Verhooging van de veiligheid voor schepen op zee. Commissie Van 't Haaf brengt rapport uit. KOU OP» DE BORST f Arts door schildwacht doodgeschoten. Naar eer» breedere spreiding van het vacantieverkeer. De grondslagen der te nemen maatregelen. TWEEUE BLAD. 2 Aantal maatregelen aanbevolen. Kosten bedragen ongeveer f 2.600.000 Ter landsdrukkerij is thans voor het publiek verkrijgbaar het rapport van de bij beschikking van 8 December j.l. door den minister van waterstaat ingestelde commissie ,aan welke is opgedragen, den minister op korten termijn van aavies te dienen omtrent de vraag of en zoo ja welke maatregelen in deze bijzondere tijdsom standigheden getroffen zouden kunnen worden ter verhooging van de veiligheid van schepen en hun opvarenden in ver band met de heerschende gevaren ter zee. Voorzitter van de commissie is de heer P. S. van 't Haaff, inspecteur-gene raal voor de scheepvaart. De commissie heeft een samenstel van veiligheidsmaatregelen ontworpen, die het hierboven geschetste nadeel ondervangen, maar deze zullen telkens aangevuld of gewijzigd moeten worden, indien de om standigheden dit noodig maken. In de allereerste plaats moet daarbij worden gedacht aan vragen, zooals die op een gegeven moment zouden kunnen wor den gesteld, namelijk of het uitvaren tij delijk moet worden opgeschort, of, indien de vaart tijdelijk is gestaakt, weder met varen kan worden begonnen. De commissie adviseert den mi nister een permanente commissie in te stellen, waarin naast ambte lijke instanties, zoowel dt ree- ders als de opvarenden zijn ver tegenwoordigd, die op korten ter mijn ten aanzien van de veiligheid ter zee kan bijeenkomen en advies geven aai. de regeering of aan regeeringsinstanties. Hiertoe zou de huidige commissie, al dan niet aangevuld, kunnen worden ge handhaafd. In spoedgevallen zou een kern dezer commissie onmid dellijk kunnen bijeenkomen. Voorts adviseert de commissie de noodige maatregelen te ne men, waardoor de regeering zich de bevoegdheid verschaft een tijdelijk uitvaarverbod uit te vaardigen, indien de omstandig heden daartoe aanleiding zouden geven. De commissie heeft een groot aantal maat regelen, welke op grond var. de huidige er varing met betrekking tot de gevaren ter zee in het belang van de veiligheid getroffen zouden kunnen worden, onder het oog ge zien. Zij acht het gewenscht, dat aan boord van vrachtschepen, waar de schroefastunnel een lengte van 25 m. of meer tusschen het ach- terpiekschot en de tunneldeur heeft, een vluchtkoker op de tunnel wordt voorge schreven. Voor passagiersschepen bestaat een derge lijk voorschrift reeds zonder eenige restric tie. Het is gewenscht de voortstuwingsruimte meer uitgangen naar dek te geven door mid del van klimtreden. De commissie meent, dat de plaats van de olievoorraden in het algemeen zooveel mogelijk beperkt dient blijven tot voor- en achterschip. Waterdichte deuren. Het is in het algemeen van groot belang dat de waterdichte deuren tijdens het ver blijf in de gevaarlijke zone gesloten zijn. hooren te zijn. Velen zijn van oordeel, dat deze buitenboord gedraaid moeten zijn, ten einde redding in geval van nood te bespoe digen. Anderen achten echter het nadeel, n.l. de kans op beschadiging of verloren gaan van booten bij mijnexplosies, grooter dan het voordeel. In de commissie gingen aanvankelijk dan ook stemmen op om het risico evenals dit veel op Engelsche schepen geschiedt, te ver- deelen door de eene helft der sloepen bui tenboord, de andere binnenboord te houden. Of dit uitvoerbaar is, hangt echter af van het aantal sloepen. Afgezien hiervan kunnen weer andere omstandigheden medebrengen, dat de sloepen niet buitenboord gedraaid kunnen blijven. Zoo spelen de weersomstan digheden, zoomede de hoogte van de booten boven water, een rol. De commissie kwam tot het inzicht, dat de beoordeeling hiervan aan den kapitein moet worden overgelaten. Wel acht zij het gewenscht en zij stelt het als voorschrift voor dat de middelen, waarmede deze booten voldoende gesjord buiten boord gehouden kunnen worden, aan wezig zijn. Het verdient aanbeveling een voorschrift voor den kapitein op te nemen, dat de boo ten voor onmiddellijk gebruik gereed moe ten zijn. De commissie beveelt naar aanleiding van het gebeurde bij de törpedeering van de „Sliedrecht" aan, den kapitein de verplich ting op te leggen zorg te dragen, dat nim mer een reddingboot, voor wel doel ook, wordt gebruikt, indien niet de volledige uitrusting in de boot aanwezig is. De commissie heeft aandacht besteed aan de inventaris en de uitrusting der booten, in verband met het feit, dat schipbreukelingen soms dagenlang in een open boot hebben moeten vertoeven, voordat redding nabij was. Zij acht het van zeer groot belang, dat, behalve de in het Schepenbesluit voorge schreven oefeningen, vóór het vertrek voor een reis, die door het gevaarlijke gebied voert, een sloepenoefening gehouden wordt met alle passagiers en alle leden der be manning. Het verdient aanbeveling deze oefening tevens te benutten voor het aantrekken van de zwemgordels, waarbij erop dient te wor den gelet, dat deze op de juiste wijze worden gebruikt. De commissie is van oordeel, dat de passa giers hun zwemgordels in het gevaarlijke gebied steeds bij de hand behooren te heb ben, ook gedurende de maaltijden. Hetzelf de geldt ten aanzien van de bemanning, van wie men, evenals van de passagiers, niet kan eischen dat zij de zwemgordels steeds dra gen. Aangezien de gezagvoerder moet zorgen, dat passagiers en bemanning de zwemgor dels steeds bij de hand hebben, is dit als een verplichting voor den kapitein opgenomen. Toch zal zich het geval kunnen voordoen, dat een aantal opvarenden in geval van nood niet meer bij hun zwemgordels kunnen ko men. Er zal daarom voor een zeer voldoen de reserve aan zwemgordels zorg gedragen moeten worden. Daarenboven lijkt het de commissie ge wenscht, dat passagiersschepen nog een aan tal zware vlotten meevoeren voor tenminste 10 pet. van het aantal opvarenden. Voor de vrachtschepen beveelt de commis sie een aantal zware vlotten aan, volgens den volgenden regel: tot en met 10 opvarenden: vlotten voor 100 pet. opvarenden. Voor de volgende 20 opvarenden: vlotten voor 60 pet. dezer opvarenden. Voor de daaropvol gende 20 opvarenden: vlotten voor 40 pet Op passagiersschepen moeten de brand- I dezer opvarenden. Voor de daaropvolgende deuren in de gevaarlijke zone gesloten zijn, opvarenden: vlotten voor 25 pet. dezer op- indien dit naar het oordeel van den kapitein niet door andere omstandigheden wordt be let. De commissie zou voorts het gesloten houden van de patrijspoorten in de gevaar lijke zone willen voorschrijven, zoowel on der het schottendek bij passagiersschepen en onder het vrijboorddek bij vrachtschepen als van daarboven in de huid gelegen pa trijspoorten. Zelfs het dichthouden van pa trijspoorten in een gesloten bovenbouw, als b.v. een kampanje, kan helpen om het zinken van een schip althans te vertragen en daardoor tijd te winnen voor redding. Paravanen. De beveiliging, welke paravanen tegen het gevaar van verankerde mijnen kunnen bieden, hangt af van dientestelling mijn, diepgang schip, diepte sleeppunt (aangrij pingspunt sleepkabels), de snelheid van het schip en het beschikbare voortstuwingsver mogen. Er kan echter wel gezegd worden, dat schepen met een bruto inhoud van 4000 ton en grooter met voldoende snelheid en ver mogen van paravanen zouden moeten zijn voorzien. De propaganda voor paravanen heeft tot resultaat gehad, dat 62 stel werden besteld, die nog vóór den oorlog geleverd konden worden. Sindsdien ziin wederom verschil lende reederijen tot bestelling overgegaan, tot een totaal van 72 stel. Indien, zooals verwacht mag wor den, deze paravanen vóór Juni a.s. afgeleverd zullen zijn, dan zullen op enkele uitzonderingen na, alle passa giersschepen met een bruto inhoud van 4000 ton en meer met paravanen zijn uitgerust, Ruim honderd vracht schepen met een bruto inhoud van 4000 ton en meer blijven er dan over, die niet over paravanen be schikken. De commissie is van oordeel, dat een reductie van de molestpremie voor schepen, die met para van en zijn uitgerust, alleszins gemotiveerd zoude zijn. Reddingbooten. De commissie heeft zich beraden omtrent de wijze waarop de booten, die vóór het te water laten buitengedraaid moeten wor den, in het gevaarlijke gebied opgesteld be varenden. De commissie vestigt nog de aandacht op de waarde van kapok-matrassen als drij vend toestel. De commissie acht het van belang, dat gelijk deze reeds is voorgeschreven voor pas sagiersschepen met een bruto-inhoud van 1000 ton en meer ook op vrachtschepen en op passagiers met een bruto inhoud van minder dan 1000 ton een noodverlichting op het sloependek aanwezig is, die dcor een onafhankelijke krachtbron wordt gevoed. Radio cp kleine schepen. Het zou de veiligheid zeer ten goede komen, indien alle schepen van een radio telegraaf inrichting voorzien zouden kunnen worden. Deze is tot nu toe niet voorgeschre ven voor vrachtschepen met een bruto inhoud van minder dan 1600 ton. Op alle andere schepen, met uit zondering van sleepschepen, is zulks wel het geval. Gebleken is echter, dat, indien de kleine schepen met een bruto-inhoud van minder dan 500 ton, worden uitgeschakeld, ook deze schepen voor een zeer groot deel van een radio-telegraafinrich- tlng zijn voorzien. De commissie meende aanvankelijk dan ook, dat In geval een radio .telegraafinrieh- ting voor alle vrachtschepen met een bruto- inhoud van meer dan 500 ton, zou worden voorgeschreven, zulks niet op al te groote bezwaren zou stuiten. Een nader onderzoek wees echter uit, dat het benoadigde aantal radio-telegrafisten of stuurlieden-telegrafis- ten niet beschikbaar is. De commissie heeft daarom gemeend als alternatief van de redio-telegraafinrichtir.g een telefooninstallatie te moeten stellen. Nu in de huidige omstandigheden vele kustlichten gedoofd zijn, doch de regeering een aantal radiobakens heeftb ehouden, die goede leiding bij bepaalde routes kunnen geven, is de radio-richtingzoeker een veilig heidsmiddel van bijzondere beteekenis. Ofschoon de huidige redactie in de Sche penwet den kapitein niet van de plicht ont slaat om in het gevaarlijke gebied een uit kijkpost te plaatsen, acht de commissie het toch zeer gewenscht, dat een direct voor schrift daartoe in het Schepenbesluit wordt gegeven. Wrijf s avonds rug en borst tn met Dampo. Dan onder de wol! Volgende morgen beter! Pot 50ct. Doos 30ct. Ingeval van een ontploffing, moet het voortstuwingswerktuig steeds dadelijk ge stopt worden, ook indien daartoe niet een order van de brug werd gegeven. Niet signaleeren. In verband met de handhaving van de neutraliteit acht de commis sie het noodig een voorschrift op te nemen, waarbij het verboden is van het zien of het aanhouden door een oorlogsschip of militair vlieg tuig, ook van niet-oorlogvoerende landen, radio-grafisch of telefo nisch, aan wien ook, kennis te geven. Het voorschrift is als instructie voor den kapitein opgenomen. De commissie acht het voorts in het be lang van de algemeene beveiliging van de vaart ter zee, dat zooveel mogelijk „radio stilte" in acht wordt genomen. Gezamenlijk varen. De commissie acht het gewenscht, dat de regeering zich thans reeds de bevoegdheid verschaft om het geza menlijk varen van twee of meer sch-pen door het gevaarlijke gebied dw.ngend te kunnen voorschrijven. Het voorstoomen door een sleepboot met paravanen heeft vooral beteekenis voor schepen, die niet van eigen paravanen zijn voorzien. De commissie meent, dat het landsbelang hierdoor zou worden gediend, indien de financieele bezwaren werden opgeheven. Een schip, dat zich bij een convooi van een der oorlogvoerende partijen aansluit zal door de andere partij niet meer als neutraal schip worden behandeld en stelt zich der halve bloot aan het gevaar van oorlogshan delingen. De commissie meent, dat de reeders zou moeten worden ontraden hun schepen bij eenig cimvooi van een der oorlogvoerende partijen aan te sluiten. De kosten der voorgestelde maatregelen zullen voor de verschillende schepen uit- eenloopen. Naai- een zeer globale schatting zullen de gemiddelde kosten per schip ech ter een bedrag van ongeveer 6000 uitma ken. Van de geheele Nederlandsche koop vaardijvloot beteekent dit een uitgave van ongeveer f 2.600.000. Een aantal reederijen heeft reeds voorzieningen getroffen. De kosten daarvan zijn in genoemd bedrag begrepen. Tragisch ongeluk aan de grens. Vrijdagavond heeft zich bij het grenskan- toor te Vlodrop een tragisch ongeluk afge speeld. f ei- Dokter J. Meuwigsep, arts te St.-Odilien- berg, passeerde met zijn-auto het grenskan- toor op zijn weg naar-een patiënt te Vlo drop. De militaire post bij het kantoor gaf den arts een teeken te -stoppen, doch waar schijnlijk zag de heer Meuwissen dit niet, althans hij reed door, waarop de schilwacht op de auto vuurde. De kogel drong door een zijraam naar -binnen en doodde den genees heer vrijwel op slag. Het sl oh toffer is, na dat het van de heilige sacramenten was voorzien, overgebracht naar het St. Lau- rentiusziekenhuis te Roermond. Militaire autoriteiten, stellen een -uitgebreid ondex- zoek in. Dokter Meuwissen was 45 jaar oud, ge huwd en vader van acht kinderen. Hij was een broer van den burgemeester van Echt Het gebeurde heeft in de omgeving van Roermond groote ontsteltenis gewekt, daar dokter Meuwissen een zeer geziene figuur was. DE EXTRA NATIONALE ROODE KRUIS-COLLECTE. Men schrijft ons: Het is het Hoofdbestuur van het Neder landsche Roode Kruis eëne behoefte uiting te geven aan zijn bijzondere erkentelijkheid voor de buitengewone medewerking alom in den lande ondervonden bij gelegenheid van de extra Nationale Roöde Kruis collecte 1940, die gehouden werd in de week 27 Ja nuari—3 Februari. Ondanks het feit, dat in vele gemeenten nog eerst kort te voren gejden werden inge zameld voor het Finsche Roode Kruis of de jaarlijksche Roode Kruiscollecte 1939 nog zeer versch in het geheugen lag, en ondanks het buitengemeen ongunstige weer stren ge vorst, zware sneeuwval, felle wind is de collecte een groot succes geworden. Met een treffende geestdrift' en toewijding heb ben burgemeesters, afdeelingsbesturen van het Nederlandsche Roode Kruis, speciale collecte-comité's alles in het werk gesteld om de collecte te doen slagen. Maar een bijzonder woord van dank en hulde komt wél toe aan de duizenden collectrices en col lectanten, vaak helpsters en leden der trans-, portcolonne van het Roode Kruis, doch ook talrijke andere personen, die het barre winterweer trotseerden en een gansehen dag met verkleumde vingers blijmoedig met de collecte-bus langs straten en wegen gingen. De totale opbrengst der extra Nationale Roode Kruiscollecte zal eerst over eenige weken bekend worden, in verband met het feit dat in een aantal plaatsen de collecte werd uitgesteld. Wel kan echter met vreug de vastgesteld worden, dat er door hetc pu bliek spontaan en gul geofferd is, zoodat de extra collecte in tal van gemeenten het dub bele, soms zelfs het drie- of viervoudige van de gewone jaarlijksche Roode Kruis collecte heeft opgeleverd. En wat overal zoo'n tref fend bewijs vormde voor de warme gene genheid d'e men voor het menschlievend werk van het Roode Knus in alle kringen heeft, was wel het feit dat de collecte-bus sen vooral veel kleine munt bevatten. Ook uit talloos vele smalle beurzen is met liefde geofferd. En dat stemt tot groote dank baarheid. Eenige malen reeds is gesproken over de plannen, voor het eerst ge lanceerd door de directie van de Nederlandsche Spoorwegen, tot uit spreiding van de vacantie-periode in dezen zomer over een grooter aantal weken dan tot dusverre het geval is geweest. Deze plannen zijn uitvoerig bestudeerd door een com missie, bestaande uit vertegenwoor digers van de Spoorwegen, de A.N. V.V., Horecaf, de Toeristenbonden, en bok het onderwijs. Niet alleen, dat de Minister van Onderwijs een vertegenwoordiger in de commissie had aangewezen, ook de verschil lende stroomingen op onderwijsge bied waren vertegenwoordigd, ter wijl aan den commissie-arbeid ook hebben deelgenomen de wethouders van onderwijs van de vijf grootste steden in ons land. Deze commissie is thans met haar arbeid gereed gekomen, en heeft een rapport het licht doen zien, waarin een zeer eenvoudige oplos sing van het vraagstuk wordt aan bevolen voor de praktijk. Waarom spreiding noodzakelijk is. Voor wij tot de bespreking van dit rap port overgaan, kan het zijn nut hebben, nog even in het kort na te gaan, welke de over wegingen zijn geweest, die geleid hebben tot het opnemen van dezen arbeid. Het lijkt bijvoorbeeld in de praktijk, dat in het zo merseizoen 1339 niet minder dan 40.7 pCt. van alle lagere scholen de zomervacantie lieten aanvangen in de eerste week van Augustus, en 30.8 pCt. in de vierde week van Juli. Het gevaar bestaat, zoo redeneer de men, dat deze tendenz 'tot concentratie op een of twee tijdstippen in de toekomst nog zal toenemen. Het beginpunt van de vacantieweek der bouwvakarbeiders bij voorbeeld werd in 1939 voor het geheele land gefixeerd op den laatsten Zaterdag in Juli, en het is niet onwaarschijnlijk, dat in de toekomst nog andere landelijke regelin gen zullen volgen. Dit verschijnsel nu biedt ernstige moei lijkheden voor alle ondernemingen, die zich bezig houden met het vervoer en de huis vesting van vacantiegangers. De vervoers ondernemingen moeten beschikken over een outillage, die in staat is het maximum- verkeer, dat slechts een of twee keer in een jaar voorkomt, te verwerken, terwijl dat wagenpark alle overige dagen van het jaar niet in voldoende mate wordt benut. De Spoorwegen bijvoorbeeld vervoeren op nor male dagen ongeveer 300.000 reizigers, maar op den laatsten Zaterdag van Juli vervoeren zij er ongeveer 700.000. Een soortgelijke moeilijkheid ontstaat ook bij het hotel- en pensionbedrijf: door de concentratie van het vacantieverkeer op en kele weken wordt de huisvestingsruimte slechts enkele weken van het jaar ten volle benut, terwijl zij de rest van het jaar vrij wel renteloos staat. Goedkoopere vacantiegelegenheid. De belangen van de vacantiegangers zelve worden echter evenmin door deze sterke concentratie gediend. Zij zouden stellig be tere, en op den duur ook goedkoopere va- cantiegelegenheid kunnen genieten, indien het mogelijk ware de vacantia over een grootere tijdsruimte te verdeelen. Dit alles klemt te sterker naar mate steeds grootere maar minder koopkrachtige groepen der bevol king aan de vacantiegenoegens kun nen deelnemen. Want om de vacam tie van arbeiders en kleine zelfstan digen behoorlijk tot haar recht te doen komen, is het noodig dat de kosten van vacantlereis en -verblijf zoo sterk mogelijk worden gedrukt, Een van de voornaamste middelen hiertoe is te zorgen voor een betere verdee ling in de belasting van de bedrijven, die hieraan te pas komen. Met andere woorden: ook ten deze moet een zoo economisch mo gelijke bedrijfspolitiek worden gevoerd, die hierin bestaat, dat men in de belastingsgra fiek de pieken tracht weg te werken, en de dalen ti-acht op te vullen. Want, en dat is het voornaamste: al deze overwegingen krijgen nog een bizon der ac cent door het feit, dat eenerzijds de oorlog en de mobilisatietoestand maken, dat vrij wel alle Nederlanders him vacantie in eigen land zullen doorbrengen, terwijl zij ander zijds veroorzaakt hebben, dat de vervoers- en de hotelbedrijven niet meer hun volle capaciteit bezitten, door de vordering van spoorwagens en hotelruimte. De oplossing. Zoo is de genoemde commissie tot de con clusie gekomen, dat zeker voor 't jaar 1940 bizondere maatregelen noodig zullen zijn om de te verwachten vacantiedrukte be hoorlijk te kunnen verwerken, waartoe het noodig zal zijn, de vacanties over een groo ter tijdvak uit te spreiden. En men voelde onmiddellijk, dat het strategische punt lag in de regeling van de onderwijsvacanties in de grootste steden, speciaal de vacanties van de lagere scholen. Daarin heeft men dan ook een oplossing gevonden voor het vraagstuk, en wel als volgt: De vacanties van de middelbare scholen bedragen ongeveer 7 weken, die van de lagere scholen gemiddeld 4 weken. Deze periode van vier weken kan als het ware in gevoegd worden in de 7 weken van de mid delbare scholen, door ze op vier achtereen-, volgende data .të laten beginnen, telkens met een week tusschenruimte. Aannemende, dat de periode van 7 weken aanvangt op 13 Juli, dan kan een groep lagere school vacan ties eveneens op dier. datum aanvangen, een tweede groep op 20 Juli, een derde op 27 en een vierde groep op 3 Augustus. In overeenstemming hiermede heeft men het land in vier groepen verdeeld* ieder met een groote stad er in. Groep I omvat Amsterdam met Noordholland, Arnhem, Nij megen, Friesland en Limburg (Maastright). Groep 2 bestaat uit Rotterdam, met Brabant, Limburg (Venlo) en Zeeland, groep 3 uit den Haag met Ove-ijsel en Groningen, en groep 4 uit Utrecht met omge ving en enkele centra in Noord- Brabant, Gelderland en Overfjsel (o.m. den Bosch, Apeldoorn, Deven ter, Zwolle, Wageningen, Zutphen en Kampen). De commissie denkt het zich nu zoo in, dat voor groep 1 de aanvang van de vacan- .tie ware te stellen op 13 Juli, en voor de volgende groepen telkens een week later. Zij meent, dat deze groepsindeeling een bruikbare basis vormt, ook al wijl er naar is gestreefd om gebieden, welke door foren sen- en zakenverkeer onderling sterk samen hangen, bij elkaar te voegen. De uitvoering. De vier wethouders van onderwijs der vier 'groote gemeenten hebben zich reeds bereid verklaard, elk voor hun gemeente het tot stand komen van een dusdanige rege ling als de commissie heeft ontworpen, te willen bevorderen. De commissie vertrouwt, dat een bevre digende regeling kan worden verkregen, in dien de Minister van Onderwijs aan de in specteurs van het leger- en het nijverheids onderwijs zou willen verzoeken ook hun medewerking te verleenen. En tenslotte is de allerlaatste fase van deze kwestie: to sell it to the public. Daar om zal de commissie haar rapport, waarvan wij hier de hoofdzaken weergeven, op zoo ruim mogelijke schaal verspreiden, opdat het groote publiek er kennis van kan nemer., maar ook het bedrijfsleven (organisatie van nisaties van werkgevers zoowel als van werkgevers zoowel als van werknemers), waarmee men zoo spoedig mogelijk in nader contact zal treden, ten einde te berei ken, dat ook dit zijn medewerking aan het plan zal verleenen. Brand in Amsterdam. - Gistermiddag brak in de binnenstad van Amsterdam brand uit in een bovenhuis aan de Korte Regu liersdwarsstraat. De bewoonster van het bovenhuis was op de eerste verdieping bezig met een stofzuiger de voorkamer te reini gen. Zij had tegen de koude een blauwbran- der aangestoken en ongemerkt haalde zij met het snoer van den stofzuiger het petro leumstel om. Toen zij omkeek, stond een goed deel van de kamer in lichter laaie. De brandweer wist het vuur in korten tijd te bedwingen. De eerste verdieping van het ondiepe pand brandde geheel uit.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 6