DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Engeland en de Economische oorlógvoering.
Een verklaring van den Zweedschen premier.
De Finnen slaan Russische
aanvallen af.
„Sofveig's lied" klinkt in de Finsche wouden.
De aigemeerie toestand.
Toch schending van Duitsch
gebied door een
Nederlandrch
vliegtuig
TOONKUNSTCONCERT
;n macht de schande der
en uit te wisschen en wel
elijk. Ook de luchtmacht
r actief, zij zouden echter
;n voordeel handelen, als
>p steden dan wel op
stations voorzien zouden
we alweer besluiten met
irgevoelens voor de dap-
moeten we nogmaals te-
strategische plan de ge-
d te hulp te laten komen
g bij Petsemo of wel via
landen. We doen dit om-
dan de militaire mede-
nps" thans op dit thema
1 deze operatie doen sa-
1e vlootactie in de Zwarte
onze meening er tegen-
olhouden omdat:
ieerden niet voldoende
Duitschers en Russen
>m zich deze expeditie te
/en. Vanzelfsprekend zon
:ralen staf de leiding ne-
nenlijke oorlogvoering en
an het goed bewapende
aog heel wat te maken
and op het Westfront te-
1 kon doen gelden, want
tusland en Duitschland
tegen de geallieerden,
aoch de noordelijke stre-
en Noorwegen leenen zich
voor zulk eene grootsch
eming door te weinig
nvoerwegen.
en DuitoChland zouden
binnenlijnen, wat, gezien
spoor- en straatwegennet
■an niet te schatten voor-
er over zee vanuit Enge»
k naar de operatiebasis is
veel te onveilig tegen
ingen uit Duitsche havens,
bij deze voornaamste re-
vel er meer zijn. Men zou
ijn te vragen: Hoe krijgt
n hoofd, door eigen opzet,
Rusland aan elkaar te
est-Europa niet te hopen,
eurt.
het Tempsartikel echter
ranl oopsgeest, gevolg van
het westen gaat het niet,
lan doen? Antwoord: vre-
is beter dan zulke on.ge-
ien. Zou de bevolking in
.nden misschien ongedul-
laatste speech van Cham-
ook al spoedige meerdere
i willen aanraden: vooral
te verliezen in dezen ze-
tnt dan verliest men den
i tegenstander, die geen
te houden met stemming
P UIT HAVEN VAN RIO
RTROKKEN.
ie bladen publiceeren een
le Janeiro, waarin wordt
het Duitsche s.s. Santos met
a koffie is uitgevaren.
BLIKEISCH CANDID AAI?
PRESIDENTSCHAP,
wordt gemeld: Frank E.
ide journalist en publicist,
itiek heeft geoefend op de
medegedeeld, candidaat te
iblikeinen bij de a.s. ver-
:t presidentschap.
L JACHTVLIEGTUIGEN
KOOPEN.
wordt vernomen, dat on-
angaande zijnde tusschen
Jrewster Aeronautical Cor-
i bestelling van jacht-
;n bedrag van 8 millioen
NGEN VAN L.U.T.O.
tweede helft van de com*
oor twee mooie overwin-
m versloeg Barna I met
10-0, terwijl het tweede
on van Barna III. Van het
Lamar zijn drie partijen te
Jr., een debutant, deed
•t tweede team.
Het P. T. T.-Nieuws-
euws was tot nu toe in de
belang voor P. T. T.-per"
onder het publiek bleek
bestaan voor dit maand-
het ook als informatie-
Dit is aanleiding geweest
i van het orgaan en het
nste van handels- en be-
verschenen Januari-num*
»aan in den nieuwen vorm
an, en ieder, die met den
T. T. in aanraking komt,
oor een rijksdaalder Pe^
Het nieuwe nummer ziet
;d uit ook in technisch op*
vens aardige foto's.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar f 2.
franco door het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN
Van 15 regels 1.25, elke regel meer f 0 25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. KERMS. CGSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 15
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Directeur: C. KRAK. Donderdag 18 Januari 1940
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
142e Jaargang
De Engelsche minister van Economische Oorlogvoering heeft in het Lager
huis een uitvoerig overzicht gegeven, waarin hij in het bijzonder de positie
der neutralen geschetst heeft. Hij heeft er op gewezen, dat neutrale koop
lieden vaak hun eigen regeeringsmaatregelen trachten te ontduiken waarom
Engeland een uitvoerige inlichtingendienst in het leven heeft geroepen. En
geland wil het den neutralen zoo gemakkelijk mogelijk maken, maar is
daarnaast genoodzaakt zijn rechten als oorlogvoerende ten volle uit te oefe
nen. Engeland wil slechts een barricade oprichten om het gebied dat onder
Duitsche controle staat. Hoe gemakkelijker de toegangen ter zee gecontro
leerd kunnen worden ,des te minder vertraging za) de neutrale scheepvaart
hebben.
De minister concludeerde, dat Duitschland zich na vier en een halve
maand in sommige opzichten in denzelfden economischen nood bevindt
als in twee jaar na den wereldoorlog.
In den Zweedschen Rijksdag heeft de ministerpresident Hanson medege
deeld, dat het doel van de samenwerking tusschen de Noorsche staten slechts
is hun neutraliteit en onafhankelijkheid te verzekeren. Het Zweedsche volk
heeft groote sympathie voor Finland. De Zweedsche regeering wil Finland
helpen en dai moet geenszins als een vijandige daad tegen het Russische volk
beschouwd worden. Zweden staat bij alles wat het doet onder geen enkelen
buitenlandschen invloed.
Ten Noorden van het Ladogameer hebben de Russen hun stellingen hij
Kitcïa opgegeven. De Russen, die hier terugtrekken, zouden aanzienlijke
verliezen hebben geleden. Ook bij Salla schijnen de Finnen de Russische
aanvallen grootendeels te hebben afgeslagen.
Languit in de sneeuw bij 25 graden vorst, om te
ontkomen aan de mitrailleurs der
Russische vliegtuigen.
Onze medewerkster in Finland
schrijft ons over een aan/al van Rus
sische vliegtuigen op een trein in
Finland, waarbij zij aanwezig was, het
volgende: „Zelf heb ik zoo juist weer
kennis gemaakt met den ruwsten en
gemeensten vorm van „oorlogvoe
ring", een luchtaanval op een rijden
den trein met geëvacueerde vrouwen
en kinderen. Niet bij vergissing, maar
met opzet schieten de Russische vlie
gers juist op de ambulance-treinen,
duidelijk herkenbaar aan het Roode
Kruis-teeken op de daken van de
wagons.
Dezen keer, zoo schrijft zij, hadden wij
een geluk bij een ongeluk, doordat het
alarmsignaal gegeven werd, juist toen de
trein door eert boschrijke streek reed.
Onder de honderd passagiers waren er
8 moeders met kleine kinderen, enkele
oudjes, die moeilijk loopen konden, en een
zieke, die naar het bosch gedragen moest
worden. Het was de vierde keer dién och
tend, dat het alarmsignaal klonk, en wij in
alle haast een schuilplaats in het bosch
moesten zoeken. De meest mobiele van
ons, vooral onze „Keurtroepen", zes jonge
Lotta s, hadden al doende een groote vaar
digheid gekregen om in verbluffend korten
tijd deze soort van „evacuatie" te vol
brengen.
Want wjj wisten, dat iedere seconde den
dood voor ons allen kon beteekenen. Wan
neer de Russen bemerkten, dat zij zonder
eigen risico op een afstand van 100 tot 200
meter 'op ons neer konden dalen met het
knetterende machinegeweer, zou zeker
gcon van ons levend ontkomenwant vóór
wij de prikkeldraadversperring tusschen
de spoorlijn en het bosch verwijderen kon
den, zou zeker veel bloed gevloeid zijn.
Wij vonden ook dezen keer onze schuil
plaats en moesten er genoegen mee nemen
languit in de 'sneeuw te liggen in omstreeks
25 graden vorst. Wij moesten geduld oefe
nen. Het eischt van ons gezonde volwas
senen al veel van ons uithoud'ngsvermo-
gen, dus dat kleine kinderen en oude zieke
menschen dit kunnen, verdragen is totaal
onbegrijpelijk.
Maar deze keer was er slechts een half
uur voorbij gegaan, toen er plotseling be
weging kwam in de achterhoede- van ons
troepje, ja wij hcorden zelfs enkelen lachen
met blijde uitroepen. Weliswaar was het
motorgeronk van de Russische vliegtuigen
verdwenen, maar de vliegers konden ieder
oogenblik terug komen, en men had ons
gezegd, dat het lang kon duren voor het
veiligheidssignaal gegeven werd. Daarom
begonnen wij voorzichtig te kruipen in de
richting van deze verrassende vioolijkheid.
Natuurlijk waren de Lotta's de oorzaak
van deze vroolijkheid. De Lotta's, die mid
den in het eenzame bosch kokend heette
kotfie te voorschijn tooverden!
Vier flinke lachende Lotta's schonken
den gloeiend heeten drank uit twee reuze
melktransportbussen, die ieder tien liter
bevatten. De koffieboonen had een van de
„Lotta's" meegekregen van thuis in haar
kerstvacantie; haar moeder had het ge
heele koffierantsoen van de familie ge
spaard voor haar jongste dochter, de Lot
ta, en dit kwam ons ten goede juist op
het oogenblik, dat wij het meest behoefte
eraan hadden. Maar de vraag rees: Waar
in s hemelsnaam hadden zij huis en
vuurplaats gevonden om deze kostelijke
drank te kunnen bereiden'
Het antwoord kreeg ik op zóó een dra
matische manier, dat ik mijn eigen ooren
niet wilde gelooven. Toen ik de Lotta's
vergezelde, naar het kamp terug, wa^r een
troep houthakkers hun slaapruimte en
eetlokaal, keuken en voorraadschuur in
ongeveer tien, pas getimmerde hutten
hadden, begreep ik eindelijk, dat wij ons
nu bevonden in dezelfde buurt van een
evacuatiekamp, dat wij den vorigen dag
bezocht hadden. Wij waren ir een cirkel
gereisd.
Toen wij de hut naderden, waar de
keuken was en waar de twee andere
Lotta's bezig waren met de koffie,
deden haar stemmen ons allen stil
staan en luisteren. Het was een Noor
sche stem, dié zong, een Noorsche
vrouwenstem. En dat was weer Sol-
veigs lied: „Misschien gaat de winter
en het voorjaar voorbij, ook de zomer
zal heengaan en misschien het heele
jaar."
De zingende vrouw, geen Lotta, maar de
vrouw des huizes stond bij 'het brandend
houtvuur, gebogen over de dampende
pannen. In de bedstee achter de deur lag
een zuigeling van twee of drie maanden
vredig te slapen met de speen in den
mond. De vrouw was groot er sterk ge
bouwd, omstreeks dertig, vijf en dertig
jaar. Zij had zwart haar en bruine oogen
en lachte met groote witte tanden als
antwoord, toen de Lotta's haar dankten
voor de gastvrijheid. Ik begreep direct,
dat zij weinig of niets begreep van het
Finsch, dat de Lotta's spraken waarschijn
lijk niet meer dan ik zelf!i
Daarentegen hield zij zieh in het begin
ongenaakbaar, toen ik zelf, ook een Noor
sche, haar aansprak in haar eigen taal. Als
het kind niet leelijke wonden gehad had
door bevriezing van de voeten, had ik de
moeder zeker niet aan het spreken gekre
gen. Maar terwijl ik bezig was het kind te
verplegen, zoo goed en zoo kwaad 'als het
ging, met mijn verband- en medicijnvoor
raad in noodverpakking, kreeg ik een ver
haal te hooren, dat misschien voor lezers,
ver van hier verwijderd, als een soort ro
man klinkt, maar voor ons hier in het Fin
land van heden, een alledaagsch verhaal
wordt. Duizenden van dergerijke romans
beleven wij dagelijks.
„Ergens in het Noorden", waar slechts
een smalle strook water de grens uit
maakte tusschen Noorwegen en Finland,
had zij gediend bij een koopmansfamilie.
Haar verloofde thans haar man had
als stuurman gezeild op de Finsche veer
boot tusschen de Finsche en de Noorsche
kust. Hij had haar verteld van zijn tehuis
hier in het bosch, van zijn gestorven moe
der, van zijn broers en zusters, die wegge
gaan waren en van den vader, den ouden
boschwachter,- die nu als een soort opzich
ter van dit houthakkerskamp dienst deed.
Na de geboorte van het kind begon zij
te verlangen naar een eigen huis, al was
het ook nóg zoo klein. Ofschoon de man
zijn stuurmansbetrekking reeds opgezegd
had en wilde, dat zij samen direct naar zijn
vader teisden, wilde zij toch eerst het jaar
uitdienen om wat rpeer geld bij elkaar te
krijgen. Maar plotseling kwam de oorlog,
die reeds iang voorspeld werd door de
jagers en visschers. ,Zij. wisten, welke
voorbereidselen de Russen reeds vele
maanden van te voren gemaakt hadden,
ja reeds vóór Kerstmis 1938.
Haar man, Armas heette hij (het be-
teekent. „Liefste", legde zij uit), was op
geroepen. Den dag daarna was ook zij
vertrokken met haar kind en het weinige,
dat zij in haar rugzak dragen kon. De
koopmansfamilie had haar volle jaarloon
uitbetaald, vertelde zij trotsch en dank
baar.
Veel had zij op de reis doorgemaakt. On
derweg had zij gezorgd voor drie kleine
kinderen, waarvan tie eigen ouders zoek
waren, maar langzamerhand werden de
kinderen overgenomen door de Lotta's, die
de adressen op de borst van de kinderen
lazen, waarschijnlijk er op genaaid door
moeders, die zelf misschien op de vlucht
gestorven waren. De eenige, die niet zoo'n
adres had, was Kaisa, het kleintje, dat zoo
van zingen hield. Zij had Kaisa afgege
ven aan de Lotta's, die klaar stonden aan
het stationnetje, waar zij zelf moest uit
stappen. Toch was zij de Lotta's gevolgd,
toen deze met haar kudde vluchtelingen
en geëvacueerde kinderen het station ver
lieten, om zich te overtuigen, dat Kaisa in
goede handen kwam. Dit zei zij langs haar
neus weg zonder ophef.
Na een heelen dag en een halven nacht
rondgedwaald te hebben, vond zij ten
slotte het kamp, waar de vader van haar
man woonde. Zij werd hier onmiddellijk
welkom geheeten, niet het minst als vrou
welijke werkkracht, waaraan de houthak
kers zoo zeer gebrek hadden. En dit ver
heugde haar zeer! Vanzelfsprekend werd
zij de huismoeder van dit kamp; zoo wilde
de oude vader het! Hij was zoo lief ge
weest voor haar en het kind. Nu wachtte
zij op de paar dagen verlof van haar man.
Zoo is het levenslot van de moderne
Solveig, overgeplant in den Finschen
grond van heden. Arm is zij en on
ontwikkeld en geheel niet romantisch
aangelegd, maar zij wordt groot en
mooi, omdat zij heelemaal opgegaan
is in toewijding aan man en kind.
Arm als zij is, zwoegt zij dag en
nacht, maar zij en haar kind zijn een
soort symbool geworden voor een
ouden vader en een jongen vader,
landsverdediger daarginds bij het
front. Voor de houthakkers, die
's avonds om het" vuur zitten, zijn zij
en het kind de personificatie van de
moderne Madonna.
Voor den armen man, die haar
naaste mannelijke beschermer is, zoo
lang zijn zoon aan het front is, was
het alsof zijn jeugd tvedergekeerd
wa„ Blijder kon hij niet geweest zijn,
als een' van zijn eigen dochters bij hem
gekomen was.
Wat doet het er toe, dat deze menschen
arm zijn? Wat zij gevonden hebben is
waarlijk: De steen der wijzen! De vreugde
van het oogenblik en de hoopf op de toe
komst, uitgedrukt in Solveigs lied:
„Misschien gaat de winter en het
voorjaar voorbij,
ook de zomer zal heengaan en
misschien het heele jaar,
Maar eens zul je komen,
Mijn liefde gelooft!
Ik zal op je wachten,
Dat heb ik beloofd.
God helpe je, waar je op aarde ook gaat,
God zegene je, als aan zijn voeten
je staat!
Hier zal ik je wachten tot je
weder keert,
En wacht jij mij hierboven,
Dan vind ik je daar.
Spionnage en
Sabotage.
Wanneer deze oorlog eenmaal tot het ver
leden behoort niemand kan helaas ver-
j klaren wanneer die onbezorgde tijd weer
zal aanbreken zullen er ongetwijfeld
meerdere verhalen over al of niet gelukte
j spionnagegevallen worden gedaan.
In vredestijd is de spionnagedienst al een
orgaan, dat contact heeft met personen en
organisaties in alle deelen der wereld en na
de spannende jaren welke thans achter ons
liggen, waarin de oorlogsdreiging tot den
grooten strijd is gegroeid, mag men veilig
aannemen, dat de geheime diensten der
oorlogvoerende staten een zeer groot ar
beidsveld hebben gevonden.
Het is een leger apart, dat spionnenleger
een onderdeel van de weermacht dat niet
met de wapenen strijdt, maar een nog veel
gevaarlijker taak heeft en de mannen en
vrouwen, die zich daarvoor beschikbaar
hebben gesteld, wagen welbewust hun leven
omdat de kleinste fout tot hun arrestatie kan
leiden.
En men weet hoe het met spionnen gaat,
zij worden nog altijd als een soort verach
telijke tegenstanders beschouwd. Men neemt
ternauwernood de moeite ze te verhooren
en het einde is onverbiddelijk een haastige
executie.
Men mag aannemen, dat op het oogenblik
alle oorlogvoerende staten hun spionnen
aan het werk hebben, niet alleen in de
vijandelijke maar ook in de neutrale sta
ten.
Waar alles zoo onopvallend mogelijk ge
beurt is. het te begrijpen, dat men er in den
regel weinig of niets van bespeurt tenzij er
zooals eenige maanden geleden plot
seling koffers met Hollandsche uniformen
en een buitenlandsche bestemming ontdekt
worden, wat het maar al te duidelijk
maakt, dat zelfs een kleine neutrale staat
nog bezoek van ongewenschte gasten kan
krijgen.
Wij zullen hier niet verder ingaan op in
verloop van tijd in ons land verrichte rrres-
taties van zoogenaamde landgenooten, die
een buitenlandsch regiem blijkbaar van
grooter beteekenis achten dan de rust en
veiligheid welke hun op eigen geboorte
grond worden geboden.
Niet Holland is in de eerste plaats het ter
rein van buitenlandsche spionnage, maar
v/el de staten bij welker actie de oorlogvoe
renden veel grooter belang hebben en
waaruit soms door middel van de geheime
diensten waardevolle informaties over
Het Duitsche Nieuwsbureau meldt:
Aan het westelijk front is de dag van gis
teren op de gebruikelijke wijze verloopen.
In den noordelijken sector werd de rust
slechts door licht artillerievuur verstoord.
Optreden van verkenningstroepen in be
perkten omvang deed op eenige punten
nieuwe opstellingen van den tegenstander
constateeren. Een Fransche verkennings-af-
deeling, ter sterkte van ongeveer 30 man,
werd bij Merten afgeslagen.
Tegenover andersluidende berichten
wordt de kortelings vastgestelde schen
ding van Duitsch souverein gebied door
een Nederlandsch vliegtuig bevestigd.
Het Nederlandsche vliegtuig is op 13
Januari door de luchtwacht bij Nord-
horn onbetwistbaar als zoodanig her
kend. Het vliegtuig droeg een zwart
omranden driehoek in oranjekleuren
onder het draagvlak als kenmerk der
nationaliteit. Het toestel koerste over
de fabriek Niehüs en Dütting in Nod-
hörn, vloog daar lager dan tevoren en
keerde vervolgens weer terug. De
schending van Duitsch souverein gebied
staat onbetwistbaar vast.
(Zooals reeds op 14 dezer door den re-
geeringspersdienst is medegedeeld, is uit
het ter zake ingestelde onderzoek onom-
stootelijk komen vast te staan, dat geen
Nederlandsch militair vliegtuig de Duitsche
grens heeft overvlogen).
Harmonie 25 Januari 1940, des av. 8 uur.
Toegangskaarten a 1.militairen en
leerlingen M.O. 0.50 bij Klooster Kiebèrt.
Zie verder Buitenland pag. 2, 2e blad.
regeeringsmaatregelen of legerplannen wor
den verkregen.
In Duitschland heeft men dezer dagen
met trots verkondigd, dat men foto's van
Engelsche bommenwerpers in handen had
gekregen en in Engeland is men er even
tevreden over geweest, dat de teekeningen
van Duitsche gevechtsvliegtuigen uit de
fabrieken waren ontvreemd en in Britsche
handen waren gevallen.
Uit dergelijke mededeelingen blijkt zoo
nu en dan hoe de diverse spionnagediensten
op het oogenblik in alle staten hun werlw
verrichten en ook hoe men overal maatre
gelen treft om geheime acties op te sporen
en uit te roeien.
In Turkije en Egypte heeft men huiszoe
kingen bij Duitschers gedaan, zoowel bij
particulieren als organisaties, waarbij waar
devolle informaties over de Duitsche pro
paganda zijn verkregen.
In Engeland heeft men gister aan 600.000
man van de Britsche spoorwegen de op
dracht gegeven op reizigers te letten, die
door hun spreken of gedragingen den in
druk maken, dat zij agenten van de Duit
sche regeering kunnen zijn.
Aan leiders van spoorwegafdeelingen is
opgedragen uit te kijken naar verdachte
personen, die naar men van Britsche
zijde heeft vernomen in Engeland aan
wezig zouden zijn met het doel sabotage op
het groote spoorwegbedrijf te plegen waar
bij voornamelijk op de bescherming van de
verkeersverbindingen moet gelet worden.
In Zweden heeft men geruimen tijd last
gehad van spionnen, die het buitenland be
richten doorgaven van alle schepen welke
uit Zweedsche havens vertrokken en men
heeft hèt daaraan geweten, dat zoovele met
hout en cellulose geladen vaartuigen wer
den aangehouden.
In Finland is men op het oogenblik bij
zonder op zijn hoede voor Russische spion
nen, mannen zoowel als vrouwen, die vaak
met parachutes uit Russische vliegtuigen op
het platteland worden neergelaten.
Men heeft herhaaldelijk Russen gear
resteerd die in het bezit van Finsche docu
menten over de landsverdediging bleken te
zijn en het is maar al te duidelijk, dat er
onder de Finnen zelf nog geheime agenten
van de Sovjet-Unie schuilen, die bij ont
dekking zoo spoedig mogelijk gefusileerd
worden.
In Frankrijk tracht men alles uit te roeien
wat nog eenigszins in contact staat tot de
communistische actie.
Dat men ook in een machtigen staat als
Amerika wijdvertakte buitenlandsche spion
nagediensten heeft, behoeft geen betoog.
De toegang tot vertrekkende schepen in de
havens wordt daar zeer sterk gecontroleerd
omdat meermalen bleek, dat aan een bui
tenlandsche mogendheid berichten ever
diverse schepen en hun ladingen ver
strekt werden waarvan vele torpedeeringen
het gevolg zijn gebleken.
Men heeft daar de laatste dagen een zeer
gevaarlijke organisatie ontmaskerd, name
lijk het zoogenaamde Christianfront, oogen-
schijnlijk een onschuldige vereeniging, die
zich in het bijzonder voor de sport interes
seerde.
Thans blijkt, naar uit New-York wordt
gemeld, dat het doel der organisatie is zich
te verzetten tegen het zenden van Ameri-
kaansche munitie aan de geallieerden en
wapenfabrieken en industriecentra aan te
vallen wanneer Amerika in den Europee-
schen oorlog betrokken mocht worden.
Hoe gevaarlijk deze organisatie was en
hoe zij overal haar vertakkingen had, kan
blijken uit het feit, dat meerdere leden deel
uitmaakten van de Nationale Garde en van
diverse politiecorpsen. Volgens den rechter
van instructie is dat nog maar uit de eerste
onderzoekingen gebleken, maar zouden er
nog vele verrassingen over dezen buiten
landschen geheimen dienst verwacht kun
ne- worden.
Het is vanzelfsprekend, dat niet alleen
Duitschland zijn geheime agenten heeft,
maar ook de andere oorlogvoerende staten
al blijkt de actie daarvan tot dusver moei
lijker te constateeren.
Dat Nederland en België als neutrale
staten niet alleen in den spionnagedienst
zijn opgenomen maar de landen zijn waar
belanghebbenden elkaar het gemakkelijkst
kunnen ontmoeten, is na den vorigen oorlog
gebleken en het zal ook nu wel het geval
zijn.
De militairen en speciaal de recherche- en
politiediensten hebben de opdracht in het
bijzonder naar vreemdelingen en verdachte
handelingen uit te kijken en het publiek zal,
door onmiddellijke aangifte van opvallende
gebeurtenissen, den opsporingsambtenaren
zeer goede diensten kunnen bewijzen.