PAM'S WONDERLIJKE AVONTUREN. J Qemeetttecadett Verhaal van het Abbekerker wijf. WOGMEER EGMOND AAN ZEE OBDAM OUDORP Een opzienbarend proces in West Friesland. >5^ DEEDE BLAD Poldervergadering. Woensdagochtend te tien uur kwam het polderbestuur der Wogmeer, onder voorzitterschap van den heer W. Oude- jans, bijeen in het polderhuis. De loonregeling met den heer A. Wijte is vastgesteld op 260 salaris en de huurwaarde van de woning op 150 (de consumptievergoeding is hierbij niet in gesloten). De kosten der werkverschaffing bedra gen 390. Een wijziging ambtenarenreglement werd goedgekeurd. De pensioengrondslag van den machi nist van den polder, den heei A. Wijte, werd vastgesteld op 390 en de pensioen grondslag van den opzichter op 410, zulks met ingang van 1 Januari 1939. Besloten werd het dagelijksch bestuur vrijheid van handelen te geven een teer- pad aan te laten leggen tot een kosten van pl.m. 50 en indien de bewoners zelf de werkzaamheden verrichten, zoo althans een dergelijk verzoek door meerdere be woners van 't Dijkje binnen zal komen. Ingekomen was ook een schrijven van den heer H. J. Corvage te Wogmeer, waar in gemeld werd dat K. Weel door den op zichter van den polder,toegang geweigerd was over 't pad langs het polderhuis. Voorts verwees adressant naar art. 141 en 151, 152 en 156 van 't Algemeen Water schapsreglement. Geconcludeerd werd door de vergade ring dat het hier slechts een publiek voet pad betreft en toegang anders niet ver leend zal worden. Voor het desbetreffende schrijven van den heer K. Weel om verzoek voor over pad met voertuigen over het rijpad langs het polderhuis naar zijn aldaar gelegen landerijen werd conform voorgaande alinea besloten afwijzend te beschikken. De rekening voor 1938 gaf aan ont vangsten 13368.30 en aan uitgaven 10066.77, batig saldo 3301.53; overschot 1938 bedroeg 256.47 De begrooting 1939 luidde: ontvangsten 14584.78, uitgaven 10212.72, saldo 4372.06, met aan onvoorzien 34.30. Uit de begrooting stippen wt aan onder ontv.: achterstallige lasten 1066.23, de omslag blijft 13 per H.A. en per brongas installatie; uitgaven Uitwaterende Sluizen 226.95, Geestmerambacht 992.89, stroom-, kracht- en smeermiddelen 3500, wegen 2000. De begrooting werd z. h. st. goedgekeurd. Vervolgens werd besloten het riethakken in de wegslooten wederom aan den heer Jn. de Wit te besteden. De ruigteschouw werd bepaald op 1 Juni. Bij de rondvraag merkte de heer Com mandeur op, dat hij het teren van de wegen wel graag gedaan zag door menschen die niet voor werkverschaffing in aanmerking komen, zoowel in Hensbroek als Obdam. Dit voorstel werd toegejuicht door de ge- heele vergadering. De heer van Dam drong er op aan dat de teerwegen die met warm weer erg „los" laten, spoedig behandeld zullen wor den zoodat dit niet meer voorkomt. Aldus besloten. De heer Kok klaagde over den lagen waterstand in sommige slooten. Dit zal door het dagelijksch bestuur nader onder oogen worden gezien, evenals het planten van boomen aan den Groenenweg op die plaatsen welke opengevallen zijn door de vanwege iepziekte gerooide boomen. Naar aanleiding van de opmerking van den heer van Baar over den slechten toe stand waarin de oude molen verkeert, werd restauratie toegezegd. Doodelijk ongeval. De 20-jarige Pronk (voorheen alhier wonende) sinds twee jaren werkzaam te Verdun (Frankrijk) is tengevolge van een motorongeval om 't leven gekomen. Woensdag bereikte de familie de droeve tijding. i De regeering visschers. en de werklooze Sinds eenigen tijd varen verscheidene vlschers uit IJmuiden, Scheveningen, Kat wijk en Egmond aan Zee op Duitsche trawlers. Nog voortdurend is er vraag naar deze werkkrachten en zoo zal in het begin van Juni weder een contingent naar Duitschland vertrekken Nu is deze uitzending van werklooze visschers op geheel anderen leest geschoeid dan de uitzending van werklooze landar beiders, die sinds kort plaats heeft. In tegenstelling met deze laatsten zijn de visschers nooit gedwongen om naar Duitschland te gaan. Van uitsluiting van steun of werkverschaffing bij weigering om te varen is nooit sprake geweest. In tegendeel heeft de regeering alles gedaan Glimlachje „Ik wil U even zeggen, dat het evengoed mijn vloer is als Uw pla fond en dat ik dans als ik er zin in heb, begrepen?" am het de visschers zoo aanlokkelijk mogelijk te maken, vrijwillig te gaan. Hun gezin krijgt nog steeds, als zij tenminste voor het eerst naar Duitschland gaan, twee weken steun doorbetaald, in de reiskosten wordt een tegemoetkoming verleend, ter wijl ook voor aanschaffing van uitrusting middelen verschaft worden. Het baart des te meer verwondering, dat achteraf blijkt, dat de regeering op het standpunt staat, dat werklooze visschers, die eigener beweging uit Duitschland te rug keeren, niet meer voor steun of werk verschaffing in aanmerking mogen komen, maar van alle hulp verstoken dienen te blijven. De regeering blijkt namelijk de meening toegedaan, dat dit geval volkomen gelijk staat met het geval, dat een werk looze arbeider zijri werk bij een werkgever in Nederland vrijwillig opgeeft. Handhaaft de regeering dit standpunt, dan ziet het er voor betrokkenen somber uit. Degenen, die gegaan zijn, gingen ge heel vrijwillig. Zij behooren dus zeker niet tot de slechtsten, het zijn geen beroeps- werkloozen. Hoewel ver van huis en gehèel vreemd, gaven zij er de voorkeur aan zelf hun brood te verdienen. Hebben zij nu re den om terug te keeren, dan wordt hen de pas afgesneden. Zij staan voor consequen ties, die zij niet voorzien hebben. Zij kun-, nen practisch gedwongen zijn jarenlang van hun gezin weg te blijven, daar zij bij vrijwillige terugkomst, als zij geen ander werk vinden, zonder eenige inkomsten staan. Degenen daarentegen, die rustig thuis gebleven zijn en niet zoo energiek waren om naar Duitschland te trekken, blijven in het genot van hun vollen steun. Het werken in Duitschland brengt soms voor betrokkenen eigenaardige bezwaren mede, die vooraf niet te voorzien waren. Vooral in dergelijke gevallen zouden de menschen, die het wel eens wilden probee- ren, maar die meenden vrij te zijn om te rug te keeren wanneer zij wilden, door uitsluiting van den steun wel zeer gedu peerd worden. Vooral voor hen is dan ook te hopen, dat de regeering haar standpunt zal herien of althans verzachten. Poldervergadering Berkmeer. Woensdag werd een openbare verga dering gehouden van den polder de Berkmeer. Alle leden waren aanwezig, terwijl de heer P. Weel als gast aanwezig was, daar hij wegens zijn leeftijd den polder gaat verlaten. Op voorstel van den voorzitter werd besloten 5000 liter olie te koopen. Het machinegebouw zal dit jaar geschilderd worden. Medegedeeld werd, dat de molen ver huurd is voor 25,per jaar. Het voorstel van het dagelijksch be stuur, om den wegwerker een uurloon van 30 ct. te geven, werd aangenomen. Vervolgens had het onderzoek der ge loofsbrieven plaats van den heer C. Kui per, lid van het dag. bestuur en van den heer C. Weel, lid van het college van hoofdingelanden. De bedoelde stukken werden in orde bevonden. Deze rekening gaf aan ontvangsten aan 5402,98 en aan uitgaven 5470,01, na- deelig saldo 67.03 en werd goedgekeurd. Bij de rondvraag sprak de secretaris, de heer P. van Diepen, den heer Weel een afscheidswoord toe. Spr. memoreerde dat de heer Weel sinds 1912 lid van het col lege van hoofdingelanden was en sinds 1914 als lid van het dagelijksch bestuur zitting had. Spr. bracht namens het ge- heele polderbestuur den heer Weel dank voor het vele werk dat hij in dienst van den polder verricht had. Daarna dankte de heer Weel voor de tot hem gesproken woorden en wenschte polder en leden alle goeds toe. Hierna volgde sluiting. I De raad dezer gemeente kwam in voltallige vergadering bijeen onder voor zitterschap van burgemeester W. Bos. De heer H. Tauber verzocht zijn salaris als opzichter aan de in aanbouw zijnde openbare lagere school te verhoogen van 180 tot 200 per maand. B. eri W. stelden voor dit verzoek af te wijzen, aangezien het thans toegekende salaris redelijk is te noemen. Na eenige bespreking werd besloten het salaris op het oorspronkelijk bedrag te handhaven. Aan J. de Goede alhier werd op zijn verzoek 150 vergoeding verleend in de kosten van verpleging van 2 doodfstomme kinderen in het Doofstommeninstituut te St. Michelsgestel. Aangaande een verzoek van den heer W. van Enoo alhier om gedeeltelijke ont heffing van den opgelegden aanslag in de hondenbelasting, werd besloten den aan slag te handhaven, daar deze terecht is opgelegd en de verordening geen gedeel telijke ontheffing kent. Besloten werd de verzekering van de gemeente-eigendommen tegen brand schade aan te gaan bij de fa. J. C. J. Knegt en Zonen te Amsterdam. De minister van financiën zond bericht, dat de uitkeering uit het Gemeentefonds over het tijdvak 1937/1938 voor deze ge meente is vastgesteld op 8638,53, alzoo een meevaller van 1659,17. Ingekomen was een schrijven van den minister van binnenl. zaken, houdende aansporing tot het bestellen van gasmas kers en chloorkalk ten behoeve van den luchtbeschermingsdienst. Medegedeeld werd dat B. en W., mede in verband met den huidigen toestand, reeds tot aanschaffing van diverse lucht beschermingsartikelen, zooals gasmaskers, electr. zaklantaarns en een voldoende hoeveelheid chloorkalk zijn overgegaan. Naar aanleiding van een opmerking van Ged. Staten op de begrooting voor het Burgerlijk Armbestuur, werd besloten het reglement op het B. A. zoodanig te wijzi- Op den 21 sten November 1658 werd in Abbekerk ter aarde besteld het doodge boren kind, waarvan de ouders waren Claas Nijszoon en Aafcht Germonts. Het was niet de eerste maal, dat bij het Abbe kerker echtpaar zulk een droevig geval plaats greep. Reeds driemaal was uit dat gezin een doodgeboren kind begraven. En driemaal waren er verdachte omstandig heden geweest, waaronder deze gebeurte nissen plaats vonden. De vrouw was name lijk meerdere malen geholpen door een geheimzinnige vroedvrouw, die haar vol komen onbekend was, alleen kwam als de toekomstige vader op het land werkte, en bovendien geen enkele betaling wenschte aan te nemen. Spoedig deden dan ook vreemde verhalen de ronde: men sprak zelfs van tooverij. Om aan al die praatjes een einde te maken besloten de schepenen van de stad, om het graf van het laatst begraven kind te openen, en zoodoende de zaak geheel aan het licht te brengen. Wie schetst hun verbazing toen zij iets geheel anders in het kistje vonden dan zij ver wachtten. In hun rapport deelen de sche penen mede „vinden in 't zelve kistje leg gen een toegemaakt kind, gewonden in schoon lijnwaat, en met een menichte van spelden daar in vastgespelt; dewelke los- speldende, was het lighaam van een Stok- visch, de Armen van twee Beulingtjes, en het Hoofdje van roode kool." De volgen den dag werden ook de twee vroeger be graven kinderen opgegraven en men trof in het eene „een klop smeer of Reuzel", en in het andere „waaren menichte van Oude Lappen van diversche couleuren." De ontsteltenis in heel West-Friesland was niet gering. Wat was er met de drie kinderen gebeurd? Waar was de geheim zinnige vroedvrouw gebleven? Waarom werden dergelijke voorwerpen begraven? De man en de vrouw, buurvrouwen en andere personen werden gehoord, maar veel nieuw licht werd niet op de zaak ge worpen. Als men deze vage uitspraken en fantastischen onzin doorleest, kan men moeilijk aannemen, dat op deze gronden Aacht Germonts gevangen gezet werd, en verder als beklaagde werd beschouwd. Als gevangenbewaarder werd een tachtigjarige grijsaard aangesteld, die het met zijn plich ten niet zoo heel nauw nam. Zoo kreeg de man toestemming „om naa zijn wil zijn Wijff in de Kerker te vergheselschappen, zelf geheele nachten over". Intusschen liet haar man de zaak er niet bij zitten, en diende een verzoekschrift in tot invrijheidsstelling van zijn vrouw, wat echter door de schepenen werd afgewezen. Maar toch wisten deze heeren met de heele kwestie ook geen raad, en, wat meer ge beurde in dien tijd, richtten een verzoek om advies aan verschillende rechtsgeleer den; met de vraag of de beklaagde op de pijnbank moest worden gelegd ja of te neen. Het advies van de Amsterdamsche heeren luidde, dat vrouw niet te pijnigen, maar de Haagsche heeren meenden, dat wel tot een „scherper examinatie" moest worden overgegaan, en zoo waren de schepenen nog geen stap verder gekomen. Ook Godgeleerden, die nog om een advies gevraagd werd, konden niet tot een een stemmig antwoord komen. Wekenlang had de gevangenschap reeds geduurd, talrijke getuigen waren ver hoord, rechts- en godgeleerden hadden hun adviezen geschreven, schepenen had den overleg en deliberatie gepleegd, maar de zaak kreeg geen beslag. Aan dien toe stand maakte de gevangene zelf een einde door te ontvluchten. Het is vermakelijk, hoe een schrijver uit dien tijd deze geschie denis verhaalt. De man, die bij zijn vrouw in de gevangenis was, had den ouden cipier opgedragen voor hem brandewijn te halen, die aan dat verzoek voldeed, en alleen de buitendeur op slot deed. Toen hij terug kwam „hadde voor 't sluiten derzelver de man verzocht een kop water voor zijn wijf te mogen halen, 't welk hij hem toestondt; dat daarop met dat de man zou uyt treden het Wijf met hem was jytgesnapt en doorghegaan". Goede raad was duur, en de schepenen be gonnen maar weer advies te vragen, nu aan Hoornsche rechtsgeleerden, en het ge volg was, dat de man gevangen genomen werd, en enkele dagen later hoorde hij de: officier tegen hem eischen, dat hij ge bracht zou worden „ter plaatse, daar men gewoon is Justitie te doen, en aldaar aan den lichame gestraft te worden dat er de doodt naavolcht". Gelukkig konden de rechters het niet meteen over deze zware straf eens worden, en had de gevangene nog gelegenheid, eieren voor zijn geld te kiezen: hij beloofde dat zijn vrouw binnen enkele dagen weer zou terugkeeren in de gevangenis, en ziet, enkele dagen later keerde de vrouw vrijwillig terug. Maar het proces zelf was nog niets verder gekomen. Moest de vrouw gepijnigd worden, ja of neen? Na de Amsterdamsche en Haagsche Rechtsgeleerden werd nu het oordeel ge vraagd van juristen uit Hoorn, en dezen verklaarden eenstemmig, Aacht Germonts met een middelmatige torture te pijnigen tot onderzoek van de waarheid in die heele zaak. Eindelijk kwamen de heeren dan tot een oplossing, en „gezien de informatiën en andere stukken weerzijdts geëxhibeert, mitsgaders de verscheyden advijsen van Rechtsgeleerde Personen, en op alles in 't langhe hebbende gedelibereert en geleth op 't geene eenigszins te letten stonde", besluiten over te gaan tot een middelmati ge torture. Daarvoor werd de scherprech ter uit Haarlem ontboden, die de arme vrouw op de pijnbank legde. Maar de vrouw bleef verklaren wat zij reeds ver klaard had, dat zij drie kinderen ter wereld had gebracht, waarvan de behan delende vroedvrouw steeds verklaard had, dat zij bij de geboorte reeds overleden waren, en die dan ook op de gewone wijze begraven waren. Weer werden adviezen gevraagd. Men scheen geen oplossing te kunnen vinden. Eindelijk op 9 April 1659 werd de vrouw veroordeeld „ghebracht te worden ter plaatze daar men ghewoon is alhier voor aan 't Stadhuys openbare Crimineele Justitie te doen, en aldaar aan de Potboef vast gestelt te werden, en ter, takel van de ghemeente te m** met dne toe-gnemaakte Porv„ JVu' st* Armen den tydt van een hêJK\. W' ter discretie van ehepenen ^lf ordre" Precies een vrouw uit haar kerker gehaau J zijwat wijn te drinken had net stadhuis vervoerd. Daar eSeh, r= weldige menschenmenie-f toen de vrouw zou geplaa' V 'arne^, de gewone plaats waar ook v W°rd<!n tepronkstellingen hadden r,l "°eger Mv? bleek het dat bijna niemand g6v<Wöer' de geweldige voit^rV was toch ook kon zien wegens de geweldige W- executie was toch ook beX! Er exempel", ten voorbeeld va?0* „te, schouwers, die daaruit moesten 1 e het hun zou vergaan, als zij eve??n' V zouden schuldig maken aan zulk'!!? drijf. En dat zou nu niet künnen\ ln Practisch als de heeren recht ^Ur«r. werd besloten oogenblikkelijk te bouwen bij het venster'óp" d n ^'l* verdieping van het Raadhuis tw. eed» momenten later werd Aacht Ge spot en hoon der toegestroomde Ü"01? tot pronk gesteld. ^mgte Van te voren was van de pui stadhuis een verklaring afgelezen op straffe van een geldoet verbode met steenen of ijzer naar de vera« a te gooien. Maar reeds spoedig k de jonghens en naderhandt 'Ver,!?nnen bejaarde en zelfs fatzoen] jke De yden met Koemis en andere vuylicheyt i?11®11 naa haar te werpen; zooverre dat JSter met een ongemeene ijver en lust V<*le scheen uyt afkeer tot 'et wijf en opBe!? 'l oordeel van dat de straffe te ghpHi,ü n haar beste deden om met Steenen Was met Koedrek bedekten 't Wijf 'en,26 voelijke ramp toe te brengen'' Geen i der, dat de vrouw reeds na een kwart?" aan het gezicht vrij ernstig gewond Dat deed de rechters besluiten, de'exJIr' maar voor gezien te houden, en de vto werd van haar standplaats verwijdert Nog was deze zaak hiermed" niet to einde. De vruag werd namelijk opgev™ pen of de vrouw niet de onkosten van dl verschillende adviezen die rechts -en god geleerden hadden gegeven, zelve moest betalen! En werkelijk, op de eerstvolgende rechtsdag daagde de officier de veel ge plaagde vrouw voor de rechtbank en ver" oordeeld te worden in deze kosten van het geding. Ook hier werd wederom over ge sproken en geschreven, en het eind van het liedje was, dat zij een gedeelte van de kosten voor haar rekening nam. Maar nooit is de volle waarheid aan het licht gekomen. De vrouw leefde verder met "haar man samen, maar terecht deelt een schrijver uit dien tijd mede, dat de wereld gedurig twijfelen blijft" wat van de waare geschapenheyt haarer zaake zy; totdat misschien Godt en de tijdt zul open- baaren, zoo ze niet onder d'as van verge- telheyt altoos begraven blijve". Onder de asch der vergetelheid zal de zaak niet ra ken door een klein boekje uit het jaar 1661, geschreven door Jacob Landtman, secre taris van Abbekerk, en uitgegeven door den boekverkooper Marius op de Nieuwe Straat in Hoorn, en getiteld Mis-geboorte of Verhaal van 't Abbekerker Wijf. Maar de volle waarheid is nooit aan het licht ge komen. Mr. J. M. FUCHS. gen, dat aan den secretaris-penningmees ter een jaarwedde van 100 zal worden toegekend. Thans kwam aan de orde een .schrijven van de raadsleden Leering, Staa en v. d. Post, waarin werd aangedrongen op in stelling van een gemeentelijken lucht beschermingsdienst. De heer v. d. Post lichtte dit schrijven nader toe. Hij achtte het onverantwoor delijk wanneer in deze gemeente niets voor de luchtbescherming zou worden gedaan. Vooral voor het Ooievaarsnest, hetwelk geheel tegen de gemeente Alk maar is aangelegen, moeten maatregelen worden getroffen. De voorzitter deelde mede, dat Alkmaar reeds heeft voorgesteld om het Ooievaars door zijn luchtbeschermingsdienst te doen verzorgen. Ook heeft Alkmaar een derge lijk verzoek gedaan aan Heiloo. Spr. heeft zich in principe reeds met dit voorstel vereenigd, doch terzake de verdeeling der kosten is nog geen overeenstemming be reikt. De heer v. d. Post vond deze handel wijze niet in het belang van onze ge meente. We moeten onze belangen zelf behartigen,, maar niet aan anderen toe vertrouwen. Indien Oudorp zelf niet voor dat gedeelte kan zorgen, dan kunnen we beter het Ooievaarsnest aan de gemeente Alkmaar afstaan. Spr. verklaarde zich ten sterkste tegen indeeling van dat gedeelte bij den luchtbeschermingsdienst van Alkmaar. De heer Staa herinnerde aan de lucht beschermingsoefeningen in de gemeente Alkmaar. Spr. vroeg zich af, of we daar aan onze belangen moeten toevertrouwen. De voorzitter meende, dat het groote moeilijkheden zal opleveren om zelf een luchtbeschermingsdienst in te richten. Doordat het Ooievaarsnest zoo ver van het dorp verwijderd is, zal één dienst waar schijnlijk niet voldoende zijn. Spr. zou gaarne van deskundige zijde eerst eenige voorlichting ontvangen. Andere heeren konden dit standpunt niet deelen. Ook in deze gemeente is het heel goed mogelijk zulk een dienst te organiseeren. Allereerst moet een kern worden gevormd, welke daarna moet uit groeien tot een goed georganiseerden dienst. Na eenige discussie werd tenslotte z. h. s. besloten zoo spoedig mogelijk een eigen luchtbeschermingsdienst op te richten, welko ook het Ooievaarsnest zal verzorgen. Aangaande een schrijven van de raadscommissie, bestaande uit de heeren Leering, Staa en v. d. Post, inzake de afwijzing van het verzoek om steunver- hooging voor het dorpsgedeelte, werd be sloten bij den minister nogmaals met klem aan te dringen op een audiëntie. De commissie der buitengemeenten voor het Centraal Ziekenhuis 'te Alkmaar deed het verzoek een jaarlijksche bijdrage te verleenen in het tekort in de exploitatie van genoemd ziekenhuis. B. en W. stelden voor op dit verzoek afwijzend te beschikken. De heer v. d. Post oordeelde het ge vraagde bedrag 115) niet te hoog en voelde er wel iets voor om deze bijdrage te verleenen. Op voorstel van den heer Leering werd evenwel besloten dit schrijven nader te behandelen bij de gemeente-begrooting 1940. Ten behoeve van de extra-hulp aan werkloozen (steun B) werd besloten van gemeentewege 2,per werklooze be schikbaar te stellen, mits het Rijk de toe gezegde 3,78 per werklooze beschikbaar stelt. De uitkeering van dezen steun zal weer plaats hebben in de maand De cember. Aan den heer H. Bleijendaal werd 50 vergoeding verleend wegens het beschik baar stellen van bergruimte voor de t goedkoope levensmiddelen en het bijhou den van de daaraan verbonden adminis tratie. Ten behoeve van de uitbreiding van de waterleiding naar de nieuwe openbare school aan den Munnikenweg werd beslo ten aan het P. W. N. een bedrag ineens te betalen van 356, onder voorwaarde, dat dit bedrag geheel of ten deele terug be taald zal worden, wanneer binnen 10 jaar nieuwe aansluitingen zullen komen. Vastgesteld werd een suppletoire be grooting voor den dienst 1938 en een voo den dienst 1939. j I Namens de commissie belast met ne nazien der rekeningen van de R.K. scho len over de jaren 1934 tot en 1937, deel» de heer Schermerhorn mede, dat de rekeningen in orde waren bevonden. stelde voor deze als aangeboden vast stellen. Aldus besloten. 276. „Ga hier aan het werk jongen", gebiedt de man. „Je bent flink en je zal heel veel goud voor mij delven. Ik kom een massa werkkrachten tekort, want nu die kleine mensen weten wat hen te wachten staat, durven zij niet meer in de nabijheid van de berg te komen", 277. Doch Pam antwoordt flink: „Ik denk er niet aaa om anderman's goud voor U te gaan delven". „Dan maai in de kerker", zegt de man en voegt de daad bij woord. het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 12