aarde
maar zoowat witjes weewarig beziet, is heel
Alkmaar nauwelijks 'n stipje. Wat maak jij
dan nu zoo'n koude drukte, me jongen? Waar
over wind je je zoo op? Wat is er dan zoo'n
nacht in 'n slaapstee met al die maatschap
pelijke wrakken voor hevig ontzettends?
Nacht aan nacht is 't hier zoo, zij 't dan
in 't verborgene, tot nu toe, voor jou ver
wendheid. Wat heb jij recht om je van
streek te maken, nu je daar voor één keer
vrijwillig in deelt? En dan laat je gedwee je
kleeren vallen, en cp 't brok matras ga je
liggen Wat kan er je nu gebeuren, waar
door ook maar even 't lakonieke gezicht van
de maan zou ontstellen?
Dicht over mij lagen 'n man en een
vrouw, die ik langzaam onderscheidde. Zijn
fijne, wasbleeke gezicht in 't maneschijnsel,
en over 't dek zijn langen zwarten baard
zorgvuldig neergelegd, 'k Herkende den
heer van 't dokterachtig koffertje, en nu
zag ik zijn houten been ook vertrouwelijk
over 't voeteneind liggen mee uitrusten,
naast den glanzend nieuw opgestreken
hoogehoed, dien hij, als kostbaarst relequi
van zijn voornaamheid, dus zelfs 's-nachts
in zijn bereik wilde houden. Die andere kop
met de schrijnend groene oogspleten, die
aldoor meeloerden waar ik mij had bewo
gen in 't bleeke licht, die verschoten geel
blonde haren in spichten om haar roode
gezicht dat was dus zijn vrouw, die zoo
gruwzaam hysterisch had zitten zingen
'n kop, die nog wel gloeide, maar zoo doods-
hoofdig mager en haast doorzichtig, dat hij
wel haast uitgebrand moest zijn. Hoe angst
wekkend zwijgzaam was zij nu onder dat
felle lenzen, dat ik 't steken ervan onbeha
gelijk op mijn voorhoofd meende te voelen.
't Was wonderlijk, dat je in dien bleeken
schijn nu alleen nog maar 't verdachte, hei
melijke leven zag van de oogen in gezich
ten als doodenmaskers. Van de twee hoor
de ik zelfs geen adem. Alleen die vier
glimmende oogen vóór hun broedende
hersens volgden spiedend iedere beweging
van mij, hoe ik ook ging verliggen.
Want ik kon mij niet stil houden op die
kleverige, klam-lauwe vodden-boel, die zoo
walgelijk lag te vunzen. En gloeiende krie
belingen kwamen op langs m'n beenen,
langs m'n rug, in m'n nek en m'n haren.
Brandende striemen voelde ik naschrynen
in m'n huid. Ik moest zoetjes m'n voeten
optrekken, telkens schurend m'n armen
verleggen, om 't bijtend gejeuk over m'n
beenen en schouders....
Bij 't even op-pieken van 't lampje zag
ik toen dat de wand, waar ik met m'n
hoofd tegenaan lag, een eind was geteerd
gewoon middel immers om wandluizen
daar in den muur te begraven. Maar hoe
scherper ik keek, des te meer dof roode
vlekken waren er op 't glimzwart, van 't
ongedierte, dat er doodgedrukt was.
En nóg schaamde ik mij om te krabben.
Want m'n buren lagen zoo stil, en die zou
den misschien denken dat ik zelf onder 't
„onrein" zat.
Tot plotseling met 'n vloek mijn diaken
achtige buurman opsprong in z'n goor bak
kers-blauw baai, dat z'n kort stompje been,
met lappen omwonden, boven dek wipte.
Die lijkbleeke man met z'n verwilderde
zwarte haren en 't gewar van z'n baard
schuddende mee, ging zich toen zóó ver
woed met de nagels langs 't lijf zitten krau
wen, dat ik 't hoorde krassen en m'n vin
gers toen ook niet meer in bedwang kon
houden.
Dit was als het teeken geweest. Meteen
hoorde ik Toon gruwelijk inwendig grom
mende tegen 't schot aan bonken. Langs de
heele vliering vol menschen ging 't woe
lende schurken, 't nijdige, vloekende krab
ben van striemende nagels, 'n woedende
aanval op de onzichtbare drommen van
gloeiende, bijtende luizen en vlooien, die
je eindeloos voelde aankriebelen op dit
overvloedige aas.
En ik kon er n i e t uit, uit die giftig door-
jeukte volte van vunze lompen met warme
lijven en hoopen stinkende kleerenDe
vlieringtrap was weggenomen Nog stel
lig vijf, zes uur moest ik m'n koorts-gloeien
de, pijn jeukende lichaam daar stil in 't
vuil laten liggen en den verstikkenden
slaapstank blijven ademen met alom
die vier starende oogen, bleek van maan
licht, op mijn gezicht gericht, als 't laat
ste oordeel.
Maar daar was toch een zolderraam. Ach
ter de spinrag-begroeide ruitjes stond koel
en rein de nachtlucht. Ineens had ik 't heel
onderdanig aan mijn buren gevraagd:
„Vindt u 't niet erg warm hier? Zou 't u
hinderen als ik dat raam een klein eindje
open zette?"
Uit de vrouw kwam een brommend ge
rommel als van een klok die gaat slaan.
Maar de man legde z'n hand op 'r mond en
siste dreigend: „Ssst, Mina!" Toen kuchte
hij even en nam boven den baard, dien hij
hiertoe glad had gestreken, plechtig het
woord. Langzaam, met verzorgde buiging
van stem, in gemaakt brouwend Haegsch,
was 't of hy 't voordroeg uit een stichtelijk
boek:
't Is hier een temperatuur, die waer-
lijk te hoog is. Veel te hoog, want 50 gra
den Celsius mag normael heeten voor een
slaepvertrek ssst Mina!" kneep even
z'n hand om haar strottehoofd, dat ze
kreunde. „Een atmosfeer, bovendien be
zwangerd van stikstof en andere schaede-
lyke gassen.,., Ssst dan toch Mina!"
Want 't mensch worstelde telkens haar
hoofd los uit z'n smorende greep, om óók
wat te zeggen. Meteen drukte hij haar weer
neer, verlegde dan z'n hand op 'r mond,
waar de mommelende doffe geluiden in
werden gesmoord. Hoewel hij tegenover
mij zijn gezicht zalvend hield, alsof hij met
die venijnig bedwingende hand niets te ma
ken had
Want u hebt al wel bemerkt, hier
Mina, mijn vrouwtje, en ik oud-notaris
van eerste famielje, aengenaem, vanzelf
zijn wij in ons heerehuis aan ruimte, lucht,
reinheid en alle comfort verwend geraakt.
En dan kan de mensch in bezwangerde ver
trekken bezwaarlijk leven
Pats! kreeg hij van zijn vrouw onver
hoeds een klap midden in z'n gezicht. „Stik
jii toch, Judas!" Maar meteen alweer had
hij haar hoofd met de van weerlooze haat
uitpuilende oogen neergedrukt, opnieuw
met z'n hand als een klem om haar hals
geknepen. Zoo oreerde hij waardig voort:
„Wij beiden, Mina en ik, in weelde hebben
we onskreng, mot je me bijten?"
viel hij ineens fluister-dreigend uit, en ter
wijl hij 't dek tersluiks wat ophaalde over
z'n martelende hand, weer hardop en lief
jes: „nou, Mina, vrouwlief, wel te rusten.
Lig je wel hoog genoeg met je hoofdje, mijn
vrouwtje? Nacht Mina!" Maar z'n bedwin
gende hand kwam niet af van haar al maar
om bevrijding wringenden kop. „Ik zeg,
wij zijn beiden zeer hygiënisch groot ge
bracht. Frissche kamers, open raam om bij
te slapen, maar de meeste collegaes hier
en vooral onze medezusters van langs 's
Heeren wegen hebben overwegende be-
zwaeren tegen wat frissche lucht. De
minderheid moet zich in het leven naer de
meerderheid weten te schikken, niet waer?
Wij leven in een democratische staat
Maar ik <had 't raampje al lang open ge
rukt en voor 't neerrinkelen er m'n valiesje
onder gezet. Tot mijn middel hing ik eruit
geduwd, gulzig de frissche nachtlucht in te
pompen. Maar de blikken dominee voerde
nog altijd even langzaam-gedragen 't woord
tegen my. Dus móest ik wel weer naar
binnenToen ging ik overeind zitten
met m'n gloeiende hoofd vóór de raam
opening. M'n angst was heelemaal verdwe
nen.
Ik hoorde hoe 't smoordronken bultenaar-
tjè nog al maar bleef liggen martelen en
hardop haspelen door de snurkende slaap
rust heen. „Heb ik 'n bochel?" zwet
ste hij hardop voort. „Zonde voor God,
da'k me gebojen nooit meer hou verdik
keme want me bloed en me ziel, 't is
allegaar jenever. Zóó spoeg ik me zenuwe
heelegaar uitchottechottechotawaai,
awaaiTot vloekende stemmen van z'n
buurslaDers losrommelden. Ze dreigden 'm
het zoldergat weer uit te bliksemen...
Maar toen kreeg hij blijkbaar zóó'n bonk
op z'n hoofd, dat hij bedwelmd bleef
liggen
Nadruk verboden.