DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Engeland en Frankrijk zullen geen aanval op Griekenland en Roemenië dulden. De daad van Italië scherp veroordeeld. Chamberlain deelde in dit verband mede, dat Engeland de belofte heeft gegeven van steun bij een agressie, gericht tegen Griekenland en Roemenië. Daarbij wordt, zoo zeide de premier, door Frankrijk eenzelfde standpunt ingenomen. In verband met dit laatste zeide Chamberlain: De Britsche regeering meende, dat zij een plicht had te ver vullen door geen twijfel te laten, bij wien het ook zij, ten aanzien van haar standpunt. Daarom maakte zij gebruik van de ge legenheid, om te zeggen, dat de regeering er het grootste belang aan hecht, dat vermeden wordt, om door geweld of door bedrei ging met geweld den status quo in de Middellandsche Zee en op het Balkan-schiereiland te verstoren. De openbare meening diep geschokt. MET STANDPUNT VAN FRANKRIJK. SAMENWERKING MET ENGELAND. Gedeeltelijke vrijstelling van porto. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 88 Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Vrijdag 14 April 1939 PRIJS PER GEWONE AD VERTE NTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v b. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 141e Jaargang De met zooveel spanning tegemoet geziene rede van Chamberlain in het Britsche Lagerhuis heeft de wereld althans iets duidelijk gemaakt: Engeland en Frankrijk krijgen er genoeg van, zich voortdurend te laten verrassen door Mussolini of Hitier. Zij trachten zoo lang mogelijk den vrede te handhaven en alle pogingen te doen, om dien vrede te bewaren, maar zy zijn bereid, om desnoods op te treden met hun militaire macht. By gevolg was de regeering overeen gekomen, dat ingeval eenigerlei actie wordt ondernomen, die duidelijk de onafhankelijkheid van Griekenland of Roemenië zou bedreigen en waartegen resp. de Grieksche of Roemeensche regeeringen het noodzakelijk zouden achten, weerstand te bieden met haar nationale strijdkrachten, de Britsche regeering zich terstond verplicht zou gevoelen, om de Grieksche of Roe meensche regeering allen steun te verleenen, welke in haar vermogen ligt. Het Lagerhuis was tot de laatste plaats bezet en de tribunes waren over vol, toen de speaker gistermiddag te 15.05 uur zijn plaats innam. Onderweg naar het Lagerhuis werd Chamberlain, die vergezeld was van zijn echtgenoote, luide toegejuicht. Ook in het Lagerhuis werd de pre mier met langdurig applaus begroet, toen hij opstond om zijn rede uit te sprekei Chamberlain verklaarde te zullen begin nen met een kort relaas van de gebeurte nissen en sprak daarbij over de verklaring, die hij een week geleden in het Huis over Albanië had afgelegd er aan toevoegende, dat Italiaansche oorlogsschepen voor de kust van Albanië verschenen op 6 April, dat Italiaansche inwoners aan boord genomen werden en dat des avonds Italiaansche troe pen uit Bari en Brindisi vertrokken naar Albanië. De verbinding met Albanië was moeilijk en de Britsche regeering wacht nog steeds op een mededeeling omtrent de recente ge beurtenissen van den Britschen gezant te Durazzo. Intusschen zijn echter uit Italiaan sche en Albaansche bron inlichtingen over de gebeurtenissen ontvangen. De bezetting van Albanië begon in den vroegen ochtend van 7 April en in den middag van Goeden Vrijdag scheen het, dat de vier kuststeden door de Italiaansche troepen bezet waren. Koning Zog en de Albaansche regeering schijnen in den nacht van 6 op 7 April Tirana verlaten te hebben en volgens berichten uit Italiaansche bron was hun vertrek het sein voor het uitbre ken Van onlusten in de hoofdstad. De Ita liaansche troepen moeten op 8 April te Ti rana zijn binnengerukt en op denzelfden dag kwamen de koning, de koningin en hun kind op Grieksch gebied aan, waar zij gast vrij door de Grieksche regeering werden ontvangen. (Toejuichingen.) Dat zijn, aldus de premier, alle feiten, die mij omtrent de Italiaansche bezettjng van Albapië bekend zijn. Chamberlain gaf vervolgens een uitvoerig verslag van de mededeelingen der Albaneesche autoriteiten en ver klaarde: „In een schriftelijke mededeeling van 8 April aan het Foreign Gffice betoogde de Albaneesche gezant dat de Italiaan sche regeering, na vergeefs getracht te hebben de Albaneesche regeering te dwingen een voorstel te aanvaarden, dat deze onvereenigbaar achtte met de onafhankelijkheid, de souvereiniteit en de integriteit, beproefde haar wil op te leggen door een ultimatum". Dit ultimatum werd eenstemmig verwor pen door de Albaneesche Kamer van Afge vaardigden, waarop de Italiaansche troepen landden onder dekking van een zwaar bom bardement door hun vloot- en luchtstrijd krachten op de vier havens in den vroegen ochtend van 7 April. Toen deed de Albaneesche gezant een be roep op de Britsche regeering om alles te doen wat in haar vermogen lag, teneinde een klein land dat wanhopig trachtte zijn eigen gebied te verdedigen te helpen. Chamberlain zeide vervolgens voor het oogenblik zijn oordeel over de gebeurtenis sen op te schorten. Intusschen kan geen twijfel gekoesterd worden ten aanzien van de algemeene ge volgen, die de Italiaansche bezetting te voorschijn roepen. (Toejuichingen.) De openbare meening in de geheele we reld is eens te meer diep geschokt. (Toejui chingen.) door dit nieuwe vertoon van het gebruiken van geweld, terecht of ten on rechte worden de verhalen omtrent onder drukking en slechte behandeling door de vroegere Albaneesche regeering, omtrent gevaar voor de Italiaansche belangen en omtrent Albaneesche geestdrift voor de Ita liaansche troepen met twijfel en argwaan beschouwd. Voor een ieder, wat ook zijn ge loof moge zijn, christelijk of mohamme- daansch, moet het duidelijk zijn, dat een machtige natie haar eigen wil heeft opge legd aan een klein en betrekkelijk weerloos land door een indrukwekkend vertoon van gewapende macht. Het Britsch-Italiaansche verdrag. Wij in dit land hebben ons een ding af te vragen: In hoeverre zijn de gebeurtenissen in Albanië in overeenstemming met het Britsch-Italiaansche verdrag van 16 April 1938? Chamberlain bracht de voorgeschiedenis van deze overeenkomst in herinnering en zeide: „Ik ben er van overtuigd, dat in dit land en in de wereld het gevoel zal heer- schen, dat het optreden der Italianen in Al banië dat zoo ver verwijderd is van een Chamberlain. „bijdragen tot de algemeene zaak van vrede en veiligheid", onvermijdelijk de oor zaak van verdere onbehagelijkheid en van toeneming der internationale spanning moet zijn. De Britsche regeering acht dat, wat in Al banië gebeurd is, uiterst moeilijk te vereeni gen met datgene, waarop de Britsch-Ita liaansche overeenkomst het oog heeft. Het is niet alleen de toekomst van Albanië, die op het spel staat (Toejuichingen). Een gevoel van onbehagelijkheid en ongerustheid heerscht niet alleen in het aangrenzende gebied, maar ook in andere landen, die door de Middellandsche Zee bespoeld -worden of in het Balkanschiereiland liggen. Ik wil het huis niet lastig vallen met uit voerige bijzonderheden, maar een bewijs van dit feit geven. Toen Crolla, de Italiaan sche zaakgelastigde, op 11 April een bezoek bracht aan Halifax, geelde hij den minister mede, dat de aangrenzende landen, Grieken land en Zuidslavië, volkomen rustig waren. Later in het onderhoud deelde Halifax hem mede, dat de Britsche regeering niet voornemens was Korfoe te bezetten, doch het een zeer ernstige zaak zou achten, wan neer een andere mogendheid dat eiland zou bezetten. (Toejuichingen.) In den ochtend van den Paaschzondag vernamen wij van onzen gezant te Athene, dat de Grieksche regeering een inlichting had gekregen, volgens welke Italië van plan was Korfoe spoedig te bezetten. Dit bericht werd bevestigd door den Griekschen gezant te Londen. De minister van buitenlandsche zaken heeft denzelfden dag den Italiaan- schen zaakgelastigde van dit bericht mede deeling gedaan, waarop de zaakgelastigde zeide zonder aarzelen te kunnen verklaren, dat het bericht onmogelijk juist kon zijn. Hij gaf op eigen verantwoording de verze kering, dat dit niet de politiek van zijn re geering was. Zijn rede voortzettende zeide de pre mier van de gelegenheid gebruik te maken, om namens de regeering te ver klaren. dat de Britsche regeering het grootste belang er aan hecht, dat ver meden wordt om door geweld of bedrei ging met geweld den status quo in de Middellandsche Zee en op het Balkan schiereiland te verstoren. Bijgevolg is zij tot het besluit gekomen, dat in geval van eenigerlei actie, die duidelijk een bedreiging zou vormen van de onaf hankelijkheid van Griekenland of Roe menië en tegen welke resp. de Griek sche of de Roemeensche regeering het van vitaal belang zou achten verzet te bieden met hare nationale strijdkrach ten, de Britsche regeering zich verplicht zou gevoelen om terstond de Grieksche of de Roemeensche regeering, al naar het geval zou zijn, allen steun te ver leenen, die in haar vermogen ligt. (Toe juichingen). Ik beken openhartig mijn diepe teleur stelling over het optreden der Italiaansche regeering. Ongetwijfeld zullen sommigen zeggen, dat wij thans moeten verklaren, dat het Britsch-Italiaansche accoord als ge ëindigd moet worden beschouwd, maar ik deel die opvatting zelf niet. De Italianen in Spanje. Chamberlain sprak vervolgens over de evacuatie van de Italiaansche vrijwilligers uit Spanje. Spr. haalde de bepalingen in de overeenkomst aan, die dit onderwerp be handelen en voegde hieraan toe: „Ik kan hier slechts aan toevoegen, dat de regeering de terugtrekking van de Italiaansche vrij willigers uit Spanje altijd beschouwd heeft als een vitaal element van de overeen komst", En Rusland? Ellen Wilkinson interrumpeerde hier den premier met de vraag „En Rusland?" Chamberlain antwoordde hierop: Ik hoop, dat de leden van het Lagerhuis, omdat ik Rusland niet heb genoemd, niet zullen aan nemen, dat wij geen nauw contact houden met de vertegenwoordigers van dit land. Ik vraag het huis te gelooven, dat wij zonder eenig vooroordeel tot het uiterste van ons vermogen er naar streven om zoodanig de krachten, die nog ten gunste van den vrede zijn, die bereid zijn om verzet te bieden tegen aggressie, te ordenen, dat ons stre ven succes zal kunnen hebben. Ik vertrouw, dat wij in die vastberaden heid en bij de stappen, die wij genomen hebben en die wij nog zullen nemen om dat in werking te doen treden, de goedkeuring zullen hebben van dit Huis, dit land en het geheele Britsche rijk! Bijna op hetzelfde oogenblik, waar op Chamberlain in het Lagerhuis zijn verklaring aflegde, heeft Daladier, de Fransche minister-president, de be sluiten der Fransche regeering be kend gemaakt, daarna mededeeling gedaan aan de pers en hierbij een verklaring afgelegd, waarin hij o.a. het volgende zeide: Daladier. „De politiek van Frankrijk heb ik gede finieerd in mijn radio-redevoering van 29 Maart. Ik zeide toen, dat Europa opge schrikt was, en dat Frankrijk, vastbesloten den vrede in vrijheid en eer te handhaven, eerst zijn eigen verdediging moest ver sterken en zijn banden van solidariteit met de andere volkeren, welke een agressie willen weerstaan, moest uitbreiden. Sedert dien hebben wij in dien geest gehandeld. Wij hebben het gedaan zonder woorden en zonder ijdele provocaties. Wanneer een actie doeltreffend wil zijn, behoeft zij niet te worden begeleid door redevoeringen of bedreigingen. Daarom hebben wij militaire maatregelen genomen, die een waarborg bieden tegen iedere ver rassing van de grens van Franrijk en zijn rijk. Terzelfder tijd hebben wij de noodzake lijke diplomatieke actie voor de handha ving van den vrede door versteviging der solidariteit, welke een éénheid moet vor men tegenover het gemeenschappelijk gevaar voor alle landen, die vastbesloten zijn hun vrijheid te behouden, voortgezet. Wij blijven in voortdurend contact met de regeeringen van Engeland, de Ver. Staten, Rusland, Polen en den Balkanbond. Ons doel is die noodzakelijke samenwerking te organiseeren tusschen alle naties die er niet aan denken om de vitale belangen van eenig volk, welk het ook zij, te bedreigen, die geen enkel loyaal onderzoek der huidige problemen afwijzen, en die vastbe sloten zijn om weerstand te bieden aan iedere poging tot overheersching. Moet ik hieraan toevoegen dat onze nauwe en diepe overeenstemming met Engeland nooit een grooter kracht gehad heeft dan thans? De officieele verklaring, ik richt dus tot de Fransche natie de volgende verklaring, welke is op gesteld in overeenstemming tusschen de Fransche en de Engelsche regee ringen: de Fransche regeering hecht er het grootste belang aan, iedere wyzi- Zooals reeds werd bekend ge maakt, is in verband met de tegen woordige bijzondere omstandig heden vrijstelling van port verleend voor de verzending van briefkaarten en couranten door en aan alle in werkelijken dienst zijnde militairen beneden den rang van officier. De briefkaarten mogen echter geen berichten omtrent handels zaken of bestellingen of aanbiedin gen van handels- of fabrieksgoede- ren bevatten, terwijl de nieuws bladen en bijvoegsels niet zwaarder dan 100 gram mogen zijn. Op de poststukken, afkomstig van militairen moet boven aan de linkerzijde van het adres de aan duiding .militair" geschreven wor den, waaronder de handteekening van den afzender. Adresseer volledig. De regeling van den postdienst ten behoeve van de troepen, welke voor de grensbeveiliging onder de wapenen zijn, geschiedt door daar voor ingerichte veldpostkantoren, welke o.m. zorgen voor de uitreiking van alle voor de militairen bestemde poststukken. Het is van het grootste belang voor een vlotten gang van zaken, dat deze correspondentie zoo vol ledig mogelijk wordt geadresseerd. Noodig te vermelden zijn: Naam, voorletters en militairen rang, alsmede het corps en het on derdeel, waartoe de militair behoort of waarbij hij is gedetacheerd. En tenslotte: Duidelijk schrift. Indien het publiek hier rekening mede wil houden, krijgen de mili tairen aan de grens op tijd hun post. ging te voorkomen, die opgelegd wordt door geweld of door bedreiging met geweld, in den status quo in de Mid dellandsche zee en op het Balkan schiereiland. Rekening houdende met de bijzondere ongerustheid die de gebeurtenissen dezer laatste weken hebben doen ontstaan heeft de Fran sche regeering by gevolg aan Roeme nië en Griekenland de bijzondere ver zekering gegïven dat, ingeval een actie zou worden ondernomen welke duidelijk de onafhankelijkheid van Roemenië of Griekenla.id zou bedrei gen, en waartegen de Roemeensche of de Grieksche regeering het in haar vitaal belang zou achten verzet te bie den met haar nationale strijdkrachten, de Fransche regeering zich gehouden zal achten haar onmiddellijk allen bijstand die in haar vermogen is te verleenen. De Engelsche regeering heeft een ge lijke houding aangenomen. Na deze verklaring te hebben doen hooren, ging Daladier als volgt voort: Be scherming van Frankrijk en zijn rijk tegen iederen directen of indirecten aanslag op zijn integriteit en op zijn rechten, een streven, uitsluitend in den zorg om den vrede, naar alle overeenkomsten welke in staat zijn, om de solidaire bescherming te verzekeren van de volkeren tegen iedere onderneming die hun onafhanKelijkheid bedreigt, aldus is de politiek die de Fran sche regeering voert en in het bewustzijn van haar verantwoordelijkheden in de onwrikbare vastbeslotenheid voor geen enkelen plicht terug te deinzen, die het be houd van het lot des vaderlands op haar legt." Zie verder Buitenland pag. 1, 3e blad.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 1