Irivoer-noodwet door Senaat aanvaard. NOTITIE-BOEKJE. Machtigingen voor uitgaven aan gemeenten opgeschort. Overvliegen van vreemde vliegtuigen. Antwoord der Britsche regeering. Ook de „Breedijk" redt schipbreukelingen. Geen herhaalde neutraliteits- schendingen. Militairen mogen nietvragen mee te rijden. Een korte vergadering. M. J. BRUSSE: UIT MIJN TWEEDE BLAD De regeeringspersdienst meldt: Aan de onderscheidene colleges van Gedeputeerde Staten is door den minister van binnenlandsche zaken het volgende bericht: Door verschillende gemeentebesturen is, vóór de buitengewone omstandigheden van het oogenblik intraden, op grond van de ongunstige budgetaire- of schuldposi tie der gemeente, machtiging gevraagd tot het uitvoeren van werken. Vrij zeker mag worden aangenomen, dat verscheidene dier aanvragen in deze dagen niet zouden zijn in gediend en dat door de betrokken gemeen ten op verdere behandeling voorshands geen prijs wordt gesteld. Aangezien het der regeering niet moge lijk is te beoordeelen welke aanvragen wel en welke niet voor verdere behande ling in aanmerking komen, heeft zij ge meend goed te doen de afdoening der loopénde aanvragen voorloopig op te schorten. Slechts die aanvragen zullen verder in behandeling worden genomen, ten aanzien waarvan het gemeentebestuur, door uwe tusschenkomst, een nader ver zoek doet en aantoont, dat het werk of de aanschaffing, ondanks de buitengewone tijdsomstandigheden, onmiddellijk voort gang dient te hebben. Éen en ander geldt uiteraard niet voor uitgaven, verband houdende met de luchtbescherming of de defensie, noch voor machtigingen, betreffende aangelegen heden van organisatorischen of admi nistratieven aard. De behandeling van machtigingen tot het doen van uitgaven ingevolge de lager onderwijswet 1920, wordt met het oog op de aanspraken, welke anders door enkel tijdsverloop voor de schoolbesturen zouden kunnen ontstaan, gewoon voortgezet, be halve in die gevallen, waarin het gemeen tebestuur alsnog mededeelt, dat ook de behandeling hiervan kan worden gestaakt, b.v. in verband met de omstandigheid, dat de betrokken school voor militaire doel einden is in gebruik genomen. Zoo noodig ware indien het bijzondere scholen betreft, met de schoolbesturen in overleg te tre den, opdat de aanvrage tijdelijk worde ingetrokken. Indien verdere behandeling niet noodig is, ware hiervan ten spoedig ste aan mij mededeeling te doen. Wat betreft besluiten, welke binnen een bepaalden tijd, door uw college moeten worden goedgekeurd, ware met het ge meentebestuur in overleg te treden omtrent eventueele intrekking dier besluiten. Ik moge uw college verzoeken, de be trokken gemeentebesturen met het voren staande in kennis te stellen. De regeering zal. het voorts op prijs stellen, indien uw college een overeenkomstige gedragslijn zou willen volgen ten aanzien van onder dezelfde omstandigheden ingediende be sluiten, welke aan de goedkeuring van uw college' zijn ondervonden. Bij twijfel of de behandeling van een bepaalde zaak op grond van het voren staande al dan niet is opgeschort, zoude uw college dan wel het gemeentebestuur zich telefonisch in verbinding kunnen stellen met het hoofd van het bureau financiën der afdeeling binnenlandsch bestuur van mijn departement, den hoofdcommies N. A. Nap. Dit ware echter zooveel mogelijk te bespreken. De Oranje via de Kaap naar Indië. - Bij de Stoomvaart Maatschappij Nederland is van het m.s. Oranje bericht binnengeko men, dat het schip bij de Canarische eilan den is gearriveerd. De Oranje zal de reis naar de Oost voort zetten via de Kaap. De regeeringspersdienst deelt mede, dat van de Britsche regeering antwoord is binnengekomen op de nota der Nederland- sche regeering met betrekking tot het zich bewegen van Britsche legervliegtuigen boven Nederlandsch grondgebied in den nacht van 3 op 4 September j.1. In dit antwoord deelt de Britsche regeering mede, dat deze aangelegenheid, welke zij beschouwt als een kwestie var» het aller grootste belang .onmiddellijk en grondig is onderzocht door de Britsche luchtvaart autoriteiten. Als resultaat van dit onderzoek is de Britsche regeering tot de overtuiging gekomen, dat op den heenweg niet één Britsch vliegtuig over het grondgebied van Neder land vloog. Geen enkel Britsch vliegtuig is op den heenweg over de zuidelijke route gevlogen en de Britsche luchtvaartautoriteiten zijn derhalve tot de overtuiging gekomen dat vliegtuigbewegingen boven Limburg in de richting van Duitschland alleen betrekking kunnen hebben op de luchtmacht van een andere mogendheid. Als resultaat van een grondig nauwkeu rig onderzoek is echter gebleken, dat één Britsche piloot, die verder dan de ande ren in Duitschland was doorgedrongen, in strijd met zijn opdracht, over Nederland (ongeveer in de richting van Amsterdam) terugkeerde ,als gevolg van tekort aan benzine. De Britsche regsering heeft in verband daarmede jegens de Nederland- sche uiting gegeven van haar diep leed wezen over deze schending der neutrali teit van ons land. De Britsche regeering is vastbesloten alles te doen, wat in haar vermogen ligt om herhaling van een der gelijke gebeurtenis te voorkomen. Met dit doel zijn en zullen aan de Britsche piloten de strengste voorschriften worden ge geven. Naar \vü vernemen, heeft het stoomschip „Breedijk" van de HollandAmerika Lijn heden nacht de geheele bemanning van het getorpedeerde Engelsche tankstoomschip „Kennebek'' op gepikt. Alles is wel aan boord. De bemanning bestond uit 32 man. BEZOEK AAN MILITAIREN. Regeling van de spoorwegen. Op Zondag 10 September zullen de Ne- derlandsche Spoorwegen autobussen laten rijden van en naar de stations Harder wijk, Amersfoort en Apeldoorn voor be zoeken aan de militairen, gelegen in de omgeving van Nijkerk, Putten en Ermelo- Veldwijk. Deze autobussen zullen 's morgens aan sluiting geven op de treinen, welke aan komen te Amersfoort om 10.14 en 12.14 uur uit het Noorden ,te Apeldoorn om 9.36 en 11.36 uur uit Twente en te Harderwijk om 9.53 en 11.53 uit het Noorden. 's Avonds geven de bussen aansluiting op de treinen, welke vertrekken van Amersfort om 19.42 en 21.42 uur naar he Noorden; van Apeldoorn om 20.i9 en 22.19 uur naar Twente en van Harderwijk om 20.04 en 22.04 uur naar het Noorden. De spoorkaartjes zijn op deze autobus sen geldig. In enkele Duitsche bladen woidt het voorgesteld, als zou onze neutraliteit bij herhaling geschonden zijn door vluchten van Britsche vliegtuigen over Nederlandsch grondgebied, waartegen Nederland zich onvoldoende zou hebben geweerd. Tegenover deze niet op feiten steunende bewering kan op grond van inlichtingen van gezagheb bende zijde gesteld worden, dat slechts één dergelijke neutrali- teitsschending is komen vast te staan, en dat, naar aanleiding daar van, zooals van regeeringswege onmiddellijk is bekend gemaakt, aanstonds een stap bij de Brit sche regeering is gedaan, terwijl vervolgens, zoodra bewijsmate riaal beschikbaar "was, overleg ging daarvan heeft plaats gehad. Het betrof een of meer Britsche vlieg tuigen, welke op den terugweg van Duitschland, waarheen zij ziel begeven hadden met het doel er pamfletten uit te werpen, over onze grens zijn gekomen. Zij vlogen bij bewolkten hemel, weshalve er niet op kon worden gevuurd. De opperbevelhebber van land en zee macht brengt het volgende ter kennis van het Nederlandsche publiek: Gedurende de laatste dagen is het weder voorgekomen dat militairen zich langs de openbare wegen posteeren, met het kenne lijk, meestal door armgezwaai verduide lijkt doel, om de aandacht van passee- rende automobilisten te trekken en door deze in hun voertuig te worden medegeno men. Een dergelijk optreden is niet overeen komstig de waardigheid van den militai ren stand, schadelijk voor het aanzien van de weermacht en niet vereenigbaar met een goede krijgstucht. In verband hiermede bepaalde de mi nister van defensie reeds bij aanschrijving van 4 September 1933, Hé afd. a. no. 33, dat het aanwenden van dergelijke pogingen tot mederijden verboden is. Afgescheiden van de maatregelen, welke van de zijde der troepen-commandant wor den genomen om op een stipte naleving van vorenbedoelde verbodsbepaling orde te te stellen, wordt een dringend beroep ge daan op het publiek, om aan verzoeken van militairen om mede te mogen rijden geen gevolg te geven. JEUGDHERBERGEN GROOTENDEELS GEOPEND. De Nederlandsche Jeugdherberg Cen trale te Amsterdam verzoekt ons mede te deelen, dat in tegenstelling tot de bij som mige trekkers bestaande meening, het meerendeel der Nederlandsche Jeugdher bergen geopend is. De Nederlandsche Jeugdherberg Centrale, Tulpstraat 46 te Amsterdam geeft hierover gaarne elke ge- wenschte inlichting. O.a. zijn normaal geopend de jeugdher bergen te:Petten, Bakkum, Heems kerk, Noordwijkerhóut, Oostvoorne, Rot terdam, Amsterdam, Texel en Wierin- gen, Blaricum, Kortenhoef, Gouda Reeuwijk, Gorinchem en Ginneken, om slechts die in de nabijheid der groote ste den te noemen. Ook in het Oosten en Zuiden des lands zijn verschillende jeugd herbergen normaal geopend. Aanmelding vooraf op korte termijn blijft echter wer.schelijk. Parlement. De behandeling van de invoernoodwet in de Eerste Kamer is gistermiddag ook heel vlot gegaan. Om twee uur kwam onze Senaat bijeen in openbare vergadering, een kwartier later zat ze in de afdeelingen en nog drie kwartier later werd de openbare vergadering heropend; ze duurde slechts 10 minuten en toen was de zaak in kannen en kruiken. Het spreekt vanzelf dat de leden van de Eerste Kamer het met de tusschen den minister en de Tweede Kamer omtrent deze aangelegenheid ge wisselde stukken, vooral na de door den bewindsman getoonde tegemoetkoming ge makkelijker had dan de leden aan de overzijde van het Binnenhof. Het verslag, dat de griffier voorlas was dan ook kort en het mondelinge antwoord van ministei Steenberghe eveneens. Het bleek dat vrij wel dezelfde punten als den vorigen dag de aandacht van dezen tak der Volksver tegenwoordiging hadden gehad. De minister bleef echter vast houden aan zijn meening dat de in te stellen ad viescommissie geen speciale vertegen woordigers van arbeidersorganisaties of van coöperaties behoeft te tellen, hetgeen niet wegnam, dat deskundigen op dit ge bied van die adviescommissie deel zullen kunnen uitmaken. De minister herhaalde, dat hij naar zoo groot mogelijk contact met het bedrijfs leven zou streven, maar om dadelijk een misverstand uit den weg te ruimen wees hij erop, dat men die adviescommissie niet als een uitvoeringsorgaan moet beschou wen. Anderzijds poogde hij ook weer onge rustheid weg te nemen met b overheersching van het ambtS^ tot ment, waarvoor sommige lPa Jke elP het verslag, beducht waren- d<T' bliiW hoefde men niet te koesteren Vrees be Niemand vroeg, nadat de in gesproken had, het woord en ter u>t- evenals aan de overzijde van gitl<! hof, het wetsontwerp onder <j Al door. en hatnej In den aanvang der vereaH»-- mr. J. C. A. M. van de Mortel <rl de vacature van wijlen den Kamer, jhr. mr. van Sasse van It ^r vult, geïnstalleerd. Binnenkort w VtN nog ecfi verandering, maar nu i*0?1 «r fractie, als dr. de Vlugt, Amsterdam6 gemeester, die bedankt heeft, moet vervangen. Deze week is de hea w.ó,r4*n van den heer de Vlugt ingekomen in werd medegedeeld, dat drukke W4ar* zaamheden hem tot het vragen v W*rb* slag noopten. Geen wonder! Het*!! °nt" meesterschap van de grootste staH ge" lands, op zich zelf al waarlijk Been -i*es cure, vergt in een tijd als dezen enorm Dr. H. Colijn, de oud-minister.p^wVet zal deze Kamervacature bezetten- - buitenlandsche reis voorloopig torhU door kan gaan, stelt hij zich weer"'61 's lands dienst. Evenzoo doet oud-mim WHHp Hip prhfpr in rlza t,..».., njBter de Wilde, die echter in de Tweede Ka terugkeert. Hier maakt de heer Botter™ pas herkozen als wethouder van Utrecht voor hem plaats. Deze anti-revolutionnalV' afgevaardigde, destijds ook bij een tu schentijdsche vacature in de Kamer g komen, vond het van den aanvang af i moeilijk beide functies te combineeren. H moest dan ook nog al eens in de stad liw inwoning blijven. Veel sprak hij niet fa de Kamer, maar als hij het deed had tón deskundig woord ook het oor van dé leden Intusschen zijn bekwame mannén als de heeren Colijn en de Wilde zeker in dezen tijd in onze volksvertegenwoordiging welkom! BEVEILIGING GOUDSCHE GLAZEN TEGEN OORLOGSGEVAAR. Teneinde de Goudsche kerkglazen, kunstwerken der zestiende en zeventiende eeuwsche glasschilders o. m. de gebroeders Dirk en Wouter Crabeth tot de voor- naamsten worden gerekend, tegen oor logsgevaar te beveiligen, hebben de kerk voogden der Ned. Herv. Gemeente in samenwerking met de vereeniging Cra beth en met den steun van rijkswege, be sloten de vensters van historische en kunstwaarde uit de St. Janskerk te nemen en deze gedurende de oorlogsperiode te doen vervangen door blank glas. De beroemde kerkglazen worden in paneelen in kisten verpakt, welke van duidelijke vermelding van den inhoud worden voor zien en op verschillende veilige plaatsen geborgen, waar gevaar voor vernietiging of beschadiging onmogelijk is, dan wel het geringst kan worden geacht. PRIJSOPDRIJVING VAN VERDUISTE RINGSPAPIER. Een firma op het Nassauplein te Den Haag kocht verduisteringspapier in tegen den gebruikelyken prijs van 25 cent per rol (een rol is 10 meter lang en een halve meter breed). De firma verkocht dit papier aan een in hetzelfde huis gevestigde andere firma, (de eerste heet: copieërinrichting Climax en de tweede propagandabureau voor gasmaskers) voor 0.50 per rol. De tweede firma verkocht het papier tenslotte aan het publiek voor 0.75 per rol. De politie heef procesverbaal opgemaakt en het papier, dat in voorraad was, in be slag genomen. Gebleken is, dat de beide firma's in wezen 'n enkele firma vormden. Naar de prijzen van de andere artikelen, stelt de politie nog een onderzoek in. VOORSTEL-VAN HOUTEN TOT WIJZI GING DER LEERLINGEN8CHAAL. Blijkens het voorloopig verslag over het voorstel van wet van den heer van Houten tot wijziging van de artikelen 28 en 161 der Lager Onderwijswet 1920, gevoelde men voor de indiening van dit voorstel schier algemeen weinig waardeering. De regeering meent, dat de hiervoor benoodigde middelen ontbreken. Men kin het met deze opvatting der regèêring eens of niet eens zijn, vast schijnt toch wel te staan, dat de regeering er niet aan «m medewerken, dit voorstel, al ware hét door de beide Kamers aangenomen, tot wet te verheffen. Ook de voorsteller lal zich dienaangaande wel weinig illusies gemaakt hebben. Dit zoo zijnde, kon men in dit voorstel bezwaarlijk een ernstig bedoelde poging zien om tot verlaging van de leerlingenschaal te geraken. De voor steller had zijn klaarblijkelijk doel, een uitspraak der Kamer over de wensche- lijkheid van herziening, evengoed kunnen bereiken door indiening van een motie;,- Reeds op grond van deze overweging» gaf men vrij algemeen den voorsteller in ernstige overweging, zijn voorstel in te trekken. Deed hij dit niet, dan achtte men verwerping van dit voorstel buiten twijfel. Vele leden stelden voorop, dat zij geen oogenblik zouden aarze len hun stem uit te brengén vóór een regeeringsvoorstel van soortgelijken inhoud als in dit initiatiefvoorstel is belichaamd. Voorzieningen betreffende de grens bewaking. - Ingediend is een wetsontweip tot wijziging van de wet van 10 J»nU*rl 1920, houdende nadere voorzieningen be treffende de grensbewaking. Geen benepenheid. (Wat een gestrande Amerikaan van Holland in den oorlogstijd verwachtte). De vorige week, toen er nog geen zeker heid was over oorlog of vrede, vertelde ik U van dien lakonieken gestranden Ameri- gaan, die vijf en twintig jaar geleden in die eerste verwarring, terugkeerende met zijn familie uit wat toen nog St. Petersburg heette, plok voor plok zijn acht en twintig stuks koffers en valiezen, zijn vrouw, zijn auto, zijn zoon en de kamenier, den chauf feur-huisknecht, en 't laatst zijn zeventien jarige dochter was kwijt geraakt. Volkomen evenwichtig was hij overtuigd: mijn ver wanten komen wel'terecht, want daar zijn Ze Amerikaansch-zelfstandig genoeg voor. Maar zijn eenige doel was om nu zoo gauw mogelijk terug te keeren naar zijn fabrieken in Philadelphia en door een vermeerderde productie te profiteeren van den warboel in Europa. Want: „voor Amerika hebben de Europeesche kanonnen nu immers de gou den eeuw ingeleid". Ik trof hem, maanden lang vóór zijn rechtmatige beurt als een van die duizenden gestrande Yankee's, den avond voor de uit vaart op het promenadedek van het Neder landsche schip naar de met mijnen be strooide en door duikbooten door-aasde tot sluipmoord gedoemde zeeën. Hij lag er zoo rustig op zijn dekstoel, als een rijkaard op zijn eigen jacht in vredestijd. Zoo kwam hij mij te spreken over zijn verwachtingen in den oorlog van het kleine Holland, baker mat van zijn voorouders immers, waarin hij een schier kinderlijk genegen vertrou wen stelde. En uit de geschiedenisboeken had hij zich de illusie gevormd, dat ons landje nooit grooter en machtiger aan de wereld verschenen was dan juist onder de rampen van den oorlog en daarna. „Omdat" zoo meende de nu waarlijk in vervoering geraakte Amerikaan „omdat dit goede land immers voet voor voet en door de tijden heen ontworsteld is moeten worden aan, en steeds dóór verdedigd tegen den aan alles overmachtigen vijand: de zee! Een gestadige kamp van kleine, maar dap pere, volhardende, schrandere menschen, tegen golven, stormen en springvloeden. Een aanhoudend belegd, door tegenweer en versterkingen dag aan dag getrotseerd, dat heeft dit volk van de lage landen ge traind in waakzaamheid, maar ook in rustig vertrouwen op eigen kracht. Want deze vijand dreigt immers onophoudelijk langs de langste lijnen van uw grens, langs de kust. Om van uw prachtige koloniën té zwijgen; die zoo zeldzaam bewust beheerschte nume rieke overmacht, hoewel alle groote mo gendheden deze wingewesten aan die kleine natie benijden, niet waar? En zoo warempel, als aangrijpend voor beeld van Hollandschen heldenmoed, kwam nu óók het sprookje van Pietje van Haarlem, die in den zeedijk een gat had bespeurd waardoorheen het zeewater ons heele land zou hebben verzwolgen, als niet de veertien jarige Pietje zijn duim had gehouden in het gat, tot hulp kwam-opdagen. Maar met dit al gaat er tóch een heilzame invloed uit van een vreemdeling, die, in zulke benarde tijden, van ons de voortzet ting verwacht van traditioneele volksdeug den, al voelde ik mij, tegenover zóó'n idialiseerend geloof, nog wel een tikkeltje beschaamd, omdat ik, zwervende onder de Hollandsche menschen, ook in dien tijd, uit hun doen en laten nog wel eens minder on baatzuchtige en heldhaftige indrukken op deed. Natuurlijk zweeg ik hierover. Trouwens, de afstammeling sedert drie eeuwen van ons voorgeslacht liet mij in zijn opgetogenheid niet aan 't woord. ,Dus: door heel uw historie altijd bedreigd, altijd waakzaam, krachtig door innerlijke rust, met een volhardende werkzaamheid, waardoor uw handel en nijverheid vaak ge duchte mededingers zijn geweest op de nJprirma"kt'.,wnardoor uw schoone kunsten geeerd worden, uw mannen van zeevaart T "n de SpiU ziJn- zeevaart voor t oogenblik weer de eeni ge toeverlaat is van al die gestrande Ame rikanen om huis toe te komen „Mij dunkt, in zulke critleke tijden als nu, gelegen midden tusschen de oorlogvoe rende partijen als maar een klein brokje on zijdige grond, moet het een zegen zijn te wo nen in een land, dat zóó historisch gewend is aan tegenspoed en gevaar, dat altijd vecht om zijn zelfstandig bestaan tegen de overmacht van de zee te handhaven en er bovenop blijft. Dat stoere zelfvertrouwen temidden van al dit dreigends, waarin de Hollanders opgegroeid zijn van geslacht op geslacht, dat waakzaam wezen en voort- werken, opgewekt en ondernemend wat moet 't weldadig zijn om juist nu die ern stige, beproefde volkskracht overal om u heen te gevoelen. En trouw en eerlijk aan deze traditie zal uw kleine, dappere land, met die onvervaarde menschen des te ster ker uit den stalenden brand te voorschijn komen. Want in alle richtingen is het juist voor zóó'n volk nu de tijd om waakzaam te zijn tegen schending van zijn zelfstandig be staan, maar inmiddels tevens voortvarend z'n kansen waar te nemen en groote dingen te doen. Als ik geen burger was van de Vereenigde Staten, zou ik nü Hollander willen wezen, om mee te doen Hoe zeer gevleid, voelde ik mij tegenover al deze verwachtingen tóch 'n beetje on zeker. Hierom ben ik dan ook maar wat eer der van boord gegaan; den Amerikaan latend in zijn illusies. Ik heb hem een veilige thuis komst gewenscht, een gelukkig weerzien van zijn familie, èn, om niet te vergeten: voor spoed in zijn zaken! Maar ik nam mij meteen voor, om te gelegenertijd zijn vertrouwen op den aard en den geest van ons volk in deze gruwzame en zorgelijke periode wat wijder ruchtbaar te maken. Wel volko men onbewust van de wenschelijkheid om dit alles een kwart eeuw later nog eens weer te herhalen, overtuigd dat het ver nemen van de goede en groote dingen, die een clever man van ons verwacht, een aan sporing zijn kan, om deze verwachtingen niet te beschamen. En toen ik laat naar mijn bed ging, en toch wel onrustig in verbeelding de triom fantelijke uitvaart van dat machtige schip uit de veilige omarming van de pieren volg de naar het dreigende verraad van den nacht over zee, die de haatdragende menschen zich hebben verstout tot een bondgenoot te ont- eeren, toen kon ik toch den slaap niet vat ten, omdat 't alles immers zoo gruwzaam ontmoedigend was. Allerlei gedachten warden er voorts door mijn hoofd over wat ik zooal had waargenomen van de stemming, van den geest in ons landje, dat vaak toch ook wel in volkomen strijd was met de voorstellin gen, die deze Amerikaan van Hollandschen stam zich naar het richtsnoer van zijn ge schiedenisboeken van ons maakte. U bedenke, wat ik hier weergeef, heb ik vijf en twintig jaar geleden geschreven: Heel zeker. Er is reden te over voor dank baarheid en oprechte bewondering. Wie maar een flauw vermoeden heeft v^n de moeilijkheden, die daar allereerst onze regeering dag aan dag te overwinnen en te omzeilen krijgt, om Nederland voor rampen te behoeden voor in onze neutraliteit tóch nog internationale conflicten, voor zware ontberingen, ja, misschien wel voor honger bij een langen duur van ons isolement, mid den in den oorlogsbaaierd, wat onze mi nisters, met een koel hoofd, op grond van kennis en ervaring, aan vaak zeldzaam ver nuftige maatregelen van waarachtige staat huishoudkunde treffen, om 't ontredderde raderwerk van het economische leven wem- zoo goed mogelijk op gang te helpen - hij zal met eerbied getuigen van hun toewijding aan het gemeenebest en hun organiseerend plent prijzen al zijn dan, in den eersten tijd vooral, haperingen onvermijdelijkheid En wat al voorbeelden zijn ons bekend van mannen en vrouwen, die, bezield door den oud-Hollandschen geest, zich door de schrikwekkende gebeurtenissen om ons heen alleen maar lieten opwekken om sterk en welberaden leiding te geven bij 't redding- werk, zij t dan vooral onder de slacht- offers van de plotselinge débacle in het maatschappelijk bedrijf, zij het lot hulp van de duizenden vluchtelingen die (verjaagd door het b nnenrukken van het Duitsche leger n België) over onze grenzen de tradi tioneele gastvrijheid komen zoeken Zoo zijn er dan cok hier waarlijk helden daden verricht, als is 't dan, Goddank, ma. van wapengeweld Daden van volkomen zelfverzaking en stoïsche wijsheid in tijden van paniek, waardoor ons volk wel vaak prachtig gediend is. En uit alle rangen van de samenleving zijn deze dapperen plotse ling naar voren gekomen. Ook de Hollandsche ondernemingsgeest is .veelal onverzwakt gebleken temidden van de grootste verwarring, van de drukkendste beduchtheid. Hoevelen hebben er in bewon derenswaardige evenwichtigheid hun ®®Hen kranig voortgezet door den chaos van nv*1 lijkheden heen? Hebben de bakens verw naar 't zoo woest verloopende tU, en da van koopmanschap verricht, die zelfs onz Amerikaan een glimlach van voldoe» zouden geven? >r Maar: den een z'n dood is den and brood. Mercurius is nu eenmaal niet I menteel en voor den handel, vooral logstijd, geldt blijkbaar een andere m dan voor de zuiver idëeele verhouden tusschen de menschen. Een „moraa die bij argelooze leeken, juist nu, w de vraag doet rijzen of 't, ter v°?rkom djt misverstand, niet beter zou zyn v°ver,in. begrip nu maar een ander woord e .0(jen nen. Want dat de handelsgeest in P van ramp en gevaar soms ontaard ^et zucht, in baatzucht, t e n k o s e souden algemeen, dat die bastaard van ^„gen huize zich niet ontziet de kwa e yer. voor de gemeenschap geweten-den v°rm grooten, ook hiervan getuigt, W jor)gste van een waarschuwing, 7-e'^s •nBewijden' troonrede, getuigen, voor de i veftfgei', sommige pijnlijke maatregelen va ^en die de overheid- wel gedwongen vjjènd dezen roekeloozen binnenlandse»™ te nemen,m»3'" En zoo zou een overzicht van 0„ribSs" schappelijke handelingen in r „gen tijd in een reeks van kUU^' toj gliin- te teekenen, van heldhaftig ^gidsd'S5 moedigheid en lafheid, p.0l8iri« '°e' altruïsme tot aan 't niisdadigs |t)(en> Maar juist over die tufche"iddenf waardoor uiteraard de bi'ce e a4„g«du' die niet graag kleur beike gepteiflk wordt, daarover heb ik t°®n ^at rrtj# 1914 nog mijn woordje gezegd Ujkerwijs ook nu weer van P benepenhe vond jc de kleinzieligheid' doelde; in waarop ik in het opschi uU#n n zaten ze bij de pakken nee ^g|1 vr doodsnood. En: vroren z® ik dus ze dood. Wnde „.ik Voor den volgenden ke® gveri ls graag nog een en ander clI begln V^,, zeggen, de moraliteit bu gJ. v0ot (e vorigen oorlog. Mogelijk jetB houding in dezen nieuwe leeren. NgdrUk V»**»

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1939 | | pagina 6