MORIH CTATE SPORT EN WEDSTRIJDEN. De eerste competitiedag in het nieuwe jaar. NOTITIE-BOEKJE. Alkmaarsche clubs kunnen winnen. De gedwongen rust. DE EERSTE KLASSERS DE DERDE KLASSERS. DE VIERDE KLASSERS Langs de N.H.V.B.-velden. H. J. BRUSSE: UIT H IJ N SLAPEN IN DE ALKMAARSCHE BEDELAARS-DOELE „'T STERRETJE". DERDE BLAD. Voetbal. Wij gaan Zondag voetballen! Voor het eerst in dit jaar! Een maand lang hebben de voetbal enthousiasten, gedwongen rust gehad, eerst omdat de winter in al zijn ge strengheid heerschte, later de vorige week omdat de K. N. V. B. al te voorbarig was en het geheele competi tierad liet stoppen, te veel rekening houdende met den meneer van de Bilt. Maar nu gaan wij weer de voetbal plaat op de gramofoon zetten, wij denken niet meer aan ijs en zullen morgen ons plaatsje op de tribune weer innemen. Op de tribune van de Alkmaarsche Boys. Want we zullen de jongste tweedeklassers aan het werk zien tegen W. F. C. Lang ge leden trokken de Boys naar Wormerveer en ze kwamen terug met een klinkende overwinning. Nu zullen zij diezelfde te genstanders hartelijk en sportief ontvangen en opnieuw probeeren, de puntjes bij het groote aantal te voegen. O.i. bestaat er al len kans, dat de thuisclub wint, al moet men juist thans op alle mogelijke verras singen bedacht zijn. Want de lange rust kan wel eens oorzaak zijn van totale ver andering in de krachtsverhoudingen. Dat geldt niet alleen voor den wedstrijd aan den Westerweg, dat geldt voor alle clubs in het land en dus ook voor Alcmaria en West-Frisia, welke twee elkaar morgen in Enkhuizen zullen bekampen. In den regel rekent men op een neder- laagd er witten, wanneer ze naar Enkhuizen moeten, maar er zijn wedstrijden geweest, die in overwinningen van Aicmaria ein digden. Natuurlijk hopen wij op een zege der withemden, vooral ook, omdat zij de puntjes heel erg noodig hebben en tevens, omdat een overwinning hun van de 9e plaats zou afbrengen, waar West-Frisia voorloopig zou zetelen. En evenals de Boys kan ook Alcmaria winnen, als er maar eens fel op den bal gezeten wordt doorde voorhoede. E. D, O. speelt thuis tegen de Kennemers en zal natuurlijk alles op alles zetten, om haar leidende positie te handhaven. Hoewel de Haarlemmers de beste papieren hebben, moeten zij het zich herstellende Kenne mers niet onderschatten. Vooral niet, waar verwacht kan worden, dat R. C. H. met het bezoekende O. S. V. geen moeite heeft. Van belang voor Alcmaria is verder na tuurlijk nog de ontmoeting H. F. C.—H. R. C., want wanneer H. F. C. zou winnen, zou het bij een eventueel verliezen door Alcmaria twee punten van haar betrek kelijk kleinen achterstand inloopen. Waar echter ook H. R. C. lang niet veilig staat, mag men rekenen op een harden strijd met wisselende kansen. En op een uitslag, die in de buurt van een gelijk spel ligt. Tweede klasse B. In de 2e klasse B. speelt Hilversum thuis tegen Zeeburgia en niemand rekent na tuurlijk op een Hilversumsche nederlaag. Wij ook niet! Misschien zelfs wordt het voor de leidende ploeg een extra goede dag, omdat H. V. C. thuis speelt tegen Z. F. C. en mogelijk met een gelijk spel ge noegen zal moeten nemen. D. W. V. v/int natuurlijk van het zwakke Watergraafsmeer. De twee resteerende wedstrijden zijn van belang met het oog op de bezetting der 10de plaats. Zoo zal Vriendenschaar alles moeten doen, om van Hercules te winnen en ze heeft een kans! En de Spartaan zal probeeren gelijk te spelen tegen A. F. C., wat misschien ook nog juist mogelijk is! Het volledige programma der eerste klassers hebben wij eenige weken ge leden als besproken en wij zouden dus naar dat overzicht kunnen verwijzen. Echter, een paar notities zijn wellicht niet overbodig. Zoo zal in afdeeling I K. F. C. op eigen veld nog heel wat moeite hebben met Xerxes, dat met een nieuwe voorhoede uitkomt en misschien daarmee meer succes heeft dan in de vorige wedstrijden. Sparta zal haar best doen, om thuis van H. B. S. te winnen, maar de Hagenaars zullen krachtigen tegenstand bieden en misschien een gelijk spel kunnen bevechten. A. D. O. moet winnen van H. D. V. S., maar dient op te passen voor den tegenstan der, die soms verrassend goed uit den hoek kan komen, terwijl Stormvogels misschien een nuttige zege kan behalen op C. V. V. In afdeeling II zal Feyenoord thuis wel van 't Gooi kunnen winnen, evenals Ajax het op eigen veld wel zal kunnen klaar spelen tegen D. F. C. Ook D. O. S. geven wij een goede kans tegen het bezoekende R. F. C. Rest dan nog V. U. C.V. S. V. (oppas sen Velzenaren!) en D. H. C.Haarlem, in welken wedstrijd vermoedelijk Smit weer zal meespelen. Zou die de andere rood- broeken tot een verrassend spel kunnen inspireeren? Het Oosten. In het Oosten wint Go ahead thuis van Z. A. C. en Heracles van Tubantia. En ver moedelijk verliest Quick thuis van A. G. O. V. V. De twee andere wedstrijden beloven zeer spannend te worden, omdat het krachtsverschil zeer miniem is. Enschedé is misschien nog net sterk genoeg, om een kleine zege op N. E. C. te behalen, dank zij terreinvoordeel, en Hengelo zal probeeren Wageningen een nederlaag te bezorgen, wat vermoedelijk niet gaat! Het Zuiden. Eindhoven zal thuis van Noad kunnen winnen, maar het zal niet verder kunnen uitloopen op N. A. C., aangezien verwacht mag worden, dat Julianen op eigen veld de nederlaag zal moeten lijden tegen de Bredasche club. M. V. V.P. S. V. levert voor de Eind hovensche club hoogstens een gelijk spel op, terwijl Roermond een kans heeft, om van Bleyerheide te winnen. De derby LongaWillem II zal wel zeer spannend worden en elke uitslag zal hier mogelijk zijn. Het Noorden. Het Noorden heeft een nieuw program ma. Van belang is hier F. V. C.Be Quick, omdat de tiende plaats hier in het spel betrokken is. Hoe het komt, weten wij niet, maar nog steeds rekenen wij op een tijdig herstel van Be Quick. Misschien openbaart zich dat morgen in een kleine overwinning. Heerenveen speelt thuis tegen H. S. C. en moet winnen, al zal het krachtsverschil heel gering zijn. Maar dezelfde spanning mag verwacht worden in de belangrijke strijd AchillesG. V. A. V. Voor de Gro ningers is dit eigenlijk de laatste kans. Sneek wint van Leeuwarden, gezien de positie van beide clubs en Velocitas zal het misschien nog juist tot een gelijk spel kun nen brengen tegen het bezoekende Veen- dam. Ziedaar het overzicht! Maarhoeveel van de voorspellingen zullen uitkomen? Nogmaals, de rustperiode kan oorzaak zijn van alle mogelijke verrassingen! Goede dag voor Zaandijk? Het zou voor de leidende Zaandijkers wel eens een goeden dag kunnen worden. Zelf gaan de blauw-witten een bezoek brengen aan de hekkensluiters Assen delft waar ongetwijfeld een volledige zege verwacht mag worden. Het eerste treffen bracht een groote 81 uitslag en in elk geval zal een zwaar bevochten over winning te noteeren zijn. De grootste concurrent Q. S. C. moet naar het blauw-zwarte Z. V. V. enwe vree zen dat de benjamins geen revanche zullen weten te nemen, van de eertijds geleden nederlaag. Trouwens, indien de ex-tweede klassers nog een kans willen behouden, dienen ze te winnen. En Purmersteijn krijgt het ook niet be paald gemakkelijk, met het bezoek aan Kinheim. In Purmerend werd het tegen de, zich inmiddels herstellende Kinheimers een puntendeeling en ook nu zouden de bruin- witten wel eens puntenverlies kunnen boe ken. Succes zal bij Beverwijk ongetwijfeld aan het kortste eind trekken, terwijl Helder in eigen huis tegen Hollandia revanche zou kunnen nemen, van de in Hoorn geleden 43 nederlaag. In de derde klasse B behoort het niet tot de onmogelijkheden, dat Ripperda de lei ding weer eens van de Bloemendalers zal kunnen ovêrnemen. De Haarlemmers krij gen bezoek van T. I. W. en verwacht mag worden, dat de zege in eigen huis zal blij ven. Bloemendaal speelt ook wel in eigen om geving, maar tegen Zandvoort. De Zeekan- ters zijn nog lang niet kansloos enhet zou ons niet verbazen, als ze ten deele re vanche konden nemen, van de eertijds ge leden zeer kleine nederlaag. V. V. A. kan bij de Zeemeeuwen een punt weg halen, terwijl in de beide overige ontmoetingen: SchotenAalsmeer en A. P. G. S.De Germaan, de thuisclub het tot een zwaar bevochten zege kunnen brengen, Weinig verandering? Veel verandering zal hier de ranglijst mogelijk wel niet ondergaan, daar ver wacht mag worden, dat het leidende B. K. C., de hekkensluiters kansloos naar de noordpunt terug zendt. Schagen kan eveneens in de running blij ven, daar de bezoekende Strandvogels ze ker bedwongen kunnen worden. M. F. C. kan ook al in de kopgroep blij ven, daar in eigen omgeving van Texel te winnen is, al spelen de eilanders dit sei zoen wel zeer wisselvallig. Alleen Nieuwe Niedorp krijgt het stel lig met het bezoek aan D. T. S. heel zwaar te verantwoorden en deze z. g. n. „derby", kon weieens in het voordeel van de Oudkarspelieren uitvallen. AtlasWieringerwaard kan eveneen veel spanning geven; mogelijk komt men niet veel verder dan een puntendeeling, hoewel de bezoekers ons iets sterker lijken. Ook in de vierde klasse B zal de rang lijst stellig niet veel verandering brengen. Het leidende K. V. V. zal het bezoekende Andijk wel niet veel kans geven, terwijl I. V. V. de bezoekers Uitgeest even eens met ledige handen naar huis zal zen den. Voor E. V. C. wordt het even moeilijker, toch zullen de Edammers de trip naar Sporters wel tot een goed einde weten te brengen. C. S. V.Bergen wordt weer de big- match voor onze omgeving. Of de Castri- cummers het tot een volledige revanche zullen brengen, meenen we te moeten be twijfelen. Vele belangrijke ontmoetingen! Alkmaar I ontvangt R. C. Z. I en Oudorp I den concurrent,O. F. C. I. M. E. V. O. I—Alcmaria V Dirkshorn IM. E. V. O. n. Zou ook hier de lange rustperiode afge sloten zijn en gevolgd kunnen worden door 1 1 AMIRICAN «JciGARETTES een flink verwerkt programma. Er bestaat alle kans toe, maardan zal Pluvius niet voor een verrassing moeten zorg dragen, want nog zeer vele terreinen zijn „verza digd" van vorst, sneeuw en dooi-perioden en er behoeft maar heel weinig te ge beuren, om eenige afkeurings-berichten langs de telefoon-draden te doen snellen. „Maar laten we optimist zijn, temeer, daar het programma zeer veel belangrijke en in teressante ontmoetingen laat zien. Bezien we de eerste klasse A, dan komen we tot de ontdekking, dat het leidende Alkmaar I in de morgenuren weer eens in eigen omgeving zal spelen, waartoe R. C. Z. I een bezoek komt brengen. Men zou reeds dadelijk geneigd zijn, een groen witte zege te verwachten; laat ons echter hopen, dat de Westerweg-bewoners niet aan zelfoverschatting zullen lijden; niets is gevaarlijker dan dat. We zyn er echter van overtuigd, dat de beide winstpunten in de kaasstad zullen blijven, indien de groen- witten zich voor de volle 100 procent zullen geven en daar mag «toch zeker op gerekend worden! De grootste concurrent O. F. C. I krijgt het nu niet bepaald gemakkelijk, daar een bezoek aan het Oudorp-veld, niet een gemakkelijke opgaaf is, omdat de Oudor- pers nog al eens geducht van zich af kunnen bijten. Het zou ons dan ook niets verbazen, in dien de Oostzaners een kostbaar punt moesten laten. Vrone I ontvangt K. V. V. III en hier be staat voor de groen-zwarten weer eens een mooie gelegenheid, om een tweetal punten te incasseeren en zoo zachtjes aan beslag op de derde plaats te gaan leggen. Kom aan, groen-zwarten, laat eens zien! Alcmaria IV gaat naar de Beemster klei en dat zou wel weer eens een zware trip kunnen zijn. Konden de withemden deze ontmoeting eens tot een goed einde bren gen, dan zou er nog een mooie kans op ontsnappen zijn. We vreezen, dat het niet geheel zal lukken, al zullen de Sportpark- bewoners zich natuurlijk geducht inspan nen. In de tweede klasse B is iedere wedstrijd op zich zelf belangrijk, daar hier nog geen enkele ploeg kansloos is en we zijn dan ook zeer benieuwd, hoe de situatie hier na Zondag uit zal zien. Ursem I heeft met een enkel punt meer doch echter ook één meer gespeelden wedstrijd, momenteel de leiding. De Ur- semmers ontvangen nu D. T. S. II, welks kans natuurlijk heel klein zou worden, in dien de Oudkarspelieren zouden verliezen en, eerlijk gezegd, we vreezen voor de be zoekers. M. E. V. O. I krijgt bezoek van Alcmaria V en ook hier zou een nederlaag van de thuisclub, de Mevo-papieren geducht doen dalen, terwijl de Alcmariaansche positie heel mooi zou worden. Maar, zoover behoeft het voor de groen-witten echter niet te komen; we achten hen heusch in staat, op En waarempel, zoo kregen ook wij dien avond nog reden om blij te zijn, dat Alk maar, idem zooveel jaar geleden, ontzet was. Want na lang rondzwalken door die, voor onze armzaligheid zoo hatelijk feestelijke stad, waar we telkens feestelijke grofheid hadden te lijden, raakten we opnieuw be klemd in een hossenden troep. Een paar groote lefhebbers namens ons onder de ar men en sleepten ons, voor den mop, voorop dat die twee schooiers daar mee zouden dansen. Maar toen we ons nijdig verzetten, drong een aardig blond meisje door en pleitte verontwaardigd, dat ze die arme stumpers ongemoeid zouden laten. Haar booze blauwe groote kinderoogen maakten op de brute jongens blijkbaar indruk. Want toen Toon meteen z'n kans waarnam en 'n koffertje al openmaakte om z'n muziek- barrels aan te bieden, stopten ze ons ieder 'n kwartje in de hand en drongen ons gauw met een goedig duwtje weer in een anderen stoet. Deze feestgave noopte ons toen wel, om in 't Sterretje te gaan overnachten want hoe weinig zin we er ook in hadden: wij onder gingen nu eenimaal het landloopersbestaan om 't eerlijk voor de maatschappelijke men- schen te beschrijven. En lafheid mocht ons dit griezelig avontuur niet laten ontgaan. Dus dwongen we ons, ook tegenover elkaar, de tanden gebeten, opnieuw naar binnen. Gelukkig was de kroeg van klanten leeggeloopen. Alleen hun stinkende, rooke- rige drankwalm was er achtergebleven, met een vieze plassenboel over den vloer. In een hoek, bij 't bedsteegat, stond de bolleboffin zich al uit te kleeden. Ik verwonderde mij, hoe die vette padde daar doorheen kon. En in een hoek zat 't dronken buitenaartje kermende kwalijk te doen. De kostbaas, t hoofd in z'n handen op tafel, wachtte snor kend op ons. Maar z'n vrouw snauwde 'm wakker en trok toen rellig eerst nog 't jan kende bocheltje daar overeind, om 'm naar bed te sturen. Maar omdat ie nog op z n beenen niet staan kon, kwakte ze 'm meteen neer op den grond, waar ie „chottechotte- chot" bleef liggen kreunen in 't vuiL Nu en dan dook z'n bavianige snoetje grijnzend op uit z'n slappe lichaam en stak ie z'n tong uit tegen zijn gastvrouw. Maar dit mishaagde den ook al zeer ge- melijken waard. Ja, zei hij, de slapers bo ven hebben 'm de trap afgewerkt, omdat ie weer zoo lag te ijlen, dat loeder". Meteen schopte hij in z'n lendenen, dat de stakker 't uitjankte als 'n hond. „Maar wa 'k wou zegge: kan jullie schrijve?" Ja, nog zoo'n beetje. Schrijf den zoo goed as je kan hier je naam d'r 's op die nachtlijst Zóó, hiet jij Harms?" want onder dien naam landloo- perde ik. „Is dan dat dikke wijf Met dat orgeltje?" viel Toon, inner lijk grinnikende, in „die in de drank is gestikt? Da's hier Harms z'n tante, nie- waar broer? Nou krijg ik je cente. Vier stuivers de man. Toen bracht hij ons langs een wankel lad dertje het vlieringgat in. We lagen er dien nacht, wel geteld, met ons negen en dertigen, mannen en vrouwen, dicht naast elkaar. Daar hadden we eerst tusschendoor moeten kruipen, stappende over de slapers heen in 't schemerdonker. Want aan beide kanten lagen ze met de hoof den tegen de dakwanden aan. En 't paadje er tusschen langs al die voeten was zoo nauw, dat je er alleen overdwars langs kwam gestrompeld. Door 't gedrang van die dichte massa warme lijven en 't voddige dek, waarmee de gammele vloer overladen was. Onder de lage balkenzoldering hing een mengeling van walgelijk dikke slaap- walm, scherpe drankstank en wee-vunzige wasems uit de vervuilde lijven en de hoopjes verarmde, nat geregende kleeren. Ik moest er tot achteraan door, al verder die verstikkende zwarte tunnel in, waar de hitte me gloeiend naar den kop sloeg. Ik proefde de zuchten van kwalijke adems warm en duf in mijn mond. Tot ik tegen planken stootte en een deur naar binnen week: een kort brokje vliering nog afgescho ten „voor de getrouwden", naar 't heette. Maar gelukkig viel een schimplicht van de maan door een dakraampje. Er hing ook 'n olielampje, maar dat kon alleen maar wal mend branden in die bedorven lucht. De waard maakte kort uit: „hier slaap jij, Harms! En 't deurtje sloeg achter mij dicht. Toen plofte boven z'n hoofd ook 't zolderluik toe, hoorde ik hem 't laddertje wegnemen. We zaten er dus als ratten in de val, en kon den er niet uit weg. Dit maakte my even zóó benauwd angstig, dat ik de aren op mijn hoofd voelde zwellen. Ik had wel willen gillen, zoo bang als ik in eens was. Want dan ligt zoo'n nacht als een oneindigheid voor je, waar je nooit doorheen komt. En hoe snakte alles in mij naar fris- sche lucht. Maar er was niet anders dan die wee stinkende walm om door je neus en je mond in je longen te vunzen. En waar ik mij wendde, raakte ik de lauwe plunje van andere slapers; mijn voeten verwarden erin, mijn handen streken er bij iedere beweging langs. Ik durfde mijn schoenen ook niet uit doen, om niet dat viezige nat van den vloer in myn sokken te voelen trekken. En toen ik even 't bed betastte, waar ik in dat geultje, nauw tusschen de andere ingesloten, op moest, trok ik gauw griezelend terug voor die vochte kleverigheid en de muffe men- schenlucht. Maar dan zie je de maan, die achter 't ven stertje 'n warreling van berookte daakjes spokig verlicht en die waas-bleeke roer- looze rust aan den nachthemel. De maan, die zoo stil gelijkmoedig neerkijkt op al dat kleine aardsche gewroet. En dat stemt je toch kalmer, gelatener. Want je denkt: de tijden gaan eeuwig voort, de dagen, de nach ten: één nacht heeft immers geen zin in die eindeloosheid. Voor de maan, die de aarde maar zoowat witjes weewarig beziet, is heel Alkmaar nauwelijks 'n stipje. Wat maak jij dan nu zoo'n koude drukte, me jongen? Waar over wind je je zoo op? Wat is er dan zoo'n nacht in 'n slaapstee met al die maatschap pelijke wrakken voor hevig ontzettends? Nacht aan nacht is 't hier zoo, zij 't dan in 't verborgene, tot nu toe, voor jou ver wendheid. Wat heb jij recht om je van streek te maken, nu je daar voor één keer vrijwillig in deelt? En dan laat je gedwee je kleeren vallen, en cp 't brok matras ga je liggen Wat kan er je nu gebeuren, waar door ook maar even 't lakonieke gezicht van de maan zou ontstellen? Dicht over mij lagen 'n man en een vrouw, die ik langzaam onderscheidde. Zijn fijne, wasbleeke gezicht in 't maneschijnsel, en over 't dek zijn langen zwarten baard zorgvuldig neergelegd, 'k Herkende den heer van 't dokterachtig koffertje, en nu zag ik zijn houten been ook vertrouwelijk over 't voeteneind liggen mee uitrusten, naast den glanzend nieuw opgestreken hoogehoed, dien hij, als kostbaarst relequi van zijn voornaamheid, dus zelfs 's-nachts in zijn bereik wilde houden. Die andere kop met de schrijnend groene oogspleten, die aldoor meeloerden waar ik mij had bewo gen in 't bleeke licht, die verschoten geel blonde haren in spichten om haar roode gezicht dat was dus zijn vrouw, die zoo gruwzaam hysterisch had zitten zingen 'n kop, die nog wel gloeide, maar zoo doods- hoofdig mager en haast doorzichtig, dat hij wel haast uitgebrand moest zijn. Hoe angst wekkend zwijgzaam was zij nu onder dat felle lenzen, dat ik 't steken ervan onbeha gelijk op mijn voorhoofd meende te voelen. 't Was wonderlijk, dat je in dien bleeken schijn nu alleen nog maar 't verdachte, hei melijke leven zag van de oogen in gezich ten als doodenmaskers. Van de twee hoor de ik zelfs geen adem. Alleen die vier glimmende oogen vóór hun broedende hersens volgden spiedend iedere beweging van mij, hoe ik ook ging verliggen. Want ik kon mij niet stil houden op die kleverige, klam-lauwe vodden-boel, die zoo walgelijk lag te vunzen. En gloeiende krie belingen kwamen op langs m'n beenen, langs m'n rug, in m'n nek en m'n haren. Brandende striemen voelde ik naschrynen in m'n huid. Ik moest zoetjes m'n voeten optrekken, telkens schurend m'n armen verleggen, om 't bijtend gejeuk over m'n beenen en schouders.... Bij 't even op-pieken van 't lampje zag ik toen dat de wand, waar ik met m'n hoofd tegenaan lag, een eind was geteerd gewoon middel immers om wandluizen daar in den muur te begraven. Maar hoe scherper ik keek, des te meer dof roode vlekken waren er op 't glimzwart, van 't ongedierte, dat er doodgedrukt was. En nóg schaamde ik mij om te krabben. Want m'n buren lagen zoo stil, en die zou den misschien denken dat ik zelf onder 't „onrein" zat. Tot plotseling met 'n vloek mijn diaken achtige buurman opsprong in z'n goor bak kers-blauw baai, dat z'n kort stompje been, met lappen omwonden, boven dek wipte. Die lijkbleeke man met z'n verwilderde zwarte haren en 't gewar van z'n baard schuddende mee, ging zich toen zóó ver woed met de nagels langs 't lijf zitten krau wen, dat ik 't hoorde krassen en m'n vin gers toen ook niet meer in bedwang kon houden. Dit was als het teeken geweest. Meteen hoorde ik Toon gruwelijk inwendig grom mende tegen 't schot aan bonken. Langs de heele vliering vol menschen ging 't woe lende schurken, 't nijdige, vloekende krab ben van striemende nagels, 'n woedende aanval op de onzichtbare drommen van gloeiende, bijtende luizen en vlooien, die je eindeloos voelde aankriebelen op dit overvloedige aas. En ik kon er n i e t uit, uit die giftig door- jeukte volte van vunze lompen met warme lijven en hoopen stinkende kleerenDe vlieringtrap was weggenomen Nog stel lig vijf, zes uur moest ik m'n koorts-gloeien de, pijn jeukende lichaam daar stil in 't vuil laten liggen en den verstikkenden slaapstank blijven ademen met alom die vier starende oogen, bleek van maan licht, op mijn gezicht gericht, als 't laat ste oordeel. Maar daar was toch een zolderraam. Ach ter de spinrag-begroeide ruitjes stond koel en rein de nachtlucht. Ineens had ik 't heel onderdanig aan mijn buren gevraagd: „Vindt u 't niet erg warm hier? Zou 't u hinderen als ik dat raam een klein eindje open zette?" Uit de vrouw kwam een brommend ge rommel als van een klok die gaat slaan. Maar de man legde z'n hand op 'r mond en siste dreigend: „Ssst, Mina!" Toen kuchte hij even en nam boven den baard, dien hij hiertoe glad had gestreken, plechtig het woord. Langzaam, met verzorgde buiging van stem, in gemaakt brouwend Haegsch, was 't of hy 't voordroeg uit een stichtelijk boek: 't Is hier een temperatuur, die waer- lijk te hoog is. Veel te hoog, want 50 gra den Celsius mag normael heeten voor een slaepvertrek ssst Mina!" kneep even z'n hand om haar strottehoofd, dat ze kreunde. „Een atmosfeer, bovendien be zwangerd van stikstof en andere schaede- lyke gassen.,., Ssst dan toch Mina!" Want 't mensch worstelde telkens haar hoofd los uit z'n smorende greep, om óók wat te zeggen. Meteen drukte hij haar weer neer, verlegde dan z'n hand op 'r mond, waar de mommelende doffe geluiden in werden gesmoord. Hoewel hij tegenover mij zijn gezicht zalvend hield, alsof hij met die venijnig bedwingende hand niets te ma ken had Want u hebt al wel bemerkt, hier Mina, mijn vrouwtje, en ik oud-notaris van eerste famielje, aengenaem, vanzelf zijn wij in ons heerehuis aan ruimte, lucht, reinheid en alle comfort verwend geraakt. En dan kan de mensch in bezwangerde ver trekken bezwaarlijk leven Pats! kreeg hij van zijn vrouw onver hoeds een klap midden in z'n gezicht. „Stik jii toch, Judas!" Maar meteen alweer had hij haar hoofd met de van weerlooze haat uitpuilende oogen neergedrukt, opnieuw met z'n hand als een klem om haar hals geknepen. Zoo oreerde hij waardig voort: „Wij beiden, Mina en ik, in weelde hebben we onskreng, mot je me bijten?" viel hij ineens fluister-dreigend uit, en ter wijl hij 't dek tersluiks wat ophaalde over z'n martelende hand, weer hardop en lief jes: „nou, Mina, vrouwlief, wel te rusten. Lig je wel hoog genoeg met je hoofdje, mijn vrouwtje? Nacht Mina!" Maar z'n bedwin gende hand kwam niet af van haar al maar om bevrijding wringenden kop. „Ik zeg, wij zijn beiden zeer hygiënisch groot ge bracht. Frissche kamers, open raam om bij te slapen, maar de meeste collegaes hier en vooral onze medezusters van langs 's Heeren wegen hebben overwegende be- zwaeren tegen wat frissche lucht. De minderheid moet zich in het leven naer de meerderheid weten te schikken, niet waer? Wij leven in een democratische staat Maar ik <had 't raampje al lang open ge rukt en voor 't neerrinkelen er m'n valiesje onder gezet. Tot mijn middel hing ik eruit geduwd, gulzig de frissche nachtlucht in te pompen. Maar de blikken dominee voerde nog altijd even langzaam-gedragen 't woord tegen my. Dus móest ik wel weer naar binnenToen ging ik overeind zitten met m'n gloeiende hoofd vóór de raam opening. M'n angst was heelemaal verdwe nen. Ik hoorde hoe 't smoordronken bultenaar- tjè nog al maar bleef liggen martelen en hardop haspelen door de snurkende slaap rust heen. „Heb ik 'n bochel?" zwet ste hij hardop voort. „Zonde voor God, da'k me gebojen nooit meer hou verdik keme want me bloed en me ziel, 't is allegaar jenever. Zóó spoeg ik me zenuwe heelegaar uitchottechottechotawaai, awaaiTot vloekende stemmen van z'n buurslaDers losrommelden. Ze dreigden 'm het zoldergat weer uit te bliksemen... Maar toen kreeg hij blijkbaar zóó'n bonk op z'n hoofd, dat hij bedwelmd bleef liggen Nadruk verboden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 9