PRESTC
PRESTO
Een zoon van z'n Vader
Noodlottige lesvlucht
bij Schiphol.
JScnSdorp
'JmMeion
Onderzoek naar de ramp
van de „Ekster".
De ramp met de „IJsvogel".
Wie bestuurde het vliegtuig
vlak voor de botsing
HET BETERE ZEEPPOEDER VOOR SLECHTS 6 CENT,
Brand in kistenfabriek
te Delft.
GEMENGD NIEUWS.
Door T. v. d. MADE.
on-
TWEEDE BLAD
De raad voor de Luchtvaart heeft
gistermiddag in het departement
van Waterstaat een openbare zitting
gehouden ter onderzoek van het on
geval, dat op 9 December j.1. nabij
het vliegveld Schiphol is overkomen
aan het K.L.M.-viiegtuig van het
type Lockheed Super Electra, ge
merkt PH-APE (Ekster), waarmede
een lesvlucht werd gemaakt.
Bij dit ongeval vonden den dood
de vier inzittenden: de gezagvoerder
A. van der Syde, de piloot C. M.
Schrey, de radio-telegrafist A.
Becking en de boordwerktuigkun
dige H. L. H. Jaedicke.
Dr. ir. H. J. van der Maas, hoofdingenieur
vlieger by het nat. luchtvaartlaboratorium,
als getuige-deskundige gehoord, meende,
dat de Lockheed aan de hier te lande gel
dende eischen voor luchtwaardigheid vol
deed.
Getuige achtte dit vliegtuig, dat een lijn-
toestel was, in het algemeen niet geschikt
als lesvliegtuig.
Aan primaire lesvliegtuigen, waarin de
allereerste lessen worden gegeven, worden
van rijkswege bepaalde eischen gesteld.
Maar aan secondaire lestoestellen zooals het
onderhavige niet. Misschien door de K.L.M-,
dat wist get, echter niet.
Oefeningen als het afzetten van een der
motoren moeten niet op geringe hoogte, zoo
als dikwijls geschied, maar op wat grootere
hoogte plaats vinden. Get. achtte het beslist
een fout een dergelijke oefening direct de
eerste maal te maken.
Get. vond de Lockheed onder normale
omstandigheden niet moeilijk bestuurbaar,
De volgende getuige-deskundige, de heer
G, J- Geissendorffer, vliegtuigbestuurder
bij de K.L.M.verklaarde meerdere malen
met de Lockheed te hebben gevlogen. De
Lockheed is volgens hem moeilijker te
vliegen dan een DO. 2 of DO,3 .althans in
het begin. Als je het toestel eenmaal kende,
ging het heel goed. Voorals bij de landing
moet je heel goed uitkijken,
Dat reeds bij de eerste vlucht bij voort»
gezetten start een motor werd afgezet, achtte
getuige zeer gevaarlijk, „Ik zelf heb bij les
geven nimmer deze oefening vlak bij den
grond gedaan. Zelfs den derden keer zou ik
het niet doen". -
Na hem hoorde de raad den heer H. Viru»
ly, vliegtuigbestuurder bij de K.L.M., even
eens als getuige-deskundige,
Ook deze getuige was van meening, dat
het onjuist en gevaarlijk is den eersten keer
een dergelijke oefening te maken. De K.L.M.
heeft trouwens haar voorschriften gewijzigd
en bepaald, dat dergelijke oefeningen niet
tijdens de eerste vlucht mogen worden ge
maakt.
Het afzetten van een der motoren op 30
meter hoogte, zooals in het onderhavige ge
val geschied zou zijn, is in het algemeen
riskant te noemen.
Get. G, Aler, ehef van den vüegdienst der
K.L.M., zeide o.m. nimmer te hebben ge
hoord, dat de vliegers deze toestellen onge
schikt zouden hebben gevonden, Klachten
waren er natuurlijk wel zooals: de stuurhut
is wat nauw, het uitzicht bij regen is niet
goed, de ventilatie is niet voldoende. Prir»-
cipieele klachten waren er niet en de andere
klachten zijn door allerlei verbeteringen
weggenomen.
De K.L.M. gebruikt deze toestellen thans
met groot succes in de West. Get, was van
meening, dat de oefening van het afzetten
van een motor bij voortgezetten start nood
zakelijk is.
De heer H. Fuchs, vliegtuigbestuurder by
de K.L.M., achtte de methode van het af
zetten van een motor door den heer Van der
Syde toegepast gevaarlijk. Het is hem toen
door den heer Aler verboden de hoogtegas-
stopinrichting te gebruiken en het is get.
bekend, dat Van der Syde beloofd heeft zich
hieraan te houden, maar op 8 December in
strijd met deze belofte heeft gehandeld.
Evenals de heer Aler is deze get. door
drongen van de noodzakelijkheid, dat de
oefening van het afzetten van een motor ge
houden moet worden, al beseft get. dat het
risico bü een Lockheed grooter is dan bij
een Douglas.
De raad zal later uitspraak doen.
De Raad voor de Luchtvaart heeft ge
tracht door het hooren ter openbare zitting
van getuigen en deskundigen nog nadeie
inlichtingen te verkrijgen omtrent de vraag
o vlak voor de botsing de heer Duimelaar,
dan wel kapitein van Gemeren het vliegtuig
daadwerkelijk heeft bestuurd. Hoewel zeker
heid ter zake niet is verkregen, acht de raad
het het meest waarschijnlijk, dat kapitein
van Gemeren te dien tijde het vliegtuig be
stuurde. In dit verband heeft de raad zich
niet kunnen onttrekken aan de vraag, of het
onder de bestaande omstandigheden ver
antwoord te achten zou zijn geweest, dat
kapitein van Gemeren het toestel landde.
Hoe zeer deze ook een bekwaam vlieger was,
hij had nog onvoldoende ervaring opgedaan
in het besturen van vliegtuigen van het
type Douglas DC-3 onder bijzondere weers
omstandigheden en was ook nog niet in het
bezit van het vliegbewijs B. Al moge de
raad ook omtrent de vraag, wie tijdens het
ongeluk stuurde, geen absolute zekerheid
hebben, hij vindt in ieder geval aanleiding
tot he.t uitspreken van de verwachting, dat
door de bevoegde instanties maatregelen
zullen worden getroffen, welke in de toe
komst verzekeren, dat op Jijnvliegtuigen de
besturing bij start en landing, alsmede
onder moeilijke omstandigheden, uitsluitend
zal geschieden door bestuurders, die de be
voegdheid daartoe ten aanzien van het
betrokken type bezitten.
De raad meent er voorts nog op te moeten
wijzen, dat het naar zijn meening ontoelaat
baar is, dat zoo belangrijke instrumenten
als de hoogtemeters in toestellen van het
t„ pe Douglas DC-3 zoodanig zijn opgesteld,
dat zij uitsluitend van de plaats van den
linkszittenden bestuurder behoorlijk kunnen
worden gecontroleerd. Als de tweede be
stuurder den gezagvoerder bij de besturing
behulpzaam is of hem geheel vervangt,
moet hij immers eveneens in staat zijn de
hoogtemeters nauwlettend gade te slaan,
DREIGEND CONFLICT IN
MEUBELINDUSTRIE TE WADDINXVEEN.
De drie samenwerkende organisaties in
het meubelbedrijf hebben pogingen in het
werk gesteld om het collectief contract,
dat met de werkgevers-organisaties is af
gesloten, ook in Waddinxveen door te voe
ren. De besprekingen hebben geen resultaat
opgeleverd,
Den werkgevers is thans bericht, dat,
indien er in de komende week geen over
eenstemming wordt bereikt, op Maandag 28
Augustus niet meer zal worden gewerkt.
Het conflict zal, indien het mocht uit
breken, circa 200 arbeiders omvaten. Zij
zijn georganiseerd in de drie meubelma
kersbonden.
>BB1
Gisteravond is brand ontstaan in de kis
tenfabriek der gebrs. Huisman aan den
Rotterdamscheweg te Delft.
Het vuur is vermoedelijk ontstaan door
broeiing in een hoevelheid zaagsel, welke
in het ketelhuis was opgeslagen.
Omwonenden zagen vlammen uit het dak
slaan en waarschuwden de politie-brand-
weer, die weldra met de motorspuit ter
plaatse verscheen. Ook de spuit van de na
bijgelegen lijm- en gelatine-fabriek werd
gerequireerd en met vereende krachten
werd het vuur aangepakt. Het kon beperkt
blijven tot het ketelhuis, dat geheel uit
brandde.
De zaagselvoorraad en ook een deel van
de houtvoorraad werden door het vuur
vernield, terwijl ook enkele machines scha
de beliepen. Verzekering dekt de schade,
welke 4 a 5 duizend gulden bedraagt.
EEUWENOUD STOKANKEF
OPGEVISCHT.
Dezer dagen is by Terschelling een merk
waardige vondst gedaan, aldus het R. Nwsbl.
Even buiten den strekdam, die het wad ter
zijde van de haven van West-Terschelling
van het vaarwater afsluit, werd een oud
stokanker gevischt, dat naar schatting 3000
kg. weegt en ongeveer twee eeuwen oud
moet zijn.
Bij het aanloopen van de haven kwam
een klein Deensch stoomjachtje bij den dam
voor anker teneinde later bij het keeren
van het tij de haven in te varen. Toen de
eigenaar, die slechts vergezeld was van een
jongen, het anker wilde liehten, stopte plot
seling het stoomspil en het bleek niet moge-
lijk het anker binnen boord te krijgen. Het
bleef blijkbaar achter een zwaar voorwerp
haken.
De Deen liet de ketting slippen en kwam
de haven binnen, Een dag later zond de
reederij Doeksen de schelpenzuiger Texel
naar buiten om te trachten anker en ketting
van het Deensche jachtje te bergen. Na veel
moeite gelukte dit, maar men deed de merk
waardige ontdekking, dat vlak onder het
zand een zwaar anker lag, waarachter het
anker van het jachtje was blijven haken,
Zwaar materiaal kwam er aan te pas om
het te lichten. Het bleek een anker van
groote afmetingen te zijn, voorzien van een
eikenhouten stok. Het gewicht was ongeveer
3000 kg. Deze ankers met eikenhouten stok
werden tot ongeveer vóór een eeuw ge
bruikt.
De roestaf zetting was betrekkelijk gering.
Het eikenhout was volkomen gaaf gebleven
en rond den ring, waaraan vroeger de an
kerkabel bevestigd werd, was voor een
groot gedeelte de bekleeding nog aanwezig.
De kabelgarens van deze bekleeding bleken
echter zoo aangetast te zijn, dat zij hun
elasticiteit hadden verloren en snel afbra
ken.
Deskundigen vermoeden, dat het anker
150 a 200 jaar oud is en afkomstig is van
een koopvaardijschip of Groenlandvaarder,
die in vroeger eeuwen aan den binnenkant
van het eiland op de reede voor anker kwa
men. Van Texel, maar ook van Terschelling,
voeren in de 16e en 17e eeuw vele schepen
uit voor de walvischvangst. De Poolvaarder
Willem Barentz, die op Nova Zembla om
kwam, was een Tersehellinger van geboorte
en maakte vele reizen naar het Hooge Noor
den op een Groenlandvaarder. Het staat
wel vast, dat de plaats, waar het anker is ge
vischt, vroeger tot de reede behoorde. West
Terschelling lag toen meer naar het Oosten
De Brandaris en de aangebouwde kerk
lagen toen vrij ver buiten het dorp.
Het anker is voorloopig op het opslagter
rein van bergingsmateriaal van de reederij
Doeksen neergelegd.
DE KONINGIN 12—18 SEPTEMBER IN
AMSTERDAM.
Naar wij vernemen, zal het jaarlijksche
officieele bezoek van de koningin aan de
hoofdstad dit jaar plaats vinden van Dins
dag 12 tot Maandag 18 September a.s.
Tijdens dit bezoek zal, zooals bekend is,
in de nieuwe kerk de doopplechtigheid van
prinses Irene geschieden, waarschijnlijk op
Vrijdag of Zaterdag 16 September a.s.
MINISTER DIJXHOORN INSPECTEERT
DE „TROMP".
De minister van defensie, de heer A. Q.
H. Dyxhoorn heeft heden een bezoek ge-
brach aan Nieuwediep, vergezeld van den
chef van den marinestaf, vice-admiraal J.
Th. Fürstner, en zijn adjudant, luitenant
ter zee le klasse J. E. A. Post Uiterweer. De
minister inspecteerde de „Tromp" en nam
afscheid van den commandant en de opva
renden van dezen flotilleleider, welke a.s.
Zaterdag naar Nederlandsch-Indië ver-
trekt.
De minister heeft tot de bemanning het
volgende gezegd:
„Ik stel er prys op om persoonlijk blyk te
geven van mijn belangstelling op 't oogen-
blik dat gij op het punt staat voor eenige
jaren het vaderland te verlaten. De dienst
bij de koninklijke marine is zonder twijfel
een zeer bijzondere.
Overal ter wereld en met name in de
overzeesche gebieden van het koninkrijk
kunt gij worden geroepen ter verdediging
van de Nederlandsche belangen en tot de
handhaving van onze rechten. Gij behoort
tot een orgaan van den staat, waarin wel
zeer nadrukkelijk de eenheid van het rijk,
hier zoowel als overzee is belichaamd. Dit
leidt er toe dat gij afwisselend uw dienst
verricht in het moederland en in de over
zeesche gebieden.
Gij allen staat op het oogenblik aan het
begin van een periode, waarin Indië U noo-
dig heeft.
Voor sommigen, wellicht velen van U, is
het de eerste maal, dat gij daarheen gaat.
Het is goed dat gij U daarbij duidelijk voor
oogen stelt dat er aldaar in den loop van
eenige eeuwen door Nederlanders iets
grootsch is verricht naar het woord van
Jan Pieterz, Coen, den grondlegger van
ons overzeesch rijk, Dit te beschermen en
voor de komende geslachten de gelegen
heid voor verdere ontwikkeling te behou
den is mede Uw taak.
By de vervulling van die taak zal het U
ongetwijfeld tot steun zijn te weten dat
versterking van de maritieme defensie in
Indië in het voornemen der regeering ligt.
Ten slotte wil ik er aan herinneren, dat
gij, overal waar gij in het buitenland komt,
Nederland vertegenwoordigt. De achting
die men ons land toedraagt, wordt mede
door Uw houding en Uw daden beinvloed.
Moge en ik richt mij in het bijzonder
tot de jongeren onder U het velijf in In
dië en de dienst in de marine aldaar U de
voldoening geven, die gij er van verwacht.
Keer terug als flinke mannen, waarop ons
land trotsch kan zijn.
GEVAARLIJKE GULHEID.
Waarschuwing van den A. N. W. B.
De A. N. W. B. vestigt de aandacht op
een aangelegenheid die haar oorsprong
vindt in de goedheid des harten, maar die
tot gevolg heeft een uiterst gevaarlijke ver
keerssituatie.
Het blijkt n.1. veelvuldig voor te komen,
dat kinderen-passagiers van autobussen,
welke door Staphorst rijden, snoeperijen
uitgooien, zoodra zij de aardig gekleede
Staphorster kleuters zien, die natuurlijk
met gretigheid naar de lekkernijen grabbe
len, zonder daarbij op het verkeer te letten,
Het behoeft geen betoog, dat deze grab
belende kinderen zich aan het gevaar bloot
stellen van door achterop rijdende auto's te
worden overreden. Dat dit gevaar inder
daad niet denkbeeldig is, bewijst het feit,
dat verleden jaar een kind daarbij het le
ven heeft gelaten, terwijl onlangs een klei
ne ter nauwernood aan een zelfde lot ont
kwam.
De A, N. W, B. zou daarom aan autobus
ondernemers en in 't algemeen aan het pu
bliek dringend willen verzoeken om het
uitgooien van snoeperyen naar zich aan
den rijweg bevindende kinderen zooveel
mogelijk tegen te gaan.
BIJEN VALLEN MENSCIIEN AAN
Drie personen leelijk toegetaK
Onder de Brabantsche gemeente Rp„l d'
«ofonndn Hnr»"* hiipr» oanrt«..-i, Zjjfl
drie personen doo - byen aangevallen ?r
vig toegetakeld, aldus het R.Nwsbl. e
Een boerenwagen, die volgeladen Wa
bijeenkorven, geraakte defect en sloe* 1
De bijenkorven vielen op den weg t
xrr»ityp waarvan hevige consternatie
volge waarvan hevige consternatie onde^6"
bijenvolkje ontstond. De diertjes namen j
vlucht en koelden hun woede op beide v
lieden, het paard en een passeerenden
TTpf naard rende werr »r»
ser. Het paard rende weg en wist aan V
.belagers te ontkomen. De drie mannen
den echter zoo hevig door de woph. i'
kriAn tnpr -takeld. d. i zirh amj^^6
byen toegtakeld, d„ j zich onder Eenen<3(
kundige behandeling moesten stellen
De bijenzwer. n ve.-oorzaakten een
..lek onder de voorbijgangers, die haaiu
rechtsomkeert maakten. In een mininf
uon tiid was de anders rnn -l'n.lri,-.
van tijd was de anders zoo trukke verW?
weg geheel uitgestorven en niem3
waagde zich buiten. Tenslotte is het a
eenige imkers gelukt, de bijen weer in T
korven te verzamelen. öe
DE KONINGIN ANTWOORDT DF
EERSTE KAMER.
De directeur van het kabinet der koninz
in heeft naar aanleiding van het adres van
gelukwensching van de Eerste Kamer der
Staten Generaal ter gelegenheid van d
geboorte van prinses Irene, den volgenden
brief aan den voorzitter der Eerste Kamer
gezonden:
's-Gravenhage, den 16 Aug. 1939
„Voldoende aan de bevelen van Hare
Majesteit de koningin heb ik de eer U
Hoogwelgeboren te verzoeken de betuiging
van Hare Majesteit bijzonderen dank te
willen overbrengen aan de Eerste Kamer
der Staten Generaal voor haar adres van
gelukwensching, Hare Majesteit aangebo.
den bij uw schrijven van 12 Augustus 1939"
waarvoor Hare Majesteit zeer gevoelig is
geweest.
De directeur van het kabinet der koningin,
(w. g.) Van Tets van Goudriaan".
Een belangrijke gift voor de vierling,
Het Prinses Beatrix-Fonds heeft een be
langrijk bedrag beschikbaar gesteld ten be
hoeve van de vierling der familie Pijlman.
„Viacheslav Molotof" te water gelaten.
- Gistermiddag werd van een der hellingen
der N.V. Nederlandsche Scheepsbouw Maat
schappij te Amsterdam met gunstig gevolg
te water gelaten het tweede der beide al
daar voor Russische rekening in aanbouw
zijnde Turbo-electrische passagiers- en
vrachtschepen, genaamd „Viacheslav Molo
tof",
In Frankrijk verblijvende buitenland-
sche militairen. - Naar wij vernemen is het
in het jaar 1912 door de Fransche regeering
uitgevaardigde verbod voor buitenlandsehe
militairen om zich anders dan voor doop
reis per trein op te houden in bepaalde
gebieden in het oosten van Frankrijk, ook
van toepassing op gepensionneerde officieren
en officieren op non-activiteit.
Belanghebbenden, op wlen dit verbod van
toepassing is, die zich in het Oosten van
Frankrijk zouden moeten ophouden, zuilen
goed doen zich te voren om inlichtingen
dienaangaande te wenden tot het departe
ment van defensie te 's-Gravenhage.
Aan de gevolgen overleden. De 33'
jarige ongehuwde sergeant van het 36e r»|ti
Infanterie J. D. M., wonende te Groningen,
in garnizoen te Stadskanaal, die Maandag
aldaar in het zwembad een duikapronf
maakte en daarbij met het hoofd op dw
bodem stiet, waarbij hi) een halswervel
brak, is gisteren aan de gevolgen daarvan
In het academisch ziekenhuis te GroniflfW
overleden.
jre»- - re— «uw-wt
BROS ALS
BESCHUIT
I
voor
volle melk
chocolade
BIJ UWEN WINKELIER OF IN ONZ^VÊRKOOPFÏÏÏAU^E^DÈPO^TT
Naar het Engelscb van
RIDGWELL CULLUM.
66)
Ze reden voort, de nieuwe, drukke we
reld achter zich latend en gingen naar de
boerderij. Ze vergaten de drukte en het
gewoel van dien dag, zooals de jeugd dat
nu eenmaal doet en keken vol vertrouwen
naar de toekomst.
Pas toen de boerderij in het zicht kwam
met de weiden eromheen, waar het vee
liep te grazen, kon Hazel haar vriend er
toe krijgen zich tot de dringende zaken te
bepalen, waarvoor hij haar had laten roepen
Toen deelde hij haar zijn plannen mee. Ze
was even verwonderd, maar ze moest toch
lachen om de stoutmoedigheid ervan en
ze zou aan al zyn wenschen gevolg geven.
„Ja", zei Gordon, „ik zal ook nu je hulp
weer noodig hebben, net als altijd. Zonder
jou kan ik niets en als jij bij me bent, voel
ik me tot alles in staat. Alles zal goed
gaan, als jij je goed houdt. Ik vraag je en
kel: begin op het kritieke moment niet te
lachen. Je moet doen, alsof je doodsbang
bent, totdat ik kom en dan moet je uitge
laten blij zijn en me om mijn hals vallen,
alsof je me in geen eeuwen had gezien. De
rest doe ik. Het komt je misschien wat
raar voor, maar toch gaat het in de stui
versroman ook zoo toe. Alle helden en hel
dinnen doen zoo. Snap je? 't Is je mis
schien nog niet heelemaal duidelijk, maar
als je het eens door die hersentjes van je
filtreert, zal het wel zoo helder als gla3
worden".
„Maar wat zal hij zeggen, als hij alles
weet?" lachte het meisje.
„Ja, wat zal hij zeggen, dat is niet ge
makkelijk te raden", antwoordde Gordon,
eveneens lachend. „Hij zal in elk geval des
te meer denken. En nog iets: nadat je van
de eerste vreugde bekomen bent, moet je
ons een half uur alleen laten. Je kunt dan
wel iets klaar maken of koffie zetten of
zooiets. En als Hip-Lee dan het hart heeft,
om binnen te willen komen, vil hem dan
maar".
„Moet ik dat heusch allemaal doen?"
vroeg Hazel.
„Alles, behalve het villen".
„Moet ik heusch flauw vallen van ple
zier, omdat ik jou zie?"
„Zeker". Gordon zette groote oogen op.
„Dat maakt het tot een waar tableau, het
geeft een soort locale kleur aan het ge
val".
„Och, lieve hemel", lachte Hazel, toen ze
op het huis van de boerderij toereden, „ik
zie er wel wat tegen op".
„Wil je het doen?"
Gordon sprong uit het zadel. Hazel stak
hem haar hand toe en zei:
„Mijn hand er op, Gordon".
De man greep met zijn beide handen de
hare. En toen, zonder er acht op te slaan
of zij eventueel door onbescheiden blikken
werden bespied, nam hy haar bij haar mid
del, trok haar naar zich toe en kuste haar
hartstochtelijk.
„Je bent het fijnste, dapperste meisje van
de wereld en ik houd zielsveel van je".
Hazel maakte zich haastig los uit de
sterke armen en ging weer rechtop zitten.
„En jij bent de raarste kerel, die er los
loopt en daarom houd ik juist van je".
Toen lachten ze beiden en Gordon zei:
„Dus tot vanavond?"
Hazel knikte:
„Ja, liefste, tot vanavond".
HOOFDSTUK XXV.
De „redding".
Het was bijna middernacht. Het was rus
tig in huis, zoo stil zelfs, dat het leek als
of het niet bewoond werd. Van buiten af
was er geen licht te zien, want alle gordij
nen waren zorgvuldig dichtgetrokken.
Maar al was het laat, de bewoners van
het oude boerenhuis lagen nog niet in bed.
Hazel zat in haar slaapkamer te wachten.
In de donkere keuken zat Hip-Lee voor 'n
open raam en droomde waarschijnlijk over
zijn geboortedorp in China.
En boven zst James Carbhoy op zijn ge
mak in een schommelstoel voor een schrijf
bureau en probeerde zich bij het licht van
een petroleumlamp te verdiepen in „De ge
schiedenis der verovering van Mexico".
Geen enkel woord van de bladzijden, die
hy had gelezen, drong tot hem door. Hij
was er met zyn gedachten niet by. Hy was
geïrriteerd en wat moedeloos tegelyk.
Hy zat hier nu al zeven weken in dit dal
gevangen en het begon hem knapjes te
vervelen. Zeven lange weken was hy hier
alleen geweest, en zelfs aan Hazel's gezel
schap had hy niets, omdat Hip-Lee haar
steeds achtervolgde Ware dit niet zoo ge
weest, dan had hy zijn verblyf hier stellig
meer gewaardeerd, want hij mocht het
meisje graag en bewonderde haar.
Ondanks het feit, dat ze zich op dien
avond, toen hy met haar had gepraat, had
verraden en hy er nu van overtuigd was,
dat zy medeplichtig was aan zyn ge
vangenneming was hy toch menscheiyk
genoeg om dit over het hoofd te zien en te
erkennen, dat ze een buitengewoon char
mant wezentje was.
Ja, hy had wel begrepen, dat het door
gestoken kaart was en zy de dochter van
Mallinsbee van Buffalo Point was. De hee-
le zaak was natuuriyk een financieele zet
van Mallinsbee en diens handlangers. Oo
het oogenblik, dat hy had vernomen, dat
zy zyn dochter was, had hy alles doorzien.
Hy had geen inlichtingen meer noodig Zyn
scherpe verstand en zyn begrip van Ame-
rlkaansche zakenmethoden hadden hem dit
alles dadelyk volledig doen begrypen
De details waren hem eerst nog niet ge
heel duidelyk geweest, maar zelfs die be
gon hy geleidelyk aan in 2yn lange uren
van eenzaamheid te overzien.
Wat hem nu al dagen lang erg bezig
hield, was de gedachte aan Slosson Was
zijn vertrouwde agent omgekocht? Dat leek
niet waarschynlyk, daar Slosson zelf had
aangeraden om het depot in Snake's Fall
te laten zetten, hetgen niet strookte met Hp
belangen van Mallinsbee. Was hy ook ge"
vangen genomen? Dat lag meer voor de
hand. Maar dan had hij te doen met een
ongewoon brutaal en scherpzinnig stel
menschenl
Ook het feit, dat ze hem hier kalm lieten
zitten en zich nooit vertoonden, verwon
derde en verontrustte hem zelfs. Wat kon
den ze by den spoorweg bereiken, zon e
dat hij er in gekend was? Absoluut nie
verzekerde hy zichzelf. Wat was dan
opzet van dit alles? Dit kon hij maar n
begrijpen en die onzekerheid prikkelde
kwelde hem steeds meer.
Deze dingen hielden zyn gedachten
zlg, terwyl hy de geschiedenis zat te
van menschen met onmogelyke narn?n#jen,
daardoor kon deze roman hem niet W
Tenslotte zette hy het boek weg en
te zich gereed om naar bed te gaan,
hy dan vele uren lang slapeloos en W
gen zou liggen woelen. en
Hy legde een echoone pyama M*
begon zich te ontkleeden. Toen jw
overhemd half uit had, bleef hy pl°
steken en luisterde scherp. trof*
Een vreemd geluld had zyn oor 1
fen, ongewoon voor dit uur. N« t(
oogenblikken met ingehouden a |nl]
hebben geluisterd, kleedde hy -eni»
weer aan. Hy draaide het licht uit,
zyn gordynen, schoof het venster
°P. ging er voor zitten en keek uit
donkeren, maanloozen nacht.
Hy hoorde het geluid nog stee üoeVen
het geluid van naderende paarden
de verte. Het was nog vaag, "V
duidelyft te onderscheiden en v0. ejj
geoefende ooren van den man ggn«
alsof er een groot aantal Paarde" zich
tocht was. Wat was het doel? vroeg
af en een gevoel van opwinding
zich van hem meester.
(Wordt
vervol
rfl
i