KIORTH STATE Voorstel tot herwaardeering van den goud voorraad der Nederl. Bank. Een boekenwinst van f 221 miilioen. Verlof aan vrijwilligers voor Finland thans ongewenscht. EEN VERGADERING MET HINDERNISSEN. EEN VEELBEWOGEN VACANTIE 2 Ingediend is een wetsontwerp tot voorloopige voorziening ten aanzien van de waardebepaling van den voorraad gouden munt en gouden muntmateriaal van de Nederland- sche Bank en regeling van de gevol gen dier voorziening. In de Memorie van Toelichting zegt de mi nister, dat sedert .Nederland in September 1936 den gouden standaard heeft verlaten, in de boeken der Nederlandsche Bank de waardeering van den aan haar toebehooren den goudvoorraad gehandhaafd is op den grondslag van den ouden aankoopprijs van goud, welke prijs laatstelijk 1647.50 per kg fijn bedroeg. De depreciatie van den gulden is derhalve bij die waardeering buiten aan merking gebleven, eenerzij ds omdat ook in andere landen, met name in Engeland, een herwaardeering van den goudvoorraad niet had plaatsgevonden, anderzijds in verband met de mogelijkheid, dat binnen betrekke lijk korten tijd tot het herstel van den inter nationalen goud enstandaard en een defini tieve stabilisatie van de nationale geldeen- heden zou besloten kunnen worden. De nadeel en, die naar het oordeel der regeering moesten worden aanvaard, betref fen in de eerste plaats de financiering van het egalisatiefonds en voorts de voortzetting van de afschrijving op het door de Neder landsche Bank geleden pondenverlies over eenkomstig de bij de wet van 27 Mei 1932 getroffen regeling. In beide opzichten is in de eerste plaats het financieel belang van den staat in het geding. De minister becijfert het nadeel uit hoofde van deze beide om standigheden op omstreeks 2% millioen per jaar. Hierbij valt in het oog te houden, aldus betoogt hij, dat, zou de rente op de geld markt een verdere stijging gaan vertoonen, dit nadeel dientengevolge aanmerkelijk zou kunnen toenemen. De minister is thans tot de slotsom geko men, dat het blijven volgen van bovenge' noemde gedragslijn, het brengen van niet orhelaneriike offer-; voor het instandhouden van een fictie onjuist zou zijn. Alle groote landen en de rvergroote meerderheid der overige landen he'ohen thans de denreciatie van hun munteenheid in de boekhouding der circulatiebanken rot uitdrukking gebracht Dit moet er toe leiden, dat een terugkeer tot de oude pariteit en een belangrijke ver mindering van de huidige depreciatie niet langer geacht kunnen worden op het terrein der redelijke vewaehtingen te liggen. Bo vendien is duidelijk tot uiting gekomen, dat op een herstel van den gouden standaard en een definitieve stabilisatie van de nationale geldeenheden binnen betrekkeliik korten termijn niet valt te rekenen. Men moge zulks betreuren, het feit valt niet te ontken nen en de regeering acht zich vernlicht uit dit feit de conseouenties te trekken. De minister is niet van oordeel, dat thans tot de wettelijke stabilisa tie van den gulden zou zijn over te gaan. Zoolang belangrijke andere landen niet tot het herstel van den internationalen gouden standaard bereid zijn, dient, naar zijn meening, ook Nederland zijn vrijheid te be houden. Het karakter van een zwe vende valuta wordt derhalve door de voorgestelde regeling niet aan den gulden ontnomen. Deze regeling beoogt, bij wijze van voorloopige voorziening, gelijk in de considerans wordt vermeld, te geraken tot een herwaardeering van den goudvoorraad van de Neder landsche Bank op den grondslag van een depreciatie van den gulden met 18 ten honderd. Dit percentage stemt ongeveer overeen met de geringste depreciatie, welke de gul den sedert het verlaten door Nederland van den gouden standaard, heeft vertoond. De tegenwoordige depreciatie bedraagt ten naastebij 22 ten honderd. De minister meent echter met het oog op het zooeven omschre ven karakter van den gulden als zwevende valuta en in verband met de abnormaal hooge kosten welke onder de geldende om standigheden aan goudverzendingen verbon den zijn voorshands niet verder te mogen gaan dan in het wetsontwerp wordt voorge steld. Door de thans voorgestelde her waardeering van den goudvoorraad van de Nederlandsche Bank wordt een winst in guldens genoteerd groot 221.000.000. Tengevolge van de depreciatie met 18 zal n.l. de prijs van kg fijn stijgen van 1647.50 tot 2009. De hierbovengenoemde winst zal worden bestemd: 1 tot vereffening van het destijds door de Nederlandsche Bank geleden ponden verlies ten bedrage van 30 millioen. 2 ter versterking van den kapitaaldienst van het thans in voorbereiding zijnde leeningsfonds tot een bedrag van 117 millioen gulden. 3 tot delging van het door het Egalisatie fonds geleden boekverlies als gevolg van de verschaffing van middelen aan dit Fond"- -or middel van rentedra gend sch dpapier, waartoe het res tant zal worden bestemd. De minister wil de voorgestelde regeling op 31 Maart a.s. doen ingaan. PSEUDO-GEESTELIJKE AANGEHOUDEN TE ROERMOND. Een goede vangst. De politie te Roermond is et in geslaagd de hand te leggen op zekeren C., geboren te Wittem, die zich jarenlang voor geeste lijke heeft uitgegeven en als zoodanig heeft rondgezworven in Oostenrijk, Duitschland, België, Frankrijk en Italië. Ook in ons land heeft hij op verscheidene plaatsen zijn practijken uitgeoefend. Vrijdagavond om zeven uur werd de po litie te Roermond opgebeld door een geestelijke uit deze gemeente rret de rae- dedeeling, dat zich iemand in zijn gezel schap bevond die zich als geestelijke voor deed, doch dirn hij niet vertrouwde. Na dit telefoontje achtte de pseudo-geestelijke het blijkbaar raadzamer zich uit de voeten te maken. Hij had evenwel bij den geeste lijke, dien hij had bezocht, een adres ach tergelaten, waar hij den nacht zou door brengen. De politie vervoegde z:ch aan dit adres, waar zij een onderzoek instelde. Men vond o.a. een koffer met waschgced en priesterkleeren, w.o. een bonnet en steek. Bij verder onderzpek bleek, dat de gezochte zich ook te Maasnie! had opge houden. Hier kreeg de politie eenige nade re gegevens. Het signalement kon thans worden samengesteld, waarop de politie radio-omroep dit verspreidde. Het bleek, dat de man zich van Roermond naar Nijmegen had begeven, waar hij in een klooster had overnacht. Hij werd hier door de recherche achter haald en op transport gesteld naar Roer mond, waar hij Maandagavond arriveerde en nog denzelfden avond aan een schern verhoor wemd onderworpen. Hierbij kwam vast te staan, dat de man zich bij zijn om zwervingen had schuldig gemaakt aan diefstal en oplichting. Onder 't voorwend sel, dat hij over eenige maanden te Mar seille tot priester zou worden gewijd had hij geld en onderdak weten te verkrijgen. De man had ii verschalende kloosters en seminaries vertoefd. Gister is hij ter be schikking van de justitie gesteld. ffwespifn Akkertje 1 j AMERICAN «/CIGARETTES Op een schriftelijke vraag van het lid der Tweede Kamer, den heer Van der Goes van Naters (s.d.), betref fende het verleenen van verlof aan Nederlandsche vrijwilligers, zich in Finschen krijgsdienst te begeven, heeft de minister van algemeene zaken a.i., voorzitter van den raad van ministers geantwoord, dat de regeering het in de bestaande tijds omstandigheden ongewenscht acht te bevorderen, dat aan Nederlanders verlof wordt verleend in vreemden krijgsdienst te treden. N.S.B.-VERGADERING IN MILITAIR GEBOUW. Op schriftelijke vragen van het lid der Tweede Kamer, de heer van der Goes van Naters betreffende het houden van een vergadering der N.S.B. in een gebouw, waarin een militaire commandopost geves tigd was, en het waarnemen van een tunctie ïr. den „Nationalen Jeugdstorm" door een reserve-kapitein, heeft de minister van de fensie, geantwoord, dat het onderzoek ge leid heeft tot de volgende conclusie: a. Op 29 Nov. 1939 is in een hotel te Zeist door de leden van de groepen Zeist en Drie bergen van de N.S.B. een besloten verga dering gehouden. b. Voor het houden van de onder a. be doelde besloten vergadering was geen vergunning vereischt, noch van de burger lijke, noch vap de militaire autoriteiten. c. De zaal, waarin de vergadering werd gehouden de beneden-achterzaal ligt geheel afgescheiden van de localiteiten op de eerste verdieping waarin de com mandopost van den kantonnementscom- mandant is gevestigd; zaal en commando post kunnen niet door denzelfden ingang worden bereikt; bovendien worden op de i eerste verdieping de kamers, waarin de bureau van de commandoposten gevestigd zijn, door militair personeel bewaakt. d. Er zijn geen militairen in de vergade ring aanwezig geweest. Evenmin hebben zich, gedurende de vergadering, militairen opgehouden in de straat, waar het hotel is gelegen. e. De betrokken reserve-kapitein heeft met de vergadering geen enkele bemoeienis gehad. Ontslag uit den dienst. Deze conclusie geeft den minister geen aanleiding tot het treffen van maatregelen. Afgescheiden van het vorenstaande is meer- bedoelde reserve-kapitein bij koninklijk be sluit van 17 Januari eervol ontslag uit den militairen dienst verleend op grond van het feit, dat hij nadat de minister van defen sie hem er op had gewezen, dat aansluiting bij of eenigerlei steunverleening aan den nationalen jeugdstorm op grond van het be paalde in de ministerieele beschikking van 10 Maart 1933, in strijd is met de plichten van den militairen ambtenaar en derhalve voor hem is verboden niet binnen rede lijken tijd voor het lidmaatschap van den nationalen jeugdstorm heeft bedankt. DE VORST EN DE TUINBOUW IN HET WESTLAND. Bij den dooi is in het Westland gebleken, dat de strenge vorst der laatste weken zeer groote schade heeft aangericht aan de tuirj- bouwgewassen. Vooral de te veld staande spruitkool blijkt voor een groot gedeelte vernietigd te zijn. Deze groote schade is dus een herhaling van de vorstschade van December 1938, toen vrijwel alle tuinbouw producten vernietigd werden. De tuinbouwers, vooral de spruittelers, worden financieel zwaar getroffen. Men verwacht ook, dat de glasandijvie veel geleden zal hebben van de vorst. Over het behoud van bloemkool- en slaplanten zijn de verwachtingen ook niet hoog ge spannen. MAN EN VROUW BEWUSTELOOS DOOR RIOOLGAS Ongeval te Weesp. Gistermorgen vroeg werden in een woonhuis te Weesp een man en een vrouw in diep bewusteloozen toestand aange troffen. Het parket uit Amsterdam stelde on middellijk een onderzoek in. Het bleek, dat hoogstwaarschijnlijk gas uit een riool is ontsnapt. Dit riool, waarin onder gewone omstandigheden voldoende buitenlucht kan doordringen, was in deze dagen van vorst en sneeuw volkomen afgesloten, zoodat de ontwikkelde gassen een uitweg zochten door een opening in een oud ge deelte van het riool. Deze gassen zijp toen in de woning terecht gekomen. Reeds eenige dagen hadden de bewoners een zonderlinge lucht in hun huis opgemerkt. Zij waren echter niet naar bouw- en wo ningtoezicht gegaan. In het riool bevonden zich waarschijnlijk ook resten van wasch- benzine, afkomstig van een naburige garage. AANGEHOUDEN WEGENS POGING TOT DOODSLAG. De Amsterdamsche politie heeft een 27-jarigen man in zijn woning in de Jan Hanzer.straat aangehouden, verdacht van poging tot doodslag. Hij had op den avond an 8 Januari jl. een koopman in de Ten fatestraat, bij wien hij als knecht in lenst was, na een woordenwisseling op het hoofd geslagen. Naar hij bij zijn ver hoor bekende, omdat de baas onbillijk tegen hem was opgetreden. De verdachte had eenigen tijd geleden een hersenschud ding opgeloopen en de gevolgen daarvan waren nog steeds in zijn gedragingen merkbaar. De man zal voor den officier van justitie worden geleid. NIET ZELF DISTRIBUTIESTAMKAARTEN VERANDEREN. Hoewel de distributiestamkaart nog niet in gebruik is genomen ten dienste van de distributie, is het goed, dat onder de aan dacht van het publiek wordt gebracht, dat het niet geoorloofd is, dat de houders van deze kaarten wijzigingen aanbrengen in de daarop gestelde gegevens. Alle wijzigingen of aanvullingen op de distributiestamkaarten b.v. in verband met huwelijk of met verhuizing naar een andere gemeente behooren te worden aangebracht door den burgemeester of den daartoe door dezen aangewezen ambtenaar in de gemeente, waar men zich vestigt. Het bovenstaande is niet van toepassing op de rijksdistributiekaarten. Op deze kaar ten kunnen de houders zelfs de verschillen de gegevens vermelden. Adresveranderingen binnen de gemeente worden op de distribu tie-stamkaarten niet aangeteekend. FELLE BRAND TE ZUTFEN. Gistermiddag heeft in de Turfstraat te Zutfen een felle brand gewoed in het magazijn van rijwielen en onderdeelen, electrische artikelen, enz. van den heer Besselink. Het vuur ontstond door het springen van een flesch benzol en nam spoedig een dreigend karakter aan. De bewoners kon den zich nog juist bijtijds ir veiligheid stellen. Met groot materiaal rukte de Zutfensche brandweer uit. Zeven stralen werden op het brandende huis gericht, terwijl tege lijkertijd de omliggende winkelhuizen werden beschermd. Deze liepen dan ook slechts waterschade op. de bram weer kon niet verhinderen, dat het winkelpand en de daarbSven gelegen woning geheel uit brandden, VLIEGTUIG EN VRACHTAUTO'S NAAR URK. Gistermiddag is de K.L.M.-piloot Bax met een Fokker 7, komende van Schiphol, op Urk geland. Het toestel had een hoeveel heid post en tien kisten gist medegenomen. Op den terugtocht nam de machine enkele passagiers en post mede. Vanochtend is wederom tweemaal een vliegtuig van Schip hol naar Urk vertrokken voor het vervoe ren van post en passagiers. Van Lemmer komen regelmatig vracht auto's met levensmiddelen over het ijs naar Urk. PARLEMENT Eerste hamer Minister Weiter kwam te laat. De Eerste Kamer was gisteravond bijeen geroepen ter behandeling van een kleuie agenda, waarop een drietal hamerstukken voorkwam en een z.g.n. 5 a-contract, een concessie-verleening volgens art. 5 a der Indische Mijnwet aan de N.V. Mijnbouw Maatschappij „Celebes" voor de opsporing en ontginning van ijzer, nikkel, kobalt, chroom en mangaan in een terrein, gelegen in de residentiën Celebes en onderhoorig- heden en Menado. Alleen bij dit laatste ontwerp was eenige discussie te verwach ten. Voor een onderhandschen verkoop van grond te Amsterdam, de goedkeuring van de heffing van een invoerrecht op zinkwit, en de voorloopige gemeentelijke indeeling van eenige gebieden langs den rand van den Noordoostelijken polder zouden de sluizen der welsprekendheid wel niet loskomen, on danks het feit, dat de ministers van Boeijen en de Geer aanwezig waren om eventueele sprekers te woord te staan. Inderdaad gin gen ze ook onder den hamer door. Bij 't 5 a-contract stak de heer Vijlbrief (s.d.) van wal, ongetwijfeld zich opmakend om de bezwaren van zijn fractie, die dezelf de zouden zijn als die van geestverwanten in de Tweede Kamer en van een deel, zij 't eveneens een minderheid, van den Volks raad, uiteen te zetten, toen we eensklaps minister van Boeijen naar den voorzitter zagen schietèn en hem iets in 't oor fluiste ren. Wat baron de Vos van Steenwijk niet, maar de perstribune en wellicht eenige Ka merleden wél hadden opgemerkt was, dat de minister van koloniën achter de regee- ringstafel ontbrak! De voorzitter verzocht den heer Vijlbrief wel zoo goed te willen zijn z'n rede af te breken, omdat minister Weiter niet aanwe zig was en minister van Boeijen niet ge machtigd was hem te vervangen. In ver band waarmede hij aan de Kamer voorstel de de behandeling van het wetsontwerp tot een volgende vergadering uit te stellen. De Kamer had dezen keer onverwacht een „vroegertje". Vandaag behandelde de Senaat de be grooting van buitenlandsche zaken. De oorzaak van het feit, dat de minister van koloniën niet op tijd verscheen, lag in het feit, dat hij op weg naar het Binnenhof vertraging ondervond doordat zijn auto te kampen had met de gladheid. De minister kwam slechts enkele minuten te laat in de Kamer, doch de vergadering was inmid dels verdaagd. DE KONINGIN EN PRINSES JULIANA PER AUTO NAAR MARKEN. Gistermiddag werd Monnikendam ver rast door de komst van de koningin en prin ses Juliana, die even over half vier per auto in het dorp arriveerden. Op den Zuiderzee dijk verlieten de vorstelijke personen den wagen en begaven zij zich een oogenblik op het ijs om te genieten van den prachti- gen aanblik en de vroolijke bedrijvigheid van de schaatsenrijders in oogenschouw te nemen. Daarna stapten beiden weer in de auto, waarmede zij den tocht over de Gouwzee naar het eiland Marken voortzetten. Hierop volgde een tweede auto, waarin het gevolg gezeten was. Omstreeks half vijf keerden de auto's in Monnikendam terug. In vrij snelle vaart hadden de auto's in totaal drie in getal naar Marken gere den, vanwaar langs denzelfden weg de terugtocht werd gemaakt. De bezoeksters waren op het eiland niet aan land gegaan. Oude man aan brandwonden overleden. - Gisteravond is in het perceel Tweede Wete ringdwarsstraat 35 te Amsterdam een 64- jarige man op een petroleumkachel gevallen. Er ontstond een kleine binnenbrand, welke de brandweer spoedig had gebluscht. De oude man bekwam deerlijke brandwonden en moest naar het Binnengasthuis worden overgebracht. Hier is hij kort na aankomst overleden. J^uMeion Naa» t En^elsch van Maxwell March. 57) Hij hoorde haar zuchten en hij voelde haar kleine, koude hand, die de zijne zocht Toen viel plotseling het felle licht van een sterke zaklantaarn op zijn gezicht en een stem, die hij allerminst verwacht had zei zacht: „Inspecteur Biest, als ik het wel heb. Mis schien wilt u zoo goed zijn, om uw handen boven uw hoofd te houden. Er is een revol ver op u gericht, Ik heb twee helpers aan boord en ik kan u wel verzekeren, dat zii een paar vormen, dat zelfs door een man van uw postuur niet met bloote handen moet worden aangepakt en zeker niet in 'n boot, die zulk een kostbare lading heeft". David gehoorzaamde. Het bloed in zijn hersens scheen ijs te worden, want zonder verderen uitleg wist hij, dat de man, voor zijn oogen door het felle licht onzichtbaar niemand anders was dan Saxon Marsh, zijn en Judy's gevaarlijkste vijand. HOOFDSTUK XXI. Mijn toekomstige vrouw. „Hoewel het wel uw laatste bootreis za) zijn, inspët leur, hoop ik toch, dat u zich op uw gemak zult voelen". Bij het zwakke schijnsel, dat terugkaatste van den lichtbundel, die de boot in de goe de richting moest houden, kon David nog juist het skeletachtige gezicht van den man, die tegenover hem zat, onderscheiden, Judy lag als een klein, zielig hoopje op de bank naast hem. De twee leden van de bemanning hadden hun handen'vol, de een met het stuurrad en de ander met het zoek licht. De kleine roeiboot was niet meer te zien, want de motorboot liep op volle kracht en had den steven naar de open zee gewend. David was m.achteloos. Hij wist, dat hun eenige kans op redding daarin bestond, dat hij zich kalm hield en rustig zijn tijd af wachtte. De zware revolver van Saxon Marsh was steeds op zijn lichaam gericht en hij was ervan overtuigd, dat de man bij de minste beweging zonder aarzelen zou schieten. „Ik voel mij volkomen op mijn gemak, mijnheer Marsh", loog David. „Zelfs mijn kleeren beginnen weer op te drogen. Als het niet al te brutaal is, zou ik wel graag willen weten waar we naar toe gaan". Saxon Marsh lachte wreed. „Dat is niet te veel gevraagd. Ofschoon u ons niet aldoor zult vergezellen, inspecteur, vind ik toch wel, dat u er in zekeren zin recht op hebt. om te weten wat ik met u en uw jonge vriendin voor heb, In de eerste plaats", ver volgde hij op een rustigen conversatietoon, „zult u er misschien belang in stellen, te hooren, dat u het niet zoo heel lang meer maken zult. En het komt alleen doordat ik liever reis met een levenden man dan met een lijk aan boord, anders was u al dood geweest, een kieskeurigheid, die u misschien niet van mij verwacht had. Ik vind het be ter, uw lichaam aan de volle zee toe te ver trouwen, inspecteur. Het strookt ook beter met mijn voornemens, als u met gespleten schedel op de een of andere vreemde kust aanspoelt". Hier hield hij een kleine pauze, „De vreemde politie zal ook niet zooveel gevoelige belangstelling voor het lot van een Engelschen confrère aan den dag leg gen, als de Londensche politie voor hun direeten collega. Daar ik misschien nog van plan ben om weer naar Engeland terug te keeren, wil ik mij ervoor vrijwaren, dat ze mij dan met een stelletje officieële vragen komen lastig vallen". David ging makkelijk achterover zitten en keek den man met half gesloten oogen aan. Hij vroeg zich af, wat voor een kron kel in de koude, berekenende hersenen het wel kon zijn, die Marsh.er toe bracht, om zijn toekomstige slachtoffers met zichtbaar genoegen te martelen. De man had er ple zier in, voelde hij instinctief. Er klonk onmis kenbaar voldoening in zijn stem, een soort tevredenheid, die hij blijkbaar niet onder zich kon houden, zelfs niet, als hij dat ge wild had. David besloot die zwakheid uit te bui ten. Het was wel een stroohalmpje, waar hij zich aan vastgreep, maar het was in elk geval toch iets. „Ik bewonder uw overleg, mijnheer Marsh", zei hij, „En bent u van plan met deze boot Engeland te verlaten? Ik geloof wel, dat u het Kanaal er mee oversteken kunt". „Mijn waarde heer", zei Marsh geamu seerd, „ik ben niet jong meer. Op mijn leeftijd gaat men niet meer op avontuur uit. Mijp jacht wacht op me. Sinds van avond zes uur wacht het al op me. Ik kom dus niet eens zooveel te laat. Mijn kapitein kan tevreden zijn, want ik ben niet altijd zoo punctueel. Maar dank zij een gelukki ge omstandigheid, en u niet te vergeten, mijn beste inspecteur, ben ik in staat ge weest, alles wat ik mij voorgenomen had. met een minimum moeite en risico voor mijzelf af te doen. Maar dat kunt u natuur lijk niet begrijpen". „Dat vrees ik ook", merkte David droog jes op. Hoewel hij zich heel goed in be dwang hield, vond hij die rustige stem, die al die schurkachtige onthullingen deed, om razend van te worden. „Daar wij toch nog éven den tijd heb ben, kan ik het u misschien nog wel duide lijk maken". Weer was aan zijn stem te hooren, dat hij erg met zich zelf en zijn schurkenstre ken was ingenomen. „Door omstandigheden ben ik genood zaakt, het land voor korten tijd te verlaten Ik ben namelijk bang, dat ik dezen morgen door een vreeselijk vervelende jonge dame herkend ben en daar zij in gezelschap was van een actief uitziend inspecteur van poli tie, oordeelde ik het beter, om voor een tijdje te verdwijnen. En daarom heb ik mij In verbinding gesteld met den kapitein van mijn jacht. „Niettemin was ik besloten, om dat, waar ik mijn zinnen op gezet had, niet prijs te geven. Ik ben een welgesteld man, inspec teur Biest, en ik wensch dat tot mijn dood toe te blijven, Daarom was ik van plan het fortuin en passant mee te nemen, Ik hoop niet, dat ik u verveel?" „Geen sprake van", zei David laconiek, Saxon Marsh zuchtte. „Wat plezierig is het toch, om een belangstellend toehoorder te hebben! Heusch, inspecteur, het zal mij werkelijk verdriet doen u te moeten ver liezen. Nu dan, ik had mij op de hoogte ge steld waar mijn fortuin zich bevond en toen kwam het bij mij op, daar de vesting aan de landzijde zoo goed beschermd was, dat het van den zeekant uit misschien be ter zou gaan. Ik kwam dan ook de kust langs, om juffrouw Wellington uit de ar men van haar, door zich zelf tot bescher mers gepromoveerde gastheer en gast vrouw over te nemen en haar op romanti sche wiize te ontvoeren, wat, haar jeugd In aanmerking genomen, wel niet in slechte aarde zal vallen. Ik geef toe, dat kidnappen want ik ben bang, dat 't inderdaad kidnap pen is geweest, mij wel den noodigen last zou kunnen opleveren, maar ik ben wer kelijk verheugd, u te kunnen zeggen, dat alles dank zij uw hulp practisch zonder de minste moeite is verloopen. Uw verschij ning, mijn beste inspecteur, is eigenlijk het eenige, waar ik geen rekening mee gehou den heb. Ik vrees, dat het u uw leven zal kosten, maar zooals de zaken nu staan, zie ik niet in, hoe dat verholpen zou kunnen worden". Hij zweeg en bleef raadselachtig zitten lachen, terwijl de revolver nog aldoor op den jongen man gericht was. Judy bewoog zich, maar ze deed geen pogingen om op te staan en Saxon Marsh klopte haar zonder haar aan te zien op den schouder, want zijn oogen gingen geen se conde van zijn gevangene af. (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 6