DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Londen en Moskou zijn het eens.
141e Jaargang
Engeland bereid tot pact van volledige
utederkeerigheid.
Vertegenwoordiger Foreign Office
naar Moskou.
William Strang naar
Moskou.
Een politieke vraag
„Hebt u liever mazelen
dan pokken
Bohemen heelemaal
ingelijfd
Waarschuwing tegen
„fluistercampagne".
De algemeene toestand.
Incident Tinkler te Sjanghai
„Van nu af zullen met ieder, die
zich verzet, korte metten
worden gemaakt".
Fricks cirkel van 400 graden.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Cooraat wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het geheele Rijk 230.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS PER GEWONE AD VER TENTIEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0 25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. TeleL 3320, redactie 3330.
No. 133 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur; C. KRAK.
Donderdag 8 Juni 1939
hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
In een verklaring over de onderhan
delingen met de Sovjet-Unie, die mi
nister-president Chamberlain gister in
het Lagerhuis heeft afgelegd, deelde de
premier mede, dat een vertegenwoordi
ger van het Foreign Office naar Moskou
zal gaan.
In het vervolg van zijn verklaring
zeide Chamberlain, dat bij de laatste
gedachtenwisselingen met de Sovjet-
regeering gebleken was, dat er alge-
heele overeenstemming heerscht ten
aanzien van de voornaamste doeleinden,
die moeten worden nagestreefd.
De Britsche regeering, aldus Chamber
lain, heeft, naar ik meen, de Sovjet-regee
ring tevreden kunnen stellen; de Britsche
regeering is bereid, een accoord te sluiten
op den grondslag van volledige wederkee-
righeid.
Wij hebben duidelijk te kennen gegeven
dat wij evenals de Fransche regeering Rus
land volledigen militairen steun zullen
geven in geval van een daad van agressie
tegen de Sovjet-Unie, waardoor dat land in
vijandelijkheden zou worden verwikkeld
met Europeesche mogendheden.
Het is niet de bedoeling dat de militaire
steun, dien de drie mogendheden zich bereid
zullen verklaren te verleenen, beperkt
wordt tot gevallen van een daadwerkelijken
aanval op het eiger grondgebied. Voor an
dere gevallen die zich kunnen voordoen en
waarbij een van de drie mogendheden haar
veiligheid indirect bedreigd zou achter,
hoopt de premier, dat het thans mogelijk
zal zijn een formule voor te stellen, die voor
de drie regeeringen aanvaardbaar is.
Er blijven een of twee moeilijkheden,
waarvan de voornaamste betrekking heeft
op de positit. der staten die geen garantie
wenschen te aanvaarden omdat dit de
strikte neutraliteit die zij wenschen te
handhaven in gevaa. zou brengen. Het is
duidelijk, dat men aan deze staten geen
garantie kan opdringen, zeidc Chamberlain,
maar ik hoop dat een middel kan worden
gevonden cm te verhinderen dat deze of een
andere moeilijkheid aan de volledige ver
wezenlijking van het beginsel van weder-
zijdsche hulp tegen agressie in den weg zou
staan.
Om de onderhandelingen te bespoedi
gen hebben wij besloten een vertegen
woordiger van het Foreign Office
naar Moskon te zenden om den Brit-
schen ambassadeur in elk opzicht op de
hoogte te stellen van de opvattingen der
Britscue regeering. Ik hoop dat het op
deze wijze mogelijk zal zijn de bespre
kingen, die nog moeten worden gevoerd
om de volledige overeenstemming te
bereiken en vervolgens tot een accoord
te komen, spoedig te voltooien.
In antwoord op een vraag van Green-
wood, die als leider van de arbeidersfract.e
optreedt, daar Attlee ziek is, heeft Cham
berlain verklaard, dat het deel van het zen
den van een vertegenwoordiger van het
Foreign Office naar Moskou is, de onder
handelingen te vergemakkelijken en te be
spoedigen, en niet ze te vertragen. Ik heb,
aldus Chamberlain, alle hoop, dat dit het
resultaat er van zal zijn.
Greenwood stelde hierop de vraag, of het
bezoek aan Moskou niet zou kunnen wor
den uitgelegd als een vertraging van de
volledige inwerkingtreding van het ver
drag. Chamberlain ontwoordde hierop: Wij
kunnen het verdrag thans niet sluiten, als
gevolg van de genoemde punten, die nog
opgelost moeten worden. Op de vraag of het
voorgestelde accoord een regeling zou in
houden voor onmiddellijke stafbesprekin
gen, zeide Chamberlain, dat het beter is te
wachten tot het accoord tot stand is geko
men.
Naar aanleiding van andere vragen her
haalde Chamberlain, dat de Britsche regee
ring verscheidene mededeelingen van de
Finsche, de Estlandsche en de Letsche
regeering had ontvangen, waarin deze te
kennen gaven, dat zij, in verband met haar
voornemen, een strikte neutraliteit te be
waren, geen garantie wenschen te ontvan
gen als resultaat van de onderhandelingen,
welke op het oogenblik tusschen Frankrijk,
Engeland en Rusland worden gevoerd.
De militaire besprekingen met Polen,
Roemenië, Griekenland en Turkije worden
langs den normalen weg, door de militaire
De diplomatieke medewerker van
Reuter verneemt, dat William Strang,
het hoofd van de afdeeling Midden-
Europa van het Foreign Office naar
Moskou zal gaan.
Hij zal waarschijnlijk Vrijdag per
vliegtuig uit Londen vertrekken en dus
Zaterdag of Zondag te Moskou zijn.
Er is, naar men gelooft, een redelijke
kans, dat in den loop der volgende week
volledige overeenstemming wordt bereikt.
Strang zal als technisch adviseur van den
Britschen ambassadeur Seeds optreden en
een eventueele overeenkomst zou natuurlijk
door Seeds onderteekend worden.
Intusschen wordt te Londen vernomen,
dat Seeds griep heeft.
attachés gevoerd. Ook op andere wijze
wordt contact gehouden met de generale
staven. Het is niet in het openbaar belang
hierover nadere mededeelingen te doen,
voegde Chamberlain hieraan toe.
De reddende formule: „levens
belangen".
In diplomatieke kringen te Londen wordt
volgens Reuter vernomen, dat de algemeene
grondslagen van een formule, die zoowel de
Britsche en de Fransche als de Russische
regeering zal bevredigen reeds zijn vastge
steld.
Het zou hierop neerkemen, dat weder-
keerig elkanders levensbelangen ge
garandeerd worden, voor het geval deze
door agressie bedreigd mochten worden.
In een afzonderlijke verklaring zou dan
verduidelijkt worden, wat ieder land
onder zijn „levensbelangen" verstaat.
Zoo derhalve de Sovjet-regeering mocht
verklaren, dat zü de territoriale on
schendbaarheid en de politieke onaf
hankelijkheid van de Oostzeestaten als
een levensbelang beschouwt, zou de
kwestie van een garantie aan die sta
ten vermeden worden en zouden hun
bezwaren tegen een garantie omzeild
worden.
In elk geval kan de kwestie van het vin
den van een formule, die alle tegenstrij
dige gezichtspunten met elkaar in overeen
stemming brengt, naar het oordeel van of-
ficieele kringen thans geen groote moeilijk
heden meer opleveren, nu voldaan is aan
den Russischen eisch inzake volledige
wederkeerigheid.
Aan Havas werd uit Moskou gemeld,
klaarblijkelijk voordat Chamberlain zijn
verklaring had afgelegd, dat men geen pes
simistische gevolgtrekkingen behoefde te
maken uit de koelheid, waarmede de Sov
jet-regeering is het nog te vroeg om zich in
pogingen bejegende. „In de oogen der Sov-
jet-regcerhig is het nog te vros om zich in
de armen van een ander te werpen, omdat
nog niets tot stand gekomen is", zoo seinde
de correspondent. „Men gelooft hier alge
meen, dat de onderteekening door Es'land
en Letland van een niet-aanvalspact met
Duitschland. waarvan deze landen een tijd
lang niets hebben willen weten, door de
Russen als een teeken van zwakheid tegen
over Duitschland zal worden opgevat en
dat zij daarom neg meer bij Frankrijk en
Engeland zullen aandringen op een garantie
voor de onafhankelijkheid der Oostzee
staten".
De Poolsche ambassadeur te Washington,
Potocki heeft een groep van ongeveer hon
derd „Wallstreeters" toegesproken in de
particuliere bureaux van de bankiers Cal
vin Bullock en Co.,- Wallstreet no. 1. De
Poolsche ambassadeur verzekerde dat Polen
zich verzet tegen elke verbintenis met Rus
land, waardoor Russische troepen toestem
ming zouden verkrijgen over Poolsch
grondgebied te trekken.
Op een vraag, die de Poolsche ambassa
deur aan zich zelf stelde en die als volgt
luidde „zouden wij liever met de Russen
dan met Duitschland geallieerd zijn", ant
woordde Potocki met de wedervraag „zou
een mensch liever mazelen dan pokken
hebben"?
Hij voegde eraan toe, dat Polen weigerde
om over de Duitsche eischen in zake Dant-
zig te onderhandelen, „aangezien deze dan
gevolgd zouden worden door andere eischen,
die in 't geheel niet te accepteeren zouden
zijn".
De Poolsche buitenlandsche politiek,
zoo zeide Potocki, wordt bepaald door
Polens geographische ligging; „noch Rus
land noch Duitschland hebben blijk van
overgroote vriendschap of sympathie tegen
over Polen gegeven".
De diplomatieke correspondent van de
Evening Standard meldt, dat Hitier een
grondige verandering in het bestuur van
Bohemen overweegt. De gematigde baron
Von Neurath, die bij de verovering van dit
gebied door Duitschland protector werd,
wordt meer en meer verdrongen door den
Duitschen minister in het Tsjechische kabi
net Frank. Deze was vroeger een van de
leiders van de Duitschers in Sudetenland en
de correspondent noemt hem een fanatiek
man. Zijn houding tegenover de Tsjechische
ambtenaren zou zóó bazig zijn, dat het be-
stuursstelsel in Bohemen de laatste weken
met horten en stooten gewerkt heeft. Als de
dingen niet beter worden en de ontevre
denheid. die onder de Tsjechen heet te be
staan,' niet kan worden weggenomen, zal de
Duitsche regeering waarschijnlijk uitma
ken, dat het zelfbestuur voor de Tsjechen
heeft gefaald, en zü zal besluiten, Bohemen
zonder meer bij het Duitsche rijk in te
lijven.
Hitier heeft baron Von Neurath naar Ber
lijn laten komen om deze kwestie met hem
te bespreken.
De Daily Telegraph meldt uit Praag,
dat een nieuwe campagne is ingezet tegen
de tegenstanders van het nieuwe regiem.
De geheime politie is daartoe gezuiverd,
daar aanwijzingen waren verkregen over
corruptie. De sterkte der Duitsche troepen
is aanzienlijk vergroot.
Tot degenen,, die onlangs zijn gearres
teerd, behoort prof. Sekanina van de Tsje
chische universiteit. Hij is in het geheim
naar Berlijn overgebracht waar hij, naar
men zegt, dezer dagen zou zijn doodge
schoten.
Uit Bmo zijn veel Tsjechische jongelui te
Praag aangekomen om de geheime politie
by te staan bij het opsporen van gezags
ondermijnende actie. Men zegt, dat deze
jongelui uit de werkloozen zijn gerecru-
teerd. Zij ontvangen ongeveer 4 mark per
dag voor de door hen te bewijzen diensten.
De president van politie te Bmo heeft
een waarschuwing gepubliceerd, waarin hu
zegt, dat, na een poging tot verspreiding van
anti-Duitsche vlugschriften door „onver
antwoordelijke Tsjechen", de bevolking
wordt gewaarschuwd, dat „publicatie en
verspreiding van dergelijke vlugschriften
streng gestraft zullen worden". Ook noodigt
hij de Tsjechen uit, de „fluiterspropaganda"
te staken en alle daden, gericht tegen het
Duitsche rijk, te vermijden.
Dailschland teekent
verdragen.
Gistermorgen om half elf is in de Wilhelm-
strasze te Berlijn het niet-aanvalsverdrag
tusschen Duitschland en Letland onder
teekend door Munters en von Ribbentrop,
de ministers van buitenlandsche zaken van
beide landen.
Korten tijd later is door von Ribbentrop
en Selters, den minister van buitenlandsche
zaken van Estland, een soortgelijk verdrag
onderteekend tusschen Duitschland en
Estland.
De redactie van beide verdragen is gelijk
luidend.
In de praeambule wordt vastgesteld, dat
de Duitsche rijkskanselier en de president
van de republiek Letland (resp. Estland),
vastbesloten den vrede tusschen hun landen
onder alle omstandigheden te handhaven,
zijn overeengekomen dit besluit te bekrach
tigen door een verdrag, welks artikelen als
volgt luiden:
Artikel 1: Het Duitsche rijk en de repu
bliek Letland (resp. Estland) zullen in geen
geval tot den oorlog of tot een andere wijze
van geweldpleging jegens elkander over
gaan. In geval het van de zijde van een derde
mogendheid tot een actie van het in artikel 1
genoemde soort tegen een der verdrag
sluitende deelen zou komen, zal de andere
verdragsluitende party een dergelijke actie
op geen enkele wijze steunen.
Artikel 2: Dit verdrag zal worden gerati
ficeerd en de ratificatieoorkonden zullen
zoo spoedig mogelijk te Berlijn worden uit
gewisseld. Het verdrag wordt met de uit
wisseling der ratificatieoorkonden van
kracht en geldt van dan af voor een tijd
van tien jaren. Indien het verdrag niet
uiterlijk een jaar voor den afloop van
dezen termijn door een der verdragslui
tende partijen wordt opgezegd, wordt zijn
geldigheidsduur opnieuw voor den tijd van
tien jaren verlengd. Hetzelfde geldt voor
de volgende perioden.
Het verdrag blijft echter niet langer van
kracht dan het vandaag onderteekende over
eenkomstige verdrag tusschen Duitschland
en Estland (resp. Letland).
Mocht het verdrag om deze reden vóór
den in artikel 2 genoemde termijn buiten
kracht treden, dan zullen de Duitsche re
geering en de Letlandsche (Estlandsche)
regeering op wensch van een der partijen
onverwijld in onderhandeling treden over
de vernieuwing van het pact.
[1
Bij de gisteren geschiede onderteekening
van het Duitsch-Letlandsche (Duitsch-
Estlandsche) verdrag is de overeenstemming
vastgesteld van beide partijen met betrek
king tot het volgende: Een ondersteuning
door de niet by het conflict betrokken ver
dragsluitenden in den zin van art. 1 lid 2,
van het verdrag is niet aanwezig, wanneer
het optreden van deze party in overeen
stemming is met de algemeene regelen der
neutraliteit. Daarom moet het niet als ontoe
laatbare steun worden beschouwd, wanneer
tusschen de niet bij het conflict betrokken
verdragsluitende partij en de derde mogend
heid het normale ruilverkeer en transito-
verkeer wordt voortgezet.
Na de onderteekening van het Duitsche
Letlandsche en Duitsch-Estlandsche niet-
aanvalspact is op het ministerie van buiten
landsche zaken, tusschen den rijksminister
van buitenlandsche zaken, den Letlandschen
en den Estlandschen minister van buiten
landsche zaken een openhartige gedachten-
wisseling gehouden.
Daarbij kwam algemeen de wensch tot
uitdrukking, de Duitsch-Letlandsche en de
Duitsch-Estlandsche betrekkingen op vriend
schappelijke wijze verder te verdiepen.
Van Duitsche zijde werd er daarbij de
nadruk op gelegd, dat de rijksregering in de
handhaving van de politieke onafhankelijk
heid van Letland en Estland een belangrijk
element ziet voor de verzekering van den
vrede in Oost-Europa en dat zij daarom
bereid is harerzijds deze politieke onafhan
kelijkheid steeds te respecteeren.
In denzelfden geest werd van Letlandsche
en Estlandsche zijde ook bij deze gelegen
heid op het reeds vroeger tot uitdrukking
i gebrachte standpunt gewezen, dat de Let
landsche en Estlandsche regeeringen vast
besloten zijn, voor de handhaving der poli
tieke onafhankelijkheid van hun landen
zelfstandig zorg te dragen en vast te houden
aan een politiek van strikte neutraliteit.
11
Na de onderteekening der niet-aanvals-
verdragen tusschen Duitschland en Estland
heeft Hitier in tegenwoordigheid van den
rijksminister van buitenlandsche zaken, von
Ribbentrop, den Letlandschen minister
Munters en den Estlandschen minister Selter
j m de nieuwe rijkskanselarij ontvangen voor
een langdurige bespreking.
De rijksminister van buitenlandsche zaken,
heeft den Letlandschen minister van buiten
landsche zaken. Munters, ter gelegenheid
van de onderteekening van het Duitsch-
Letlandsch verdrag het door Hitier verleende
grootekruis der orde van den Duitschen
adelaar overhandigd.
Het spreekt wel vanzelf, dat men in
Duitschland zeer tevreden is over het
sluiten van deze verdragen, die zoo luidt
de Duitsche lezing uitsluitend den vrede
dienen, terwijl de bemoeiingen van de
democratische landen slechts als arglistig
gecamoufleerde oorlogsvoorbereidingen wor
den voorgesteld. Men oordeelt slechts deze
bloemlezing der Duitsche pers:
„Koude douche voor de hysterie van de
Londensche omsingelingspolitiek", „Met de
sluiting van deze verdragen en de onder
handelingen met prins Paul van Zuid-Slavië
heeft het Duitsche rijk het initiatief geno
men tot redding van den vrede!", „Een slag
voor de onverantwoordelijke ophitsing tot
oorlog door een voor niets terugdeinzende,
egoïstische machtspolitiek", „De tegenstel
ling tusschen de Duitsche politiek en die
van democratische staten is de tegenstelling
tusschen het goede en het slechte geweten,
en dat is de reden waarom de zenuwen van
de omsingelingspolitici die tegenstelling niet
kunnen verdragen".
In dezen trant schrijft de Duitsche pers
over „de groote historische beteekenis van
den 7den Juni voor de heele Europeesche
politiek".
Een officieel verslag van het inci
dent, dat zich te Poetoeng, in Sjanghai,
heeft voorgedaan, waarbij de Engelsch-
man Tinkler, na zijn arrestatie, tenge
volge van een slag met een geweerkolf
op het hoofd en steken in den buik, is
overleden, is nog niet te Londen ont
vangen, aldus Reuter. Tinkler heeft
vroeger deel uitgemaakt van de politie
van Sjanghai, hy was geheel op de
hoogte van de plaatselijke toestanden en
sprak uitmuntend het plaatselijk dialect.
In de fabriek, waar hij werkte, hebben
zich herhaalde malen ongeregeldheden
voorgedaan onder de Chineesche arbeiders.
Na protesten werd 25 Mei j.L besloten een
afdeeling Britsche mariniers te zenden, doch
eenige dagen later werd deze wacht terug
geroepen, aangezien van Japansche zijde
werd verzekerd, dat leven en eigendom van
Britsche onderdanen beschermd zouden wor
den. De ongeregeldheden duurden toch
voort en 6 Juni bracht de Britsche ambas
sadeur te Tokio een bezoek aan den Japan-
schen vice-minister van buitenl. zaken en
verzocht een einde te maken aan het optre
den van „zekere" Japanners, die de stakers
steunden en opstookten. Tevens wees de
ambassadeur er op, dat de Japansche autori
teiten niets deden om orde en rust te hand
haven.
Volgens het Japansche nieuwsbureau
Domei werd Tinkler, nadat hij zijn revolver
op den commandant van de Japansche troe
pen gericht had, door Japansche matrozen
ontwapend.
Hij werd overgebracht naar het hos
pitaal om de verwondingen, die hy bij
een worsteling met een Japanschen
matroos had opgeloopen, te laten behan
delen. Daar verergerde, aldus Domei,
zijn toestand plotseling, zoodat hij te
vijf uur 's morgens overleed.
De Japansche autoriteiten, zoo voegt
het Japansche agentschap er aan toe,
staan op het standpunt, dat met ieder
een, ongezien zijn nationaliteit, die zich
verzet tegen de J oansche troepen by
de uitoefening van hun plicht, van nu af
aan korte metten zullen worden ge
maakt.
De woordvoerder van de Japansche ma
rine-autoriteiten heeft verklaard, dat hy in
zooverre belang hecht aan het incident-
Tinkler, dat de Engelschman tegenstand
geboden heeft aan de Japansche mariniers
en hen heeft geprovoceerd bij de uitoefe
ning van hun plicht en hun pogingen de
Loentsjoeng Katoenspinneryen waar
Tinkler werkte te beschermen, zulks op
verzoek van de Britsche autoriteiten.
De Duitsche rijksminister van binnen-
landsche zaken Frick heeft reeds in 1937 be
paald, dat de landmeters en waterpassers
in den vervolge hun rechte hoeken niet in
90, maar in 100 graden moeten verdeelen.
Het ministerie van onderwijs wilde ook
reeds de graadmeting decimaal laten ge
schieden. Doch de landmeters en water
passers en niet het minst de leeraars bij het
middelbaar onderwijs, willen van de nieu
wigheid niet weten: ze houden vast aan hun
oude graadopvattingen en spotten met den
„Neugrad" van Frick en Rust.
Thans is echter door het ministerie van
binnenlandsche zaken verordineerd, dat vóór
den lsten April 1945 alle hoekmeetinstru-
menten in „nieuwe graad-instrumenten"
moeten zyn gewijzigd. Een „nieuwe graad"
is dus het honderdste gedeelte van een
rechten hoek. De „nieuwe graad" telt niet
60. maar 100 minuten. Een „nieuwe graad"-
minuut telt geen 60, doch 100 „nieuwe
graads"-seconden. Een cirkel bestaat dus
niet niet 360, maar uit 400 graden. De drie
hoeken van een driehoek tellen tezamen
niet 180, maar 200 graden. De boeken van
een geljjkzijdigen driehoek zijn niet 60, ma^r
66 graden, 66 minuten en 66 2/3 seconden!
Vooral de leeraars in de wiskunde willen
van het plan niets weten. Zjj noemen het
ondoordacht en een concessie aan de schijn-
wetenschap.
Het getal 3, zeggen zy, is in de wiskunde
nu eenmaal een zeer bijzonder getal, dat in
het getal 100 niet tot uiting komt. Boven
dien meenen zij, dat Duitschland dit stelsel
onmogelijk alleen kan invoeren. De omtrek
van de aarde zal overigens ook in Duitsche
atlassen zeer inconsequent in 360 graden
worden verdeeld.
Het ministerie van binnenlandsche zaken
meent, dat, wanneer Duitschland met de
„nieuwe graad" gaat meten, de andere lan
den wel langzaam zullen volgen. Over den
tegenstand verbaast men zich in regeerings-
kringen niet! Tegen iedere nieuwigheid op
het gebied van maten en gewichten heeft
het pubhek zich verzet. De Duitsche over
heid haal. over deze „onschuldige opposi
tie" de schouders op en gelooft, dat in 1950
niemand meer de oude graden zal terug
verlangen.