Schepen, die niet wederkeeren Bestrijding der duikbooten. Spott De duikboot zal niet meer het gevreesde wapen blijven. Pluimveeteelt. TWEEDE BLAD Schepen tot zinken gebracht. De Britsche admiraliteit deelt mede, dat gemeld wordt, dat de vijandelijke vliegtuigen op 9 Januari aanvallen heb ben gedaan op kleine, niet geëscorteerde koopvaardijschepen op de Noordzee. Volgens ontvangen berichten werden drie schepen tot zinken gebracht: het Britsche stoomschip Gowrie (689 ton), alle leden der bemanning werden door een Deensch schip gered; 2. het Deen- sche schip Ivan Kondrup (239 ton), elf leden der bemanning werden door een Britsch schip aan land gezet, doch tien man worden nog vermist; 3. het Deen- sche schip Feddy (955 ton). Omtrent het lot der bemanning zijn nog geen be richten ontvangen. De ondergang van de Liberty. Van het Britsche tankschip Liberty wordt vernomen, dat de bemanning, nadat een ontploffing een gat in het vaartuig had geslagen, zich in de red dingsbooten had begeven, uit vrees, dat brand aan boord zou uitbreken. Daar van een dergelijken brand niets bleek, keerden de kapitein en verscheidene an deren weder aan boord terug. Enkele minuten later deden zich twee hevige ontploffingen voor en vrijwel onmiddel lijk verdween het schip in de diepte. HET FRANSCHE LEGERBERICHT. Het Fransche legerbericht van heden ochtend luidt: Een kalme nacht. Plaatselijke activiteit van de contact-elementen ten westen van de Vogezen. BRAND IN PETROLEUMRESERVOIRS TE NORRKOEBING. In de petroleumhaven van Norrkoebing (Zweden) heft gister een hevige brand ge woed. Een reservoir, inhoudende 6400 liter benzine en een, inhoudende ongeveer 3000 liter ruwe olie zijn vernield. KONING LEOPOLD ONTVANGT DEN BRITSCHEN AMBASSADEUR. Koning Leopold heeft gisterochtend den Britschen ambassadeur en diens echtgenoote ten paleize ontvangen. NOODVERORDENINGEN. De Zweedsche radio-omroep deelt mede, dat een aantal noodverordeningen zijn goed gekeurd door den Zweedschen rijksdag in zijn buitengewone zitting. Deze maatrege len zijn van toepassing in geval van oorlog of oorlogsdreiging. Zij geven de Zweedsche regeering speciale faciliteiten voor de be strijding van spionnage en sabotage, betref fen een volledige censuur op post, telefoon en telegraaf en maken het mogelijk perso nen vast te houden voor ten hoogste dertig dagen. WEDEROM AARDSCHOK IN BELGIE GEVOELD. Tegen den morgen is gister in La Lou- vière opnieuw een aardschok gevoeld. Er werd geen schade aangericht. UITGIFTE VAN SCHATKISTBONS IN BELGIE OVERWOGEN. Het Belgische departement van financiën overweegt schatkistbons met korten looptijd uit te geven ter dekking van een gedeelte der buitengewone kosten, voortvloeiende uit de mobilisatie. De voorwaarden zijn nog niet vastgesteld, doch de rente zal naar ge lang van den looptijd varieeren. DUITSCHE DUIKBOOT GEZONKEN? Het Argentijnsche dagblad Globo zegt, dat de Duitsche duikboot, welke het Brit sche schip Highland Patriot heeft aangeval len, na het gevecht dat twee uur heeft ge duurd, is gezonken. Het blad voegt hieraan toe, dat dit be richt afkomstig is van leden der bemanning van de Highland Patriot. Ter Britsche ambassade te Rio de Ja neiro wordt dit bericht bevestigd noch ont kend. DE HERSTELWERKZAAMHEDEN IN SPANJE. De Spaansche regeering heeft het tweede gedeelte van het programma van openbare herstelwerken goedgekeurd. Met dit pro gramma is een bedrag van 4.200.000.000 pe seta's gemoeid. Daarvan is 1500 millioen be stemd voor de wegen, eenzelfde bedrag voor electrische waterkrachtstations, 1200 mil lioen voor havenverbeteringen. Het is de bedoeling, dat de werkzaamheden in tien jaar voltooid worden. EEN RAPHAEL ONTDEKT? hl een kerkje te Apuania zou een schil derij van Raphael, voorstellende Maria, het kindeke Jezus en Saint-Remy, den bisschop van Reims, ontdekt zijn. Het doek draagt de liandteekening Raphael en den jaardatum 1500. HONGAARSCH-GRIEKSCH HANDELSVERDRAG. Gisteren is te Boedapest een aanvullend handels- en betalingsverdrag tusschen Hon garije en Griekenland onderteekend. Bij dit verdrag zijn de eerder gesloten handelsver dragen met enkele wijzigingen verlengd. BOMMEN OP ROMOE. Officieel wordt uit Kopenhagen medege deeld, dat een vliegtuig van onbekende na tionaliteit twee bommen heeft laten vallen op het Deensche eiland Romoe, voor de zuidwestkust van Denemarken. Het vliegtuig kwam uit zuidwestelijke lichting en verdween later naar zee. DE OORLOG TER ZEE. Officieel wordt medegedeeld, dat het totale aantal Britsche, geallieerde of neu trale schepen, dat tot dusver geconvoyeerd werd, 5.911 bedraagt. Het totale aantal schepen, dat bij het varen in convooi ten gevolge van vijandelijk optreden verloren is gegaan, bedraagt 12, d.i. 0.2 procent van het totaal. In de veek eindigende op 6 Januari zijn door optreden van den vijand tot zinken gebracht 2 Britsche schepen, totaal 5758 ton, en 3 neutrale schepen, t.w het Noor- sche s.s. Lunr. (959 ton) en de Zweedsche s.s. La; ag'"'is-Trozelli (1.951 ton) en Svarton (2475 ton). EENHEID IN BRITSCHE LUCHTSTRIJD KRACHTEN IN FRANKRIJK. Het Britsche oorlogskabinet heeft een aanbeveling opgesteld om een commando der R. A. F. te vormen, dat alle eenheden der Britsche luchtstrijdkrachten in Frank rijk zou omvatten. Opperbevelhebber van dit commando zou een luchtvaartofficier zijn. Het ministerie van luchtvaart deelt nader mede: Luchtmaarschalk A. S. Barratt is aangesteld tot opperbevelhebber van de Britsche luchtstrijdkrachten in Frankrijk. Hij zal binnenkort zijn functie aanvaarden. OOK FINSCHE VISSCHERSVAAR- TUIGEN DOOR DUITSCHE VLIEGTUIGEN BESCHOTEN. Bij hun aanvallen op de scheepvaart voor de Oostkust hebben de Duitsche vliegtuigen gister ook vijf Finsche vis- scherssmakken ^oor de Schotsche Oost kust met machinegeweren beschoten. Nie mand der opvarenden werd echter gewond en de bootjes konden veilig thuis komen. Het schijnt, dat een stoomschip de aan dacht van de visschersvaartuigen heeft afgeleid en dat de vliegtuigen daarop koers zetten in de richting van dit schip. Later werd dien kant uit het geluid van ontplof fende bommen gehoord. OPTREDEN VAN DUITSCHE VLIEGTUIGEN. Het Britsche ministerie van luchtvaart deelde gister mede: Vijandelijke vliegtuigen hebben gister morgen onder dekking van den mist met bommen en machinegeweervuui aanvallen gedaan op twee koopvaardijschepen bui ten de oostkust van Schotland en op twee andere koopvaarders verder naar het zui den. De tot dusverre ontvangen berichten melden, dat geen ernstige schade is ver oorzaakt en dat slechts één man licht werd gewond. Een vijfde schip werd aangeval len door twee Heinkelmachines. Een aan tal bommen werd neergeworpen en het schip bekwam schade. Gevechtsvliegtuigen werden de lucht in gezonden, maar ten gevolge van het slechte zicht werd geen contact tot stand gebracht. Aflossingsschip aangevallen. Minstens tien personen zijn gewond aan boord van het door Duitsche toestellen aan gevallen schip van den vuurtorendienst, dat uitgevaren was voor de aflossing van een lichtschip. Nader wordt gemeld: Een reddingboot was vertrokken, naar men gelooft om de gewonden van het aan gevallen schip weg te halen. Men geloott. dat minstens één man doodelijk getroffen is. De Duitschers richtten bij tusschenpoo- zen gedurende een half uur machinege weervuur op het schip. Twee en dertig man werden gewond, eenigen ernstig. Uit Londen wordt gemeld: Twee niet ge- indentificeerde vliegtuigen hebben gister op groote hoogte gecirkeld boven 'n stad in het gebied van de Firth of Tay in Schotland. Zij zetten daarop koers naar zee, waar later vier zware ontploffingen werden gehoord. Britsche gevechtsvliegtuigen stegen op en keerden later terug. Nader wordt gemeld: Gistermiddag zijn aan de oostkust twee groote Duitsche bom menwerpers verschenen, die zeer laag vlo gen. Zij schoten met machinegeweren op een schip, dat in noordelijke richting voer. en vielen dit daarna aan met bommen, waar van geen enkele het schip raakte. Het schip beantwoordde den aanval met zijn afweer- kanon en wist zoo de machines op een af stand te houden. De Duitsche lezing. Het D.N.B. meldt uit Berlijn: Duitsche gevechtsvliegtuigen hebben gisterochtend en gistermiddag een verkennigsvlucht naar de oostkust van Engeland en Schotland onder nomen. Daarbij zijn verscheidene gewapen de patrouillevaartuigen en koopvaardijsche pen, die door deze vaartuigen geconvoieerd werden, aangevallen en vernield. Alle vliegtuigen zijn onbeschadigd terug gekeerd. Het groote publiek leest een dagblad. Gevolg: de dagblad-reclame is krachtig en afdoende. (Van onzen militairen medewerker). 8 Januari 1940. Het heeft er allen schijn van, dat de duikboot niet meer het gevreesde wapen zal blijven, dat de handelsscheepvaart ten doode zal kunnen doemen. De tegenmid- delen schijnen het te zullen winnen. Gedurende den wereldoorlog kende men geen andere afweermiddelen dan metalen netten en mijnen en deze konden slechts worden toegepast om havens en rivier monden af te sluiten; in volle zee kon een ongewapend schip slechts trachten, door met groote snelheid zig-zag te varen, aan den aanval te ontkomen; ook is het wel eens gelukt de duikboot zelf te rammen. Veel gebruik werd ook gemaakt van duikbootvallen, bewapende handelsvaar tuigen, welke de duikboot, als deze boven water naderde, onder vuur nam, een raak- schot was voor de duikboot, met haar zwakke metaalhuid meestal noodlottig. Het gevolg was, dat duikbooten in elk handelsschip een val gingen zien en het, zelf onder water blijvende, zonder ver dere waarschuwing torpedeerden. Tegen het einde van den oorlog bedacht men het gebruik der dieptebom, wat een zeer goed werkend afweermiddel bleek te zijn. Is ergens de aanwezigheid van een duikboot vastgesteld, dan snelt een torpe dojager naar die plaats en laat er eenige bommen over boord vallen, welke door verschillende tempeering op verschillende diepten ontploffen. Explodeert een der bommen in de nabijheid der duikboot, dan wordt door den druk van het water de huid der boot lekgeslagen, het water dringt binnen en de duikboot gaat met de geheele bemanning voor altijd naar den zeebodem. Toen de oorlog beëindigd was, zijn de marinedeskundigen de toepassing der dieptebommen nader gaan bestudeeren en werd deze verbeterd, zoodat zij thans in dezen oorlog „het" aanvalsmiddel tegen de duikboot is geworden. Het spreekt van zelf, dat vooral ook in Duitschiand een studie is gemaakt van dit aanvalsmiddel tegen den duikbootoorlog en we putten onze gegevens betreffende dit onderwerp voornamelijk uit de artike len, welke schout-bij-nacht Karl Donitz, de „Führer der Unterseebooter" heeft ge publiceerd in „Die U-bootswaffe". Het resultaat is echter, dat de U-boot even kwetsbaar is gebleven tegenover de dieptebom, welke allerlei verbeteringen heeft ondergaan, en dat men nog steeds voortgaat met het verbeteren der midde len om de plaats op te sporen, waar de U- boot zich bevindt. Was de U-boot eenmaal ondergedoken, dan kon men niet weten waarheen zij zich verplaatst had, het uit werpen der bommen geschiedde dus op goed geluk. Wil dit echter succes hebben dan moeten zij worden uitgeworpen boven de plaats, waar de U-boot dan is. Om deze plaats te bepalen heeft men op alle torpe dojagers luisterapparaten (hydrophone's) aangebracht, welke vaststellen in welke richting men de machines der U-boot hoort. Dit klinkt gemakkelijker dan de werkelijkheid aangeeft, want ten eerste maakt de achtervolgende jagei met zijn machines zelf lawaai en voorts zal de U- boot zoo geluidloos mogelijk trachten te varen. Vooral de schroefwenteling van den jager maakt te veel lawaai. Door velerlei proefnemingen zijn de Engelschen er toe gekomen de hydrophones als een kunst- visch achter den jager aan te sleepen, de toonhoogte van het geluid der U-booten onder water werd nauwkeurig vastgesteld door langdurige proeven. De hydropho nes zenden geluidsgolven uit, die zoodra zij goed gericht zijn op de duikboot, als echo terugkeeren; zelfs op grooten afstand kan men zoodoende vaststellen in welke richting de duikboot zich bevindt en door den duur van terugkeer der echo op hoe veel afstand zij zich bevindt. De jager moet nu zorgen boven de duikboot te komen, zelfs een eind er voor .tempeert de dieptebommen op de geschatte diepte en werpt ze uit. Dit uitwerpen geschied ach tereenvolgens en de bommen worden ook op verschillende diepten getempeerd dus op verschillende diepten tot ontploffing ge bracht. Konvooien van handelsschepen worden voorafgegaan door jagers met hunne luis terapparaten, bovendien gaan nog vlieg tuigen vooraf, die op groote hoogte niet alleen een groote oppervlakte kunnen waarnemen, doch bovendien ook duikboo ten, welke zich vrij diep onder water be vinden, kunnen ontdekken. De vliegtuigen waarschuwen de jagers per radio en geven door in een kring te vliegen, de plaats aan waar de U-boot ligt. Dat dit systeem goed werkt wordt bewe zen door de weinige verliezen, welke de konvooien der geallieerden tot dusverre hebben geleden. Ook op zeeroutes, welke continue door jagers en vliegtuigen be waakt worden, zijn de verliezen gering. Tpch blijft er voor de U-booten nog ar beidsveld genoeg. Al zal hunne taak als „torpedodragers" en dus als aanvallers verminderen, zij kunnen zich daarentegen ontwikkelen tot mijnenleggers op de I scheepvaartroutes en voor de uitloop- havens. Hoeveel U-booten Duitschiand thans heeft is moeilijk te schatten. Volgens En- gelsche taxatie bezat het in Augustus j.l. een zestigtal en schatte men den aanbouw op twee per wegje, zoodat ongerekend de verliezen het getal thans op honderd zou zijn te stellen. Omtrent de verliezen bestaan geen be trouwbare gegevens, zou men waarde hech ten aan het aantal „olievlekken" gemeld door marine en vliegtuigen der geallieer den, dan zouden bovengenoemde honderd U-booten ieder wel 2 of 3 maal vernietigd moeten zijn. We wagen ons dus liever niet aan schattingen. Wel durven we te zeggen, dat aanmaak der booten gemakkelijker en vlugger zal gaan, dan oefening der be manningen. Deze moeten bestaan uit moe dige, opofferende, goed geoefende mannen, Het dienen op de U-booten wordt dan ook als een onderscheiding beschouwd, en hoe weinig aanlokkelijk zijn er altijd lief hebbers genoeg voor. De U-bootdienst wordt onderscheiden in de onderzeebootschool en de „front booten." Van de frontbooten is waarschijnlijk altijd de helft op zee, terwijl de andere helft? op de „school" medewerkt aan de ODleiding der nieuwe bemanningen. Volgens den commandant Karl Donitz is hoofdzaak dat de bemanningen het volste vertrouwen hebben in hun U-booten, zooals deze zijn gebouwd, en bovenal in de leiding van den commandant, in wien men volledig den man moet zien, die het leven der bemanning in zijne hand heeft. Zelfs de kleinste U-booten (250 ton) kunnen weken lang uitblijven door de groote ruimte, welke voor brandstof is gereserveerd; het zijn echter vooral de grootere booten (700 ton) met hun grooten actie-radius, die op den geheelen Atlanti- schen Oceaan van hun aanwezigheid blijk geven. Schaatsenrijden DRIE NEDERLANDSCHE RIJDERS NAAR OSLO. Belangrijke wedstrijd tegen Noor wegen. Naar wij vernemen zullen Jan Langedijk (Rotterdam), Roelf Koops (Zuidlaren) en Dolf van der Scheer (Rotterdam) door het presidium van den Kon. Ned. Schaatsenrij- dersbond naar Noorwegen worden uitge zonden om te Oslo op 20 en 21 Januari a.s. deel te nemen aan een internationalen wed strijd over de afstanden 500, 1500, 5000 en 10.000 meter. De rijders zullen Vrijdag a.s. per vlieg tuig naar het hooge noorden vertrekken, waar zij nog een week gelegenheid krijgen te trainen. De wedstrijd te Oslo zal bestaan uit een tweekamp tusschen een Noorsche ploeg en een team, hetwelk zal worden samengesteld uit de te Oslo vertoevende buitenlandsche rijders. Op het oogenblik zijn in de Noorsche hoofdstad b.v. de Amerikaan Wallace, de Europeesche kampioen Berzins (Letland), enkele Zweden, waar nu de drie Nederlan ders nog bij komen. Hoe de ploeg der bui tenlanders zal zijn samengesteld, is nog niet bekend, doch in ieder geval zal daarbij overleg worden gepleegd met den president der I.E.V., den heer G. W. A. van Laer. DE ELFSTEDENTOCHT. Deze week in geen geval. Het is thans zeker, dat de elfstedentocht laugs de traditioneele route, met vertrek en aankomst te Leeuwarden, in geen geval in den loop van deze week zal kunnen plaats vinden. Bij doorgaand vriezend weer zal het centraal bestuur zich nader beraden om den tocht uit te schrijven. In ieder geval zal het vaststellen van den datum tijdig geschieden, opdat liefhebbers uit andere deelen van het land gelegenheid krijgen zich aan te melden en voor te bereiden. De route LeeuwardenHarlingen is tot nu toe voor de scheepvaart opengehouden. LeeuwardenDokkum is vandaag gestremd, doch men kan er niet rijden door de schot sen. De verkorte route van Franeker naar Dokkum is nog niet vertrouwd, hetgeen ver oorzaakt wordt door de stroomingen. Trou wens, het water is dezen winter zeer on rustig en dat is de oorzaak, dat niet overal het ijs mooi en betrouwbaar is. Wel over weegt het centraal bestuur een andere rou te te kiezen, b.v. van Dokkum over Oud- kerk naar Leeuwarden, doch dit gedeelte moet eerst geïnspecteerd worden. Van Leeu warden aar Stavoren en van Stavoren naar Harlingen is prachtig ijs. In Sneek echter kan men niet rijden, zoodat hier de ijzers moeten worden afgebonden. Ongetwijfeld kan men prachtige tochten maken, doch de geheeel route voor den elfstedentocht is in ieder geval deze week niet te berijden, wat zeer zeker een teleurstelling zal betee- kenen voor het groot aantal liefhebbers, dat gehoopt had, dezer dagen aan den traditio- neelen rit te kunnen deelnemen. Tafeltennis. LUTO IN DE HAARLEMSCHE KAMPIOENSCHAPPEN. Enkele Luto-spelers(sters) hebben deze week deelgenomen aan het te Haarlem ge houden tornooi om het kampioenschap der afd. Haarlem. De resultaten waren lang niet slecht. Jan Brandse slaagde erin het tot de laatste vier te brengen en verloor toen in de demi-finale van v. Abbevé, titelhouder 1939 en winnaar van dit tornooi. De dubbel Brandse-de Lange werd even eens in de demi-finale uitgeschakeld na twee long sets van 29-27 resp. 26-24 tegen de Gebrs. Wolters, kampioenen van Nederland H.D. eerste klas en die ook in dit tornooi de eindzege behaalden. Mej. Reuling bracht het bij het dames enkelspel tot een eervolle tweede plaats, terwijl mej. M. Pie als derde eindigde. Laatstgenoemde speelster bracht het met v. Abbevé tot een tweede plaats in het ge mengd dubbel. De leden van Luto hebben in Haarlem een uitstekenden indruk achter gelaten. Vragen, deze rubriek betreffende, kunnen gesteld worden aan dr. B. J. C. te Hennepe, Heemraadsingel 111, Rotterdam. Postzegel voor antwoord insluiten en blad vermelden. Werkzaamheden in den winter. H. Vorigen keer heb ik er uitdrukkelijk op ge wezen, dat het hok tochtvrij en droog moet zijn. Koude is niet zoo erg als vocht. Om het hok frisch te houden is veelvuldig schoon maken van de mestplanken zeer noodig. De kippen zitten veel meer in het hok dan in den zomer en op de mestplanken wordt veel meer mest gedeponeerd, die bij wisse lend weer en bij nog al eens wisselend voer vaak dun is en dus ook veel vocht in het hok brengt. Soms wordt wel eens het strooi sel opgedroogd door het hok warm te sto ken met een kunstmoederkachel. Dit wordt dan niet gedaan om het hok te verwarmen, want dat is voor de kippen niet noodig, maar om het strooisel te drogen. In verband hier mede moet ook goed op de drinkbakken ge let worden. Deze moeten zoo .gesteld zijn dat ei geen water uit gemorst kan worden. Groen voer moet alleen uit een ruifje ge voerd worden dan men gemakkelijk van een paar stukken kippengaas kan maken. Het graanvoer moet met het oog op de zuinig heid, tegengaan van verlies, ook uit de bak ken gevoerd worden. De theorie is wel altijd geweest het in het strooisel onder te harken, om de kippen wat te doen te geven het op te zoeken, maar ten eerste gaat er op die manier graanvoer verloren en ten tweede is gebleken dat het niet noodig is. Kippen in batterijen die dus vrijwel geen beweging kunnen nemen en hun graanvoer ook uit bakjes moeten eten gedijen evengoed en leg gen evengoed als kippen die losloopen. Het voeren uit bakken heeft ook nog het voordeel dat men er meer oog op houdt wat de kippen eten, terwijl er anders vaak onge merkt verbazend veel verloren gaat door wat misschien muizen en ratten weghalen. We kunnen thans op de samenstelling van het voer geer invloed uitoefenen, deze wordt volgens de omstandigheden zoo goed mogelijk geregeld. In betere tijden moest men thans al ernstig aan den a.s. foktijd gaan denken en daar met het voer op reke nen door er een flinke hoeveelheid vitami nen aan toe te voegen. Legvoer kan aan andere eischen voldoen dan foktoomvoer en vooral voor vroegbroed in een tijd dus dat de natuur feitelijk nog niet meewerkt is een hooger gehalte aan vitaminen in het voer noodig dan voor leg kippen. Vergeet in elk geval de gritbakken niet, leggende kippen hebben veel kalk noo dig. Schelpengrit is als zoodanig heel nuttig. Bij koud weer kan men het meelvoer aan maken met wat lauw water, althans een deel van het dagrantsoen. De kippen lusten dat zeer gaarne en men make dan een porti» klaar die ze achter elkaar in een half uurtje op kunnen eten. We gaan al weer hard den broedtijd tege moet en niet alleen met het voer, maar ook met andere zaken moet daarop gerekend worden. Om te beginnen moet alles wat met het broeden samenhangt in orde gemaakt worden. Vaak laat men het er met thermo meters, regulateur-capsules, branders enz. wel eens op aankomen, maar met dat septee- ren zou men onder de tegenwoordige om standigheden wel eens leelijk vast kunnen loopen. De levertijd kon wel eens veel lan ger zijn dan in den goeden ouden tijd, men houde daarmede dus rekening. In verschillende vakbladen leest men al beschouwingen over den komenden broed tijd of men veel of weinig moet broeden enz. enz. Ik voor mij waag me niet aan voorspel lingen. Voor zoover doenlijk zullen de auto riteiten wel bijtijds waarschuwen. Wij allen koesteren natuurlijk wel de hoop, dat de vrede snel weer zal komen en we weer rustig ons bedrijf in vollen omvang zullen kunnen voortzetten. Wel lijkt het mij ge- wenscht meer aandacht te besteden aan het z.g. sexen der kuikens, dit wil zeggen het laten sorteeren der kuikens kort na het uit komen in haantjes en hennetjes. In andere landen is men ons daarmede voor en vooral nu het voer zuinig moet gebruikt worden, lijkt het mij goed dat er zoo weinig mogelijk voer besteed wordt aan waardelooze haan tjes. Bovendien bepaart het opruimen der haantjes aan kunstmoederruimte, kunstmoe der-verwarming en arbeid. In advertenties in de pluimveebladen kan men adressen vin den van personen, die zich met het sexen belasten. Maar men moet zich natuurlijk bijtijds daartoe opgeven. De Japanners, die dit werk het best doen, werken uiterst snel en accuraat. Door het verwijderen der haan tjes wordt ook de kans op besmettelijke ziekten geringer, waarbij ik dan vooral denk aan de pullorum. Het pullorum-onderzoek moet klaar zijn voor het broedseizoen aan vangt en vooral in de laatste paar jaren, nu dat onderzoek sterk uitgebreid is, is wel ge bleken, hoe nuttig het werkt en hoe sterk de pullorum-ziekte er door verminderd is. Bij het pullorum-onderzoek krijgt men met een alle dieren in de hand en kan dan meteen eens oordeelen hoe het met de gewichten staat en of er afwijkingen bij de dieren op vallen, waardoor ze als fokdieren ongeschikt zijn. Let daarbij vooral op afwijkingen van de oogen-blindheid, vergroeide pupillen in grijze oogen komen vaak voor in koppels waarin verlamming schuilt pas dus op van zulke kippen niet te fokken. Gebruik dus de gelegenheid die het pul lorum-onderzoek biedt om alle kippen nog eens heel nauwkeurig te beoordeelen. Let daarbij ook op kalkpooten, voetgezwellen- en dergelijke afwijkingen, die een kip wel niet direct waardeloos maken als legkip, maar haar toch ongeschikt maken voor den foktoom. Blijf bij de kippen op luizen letten, behan del de zitstokken ook in den winter met mid delen tegen de luis en tevens met carboleum tegen de bloedmijten. Dr. B. J. C. TE HENNEPE. Nadruk verboden. Het cachet van de zaak kent men aan de courant, waarin zij adverteert.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 8