Verhooging van de veiligheid voor schepen
op zee.
Commissie Van 't Haaf brengt rapport uit.
KOU OP»
DE BORST f
Arts door schildwacht
doodgeschoten.
Naar eer» breedere spreiding van het
vacantieverkeer.
De grondslagen der te nemen
maatregelen.
TWEEUE BLAD.
2
Aantal maatregelen
aanbevolen.
Kosten bedragen ongeveer
f 2.600.000
Ter landsdrukkerij is thans voor het
publiek verkrijgbaar het rapport van de
bij beschikking van 8 December j.l. door
den minister van waterstaat ingestelde
commissie ,aan welke is opgedragen, den
minister op korten termijn van aavies te
dienen omtrent de vraag of en zoo ja welke
maatregelen in deze bijzondere tijdsom
standigheden getroffen zouden kunnen
worden ter verhooging van de veiligheid
van schepen en hun opvarenden in ver
band met de heerschende gevaren ter zee.
Voorzitter van de commissie is de
heer P. S. van 't Haaff, inspecteur-gene
raal voor de scheepvaart.
De commissie heeft een samenstel van
veiligheidsmaatregelen ontworpen, die het
hierboven geschetste nadeel ondervangen,
maar deze zullen telkens aangevuld of
gewijzigd moeten worden, indien de om
standigheden dit noodig maken.
In de allereerste plaats moet daarbij
worden gedacht aan vragen, zooals die op
een gegeven moment zouden kunnen wor
den gesteld, namelijk of het uitvaren tij
delijk moet worden opgeschort, of, indien
de vaart tijdelijk is gestaakt, weder met
varen kan worden begonnen.
De commissie adviseert den mi
nister een permanente commissie
in te stellen, waarin naast ambte
lijke instanties, zoowel dt ree-
ders als de opvarenden zijn ver
tegenwoordigd, die op korten ter
mijn ten aanzien van de veiligheid
ter zee kan bijeenkomen en advies
geven aai. de regeering of aan
regeeringsinstanties. Hiertoe zou
de huidige commissie, al dan niet
aangevuld, kunnen worden ge
handhaafd. In spoedgevallen zou
een kern dezer commissie onmid
dellijk kunnen bijeenkomen.
Voorts adviseert de commissie
de noodige maatregelen te ne
men, waardoor de regeering zich
de bevoegdheid verschaft een
tijdelijk uitvaarverbod uit te
vaardigen, indien de omstandig
heden daartoe aanleiding zouden
geven.
De commissie heeft een groot aantal maat
regelen, welke op grond var. de huidige er
varing met betrekking tot de gevaren ter zee
in het belang van de veiligheid getroffen
zouden kunnen worden, onder het oog ge
zien.
Zij acht het gewenscht, dat aan boord van
vrachtschepen, waar de schroefastunnel een
lengte van 25 m. of meer tusschen het ach-
terpiekschot en de tunneldeur heeft, een
vluchtkoker op de tunnel wordt voorge
schreven.
Voor passagiersschepen bestaat een derge
lijk voorschrift reeds zonder eenige restric
tie.
Het is gewenscht de voortstuwingsruimte
meer uitgangen naar dek te geven door mid
del van klimtreden.
De commissie meent, dat de plaats van
de olievoorraden in het algemeen zooveel
mogelijk beperkt dient blijven tot voor- en
achterschip.
Waterdichte deuren.
Het is in het algemeen van groot belang
dat de waterdichte deuren tijdens het ver
blijf in de gevaarlijke zone gesloten zijn.
hooren te zijn. Velen zijn van oordeel, dat
deze buitenboord gedraaid moeten zijn, ten
einde redding in geval van nood te bespoe
digen. Anderen achten echter het nadeel,
n.l. de kans op beschadiging of verloren gaan
van booten bij mijnexplosies, grooter dan
het voordeel.
In de commissie gingen aanvankelijk dan
ook stemmen op om het risico evenals dit
veel op Engelsche schepen geschiedt, te ver-
deelen door de eene helft der sloepen bui
tenboord, de andere binnenboord te houden.
Of dit uitvoerbaar is, hangt echter af van
het aantal sloepen. Afgezien hiervan kunnen
weer andere omstandigheden medebrengen,
dat de sloepen niet buitenboord gedraaid
kunnen blijven. Zoo spelen de weersomstan
digheden, zoomede de hoogte van de booten
boven water, een rol. De commissie kwam
tot het inzicht, dat de beoordeeling hiervan
aan den kapitein moet worden overgelaten.
Wel acht zij het gewenscht en zij stelt
het als voorschrift voor dat de middelen,
waarmede deze booten voldoende gesjord
buiten boord gehouden kunnen worden, aan
wezig zijn.
Het verdient aanbeveling een voorschrift
voor den kapitein op te nemen, dat de boo
ten voor onmiddellijk gebruik gereed moe
ten zijn.
De commissie beveelt naar aanleiding van
het gebeurde bij de törpedeering van de
„Sliedrecht" aan, den kapitein de verplich
ting op te leggen zorg te dragen, dat nim
mer een reddingboot, voor wel doel ook,
wordt gebruikt, indien niet de volledige
uitrusting in de boot aanwezig is.
De commissie heeft aandacht besteed aan
de inventaris en de uitrusting der booten, in
verband met het feit, dat schipbreukelingen
soms dagenlang in een open boot hebben
moeten vertoeven, voordat redding nabij
was.
Zij acht het van zeer groot belang, dat,
behalve de in het Schepenbesluit voorge
schreven oefeningen, vóór het vertrek voor
een reis, die door het gevaarlijke gebied
voert, een sloepenoefening gehouden wordt
met alle passagiers en alle leden der be
manning.
Het verdient aanbeveling deze oefening
tevens te benutten voor het aantrekken van
de zwemgordels, waarbij erop dient te wor
den gelet, dat deze op de juiste wijze worden
gebruikt.
De commissie is van oordeel, dat de passa
giers hun zwemgordels in het gevaarlijke
gebied steeds bij de hand behooren te heb
ben, ook gedurende de maaltijden. Hetzelf
de geldt ten aanzien van de bemanning, van
wie men, evenals van de passagiers, niet kan
eischen dat zij de zwemgordels steeds dra
gen.
Aangezien de gezagvoerder moet zorgen,
dat passagiers en bemanning de zwemgor
dels steeds bij de hand hebben, is dit als een
verplichting voor den kapitein opgenomen.
Toch zal zich het geval kunnen voordoen,
dat een aantal opvarenden in geval van nood
niet meer bij hun zwemgordels kunnen ko
men. Er zal daarom voor een zeer voldoen
de reserve aan zwemgordels zorg gedragen
moeten worden.
Daarenboven lijkt het de commissie ge
wenscht, dat passagiersschepen nog een aan
tal zware vlotten meevoeren voor tenminste
10 pet. van het aantal opvarenden.
Voor de vrachtschepen beveelt de commis
sie een aantal zware vlotten aan, volgens den
volgenden regel: tot en met 10 opvarenden:
vlotten voor 100 pet. opvarenden. Voor de
volgende 20 opvarenden: vlotten voor 60
pet. dezer opvarenden. Voor de daaropvol
gende 20 opvarenden: vlotten voor 40 pet
Op passagiersschepen moeten de brand- I dezer opvarenden. Voor de daaropvolgende
deuren in de gevaarlijke zone gesloten zijn, opvarenden: vlotten voor 25 pet. dezer op-
indien dit naar het oordeel van den kapitein
niet door andere omstandigheden wordt be
let.
De commissie zou voorts het gesloten
houden van de patrijspoorten in de gevaar
lijke zone willen voorschrijven, zoowel on
der het schottendek bij passagiersschepen
en onder het vrijboorddek bij vrachtschepen
als van daarboven in de huid gelegen pa
trijspoorten. Zelfs het dichthouden van pa
trijspoorten in een gesloten bovenbouw,
als b.v. een kampanje, kan helpen om het
zinken van een schip althans te vertragen
en daardoor tijd te winnen voor redding.
Paravanen.
De beveiliging, welke paravanen tegen
het gevaar van verankerde mijnen kunnen
bieden, hangt af van dientestelling mijn,
diepgang schip, diepte sleeppunt (aangrij
pingspunt sleepkabels), de snelheid van het
schip en het beschikbare voortstuwingsver
mogen.
Er kan echter wel gezegd worden, dat
schepen met een bruto inhoud van 4000 ton
en grooter met voldoende snelheid en ver
mogen van paravanen zouden moeten zijn
voorzien.
De propaganda voor paravanen heeft tot
resultaat gehad, dat 62 stel werden besteld,
die nog vóór den oorlog geleverd konden
worden. Sindsdien ziin wederom verschil
lende reederijen tot bestelling overgegaan,
tot een totaal van 72 stel.
Indien, zooals verwacht mag wor
den, deze paravanen vóór Juni a.s.
afgeleverd zullen zijn, dan zullen op
enkele uitzonderingen na, alle passa
giersschepen met een bruto inhoud
van 4000 ton en meer met paravanen
zijn uitgerust, Ruim honderd vracht
schepen met een bruto inhoud van
4000 ton en meer blijven er dan
over, die niet over paravanen be
schikken.
De commissie is van oordeel, dat een
reductie van de molestpremie voor schepen,
die met para van en zijn uitgerust, alleszins
gemotiveerd zoude zijn.
Reddingbooten.
De commissie heeft zich beraden omtrent
de wijze waarop de booten, die vóór het
te water laten buitengedraaid moeten wor
den, in het gevaarlijke gebied opgesteld be
varenden.
De commissie vestigt nog de aandacht op
de waarde van kapok-matrassen als drij
vend toestel.
De commissie acht het van belang, dat
gelijk deze reeds is voorgeschreven voor pas
sagiersschepen met een bruto-inhoud van
1000 ton en meer ook op vrachtschepen
en op passagiers met een bruto inhoud van
minder dan 1000 ton een noodverlichting
op het sloependek aanwezig is, die dcor een
onafhankelijke krachtbron wordt gevoed.
Radio cp kleine schepen.
Het zou de veiligheid zeer ten
goede komen, indien alle schepen
van een radio telegraaf inrichting
voorzien zouden kunnen worden.
Deze is tot nu toe niet voorgeschre
ven voor vrachtschepen met een
bruto inhoud van minder dan 1600
ton. Op alle andere schepen, met uit
zondering van sleepschepen, is zulks
wel het geval. Gebleken is echter,
dat, indien de kleine schepen met
een bruto-inhoud van minder dan
500 ton, worden uitgeschakeld, ook
deze schepen voor een zeer groot
deel van een radio-telegraafinrich-
tlng zijn voorzien.
De commissie meende aanvankelijk dan
ook, dat In geval een radio .telegraafinrieh-
ting voor alle vrachtschepen met een bruto-
inhoud van meer dan 500 ton, zou worden
voorgeschreven, zulks niet op al te groote
bezwaren zou stuiten. Een nader onderzoek
wees echter uit, dat het benoadigde aantal
radio-telegrafisten of stuurlieden-telegrafis-
ten niet beschikbaar is.
De commissie heeft daarom gemeend als
alternatief van de redio-telegraafinrichtir.g
een telefooninstallatie te moeten stellen.
Nu in de huidige omstandigheden vele
kustlichten gedoofd zijn, doch de regeering
een aantal radiobakens heeftb ehouden, die
goede leiding bij bepaalde routes kunnen
geven, is de radio-richtingzoeker een veilig
heidsmiddel van bijzondere beteekenis.
Ofschoon de huidige redactie in de Sche
penwet den kapitein niet van de plicht ont
slaat om in het gevaarlijke gebied een uit
kijkpost te plaatsen, acht de commissie het
toch zeer gewenscht, dat een direct voor
schrift daartoe in het Schepenbesluit wordt
gegeven.
Wrijf s avonds rug en borst tn met
Dampo. Dan onder de wol! Volgende
morgen beter! Pot 50ct. Doos 30ct.
Ingeval van een ontploffing, moet het
voortstuwingswerktuig steeds dadelijk ge
stopt worden, ook indien daartoe niet een
order van de brug werd gegeven.
Niet signaleeren.
In verband met de handhaving
van de neutraliteit acht de commis
sie het noodig een voorschrift op
te nemen, waarbij het verboden is
van het zien of het aanhouden door
een oorlogsschip of militair vlieg
tuig, ook van niet-oorlogvoerende
landen, radio-grafisch of telefo
nisch, aan wien ook, kennis te
geven.
Het voorschrift is als instructie
voor den kapitein opgenomen.
De commissie acht het voorts in het be
lang van de algemeene beveiliging van de
vaart ter zee, dat zooveel mogelijk „radio
stilte" in acht wordt genomen.
Gezamenlijk varen.
De commissie acht het gewenscht,
dat de regeering zich thans reeds de
bevoegdheid verschaft om het geza
menlijk varen van twee of meer
sch-pen door het gevaarlijke gebied
dw.ngend te kunnen voorschrijven.
Het voorstoomen door een sleepboot met
paravanen heeft vooral beteekenis voor
schepen, die niet van eigen paravanen zijn
voorzien.
De commissie meent, dat het landsbelang
hierdoor zou worden gediend, indien de
financieele bezwaren werden opgeheven.
Een schip, dat zich bij een convooi van
een der oorlogvoerende partijen aansluit zal
door de andere partij niet meer als neutraal
schip worden behandeld en stelt zich der
halve bloot aan het gevaar van oorlogshan
delingen.
De commissie meent, dat de reeders zou
moeten worden ontraden hun schepen bij
eenig cimvooi van een der oorlogvoerende
partijen aan te sluiten.
De kosten der voorgestelde maatregelen
zullen voor de verschillende schepen uit-
eenloopen. Naai- een zeer globale schatting
zullen de gemiddelde kosten per schip ech
ter een bedrag van ongeveer 6000 uitma
ken. Van de geheele Nederlandsche koop
vaardijvloot beteekent dit een uitgave van
ongeveer f 2.600.000. Een aantal reederijen
heeft reeds voorzieningen getroffen. De
kosten daarvan zijn in genoemd bedrag
begrepen.
Tragisch ongeluk aan
de grens.
Vrijdagavond heeft zich bij het grenskan-
toor te Vlodrop een tragisch ongeluk afge
speeld. f ei-
Dokter J. Meuwigsep, arts te St.-Odilien-
berg, passeerde met zijn-auto het grenskan-
toor op zijn weg naar-een patiënt te Vlo
drop. De militaire post bij het kantoor gaf
den arts een teeken te -stoppen, doch waar
schijnlijk zag de heer Meuwissen dit niet,
althans hij reed door, waarop de schilwacht
op de auto vuurde. De kogel drong door een
zijraam naar -binnen en doodde den genees
heer vrijwel op slag. Het sl oh toffer is, na
dat het van de heilige sacramenten was
voorzien, overgebracht naar het St. Lau-
rentiusziekenhuis te Roermond. Militaire
autoriteiten, stellen een -uitgebreid ondex-
zoek in.
Dokter Meuwissen was 45 jaar oud, ge
huwd en vader van acht kinderen. Hij was
een broer van den burgemeester van Echt
Het gebeurde heeft in de omgeving van
Roermond groote ontsteltenis gewekt, daar
dokter Meuwissen een zeer geziene figuur
was.
DE EXTRA NATIONALE ROODE
KRUIS-COLLECTE.
Men schrijft ons:
Het is het Hoofdbestuur van het Neder
landsche Roode Kruis eëne behoefte uiting
te geven aan zijn bijzondere erkentelijkheid
voor de buitengewone medewerking alom in
den lande ondervonden bij gelegenheid van
de extra Nationale Roöde Kruis collecte
1940, die gehouden werd in de week 27 Ja
nuari—3 Februari.
Ondanks het feit, dat in vele gemeenten
nog eerst kort te voren gejden werden inge
zameld voor het Finsche Roode Kruis of de
jaarlijksche Roode Kruiscollecte 1939 nog
zeer versch in het geheugen lag, en ondanks
het buitengemeen ongunstige weer stren
ge vorst, zware sneeuwval, felle wind is
de collecte een groot succes geworden. Met
een treffende geestdrift' en toewijding heb
ben burgemeesters, afdeelingsbesturen van
het Nederlandsche Roode Kruis, speciale
collecte-comité's alles in het werk gesteld
om de collecte te doen slagen. Maar een
bijzonder woord van dank en hulde komt
wél toe aan de duizenden collectrices en col
lectanten, vaak helpsters en leden der trans-,
portcolonne van het Roode Kruis, doch
ook talrijke andere personen, die het barre
winterweer trotseerden en een gansehen dag
met verkleumde vingers blijmoedig met de
collecte-bus langs straten en wegen gingen.
De totale opbrengst der extra Nationale
Roode Kruiscollecte zal eerst over eenige
weken bekend worden, in verband met het
feit dat in een aantal plaatsen de collecte
werd uitgesteld. Wel kan echter met vreug
de vastgesteld worden, dat er door hetc pu
bliek spontaan en gul geofferd is, zoodat de
extra collecte in tal van gemeenten het dub
bele, soms zelfs het drie- of viervoudige van
de gewone jaarlijksche Roode Kruis collecte
heeft opgeleverd. En wat overal zoo'n tref
fend bewijs vormde voor de warme gene
genheid d'e men voor het menschlievend
werk van het Roode Knus in alle kringen
heeft, was wel het feit dat de collecte-bus
sen vooral veel kleine munt bevatten. Ook
uit talloos vele smalle beurzen is met liefde
geofferd. En dat stemt tot groote dank
baarheid.
Eenige malen reeds is gesproken
over de plannen, voor het eerst ge
lanceerd door de directie van de
Nederlandsche Spoorwegen, tot uit
spreiding van de vacantie-periode
in dezen zomer over een grooter
aantal weken dan tot dusverre het
geval is geweest. Deze plannen zijn
uitvoerig bestudeerd door een com
missie, bestaande uit vertegenwoor
digers van de Spoorwegen, de A.N.
V.V., Horecaf, de Toeristenbonden,
en bok het onderwijs. Niet alleen,
dat de Minister van Onderwijs een
vertegenwoordiger in de commissie
had aangewezen, ook de verschil
lende stroomingen op onderwijsge
bied waren vertegenwoordigd, ter
wijl aan den commissie-arbeid ook
hebben deelgenomen de wethouders
van onderwijs van de vijf grootste
steden in ons land.
Deze commissie is thans met haar
arbeid gereed gekomen, en heeft
een rapport het licht doen zien,
waarin een zeer eenvoudige oplos
sing van het vraagstuk wordt aan
bevolen voor de praktijk.
Waarom spreiding noodzakelijk is.
Voor wij tot de bespreking van dit rap
port overgaan, kan het zijn nut hebben, nog
even in het kort na te gaan, welke de over
wegingen zijn geweest, die geleid hebben
tot het opnemen van dezen arbeid. Het lijkt
bijvoorbeeld in de praktijk, dat in het zo
merseizoen 1339 niet minder dan 40.7 pCt.
van alle lagere scholen de zomervacantie
lieten aanvangen in de eerste week van
Augustus, en 30.8 pCt. in de vierde week
van Juli. Het gevaar bestaat, zoo redeneer
de men, dat deze tendenz 'tot concentratie
op een of twee tijdstippen in de toekomst
nog zal toenemen. Het beginpunt van de
vacantieweek der bouwvakarbeiders bij
voorbeeld werd in 1939 voor het geheele
land gefixeerd op den laatsten Zaterdag in
Juli, en het is niet onwaarschijnlijk, dat in
de toekomst nog andere landelijke regelin
gen zullen volgen.
Dit verschijnsel nu biedt ernstige moei
lijkheden voor alle ondernemingen, die zich
bezig houden met het vervoer en de huis
vesting van vacantiegangers. De vervoers
ondernemingen moeten beschikken over een
outillage, die in staat is het maximum-
verkeer, dat slechts een of twee keer in een
jaar voorkomt, te verwerken, terwijl dat
wagenpark alle overige dagen van het jaar
niet in voldoende mate wordt benut. De
Spoorwegen bijvoorbeeld vervoeren op nor
male dagen ongeveer 300.000 reizigers, maar
op den laatsten Zaterdag van Juli vervoeren
zij er ongeveer 700.000.
Een soortgelijke moeilijkheid ontstaat ook
bij het hotel- en pensionbedrijf: door de
concentratie van het vacantieverkeer op en
kele weken wordt de huisvestingsruimte
slechts enkele weken van het jaar ten volle
benut, terwijl zij de rest van het jaar vrij
wel renteloos staat.
Goedkoopere vacantiegelegenheid.
De belangen van de vacantiegangers zelve
worden echter evenmin door deze sterke
concentratie gediend. Zij zouden stellig be
tere, en op den duur ook goedkoopere va-
cantiegelegenheid kunnen genieten, indien
het mogelijk ware de vacantia over een
grootere tijdsruimte te verdeelen.
Dit alles klemt te sterker naar
mate steeds grootere maar minder
koopkrachtige groepen der bevol
king aan de vacantiegenoegens kun
nen deelnemen. Want om de vacam
tie van arbeiders en kleine zelfstan
digen behoorlijk tot haar recht te
doen komen, is het noodig dat de
kosten van vacantlereis en -verblijf
zoo sterk mogelijk worden gedrukt,
Een van de voornaamste middelen hiertoe
is te zorgen voor een betere verdee
ling in de belasting van de bedrijven, die
hieraan te pas komen. Met andere woorden:
ook ten deze moet een zoo economisch mo
gelijke bedrijfspolitiek worden gevoerd, die
hierin bestaat, dat men in de belastingsgra
fiek de pieken tracht weg te werken, en de
dalen ti-acht op te vullen.
Want, en dat is het voornaamste: al deze
overwegingen krijgen nog een bizon der ac
cent door het feit, dat eenerzijds de oorlog
en de mobilisatietoestand maken, dat vrij
wel alle Nederlanders him vacantie in eigen
land zullen doorbrengen, terwijl zij ander
zijds veroorzaakt hebben, dat de vervoers-
en de hotelbedrijven niet meer hun volle
capaciteit bezitten, door de vordering van
spoorwagens en hotelruimte.
De oplossing.
Zoo is de genoemde commissie tot de con
clusie gekomen, dat zeker voor 't jaar 1940
bizondere maatregelen noodig zullen zijn
om de te verwachten vacantiedrukte be
hoorlijk te kunnen verwerken, waartoe het
noodig zal zijn, de vacanties over een groo
ter tijdvak uit te spreiden. En men voelde
onmiddellijk, dat het strategische punt lag
in de regeling van de onderwijsvacanties in
de grootste steden, speciaal de vacanties van
de lagere scholen. Daarin heeft men dan ook
een oplossing gevonden voor het vraagstuk,
en wel als volgt:
De vacanties van de middelbare scholen
bedragen ongeveer 7 weken, die van de
lagere scholen gemiddeld 4 weken. Deze
periode van vier weken kan als het ware in
gevoegd worden in de 7 weken van de mid
delbare scholen, door ze op vier achtereen-,
volgende data .të laten beginnen, telkens
met een week tusschenruimte. Aannemende,
dat de periode van 7 weken aanvangt op 13
Juli, dan kan een groep lagere school vacan
ties eveneens op dier. datum aanvangen,
een tweede groep op 20 Juli, een derde op
27 en een vierde groep op 3 Augustus.
In overeenstemming hiermede
heeft men het land in vier groepen
verdeeld* ieder met een groote stad
er in. Groep I omvat Amsterdam
met Noordholland, Arnhem, Nij
megen, Friesland en Limburg
(Maastright). Groep 2 bestaat uit
Rotterdam, met Brabant, Limburg
(Venlo) en Zeeland, groep 3 uit den
Haag met Ove-ijsel en Groningen,
en groep 4 uit Utrecht met omge
ving en enkele centra in Noord-
Brabant, Gelderland en Overfjsel
(o.m. den Bosch, Apeldoorn, Deven
ter, Zwolle, Wageningen, Zutphen
en Kampen).
De commissie denkt het zich nu zoo in,
dat voor groep 1 de aanvang van de vacan-
.tie ware te stellen op 13 Juli, en voor de
volgende groepen telkens een week later.
Zij meent, dat deze groepsindeeling een
bruikbare basis vormt, ook al wijl er naar is
gestreefd om gebieden, welke door foren
sen- en zakenverkeer onderling sterk samen
hangen, bij elkaar te voegen.
De uitvoering.
De vier wethouders van onderwijs der
vier 'groote gemeenten hebben zich reeds
bereid verklaard, elk voor hun gemeente
het tot stand komen van een dusdanige rege
ling als de commissie heeft ontworpen, te
willen bevorderen.
De commissie vertrouwt, dat een bevre
digende regeling kan worden verkregen, in
dien de Minister van Onderwijs aan de in
specteurs van het leger- en het nijverheids
onderwijs zou willen verzoeken ook hun
medewerking te verleenen.
En tenslotte is de allerlaatste fase van
deze kwestie: to sell it to the public. Daar
om zal de commissie haar rapport, waarvan
wij hier de hoofdzaken weergeven, op zoo
ruim mogelijke schaal verspreiden, opdat
het groote publiek er kennis van kan nemer.,
maar ook het bedrijfsleven (organisatie van
nisaties van werkgevers zoowel als van
werkgevers zoowel als van werknemers),
waarmee men zoo spoedig mogelijk in
nader contact zal treden, ten einde te berei
ken, dat ook dit zijn medewerking aan het
plan zal verleenen.
Brand in Amsterdam. - Gistermiddag
brak in de binnenstad van Amsterdam brand
uit in een bovenhuis aan de Korte Regu
liersdwarsstraat. De bewoonster van het
bovenhuis was op de eerste verdieping bezig
met een stofzuiger de voorkamer te reini
gen. Zij had tegen de koude een blauwbran-
der aangestoken en ongemerkt haalde zij
met het snoer van den stofzuiger het petro
leumstel om. Toen zij omkeek, stond een
goed deel van de kamer in lichter laaie. De
brandweer wist het vuur in korten tijd te
bedwingen. De eerste verdieping van het
ondiepe pand brandde geheel uit.