De Dieren-Jamboree. i i De affaire-Oss in de Tweede Kamer. f i PARLEMENT FeUe kritiek van Wijnkoop en v. d. Goes. Mr. de Geer was gematigder. De „Krakatau" weer in werking. Wethouder en schoolhoofd aangehouden. loeoeeeo JUUÜopCOQtQittltUb o® Een lange rij menschen voor den in gang van de publieke tribune van het Tweede Kamergebouw, bosjes fotografen die Ijverig in de weer zyn, stilstaande voorbijgangers ,wat meer politie dan ge woonlijk: zie daar het beeld van het Bin nenhof als er iets bijzonders in een van de beide Kamers behandeld wordt of als er in het jargon van de perstribune een „lijkenlucht" hangt. Nu deed zich gisteren het merkwaardige geval voor, dat zoowel het een als het ander het geval was. Niet alleen was er iets bijzonders aan de orde of zou dit spoedig zijn, maar ook schijnt een ministerieel leven in het laat ste stadium te verkeeren. Eén momenteel; wat ons, na de verklaring van dr. Colijn over het aftreden van minister de Wilde, de volgende week boven het hoofd hangt, weten we niet, we kunnen slechts zeggen, dat het sedert dat oogenblik niet bijster frisch meer op het Binnenhof ruikt De zaak-Oss zou worden behandeld en wie de conclusie van de Kamercommissie kent en de reactie daarop in de katholieke en andere bladen, heeft sterk den indruk gekregen, dat minister Goseling uit de aanneming van die conclusie zijn conse quenties zal trekken. Ofschoon dit de ver wachting is van de geinteresseerde bui tenstaanders en men daarop niet altijd huizen kan bouwen, valt het niet te ont kennen, dat in de vergaderzaal der Tweede Kamer onzekerheid heerscht. De chr.- hist. schijnen een brug te willen bouwen. Alvorens we echter een indruk van de bespreking van het verslag der Kamer commissie over de nota van minister Goseling aangaande zaak-Oss geven, die nen we de conclusies van dit rapport even in herinnering te brengen. De meerderheid der commissie, bestaande uit de heeren Schouten (a.r.), Tilanus (c.-h.), Drees (s.d.) en Wendelaar (lib.) stelt aan de Kamer voor: 1. uit te spreken, dat de feiten en om standigheden, welke den minister van justitie hebben geleid tot het nemen van den maatregel van 1 April 1938 ten aan zien van de brigade-Oss der Kon. Mare chaussee, die maatregel niet rechtvaar digen, terwijl aan hetgeen nadien is ge bleken in elk geval geen motiveering voor dien maatregel kan worden ontleend; 2. de nota van den minister voor ken nisgeving aan te nemen. De minderheid der commissie, bestaande uit den heer Sweens (r.k.) kan zich alleen met de tweede conclusie vereenigen. Het zou ons te ver voeren om hier nog op de geschiedenis van de affaire-Oss en haar vroegere behandeling in de Kamer in te gaan. De plotselinge schorsing van de opsporingsbevoegdheid der marechaussee brigade gaf schriftelijke vragen den heer Wijnkoop in de pen, waarna de interpel latie-Drop is gevolgd. Aanvankelijk wekte het antwoord van minister Goseling geen slechten indruk; eenigen tijd later echter kwam de twijfel en toen hebben we het voorstel-Wendelaar gehad tot het doen houden van een parlementaire enquête. Toen dit werd afgeketst, was er de motie van de neeren Albarda en Oud, waarin minister Goseling werd uitgenoodigd een nota terzake aan de Kamer te richten. Dat is 31 Januari van dit jaar gebeurd, waarna de daartoe benoemde commissie-Schouten haar werkzaamheden aanving en op 8 Juni j.1. met de vaststelling van haar verslag voltooide. Onder groote belangstelling ving de Kamer gistermiddag om tien minuten over half drie de behandeling aan; eerst waren er nog eenige belangrijke wetsontwerpen tot wijziging van de Indische begrooting afgedaan, bij een waarvan 30 millioen meer voor het Indische leger werd ge vraagd. Over de Indische defensie is den laatsten tijd veel gesproken, zoodat het niet te verwonderen viel, dat met het rapport- Oss in het vooruitzicht de spreeklust bij deze onderwerpen niet bijzonder groot was. De minister kon over de vlootuit- breiding ook nog niets meedeelen, zoodat elke spanning in deze discussie ontbrak. Met de stemmen van de communisten tegen werd het wetsontwerp, dat betrek king had op de militaire aanvragen aan genomen. De minister moet aftreden! En toen kon „het" groote debat begin nen. De heer Wijnkoop stak van wal en deze beijverde zich onmiddellijk om de zaak te ontdoen van de franje van anti- sa ih. staatspartij-actie en anti-papisme, cue er door een bepaalde groep was aan gekleefde, maar den katholieken verwijten ook tegen andere partijen gemakkelijk had doen vallen. Hij betreurde het in hooge mate, dat de katholieken gemaakte fouten met willen erkennen en. in afzondering zich om hun minister scharen. Door hun eenzijdige houding zijn ze mede de oorzaak geworden van allerlei verdachtmakingen en geruchten. De heer Wijnkoop verweet den minister dat hij gegeneraliseerd had, nadat enkele marechaussees fouten hadden begaan; de commissie had zich z. i. zeer zacht over de door den bewindsman ge maakte fouten uitgelaten en deze in haar verslag eigenlijk geminimaliseerd. Maar desondanks achtte hy haar conclusie vol komen vernietigend voor den minister. Scherpe critiek oefende de communistische afgevaardigde uit op den procureur-gene raal van s-Hertogenbosch, die z.i. de „aanvuurder" van den minister is geweest. Voordat de minister zijn besluit tegen de Oss-sche brigade nam, bestookte deze p.g. hem een heele week lang met brieven. Er was geen samenwerking tusschen den p.g. en de officieren der marechaussee; daarom had de minister met diens advie zen dubbel voorzichtig moeter zyn. In de werkverschaffings-zaak was de houding van den burgemeester van Oss ook niet geweest gelijk een magistraat betaamt. Dat de minister bepaalde dossiers aan de Kamercommissie niet had willen afstaan, was eveneens een groote grief van den heer Wijnkoop, die ter vergelijking wees naar de behandeling van de kwestie-Spoorhout door de Kamer, toen wel allerlei stukken door den betrokken minister zijn ter be schikking gesteld en toen ook ambtenaren door haar werden gehoord, hetgeen, bij besluit van den Ministerraad in de zaak- Oss verboden werd. De heer Wijnkoop had thans geen be hoefte meer aan een enquête, maar als een nog serieus voorstel zou korren, zou hij overwegen zijn stem eraan te geven. Ook al heeft minister Goseling geheel ter goeder trouw gehandeld dan nog is hij z.i. niet van de zaak af. We kunnen er niet aan denken een op somming te geven van de zaken, waarin volgens den minister de marechaussee fouten had gemaakt; de heer Wijnkoop ging ze alle na, om te concludeeren, dat er blijkens mededeelingen uit processen-ver baal aan n.s.b.-menschen gedaan, blijkbaar hoogere machten zijn die van^het fascisme gebruik maken. De kern van de zaak was z.i. het niet doorgaan van een vervolging tegen althans een van de geestelijken; die vervolging is-onmogelijk gemaakt. Door de marechaussee waren wel enkele foutjes begaan, maar deze waren met een waar schuwing voldoende gecorrigeerd geweest. De heer Wijnkoop kon tot geen andere conclusie komen dan dat deze minister van justitie zoo spoedig mogelijk moest aftreden. Jhr. de Geer: geen wenk om heen te gaan! Dat was de conclusie van jhr. de Geer niet! Integendeel heeft deze uiteen gezet, dat de conclusie der Kamercommissie (welke hij volkomen kon onderschrijven!) allerminst een consilium abeundi (een wenk om heen te gaan) was. Staatsrech telijk behoefde de minister in het geheel geen gevolgen te verbinden aan het aan nemen van de conclusie door de Kamer; in de parlementaire geschiedenis zijn meer van die gevallen, waarin een minister, na een aangenomen conclusie, niet is wegge gaan. De minister heeft een fout begaan, maar ieder die werkt maakt fouten. In de conclusie ligt geenszins een votum van wantrouwen opgesloten. In de pers heeft de zaak-Oss afmetingen aangenomen, welke niet in overeenstemming zijn met haar gewicht. De voorzitter van de chr.- hist. fractie besloot met te zeggen, dat de conclusie der commissie is een zakelijke uitspraak, geen doodvonnis! Met de feiten en de verschillende zaken en zaakjes, die tezamen de zaak-Oss uit maken heeft jhr. de Geer zich verder niet bemoeid. De procureur-generaal en zyn „onverderfelijk" systeem. Dat had de heer Wijnkoop wèl gedaan en nog verder ging mr. van der Goes van Naters (s.d.) daarop in. waarby hij vooral aandacht wijdde aan de wyze waarop de procureur-generaal zich daarmee had be moeid. Deze had zich op een „onbehagen wekkende wyze" gemengd in de onderzoe kingen. De heer van der Goes laakte ern stig de manier waarop de p.g. den wacht meester de Gier 7 X uur achtereen had verhoord; dat was geen verhoor meer ge weest. Deze p.g. laat tal van menschen in het zuiden nagaan, „schaduwen"; men spreekt er zelfs van 't „systeem-Seyart" Het door deze p.g .gevolgde systeem in de heele Oss-sche zaak is verderfelijk. Aan een Kamerconclusie pleegt voor den be nadeelde gewoonlijk een gevolg verbonden te worden, indien men dezen in het gelyk stelt. Zoo zou de heer van der Goes eer herstel voor de brigade-Oss v/enschen; hy wilde een onderzoek naar de niet-vervolg de zaken zien ingesteld; ten slotte ver langde hy ten aanzien van den procureur- generaal öf overplaatsing óf ontslag. Ten aanzien van den minister zelf trok deze soc.-dem. afgevaardigde geen conclusie; hy sloot zich ten deze by de woorden van den heer de Geer aan, met deze restrictie, dat hij uit de parlementaire geschiedenis gevallen kon aanhalen, waarin een mi nister wèl gevolgen aan een aangenomen conclusie van de Kamer had verbonden. Minister Goseling moest het echter zelf uitmaken. Ook de heer van der Goes vond, dat het geen prettigen indruk wekte, dat de zaak tegen een der geestelijken niet was doorgezet, alhoewel twee meisjes, die als belangrijkste getuigen zouden dienen, niet zyn gehoord. Fel geeselde hij de wijze waarop de Gier is gehoord en ook het feit, dat verklaringen in die omstandigheden door dezen wachtmeester onderteekend (die zou beu was, dat hy het verhaal niet eens meer overlas!) later tegen hem wei den uitgespeeld. Op diverse groote en kleine verwikkelingen in de affaire lever de de heer van der Goes critiek, er vooral op wyzend, dat er in Brabant blijkbaar enkele machten zijn die vervolgingen kun nen voorkomen, bijvoorbeeld van den ver zekeringsagent v. d. H.; hjj dacht hierbij aan een invloedrijk notaris, die zelf een auto-ongeluk met doodelyken afloop ver oorzaakt hebbend, door de rechtbank werd vrijgesproken, hoewel de hoofdgetuige, een militair dienstplichtige, niet aanwezig was; en deze kon niet aanwezig zijn, om dat men er voor gezorgd had, dat hij een poosje werd „vastgehouden". Toen de ge tuige verscheen, was de zaak al berecht. Van het verderfelijke systeem van den p.g. was de minister het slachtoffer ge worden, een systeem dat een oneer is voor Nederland. Ter verdediging van den minister. Tenslotte heeft de heer van Maarsseveen (r.k.) gistermiddag nog gesproken. Hij be toogde dat de commissie de zeer belang rijke kwestie, waarom het den minister heelemaal was te doen geweest, over het hoofd had gezien, nl. de kwestie van de individueele vrijheid. En deze werd te Oss door de maatregelen van de marechaussee, door de voortdurende onderzoekingen en vervolgingen, waaraan allen bloot ston den, bedreigd. Daaraan moest een einde komen. Tegen die vervolgingen stonden de eenvoudige burgers machteloos. In dit opzicht was de commissie niet rechtvaar dig geweest, al had de heer van Maarsse veen alle lof voor de wijze waarop zij haar zeer moeilijke taak had vervuld. In tegen stelling tot de andere sprekers beschouw de hij het niet overgeven van bepaalde dossiers aan „derden" als juist. Het betoog van den heer van der Goes, dat men het parlement, als controle-apparaat een on derzoek verrichtend, niet als zoo'n „der den" mocht beschouwen achtte hy, met een beroep op prof. van Oven juridisch niet vol te houden; wel had de minister raad misschien het hooren van ambtena ren kunnen toestaan. Ook zou de heer van Maarsseveen het wenschelijk hebben ge acht als de minister, vóór zijn beslissing, den marechaussee ruimer gelegenheid had gegeven zich te verantwoorden, en dat hun overplaatsing niet zoo eclatant zou zijn geschied. Wat de minister tot zyn optreden en krachtige houding bewogen heeft, is slechts zijn plicht geweest die gebood tegen de aantasting van rechtsgoederen te waken. En dit zoo zynde, achtte deze afge vaardigde het niet wel mogelijk dat de Kamer de conclusie van de meerderheid aanvaardde. Vandaag is het debat verder gegaan; of het afloopt is zeer de vraag, want de spreektijd is niet beperkt. 33. Juist moest de muziek inzetten en de tamboer wil de met een extra harde slag zijn werk beeindigen Maai hij vergiste zich zeker in de afstand, of hy rekte zyn arm niet genoeg. In ieder geval de slag kwam op zyn buik terecht. „Au!" schreeuwde het nijlpaard en deed daarbij zijn bek wijd open van de pijn en schnk. 34. Achter de tamboers liepen twee olifanten, die hun slurf als trompet gebruikten. Naast hen liepen apen met lange staarten als hoornblazers. Wat hadden de mu zikanten een plezier in de muziek, die zij maakten. Indië's meest gevreesde vulkaan Telegrammen uit Indië maken melding, dat in de laatste dagen de Krakatau een verhoogde eruptieve werking heeft ver toond en men explosies heeft waargenomen van enorme hoogte; nog steeds slingert de krater vast materiaal in de lucht. Het rechterkaartje geeft de ligging weer met omgeving waar de vulkaan in de straat van Soenda gelegen is. Het linkerkaartje geeft het Krakataugebied meer uitvoerig weer zooals het vroeger was, en wat er van overgebleven is sinds den catastrophalen ramp van 1883. Het vulkaangebied omvat drie eilanden, t.w. Het Verlaten Eiland, Lang eiland en het Krakatau of Rakata eiland. Het eiland Krakatau was oorspronkelijk veel grooter dan nu; hierop bevonden zich 3 vulkanen, n.L Perboewatan, Danan en Ra kata. Een geweldige uitbarsting deed het eiland in 1883 uit elkander splijten, waar door de „Danan" en „Perboewatan" in de diepte verdwenen; het eiland Krakatau werd voor de helft door de zee verzwolgen. Een nieuw uit zee opgedrongen eilandje werd in 1927 zichtbaar. Hieruit zou men de meening toegedaan zyn dat langzamerhand in de loop der jaren een nieuw land tus schen de drie oude resten zal gevormd wor- den. Het spreekt van zelf dat bij de activiteit van den thans weer in werking gekomen vulkaan, de herinnering by de Indische be volking weer wakker wordt gemaakt aan het rampjaar van 1883. Verdacht van fraude. Gisteren zyn te Krabbendijke aangehou den en ter beschikking van den officier van justitie te Middelburg gesteld wethouder de K., die tevens penningmeester is van de school der gereformeerde gemeene en de heer van H., hoofd dezer school, verdacht van fraude in de schooladministratie. Door middel van vervalschte bescheiden hebben zij getracht de uitgaven van deze school op te voeren, zoodat haar krachtens art. 101 der Lager Onderwijs-wet meer over heidssubsidie werd verleend, dan haar rechtens toekwam. Het staat nog niet vast, of het geld ten eigen bate is gebruikt, ook de grootte van het onrechtmatig ontvangen bedrag is nog niet bekend. GECOMPLICEERD MOTORFIETS ONGELUK TE ROTTERDAM. Vier gewonden. Gisteravond reden over den Goudsche- singel te Rotterdam twee motorrijders met zeer groote snelheid naast elkaar. De 28- jarige C. de Ruyter die den weg was over gestoken, en zich tusschen de beide voort jagende motoren bevond, kon zich niet meer uit de voeten maken. De man liep tegen een van de beide motoren aan, met het gevolg, dat hij tegen den grond werd geslingerd en ernstige inwendige kneuzingen opliep. Bovendien was zijn linkerknie gebroken en verkeerde hij in bewusteloozen toestand. De motorfiets sloeg om waarby de bestuurder de 19-jarige C. Vroegindewei en zijn duo passagier, de 25-jarige C. H. Markman, resp. een hersenschudding en wonden aan het ge laat bekwamen. De motorfiets reed nog eenige meters door en trof daarbij den 62- jarigen F. Greve, die ernstige hoofdwonden opliep. De vier gewonden zijn naar het zie kenhuis aan den Coolsingel vervoerd. De politie nam beide motoren in beslag. KAR OP ONBEYVAAKTEN OVERWEG GEGREPEN. Motortrein bij Emmen defect. De drukte, welke het bezoek van de ko ningin te Emmen teweegbracht was giste ren mede oorzaak van een ongeluk op den onbewaakten overweg, dat gelukkig nog goed is afgeloopen. De landbouwer Eiting van Emmerhout, die met een ledigen hooiwagen met daar achter gespannen wipkar van den Parallel weg kwam, werd door de drukte afgeleid en wilde den overweg oversteken, zonder den motortrein van half elf uit de richting Coevorden te hebben opgemerkt. Op het laatste oogenblik het gevaar zien de, gaf E. zijn paard een klap, waardoor het dier vooruit sprong. Hieraan is het te dan ken, dat het paard en de eerste wagen met den voerman gespaard bleven. De wipkar werd door den trein gegrepen en over een afstand van veertig meter meegesleurd. Toen de trein tot stilstand kwam bleek, dat de deelen van de verbrijzelde kar zoo danig in het treinstel waren geraakt, dat de trein zijn weg naar het station Emmen niet kon vervolgen. Zaterdag 24 Juni. HILVERSUM, 301,5 M. (VARA- uitz.) 8.Gr.pl. (8.16 Ber.) 10. VPRO-morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de continubedr. 12. Gr.pL (12.15 Ber.) 2.Door China, langs onbekende wegen, causerie. 2.20 Esmeralda. 3.Rep. 3.30 VA- RA-orkest en solisten. 4.20 Gr.pl. 4.30 Esperanto-uitz. 4.50 Gr.pl. 5.30 Filmland. 6.Orgelspel (opn.) 6.28 Ber. 6.30 Gr.pl. 7.— VARA-kalen- der. 7.05 Felicitaties. 7.10 Politiek radiojournaal. (7.308.VPRO: Een halfuur met ouders). 8.05 Herh. SOS- en 8.07 ANP-ber., VARA- Varia. 8.20 VARA-orkest. 8.40 Es meralda en soliste. 9.Puzzle-uitz. 9.15 VARA-orkest. 9.45 Esmeralda er. soliste. 10.ANP-ber. 10.10 VARA-orkest. 10.30 Radiotooneel. 10.45 Commiurty-Singing (opn.) 11.Orgelspel. 11.20 Gr.pl. 11.30 12.Jack de Vries' Internationals en solisten. HILVERSUM, 1875 en 415,5 M. (KRO-uitz.) 8.—9.15 Gr.pl. (8.15 Ber.) 10.— Gr.pl. 11.30 Godsd. half uur. 12.Ber. 12.15 KRO-orkest. (1.—1.20 Gr.pl. en 1.15 Ber.) 2.— Voor de rijpere jeugd. 2.30 Gr.pl. 2.45 Kinderuur. 4.Gr.pl. 4.15 KRO-orkest. 5.Gr.pl. 5.15 Film- praatje. 5.30 Gr.pl. 5.45 De KRO- Nachtegaaltjes. 6.15 Gr.pl. 6.20 Journ. weekoverz. 6.45 Ber., gr.pl. 7.Ber. 7.15 Werklooze jeugd Herboren jeugd, causerie. 7.35 Act. aetherflitsen. 8.ANP-ber., mede deelingen. 8.15 Overpeinzing met muz. omlijsting. 8.35 Gr.pl. 8.45 Ge varieerd progr. 10.30 ANP-ber. 10.40 Het onvergankelijk Rijk, causerie met gr.pL 11.1012.Gr.pL DROITWICH, 1500 M. 11.20 Gr.pl. 11.45 Rep. 12.0512.45 Radiotooneel. 12.506.20 Rep. en gr.pL 6.20 Ber. 6.50 Sportpr. 7.15 Cello en piano. 7.50 Radiotooneel. 3.20 Variété- progr. 9.20 Ber. 9.50 Uit Amerika: Weekoverzicht. 10.05 BBC-Theater- orkest en solist. 10.50 H. Darewski en zyn Band. 11.50 Dansmuziek (gr.pl.) 12.15—12.20 Ber. RADIO PARIS, 1648 M. 9.—9.20, 10.—, 10.30 en 11.20 Gr.pL 12.30 Zang. 1.Gr.pL 1.25 E. Foy's Band 2.35 en 3.35 Zang. 4.05 Pianovoordr. 4.20 De „Cambridge Madrigal So ciety". 6.Gr.pl. 7.20 Zang. 7.50 Pianovoordracht 8.50 Radiotooneel. 9.30 Gev. progr. 10.25 Zang. 10.50 Gr.pL 11.2012.50 Jo Bouillon's dansorkest. KEULEN, 456 M. 6.50 Gr.pL 7.35 Sted. orkest van Recklinghausen. 8.509.35 Schupo-orkest. 12.20 Het Omroep-Amus.-orkest. 2.30 Gr.pL 4.20 Solisten concert. 7.30 De Keul- sche Cithermuziekvereen. en solist 8.30 Gr.pL 8.50 Zie Brussel 322 M. 9.35 Het Omroeporkest 11.H. Hagestedt's orkest. 12.20 Dansmu ziek (gr.pL) 2.20—3.20 Silezisch Gouw-orkest en het Omroeporkest. BRUSSEL, 322 en 481 M. 322 M.: 12.20 Gr.pL 12.50 en 1.30 Het Om roeporkest. 1.502.15 Gr.pL 2.25 G—pL (met toelichting). 3.25 Het Conservatorium-orkest van Meche- len. 5.055.30 Gr.pL 6.20 Het Om roeporkest, soliste en gr.pL 8.20 Gr. pi. 8.35 Radiotooneel. 8.50 Het Om roepkoor. 9.Het Omroeporkest en -koor. 9.25 Het Omroepkoor. 9.35 Zie Keulen. 10.30 Populair concert. 11.20—12.20 Gr.pL 484 M.: 12.20 Het Omroepdansorkest. 12.50 Gr.pL 1.30 Het Omroepdansorkest. 1.502.15, 2.55, 4.20 en 5.35 Gr.pL 5.55 Dans muziek (gr.pl.) 6.35 Gr.pL met toe lichting. 7.35 Gr.pL 8.20 Het Radio orkest. 8.50 Zie Brussel 322 M. 9.35 Zie Keulen. 0.30 Het Omroepdans orkest en solist 11.2012.20 Gr.pL DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.35 O. Dobrindt's orkest en solis ten. 10.20 Ber. 10.40 Karl Risten- part's kamer-orkest en solist. 11. Ber. 11.2012.20 Het Omroepklein- orkest en solist. GEMEENTELIJKE RADIODISTRIBUTIE. Lijn 1: Hilversum. Lijn 2: Hilversum. Lijn 3: Keulen 8.—10.20, Radio PTT Nord 10.20—12.20 Brussel VL 12.20—14.20, Keulen 14.20—15.25, Brussel VL 15.2516.50, Keulen 16.5018.20, Brussel VL 18.20 19.50, Keulen 19.5022.20, Brussel VI. 22.20—22.30, Fr. 22.30—23.—, Keulen 23.24. Lijn 4: Brussel VI. 8.—9.20, Lu xemburg 9.2011.05, Lond. Reg. 11.05—13.05, Droitwich 13.05 14.35, Lond. Reg. 14.35—16.20, Parijs Radio 16.20—18.05, Radio PTT Nord 18.0518.20, Droitwich 18.2018.50, Lond. Reg. 18.50—20.20, Droitwich 20.20—24.—. Lijn 5: Diversen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 7