8 8 8 ftadiopcoycatuMG JxuiUetaH Chamberlairi verdedigt den dienstplicht. DE AMATEUR DETECTIVE Zijn belofte van vroeger en de toestand nu. 8 8 8 8 1 8 8 Britsche vastberadenheid. Naar het Engelsch van ANTHONY BERKELEY De Valera niet naar de Vereenigde Staten. Wegens de invoering van den dienstplicht. De reactie in Italië. „Het gebaar van Chamberlain". Simplex rijwielen, lichter trappen, 4650 Zaterdag 29 April. HILVERSUM, 301,5 M. (VARA- uitz.) 8.Gr.pL, toespraak. 8.15 Ber. 8.17 Orgelspel. 8.45 Gr.pL 10. VPRO-morgenwijding. 10.20 Voor de vrouwen. 11.20 VARA-orkest. 12.— Gr.pL (12.15 Ber.) 12.30 Resi dentie-orkest. 1.15 Gr.pl. 1.30 Res. orkest, en 'solist. 2.Esperanto- uitz. 2.15 Utr. Sted. Orkest, koor „Kunst en Strijd" en solisten (opn.) 3.Interview. 3.30 VARA- Kinderkoor De Krekeltjes en gr.pl. 4.Esmeralda. 4.30 Radiotooneel. 5.30 Orgelspel. 6.10 1 Mei-rede. 6.28 Ber. 6.30 Uit de roode jeugdbewe ging. 7.VARA-kalender. 7.10 Po litiek radiojournaaL (7.30 VPRO: Cursus „Nederlanders in Amerika") 8 Herh. SOS- en 8.03 ANP-ber., VARA-Varia. 8.20 VARA-orkest en soliste. 9.1 Mei-rede. 9.15 En nu Oké. 10.30 ANP-ber. 10.40 Commu- nity-Singing (opn.) 11.12.Deel., toespraak en gr.pL HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (KRO-uitz.) 8.—9.15 Gr.pL (8.15 Ber.) 10.Gr.pL 11.30 Godsd. half uurtje. 12.Ber. 12.15 KRO-melo- disten en solist. (1.1.20 Gr.pL 1.15 Ber.) 2.Voor de rijpere jeugd. 2.30 Gr.pL 2.45 Kinderuurtje. 4. Gr.pL 4.30 KRO-orkest. 5.15 Filmpr. 5.30 GrpL 5.45—6.15 KRO-Nachte- gaaltjes. 6.20 Journ. weekoverzicht. 6.45 Ber., gr.pl. 7.Ber. 7.15 Theo logische causerie. 7.15 Act. aether- flitsen. 8.ANP-ber., mededeelin- gen. 8.15 Meditatie met muz. omlijs ting. 8.35 Gr.pL 8.45 Gev. concert. 1C.30 ANP-ber. 10.40 Het onvergan kelijke rijk, causerie met muz. om lijsting. 11.1012.Gr.pL DROITWICH, 1500 M. 10.20 Vocaal concert. 10.50 BBC-Northern Ire- land-orkest en solist. 11.35 Gr.pL 12.20 Bristols Hippodrome-orkest. 1.20 Gr.pL 1.50 Community-Singing. 2.10 Verslag van de Cup-final. 4.05 Sportrep. 4.20 Gev. progr. 5.20 Ber. 5.50 Sportpr. 6.05 BBC-Midland- orkest en solist. 6.50 Act. uitz. 7.20 Variété-progr. 8.20 Ber. 8.45 Uit Amerika: Amer. overzicht. 9. BBC-Theaterorkest en solist. 10.05 Gr.pL 10.35 Jack Harris en zijn Band. 11.10—11.20 Ber. RADIO-PARIS, 1648 M. 8—, 9 9.25 en 10.20 Gr.pL 11.30 Zang. 12.— Gr.pL 12.25 Victor Pascal's orkest. 1.40 Zang. 1.55 Gr.pL 2.35 Zang. 2.55 en 4.05 Gr.pL 4.50 Zang. 5.35 en 6.20 Gr.pL 7.50 RadiotooneeL 8.30 Variété-progr. 9.25 Symph.-concert mmv. soliste. 9.50 Gr.pL 10.2011.50 Jo Bouillon en zijn orkest. KEULEN, 456 M. 5.50 Gr.pL 6.30 E. Schneidewind's orkest. 7.50 Danzi- ger Landesorkest. 11.20 en 12.35 Om- roep-Amus.-orkest. 1.30 Gr.pl. 3.20 Omroepkleinorkest en solisten. 5.35 Vroolyk progr. 6.30 Leo Eysoldt's orkest. 7.50 Amus.-rep. 9.50 Gr.pL 11.202.20 Omroeporkest en solis ten (opn.) BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 11.20 Gr.pL 11.50 en 12.30 Omroep orkest. 12.50 en 1.25 Gr.pL 1.50 Blokfluit-ensemble van het Gezel schap voor oude muziek. 2.35 Zang. 2.50 Pianovoordr. 3.05 Gr.pL 3.35 Cellovoordr. 4.20 Gr.pL 5.20 Om roeporkest, soliste en gr.pl. 7.20 Don Giovanni, opera. (9.20 Gr.pL) 10.20 11.20 Dansmuziek (gr.pl.) 484 M.: 11.20, 12.301.15 en 1.55 Gr.pL 2.20 en 3.'t Amsterdamsch Trio. 3.20 Gr.pl. 4.35 en 4.55 Omroepdans- orkest. 5.35 Gr.pl met toelichting. 6.35 en 7.20 Gr.pL 7.50 Radiotooneel met muziek. 9.30 Omroepdansorkest en solist. 10.20—11.20 Gr.pL DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 7.35 Omroepvrouwenkoor, Omroep orkest en solisten. 9.20 Ber. 9.35 Nieuws van den zesden Rijksberoe- penwedstrijd. 9.50 Fluit, hobo en piano. 10.05 Ber. 10.20—11.20 Om roep-Amus.-orkest. GEMEENTELIJKE RADIODISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.9.20, Radio PTT Nord 9.20—11.20, Brussel VL 11.2013.20, Keulen 13.2014.50, Lond. Reg. 14.5015.20, Keulen 15.2017.20, Brussel VI. 18.50, Keulen 18.5019.20, VI. 19.20—22.20, Keulen 24.—. Lijn 4: Brussel VI. 8.8.20, Parijs R. 8.208.30, Radio PTT Nord 8.30 8.50, Normandië 8.509.35, Lond. Reg. 9.3510.50, Droitwich 10.50 13.20, Lond. Reg. 13.2013.50, Droitwich 13.5019.20, Keulen 19.2019.35, Droitwich 19.3520.45, Lond. Reg. 20.4521.—, Droitwich 21.—23.20, Parijs R. 23.20—24.—. Lijn 5: Diversen. 17.20— Brussel 22.20— Bij de indiening van de regeerings- motie inzake de invoering van den dienstplicht heeft minister-president Chamberlain gister in het Lagerhuis het afgekondigde besluit aan een nadere be schouwing onderworpen. Chamberlain meende, dat het van be lang was dat het conscriptie-besluit deze week werd bekend gemaakt, aangezien, wanneer het was uitgesteld tot volgende week, bijna elke beslissing welke geno men zou zijn, in verband zou hebben gestaan met de rede van den Duitschen rijkskanselier. Wij hebben, aldus spreker, geen in lichtingen met betrekking tot den in houd van die rede, onze voorstellen zijn volkomen onafhankelijk daarvan en het is goed dat de heele wereld dit duidelijk weet. Allereerst verdedigde zich de minister president tegen de door de oppositie tegen hem ingebrachte beschuldiging, dat hij zijn belofte, in vredestijd geen dienstplicht in te voeren, verbroken had. Chamberlain zeide, dat hij sindsdien van gedachten veranderd was, en dat zijns inziens iedereen daartoe het recht had, wanneer de omstandigheden veranderden. „Niets zou een land met meer waarschijnlijkheid naar een ramp voeren, dan dat het zou weigeren, van gedachten te veranderen, wanneer de gewijzigde omstan digheden zulks eischen. Het is een feit, dat wij thans niet meer gelooven, dat aan de behoeften van het land kan worden voldaan door een stelsel van vrijwillige dienstneming, als dit stelsel niet wordt aangevuld. Dat zou beteekenen, dat wij de maatrege len, welke wij voor dé bescherming van het land noodig achten, niet zouden kunnen nemen zonder algemeene verkiezingen. Ik kan mij indenken, aldus Chamberlain, dat de zaak zóó op de spits gedreven zou kunnen worden, dat de regeering geen an dere keus zou hebben (applaus op de mi- nistersbanken), doch het is zeker, dat dan een zeer zware verantwoordelijkheid zou rusten op de schouders van hen, die ons in dezen tijd tot een dergelijke uiterste conse quentie zouden dwingen". Het land zou er door in verwarring gera ken, en de maatregelen, die wij willen ne men, benevens de productie van oorlogs- materieel, zouden worden vertraagd, in een periode, die van vitaal belang is. Tot zulk een handelwijze mag men n^et lichtvaardig besluiten. (Toejuichingen in de regeerings- banken). Wijzende op de omstandigheden, welke de regeering hadden genoopt, dit gewichtig be sluit te nemen, vroeg Chamberlain, of er eenig lid was, dat niet inzag, dat door de garanties aan Polen, Griekenland en Roe menië, Engelands verantwoordelijkheid ge weldig is toegenomen. (Toejuichingen in de regeeringsbanken) Chamberlain vroeg verder, of er iemand was, die niet inzag, dat de bedoeling van deze garanties allereerst het voorkomen van oorlog was, doch nat zy, wanneer zij hun uitwerking niet willen missen, vertrouwen dienen in te boezemen, niet alleen in de landen, waaraan wij ze gegeven hebben, doch in heel Europa, dat wij van plan zijn, vol te houden en door te zetten tot het einde toe. (Toejuichingen). Wij hebben immers gezien, aldus Cham berlain, dat twijfe1 is uitgesproken omtrent onze vastberadenheid en dat van hoofdstad tot hoofdstad de hatelijkheid de ronde heeft gedaan, dat Engeland bereid was, tot den laatsten Franschen soldaat te vechten. Het is ons steeds duidelijker geworden, dat alle pogingen, een hecht front op te bouwen tegen het denkbeeld van overheer- sching door geweld, door dezen twijfel werd belemmerd. Het is naar myn meening van belang, deze 29) „Ik verander zeer zelden van meening, mijnheer Chitterwick en nooit als het om feiten gaat". „Dus u houdt het voor een feit?" hield Chitterwick aan. „Zonder twijfel. Omdat juffrouw Sinclair er voor mij geen geheim van maakte Zij heeft het my zelf gezegd". „Hoe komt het dan, dat zy haar neef al jaren met die erfeniskwestie lastig viel?" vroeg Chitterwick. „Wie heeft u dat gezegd?" vroeg juf frouw Goole scherp. „Mevrouw Sinclair", antwoordde hij. Juffrouw Goole trok haar zware wenk brauwen op. „U moet niet gelooven, dat ik ook maar iets tegen den majoor of mevrouw Sinclair heb. Integendeel, ik heb erg met mevrouw Sinclair te doen en ik zou haar graag wil len helpenonder voorbehoud natuur lijk", voegde zij er zonder omwegen aan toe, „dat men niet van mij verwacht, dat ik een misdrijf geheim zal houden of weg moffelen zal. Ik ben geen kind. Het is toch geweldige afwijking door dit land van een zijner meest geliefde tradities niet te klei neeren. Ik wil niet den indruk wekken, zoo verklaarde Chamberlain nog, dat naar mijn meening een oorlog ophanden is. Ik geloof niet, dat de toestand zóó is, dat een klein gewicht aan deze of gene zijde van de balans beslissend zou kun nen zijn voor de vraag, of er oorlog komt of niet. Ik zou een beroep willen doen op de leden der oppositie, niet overijld te werk te gaan door het nemen van een onherroepelijk be sluit, dat elders twyfel zou kunnen wekken omtrent onzen vastberaden wiL volledig onze rol te vervullen bij het voeren van een politiek, die door hen evenzeer als door ons wordt goedgekeurd. Wat mij betreft, ik geloof niet, dat dit land ooit zoo eensgezind was als thans in zijn goedkeuring van de regeeringspolitiek tegen de machten der agressie. (Toejuichin gen). Ik geloof ook niet, dat er één maatregel is, welke het land zou weigeren te nemen, in dien het inziet, dat die maatregel noodzake lijk is voor het succes van die politiek. (Toe juichingen). Attlee aan het woord. Vervolgens diende Attlee het amendement op de regeeringsmotie van de arbeiders partij in. Hij begon met te verklaren, dat zijn party even vastbesloten is als ieder ander, eraan mede te werken, dat de lands verdediging in ieder opzicht ontwikkeld wordt, zoodat Engeland in staat zal zijn, te voldoen aan al zijn verplichtingen tot het voorkomen van c >rlog en het tegengaan van agressie, als deze zich zou voordoen. Wij zijn, aldus Attlee, tegen invoering van den dienstplicht, omdat wij gelooven, dat deze, verre van het land te versterken, het in een tijd, waarin het sterk en eensgezind moet zijn, zal verzwakken en verdeelen. Wij zijn er van overtuigd, dat de voorstellen der regeering een verkeerden grondslag hebben en nadeelig zijn voor het land en wij moe ten ons er over beklagen, dat deze groote afwijking van het beginsel van vrijwillige dienstneming in allerijl door het huis moet worden behandeld. De meening van Sinclair. De liberale party, aldus Sinclair, is van meening, dat de Europeesche toestand in hoofdzaak een beeld van een conflict tus- schen wet en willekeurig geweld biedt. Wij hebben ons reeds te lang onderworpen aan willekeurig geweld, zoodat wij het hebben laten groeien en toenemen in prestige. Aan de verschrikkelijke keuze tusschen oorlog en onderwerping aan den aanvaller kan men slechts ontkomen door de vorming van een krachtig weerstandsfront, zoodat geen land is staat zal zijn, zijn wil met geweld aan een ander op te leggen of zich meester te maken van de economische hulpbronnen van een zwakkeren buurstaat. Sprekende over de betrekkingen met Sov jet-Rusland en de Ver. Staten zeide Sinclair dat het dwaas is van ieder, die denkt, dat Roosevelt of Stalin zich zal haasten, om de Britsche belangen te beschermen. De sympathie en de medewerking van het Amerikaansche volk en de Russische regee ring kan men slechts verkrijgen door blijk te geven van de vastbeslotenheid, in ant woord op agressie en tot handhaving van den vrede de maximale bijdrage tot het ge meenschappelijke belang te leveren". De vriendschap |n het bondgenootschap tusschen Engeland en Frankrijk moeten de kern van vrede, orde en vrijheid in Europa blijven. Wij moeten, aldus de liberale leider, den Franschen toonen, dat wij bereid zijn ons een even groote opoffering te getroosten aLs zy. Sinclair betoogde, dat de vrijwillige dienst boven den dienstplicht te verkiezen was en zeide, ter voorkoming van misverstand in al heel duidelijk, dat het in het belang van majoor Sinclair is, om strubbelingen om de erfenis zooveel mogelijk en bagatelle te ne men en daarom zegt mevrouw Sinclair, dat hij de dreigementen van zijn tante nooit als werkelijk gemeend beschouwde". „Dus dat komt niet overeen met uw op vatting?" waagde Chitterwick op te mer ken. „Ik weet niet, hoe de majoor tegenover die dreigementen stond, maar dat weet ik wel van juffrouw Sinclair", zei juffrouw Goole zeer beslist. „Zoo, zoo", zei Chitterwick. Daarop volgde een doodsche stilte. Die stilte werd echter door het niezen van juffrouw Goole verbroken. En zij nies de zoo heftig, dat haar bril van haar neus wipte en in een rozenstruik terecht kwam. hetgeen Mouse een paar flinke krabben bezorgde, toen hij hem opraapte. Juffrouw Goole was erg verlegen en niet zonder re den niezen getuigt van weinig zelfbe- heersching en als Chitterwick niet zoo erg tegen haar had opgezien, zou hij ge zegd hebben, dat zy bloosde. In ieder ge val zette zy, wat nerveus, vlug den bril weer op. Chitterwick vond het jammer, dat zij dat deed. Haar gelaatstrekken wa ren, zooals hij op dit oogenblik gezien had, regelmatig en heelemaal niet onaangenaam Als zij haar uiterlijk wat beter verzorgde en een beetje minder degelijk geweest was, zou zij er veel aardiger uitzien, dan in wer kelijkheid vond. Chitterwick, die var mooie dingen hield. Nog iets bleef in Chitterwick's bewust zijn achter: niet alleen zag zij er zonder het buitenland, prys te stellen op de verkla ring, dat zijn amendement slechts betrek king had op speciale overwegingen en was ingediend, omdat naar zijn meening andere maatregelen en middelen noodig zouden zijn, om het land in staat te stellen zijn vol ledige bijdrage te leveren in den weerstand tegen de agressie. Andere sprekers. Churchill zeide, dat het beginsel van dienstplicht verrassend onverwacht is aan vaard. Hij juichte den maatregel persoon lijk toe, doch zeide te kunnen begrijpen, waarom de oppositie bezwaren had. De premier heeft een belofte afgelegd, doch de nakoming daarvan is door de re geering in strijd met het nationale belang geacht. In gewone omstandigheden zouden nieuwe verkiezingen den uitweg geweest zijn, doch thans zouden die ernstige gevaren met zich brengen. De bestaande regelingen kon den niet langer toereikend zyn met het oog op de uitbreiding der Britsche verplichtin gen en wegens het feit, dat de Duitsche propaganda twijfel aan de goede trouw van Engeland tracht te wekken, om een wig tus schen Frankrijk en Engeland te drijven. De arbeidersafgevaardigde Wedgwood zeide te vertrouwen, dat het Huis eensgezind zou blijven in zijn besluit, om Hitier te verslaan: Daarvoor moet alles wijken. De grootste moeilijkheid is het, dat het land, hoewel het eensgezind is, slechts geleid wordt. Amery sprak de hoop uit, dat nog vóór het einde van den zomer een tweede lich ting zou worden opgeroepen en dat de vrij willige oefening voor personen beneden de leeftijdsgrens in ruimere mate mogelijk zou worden. Duff Cooper verklaarde, dat de arbeiders partij een van haar grootste kansen ver zuimde. Het beginsel, volgens hetwelk elke man tot zijn plicht wordt geroepen bij de verdediging van het land, is even oud als de democratie zelf. Regeeringsmotie aangenomen. Het Lagerhuis heeft de door de regee ring ingediende motie ten aanzien van den dienstplicht met 376 tegen 145 stemmen aangenomen. Het amendement van de Labour- partij werd verworpen met 380 tegen 143 stemmen. De Valera heeft in den Ierschen Dail medegedeeld, dat hij niet naar de Ver eenigde Staten zal gaan, „wegens de ernstige gebeurtenis van gisteren". Hij zou vandaag naar Amerika vertrekken, op 7 Mei de gast zijn van president Roosevelt op het Witte Huis en het paviljoen van Ierland op de wereld tentoonstelling te New York openen. De Valera heeft in zijn verklaring in den Dail verder nog gezegd, dat hy het noodig achtte zijn plannen te wijzigen en zijn be zoek uit te stellen. Op de vraag welke de ernstige gebeurtenissen waren, waarop hij doelde antwoordde De Valera van meening te zijn, dat het niet in het openbaar belang was deze te onthullen. Reuter verneemt, dat de wijziging in de plannen van De Valera voortspruit uit de aanneming van de dienstplichtwet in Enge land .en het verband met de aldaar wonen de Ieren en in het bijzonder de nationalis tische minderheid in Noord-Ierland, welke naar de opvatting der regeering van Ier land onder de jurisdictie worden gehouden van een regeering, welke zij niet wen- schen. Men gelooft, dat het onderhoud van Dulanty, den hoogen commissaris voor Ier land. met Chamberlain zeer belangrijk is geweest en in verband heeft gestaan met den dienstplicht, in het bijzonder ten aan zien van Ulster, waar nationalisten onder de wet zouden vallen, hetgeen tot een on prettige situatie zou kunnen leiden, welke de regeering van Ierland genoodzaakt zou kunnen zijn als zeer ernstig op te vatten. Ook gelooft men te Dublin, dat Cham berlain een verklaring tegenover Dulanty kan hebben afgelegd over verdergaande zaken dan den dienstplicht, hetgeen er toe zou kunnen hebben bijgedragen, dat De Valera zijn plannen heeft gewijzigd. bril zooveel beter uit, maar zij kwam hem ook bekend voor! Hij had kunnen zweren, dat hij haar gezicht al eens eerder gezien had. Maar dat was natuurlijk een onmo gelijkheid. „U wilde juffrouw Goole toch nog iets vragen, mijnheer Chitterwick?" zei Mouse die tactvol het pijnlijke oogenblik aanvoel de, toen juffrouw Goole haar bril weer opzette. „O, ja?" zei Chitterwick nadenkend. „Ja natuurlyk. Ik weet het alweer. Het gaat om de houding van den majoor tegen over zyn tante. Was hij, wat je noemt, een liefdevolle neef? Had zij den indruk, dat hy, nu ja een neef was" die van haar hield?" „Majoor Sinclair leek mij altijd zoo, als een neef voor zijn tante van wie hij zoo veel te verwachten heeft, maar zijn kan", antwoordde de jonge dame cynisch, die blijkbaar door de geschiedenis met den bril neg cynischer geworden was. ..Op de huwelijkskwestie, na maakten zy dus een vriendschappelijken indruk?" „Zeker". „Zoo, zoo, mocht u persoonlijk, majoor Sinclair nog al?" „Maar mijnheer Chitterwick", merkte de secretaresse op „heeft dit eigenlijk wat met de zaak te maken of ik den majoor mocht, of niet mocht? Wat kan dit nu te maken hebben met het feit dat u gezien hebt, dat hij vergif deed in de koffie van zijn tan te?" „Neen, daar heeft u gelijk in", moest hij wel toegeven. „Dat wil zeggen Ziet u, het is Het invoeren van den militairen dienst plicht in Engeland en de gunstige reactie, welke dit in Frankrijk te weeg heeft ge bracht, schijnt eenige ontstemming te wek ken in sommige fascistische kringen. De „Resto del Carlingo" spot met het Britsche besluit en schrijft: „het invoeren van den militairen dienstplicht in Engeland kan ons weinig schelen. Het is gewoon een uiting van grooten angst en een bewijs van zwakheid, niet van kracht. Uit de gebeurtenissen van de laatste dagen trekken Duitschland en Italië de eenige mogelijke conclusie: zij gaan voort. „Wij eischen Tunis, Djiboeti en Suez met de zekerheid, dat het „nooit" van de Franschen ons ook het Italiaansche Corsica en Nice, de bakermat van hel den van twee werelden, zal brengen. Duitschland zal krijgen, wat het in Europa toekomt, evenals zyn overzee- sche koloniën. De bevriende landen zullen binnenkort hun verlangens be vredigd zien en de plutocratieën zullen na hun prestige te hebben verloren, Smeekend keek hij naar Mouse. „De vraag van mijnheer Chitterwick heeft een diepere beteekenis", kwam deze hem te hulp. „Natuurlijk", zei Chitterwick opgelucht. „Zóo is het. En verder is er nog iets, dat ik graag met u zou willen bespreken. Ik ge loof dat ik u al eerder gevraagd heb, of u ook wist, waarom juffrouw Sinclair juist in Piccadilly, met haar neef had afgespro ken. Ik meen dat u toen zei, dat u er geen verklaring voor wist. Kunt u er nu mis schien een antwoord op geven?" „Denkt u, dat ik nu iets zou weten, wat ik toen niet geweten heb?" Juffrouw Goole was zeker van zichzelf en liet zich niet gauw van de wijs brengen. „Neen dat natuurlijk niet. Dat zou on mogelijk zijn. Ik meende echter dat mis schien achteraf de één of andere opmer king van juffrouw Sincalir by u opgeko men wasIk bedoel niet dat zij u een ver klaring voor de typische keus van de plaats van samenkomst had moeten geven, maar de geringste aanwijzing daarvan, zou ons al op weg helpen. Kunt u zich niets van dien aard herinneren?" „Dit punt schijnt u al bijzonder te inte resseeren", zei juffrouw Goole en toonde voor het eerst een beetje belangstelling. „Dat doet het ook" verklaarde Chitter wick. „Naar myn meening is dit het eenige onverwachte ik zeg expres niet: onver klaarbare omdat er nog wel een verklaring voor gevonden zal worden in juffrouw Sinclair's handelwijze. Want de Piccadilly Hall was toch wel de laatste plaats waar ook de macht van hun rijkdom in rook zien vervliegen". Gayda, de directeur van „Giornale d' Italia" is van meening, dat de invoering van den militairen dienstplicht in Groot- Brittannië een nieuwe fase vormt in de po litiek der wapening op groote schaal, wel ke Groot-Brittannië is begonnen na de in storting van den Volkenbond, „toen, met het eindigen van verplichtingen van an dere landen, die de hegemonie van Groot- Brittannië verzekerden, dat land de eer ste maatregelen trof met het doel zijn po litiek met eigen middelen te steunen. Het gebaar van Chamberlain beoogt ech ter ook de asmogendheden te intimideeren en andere naties aan te moedigen, zich aan te sluiten bij het tegen de totalitaire staten gerichte blok. Het is evenwel duidelijk, dat Groot-Brittannië zijn nieuwe strijdkracht slechts in dienst zal kunnen stellen van Britsche rijksbelangen en hun vrije ont wikkeling, anders "gezegd voor de bescher ming van den vrede onder overheersching van Groot-Brittannië". Na te hebben doen uitkomen, dat de nieuwe maatregelen, welke ieder jaar een militaire opleiding van 300.000 man verze keren, geen verschuiving der machtsver houding tusschen het blok ParijsLonden en de as RomeBerlijn zullen kunnen be werken, besluit Gayda met het betoog, dat Italië en Duitschland geen oorlog zoeken, doch dat zij bereid zijn oorlog te voeren, indien deze hun zou worden opgelegd door geweld of ondraaglijke onrechtvaardighe den. men juffrouw Sinclair zou verwachten, nietwaar?" „Ik weet wel, dat ik ook verwonderd was, toen zy die afspraak maakte", gaf juffrouw Goole toe. „Bent u er zeker van, dat zij die afspraak maakte?" vroeg Chitterwick. „Wat bedoelt u?" „Ik bedoel: ging die afspraak niet van den majoor uit, en stemde zij er alleen maar in toe?" „Maar de politie heeft toch den brief van den majoor, waarin hy zich accoord verklaart met de plaats van samenkomst". „Ja zeker, dat is zoo. Maar dit kan toch betrekking hebben op een voorstel van hem zelf". „Voor zoover ik het kan beoordeelen niet. Juffrouw Sinclair heeft my een brief ge dicteerd en daarin de afspraak geregeld. Zij gaf daar geen uitlegging bij en ook niet, toen ik dien brief met nog een paar andere door haar liet teekenen". Juffrouw Goole had zichtbaar genoeg van het onderwerp. „Waarom heeft zy hem dan niet in Al- diidge laten komen, waar zij hem toch ook onder 4 oogen had kunnen spreken? Waar zij toch ongestoord hadden kunnen pra ten?" hiel Chitterwick vol. „Heusch, ik weet er geen antwoord op. Maar hebt u er dan niet aan gedacht, dat de zaak voor den majoor er niet beter op zou worden, indien de afspraak van hem was uitgegaan?" zei de secretaresse scherp en logisch. „Ja, ja. Dat is zoo", mompelde Chitter wick verlegen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 10