PAM'S WONDERLIJKE AVONTUREN
„Buitenlandsch" is niets gedaan in
Duitschland.
Herinneringen aan Augustus 1914.
Jammerlijk slechte radio-reportaoes.
De kastelein-soldaat.
De Alkmaorsche Courant
DERDE BLAD.
ALKMAARSCHE COURANT VAN DONDERDAG 6 APRIL 1939.
Wat Duitsch ia, ia voortreffelijk!
(Van onzen correspondent).
Berlijn, 3 April.
De spanning tusschen het Duitsche
Rijk en de Angelsaksische staten Enge
land en Noord-Amerika is den laatsten
tijd zóó intensief geworden, dat men er
aan twijfelt of het tegenwoordige
geslacht nog een normale verhouding
beleven zal.
Dat is stellig tegen den wensch der
Duischers. De gemiddelde Duischer heeft
in den grond van zijn hart dezelfde, nu niet
bijster aanbevelenswaardige eigenschap als
de Nederlander, n.1. alles wat „buiten
landsch" is bijzonder fraai en voorbeeldig
te vinden en er daarom de voorkeur aan te
geven ten koste van wat eigen is. Ik neem
aan, dat in mijn vaderland deze neiging
nog in hoogen bloei is. Tenminste: als ik
hier in Berlijn mijn radio-ontvangtoestel op
Hilversum I of II inschakel, dan word ik
vrijwel steeds „verrast" door Engelsche of
Amerikaansche jazz-klanken, in onbeholpen
NederlandschEngelsch aangekondigd: dan
wel moderne muziek uit Frankrijk De
't kan toeval zijn doch ik twijfel
nationale muziek, in zuiver Nederlandsch
aangemeld, zonder al die „buitenlandsche"
aanstellerij, schijnt bij ons nog altijd niet
fijn genoeg. En je wilt dan toch laten hoo-
ren, dat je „je talen kent", al is het er dan
meestal ook naar
Met de Duitschers was vroeger net zoo. Te
genwoordig is dat heel anders geworden.
Misschien niet overal van harte. Maar toch
zeer opvallend.
Het Duitsche volk zit nu eenmaal tusschen
de nationalistische golven, en overdrijft
thans naar den anderen kant. Doch dat is
altijd nog beter te verdragen dan nationale
onverschilligheid en dikdoenerij met alles
wat uit den vreemde komt.
Van nationale overdrijving gesproken:
een woord over de „conferenciers" (hier
„Ansager" genoemd) der Duitsche radio
zenders, meer in het bijzonder over de „re
porters" bij actueele gelegenheden. Bij ons
in Nederland zijn onder deze menschen
eenige mef talent (ik bedoel hier niet den
naieven stumper, die indertijd vertellen
moest over den intocht van de jonggehuw
den Prinses Juliana en Prins Bernhard met
de kleine Prinses Beatrix in Den Haag, en
die niets anders wist „mee te deelen" dan
een tienmalen herhaald: „O, 't is prachtig,
't is mee dan prachtig, 't is eenvoudig
prachtig!" Waarmee wij in het buitenland
het dan maar moesten doen) In het Duit
sche Rijk was vroeger, vóór het Hitler-re-
gime, deze radio-reportage best in orde. De
heeren reporters deelden toen werkelijk,
nuchter maar uitvoerig, alles mede. wat de
toehoorder noodig had om langzamerhand
het beeld voor oogen te krijgen, dat zijn
toestel hem vooralsnog onthoudt, en waar
voor hij den reporter zoo broodnoodig heeft.
Werden dan de geluiden hoofdzaak, dan
hoorde men den reporter de gewenschte
toelichtingen fluisteren, en dat fluisteren
was als de onderschriften onder actueele
photo's of de mondelinge verklaring in de
Cinéacs (waarom geen Nederlandsch
woord?) Kort gezegd, het was hier vroe
ger keurig in orde.
Kortzichtigheid.
Sedert Hitier aan het bewind is, moet de
radio-reportage in Duitschland jammer-
slecht genoemd worden. Met de thans hier
gebruikelijke chauvinistische kortzichtig
heid heeft men voor dit moeilijke journa
listieke werk mannen uitgezocht, die maar
ook elk talent missen hoogstens een zekere
radheid bezitten in het snel opzeggen van
uit het hoofd geleerde of althans op cliché
uitdrukkingen berustende algemeenheden
van zuiver-propagandistisch karakter, die.
naar is aan te nemen eerlijk gemeend, het
bewijs leveren, dat de radio-verslaggever
een meer dan geestdriftig nationaal-socia-
list is, alles verrukkelijk, meesterlijk, ge
niaal, onnavolgbaar vindt, wat men hem te
zien geeft; en dat den toohoerder nog eens
nadrukkelijk in het oor brult, daarbij ver
getend, dat hij hem iets moet leveren voor
het oog en niet voor het oor, of het hart.
Deze brallende, echt-Duitsche sentimen-
teel-overdreven, van karaktersstandpunt
niet onbedenkelijke en voor den buiten-
landschen toehoorder allesbehalve propa
gandistische werkende „reportage" is 't be
wijs, dat men het „nationale" even hinder
lijk overdrijven kan als het geimporteerde.
Maar het neemt niet weg. dat men de
afkeurende houding van het hedendaagsche
Duitschland jegens den onzin, de zielige
verwording en de storende dwaasheden van
veel, wat uit de U.S.A. naar ons overge
waaid komt, niet zonder toestemming kan
waarnemen. Men is in het Derde Rijk ook
hierin grondig en principieel. Amerikaan
sche films zijn nog slechts in weinige Duit
sche bioscopen te ontdekken, en waar Holly
wood thans, op oorspronkelijk Engelsch en
Fransch voorbeeld, een begin schijnt te
willen maken met werkelijk schern-anti-
Duitsche tendenz-films (bereidt niet Crarley
Chaplin een film voor, waarin hij, voor het
eerst sprekend, Hitier zelf wil gaan spelen
en belachelijk maken!), is te verwachten,
dat Duitschland binnenkort den invoer van
alle films uit de Vereenigde Staten een
voudig verbieden zal. Eenige jaren gele
den reeds heeft het Derde Rijk een verbod
voor overdreven jazz-klanken uitgevaar
digd. Niet voor elke „jazz-muziek dus,
maar wel voor die, welke gepaard gaat met
de in ons land blijkbaar nog altijd geliefde
oerwoud-klanken, die hysterisch negervolk
populair heeft weten te maken; jankende,
gillende, snerpende dierlijke geluiden van
een smakeloosheid, die slechts volkomen
onmuzikale menschen nog zekeren „prik
kels" bezorgen kan en die we gelukkig in
Duitschland niet meer voorgezet krijgen.
Merkwaardige mentaliteit.
Maar ook tegen dans-excessen keert zich
het Rijk van Hitier. Zoo is nog onlangs de
„Lambeth-walk" officieel verboden voor
alle tot de weermacht behoorende perso
nen als zij uniform dragen. Een typisch be
sluit voor de waarde, die hier terecht aan
de uniform wordt gehecht. De scherpe po
litieke spanning tusschen Duitschland en
de Angelsaksische staten zal nog wel an
dere verboden uitlokken, en zoo komen we
langzaam maar zeker terug naar de men
taliteit, die hier tijdens den wereldoorlog
heerschte. Alles, wat Engelsch of Ameri-
kaansch is, wordt hier uit den booze ge
noemd. En ook van Fransche namen, uit
drukkingen, noviteiten wil men niet veel
meer weten, terwijl natuurlijk voor wat uit
Italië, Spanje of sommige Balkanlanden
komt, een uitzondering wordt gemaakt. Ita-
liaansche opera's, liederen, koren zijn even
populair als de muziek van De Falla. De
Achopolis werd dezer dagen door een be
zoek van minister Göbbels vereerd. Balkan-
folklore vult heele pagina's in de Duitsche
geïllustreerde bladen. Uit U.S.A. worden
slechts mode-excessen met h. telijke op
schriften en toelichtingen weergegeven. De
Engelschen worden als aartshuichelaas ge
schilderd, sportieve prestaties uit Albion
liefst verzwegen, en „echt Engelsche stof
fen" bij de kleermakers al lang niet meer
aangeboden, ze zijn trouwens voor den ge
middelden kooper veel te duur, gelijk ook
de Engelsche pijptabak ver boven de fi-
nancieele krachten gaat.
Neen, het is niets meer gedaan met „bui
tenlandsch" in het Duitsche Rijk. Men is er
aan gewend geraakt, alles wat Duitsch is
honderdmalen voortreffelijker te vinden
dan wat van buiten komt. Of de druiven
wellicht ook te hoog te hangen? Ik laat het
aan den lezer over, die vraag te beant
woorden.
£xuuh en Juiütboutv
LANGENDIJK.
Betere koolprijzen, na een korte
periode van inzinking.
De gang van zaken aan de Langendijker
groentenveilingen was de laatste dagen niet
zoo buitengewoon rooskleurig. Nadat in het
begin van de vorige week de prijzen van de
verschillende koolsoorten aanmerkelijk ge
rezen waren, liepen zij tegen het einde van
de week weer terug, tenminste wat de gele
en Deensche witte kool betrof.
De prijzen van roode kool hebben zich hei
beste kunnen handhaven. Daarvoor bestond
een vrij goede vraag, welke tot gevolg had,
dat de noteeringen op het laatst van de af-
geloopen week nog iets stegen, zoodat Za
terdag de hoogste noteeringen te Noord-
scharwoude tot boven 12 per 100 kg. lie
pen. Te Broek op Langendijk was deze pl.m.
1 lager. De grootere sorteeringen van de
roode kool werden tenslotte tegen prijzen van
ruim 9 van de hand gedaan. Er werd wei
nig verschil gemaakt tusschen de kool van
6 en van 5 pond.
Ongetwijfeld tengevolge van de flinke
aanvoeren en de geringe vraag, zijn de prij
zen van gele kool niet onbelangrijk gedaald.
Aanvankelijk betaalde men tot ruim f 8 per
100 kg., doch dit werd spoedig minder, zoo
dat tenslotte de noteeringen meestal niet
hooger waren dan pLm. f 6.50 per 100 kg.
Enkele partijen liepen tot f 7. Grootere kool
bracht vanaf ruim f 5 per 100 kg. op.
Dinsdag waren de prijzen weer iets beter,
zoodat wij zoowel voor grootere als voor de
kleinere sorteeringen boogere prijzen kon
den noteeren. Groote vanaf f 6,40, kleine tot
maximum f 7,50 per 100 kg. Het verlies is
echter nog niet ingehaald.
De prijzen voor Deensche witte kool heb
ben eveneens een veertje moeten laten.
Gemiddeld werd daarvoor 4 per 100 kg.
betaald. De mooiste partijen werden van de
hand gedaan voor 4,50 tot 4,80 per 100
kg. Ook bij deze koolsoort kwam Dinsdag
de verbetering, zoodat weer boven 5 per
100 kg. kon worden gemaakt.
Voor de jonge groenten werden vrij goede
prijzen besteed. Spinazie noteerde tot 14,40
per 100 kg. Witlof werd verhandeld tegen
prijzen, varieerende van f 15 tot 23 per
100 kg. Prei ging weg voor 7 tot 19 per
100 kg., naar gelang van de kwaliteit. Een
partijtje radijs bracht 2.70 per 100 bos op.
KENNEMERLAND.
Met den dag kan men zien, dat de lente
baan begint te breken. Er komt méér nieu
we groente en in grooter verscheidenheid,
terwijl de oude groente met den dag ver
mindert en alleen stapelproducten blijven
nog over. Wat de laatste acht dagen werd
aangevoerd, blijft tot bak- en kasgroente
beperkt en alleen enkele partijtjes spinazie
van den kouden grond komen den aanvoer
aanvullen. De prijzen blijven althans
voor de voorjaarsgroente aan den hoogen
kant. De eerstelingen komkommers, zijn
aangevoerd en de prijzen van 0,10 tot
0,12 zijn niet erg hoog. Spnazie werd in
beduidende kwantums aangevoerd en de
prijzen bleven op peil, n.L 0,80 tot 0,95
per kist. Rabarber was duur, n.L 14 tot 20
per 100 bos. Kropsla was ook gewild en de
prijzen, 7.60 tot 9,10, zijn niet laag. An
dijvie was bijzonder in trek en de prijzen
28 tot 35 per 100 kg. zijn bijzonder
hoog te noemen. Nieuwe bosgroente, als
radijs en raapstelen, waren iets minder in
prijs, doch de prijzen 2,30 tot 4,20 en
1,30 tot 1,80 per 100 bos zijn aller
minst laag. Hoewel er in het voorjaar, zoo
RIE MASTENBROEK GEHUWD.
Gistermorgen werd te Rotterdam het
huwelijk voltrokken tusschen de bekende
Nederlandsche zwemster Rie Mastenbroek
en den heer C. Kuypers. Het bruidspaar
verlaat na de huwelijksvoltrekking het
stadhuis.
tegen of in April, weinig interesse is voor
witlof, blijft het dit voorjaar buitengewoon
in trek en de prijzen 22 tot 28,50 per
100 kg. zijn zeker niet laag. Koolsoorten, als
gele kool en roode kooL werden voor prijzen
van resp. 4,50 tot 7,30 en 7,30 tot f 12,20
per 100 kg. verhandeld. Breekpeen en uien
werden voor dezelfde prijzen verhandeld als
de vorige week. Uien gingen voor lager
prijs: 1,90 tot 3,10 per 100 kg. Soepknol
len werden andermaal voor hooge prijzen
verhandeld; een prijs van f 0,16 tot 0.22
per stuk is nog niet vertoond! De overige
aanvoer onveranderde prijzen.
DE STIERENKEURINGEN.
De laatste voorkeuringen.
Dit jaar zijn de stierenvoorkeuringen j.L
Dinsdag in een der beste hoeken van de
Noordhollandsche rundveefokkerij besloten.
Te Den Hout.
Hetzij om toch de eindsprint mede te ma
ken, hetzij uit verwachting hier iets zeer
goeds te zullen zien, was een groot deel van
onze fokkers uit alle hoeken der provincie
naar D e n H o u t (Hoogkarspel) getogen,
waar op een wegenkruispunt met hooge
bermen de jury haar arbeid in slecht weer
moest verrichten.
Vijf tweejarigen verschenen het eerst. Dit
vijftal was zeer geschikt om, wanneer wij
dit nog niet wisten, ons te doen zien hoe
uiteenloopend het Noordhollandsche type is.
Als tegenstelling zouden zeer goed twee
goedgekeurden kunnen dienen, n.1. Victor
van K. Peereboom te Hoogkarspel, een adel
lijk, wat vrouwelijk stiertje met goede ver
houdingen ook in het kruis, en Menno 14
van J. J. Bakker te Venhuizen (fokker J. J.
Posch te Binnenwijzend), een in de voor
hand goed gezonken zware stier, waarbij
het achterstel via iets lage lendenen moei
lijk aanpaste, vooral bij het staartstuk. In
gewicht is het verschil, doch waarschijnlijk
ook in andere eigenschappen.
Het best kon Frans 214 van Groenhaven
behagen door zijn geslotenen bouw en
robustheid. Jammer dat hij wat groot en
moeilijk ter been is. Verder werd nog goed
gekeurd Frans 215 van Groenhaven van Jn.
Palensteijn te Wijdenes. Beide dieren zijn
fokproducten van F. A. F. Groneman te
Wieringerwaard.
Toen de 29 éénjarige stieren verschenen
(twee waren er afwezig), waanden wij ons
reeds bij een verplichte stierenkeuring, zoo
als deze thans ook voor onze provincie door
Ged. Staten worden voorbereid, en dan
liefst nog in een niet te gunstigen hoek.
Toilet en voorbrengen paarden zich bij al te
veel stieren aan hunne conditie, d.w.z. was
slecht, in ieder geval voor een fokkers-
streek. Zeer terecht schakelde de jury in
een minimum van tijd de helft van verdere
becordeeling uit, doch ook toen nog stond
zij voor de moeilijke vraag: wat is hiervan
voldoende voor het stamboek? Het duurde
een uur vóór de beslissing viel en deze viel
voor sommige fokkers niet mee. Naar wij
.vernemen, vragen drie heeren herkeuring
aan, waarvoor zij f 25 per dier moeten stor
ten.
Goedgekeurd werden Nelly's Adelborst en
Maurits van K. Peereboom te Hoogkarspel,
Jan en Aafjes Roland 6 van C. Stapel Pz. te
HoogkarspeL de Verwachting (gefokt door
C. Stapel Pz. voornoemd), eigendom van P.
J. Koster te Hoogkarspel, Frans Jan van J.
Met ons zessen zaten wij om de stamtafel
bij Wullem, den dorpskastelein. Wullem was
behalve kastelein ook nog grondwerker,
aannemer van bijwerk en een mannetjes
putter, die werken kon voor twee.
Wullem moest dienen, 't Mobilisatiebevel
had ook hem gegolden, 't Afscheid was
moeilijk geweest, want wat moest er van
zijn vrouw en zes kinderen terecht komen
en hoe zouden de zaken gaan, als hij er
niet was?
Een up-to-date soldaat was Willem niet.
En nademaal hij maar steeds ruzie had met
zich zelf over het onderscheid tusschen
links en rechts, belandde hij al spoedig in
de keuken, waar hij tot kok gebombardeerd
werd. En waar hij al spoedig goede rats,
lekkere snert en stevigen boonen- en capu-
cijnerskost kon fabriceeren.
Helaas, het koksbaantje, hoe mooi ook,
nam al te spoedig een einde, aangezien de
compagnie een nieuwe standplaats kreeg
toegewezen. Ze moest naar Nijmegen.
De weg was lang, de zon brandde en na
een uur loopen was Wullem dood-op. Het
zwikkie op zijn rug woog als lood, de ran-
selriemen knelden, het geweer woog vele
kilo's en
Wullem werd uitvaller, sukkelde alleen
voort, ver achter de colonne aan. En zijn
rusten werden talrijker, zijn rusttijden lan
ger.
Awel zulle! Daar naderde een huifkar.
En zoo goed militair was Wullem wel, dat
hij den voerman aanklampte en weldra
naast dezen zat. Een praatje werd gauw ge
maakt en de voerman bleek een vroolijke
baas. Die blijkbaar van een borrel hield,
want toen de kar in een dorpje arriveerde,
stopte deze precies voor een café.
'n Klaartje, baas? vroeg Wullem. Dat
was het begin, want voor dit eerste klaartje
achtte de voerman het een plicht om ook te
tracteeren. En toen Wullem afscheid nam,
had hij als hartversterking tien borrels naar
binnen geslagen.
Zwaar, loom, wat sufferig vervolgde de
soldaat den weg. Weer was 't geluk hem
gunstig, want ten tweeden male kwam hy
naast een voerman te zitten.
De rit ging naar Nijmegen, het einddoel
ook van Wullem's tocht, 't Was ook een ge
zéllige rit, want de voerman bleek een vroo
lijke baas. Was het wonder, dat het paard
1 Augustus a.s. zal het 25 jaar
geleden zijn, dat de Nederlandsche
weermacht mobiliseerde.
In deze rubriek zullen af en toe
schetsjes geplaatst worden van
lezers, die toen gediend hebben.
Wie mobilisatie-herinneringen
heeft, kan ze dus inzenden.
stil hield juist voor een café? En was het
wonder, dat Wullem voor den tweeden keer
tracteerde en voor den tweeden keer ge-
tracteerd werd?
En als je nu straks linksom gaat, dan
zie je een hek! Dat ga je in en dan ben je
er! Nog een borrel?
Zoo sprak de voerman en Wullem dacht
ineens aan zijn eigen café, waar zijn vrouw
nu voor alles alleen stond. Lang dacht hij
echter niet, want de alcohol begon steeds
heviger te werken. Zoo hevig, dat de kaste
lein het tenslotte noodig oordeelde, zijn col
lega met zachten drank kazernewaarts te
sturen
Linksom en dan zie je een hek!
Jawel, maar Wullem zag een serie hek
ken, mikte en stond toen op de binnen
plaats van de kazerne. Maar gek, er was
nergens een deur te vinden, hoe hij ook
zocht.
Wullem zeeg neer, knelde zijn geweer tus
schen de beenen en sliep in. En droomde,
dat hij weer kok was en in een grooten pot
snert stond te roeren, waarbij zijn geweer
dienst deed als roerhout.
En juist, toen Wullem den menagemeester
wilde toeroepen, dat de snert gaa< was,
kreeg hy een trap en hoorde hy ving het:
Lamstraal, hou die spuit bij je.
Waarop Wullem antwoordde: Jewel ser
geant! Jewel! De snert is klaar. En hij sliep
weer in.
Om laat in den dag te ontwaken op een
krib, waar onbekenden hem hadden neer
gelegd
Wullem was voorgoed kok af!
L. S.
Goesinnen te Hem en Prins Maurits II van
Gebrs. Commandeur te Hoogkarspel.
Het N.H.-merk, dus goedgekeurd voor
fckvereenigingen, verkregen: Wilson en
Ceres 2 van J. J. Bakker te Venhuizen, Paul
van C. Stapel Pz. te Hoogkarspel, Rolf van
J. Koster te Venhuizen en Willemijntje's
Roland van G. Vis en Zoon te Venhuizen
(beide dieren gefokt door C. Stapel Pz.)
Derhalve zijn zeven goedgekeurd en vijf
toegelaten of 40 Wat een verschil met
Schagen, waar zulks bijna 80 was! Het
meest trokken nog Maurits van K. Peere
boom en de Verwachting van P. J. Koster
de aandacht. Beiden waren in goeden keu-
ringsvorm, doch gelukkig geheel niet opge-
papt.
Te Binnenwijzend
was de slotuitvoering en mogen wij het
spreekwoord „Eind goed, al goed", als een
waar woord beschouwen, dan zou het totaal
„goed" moeten zijn, want in tegenstelling
met de laatste jaren was hier materiaal,
dat gezien mocht worden.
Van de twee aangegeven 3-jarige stieren
verscheen alleen Adelbert, een goede ver
schijning, in goede conditie, met vierkant
doch iets afhellend kruis.
De 2-jarigen waren verschillend: een te
groote smalle Henriot-zoon werd afgekeurd.
Lindberg 3 van wed. K. v. d. Meer te West
woud (gefokt door J. M. Blom te Zwaag-
dijk) en Marie's Athleet van D. en J. van
Kampen te Hoogkarspel (gefokt door C. N.
de Wit te Stolpen) gingen beiden in het
stamboek en waren goed typisch. Vooral
Marie's Athleet is, hoewel nog niet geheel
uitgegroeid (het is een Juni-kalf), imponee
rend door zijn gezonken voor- en midden
hand.
Tijdens het voor den tijd van het voor
jaar al te zware onweder, gepaard gaande
met hevige regenbuien, werden de éénja
rigen voorgebracht, waarvan er dertig aan
wezig waren. De beste kern, hierin aanwe
zig, deed de minderen dieren spoedig wij
ken; Feitelijk werd 't succes slechts gedra
gen daar twee fokkers, n.1. gebrs. Ruyter
te Ooster-Blokker en Jn. Jongert te West
woud. Van de eersten werden vijf stieren
goedgekeurd, n.1. August, Markus, Arend
Wodan en Pieter, terwijl een stel twee
lingen (Karei en Karei II) toegelaten wer
den. Er waren wel enkelen, die de jury er
van verdachten de tweelingen uit piëteit
niet te hebben willen scheiden en het met
deze opvatting niet eens waren.
Bertus, Egbert en Junior waren de drie
eenige, welke J. Jongert voorbracht en met
volledig succes, alle drie werden goedge
keurd. Hoogstens mag hier de vraag wor
den gesteld of de fokker meende dat het
vette varkens moesten worden.
Nog werd goedgekeurd Excellent 3 van
Arie Bloem te Ooster-Blokker en toegela
ten Juliaantje Henriot van D. van Kampen
te Hoogkarspel.
Vijf goedgekeurde en twee toegelaten
stieren hadden den straks genoemden Adel
bert tot vader en toonden dit ook duidelijk
in den vorm der ribben.
Egbert, die eveneens bij gebrs. Ruyter
heeft gedekt, toonde drie goedgekeurenden.
Eén zijner zoons, n.1. Junior, was met den
veel zwaarderen August wel de meest be
geerde stier op deze keuring.
Wij willen ons niet aan een algeheel
overzicht wagen, waar zulks door den
secretaris van de Regelingscommissie of den
Rijks veeteeltconsulent als regel voor de
Centrale keuring wordt gegeven, doch spre
ken als onze overtuiging uit, dat bepaalde
vaderstammen wel zeer talrijk naar voren
zullen komen. Het zou interessant zijn
deze tegen elkander te zien afwegen.
WARMENHUIZEN.
Maandomzet veiling.
*De omzet der veiling alhier bedroeg in
Maart 1939 137.170.90 tegen 89.938.82
in Maart 1938.
Maart 1939 Maart 1938
Roode kool
Gele kool
D. witte kool
Uien
Peen
Bieten
Aardappelen
Savoye kool
1.462.900 kg.
459.925 kg.
507.200 kg
34.275 kg.
7.200 kg.
14.000 kg.
985 kg
1.156.720 kg.
533.845 kg.
475.350 kg.
1.490 kg.
11.225 kg.
2.950 kg.
4.175 kg.
1.275 kg.
is het EENIGE DAGBLAD met een
EIGEN STADSKARAKTER.
Dat is de GROOTSTE WAARDE voor den
adverteerder! TeL 3320.
204. Dus Pam zal de dubbele beloning krijgen, want
niet alleen is hijzelf terug, doch ook het verdwenen
document is terecht.
205. „Laat de kamerheer hier komen!", beveelt de ko
ning. Als de man voor hem staat vraagt de koning hem:
„Wie stal de documenten?" Waarop de kamerheer ant
woordt: „Uw kleine beschermeling is de dief'.