DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Engeland en de Economische oorlógvoering. Een verklaring van den Zweedschen premier. De Finnen slaan Russische aanvallen af. „Sofveig's lied" klinkt in de Finsche wouden. De aigemeerie toestand. Toch schending van Duitsch gebied door een Nederlandrch vliegtuig TOONKUNSTCONCERT ;n macht de schande der en uit te wisschen en wel elijk. Ook de luchtmacht r actief, zij zouden echter ;n voordeel handelen, als >p steden dan wel op stations voorzien zouden we alweer besluiten met irgevoelens voor de dap- moeten we nogmaals te- strategische plan de ge- d te hulp te laten komen g bij Petsemo of wel via landen. We doen dit om- dan de militaire mede- nps" thans op dit thema 1 deze operatie doen sa- 1e vlootactie in de Zwarte onze meening er tegen- olhouden omdat: ieerden niet voldoende Duitschers en Russen >m zich deze expeditie te /en. Vanzelfsprekend zon :ralen staf de leiding ne- nenlijke oorlogvoering en an het goed bewapende aog heel wat te maken and op het Westfront te- 1 kon doen gelden, want tusland en Duitschland tegen de geallieerden, aoch de noordelijke stre- en Noorwegen leenen zich voor zulk eene grootsch eming door te weinig nvoerwegen. en DuitoChland zouden binnenlijnen, wat, gezien spoor- en straatwegennet ■an niet te schatten voor- er over zee vanuit Enge» k naar de operatiebasis is veel te onveilig tegen ingen uit Duitsche havens, bij deze voornaamste re- vel er meer zijn. Men zou ijn te vragen: Hoe krijgt n hoofd, door eigen opzet, Rusland aan elkaar te est-Europa niet te hopen, eurt. het Tempsartikel echter ranl oopsgeest, gevolg van het westen gaat het niet, lan doen? Antwoord: vre- is beter dan zulke on.ge- ien. Zou de bevolking in .nden misschien ongedul- laatste speech van Cham- ook al spoedige meerdere i willen aanraden: vooral te verliezen in dezen ze- tnt dan verliest men den i tegenstander, die geen te houden met stemming P UIT HAVEN VAN RIO RTROKKEN. ie bladen publiceeren een le Janeiro, waarin wordt het Duitsche s.s. Santos met a koffie is uitgevaren. BLIKEISCH CANDID AAI? PRESIDENTSCHAP, wordt gemeld: Frank E. ide journalist en publicist, itiek heeft geoefend op de medegedeeld, candidaat te iblikeinen bij de a.s. ver- :t presidentschap. L JACHTVLIEGTUIGEN KOOPEN. wordt vernomen, dat on- angaande zijnde tusschen Jrewster Aeronautical Cor- i bestelling van jacht- ;n bedrag van 8 millioen NGEN VAN L.U.T.O. tweede helft van de com* oor twee mooie overwin- m versloeg Barna I met 10-0, terwijl het tweede on van Barna III. Van het Lamar zijn drie partijen te Jr., een debutant, deed •t tweede team. Het P. T. T.-Nieuws- euws was tot nu toe in de belang voor P. T. T.-per" onder het publiek bleek bestaan voor dit maand- het ook als informatie- Dit is aanleiding geweest i van het orgaan en het nste van handels- en be- verschenen Januari-num* »aan in den nieuwen vorm an, en ieder, die met den T. T. in aanraking komt, oor een rijksdaalder Pe^ Het nieuwe nummer ziet ;d uit ook in technisch op* vens aardige foto's. ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0 25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. KERMS. CGSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 15 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. Donderdag 18 Januari 1940 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 142e Jaargang De Engelsche minister van Economische Oorlogvoering heeft in het Lager huis een uitvoerig overzicht gegeven, waarin hij in het bijzonder de positie der neutralen geschetst heeft. Hij heeft er op gewezen, dat neutrale koop lieden vaak hun eigen regeeringsmaatregelen trachten te ontduiken waarom Engeland een uitvoerige inlichtingendienst in het leven heeft geroepen. En geland wil het den neutralen zoo gemakkelijk mogelijk maken, maar is daarnaast genoodzaakt zijn rechten als oorlogvoerende ten volle uit te oefe nen. Engeland wil slechts een barricade oprichten om het gebied dat onder Duitsche controle staat. Hoe gemakkelijker de toegangen ter zee gecontro leerd kunnen worden ,des te minder vertraging za) de neutrale scheepvaart hebben. De minister concludeerde, dat Duitschland zich na vier en een halve maand in sommige opzichten in denzelfden economischen nood bevindt als in twee jaar na den wereldoorlog. In den Zweedschen Rijksdag heeft de ministerpresident Hanson medege deeld, dat het doel van de samenwerking tusschen de Noorsche staten slechts is hun neutraliteit en onafhankelijkheid te verzekeren. Het Zweedsche volk heeft groote sympathie voor Finland. De Zweedsche regeering wil Finland helpen en dai moet geenszins als een vijandige daad tegen het Russische volk beschouwd worden. Zweden staat bij alles wat het doet onder geen enkelen buitenlandschen invloed. Ten Noorden van het Ladogameer hebben de Russen hun stellingen hij Kitcïa opgegeven. De Russen, die hier terugtrekken, zouden aanzienlijke verliezen hebben geleden. Ook bij Salla schijnen de Finnen de Russische aanvallen grootendeels te hebben afgeslagen. Languit in de sneeuw bij 25 graden vorst, om te ontkomen aan de mitrailleurs der Russische vliegtuigen. Onze medewerkster in Finland schrijft ons over een aan/al van Rus sische vliegtuigen op een trein in Finland, waarbij zij aanwezig was, het volgende: „Zelf heb ik zoo juist weer kennis gemaakt met den ruwsten en gemeensten vorm van „oorlogvoe ring", een luchtaanval op een rijden den trein met geëvacueerde vrouwen en kinderen. Niet bij vergissing, maar met opzet schieten de Russische vlie gers juist op de ambulance-treinen, duidelijk herkenbaar aan het Roode Kruis-teeken op de daken van de wagons. Dezen keer, zoo schrijft zij, hadden wij een geluk bij een ongeluk, doordat het alarmsignaal gegeven werd, juist toen de trein door eert boschrijke streek reed. Onder de honderd passagiers waren er 8 moeders met kleine kinderen, enkele oudjes, die moeilijk loopen konden, en een zieke, die naar het bosch gedragen moest worden. Het was de vierde keer dién och tend, dat het alarmsignaal klonk, en wij in alle haast een schuilplaats in het bosch moesten zoeken. De meest mobiele van ons, vooral onze „Keurtroepen", zes jonge Lotta s, hadden al doende een groote vaar digheid gekregen om in verbluffend korten tijd deze soort van „evacuatie" te vol brengen. Want wjj wisten, dat iedere seconde den dood voor ons allen kon beteekenen. Wan neer de Russen bemerkten, dat zij zonder eigen risico op een afstand van 100 tot 200 meter 'op ons neer konden dalen met het knetterende machinegeweer, zou zeker gcon van ons levend ontkomenwant vóór wij de prikkeldraadversperring tusschen de spoorlijn en het bosch verwijderen kon den, zou zeker veel bloed gevloeid zijn. Wij vonden ook dezen keer onze schuil plaats en moesten er genoegen mee nemen languit in de 'sneeuw te liggen in omstreeks 25 graden vorst. Wij moesten geduld oefe nen. Het eischt van ons gezonde volwas senen al veel van ons uithoud'ngsvermo- gen, dus dat kleine kinderen en oude zieke menschen dit kunnen, verdragen is totaal onbegrijpelijk. Maar deze keer was er slechts een half uur voorbij gegaan, toen er plotseling be weging kwam in de achterhoede- van ons troepje, ja wij hcorden zelfs enkelen lachen met blijde uitroepen. Weliswaar was het motorgeronk van de Russische vliegtuigen verdwenen, maar de vliegers konden ieder oogenblik terug komen, en men had ons gezegd, dat het lang kon duren voor het veiligheidssignaal gegeven werd. Daarom begonnen wij voorzichtig te kruipen in de richting van deze verrassende vioolijkheid. Natuurlijk waren de Lotta's de oorzaak van deze vroolijkheid. De Lotta's, die mid den in het eenzame bosch kokend heette kotfie te voorschijn tooverden! Vier flinke lachende Lotta's schonken den gloeiend heeten drank uit twee reuze melktransportbussen, die ieder tien liter bevatten. De koffieboonen had een van de „Lotta's" meegekregen van thuis in haar kerstvacantie; haar moeder had het ge heele koffierantsoen van de familie ge spaard voor haar jongste dochter, de Lot ta, en dit kwam ons ten goede juist op het oogenblik, dat wij het meest behoefte eraan hadden. Maar de vraag rees: Waar in s hemelsnaam hadden zij huis en vuurplaats gevonden om deze kostelijke drank te kunnen bereiden' Het antwoord kreeg ik op zóó een dra matische manier, dat ik mijn eigen ooren niet wilde gelooven. Toen ik de Lotta's vergezelde, naar het kamp terug, wa^r een troep houthakkers hun slaapruimte en eetlokaal, keuken en voorraadschuur in ongeveer tien, pas getimmerde hutten hadden, begreep ik eindelijk, dat wij ons nu bevonden in dezelfde buurt van een evacuatiekamp, dat wij den vorigen dag bezocht hadden. Wij waren ir een cirkel gereisd. Toen wij de hut naderden, waar de keuken was en waar de twee andere Lotta's bezig waren met de koffie, deden haar stemmen ons allen stil staan en luisteren. Het was een Noor sche stem, dié zong, een Noorsche vrouwenstem. En dat was weer Sol- veigs lied: „Misschien gaat de winter en het voorjaar voorbij, ook de zomer zal heengaan en misschien het heele jaar." De zingende vrouw, geen Lotta, maar de vrouw des huizes stond bij 'het brandend houtvuur, gebogen over de dampende pannen. In de bedstee achter de deur lag een zuigeling van twee of drie maanden vredig te slapen met de speen in den mond. De vrouw was groot er sterk ge bouwd, omstreeks dertig, vijf en dertig jaar. Zij had zwart haar en bruine oogen en lachte met groote witte tanden als antwoord, toen de Lotta's haar dankten voor de gastvrijheid. Ik begreep direct, dat zij weinig of niets begreep van het Finsch, dat de Lotta's spraken waarschijn lijk niet meer dan ik zelf!i Daarentegen hield zij zieh in het begin ongenaakbaar, toen ik zelf, ook een Noor sche, haar aansprak in haar eigen taal. Als het kind niet leelijke wonden gehad had door bevriezing van de voeten, had ik de moeder zeker niet aan het spreken gekre gen. Maar terwijl ik bezig was het kind te verplegen, zoo goed en zoo kwaad 'als het ging, met mijn verband- en medicijnvoor raad in noodverpakking, kreeg ik een ver haal te hooren, dat misschien voor lezers, ver van hier verwijderd, als een soort ro man klinkt, maar voor ons hier in het Fin land van heden, een alledaagsch verhaal wordt. Duizenden van dergerijke romans beleven wij dagelijks. „Ergens in het Noorden", waar slechts een smalle strook water de grens uit maakte tusschen Noorwegen en Finland, had zij gediend bij een koopmansfamilie. Haar verloofde thans haar man had als stuurman gezeild op de Finsche veer boot tusschen de Finsche en de Noorsche kust. Hij had haar verteld van zijn tehuis hier in het bosch, van zijn gestorven moe der, van zijn broers en zusters, die wegge gaan waren en van den vader, den ouden boschwachter,- die nu als een soort opzich ter van dit houthakkerskamp dienst deed. Na de geboorte van het kind begon zij te verlangen naar een eigen huis, al was het ook nóg zoo klein. Ofschoon de man zijn stuurmansbetrekking reeds opgezegd had en wilde, dat zij samen direct naar zijn vader teisden, wilde zij toch eerst het jaar uitdienen om wat rpeer geld bij elkaar te krijgen. Maar plotseling kwam de oorlog, die reeds iang voorspeld werd door de jagers en visschers. ,Zij. wisten, welke voorbereidselen de Russen reeds vele maanden van te voren gemaakt hadden, ja reeds vóór Kerstmis 1938. Haar man, Armas heette hij (het be- teekent. „Liefste", legde zij uit), was op geroepen. Den dag daarna was ook zij vertrokken met haar kind en het weinige, dat zij in haar rugzak dragen kon. De koopmansfamilie had haar volle jaarloon uitbetaald, vertelde zij trotsch en dank baar. Veel had zij op de reis doorgemaakt. On derweg had zij gezorgd voor drie kleine kinderen, waarvan tie eigen ouders zoek waren, maar langzamerhand werden de kinderen overgenomen door de Lotta's, die de adressen op de borst van de kinderen lazen, waarschijnlijk er op genaaid door moeders, die zelf misschien op de vlucht gestorven waren. De eenige, die niet zoo'n adres had, was Kaisa, het kleintje, dat zoo van zingen hield. Zij had Kaisa afgege ven aan de Lotta's, die klaar stonden aan het stationnetje, waar zij zelf moest uit stappen. Toch was zij de Lotta's gevolgd, toen deze met haar kudde vluchtelingen en geëvacueerde kinderen het station ver lieten, om zich te overtuigen, dat Kaisa in goede handen kwam. Dit zei zij langs haar neus weg zonder ophef. Na een heelen dag en een halven nacht rondgedwaald te hebben, vond zij ten slotte het kamp, waar de vader van haar man woonde. Zij werd hier onmiddellijk welkom geheeten, niet het minst als vrou welijke werkkracht, waaraan de houthak kers zoo zeer gebrek hadden. En dit ver heugde haar zeer! Vanzelfsprekend werd zij de huismoeder van dit kamp; zoo wilde de oude vader het! Hij was zoo lief ge weest voor haar en het kind. Nu wachtte zij op de paar dagen verlof van haar man. Zoo is het levenslot van de moderne Solveig, overgeplant in den Finschen grond van heden. Arm is zij en on ontwikkeld en geheel niet romantisch aangelegd, maar zij wordt groot en mooi, omdat zij heelemaal opgegaan is in toewijding aan man en kind. Arm als zij is, zwoegt zij dag en nacht, maar zij en haar kind zijn een soort symbool geworden voor een ouden vader en een jongen vader, landsverdediger daarginds bij het front. Voor de houthakkers, die 's avonds om het" vuur zitten, zijn zij en het kind de personificatie van de moderne Madonna. Voor den armen man, die haar naaste mannelijke beschermer is, zoo lang zijn zoon aan het front is, was het alsof zijn jeugd tvedergekeerd wa„ Blijder kon hij niet geweest zijn, als een' van zijn eigen dochters bij hem gekomen was. Wat doet het er toe, dat deze menschen arm zijn? Wat zij gevonden hebben is waarlijk: De steen der wijzen! De vreugde van het oogenblik en de hoopf op de toe komst, uitgedrukt in Solveigs lied: „Misschien gaat de winter en het voorjaar voorbij, ook de zomer zal heengaan en misschien het heele jaar, Maar eens zul je komen, Mijn liefde gelooft! Ik zal op je wachten, Dat heb ik beloofd. God helpe je, waar je op aarde ook gaat, God zegene je, als aan zijn voeten je staat! Hier zal ik je wachten tot je weder keert, En wacht jij mij hierboven, Dan vind ik je daar. Spionnage en Sabotage. Wanneer deze oorlog eenmaal tot het ver leden behoort niemand kan helaas ver- j klaren wanneer die onbezorgde tijd weer zal aanbreken zullen er ongetwijfeld meerdere verhalen over al of niet gelukte j spionnagegevallen worden gedaan. In vredestijd is de spionnagedienst al een orgaan, dat contact heeft met personen en organisaties in alle deelen der wereld en na de spannende jaren welke thans achter ons liggen, waarin de oorlogsdreiging tot den grooten strijd is gegroeid, mag men veilig aannemen, dat de geheime diensten der oorlogvoerende staten een zeer groot ar beidsveld hebben gevonden. Het is een leger apart, dat spionnenleger een onderdeel van de weermacht dat niet met de wapenen strijdt, maar een nog veel gevaarlijker taak heeft en de mannen en vrouwen, die zich daarvoor beschikbaar hebben gesteld, wagen welbewust hun leven omdat de kleinste fout tot hun arrestatie kan leiden. En men weet hoe het met spionnen gaat, zij worden nog altijd als een soort verach telijke tegenstanders beschouwd. Men neemt ternauwernood de moeite ze te verhooren en het einde is onverbiddelijk een haastige executie. Men mag aannemen, dat op het oogenblik alle oorlogvoerende staten hun spionnen aan het werk hebben, niet alleen in de vijandelijke maar ook in de neutrale sta ten. Waar alles zoo onopvallend mogelijk ge beurt is. het te begrijpen, dat men er in den regel weinig of niets van bespeurt tenzij er zooals eenige maanden geleden plot seling koffers met Hollandsche uniformen en een buitenlandsche bestemming ontdekt worden, wat het maar al te duidelijk maakt, dat zelfs een kleine neutrale staat nog bezoek van ongewenschte gasten kan krijgen. Wij zullen hier niet verder ingaan op in verloop van tijd in ons land verrichte rrres- taties van zoogenaamde landgenooten, die een buitenlandsch regiem blijkbaar van grooter beteekenis achten dan de rust en veiligheid welke hun op eigen geboorte grond worden geboden. Niet Holland is in de eerste plaats het ter rein van buitenlandsche spionnage, maar v/el de staten bij welker actie de oorlogvoe renden veel grooter belang hebben en waaruit soms door middel van de geheime diensten waardevolle informaties over Het Duitsche Nieuwsbureau meldt: Aan het westelijk front is de dag van gis teren op de gebruikelijke wijze verloopen. In den noordelijken sector werd de rust slechts door licht artillerievuur verstoord. Optreden van verkenningstroepen in be perkten omvang deed op eenige punten nieuwe opstellingen van den tegenstander constateeren. Een Fransche verkennings-af- deeling, ter sterkte van ongeveer 30 man, werd bij Merten afgeslagen. Tegenover andersluidende berichten wordt de kortelings vastgestelde schen ding van Duitsch souverein gebied door een Nederlandsch vliegtuig bevestigd. Het Nederlandsche vliegtuig is op 13 Januari door de luchtwacht bij Nord- horn onbetwistbaar als zoodanig her kend. Het vliegtuig droeg een zwart omranden driehoek in oranjekleuren onder het draagvlak als kenmerk der nationaliteit. Het toestel koerste over de fabriek Niehüs en Dütting in Nod- hörn, vloog daar lager dan tevoren en keerde vervolgens weer terug. De schending van Duitsch souverein gebied staat onbetwistbaar vast. (Zooals reeds op 14 dezer door den re- geeringspersdienst is medegedeeld, is uit het ter zake ingestelde onderzoek onom- stootelijk komen vast te staan, dat geen Nederlandsch militair vliegtuig de Duitsche grens heeft overvlogen). Harmonie 25 Januari 1940, des av. 8 uur. Toegangskaarten a 1.militairen en leerlingen M.O. 0.50 bij Klooster Kiebèrt. Zie verder Buitenland pag. 2, 2e blad. regeeringsmaatregelen of legerplannen wor den verkregen. In Duitschland heeft men dezer dagen met trots verkondigd, dat men foto's van Engelsche bommenwerpers in handen had gekregen en in Engeland is men er even tevreden over geweest, dat de teekeningen van Duitsche gevechtsvliegtuigen uit de fabrieken waren ontvreemd en in Britsche handen waren gevallen. Uit dergelijke mededeelingen blijkt zoo nu en dan hoe de diverse spionnagediensten op het oogenblik in alle staten hun werlw verrichten en ook hoe men overal maatre gelen treft om geheime acties op te sporen en uit te roeien. In Turkije en Egypte heeft men huiszoe kingen bij Duitschers gedaan, zoowel bij particulieren als organisaties, waarbij waar devolle informaties over de Duitsche pro paganda zijn verkregen. In Engeland heeft men gister aan 600.000 man van de Britsche spoorwegen de op dracht gegeven op reizigers te letten, die door hun spreken of gedragingen den in druk maken, dat zij agenten van de Duit sche regeering kunnen zijn. Aan leiders van spoorwegafdeelingen is opgedragen uit te kijken naar verdachte personen, die naar men van Britsche zijde heeft vernomen in Engeland aan wezig zouden zijn met het doel sabotage op het groote spoorwegbedrijf te plegen waar bij voornamelijk op de bescherming van de verkeersverbindingen moet gelet worden. In Zweden heeft men geruimen tijd last gehad van spionnen, die het buitenland be richten doorgaven van alle schepen welke uit Zweedsche havens vertrokken en men heeft hèt daaraan geweten, dat zoovele met hout en cellulose geladen vaartuigen wer den aangehouden. In Finland is men op het oogenblik bij zonder op zijn hoede voor Russische spion nen, mannen zoowel als vrouwen, die vaak met parachutes uit Russische vliegtuigen op het platteland worden neergelaten. Men heeft herhaaldelijk Russen gear resteerd die in het bezit van Finsche docu menten over de landsverdediging bleken te zijn en het is maar al te duidelijk, dat er onder de Finnen zelf nog geheime agenten van de Sovjet-Unie schuilen, die bij ont dekking zoo spoedig mogelijk gefusileerd worden. In Frankrijk tracht men alles uit te roeien wat nog eenigszins in contact staat tot de communistische actie. Dat men ook in een machtigen staat als Amerika wijdvertakte buitenlandsche spion nagediensten heeft, behoeft geen betoog. De toegang tot vertrekkende schepen in de havens wordt daar zeer sterk gecontroleerd omdat meermalen bleek, dat aan een bui tenlandsche mogendheid berichten ever diverse schepen en hun ladingen ver strekt werden waarvan vele torpedeeringen het gevolg zijn gebleken. Men heeft daar de laatste dagen een zeer gevaarlijke organisatie ontmaskerd, name lijk het zoogenaamde Christianfront, oogen- schijnlijk een onschuldige vereeniging, die zich in het bijzonder voor de sport interes seerde. Thans blijkt, naar uit New-York wordt gemeld, dat het doel der organisatie is zich te verzetten tegen het zenden van Ameri- kaansche munitie aan de geallieerden en wapenfabrieken en industriecentra aan te vallen wanneer Amerika in den Europee- schen oorlog betrokken mocht worden. Hoe gevaarlijk deze organisatie was en hoe zij overal haar vertakkingen had, kan blijken uit het feit, dat meerdere leden deel uitmaakten van de Nationale Garde en van diverse politiecorpsen. Volgens den rechter van instructie is dat nog maar uit de eerste onderzoekingen gebleken, maar zouden er nog vele verrassingen over dezen buiten landschen geheimen dienst verwacht kun ne- worden. Het is vanzelfsprekend, dat niet alleen Duitschland zijn geheime agenten heeft, maar ook de andere oorlogvoerende staten al blijkt de actie daarvan tot dusver moei lijker te constateeren. Dat Nederland en België als neutrale staten niet alleen in den spionnagedienst zijn opgenomen maar de landen zijn waar belanghebbenden elkaar het gemakkelijkst kunnen ontmoeten, is na den vorigen oorlog gebleken en het zal ook nu wel het geval zijn. De militairen en speciaal de recherche- en politiediensten hebben de opdracht in het bijzonder naar vreemdelingen en verdachte handelingen uit te kijken en het publiek zal, door onmiddellijke aangifte van opvallende gebeurtenissen, den opsporingsambtenaren zeer goede diensten kunnen bewijzen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1