DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Franco zou nieuw kabinet
vormen.
Serrano Suner genoemd als
toekomstig premier.
No. 44 Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Dinsdag 21 Februari 1939
141e Jaargang
Een definitieve beslissing nog
niet genomen.
De houding der democratieën.
En de Duitsche pers...
De algemeene toestand.
Pierlot vrijwel geslaagd.
De officieuze samenstelling der
regeering.
Radio in dienst der pauskeuze.
Het conclaaf bijna voltallig.
Versterking van 't garnizoen
in Libye met 30.000 man I
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.—,
franco door Set geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0-25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Directeur: C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Volgens berichten uit over het alge
meen zeer goed ingelichte bron zou
Franco een lijst met leden van een
nieuw kabinet hebben samengesteld, dat
binnenkort het thans nog in functie
zijnde kabinet zou moeten vervangen.
Franco, die op het oogenblik de func
ties van staatshoofd, generalissimus en
minister-president in zich vereenigt, zou
alleen de beide eerste behouden, terwijl
zijn zwager, de tegenwoordige minister
van binnenlandsche zaken Serrano
Suner, een van de meest actieve leiders
van de Phalanx en oud-medewerker van
José Antonio Primo de Rivera, stichter
van de partij, minister-president zou
worden. Serrano Suner, die nog jong is,
heeft zich sedert een jaar te Burgos in
het vak van staatsman bekwaamd.
Verder zouden generaal Jórdana, thans
vice-president van den ministerraad, en
Fernandez Cuesta, thans minister'van land
bouw en secretaris-generaal van de Phalan-
gistjsche en Traditionalistische Partij, be
noemd worden tot staatsministers zonder
portefeuille. Eerstgenoemde zou vervangen
worden door een beroepsdiplomaat, terwijl
Cuesta zou worden opgevolgd door een
expert.
Generaal Davila, de tegenwoordige mi
nister van oorlog en commandant van de
noordelijke armee, zou benoemd worden tot
inspecteur-generaal van de strijdkrachten te
land,'ter zee en in de lucht. Als minister van
oorlog zou hij worden opgevolgd door gene
raal Aranda, den verdediger van Oviedo en
commandant van de Levant-armee, of door
generaal Moscardo, den held van Toledo en
commandant van het Aragoneesche leger
corps.
Admiraal Baratech zou minister van
marine worden.
De portefeuille van justitie zou in handen
van graaf Rodezno blijven of in ieder geval
worden toegewezen aan een van de meest
representatieve persoonlijkheden van het
oude regime.
Minister van financiën zou een vriend van
Gil Robles worden. Laatstgenoemde heeft,
hoewel hij gedurende den geheelen oorlog
buitenslands is gebleven en door de meest
actieve fractie van de Phalanx wordt be
streden toch ontegenzeglijk nog een grooten
persoonlijken invloed bij Franco, met wien
hij steeds in het geheim in contact is geble
ven.
Het ministerie van binnenlandsche zaken
(Gobernación, zooals de Spaansche bena
ming luidt) zou worden toevertrouwd aan
een burger, bijgestaan door een militair
deskundige, kolonel Ungria, thans chef van
den openbare ordedienst, een absoluut on
omstreden persoonlijkheid.
De nieuwe regeering zou bestaan uit ge
noemde acht ministers, terwijl de overige
departementen zouden worden toevertrouwd
aan staatssecretarissen. Men weet evenwel
niet, of deze grondige wijziging reeds over
eenige dagen zal plaats hébben of dat hier
mede gewacht zal worden totdat de geheele
republikeinsche zóne, bezet zal zijn.
Uit bovenbedoelde geloofwaardige bron
wordt eveneens vernomen, dat Franco in
dezen nog geen beslissing genomen heeft.
Het brengt ongetwijfeld moeilijkheden mee,
de functies van staatshoofd en leider der
regeering te vereenigen op het oogenblik
dat sommige reeds te Burgos vertegenwoor
digde landen de nationalistische regeering
ook de jure erkennen en andere landen op
het punt staan zulks te doen. Het over
handigen van de geloofsbrieven door de
diplomaten brengt protocolaire moeilijk
heden mede en het is niet overeenkomstig
de Spaansche traditie het protocol te over
treden.
De cumulatie van beide functies brengt
overigens onvermijdelijk ook regeerings-
De verschillende activiteiten der westelijke
mogendheden en de verklaringen van Roose-
velt blijven het onderwerp vormen van com
mentaren onder sympathie in de Duitsche
pers. -
De Deutsche Allgemeine Zeitung meent in
de groote democratieën een crisis van ver
waandheid te ontdekken, die volgens het
blad zou volgen op de na de accoorden van
München gekomen ternéergeslagenheid. Het
uitzenden van senator Berard naar Burgos,
de aanwezigheid van dén Britschen admi
raal Osborne in den Balkan, de herbewape
ning van Frankrijk, GrootrBrittannië en de
Vereenigde Staten, de reactie der betrokken
mogendheden op de bezetting van Hainan,
lijken het blad zekere teekenen voor deze
psychologische transformatie.
„Onze vriendschappen zullen in ieder
geval slechts verstevigd worden door een
dergelijke druktemakerij", zoo besluit, het
blad, „en de gemeenschappelijke doelstellin
gen zullen er slechts des tegemeenschappe-
lijker om worden nagestreefd. Juist omdat
wij de krachtsinspanning, die ontplooid
wordt door het front van den tegenstander
niét kunnen onderschattenis 't mogelijk, dat
wij in'het belang van den algemeenen vrede
wenschen, dat dit front er voor waakt geen
verwaandheid te toonen".
Terug uit Siberische gevangenschap. -
Na een gevangenschap van 28 jaren in Sibe
rië is 'een 36-jarige Roemeen dezer dagen in
zijn geboorteplaats in Noord-Roemenië terug
gekeerd. De laatste tien jaren heeft hij niets
meer van zijn familie vernomen.
Den meesten tijd van zijn gevangenschap
bracht hij door in de zilvermijnen en de
houtkampen. In Maart van het vorige jaar
maakte hij met acht vrienden plannen voor
ontvluchting. Na langdurige zwerftochten
bereikten de mannen Omsk, vanwaar zij per
trein doorreisden naar Bakoem. Door het
omkoopen van een Turkschen kapitein kon
den zij als verstekeling op een schip naar
Istanboel komen. De Turkscbe autoriteiten
stonden hun toe zich door het land naar Bul
garije te begeven, vanwaar zij te voet hun
vaderland bereikten.
moeilijkheden mede. Het staatshoofd moet
zich plaatsen boven de tegenovergestelde of
uiteenloopende stroomingen, welke ook in
Spanje even goed als elders bestaan. Dit
zou voor Franco een reden kunnen zijn, om
de wijziging te bespoedigen. Anderzijds zou
hij aarzelen den nieuwen staat op een defi
nitieve basis te plaatsen met of zonder de
mogelijkheid van een herstel der monarchie,
voordat hij een volledige militaire overwin
ning heeft behaald.
Wapening in cijfers
uitgedrukt.
Regelmatig verschijnen er berichten in
de dagbladen betreffende de bewapening in
de verschillende landen van ons wereld
deel. Wij herinneren maar even aan de
organisatie der Fransche luchtmacht en aan
de versterking der Britsche weermacht,
waarvan wij de vorige week gewag ge
maakt hebben.
Thans bevat de Daily Telegraph interes
sante cijfers over de bewapening van een.-
ge groote mogendheden, die het blad ont
leent aan de „Deutsche Wehr", een gezag
hebbend militair orgaan, waarbij di
voorop! merkwaardig genoeg Duitsch-
land zelf niet wordt genoemd.
Volgens dit Duitsche orgaan beschikt
Engeland over 6.000 vliegtuigen en een
leger van 2.000.000 man, Frankrijk over
5.000 toestellen en een leger van 5.100.UU0
man, Rusland over 9.000 vliegtuigen en een
legersterkte van 11.000.000 man, de Ver
eenigde Staten over 3.700 vliegtuigen en
een leger van 2.500.000 man, Ital*e°„nn
4.000 vliegtuigen en een leger van 2.0UU.UUU
man en Japan over 2.700 vliegtuigen en een
leger van 1.500.000 man.
Als een bewijs, hoeveel beteekenis men
in Duitsche militaire kringen aan de uit
breiding der wapening in verschillende
landen toekent, zij vermeld, dat het voor
Engeland geschatte vliegtuigencyfer z.uuj
hooger is dan voor 1938, terwijl voor I a ie
slechts een toeneming met 200 toestel en
geconstateerd wordt. Het Fransche aan a
vliegtuigen is 300 minder dan het cijfer van
1938.
De „Deutsche Wehr" geeft ook cijfers
voor tanks, artillerie en machinegeweien,
doch de schrijver verklaart, dat hier slee
van ruwe schattingen sprake kan zijn. e
cijfers voor Engeland, Frankrijk en 1 a ie
zijn de volgende:
Engeland: Lichte machinegeweren ïo.üuu,
zware machinegeweren 4.200, lichte ar
lerie 1.900, zware artillerie 1.000, tanks 600.
Frankrijk: Lichte machingeweren 16.000,
zware machinegeweren 18.500, lichte artil
lerie 2.000, zware artillerie 1.300, tank 4.500.
Italië: Lichte machinegeweren 14.000,
zware machinegeweren 5.000, lichte artil
lerie 1.900, zware artillerie 80Ó, tanks 1.100.
Bij de cijfers betreffende Engeland zijn
dominons en koloniën niet inbegrepen.
De schrijver zegt: „Het is nauwelijks mo
gelijk de gewapende kracht van het Brit
sche rijks te schatten".
Intusschen schrijft de „Berliner Boersen-
zeitung", dat dé democratieën één ding
missen: genoeg menschen voor de hantee
ring van haar reusachtige wapenvoorra-
den.
Het blad schakelt bij zijn berekening
Rusland en de Vereenigde Staten om ver
schillende redenen uit en komt tot de con
clusie, dat overblijven „een Engeland, dat
tevreden moet zijn met een beroepsleger,
omdat zijn kinderen den dienstplicht met
afschuw beschouwen, en een Frankrijk,
welks dalende bevolking leidt tot groeiende
moeilijkheden bij de recruteering en het
gebruik maken van gekleurde troepen in
de garnizoenen".
Het blad zegt tenslote, dat een kleurling
den blanke niet kan vervangen bij het be
sturen van een vliegtuig of in de infan
terie. Bovendien missen de democratieën
de idealen, die het volk tot de hoogste
krachtsinspanning zouden kunnen inspi-
reeren.
Nu wij het toch over cijfers hebben, mag
hier nog wel het een en ander volgen over
de Britsche landsverdediging. In het Engel-
sche Lagerhuis zijn n.1. gistermiddag de
debatten over de landsverdediging begon
nen en de minister van financiën deelde 3l
vast mede dat als totale uitgaven het be
drag van 1500 millioen, dat in vroegere
witboeken inzake de landsverdediging werd
genoemd, niet voldoende is, zoodat hij een
resolutie indiende, waarbij de leeningsbe-
voegdheden voor verdedigingsdoeleinden
tot 800 millioen pond werden uitgebreid!
De totale uitgaven voor de verdediging
bedroegen in de eerste drie jaren van een
vijfjarige periode 1173 millioen en wanneer
de kosten voor de burgerverdediging daar
bij worden gevoegd, bedraagt het totaal
1250 mililoen.
In het eerste jaar hebben de uitgaven 200
millioen pond bedragen, waarvan 63 mil
lioen door een leening werden gedekt.
In het tweede jaar, dat thans ten einde
loopt, hebben de cijfers 274 en 132 milllioen
bedragen, in het geheel dus ongeveer 406
millioen, met inbegrip van de kosten voor
de luchtverdediging en den aanleg van le-
vensmiddelenvoorraden.
In het eerste jaar werden de voorberei
dingen getroffen voor een grooter produc
tie, in het tweede jaar nam de productie
snel toe door de votlooiing van een zeer
groot aantal nieuwe inrichtingen, terwijl in
het derde jaar de productie op volle kracht
zal zijn.
Iedereen, die het Witboek heeft bestu
deerd, is zoowel onder den indruk van de
geweldige resultaten, die bereikt zijn als
door de enorme verscheidenheid daarvan.
De Palestijnsche conferentie treedt deze
week de beslissende phase binnen. Gister
middag zijn weer Engelsch-Arabische be
sprekingen gevoerd, waarbij eens te meer
de Arabische eischen besproken werden.
Ali Maher Pasja, de chef van het Egypti
sche koninklijke kabinet, heeft't woord ge
voerd uit naam van de Egyptische delega
tie over de vorming van een onafhankelij-
ken Arabischen staat in Palestina.
Hij zou in het licht hebben gesteld welk
belang een dergelijke staat zou vertegen
woordigen voor Groot Brittanje van state-
gisch standpunt gezien, wanneer de inter
nationale toestand ernstiger mocht worden.
Hij herinnerde er aan, dat de leider der
Arabische delegatie reeds verklaard heeft,
dat deze onafhankelijke staat door een
bondgenootschapsverdrag met Engeland
zou zijn verbonden en dat de rechten der
Joodsche minderheid zouden worden ge
waarborgd. Aan den anderen kant sprak
de Palestijnsche delegatie over de Joodsche
immigratie, waarbij zij trachtte aan te
toonen, dat deze volgens de statistieken
reeds lang de grenzen van het economische
opnemingsvermogen heeft overschreden.
Deze laatste kwestie zou gisteravond in de
Britsche-Joodsche besprekingen te berde
worden gebracht. Men achtte het mogelijk,
dat de Engelschen voorstellen zouden doen
tot een geographische en numerieke beper
king der Joodsche immigratie.
Om half tien gisteravond heeft de kabi
netsformateur, Pierlot, een verklaring afge
legd, zeggende:
„De ministerlijst is practisch gereed. On
voorziene omstandigheden voorbehouden, zal
het ministerie morgen gevormd worden. Ik
geef u nog niet de lijst van het toekomstige
kabinet. Er zijn nog verscheidene kwesties te
regelen. Verscheidene persoonlijkheden heb
ben mij principieel hun toestemming gege
ven, maar dat moet nog worden bevestigd.
De regeering zal ongeveer van het type
zijn, dat ik u gisteren heb aangeduid. Ik
verzoek u haar geen tweepartij enregeering
te noemen, aangezien dit woord een onaan-
genamen klank heeft en niet in het woorden
boek voorkomt.
Wanneer gij mij vraagt, of het een zaken
kabinet is, zal ik daar bevestigend op ant
woorden, want het zal de zaken des lands
verdedigen. In meerderheid zullen er parle
mentsleden- zitting in hebben, maar ook een
belangrijk aantal persoonlijkheden, die ge
kozen. zijn op grond van hun competentie.
Onvoorziene omstandigheden voorbehou
den, denk ik de leden der regeering morgen
in den loop van den dag bijeen te roepen om
met hen tot overeenstemming te komen over
het program., alvorens over te gaan tot de
formaliteit van de eedsaflegging.
De regeering zal toestaan uit elf leden, met
inbegrip van den premier. De nieuwe regee
ring denkt zich Woensdag of Donderdag aan
de beide Kamers voor te stellen".
Waarschijnlijke samenstelling.
Pierlot heeft geweigerd de namen zijner
toekomstige medewerkers aan de pers mede
te deelen.
Omstreeks half twaalf des avonds werd de
volgende ministerlijst, die het Havas-bureau
onder alle voorbehoud publiceert, als waar
schijnlijk aangegeven:
Minister-president zonder portefeuille: Pier
lot (kath.)
Financiën: Janssen (kath.)
Landbouw, middenstand en economische za
ken: graaf d'Aspremont Lynden (kath.)
Justitie: Schrijver (kath.)
Binnenlandsche zaken: Marck (christen
democraat).
Nationale verdediging: generaal Denis (ex
tra-parlementair)
Buitenlandsche zaken: Soudan (social.)
Koloniën: Wauters (social.)
Openbare werken en vervoer: Ekelers
(social.)
Arbeid en sociale voorzieningen: Delattee
(social.)
Openbaar onderwijs: Blanquaert (social.)
De demissionnaire minister van financiën,
Janssen, had tot nu toe geweigerd deel uit
te maken van het nieuwe ministerie, doch
zou op het allerlaatste oogenblik zwichtend
voor den aandrang door Pierlot op hem uit
geoefend, de uitnoodiging hebben aanvaard.
De naam van den nieuwen paus, die door
het conclaaf gekozen wordt, zal onmiddellijk
per radio bekend gemaakt worden aan de
menigte van het Sint Pietersplein. Talrijke
luidsprekers zullen aangebracht worden op
den gevel van de basiliek en langs den
zuilengang. De negatieve resultaten der
stemmingen zullen, evenals vroeger, bekend
worden gemaakt door middel van den tra-
ditioneelen rookkolom, die zal opstijgen uit
een der schoorsteenen op het dak van het
apostolisch paleis. Deze schoorsteen corres
pondeert met een kachel, waarin, met een
bos stroo, de stembriefjes verbrand worden
van de verkiezing, die geen resultaat ople
verde.
Ruim 250 arbeiders, timmerlieden, elec-
triciens enz., zijn bezig met het in gereed
heid brengen van de 62 kleine appartemen
ten, waarin de kardinalen tijdens het con
claaf verblijf zullen houden, zonder con
tact met de buitenwereld. Bijna alle kerk
vorsten zullen deelnemen aan het conclaaf.
Nu de kardinalen Tappouni, Schulte en
Baudrillart zijn gearriveerd, is het college
bijna volledig. Verwacht wordt nog de
Braziliaansche kardinaal Leme da Silveira
Cintra Sebastiano. Het is nog niet bekend,
of de drie ïtaliaansche kardinalen Mar-
chetti Selvaggiani, Cremonesi en Boggiani
aan het conclaaf zullen kunnen deelnemen
in verband met hun gezondheidstoestand.
Acht Spanjaarden in arrest gesteld. - De
Brusselsche rechter van instructie heeft acht
Spanjaarden, die Vrijdag de Casa de Espana
zijn binnengedrongen, in arrest doen. stellen.
Zij worden beschuldigd van bedreigingen,
huisvredebreuk, beslaglegging op goederen
en het dragen van wapenen.
In het Engelsche Lagerhuis heeft
Butler medegedeeld, dat de regeering
er van in kennis gesteld is, dat de ïta
liaansche troepen in Libye met 30.000
man versterkt zullen worden, waardoor
de sterkte gelijk zal zijn aan die, welke
bestond ten tijde der teekening van het
Britsch-Italiaansche accoord.
De Britsche regeering zal krachtens
de Britsch-Italiaansche overeenkomst
volledige inlichtingen over deze troe
penbeweging ontvangen. De ïtaliaan
sche regeering heeft de versterking ge
motiveerd met de veiligheid van Libye.
De arbeidersafgevaardigde Henderson
zeide den Italiaanschen maatregel als een
inbreuk op de overeenkomst te beschou
wen, doch Butler antwoordde hierop, dat
de regeering de overeenkomst tot het ver
minderen der troepensterkte is nagekomen.
Attlee stelde vervolgens de vraag, of de
vermindering dan in de overeenkomst be
doeld was als een, die weer ingehaald kon
worden. Daarop antwoordde Butler, dat de
overeenkomst is nagekomen. Bij het sluiten
van het accoord was het niet de bedoeling,
dat de bepaling van voortdurende gelding
zou zijn. Hij gaf toe, dat de sterkte van het
ïtaliaansche garnizoen na aankomst van de
30.000 man bijna even groot zou zijn als
ten tijde van het sluiten der overeenkomst.
Henderson verklaarde, dat hij het ant
woord als onbevredigend beschouwde en bij»
de eerste gelegenheid op de zaak zou te
rugkomen.
Sinds Frankrijk medio December versterkingstroepen naar Tunis heeft gezonden,
om het protectoraat te beschermen tegen eventueele ïtaliaansche aspiraties, heeft
Italië gemeend, eveneens Libye te versterken. Deze troepentransporten verontrust
ten Engeland. Italië motiveerde 't zenden der versterkingen, met verwijzing naar 't
groote aantal Fransche troepen, dat zich zich nog steeds in Tunis bevindt. De
Franschen leggen in Tunis een Maginot-linie aan in het merengebied tot aan de
grens van Libye. Italië zou bereid zijn troepen uit Libye terug te trekken indien
de toestand wederom normaal zou worden. Waarschijnlijk staan deze troepenzen
dingen in verband met het spoedig beëindigen van den burgeroorlog in
Spanje. Zou Italië alsdan zijn eischen stellen tegenover Frankrijk wat de
kwestie-Tunis betreft?