Jkownciaai Tlieuws Pluimveeteelt. TWEEDE BLAD HEILOO STOMPETOREN moderne machines voor uw drukwerk! drukkerij n.v. iierms. coster zn. ALKMAARSCHE COURANT. TEL. 3320. VOOR DE HUISVROUW Glimlachje UGfta HET INKUIL VRAAGSTUK. Ir. G. J. Lienesch, rijkslandbouwconsulent voor Noordholland, schrijft ons: Iedere graslandgebruiker, die maar even de kans krijgt, zal dezen herfst nog wel een graskuil maken. De melkprijs is zoodanig, dat het noodig is alle krachten in te span nen om den kostprijs ervan zoo laag moge lijk te houden. Ingekuild gras is een goed koop voederartikel, vooral indien de en- silage goed geslaagd is! De kuil-animo is dan ook begrijpelijk en eveneens het verlangen om te geraken tot een geslaagde ensilage. Hoewel er de laatste jaren zeer veel ge sproken en geschreven is over graskuilen, blijkt het toch wel, dat de praktijk nog velerlei opvattingen huldigt en toepast, welke het slagen van een ensilage niet be vorderen. Het is mijn bedoeling nog eens enkele punten van het graskuilen aan te roeren, en zoo mogelijk daardoor de ern stigste fouten te helpen vermijden. Een graskuil kan dan alleen slagen, in dien men van goed materiaal uitgaat. Indien men de bossen uit een oude weide als uit gangsmateriaal neemt voor grasensilage, krijgt men een vrijwel waardeloos voeder artikel. Hetzelfde geldt voor het inkuilen van een product dat gemaaid is voor hooi, na het maaien veertien dagen in den regen wordt gekeerd en geschud, en na de hooi- mislukking bestemd wordt voor ensilage! Voor goede herfstkuilen is het noodig, dat men er een perceel land voor klaar maakt. Dus tijdig van de koeien afnemen, wat extra stikstof erover en op tijd maaien. In dezen tijd groeit het gras niet zoo snel als in Mei. Een goed kuilperceel levert in September ongeveer 16.000 kg. versche massa per H.A. In tegenstelling met de algemeen heer- schende opvatting is herfstgras van goede kuilperceelen niet veel minder wat eiwit gehalte betreft dan voorjaarsgras! Onder zoekingen van het rijkslandbouwproefstation te Hoorn leerden, dat niet uitgegroeid herfstgras vrijwel even eiwitrijk is als voor jaarsgras; het gehalte aan zetmeelachtige stoffen daarentegen is lager, terwijl ook de verteerbaarheid iets minder blijkt te zijn. Dooreen genomen behoeft dus herfstgras in kwaliteit niet zóó achteraan te komen als vele practici meenen dat het geval is. Ten einde niet te worden misverstaan wijs ik er nogmaals op, dat het gras van oude bossen e.d. natuurlijk aanzienlijk minder waard is dan voorjaarsgras. Tegenwoordig zijn er drie methoden van ensilage, te weten: A. de Hollandsche ensilage; B. de Finsche ensilage; C. de suiker-ensilage. Alle drie methoden hebben een prin cipieel verschillenden grondslag. Het al of niet gebruiken van een silo is hier vers twee! De silo is buitengewoon makkelijk en be vordert de zekerheid van het resultaat, maar de genoemde methoden bepalen eigenlijk de werkwijze. Bij geen der drie systemen is het een be zwaar om het versche zwad iets te laten drogen! Men heeft vastgesteld dat er, direct na het maaien, in het zwad vrijwel geen verliezen aan voedingswaarden optreden, terwijl toch op het vrije veld heel wat water kan verdampen. Dit laatste behoeft men niet meer te transporteeren! Dan geldt voor alle drie methoden, dat men de kuilhoop binnen een week moet afwerken, zoodat de kuilmassa niet een Zondag onaf gedekt staat. Een derde gemeenschappelijk belang is de afdekking met grond. Ongeacht het systeem van ensilage moet het gronddek bestaan uit een zandlaag van minstens 60 c.M. dikte. (Veen dekt te weinig en perst ook niet ge noeg aan). Ook geldt de algemeene regel, dat een ensilage beter lukt, indien men inkuilt tij dens mooi weer. Indien er gedurende het kuilen veel regen valt, maakt men niet de beste kuilen! Er zijn uitzonderingen, b.v. indien men half hooi alsnog gaat inkuilen. Maar uitgaande van goed kuilgras, werkt men het mooiste bij behoorlijk droog weer. Hoe moet men nu kuilen? Welke methode verdient de voorkeur? Wat blijft er over van toe te voegen suiker? Moet het tempo van het kuilen snel zijn of mag het ook wat kalmer? Het aantal vragen in dezen geest is voor groote uitbreiding vatbaar en alles in dit artikel te beantwoorden is onmogelijk. Ik verwijs daarom maar naar de publicaties over graskuilen, welke door mij zijn gedaan in Maart en April van dit jaar. Naar mijn overtuiging zijn we op het en- silagevraagstuk nog niet uitgestudeerd; zoo lang er geen organisch zuur aan de markt komt, waarvan bewezen is dat het econo misch goed bruikbaar mag heeten, blijft het ensileeren een kwestie van persoonlijke smaak en liefhebberij. De Hollandsche methode levert op som mige bedrijven steeds goede resultaten. Vraagt men aan de betrokkenen om een nauwkeurige beschrijving van hun werk wijze, dan verneemt men dat zij die niet kunnen geven. Zij werken al naar gelang van graskwaliteit en weersomstandigheden. Het eene jaar wordt het gras snel aan de hoop gereden, en een ander jaar is het tempo sterk gedrukt. De enquête-onderzoe kingen wijzen echter uit dat de slagingskan- sen bij inkuilingen zonder eenig toevoeging niet bijster groot zijn. Ook is toen geble ken dat enkele personen steeds succes heb ben gehad met deze, in het algemeen gezien, wisselvallige methode! Wie dit najaar een gokje wil wagen met de Hollandsche methode, gelieve even aan de vier punten te denken, welke hierboven zijn genoemd. De Finsche methode, gebaseerd op de toe voeging van anorganische zuren, biedt, uit een scheikundigen gezichtshoek gezien, de meeste zekerheid. Er zijn evenwel vele practici, die uit gevoelsoverwegingen niet sympathiek staan tegenover deze methode. Ik mag dit misschien op de volgende wijze illustreeren. Zuurkool, augurken, uien e.d. worden ingemaakt met verteerbare, organi sche zuren (melkzuur, azijnzuur). Onge twijfeld blijven de genoemde producten ook goed bewaard in verdund zoutzuur! Toch gebruikt de huisvrouw azijn en geen zout zuur, en zeer zeker tot ons genoegen! De suikertoevoeging is een armzalige, wel eenig geld kostende, imitatie van het in- maakproces met organische zuren. De. levende materie, welke we gaan inkuilen, heeft naast de zuurvormende eigenschappen ook de mogelijkheden om deze zuren te neutraliseeren. Daarom is het effect van suikertoevoeging alleen voldoende, indien men in ruime mate suiker toevoegt. Op 16.000 kg. versche massa moet dit zeker 300 kg. suiker zijn! Wel blijft een groot deel van de voederwaarde van de suiker in de massa, vooral indien men in de eerste week van de ensilage de drainage belemmert, maar het valt niet te ontkennen, dat men nu eenmaal veel suiker moet toevoegen en dit is uiteindelijk niet de meest economische weg. Een positief antwoord op de vraag hoe nu het kuilen moet geschieden kan m.i. nog niet gegeven worden, daarvoor zal eerst nog uit gemaakt dienen te worden of er organische zuren beschikbaar zijn, welke zich leenen voor ensilage en op een economische basis voldoende zekerheid van slagen bieden. De ensilage onder toevoeging van organische zuren is inmiddels in onderzoek. Indien deze onderzoekingen voldoen aan de verwach ting, beteekent dit een belangrijke vooruit gang van de oplossing van het graskuilen. Voor dezen herfst zal men zich nog moeten behelpen met de tot nu toe gangbare me thoden. Wie absoluut geen onwelriekend product kan gebruiken, is allereerst aange wezen op het inkuilen met minerale zuren. Wie bezwaren heeft tegen het bezigen van anorganische minerale zuren, maar toch wel eiwitbesparing wenscht, moet gebruik maken van suikertoevoeging. Wie beslist goedkoop wil werken, maar tegelijkertijd de meeste risico gaat loopen op mislukking van de ensilage, is aangewezen op de gewone Hollandsche methode. Het hangt van eigen inzicht af, welke methode men wenscht toe te passen. Men bedenke evenwel, dat voor al bij de huidige schaarschte aan hooi het nog te winnen stalvoeder uit eigen bedrijf méér waard is dan anders. Er mag dus ook iets méér aan ten koste worden gelegd! Ook bij graskuilen geldt „Goedkoop is duur koop". Verlichtingsavond op Koninginnedag. De V.V.V. had Dinsdagavond de buurt- vereenigingen en personen die belangstel ling hebben om nog meer buurtvereenigin- gen te stichten samengeroepen, om bij den jaarlijkschen verlichtingsavond de hiaten, welke hier en daar ontstaan, te overbrug gen opdat alles één geheel zal wezen. De voorzitter opende de vergadering, waarin een 30-tal belangstellenden aanwe zig waren, en gaf na een uitvoerige uiteen zetting van het doel het woord aan de ver gadering. De heer S. Akkerman vroeg of het in de bedoeling ligt om elk jaar den verlichtings avond zoo laat te houden of enkel voor dit jaar? De heer T. Kostelijk wilde weten wat de voorzitter met „onzen" verlichtingsavond bedoelde en ook vroeg hij wie dit jaar het initiatief had genomen. We hebben hier een krachtige Oranjevereeniging gekregen en is het nu de V.V.V. of de Oranjevereeniging of werken beide vereenigingen samen? De voorzitter zeide, dat we met „onze" be doelen „van Heiloo" en wat de heer Akker man vraagt, zou kunnen gelden voor het volgend jaar. Ook is ons ter oore gekomen dat niet allen ermee accoord gaan dat de Oranjevereeniging het initiatief heeft ge nomen, doch spr. persoonlijke meening is, dat het goed is, als het maar gebeurt en het ligt óók in de lijn dat de V.V.V. elke po ging ondersteunt welke den bloei van Heiloo kan verhoogen. De heer van Rossum, secretaris van de Oranjevereeniging, meende, dat het goed was om een definitie te geven van wat er toe heeft geleid dat de Oranjevereeniging aan den burgemeester heeft gevraagd om de verlichting ven het raadhuis op 31 Aug. te houden. Het was door de te verwach te blijde gebeurtenis. De burgemeester heet er in toegestemd en ook is zooals de voorzitter memoreerde goedkeuring van waterstaat ingekomen voor de verlichting van den rijksweg. In de vergadering, uitge schreven door de Oranjevereeniging, heeft de V.V.V. bij monde van den voorzitter zijn medewerking toegezegd. De voorzitter zeide, dat het hem juist lijkt om ons uit te spreken, dat we allen dit jaar de Oranjevereeniging krachtig steunen, doch dit is dit in antwoord aan den heer Visser van Tuindorp niet het doel der vergadering. Doch wanneer er stemmen opgaan, zooals nu, van de heeren Akker man, Roest en Scheffer, om het volgend jaar den verlichtingsavond te houden onge veer 15 Augustus, omdat er alsdan pension gasten zijn en niet op 31 Augustus, een meer specialen dag voor de Oranjevereeni ging, dan zal het bestuur van de V.V.V. daaraan zijn volle aandacht schenken. Op een vraag van den heer van Rossum, wat de V.V.V. zal doen, kon spr. moeilijk antwoorden. Nadat nog verschillende personen het woord hadden gevoerd, werd met algemee ne stemmen besloten om voor 1939 de po ging van de Oranjevereeniging om den ver lichtingsavond te houden, krachtig te steu nen. De voorzitter deelde nog mede, dat het bestuur van de V.V.V. niet van plan is de bewoners af te loopen of zij willen mede werken aan de verlichting. De filmavond een teleurstelling. De Dinsdagavond in de Rustende Jager aangekondigde film „De ontwikkeling van het zien onzer kinderen", met causerie door den Rotterdamschen paedagoog J. Smit was wat het bezoek betreft, een mislukking! Nog geen 20 bezoekers waren aanwezig! Niettemin is de film doorgegaan. Blijkbaar leenen de zomer en de drukte met de talrijke pensiongasten zich niet voor een filmvoorstelling. De pensiongasten prefereeren bosch en strand. Het was jam mer, de mooie en leerzame film had een grooter bezoek verdiend. Tooneelspel „Aurora". Maandagavond gaf „Aurora" een uit voering voor een geheel volle zaal in café Kamsteek, waarop tevens een Oranjebal volgde. Opgevoerd werd „Hoera, wij erven". Bur gemeester Posch wenschte allen een genoe- gelijken kermisavond en zeide, dat de ge degen spelers zich dezen keer hadden terug getrokken en de jongeren vol geestdrift zich aan de studie van dit blijspel hadden gezet. Mevr. A. de GrootGroenwoud Kramer was zoo welwillend een gastrol te vervullen. Om maar met de deur in huis te vallen, kan geconstateerd worden, dat de bezorgd heid over een mislukking al heel spoedig radicaal verdwenen was en de jongelui een welverdiend compliment toekomt voor het geen zij hebben gepresteerd. Lang niet altijd was bij de oudere leden de rolkennis in orde, de jongeren kenden hun rollen allen perfect. Het was echt prettig, hen zich eens zoo goed te zien geven, waarvoor zij nog niet in de gelegenheid waren geweest. Was de heer Mat. Klerk, als Max Richter, nog niet in staat ons „onzen Jaap Posch", zooals de leden hem noemden, te doen vergeten, heel aannemelijk was zijn vertolking in het heele stuk, en zijn vrouwtje (mej. Diet Glijnis) stond hem waardig terzij. Aaf Slooten, als mevr. de Ridder, Jan Buis (de kleermaker) waren bijzonder en ook al de anderen heb ben zich kostelijk van hun taak gekweten. De leider, de heer Langhorst, kon tevre den zijn over het behaalde succes. Het pu bliek heeft genoten, het was een prettigen kermisavond. De grimeur, de heer Ridderik- hof, had de verschillende typen goed uitge beeld, „Jonny Black and his Boys" vroo- lijkten de pauzen op met allerhande popu laire en vaderlandsche liedjes, zoodat het Oranjebal door hun toedoen een prettig feest werd. In café Renses trad mr. Hedi, de bekende goochelaar, op. Hier was weinig publiek aanwezig, wat voor den bekwamen man jam mer was. Van het gegevene werd zeer ge noten, na afloop was er bal. Kermis; volksspelen en harddraverij. De Zondag kenmerkte zich door een ge zellige drukte. Beide café's waren overvol, ook de zweefmolens en de kramen konden zich in een groote belangstelling verheugen. In café Kamsteeg verzorgden de „Johnny Black and his Boys" onder leiding van den heer Jan Zwart de dansmuziek, in café Renses was het publiek opgetogen over het werk van den heer Jan van den Brink „and his rambling Serenaders". Tot sluitingstijd heerschte er een echte kermisstemming, men liep over en weer in den mooien zomer avond. Maandagmiddag werden kinder- en volks spelen gehouden. Prijswinnaars waren: Meisjes tot 10 jaar, hindernisloopen: 1. Rie de Rooy, 2. Lina Kamsteeg, 3. Klasien Leeg water. Meisjes tot 14 jaar, hindernisfietsen: 1. Bets Wit, 2. Annie Leegwater, 3. Ada Hein. Jongens tot 10 jaar, hindernisbaan: 1. Dirk Kossen, 2. Jaap Ens, 3. Piet Blauw. Jongens tot 14 jaar, met kruiwagen over wipplank: 1. Cor de Rooy, 2. Herman Speur, 3. Henk Boonstra. Heeren van 15 tot 80 jaar, hardfietsen met hindernissen: 1. Oege van der Wal, 2. Wim Lakeman, 3. Jb. de Boer Jz. Dames van 15 tot 80 jaar, werken met prismabril op: 1. Geer v. Boven, 2. mevr. KrulMadderom, 3. mej. D. de Reus te Bergen. Een woord van hulde komt toe aan de dames en heeren, die ieder jaar zich be schikbaar stellen om de volksspelen te orga- niseeren en de mooie prijzen uitzoeken. Al de kinderen kregen gratis een glas limonade en mochten een keer zweven, waardoor aller gezichtjes glunderden. Dinsdagmiddag had de harddraverijver- eeniging De Schermer een handicapdraverij georganiseerd. Dertien paarden kampten om den prijs. Winnaars werden: 1. „Maya Tod- dington", eigen. mevr. Arbous te Amster dam, berijder J. v. Leeuwen Sr.; 2. „Wel kom", eigen. M. Kout, berijder J. v. Leeu wen Jr.; 3. „Fatima", eigen. J. Haan, berij der J. Vergaai. De geldprijzen werden met een toepasselijk woord uitgereikt door bur gemeester Posch, voorzitter der vereeniging, die ook het polderbestuur dankte voor de welwillendheid om den Oterleekerweg voor het doel te gebruiken. Aanwezig waren ook de heeren Beekhoven en van Rooyen, com missarissen van toezicht van de Kon. hard draverij- en renvereeniging. Het fraaie weer had zeer vele menschen naar buiten gelokt, ook 's avonds was het druk op de kermis. NOOPDSCHARWOUDE Voordracht hoofd en onderwijzer. Uit 17 sollicitanten is de navolgende voordracht opgemaakt voor de betrekking van hoofd der u 1. o.-school alhier, wegens het vertrekken van den heer Janssonius. 1 C. A. A. Dullemond, thans onderwijzer aan de u. 1. o.-school alhier; 2 Jofriet, on derwijzer te Den Ooever; 3 J. Bierbrauer, onderwijzer te Den Haag. Voor de vervulling van de betrekking van onderwijzer aan de u 1. o.-school is uit acht sollicitanten de volgende voordracht opgemaakt: 1 J. Wiersma te Heiloo; 2 W. F. Veen te Amsterdam. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen door onze abonné's worden gezonden aan dr. te Hennepe, Heemraadsingel III te Rot terdam. Postzegel voor antwoord insluiten en blad vermelden. Werkzaamheden in den vollen zomer. Hoofdzaak moet het zijn in de heete dagen de dieren te beschutten tegen de overmatige warmte en tegen de parasieten die thans welig tieren. Beschutting tegen de warmte moet gezocht worden in frissche hokken, schaduw in de rennen en voldoen de frisch drinkwater. Deze drie punten laten vaak veel te wenschen over met het gevolg, dat de jonge dieren niet meer groeien en de overjarige dieren den leg staken. Men kan door kleinigheden soms leelijk vastloopen. Zoo werd mijn advies on langs gevraagd bij hennen die opeens niet meer groeien wilden en ook niet meer aten. Men dacht aan een ernstige ziekte. Het bleek mij dat de drinkbakken niet goed van constructie waren. Het waren omgestulpte emmers met een schotel er onder waarin slechts een ondiep laagje water stond. De dieren konden met moeite wat water opne men en zoo lang ze kleiner waren en het weer frisch was ging het nog. Toen ze groo ter werden en het warmer weer werd moesten ze meer eten, maar omdat ze met de hitte geen water genoeg konden opne men konden ze ook niet genoeg eten met als gevolg: stilstand in groei en geen eet lust. Door onmiddellijk twee maal per dag rul aangemaakt meelvoer te geven en inmid dels de drinkbakken te laten veranderen was de zaak binnen eenige dagen weer in orde. Van ziekte was geen sprake geweest. Maar ook de overjarige hennen die nog aan den leg zijn hebben veel drinkwater noodig om eieren te kunnen produceeren er. ook al weer om bij meelvoedering het meel te kunnen verwerken. Ook deze dieren ken men met een flinken maaltijd van rul aangemaakt meelvoer goede diensten be wijzen. Ze eten dat gaarne en behoeven zich niet te veel te bewegen om steeds van de meelbakken naar de voerbakken heen en weer te loopen. De drinkbakken die buiten staan moeten door groene takken, heesters of een schuin staanden plank tegen de zon beschut wor den. Drinkwater voor kippen wordt gauw vervuild door voederresten en in lauw water gaat dat gisten en ontbinden. Het wa ter wordt daardoor zeer onsmakelijk, daar om het advies het water iederen dag of een paar malen per dag te ververschen. Rul aangemaakt meelvoer gaat met de warmte ook gauw gisten, dus men mag daarvan niet meer geven dan in een half uurtje schoon opgegeten wordt. In de hokken weert men de nadeelen der overmatige warmte door deuren en vensters open te zetten en s nachts te vervangen door ramen met gaas bespannen. Geteerde daken kunnen zeer heet wor den, wie kan doet verstandig er wat groene takken op te leggen. Daar de hennen overdag lang buiten kunnen zijn hebben we nu een mooie gele- genheid de hokken eens goed na te zien. Het hout is nu door de warmte droog en gekrompen en men ziet nu beter allerlei reten en spleten. Deze kunnen later aan leiding geven tot tocht, maar thans zijn het zeer gezochte schuilplaatsen voor de lastige bloedmijten. Deze zitten 's nachts op de kippen en zuigen veel bloed, zoodat de kip pen geen rust krijgen en verzwakken Over dag kruipen ze met heele drommen in aller lei schuilhoeken waar ze een roode korre l:ge massa vormen voor het bloote oog Wie scherp toeziet ziet natuurlijk dat het kleine diertjes zijn. Zorg dat ze weinig schuilplaat, sen kunnen vinden en behandel deze (voor al de onderkant der zitstokken op de plaat sen waar deze ondersteund worden) met ruwe creoline of carbolineum Let ook vooral op de legnesten, deze moeten zoo ge construeerd zijn dat men ze gemakkelijk uit de hokken kan halen en buiten in het volle licht schoon maken. De z.g. kippenluizen eten meer de huid- Ecn charm{*ntefoi0 van Prins Bernhard d« Prin.etiK Beatrix en Irene< Dit aardige tafe. reeltjewerdgefoto. grafeerd doorH.M. de Koningin, schilvers en veeren, dus zuigen geen bwT maar ze jeuken geweldig. De kippen heb' ben dus geen rust en raken daardoor van streek. Deze parasieten zitten ook overdae op de lappen en de beste manier er af ts komen is 's avonds de zitstokken te bestrü ken met de luismiddelen die daartoe in den handel verkrijgbaar zijn. Deze luismidde. len bestaan uit nicotinepreparaten die vet. dampen. Als dus de kippen op stok zitten (men bestrijkt de zitstokken een half uur van te voren) stijgende nicotinedampen tusschen de veeren op en maken de luizen bewusteloos om ze tenslotte te dooden. Het is echter aan te raden onder de zitstokken kranten te leggen. De luizen vallen hierop en 's morgen kan men alles verbranden. De kip zelf tracht zich van het ongedierte te bevrijden door stofbaden. Zorg dus ook hier voor. Nadruk verboden. DR. B. J. C. TE HENNEPE. DOET „KOFFIE VERKEERD" HAAR NAAM EER AAN? DOOR MARTINE WITTOP KONING. Omgekeerde verhoudingen beteekenen een voordeel. 't Hangt er maar van af, hoe we dien term „verkeerd" opvatten! Men zou onder verkeerde koffie kunnen verstaan koffie, die niet is zooals ze behoort te zijn: verkeerd gezet, verkeerd inge schonken misschien en dus.gebrekkig. Als dat zoo was zou deze term zich in lunchroom of restaurant, waaruit hij af komstig is, niet hebben kunnen handhaven, en ook de huisvrouw, die er juist prijs op stelt alles „in de puntjes" te hebben, zou er weinig voor voelen een kopje koffie te schenken, waarop iets zou zijn aan te mer ken. De verklaring zal dan ook elders gezocht moeten worden, en dit is niet moeilijk in dien men denkt aan de wijze, waarop „kof fie verkeerd" wordt geschonken: het bijna volle kopje met kokende melk, waaraan wat gefiltreerde koffie en naar smaak suiker wordt toegevoegd. Dezelfde bestand- deelen als gewone koffie maar... precies omgekeerd! Ja, en daarin zit 'm de kneep: het „koffie verkeerd" wil eigenlijk zeggen „koffie ta* gekeerd", koffie voorgediend op een manier, die tegenovergesteld is aan de oorspronke lijke wijze. u Ver keerd is die ömkeering volstrekt we integendeel! We profiteeren in zoo'n „verkeerd" kopje van het genotmiddel koffie, ™aar trekken niet minder nut uit de ruime hoe veelheid melk, die aan den opwekkende^ drank nog bovendien een belangrijke voe dingswaarde geeft. Het behoeft ons heusch niet te verwonderen, dat de voorkeur voo „koffie verkeerd" stijgende is.... niet z zeer in het restaurantbedrijf, waaT „kopje koffie met room" zich zal handha als een tractatie, die men thuis niet dag lijksch gewend is; maar wél in het ge waar een kopje „koffie verkeerd" gun afsteekt bij het met koffie bijna voig schonken kopje, dat slechts de toevo g" vraagt van een klein scheutje melk. Zoontje van c'.en fotograf' nC. Kijk Peter, daar gaat ee gatief.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 8