DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Senaat van Dantzig verbreekt betrekkingen
met Poolsche ambtenaren.
Maandag 5 Juni 1939
Noto s aan Polens commissaris-generaal.
Eischen worden niet
ingewilligd.
Duitsch-Poolsche wrijving.
Een rede van Kwiatkowski.
„Pommeren Polens levensader."
Vluchtelingen vinden een
open deur.
Dominicaansche republiek neemt
900 Joden op.
Duitsche spion in België
in arrest.
99 dooden bij Thetisramp.
Alle hoop op redding
opgegeven.
Slechts 4 menschen gered.
Albaneesche grondwet
overhandigd.
De algemeene roestand.
Anti-Duitsche pamfletten in
Tsjechië.
Fascistische actie wordt
bestreden.
20.000 dakloozen door
overstroomingen.
Zuid-Slavië zwaar getroffen.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt EL KEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 240.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE ADVERTENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voor dam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 130 Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Directeur; C. KRAK.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
141e Jaargang
Havas meldt, dat de voorzitter van
den Senaat van Dantzig Greiser, twee
nota's aan den Poolsehen commissaris-
generaal heeft doen toekomen. In de
eerste wordt gezegd, dat het „den Se
naat niet mogelijk is nog lang betrek
kingen te onderhouden met de
Poolsche ambtenaren die betrokken
zijn bij het incident van Kalthof'. In
de tweede nota beklaagt de Senaat
zich over de „toeneming van het aantal
Poolsche douane-beambten op grond
gebied van Dantzig". De Senaat deelt
mede voortaan te zullen eischen, dat
de Poolsche douanebeambten, die op
het gebied der Vrije stad dienst doen,
den eed jegens Dantzig afleggen. Tot
dusver heeft Polen dit geweigerd.
De „Dantziger Vorposten" verneemt
voorts, dat de Senaat, aangezien het Pool
sche antwoord inzake het incident van
Kalthof onvoldoende geacht wordt, beslo
ten heeft geen betrekkingen meer te on
derhouden met de ambtenaren van het
Poolsche commisariaat-generaal, die bij de
ze kwestie betrokken zijn en die de Pool
sche regeering niet uit Dantzig heeft wil
len terugtrekken. In verband hiermede
heeft Dantzig aan Polen een nota gericht
over het geval-Kalthof, waarin het lijn
standpunt uiteenzet.
Eischen worden niet ingewilligd.
Polen zal de eischen van Dantzig,
vervat in de beide nota's welke Zater
dag zijn overhandigd niet inwilligen,
aldus het oordeel van politieke kringen
te Warschau, aldus Havas. Men acht
deze nota's weinig ernstig. Alleen de
Poolsche regeering kan erover oordee-
len of zij haar functionarissen terugwil
roepen en het verzoek om het aantal
Poolsche douane-inspecteurs te beper
ken wordt onbegrijpelijk en ongerecht
vaardigd genoemd.
Indien het aantal Poolsche inspecteurs is
uitgebreid, dan is dat omdat de Dantziger
douane-beambte de instructies, welke zij
van de centrale Poolsche leiding hebben
ontvangen, niet hebben uitgevoerd, terwijl
de douane van de Vrije stad deel uitmaakt
van de Poolsche douane.
Tot nu toe heeft de Poolsche regeering
zich beperkt tot het aannemen van de no
ta's en heeft zij hierop niet geantwoord.
Persoord eelen.
Ook de persorganen verklaren dat Po
len het recht heeft het aantal van zijn
douane-inspecteurs uit te breiden of te
verminderen en niet met Dantzig over zijn
rechten zal discuteeren. „Kurjer Warsaws-
ki" schrijft, dat de Senaat van Dantzig met
een minachtende hardnekkigheid zijn brief
wisseling met den commissaris-generaal van
Polen voortzet om Berlijn en de nationaal-
socialistische partij bewijzen van zijn acti
viteit te geven". De Senaat zou een nieuwe
spanning tusschen Polen en Dantzig willen
te weeg brengen door nieuwe eischen te
stellen, och die hebben voor ons, aldus het
blad, slechts een humoristisch karakter. In
dien de Senaat dreigt de functionarissen
van het Poolsche commissariaat in „qua
rantaine" te plaatsen, zal niemand deze
dreiging voor ernstig opvatten. Dat alles
wordt slechts gedaan om de opwinding te
laten voortbestaan.
Redevoering van Forster.
De Dantzigsche gouwleider Forster heeft
op den districts-dag in Zuppot een rede
voering uitgesproken, waarin hij ook in
ging op de DuitschPoolsche betrekkingen
Hij verklaarde o.m. dat Polen sedert de op
zegging van het accoord het masker heeft
laten vallen. Spr. gewaagde van „woeste op-
ruiïngsredevoeringen. smaad en lasterJe
gens Duitschland'. De Duitsche volksge-
nooten". zoo zeide de gouwleider, „worden
in Polen op de ongelooflijkste wijze behan
deld. Men dreigt in Polen Dantzig in bezit
te nemen. Men provoceert aan de grenzen
van Dantzig en tegen een Duitschen. Dant-
zigschen volksgenoot is een sluipmoord be
dreven". Voorts betoogde spr. nog. dat de
Dantzigsche regeering terecht de verwijde
ring geëischt heeft van de betrokken
Poolsche ambtenaren en hii eindigde met
te zefc£c~ dat Dantzig de Führer weet te
vertrouwen, en weet, dat Duitschland thans
sterker is dan ooit en deze onoverwinne
lijkheid der Duitsche wapenen is ook de
trots van Dantzig".
Poolsch-Duitsche wrijving.
Het Poolsche agentschap P. A. T. meldt uit
Berlijn, dat de politie en de geheime staats
politie den Poolsehen kinderen in Duitsch
land heeft verboden den door den Bond
van Poolsche Schoolvereenigingen georgani-
seerden cursus in de Poolsche taal te be
zoeken.
De Poolsche autoriteiten hebben een
Duitschen priester, Krolik, uit Silezië, laten
arresteeren, omdat hij twee Polen geslagen
had, die na de mis het Poolsche kerkelijke
lied aanhieven: „God beschermt Polen
sedert eeuwen".
Poolsche film-producenten hebben be
sloten de Poolsch-Duitsche overeenkomst
tot het uitwisselen van films tusschen beide
landen op te zeggen, aangezien Duitsch
land zijn verplichtingen niet is nagekomen.
Gedurende de afgeloopen maand werden 51
Duitsche films vertoond in Poolsche bios
copen, terwijl in Duitschland slechts zeven
Poolsche films werden gedraaid.
Berichten uit Danzig.
Uit Danzig meldt P. A. T., dat de po
litie daar een feest van de Poolsche jeugd te
Sidlice heeft verboden.
De overheid te Dantzig heeft Zaterdag
den Engelschen journalist Scott Watson ge
arresteerd, die er van beschuldigd werd
„onjuiste berichten" over Dantzig de wereld
te hebben ingezonden. Na een langdurige
ondervraging werd Watson weer op vrije
voeten gesteld.
Ter gelegenheid van de eerste zitting van
den economischen raad voor Pommeren te
Torun heeft de vice-minister-president
Kwiatkowski een rede gehouden, waarin hij
o.a. zeide, dat de levensader van de politieke
en economische onafhankelijkheid van Po
len loopt door Poolsch Pommeren. De vrije
toegang van Polen tot de zee kan slechts
verzekerd zijn over het Pommersch gebied
dat steeds Poolsch is geweest. De aange
sloten en eensgezinde natie is vastbesloten
het grootste risico te loopen om dit opperste
goed te handhaven.
Sprekende over de economische moeilijk
heden. welke uit de huidigen toestand
voortvloeien noemde Kwir.tkowski de
douane-oorlog tusschen Polen en Duitsch
land als voorbeeld. Deze is gunstig voor de
Poolsche economie en heeft geleid tot de
ontwikkeling van Gdynia en het scheppen
van nieuwe takken van industrie. „De laat
ste oorlogsuitvinding", aldus de vice-pres
van den Poolsehen ministerraad, „is een
oorlog zonder vapens. In dezen oorlog
moet het woord van staatslieden het welzijn
van millioenen menschen vernietigen. In
dezen oorlog overwint hij, die waakzaam
blijvend naar buiten, in het binnenland zijn
dagelijksch werk io-maal blijft verrichten.
Het land, dat tot de zaaiers van onrust zal
zeggen: „Wilt gij vrede, gij zult deze heb
ben, wat ook uw ideologie is, hoewel gij
deze voortdurend ver.ooohent. Wij zullen de
belangen van anderen niet te na komen,
ncch de bestaande orde vernielen. Indien gij
evenwel oorlog wilt, zult gij dien hebben",
dat land zal overwinnen. (Applaus). Zij, die
een oorlog ontketenen, kennen wel "het
oogenblik van begin, doch zij weten niet den
dag en de plaats, waar hij zal eindigen (lui
de toejuichingen). Et bestaat geen land ter
wereld, dat niet zal erkennen, dat zekere
landen recht hebben op hun „Lebensraum
doch anderen, die niet minder werkzaam
zijn mogen niet tot prooi dienen van deze
eersten. Misschien heeft Polen meer dan
eenig ander land behoefte aan „Lebens
raum", doch het streeft hierna niet door an
deren te berooven, doch door Polen vooruit
te brengen. Ieder schip, waarmede de Pool
sche koopvaardij wordt verrijkt, vergroot
de Poolsche „Lebensraum".
De meer dan 900 Joodsche vluchte
lingen, die zich aan boord van de St.
Louis bevinden, zullen thans in de Do
minicaansche republiek worden toege
laten zonder dat voor iederen immi
grant 500 dollars zal behoeven te wor
den gedeponeerd.
De St. Louis van de HamburgAmerika
lijn had bevel gekregen de haven van Ha
vana te verlaten, daar de vluchtelingen niet
op Cuba konden worden toegelaten. De Do
minicaansche republiek wilde de vluchte
lingen oorspronkelijk alleen op nemen tegen
500 dollars per persoon, doch Zaterdag heeft
de consul de mededeelingen gedaan, dat het
niet noodig zal zijn dit bedrag te storten.
De vluchtelingen aan boord van dc
„Flandres".
De Joodsche uitgewekenen, die zich aan
boord van het te Vera Cruz liggende Fran-
sche schip „Flandres" bevinden en die niet
te Havanna aan land hebben mogen gaan,
hebben medegedeeld, dat zij vergunning
hebben gekregen in de Vereenigde Staten
te vertoeven, waar zij zullen blijven, tot zü
zich in een Latjjnsch-Amerikaanschen staat
kunnen vestigen.
Te Meirelbeke (België) is een 52-jarige
Duitscher, afkomstig uit Romburg in
Duitschland, maar verblijf houdende te
Gent, gearresteerd verdacht van spionnage
te Gent en in de omgeving. De verdachte
heeft vcor den rechter van instructie be
kend, dat hij in dienst van een vreemde
mogendheid stond voor de levering van be
langrijke documenten en inlichtingen. Hij is
in verzekerde bewaring gesteld.
jJoor de werf CamelLaird is
Zaterdag officieel medegedeeld, dat
men de hoop heeft opgegeven het
leven der nog in de duikboot Thetis
99 aanwezige opvarenden te redden
Aan de mededeeling werd toege
voegd. dat het denkbeeld als zou men
overwegen het vaartuig op te blazen,
niet op waarheid berust. Wel zullen
pogingen in het werk worden gesteld
de boot te bergen.
Naar de meening van de maatschap
pij, zijn de mannen aan boord omge
komen door chloorgas, waarvan een
groote hoeveelheid aan boord was en
dat door den scheeven stand van het
vaartuig heeft kunnen ontsnappen.
Te half vijf Zaterdag publiceerde
het ministerie van marine een ver
klaring die bovenstaande mededeeling
bevestigde:
„Het ministerie van marine betreurt
dat de hoop nog het leven van iemand
der opvarenden van de „Thetis" te
redden, niet langer gerechtvaardigd is.
Het reddingswerk wordt evenwel
voortgezet."
Zaterdagavond werd medejedeeld, dat
pontons zyn bevestigd aan de Theti». Het
zal evenwel niet mogelijk zijn de duikboot
voor Dinsdag a.s. te lichten.
99 dooden.
De admiraliteit deelde Zaterdag reeds
eerder mee dat zich in de gezonken duik
boot ook nog zeven civiele ambtenaren
van het departement van marine bevin
den. Bij de vroegere opsommingen waren
deze menschen niet medegeteld. Uit 'n toen
gepubliceerde lijst bleek, dat er 101 per
sonen aan boord van de Thetis waren toen
de duikboot zonk, later vermeerderde dit
aantal nog met 2, zoodat in totaal 99 per
sonen om het leven kwamen. Aan boord
bleken n.1. nog bovendien een vertegen
woordiger van Vickers Armstrong en een
employé van de firma Brown Brothus te
zijn.
De Fransche minister van marine heeft
den Franschen marine-attache te Londen
telegrafisch verzocht, uiting te geven aan
de deelneming der Fransche marine met
de ramp. Hitier heeft den koning van
Engeland telegrafisch zijn deelneming be
tuigd.
Alle schepen der vloot, die naar de plaats
van den ondergang der Thetis waren ge
gaan zullen vandaag naar hun bases terug-
keeren. De bergingswerkzaamheden zullen
door de Cammel Laird verzorgd worden.
De duiker, die het eerste contact tot stand
had gebracht met den onderzeeër, heeft de
volgende verklaring afgelegd aan de pers:
„Toen ik den bodem bereikte, die met kiezel
bedekt was, vond ik den onderzeeër en be
gon ik op den wand te kloppen. Ik kreeg
onmiddellijk antwoord. Maar de slagen
schenen te worden gegeven door mannen,
die spoedig uitgeput raakten. Ik werd door
de zee voortdurend van den duikboot afge
dreven en toen mijn kameraden en ik weer
naar beneden gingen, konden wij geen en
kele verbinding meer tot stand brengen,
vrengen".
De Italiaansche koning heeft Zaterdag in
speciale audiëntie een Albaansche delegatie
ontvangen, ter plechtige overhandiging van.
de grondwet, welke de vorst aan het Al
baansche volk heeft verstrekt De Albaan
sche minister-president, Verlaci, verklaarde,
dat „Albanië altijd getrouw zal zijn aan den
koning-keizer en niet zal vergeten wat het
fascistische Italië gedaan heeft voor zijn
welzijn en vooruitgang".
De grondwet vermeldt o.a., dat de Al
baansche vlag rood is, met in het midden
de zwarte adelaar en het fascistische em
bleem, dat het Albaansch de officieele taal
is, dat alle godsdiensten geëerbiedigd wor
den, dat de Albaansche staat geregeerd
wordt door een monarchale constitutioneele
regeering, dat de troon erfelijk is volgens
de Salische wet in de dynastie van Victor
Emanuel III, koning van Italië en Albanië,
keizer van Ethiopië".
Santi Quaranta wordt Forto Edda.
De ministerraad te Tirana heeft besjoten
de Albaansche havenstand Santi Quaranta
te verdoopen tot Porto Edda, als eerbetoon
aan gravin Edda CianoMussolini, de ge
malin van den Italiaanschen minister van
buitenlandsche zaken.
Twee redevoeringen.
Daladier en Hitier hebben gisteren
beiden een redevoering gehouden. De
inhoud zoowel als de vorm van deze toe
spraken karakteriseeren volkomen den
toestand, waarin de wereld zich op het
oogenblik bevindt: Eenerzijds de Fransche
eerste minister, volkomen genezen van te
München geboren naar weldra fataal ge
bleken illusies en nu afwijzend tegenover
elke concessie. Anderzijds Hitier, aan wien
het in deze rede niet is mogen gelukken de
climax in de reeks van opzweepende rede
voeringen voort te zetten.
Beiden spraken over vrede en samen
werking. Daladier sprak van Frankrijks
bereidheid tot samenwerking, ook in eco
nomisch opzicht, en Hitier zeide o.m.:
„geen enkel volk en geen enkel regime zal
oorlog voeren om der wille van den oorlog
zelf: slechts in de hersens van perverse
schrijvers kan de gedachte opkomen, dat
iemand oorlog voert alleen om bloed te
vergieten."
De „onwelwillende", d. w. z. critische
toehoorder zou echter, gedachtig aan de
uitspraak van Hitiers geestverwant Mus
solini, dat een „eeuwige vrede een ramp
voor de beschaving zou beteekenen'', wel
iets hebben af te dingen op deze vredelie
vendheid van de asgenooien. Hij zou hoog
stens kunnen aannemen, dat de economi
sche noodzaak een gematigder optreden
eischt.
Maar, luider dan de opmerkingen over
de vredelievende samenwerking, klonk het
dreigement. En dit teekent de situatie. Het
dreigement eenerzijds, dat een machtig
blok, waarin Rusland ook weldra zal wor
den opgenomen, weerstand zal bieden aan
el k e nieuwe poging tot agressie. Ander
zijds. dat Duitschland zoo noodig tegen de
„vooroorlogsche omsingelingspolitiek" zal
weten tc vechten, zooals het dat in den
wereldoorlog heeft gedaan. Hitier heeft
niet opgemerkt, dat Duitschland deson
danks den oorlog verlóór.
Maar hij voorkomt de opmerking van
den critischen toehoorder door erop te
wijzen dat de Duitsche „afweerpolitiek
radicaal veranderd is." Hij vertelt ons
voorts, dat „de geest van von Bethmann-
Hollweg vandaag niet meer geldt voor de
Groot-Duitsche regeering" en verheerlijkt
den strijdgeest van het Duitsche volk en
de deugden van het „nieuwe Duitschland"
onder heroïeke leiding, waarmee Hitier
maar zeggen wil, dat Duitschland bereid
en gereed is om zoo noodig de Duitsche
„levensrechten" te verdedigen.
De democratische criticaster zou dit be
toog natuurlijk kunnen aanvullen met de
opmerking, dat de Duitsche reserve's aan
voedsel en grondstoffen klein zullen zijn in
een nieuwen oorlog; dat de Duitsche goud
voorraad op het oogenblik minimaal is; dat
van een Duitsche bevolking met een leege
maag noch wapenfabrieken met een ge
brek aan reserve's bevorderlijk zijn voor
den zoo hoog geroemden strijdgeest; dat de
Roemeens :he olie- en graanvoorraden niet
Duitschland maar Rusland ten dienste zul
len staan; dat de Dardanellen nu niet voor
Duitschland maar voor Engeland open
staan; dat het Russische leger een ander
leger is dan in 1914.
Het feit, dat Hitier spreekt van een
„verdediging" van de levensrechten van
het Duitsche volk is helaas geen gerust
stellende mededeeling. Ook de Italiaansche
aanval op Abessinië heette indertijd „ver
dediging." En behoort niet de veovering
van nieuw „Lebensraum" óók tot de ver
dediging van de levensrechten van het
Duitsche volk? Andere volken, die het
slachtoffer worden van deze verdediging,
zooals Tsjecho-Slowakije, voeren toch im
mers voortdurend een „uitdagende Benesj-
politiek?" En, niet waar, een dergelijke
staat heeft zijn bestaansrecht verloren en
verdient niets beters dan tot „protectoraat"
te worden gedegradeerd, waardoor de bui
tenlandsche politiek wordt gecontroleerd.
Voor de moeite ontving Duitschland hier
dan een douceurtje ad 1500 gevechtsvlieg
tuigen, vermeerderd met enkele Tsjechi
sche idustrieën, die in verhouding tot wat
Duitschland noodig heeft, betrekkelijk ge
ringe goudvoorraad en nog wat ander
„klein goed".
Dat er nog steeds van die onwelwillende
democraten zijn .die deze bescherming
agressiepolitiek durven noemen is haast
onbegrijpelijkt
De hoofdcommissaris van politie te
Morawska Ostrawa (Tsjechië) heeft
het volgende bekend gemaakt:
„Tsjechen hebben getracht anti-
Duitsche biljetten te verspreiden. Zulk
een actie kan zeer ernstige gevolgen
hebben niet slechts voor de daders
doch ook voor het geheeJe Tsjechische
volk en zou de betrekkingen tusschen
de Tsjechen en de Duitsche autoritei
ten kunnen schaden. De hoofdcommis
saris verzoekt de bevolking zich te
onthouden van tegen Duitschland ge
richte handelingen."
Fascistische actie.
Inzake de fascistische betoogingen wel
ke zich Zaterdag in Praag en Brno hebben
afgespeelheeft het „uitvoerend comité
voor nationale solidariteit" een commu
niqué gepubliceerd, waarin wordt meege
deeld, dat een dergelijk optreden voortaan
zwaar gestraft zal worden. Zinspelend op
de inmenging van de S.S. en Duitsche mi
litairen tijdens de arrestaties, zegt het
communiqué, dat „De Tsjechen zelf hun
zaken zullen regelen."
In verband met de betoogingen zijn
vooraanstaande aanhangers der fascistische
beweging gearresteerd. Zoo is dr. Rada,
een der vertrouwdste medewerkers van
generaal Gaida, in hechtenis genomen.
Verder is de voorzitter van het fascistische
comité van actie gearresteerd.
De betoogingen der Tsjechische
fascisten.
Bij wijze van voorzorg waren gisteren te
gen fascistische betoogingen alle openbare
gebouwen te Praag bezet door krachtige
afdeelingen Tsjechische politie.
Alle naar Praag leidende wegen worden
streng bewaakt op instructies van de re
geering van het protectoraat Rada is weer
op vrije voeten gesteld. Een tweede leider
echter, Locher, het hoofd van de nationale
executieve der partij, is nog in hechtenis.
Beiden waren gearresteerd, tezamen met
vele volgelingen, na de fascistische demon
straties tegen de regeering van het protec
toraat op Donderdag j.1. op het Wences-
lausplein.
Politieke kringen wijzen op de veelbe-
teekenende rede te Budweis uitgespro
ken door staats-secretaris Frank, den vroe-
geren afgevaardigde van Henlein. thans
afgevaardigde voor von Neurath. Hij waar
schuwde in zijn toespraak tot ruim 20.000
leden der Duitsche nat.-soc. partij en S. A -
mannen de Tsjechen tegen „ieder verlangen
naar de methoden van den vroegeren pre
sident Benesj".
Het geheele bekken van de Save, de
Drave en de Donau lijdt onder zware over
stroomingen. De toestand is bijzonder ver
ontrustend en in Kroatië is groote mate-
rieele schade aangericht. Ruim 20.000 men
schen in Z.-Slavië zijn dakloos.
Zie vervolg Buitenland pag. 4, 2e blad.