Hij is er QemeetUeuuUn wfefl va3! ROODE stee NOTITIE-BOEKJE. "~heerhugowaard uit m ij n derde blad. OTERLEEK Nèt heeft de cliënt z'n pijpje opgestoken uit een versch pakje en hij is er wèg van! Zelfs kenners op het gebied van tabak zijn wèg van zulk een weergaloos geurig en smakelijk rooken: Niemeijer's Roode Ster Tabak! M. J. BRUSSE: Stormweer op het lichtschip. ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 28 JANUARI 1939. Donderdag vergaderde de Raad. De voorzitter, burgemeester Sutman Meijer, heeft in zijn openingsrede de beste wenschen uitgesproken voor het nieuwe jaar. Bij de ingekomen stukken werd een byief behandeld van mevr. de wed. A. Dapper te gchoorl, om verlenging van den ontrui mingstermijn van de onbewoonbaar ver klaarde woning Kruisweg H 24, thans be woond door den heer P. Wokke. Besloten werd den ontruimingstermljn te verlengen tot 6 Juni, daar adressante een poging wil aanwenden, om voor den tegen- woordigen bewoner met rijkssteun een nieuwe woning te bouwen. B. en W. stelden voor, na overleg met de commissie van bijstand voor het gem. electr. bedrijf, aan den tegenwoordigen hulp-lijn- werker C. Groot een tijdelijke aanstelling uit te reiken voor het jaar 1939. Aldus be sloten. B. en W. stelden voor, om in navolging van het ministerie van binn. zaken aan den heer W. Cornelisse een premie toe te kennen voor de verbetering van zijn woning. De totale kosten aan de verbetering verbonden zullen maximaal f 36 bedragen, waarin het rijk een premie verleent van 8, mits de ge meente daaraan 4 toevoegt. De heer Tromp bracht eenig bezwaar in het midden tegen een aansluiting bij de wa terleiding. Dat schept consequenties. De voorzitter merkte op, dat het hier een leiding in huis betreft. B. en W. stelden voor het ambtenaren reglement en de reglementen regelende de rechtspositie van den gemeentesecretaris en den gemeente-ontvanger te wijzigen. In deze reglementen wordt verwezen naar bepalin gen der-dienstplichtwet. De wijzigingen wer den aangebracht. Vervolgens werd voorgesteld de verorde ning tot heffing eer.er baatbelasting. Een prae-advies hierover was aan de raadsleden toegezonden. Na eenige korte besprekingen werd dit voorstel aangenomen. Instandhouding school III. B. en W. stelden voor te bepalen, dat om voldoende openbaar lager onderwijs in een genoegzaam aantal scholen in de gemeente Heerhugowaard te geven, de instandhouding van een openbare school in het Noordelijk deel der gemeente gevorderd wordt. Ver leden jaar werd een zelfde besluit genomen. Aangezien de omstandigheden sedertdien niet zijn veranderd, stelden B. en W. voor om ook voor 1939 wederom een zoodanige verklaring af te geven. Aangenomen. Venten met gedrukte stukken. B. en W. stelden voor wijziging vart de algemeene politieverordening, t.a.v. het ven ten met gedrukte stukken. Het is in de prac- tijk noodzakelijk gebleken, om dit voor schrift meer effectief te maken. De heer Van Elten merkte op, dat dit toch niet voor het colporteeren met propaganda- lectuur opgaat. De voorzitter zeide, dat dit niet de bedoe ling is. De heer Tromp: Het gaat zeker over het venten met liedjes, enz.? Dat is ook niets anders dan verkapte bedelarij. De voorzitter: Het is de bedoeling, dat be paalde uren worden aangegeven. De heer Tromp: Dan maar zoo weinig mo gelijk uren beschikbaar stellen! Hierna werd het voorstel aangenomen. Het volgende voorstel was, om aan de ge meente Broek op Langendijk voor het jaar 1939 een bijdrage te verleenen van 100 in den bouw van een nieuwe sluis aldaar. De heer Dekker: Is het de bedoeling het voor 40 jaren te geven? De voorzitter: Néén, alleen voor het jaar 1939. Broek zal wel blij zijn, als het voor 1939 wordt verleend. Het voorstel van B. en W. werd aange nomen. Hierna stelden B. en W. voor de gemeen- tebegrooting 1939 te wijzigen. I De heer Tromp vestigde de aandacht op de post aanschaffing van gasmaskers e.d. De voorzitter antwoordde, dat deze noo dig zullen zijn, om het den Luchtbescher mingsdienst in tijd van nood mogelijk te ma ken, te werken. Eerst was 1200 geraamd. Verschillende instrumenten heeft men noodig. Daarom is nu 500 aangevraagd. De voorgestelde wijzigingen werden aan genomen. B. en W. stelden voor hen te machtigen een perceel grond, groot 7.4 Are, aan te koo- pen tegen een prijs van 40 per snees. Wan neer de sloot bij den Broeker weg gedempt mag worden, zal men het perceel kunnen aankoopen. De afkoopsom van de polderlas- ten is 33.15. De machtiging werd verleend. De voorzitter gaf een uiteenzetting van den stand der werkverschaffing in de ge meente. Het is niet zoo vlot geloopen, als het gemeentebestuur zich had ingedacht. Er waren 7 objecten, die gedurende langen tijd werk zouden hebben gegeven aan een flink aantal arbeiders. Ten eerste de particuliere werkverschaffing, baggeren, egaliseeren enz. Die zijn echter nog niet goedgekeurd door het departement. In het bestek van de ver breeding van het Kabelpad is de wijziging van de loonen van 25 in 26 cents per uur na veel moeite aangebracht. Men hoopt over 14 dagen te kunnen beginnen, misschien ook met de baggerregeling. Dan kan 85 man uit het stempelen worden gehaald. De slootdem- ping bij den Broeker weg ondervindt veel stagnatie doordat de commissie voor water verontreiniging een biologische reiniging verlangt. Het volks- en schoolbad is ook van veel belang. Daarvoor moet nog in contact worden getreden met de plaatselijke zwem- vereeniging. Wethouder Krom was bang, dat de bagger regeling in de verdrukking zou komen, door dat het zoo laat wordt. De voorzitter merkte op, dat er weinig aanvragen zijn. De heer Commandeur: Is daarvan niet de oorzaak, dat er meer moet worden bijgedra gen dan anders? De voorzitter zeide, dat dit niet het geval is. De heer Dekkers merkte op, dat velen be zwaar hebben tegen de demping bij den Broeker weg. Er is een bezwaarschrift opge maakt. De voorzitter vond dit vanzelfsprekend. Er zijn altijd wel tegenstanders, als het over een flink stuk gaat. Spr. zou de beslissing over een en ander maar aan hoogere instan ties willen overlaten. De heer van Elten wees er op, dat de ar beiders tengevolge van deze stagnatie, welke hij niet aan het gemeentebestuur verwijt, langer in de steunregeling hebben moeten zijn dan anders. Spr. zou willen vragen, aan de werkloozen een toeslag te geven. De steun is laag. De voorzitter geloofde niet, dat dit zou worden toegestaan. De minister moet voor meer gemeenten zorgen. Hij kan wel zeg gen, dat de arbeiders verleden jaar in gun stiger condities hebben verkeerd dan elders. De heer Groenland bracht den kleinen tuin- derssteun ter sprake. Hij zou daaraan meer bekendheid willen geven, omdat er nog veel misverstand over bestaat. Men weet niet of men er voor in aanmerking komt. De voorzitter: Men kan toch even infor- meeren op het gemeentehuis. In den regel komt men wel, als er iets te krijgen ,is. Niettemin zal er nog eenige bekendheid aan worden gegeven. Daarna sluiting. Na een woord van welkom las burge meester Posch, in zijn kwaliteit van secre taris, in de gistermorgen gehouden raads vergadering de notulen, die den heer Witte- veen, die de vorige vergadering niet had bijgewoond, aanleiding gaven op te merken, dat nooit serieus geprobeerd is, om het zonder politie te doen. Weth. Dekker voerde hiertegen aan, dat bij zijn bezoek de commissaris der koningin verklaard had, dat dit niet moge lijk was. De heeren poogden hierop over dit punt in een breedvoerige discussie te treden, doch de voorzitter sloot de bespreking over dit punt, omdat dit met de vaststelling der notulen niets te maken had, waarop de notulen onveranderd werden vastgesteld. De school te Oterleek wordt opgeheven. Van de kroon was een beschikking inge komen, waarbij het beroep van den raad, om de school in Oterleek, om bijzondere redenen te handhaven, werd afgewezen. Noodgedwongen werd deze beschikking z. h. st. voor kennisgeving aangenomen. Oterleek krijgt dus een centrale school te Stompetoren. Tot lid van het Burgerlijk Armbestuur werd het aftredend lid, de heer C. J. Baltus, herkozen. Aan de orde kwam hierop een voorstel van B. en W. om de commissie van toe zicht op het 1. o. op te heffen. De raad schrapte reeds eerder de uitgaven voor deze post en wettelijk wordt de handhaving niet voorgeschreven. De heer Heringa verklaarde zich er tegen en wilde desnoods weer 10 voor de commissie beschikbaar stellen. De voorzitter zeide, dat de 10 niat het hoofdbezwaar was, doch in tal van ge meenten worden deze commissies afgeschaft. De heer Witteveen steunde het voor stel van den heer Heringa en wees er op, dat deze de verantwoordelijkheid draagt voor het intrekken van de 10. Het voorstel werd hierop met 4 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen de heeren Swaan, Witteveen en Heringa. Besloten werd in de veld wachters veror dening de noodig geoordeelde administra tieve wijziging aan te brengen. Van de heeren C. J. Hoedjes en P. Conijn was een verzoek ingekomen om voor de vervoerkosten van hun kinderen een ver goeding toe te kennen. Voorgesteld werd per kind 15 ver goeding te geven. De afstand voor de kin deren uit het eene gezin bedraagt 4.9 K.M. en uit het andere 4.5 K.M. Het eene gezin heeft 4 kinderen en het andere 3. De heer Swaan oordeelde 15 per kind wat hoog, vooral daar ze per fiets gaan. Weth. Dekker zeide, dat voorloopig misschien met 12 kan worden volstaan en dat B. en W. een maximum van 15 be oogen. De heer Swaan vereenigde zich met het voorstel van wethouder Dekker, dat z. h. s. werd aangenomen, zoodat per kind 12 per jaar zal worden vergoed. Verbetering Dorpsweg. Aan de orde was hierop een voorstel van B. en W. om den Dorpsweg in onderhoud over te nemen van den Oterleekerpolder. De on dergrond behoort aan de gemeente, doch het onderhoud behoort bij den polder, terwijl de bermen weer in onderhoud zijn bij de gemeente. De polder wil van het onderhoud af. Be sluit de gemeente tot overname tegen ver goeding van een vaste bijdrage, dan zullen Ged. Staten dit wel goedkeuren. De weg is 766 M. lang en 3 M. breed en met den polder is overeengekomen, dat deze eeuwigdurend 383 per jaar bijdraagt. De gemeente zal dan de weg asfalteeren. De kosten zijn geraamd op 7500. Hiervoor moet een leen in g worden aangegaan voor den duur van 15 jaar. In aansluiting vordert dit per jaar een uitgave van 608, waarvoor de polder 383 bijdraagt. Verwacht kan worden, dat daarna volstaan kan worden voor het onderhoud met de bijdrage van den polder. Weth. Spaan deelde mede, dat in den polder het besluit reeds met algemeene stemmen was aangenomen. Spr. oordeelde het voorstel ook voor de gemeente aan nemelijk. De opzichter, de heer Crynse Lokke, gaf een toelichting over het asfalteeringsplan. NIEMEIJER'S 6, 10 en 13 ct. JSÊT 11 per half ons /T\l| lUoRÈ^ll WWIMA Rr mÊÊÊWÊÊWt Zeldzaam zacht en licht in de pijp! Men raakt nu ook af van het water, dat regelmatig op den weg staat. Hier en daar zal een eenvoudige riolee- ring worden aangebracht en zal een hekje achteruit moeten. De voorzitter verwachtte hiervoor de medewerking van de menschen. De rijweg wordt 3 M. breed, met aan de randen een betonband. De trottoirs worden voorzien van klinkers. De heer Baltus wees op het risico bij valutaverandering. De heer de Boer vereenigde zich met het voorstel, dat hij aan den veiligen kant oordeelde. De heer Swaan oordeelde, dat men over de toezegging van den polder tevreden kan zijn. Met het oog op onvoorziene omstandig heden gaf weth. Dekker de voorkeur aan een gewone leening. De voorzitter stelde voor, om aan B. en W. over te laten de voordee.ligste leening aan te gaan. Er is een aanbod van 3 XA Een annuïteitsleening is voor de thans levenden voordeeliger. Z. h. s. werd het voorstel aangenomen. Besloten werd een annuïteitsleening aari te gaan. De voorzitter sprak een woord van dank tot het polderbestuur voor de mede werking en sprak als zijn overtuiging uit, dat het besluit tot heil van de gemeente zal strekken. Ook de heer Lokka had een dank woord in ontvangst te nemen. Van den Ned. Bond van Arbeiders in het Land- en Tuinbouw en Zuivelbedrijf was een verzoek ingekomen om het basisloon van 24 op 26 cent te brengen en de beugel- I vergoeding op 0.50 te houden. B, en W. merkten op, dat de vaststelling van het basisloon tot de competentie van den minister behoort en stelden voor de beugelvergoeding op 0.50 per week te bepalen. De rijksinspectie schrijft 0.20 voor, doch de gemeente kan dit wel ver- hoogen. Ook krijgen de arbeiders, die grep- pelen, laarzenvergoeding, evenals de bag geraars. De heer Witteveen oordeelde het verzoek gewettigd, gezien het feit, dat in de naburige gemeenten meer wordt ge geven. Vandaag den dag geldt nog het woord „Zorg voor een koopkrachtige massa en de crisis is opgeheven". Spr. wijst er op, dat de verhooging weer in levensbehoeften wordt omgezet. Spr. stelde voor den minister te verzoeken de verhooging toe te staan. De voorzitter: De vee- en zuivel- prijzen gaan angstig terug en het loon in het vrije bedrijf is 25 cent en daarboven kunnen wij niet gaan. De heer Witteveen oordeelde het een het gevolg van het ander. De arbeiders hebben ook liever onze zuivelproducten. De voorzitter: De werkverschaffing is een noodmaatregel. Normaal is, dat de arbeiders weer terug moeten naar het vrije bedrijf. De minister zal rekening houden met de loonen in het vrije bedrijf. Ons loon verschilt 0.15 per week met Zuid- en Noordschermer en Hensbroek. Een belang rijke factor is, dat wij hier geen steunrege ling hebben. De heer Baltus oordeelde daarom den toestand voor de werkloozen beter dan in de andere gemeenten, omdat ze regelmatig in de werkverschaffing geplaatst kunnen worden en ook niet naar de centrale werk verschaffing worden gezonden. Tegen vier uur 's nachts kon ik mij einde lijk niet goed meer staande houden, zoo stijf vast met m'n verkleumde handen tegen de reddingsloep aan. Toen heb ik me wezenloos maar laten gooiën en smijten door 't stam pende schip, tot ik de hut achteruit inge- zwaaid was. Van uitkleeden was geen sprake, omdat je geen moment op je voeten kon blijven staan op dat kleine vloertje, dat sis 'n stoomwan tekeer ging. Ik greep me dus pardoes vast aan de plank van m'n kooi, hoog boven m'n hoofd, trok me op, sloeg er weer af door een slingering, waarbij de hut °P haar wand lagMaar 't volgende oogen- blik werd ik er vanzelf net zoo ingekwakt. En als 't u interesseert haast gelijk tijdig viel ik in de koffer en in slaap. Als je dan den volgenden ochtend vroeg wakker wordt, schiet 't door je benul: don kere nacht voorbij, weer dag; de stoom- loodsboot komt mij straks halen en brengt me aan wal! Maar meteen voel je je weer wiegen en schommelen in je kooi, zoodat je nu eens met je voeten, dan weer met je kop al dieper wegzakt en telkens omrolt, je hoofd bonzend tegen den wand, en dadelijk hierop sla je het bedsteegat haast uit. Goe de genade, die weëe deining in je holle maag, dat zwevende in je lichte hersens; nóg weer aan dag op die helsche wip in zee. Want on versaagd hoor je den wind razen over dek ®n de golven beuken als mokers buiten tegen de scheepshuid, waar je kooi aan ligt. Vlak bU je ooren rammen de stukken water de Planken, die er van piepen en kraken tegen elkaar, en telkens weer rukt het vuurschip aan den ankerketting, dat de boel er van om- s aat boven en naast je, terwijl je opge geten wordt van je bed Geen plekje om er aan te ontkomen. Voor je vermoeide oogen slingeren tergend regelmatig de kooi- gordijntjes en je ulster, die er naast hangt. In de kajuit zeulen de kolen weer ramme lend door den bak. Uit mijn kooi kan ik de kajuit binnen zien. Daar zit de kapitein tusschen de tafel en den wand vastgestuwd, zijn witten kop rustig over den Bijbel gebogen. De groenbleeke kok met zijn blauwe boezeroen en den bult van een pruim in zijn wang, is nog altijd maar weer huishoudelijk bezig. Hij maakt de kachel aan. Een zware petroleumwalm slaat over mijn arm hoofd en ik hoor de vlam razend snorren in de pot, want dat trekt als een lier met dien storm. Als een koorddanser staat 't kokkie op 't vloertje te zwiepen en te knikken, telkens met wijd uitgeslagen armen als wil hij van wiek. Hij valt om, omarmt 't vuurspuwend en kwalmend potkacheltje en duwt zich zuchtend weer overeind. Meteen ziet hij mijn open oogen, slaat aan met één vinger en prijst me: „Vannacht nog maar een balie-tje voor uw kooi gezet. Kan nooit weten, met zulk slingerend weer. Maar ik heb 't al ge zien: nog heelemaal leeg. Dat noem ik kranig; m'n eigen vrouw had ja allang voor merakel gelegen met 'r heele inventaris naar buiten Maar nou zoometeen een lekkere mok koffie en dan een borretje gort met stroop Nog één woord, en de balie was niet lan ger leeg gebleven. Maar daar heeft de stuur man mij voor bewaard door met z'n stem als een windstoot den kok naar dek te bevelen. Dat vreeselijk opstaan! Je laat je eindelijk dan maar zakken langs je kooi, tot je voeten 't vloertje hebben opgevangen en meteen word je omver gemikt in de kleine hut. Zoo dra je je dan weer overeind hebt gewerkt en trantelend een roekeloozen stap gezet, sla je pardoes tegen den overwand aan. Tot je eindelijk een stoel midden in gepoot krijgt en daarop maar zit te schommelen, telkens je armen wijduit geslagen, om je af te zetten van de wanden, die vóór je schuin naar boven gaan en nog weer schuiner neerdalen opzij. 't Is een grauwe ochtend, want door de lan taarn schijnt kil bleek licht om je heen als onder water. Nu en dan zeulen de bedgor- dijntjes kriebelend over je gezicht en nog eens weerom. Wezenloos zit je in dat naar geestige folterkamertje, wanhopend om dien nieuwen dag op 't lichtschip. Je voelt je oogen zwaar als biljartballen door je hoofd klotsen en een leege weeheid rolt door je maag met de deining. Onder je kooi is een schuif heeft de kapitein goedig beduid en daar vindt u je waschgerei op. Eindelijk verman je je, snakt naar frischheid van water. Zoodra 't hutje dus achteruit komt te zweven, neem je je kans waar en maakt den wervel los, dat meteen, met een schok, de schuif naar buiten ploft: een koperen waschkommetje. een koperen kannetje, een bakje met zeep. Maar regelmatig gaat nu 't hutje weer voorover hellen, en net als je 't kannetje wilt grijpen, smakt alles weer weg in de gleuf onder je hut. Dan laat je weerloos 't noodlot maar weer over je bazen, zit gedwee te schomme len, je handen voor je oogen gedrukt in je grienerige draaierigheid. Eindelijk dringt een haakje door in je besef. En manmoedig haal je de schuif wéér naar buiten, houdt 'r stijf vast, dat zij niet opnieuw meeglipt met het gewip. Maar nu zak je zóó lang door achterover, dat je stoel wegglijdt, je met je hoofd tegen 't schot bonkt, in de overtuiging, dat 't vuurschip nu wel voor goed gekapseisd zal wezen. En dat er nu maar een eind aan komt ook, aanvaard je gelaten Maar nee, langzaam rys je weer, tergend langzaam en zakt weer naar voren, lager, al lager. Je stoel schuift weer met je terug en eindelijk kom je tegen je kooi op te hangen. Moet je je allemaal laten aanleu nen. Tot 't je gelukt met dien haak toch nog die schuif te verschalken, dat zy nu vast staat, eruit. Dus weer neem je je kan netje, houdt 't om te gaan schenken boven 't kommetje, maar gehoorzaam zakt 't in 't hutje met jezelf naar achteren weg en er komt geen druppel uit. Dan, opeens, met een heftigen ruk, plenst 't half leeg over je krampachtige beenen en 't vloertje. Zoo zit je dan al maar schommelend om je lekker frisschies te wasschen in 't laagje water op den bodem van 't petiterige kom metje, waarvan er nog elk oogenblik een scheutje over den rand heen spoelt op je sokken. Maar bij 't begrip „mokkie koffie", door den goeden kapitein hoffelijk geboden, zoo dra je geelbleek in je beslapen kleeren tusschen de gordijntjes uit 't kajuitje in ba lanceert, sla je van schrik bei je handen voor mond en neus. Jong en fleurig zit de oude in 't duike- lige roefje zijn goudenaar te rooken, en 't ironische vonkje in z'n guitige oogen ver andert meteen in meewarigheid. Dat je, zoowaarachtig, geen koffie lust en bij voor baat al past voor de gort, snert met vet spek, of de veelkleurige rats, die hij koeste rend een lekker schurfie noemt daar be grijpt de kapitein niemendal van, vindt hy diep somber. Nu, zoo gauw je trantele beenen voort kunnen langs den cake-walk vloer, de trap op, die als maar achter- en vooruit idioot staat te buigen, en de venijnige drempel tjes, waar je den stap overheen in val-angst maar niet durft te wagen zóó gauw vlucht je nu meteen naar dek. Daar is 't of er zoowarempel van de ochtendkoude weer wat pit in je slappe lichaam komt. Dit gevoel maakt je zelfs overmoedig, en sarcastisch zeg je in jezelf: „toe maar, hoo- gerop maar, waarom niet? smijt er maar mee", tegen die grauwe golven, die van zoo ver je zien kunt op je aan komen rol len de logge geweldenaren, op dat klei ne vuurschip zonder vaart, dat heelemaal hun portuur niet is. Maar de benauwing van 's nachts, dat opgesloten zitten in de dikke donkerte, waar 't zoo donderend op je aan- dreigt die is toch weg. Je oogen kunnen nu weer vrij uitgaan in de wijdte van zee en van lucht. En die ellendige vuurkiosk, die, als ijlende koortsen, wrikkend en zwie pend door je hoofd heen heeft staan laaien die hebben de lichtwachters, toen de kalender zei dat de zon op de kim kwam, plechtmatig dan weer stil gezet in de ron- sels. Toen zijn ze, op hun wankele beenen, één voor één trouw de olielampen uit gaan blazen, en daarop hebben ze 't heele bestel bolderend en rammelend aan de kettingen i neergelaten langs den mast. De scheep vaart heeft hun nachtlicht van de zee niet meer van noode. 't Staat weer midscheeps, argeloos en onnoozel witjes te glimlachen, 't helsche vizioen van. mijn nachtelijke verbijstering: tam en goedig als een melk-paviljoentje zonder klanten. Wat zégt uwe nou van 't lichtschip leven? Is 't niet alles geheimzinnigheid?" kwam een doodgraversstem somber achter mij vragen. 't Was Jansen, de bootsman, kouwelijk uit 't volkslogies opgewaard, bleeker nog dan den vorigen dag in z'n ongeschoren gezicht met de nachtpet met kleppen om z'n hoofd, dat mager opstond uit een ver vaarlijken grijzen halsdoek, zcoals de nachtsnorders dragen. Goejemorgen, Jansen. Daar zitten wij nou zes en vijftig da gen in opgesloten met een ver zicht op den wal, waar onze vrouwen en kinderen wonen. Ja, Jansen, ik weet 't. Krijgen we niet haast 'n beetje beter weer? Béter? De loodskotters ben vannacht allemaal in de haven geloopen, omdat ze 't buiten niet konden houden. Da Twent doet nou stormloodsdienst. Die kan uwe dus tóch niet van boord komen halen, al was 't nou een kalme zee, dat je er af kón. Nee, nee, dat kan zoo best 'n dag of tien aanhouden, dat uwe niet werom kan, naar den Hoek. Nou, dan krijg je meteen 's een kijkie mee in dat geheimzinnige licht schipleven.... Maar nou mot je niet den ken, dat 't nou bruin is. Zuk weer is nog spelevaren: niks as 'n zuchie, 'n rimpelig zeetje. Zoolang wijlui menschen nog niet op handen en voeten over dek kruipen, is 't nog maar kinderenwerk. Best weertje, 'n aardig briesie, meer niet, geloof myn.... Als 't voor óns erg was, lag uwe vanzelf al lang over boord of zou je 't motten bester ven Maar waar is waar, en 't ziet er vanmorgen na' uit of 't nog wel 's kwaad weer kon worden,..," Nadruk verboden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 9