PRESTC PRESTO Een zoon van z'n Vader Noodlottige lesvlucht bij Schiphol. JScnSdorp 'JmMeion Onderzoek naar de ramp van de „Ekster". De ramp met de „IJsvogel". Wie bestuurde het vliegtuig vlak voor de botsing HET BETERE ZEEPPOEDER VOOR SLECHTS 6 CENT, Brand in kistenfabriek te Delft. GEMENGD NIEUWS. Door T. v. d. MADE. on- TWEEDE BLAD De raad voor de Luchtvaart heeft gistermiddag in het departement van Waterstaat een openbare zitting gehouden ter onderzoek van het on geval, dat op 9 December j.1. nabij het vliegveld Schiphol is overkomen aan het K.L.M.-viiegtuig van het type Lockheed Super Electra, ge merkt PH-APE (Ekster), waarmede een lesvlucht werd gemaakt. Bij dit ongeval vonden den dood de vier inzittenden: de gezagvoerder A. van der Syde, de piloot C. M. Schrey, de radio-telegrafist A. Becking en de boordwerktuigkun dige H. L. H. Jaedicke. Dr. ir. H. J. van der Maas, hoofdingenieur vlieger by het nat. luchtvaartlaboratorium, als getuige-deskundige gehoord, meende, dat de Lockheed aan de hier te lande gel dende eischen voor luchtwaardigheid vol deed. Getuige achtte dit vliegtuig, dat een lijn- toestel was, in het algemeen niet geschikt als lesvliegtuig. Aan primaire lesvliegtuigen, waarin de allereerste lessen worden gegeven, worden van rijkswege bepaalde eischen gesteld. Maar aan secondaire lestoestellen zooals het onderhavige niet. Misschien door de K.L.M-, dat wist get, echter niet. Oefeningen als het afzetten van een der motoren moeten niet op geringe hoogte, zoo als dikwijls geschied, maar op wat grootere hoogte plaats vinden. Get. achtte het beslist een fout een dergelijke oefening direct de eerste maal te maken. Get. vond de Lockheed onder normale omstandigheden niet moeilijk bestuurbaar, De volgende getuige-deskundige, de heer G, J- Geissendorffer, vliegtuigbestuurder bij de K.L.M.verklaarde meerdere malen met de Lockheed te hebben gevlogen. De Lockheed is volgens hem moeilijker te vliegen dan een DO. 2 of DO,3 .althans in het begin. Als je het toestel eenmaal kende, ging het heel goed. Voorals bij de landing moet je heel goed uitkijken, Dat reeds bij de eerste vlucht bij voort» gezetten start een motor werd afgezet, achtte getuige zeer gevaarlijk, „Ik zelf heb bij les geven nimmer deze oefening vlak bij den grond gedaan. Zelfs den derden keer zou ik het niet doen". - Na hem hoorde de raad den heer H. Viru» ly, vliegtuigbestuurder bij de K.L.M., even eens als getuige-deskundige, Ook deze getuige was van meening, dat het onjuist en gevaarlijk is den eersten keer een dergelijke oefening te maken. De K.L.M. heeft trouwens haar voorschriften gewijzigd en bepaald, dat dergelijke oefeningen niet tijdens de eerste vlucht mogen worden ge maakt. Het afzetten van een der motoren op 30 meter hoogte, zooals in het onderhavige ge val geschied zou zijn, is in het algemeen riskant te noemen. Get. G, Aler, ehef van den vüegdienst der K.L.M., zeide o.m. nimmer te hebben ge hoord, dat de vliegers deze toestellen onge schikt zouden hebben gevonden, Klachten waren er natuurlijk wel zooals: de stuurhut is wat nauw, het uitzicht bij regen is niet goed, de ventilatie is niet voldoende. Prir»- cipieele klachten waren er niet en de andere klachten zijn door allerlei verbeteringen weggenomen. De K.L.M. gebruikt deze toestellen thans met groot succes in de West. Get, was van meening, dat de oefening van het afzetten van een motor bij voortgezetten start nood zakelijk is. De heer H. Fuchs, vliegtuigbestuurder by de K.L.M., achtte de methode van het af zetten van een motor door den heer Van der Syde toegepast gevaarlijk. Het is hem toen door den heer Aler verboden de hoogtegas- stopinrichting te gebruiken en het is get. bekend, dat Van der Syde beloofd heeft zich hieraan te houden, maar op 8 December in strijd met deze belofte heeft gehandeld. Evenals de heer Aler is deze get. door drongen van de noodzakelijkheid, dat de oefening van het afzetten van een motor ge houden moet worden, al beseft get. dat het risico bü een Lockheed grooter is dan bij een Douglas. De raad zal later uitspraak doen. De Raad voor de Luchtvaart heeft ge tracht door het hooren ter openbare zitting van getuigen en deskundigen nog nadeie inlichtingen te verkrijgen omtrent de vraag o vlak voor de botsing de heer Duimelaar, dan wel kapitein van Gemeren het vliegtuig daadwerkelijk heeft bestuurd. Hoewel zeker heid ter zake niet is verkregen, acht de raad het het meest waarschijnlijk, dat kapitein van Gemeren te dien tijde het vliegtuig be stuurde. In dit verband heeft de raad zich niet kunnen onttrekken aan de vraag, of het onder de bestaande omstandigheden ver antwoord te achten zou zijn geweest, dat kapitein van Gemeren het toestel landde. Hoe zeer deze ook een bekwaam vlieger was, hij had nog onvoldoende ervaring opgedaan in het besturen van vliegtuigen van het type Douglas DC-3 onder bijzondere weers omstandigheden en was ook nog niet in het bezit van het vliegbewijs B. Al moge de raad ook omtrent de vraag, wie tijdens het ongeluk stuurde, geen absolute zekerheid hebben, hij vindt in ieder geval aanleiding tot he.t uitspreken van de verwachting, dat door de bevoegde instanties maatregelen zullen worden getroffen, welke in de toe komst verzekeren, dat op Jijnvliegtuigen de besturing bij start en landing, alsmede onder moeilijke omstandigheden, uitsluitend zal geschieden door bestuurders, die de be voegdheid daartoe ten aanzien van het betrokken type bezitten. De raad meent er voorts nog op te moeten wijzen, dat het naar zijn meening ontoelaat baar is, dat zoo belangrijke instrumenten als de hoogtemeters in toestellen van het t„ pe Douglas DC-3 zoodanig zijn opgesteld, dat zij uitsluitend van de plaats van den linkszittenden bestuurder behoorlijk kunnen worden gecontroleerd. Als de tweede be stuurder den gezagvoerder bij de besturing behulpzaam is of hem geheel vervangt, moet hij immers eveneens in staat zijn de hoogtemeters nauwlettend gade te slaan, DREIGEND CONFLICT IN MEUBELINDUSTRIE TE WADDINXVEEN. De drie samenwerkende organisaties in het meubelbedrijf hebben pogingen in het werk gesteld om het collectief contract, dat met de werkgevers-organisaties is af gesloten, ook in Waddinxveen door te voe ren. De besprekingen hebben geen resultaat opgeleverd, Den werkgevers is thans bericht, dat, indien er in de komende week geen over eenstemming wordt bereikt, op Maandag 28 Augustus niet meer zal worden gewerkt. Het conflict zal, indien het mocht uit breken, circa 200 arbeiders omvaten. Zij zijn georganiseerd in de drie meubelma kersbonden. >BB1 Gisteravond is brand ontstaan in de kis tenfabriek der gebrs. Huisman aan den Rotterdamscheweg te Delft. Het vuur is vermoedelijk ontstaan door broeiing in een hoevelheid zaagsel, welke in het ketelhuis was opgeslagen. Omwonenden zagen vlammen uit het dak slaan en waarschuwden de politie-brand- weer, die weldra met de motorspuit ter plaatse verscheen. Ook de spuit van de na bijgelegen lijm- en gelatine-fabriek werd gerequireerd en met vereende krachten werd het vuur aangepakt. Het kon beperkt blijven tot het ketelhuis, dat geheel uit brandde. De zaagselvoorraad en ook een deel van de houtvoorraad werden door het vuur vernield, terwijl ook enkele machines scha de beliepen. Verzekering dekt de schade, welke 4 a 5 duizend gulden bedraagt. EEUWENOUD STOKANKEF OPGEVISCHT. Dezer dagen is by Terschelling een merk waardige vondst gedaan, aldus het R. Nwsbl. Even buiten den strekdam, die het wad ter zijde van de haven van West-Terschelling van het vaarwater afsluit, werd een oud stokanker gevischt, dat naar schatting 3000 kg. weegt en ongeveer twee eeuwen oud moet zijn. Bij het aanloopen van de haven kwam een klein Deensch stoomjachtje bij den dam voor anker teneinde later bij het keeren van het tij de haven in te varen. Toen de eigenaar, die slechts vergezeld was van een jongen, het anker wilde liehten, stopte plot seling het stoomspil en het bleek niet moge- lijk het anker binnen boord te krijgen. Het bleef blijkbaar achter een zwaar voorwerp haken. De Deen liet de ketting slippen en kwam de haven binnen, Een dag later zond de reederij Doeksen de schelpenzuiger Texel naar buiten om te trachten anker en ketting van het Deensche jachtje te bergen. Na veel moeite gelukte dit, maar men deed de merk waardige ontdekking, dat vlak onder het zand een zwaar anker lag, waarachter het anker van het jachtje was blijven haken, Zwaar materiaal kwam er aan te pas om het te lichten. Het bleek een anker van groote afmetingen te zijn, voorzien van een eikenhouten stok. Het gewicht was ongeveer 3000 kg. Deze ankers met eikenhouten stok werden tot ongeveer vóór een eeuw ge bruikt. De roestaf zetting was betrekkelijk gering. Het eikenhout was volkomen gaaf gebleven en rond den ring, waaraan vroeger de an kerkabel bevestigd werd, was voor een groot gedeelte de bekleeding nog aanwezig. De kabelgarens van deze bekleeding bleken echter zoo aangetast te zijn, dat zij hun elasticiteit hadden verloren en snel afbra ken. Deskundigen vermoeden, dat het anker 150 a 200 jaar oud is en afkomstig is van een koopvaardijschip of Groenlandvaarder, die in vroeger eeuwen aan den binnenkant van het eiland op de reede voor anker kwa men. Van Texel, maar ook van Terschelling, voeren in de 16e en 17e eeuw vele schepen uit voor de walvischvangst. De Poolvaarder Willem Barentz, die op Nova Zembla om kwam, was een Tersehellinger van geboorte en maakte vele reizen naar het Hooge Noor den op een Groenlandvaarder. Het staat wel vast, dat de plaats, waar het anker is ge vischt, vroeger tot de reede behoorde. West Terschelling lag toen meer naar het Oosten De Brandaris en de aangebouwde kerk lagen toen vrij ver buiten het dorp. Het anker is voorloopig op het opslagter rein van bergingsmateriaal van de reederij Doeksen neergelegd. DE KONINGIN 12—18 SEPTEMBER IN AMSTERDAM. Naar wij vernemen, zal het jaarlijksche officieele bezoek van de koningin aan de hoofdstad dit jaar plaats vinden van Dins dag 12 tot Maandag 18 September a.s. Tijdens dit bezoek zal, zooals bekend is, in de nieuwe kerk de doopplechtigheid van prinses Irene geschieden, waarschijnlijk op Vrijdag of Zaterdag 16 September a.s. MINISTER DIJXHOORN INSPECTEERT DE „TROMP". De minister van defensie, de heer A. Q. H. Dyxhoorn heeft heden een bezoek ge- brach aan Nieuwediep, vergezeld van den chef van den marinestaf, vice-admiraal J. Th. Fürstner, en zijn adjudant, luitenant ter zee le klasse J. E. A. Post Uiterweer. De minister inspecteerde de „Tromp" en nam afscheid van den commandant en de opva renden van dezen flotilleleider, welke a.s. Zaterdag naar Nederlandsch-Indië ver- trekt. De minister heeft tot de bemanning het volgende gezegd: „Ik stel er prys op om persoonlijk blyk te geven van mijn belangstelling op 't oogen- blik dat gij op het punt staat voor eenige jaren het vaderland te verlaten. De dienst bij de koninklijke marine is zonder twijfel een zeer bijzondere. Overal ter wereld en met name in de overzeesche gebieden van het koninkrijk kunt gij worden geroepen ter verdediging van de Nederlandsche belangen en tot de handhaving van onze rechten. Gij behoort tot een orgaan van den staat, waarin wel zeer nadrukkelijk de eenheid van het rijk, hier zoowel als overzee is belichaamd. Dit leidt er toe dat gij afwisselend uw dienst verricht in het moederland en in de over zeesche gebieden. Gij allen staat op het oogenblik aan het begin van een periode, waarin Indië U noo- dig heeft. Voor sommigen, wellicht velen van U, is het de eerste maal, dat gij daarheen gaat. Het is goed dat gij U daarbij duidelijk voor oogen stelt dat er aldaar in den loop van eenige eeuwen door Nederlanders iets grootsch is verricht naar het woord van Jan Pieterz, Coen, den grondlegger van ons overzeesch rijk, Dit te beschermen en voor de komende geslachten de gelegen heid voor verdere ontwikkeling te behou den is mede Uw taak. By de vervulling van die taak zal het U ongetwijfeld tot steun zijn te weten dat versterking van de maritieme defensie in Indië in het voornemen der regeering ligt. Ten slotte wil ik er aan herinneren, dat gij, overal waar gij in het buitenland komt, Nederland vertegenwoordigt. De achting die men ons land toedraagt, wordt mede door Uw houding en Uw daden beinvloed. Moge en ik richt mij in het bijzonder tot de jongeren onder U het velijf in In dië en de dienst in de marine aldaar U de voldoening geven, die gij er van verwacht. Keer terug als flinke mannen, waarop ons land trotsch kan zijn. GEVAARLIJKE GULHEID. Waarschuwing van den A. N. W. B. De A. N. W. B. vestigt de aandacht op een aangelegenheid die haar oorsprong vindt in de goedheid des harten, maar die tot gevolg heeft een uiterst gevaarlijke ver keerssituatie. Het blijkt n.1. veelvuldig voor te komen, dat kinderen-passagiers van autobussen, welke door Staphorst rijden, snoeperijen uitgooien, zoodra zij de aardig gekleede Staphorster kleuters zien, die natuurlijk met gretigheid naar de lekkernijen grabbe len, zonder daarbij op het verkeer te letten, Het behoeft geen betoog, dat deze grab belende kinderen zich aan het gevaar bloot stellen van door achterop rijdende auto's te worden overreden. Dat dit gevaar inder daad niet denkbeeldig is, bewijst het feit, dat verleden jaar een kind daarbij het le ven heeft gelaten, terwijl onlangs een klei ne ter nauwernood aan een zelfde lot ont kwam. De A, N. W, B. zou daarom aan autobus ondernemers en in 't algemeen aan het pu bliek dringend willen verzoeken om het uitgooien van snoeperyen naar zich aan den rijweg bevindende kinderen zooveel mogelijk tegen te gaan. BIJEN VALLEN MENSCIIEN AAN Drie personen leelijk toegetaK Onder de Brabantsche gemeente Rp„l d' «ofonndn Hnr»"* hiipr» oanrt«..-i, Zjjfl drie personen doo - byen aangevallen ?r vig toegetakeld, aldus het R.Nwsbl. e Een boerenwagen, die volgeladen Wa bijeenkorven, geraakte defect en sloe* 1 De bijenkorven vielen op den weg t xrr»ityp waarvan hevige consternatie volge waarvan hevige consternatie onde^6" bijenvolkje ontstond. De diertjes namen j vlucht en koelden hun woede op beide v lieden, het paard en een passeerenden TTpf naard rende werr »r» ser. Het paard rende weg en wist aan V .belagers te ontkomen. De drie mannen den echter zoo hevig door de woph. i' kriAn tnpr -takeld. d. i zirh amj^^6 byen toegtakeld, d„ j zich onder Eenen<3( kundige behandeling moesten stellen De bijenzwer. n ve.-oorzaakten een ..lek onder de voorbijgangers, die haaiu rechtsomkeert maakten. In een mininf uon tiid was de anders rnn -l'n.lri,-. van tijd was de anders zoo trukke verW? weg geheel uitgestorven en niem3 waagde zich buiten. Tenslotte is het a eenige imkers gelukt, de bijen weer in T korven te verzamelen. öe DE KONINGIN ANTWOORDT DF EERSTE KAMER. De directeur van het kabinet der koninz in heeft naar aanleiding van het adres van gelukwensching van de Eerste Kamer der Staten Generaal ter gelegenheid van d geboorte van prinses Irene, den volgenden brief aan den voorzitter der Eerste Kamer gezonden: 's-Gravenhage, den 16 Aug. 1939 „Voldoende aan de bevelen van Hare Majesteit de koningin heb ik de eer U Hoogwelgeboren te verzoeken de betuiging van Hare Majesteit bijzonderen dank te willen overbrengen aan de Eerste Kamer der Staten Generaal voor haar adres van gelukwensching, Hare Majesteit aangebo. den bij uw schrijven van 12 Augustus 1939" waarvoor Hare Majesteit zeer gevoelig is geweest. De directeur van het kabinet der koningin, (w. g.) Van Tets van Goudriaan". Een belangrijke gift voor de vierling, Het Prinses Beatrix-Fonds heeft een be langrijk bedrag beschikbaar gesteld ten be hoeve van de vierling der familie Pijlman. „Viacheslav Molotof" te water gelaten. - Gistermiddag werd van een der hellingen der N.V. Nederlandsche Scheepsbouw Maat schappij te Amsterdam met gunstig gevolg te water gelaten het tweede der beide al daar voor Russische rekening in aanbouw zijnde Turbo-electrische passagiers- en vrachtschepen, genaamd „Viacheslav Molo tof", In Frankrijk verblijvende buitenland- sche militairen. - Naar wij vernemen is het in het jaar 1912 door de Fransche regeering uitgevaardigde verbod voor buitenlandsehe militairen om zich anders dan voor doop reis per trein op te houden in bepaalde gebieden in het oosten van Frankrijk, ook van toepassing op gepensionneerde officieren en officieren op non-activiteit. Belanghebbenden, op wlen dit verbod van toepassing is, die zich in het Oosten van Frankrijk zouden moeten ophouden, zuilen goed doen zich te voren om inlichtingen dienaangaande te wenden tot het departe ment van defensie te 's-Gravenhage. Aan de gevolgen overleden. De 33' jarige ongehuwde sergeant van het 36e r»|ti Infanterie J. D. M., wonende te Groningen, in garnizoen te Stadskanaal, die Maandag aldaar in het zwembad een duikapronf maakte en daarbij met het hoofd op dw bodem stiet, waarbij hi) een halswervel brak, is gisteren aan de gevolgen daarvan In het academisch ziekenhuis te GroniflfW overleden. jre»- - re— «uw-wt BROS ALS BESCHUIT I voor volle melk chocolade BIJ UWEN WINKELIER OF IN ONZ^VÊRKOOPFÏÏÏAU^E^DÈPO^TT Naar het Engelscb van RIDGWELL CULLUM. 66) Ze reden voort, de nieuwe, drukke we reld achter zich latend en gingen naar de boerderij. Ze vergaten de drukte en het gewoel van dien dag, zooals de jeugd dat nu eenmaal doet en keken vol vertrouwen naar de toekomst. Pas toen de boerderij in het zicht kwam met de weiden eromheen, waar het vee liep te grazen, kon Hazel haar vriend er toe krijgen zich tot de dringende zaken te bepalen, waarvoor hij haar had laten roepen Toen deelde hij haar zijn plannen mee. Ze was even verwonderd, maar ze moest toch lachen om de stoutmoedigheid ervan en ze zou aan al zyn wenschen gevolg geven. „Ja", zei Gordon, „ik zal ook nu je hulp weer noodig hebben, net als altijd. Zonder jou kan ik niets en als jij bij me bent, voel ik me tot alles in staat. Alles zal goed gaan, als jij je goed houdt. Ik vraag je en kel: begin op het kritieke moment niet te lachen. Je moet doen, alsof je doodsbang bent, totdat ik kom en dan moet je uitge laten blij zijn en me om mijn hals vallen, alsof je me in geen eeuwen had gezien. De rest doe ik. Het komt je misschien wat raar voor, maar toch gaat het in de stui versroman ook zoo toe. Alle helden en hel dinnen doen zoo. Snap je? 't Is je mis schien nog niet heelemaal duidelijk, maar als je het eens door die hersentjes van je filtreert, zal het wel zoo helder als gla3 worden". „Maar wat zal hij zeggen, als hij alles weet?" lachte het meisje. „Ja, wat zal hij zeggen, dat is niet ge makkelijk te raden", antwoordde Gordon, eveneens lachend. „Hij zal in elk geval des te meer denken. En nog iets: nadat je van de eerste vreugde bekomen bent, moet je ons een half uur alleen laten. Je kunt dan wel iets klaar maken of koffie zetten of zooiets. En als Hip-Lee dan het hart heeft, om binnen te willen komen, vil hem dan maar". „Moet ik dat heusch allemaal doen?" vroeg Hazel. „Alles, behalve het villen". „Moet ik heusch flauw vallen van ple zier, omdat ik jou zie?" „Zeker". Gordon zette groote oogen op. „Dat maakt het tot een waar tableau, het geeft een soort locale kleur aan het ge val". „Och, lieve hemel", lachte Hazel, toen ze op het huis van de boerderij toereden, „ik zie er wel wat tegen op". „Wil je het doen?" Gordon sprong uit het zadel. Hazel stak hem haar hand toe en zei: „Mijn hand er op, Gordon". De man greep met zijn beide handen de hare. En toen, zonder er acht op te slaan of zij eventueel door onbescheiden blikken werden bespied, nam hy haar bij haar mid del, trok haar naar zich toe en kuste haar hartstochtelijk. „Je bent het fijnste, dapperste meisje van de wereld en ik houd zielsveel van je". Hazel maakte zich haastig los uit de sterke armen en ging weer rechtop zitten. „En jij bent de raarste kerel, die er los loopt en daarom houd ik juist van je". Toen lachten ze beiden en Gordon zei: „Dus tot vanavond?" Hazel knikte: „Ja, liefste, tot vanavond". HOOFDSTUK XXV. De „redding". Het was bijna middernacht. Het was rus tig in huis, zoo stil zelfs, dat het leek als of het niet bewoond werd. Van buiten af was er geen licht te zien, want alle gordij nen waren zorgvuldig dichtgetrokken. Maar al was het laat, de bewoners van het oude boerenhuis lagen nog niet in bed. Hazel zat in haar slaapkamer te wachten. In de donkere keuken zat Hip-Lee voor 'n open raam en droomde waarschijnlijk over zijn geboortedorp in China. En boven zst James Carbhoy op zijn ge mak in een schommelstoel voor een schrijf bureau en probeerde zich bij het licht van een petroleumlamp te verdiepen in „De ge schiedenis der verovering van Mexico". Geen enkel woord van de bladzijden, die hy had gelezen, drong tot hem door. Hij was er met zyn gedachten niet by. Hy was geïrriteerd en wat moedeloos tegelyk. Hy zat hier nu al zeven weken in dit dal gevangen en het begon hem knapjes te vervelen. Zeven lange weken was hy hier alleen geweest, en zelfs aan Hazel's gezel schap had hy niets, omdat Hip-Lee haar steeds achtervolgde Ware dit niet zoo ge weest, dan had hy zijn verblyf hier stellig meer gewaardeerd, want hij mocht het meisje graag en bewonderde haar. Ondanks het feit, dat ze zich op dien avond, toen hy met haar had gepraat, had verraden en hy er nu van overtuigd was, dat zy medeplichtig was aan zyn ge vangenneming was hy toch menscheiyk genoeg om dit over het hoofd te zien en te erkennen, dat ze een buitengewoon char mant wezentje was. Ja, hy had wel begrepen, dat het door gestoken kaart was en zy de dochter van Mallinsbee van Buffalo Point was. De hee- le zaak was natuuriyk een financieele zet van Mallinsbee en diens handlangers. Oo het oogenblik, dat hy had vernomen, dat zy zyn dochter was, had hy alles doorzien. Hy had geen inlichtingen meer noodig Zyn scherpe verstand en zyn begrip van Ame- rlkaansche zakenmethoden hadden hem dit alles dadelyk volledig doen begrypen De details waren hem eerst nog niet ge heel duidelyk geweest, maar zelfs die be gon hy geleidelyk aan in 2yn lange uren van eenzaamheid te overzien. Wat hem nu al dagen lang erg bezig hield, was de gedachte aan Slosson Was zijn vertrouwde agent omgekocht? Dat leek niet waarschynlyk, daar Slosson zelf had aangeraden om het depot in Snake's Fall te laten zetten, hetgen niet strookte met Hp belangen van Mallinsbee. Was hy ook ge" vangen genomen? Dat lag meer voor de hand. Maar dan had hij te doen met een ongewoon brutaal en scherpzinnig stel menschenl Ook het feit, dat ze hem hier kalm lieten zitten en zich nooit vertoonden, verwon derde en verontrustte hem zelfs. Wat kon den ze by den spoorweg bereiken, zon e dat hij er in gekend was? Absoluut nie verzekerde hy zichzelf. Wat was dan opzet van dit alles? Dit kon hij maar n begrijpen en die onzekerheid prikkelde kwelde hem steeds meer. Deze dingen hielden zyn gedachten zlg, terwyl hy de geschiedenis zat te van menschen met onmogelyke narn?n#jen, daardoor kon deze roman hem niet W Tenslotte zette hy het boek weg en te zich gereed om naar bed te gaan, hy dan vele uren lang slapeloos en W gen zou liggen woelen. en Hy legde een echoone pyama M* begon zich te ontkleeden. Toen jw overhemd half uit had, bleef hy pl° steken en luisterde scherp. trof* Een vreemd geluld had zyn oor 1 fen, ongewoon voor dit uur. N« t( oogenblikken met ingehouden a |nl] hebben geluisterd, kleedde hy -eni» weer aan. Hy draaide het licht uit, zyn gordynen, schoof het venster °P. ging er voor zitten en keek uit donkeren, maanloozen nacht. Hy hoorde het geluid nog stee üoeVen het geluid van naderende paarden de verte. Het was nog vaag, "V duidelyft te onderscheiden en v0. ejj geoefende ooren van den man ggn« alsof er een groot aantal Paarde" zich tocht was. Wat was het doel? vroeg af en een gevoel van opwinding zich van hem meester. (Wordt vervol rfl i

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 6