De vesting Holland is de basis van het veldleger. LANGENDIJK ZUIDSCMARWOUDE Alkmaarsche Politierechter De beste tanks zijn bij de waterlinie machteloos. UIT D? OUDE DOOS. EERSTE BLAD 27 431/, 381-I/Ï 326 98i/, 100 2471/, 29% 8V, 1921/, 123 97 101 115 1101/, 129 183% 10% II 731/, 3'/, ■coupon heden 1.88%« 7.48% 75.45 4.24% 31.71 42.21 36.35 44 80 42,70 Er was méér export. De gang van zaken aan de Langendijker groentenveilingen is in de afgeloopen week weer iets beter geworden, in het begin van de week kwamen meer spoorwagons ter be, schikking, zoodat de exporteurs meer ruim te kregen om te verladen. Hiervan is een flink gebruik gemaakt. Er is in de afgeloopen week heel wat verzon' den. De aanvoer bleef nog hoofdzakelijk be perkt tot het per as wegbrengen der arti kelen. Alles werd bijna op monster v« kocht. In de loop van de week zijn de notee ringen voor de roodekooi niet onbelangrijk gestegen. Aanvankelijk kon men slechts met moeite tot 6 per 10ü k.g. komen. In het midden van de week betaalde men tot 6.50 en tenslotte werd Zaterdag als maximum 7 per 100 k.g; genoteerd. Met de gelekooi wil het nog niet erg bo teren. Hiervoor betaalde men voortdurend vanaf de minimumprijs van i 44.50 en een enkele maal 4.60 per 100 k.g. Dit wa ren echter uitzonderingen. De Deensche wittekoolprijzen waren wel iets beter, maar toch is de basis van 3 per 100 k.g., welke door de organisaties vastgelegd kon worden als minimumprijs te laag. De export wordt thans niet bevorderd doordat de maximumfactuurprijs voor de Deensch witten te laag is en er momenteel door het binnenland en voor andere landen dan voor Duitschland hoogere prijzen wor den besteed, zoodat men voor Duitschland moeilijk kan koopen. De prijzen waren meestal tot maximum 4 per 100 k.g. En kele partijen werden van de hand gedaan voor een paar dubbeltjes per 100 k.g. meer. De laagste noteeringen waren vanaf 3.30 per 100 k.g. De goede uienprijzen konden gehandhaafd blijven. Men betaalde voor de middelsoort van 55.50 per 100 k.g. De grove waren in het begin van de week 0.700.80 per 100 k.g. goedkooper, doch tegen het einde van de week Kwam er te Broek op Langen- dijk een weinig meer vraag, zoodat tenslotte van 4.905.50 werd besteed. Te Noord- scharwoude kwam deze sorteering niet bo ven 5 uit. Voor peen werd van 2.403.60 per 100 k.g. betaald. Kleine bieten brachten bo ven 33.70 per 100 k.g. op. Grootere vanaf 1.70, aJ naar de grootte was. De afgeloopen week is voor de Langen- dijk niet zoo ongunstig geweest. Met be langstelling wordt de verdere ontwikKeling van den afzet der, tuinbouwproducten tege moet gezien. Jaarvergadering Begrafenisvereeni- ging. Het onderling begrafenisfonds alhier hield Maandagavond de jaarlijksche ,aige- meene vergadering, onder leiding van den heer Jb. Kramer. De voorzitter heeft in zijn openingswoord eenige waardeerende woorden gewijd aan de nagedachtenis van wijlen den heer W. Koe man die sinds de oprichting administrateur is geweest en wiens overlijden een gevoelig verlies voor de vereeniging beteekent. Direct na het overlijden van den heer Koeman heeft de heer C. Schrieken de boeken en be scheiden overgenomen, deelde de voorzitter mede. Er is een kleine baar aangeschaft. De rekening van den penningmeester sloot op een totaal bedrag van 1083,21 met een nadeelig saldo van 342,49. Het bezit der vereeniging is met inbegrip van* de re^rve ad 348,95 thans 3971,29. Bij de bestuursverkiezing werden de af tredende heeren Jb. Kroon en C. Schrieken herkozen met bijna algemeene stemmen. Ln de vacature, ontstaan door het overlijden van den heer W. Koeman, werd de heer J. Kostelijk gekozen. Het jaarverslag van den secretaris ver meldde, dat 14 begrafenissen zijn uitge voerd, waarvan 8 voor niet-leden. Het leden tal is gestegen van 504 tot 534. Het bezit der vereeniging is teruggeloopen van 4311,28 tot 2971,29. Naar aanleiding van het verslag van de bondsvergadering, door den heer Schrieken uitgebracht, werden eenige besprekingen gevoerd. De secretaris zag niet veel nut in den bond, terwijl de voorzitter het doel van deze organisatie uiteenzette. Spr. wees erop, dat het wel moeilijkheden zal geven, als men overal hetzelfde reglement zou moeten nemen. Het doel van den bond is echter elkanders leden over te nemen. Voorstellen voor de bondsvergadering wa ren er niet. De heer C. Schrieken werd tot afgevaardigde benoemd, de heer J. Kostelijk tot plaatsvervanger. Hierna werd een breedvoerige gedachten- wisseling gevoerd over een opmerking van de kascommissie over de salarieéring van de bestuusleden. Er werden drie voorstellen gedaan, waarvan het bestuursvoorstel, om in 't geheel geen vergoeding meer te geven, het verststrekkende was. De kascommissie wilde echter den voorzitter 15, de be stuursleden 5 en den secr.-penningmeester f 40 toezeggen. Na ampele besprekingen be sloot men echter, hierover nu geen beslis sing te nemen, maar in een volgende verga dering met een omlijnd voorstel te komen. Hierbij kwam ook de uitkeerlng nog ter sprake. Thans wordt in natura tot een be drag van 100 uitgekeerd. Zou dit niet te hoog zijn? vroeg de secr. Indertijd is voi- gens den voorziter besloten, de uitkeering- te herzien, wanneer de reserve tot beneden 3000 was gedaald. Hieraan is men nog niet toe. Een kwestie met een persoon uit Sint Pan- eras, wiens dochter, nu zij naar elders ver huisde^ voor de vereen. St. Pancras moest bedanken, yoor 1/3 der contributie hier lid wilde worden, op grond van een vroeger lid- r ozriq besproken. De betrokkene deelde mede, over de getroffen wijzigingen geen bericht te hebben gehad. Men kwam venwel niet tot een bevredigen de oplossing. Nadat de heer G. Koeman den voorzitter dank betuigd had voor diens waardeerende woorden, ter nagedachtenis van wijlen zijn vader gesproken, volgde sluiting. Rechtszaken Zitting van Maandag 12 Februari. Twist tusschen huisbaas en huurder. Een echtpaar uit Ursem lag overhoop met den huisbaas. Een dergelijke verhouding komt méér voor tusschen echtparen en huis bazen, vooral wanneer echtparen huur schuldig blijven of huisbazen geen oog heb ben voor de belangen en de rechten der huurders. De redenen waarom het echtpaar uit Ursem geen vrienden was met den huisbaas, zijn niet bekend, op één na. Deze ééne reden was een hekje in de erfafschei- ding van het huis, dat toebehoorde aan den huisbaar en in gebruik was bij het echtpaar. Het echtpaar wilde om een of andere reden het hekje dicht hebben en de huisbaar wil de, dat het open zou zijn. Deze strijd over het voor en tegen van een open-deur-politiek verhitte de gemoederen nogal danig en op zekeren dag in December kwam het echt paar zoover, het hekje dicht te spijkeren. De huisbaas liet zich niet uit het veld slaan en stuurde zijn knecht er met een nijptang op af om de spijkers uit het hekje te trek ken, opdat het weer open zou kunnen. De werkzaamheden van den knecht verliepen echter niet bepaald vlot. Toen hij de gevaar lijke zóne naderde, werd „het bloed van het echtpaar karnemelk". De man zou juist een stoel repareeren en had daarom een fikschen hamer in de hand. Met dat voorwerp stoof hij op den knecht af en gaf dien een paar soliede klappen op den rug. De vrouw had toevallig een vuurtang in de hand en deed mee aan den stormloop op den afgezant van den huisbaas, dien ze de armen bont en blauw sloeg. Van het spijkers uittrekken kwam niets. De knecht maakte, dat hij naar den dokter kwam, die eenige leelijke wonden op den rug aantrof en die wonden deden Zoo'n pijn, dat er poeders aan te pas moesten ko men om den knecht het lijden dragelijk te maken. Natuurlijk bleef dit offensieve defensief van het echtpaar niet onbeantwoord. Er volgde een klacht bij de politie en Maan dagmiddag droeg het paar bij tot de verdere slijtage van het matje van den Alkmaar- schen politierechter. Dat ze er op getimmerd hadden, konden man en vrouw niet ontken nen, maar wel trachtten ze het zwaartepunt van de geschiedenis te laten vallen op de huns inziens onrechtmatige houding van den huisbaas ten opzichte van het hekje. Dat lukte natuurlijk niet, want rechter Krabbe zit 's Maandagsmiddags voor strafzaken en niet voor het oplossen van civiele kwesties. Wat er ook aan de hand is: men mag volgens mr. Krabbe nooit slaan en het is heelemaal ongepast iemand te gebruiken om er je woede op te koelen, die in feite met de heele geschiedenis niets te maken heeft. De officier vond het werken met den ha mer voor hem gelijk aan het steken met eén mes heel erg en vroeg tegen den man 7 dagen gevangenisstraf en tegen de vrouw 20 of 10 dagen. De man vond de straf heel erg, maar de rechter meende, dat het ook erg was geweest voor den knecht van den huisbaas en hij zei tegen de vrouw, dat ze als lastig bekend stond. Die pareerde deze beschuldiging met het woord „praatjes", waarop de rechter weer zei, dat het geen praatj-es waren, maar officieele inlichtingen. Het bleek nog, dat het echtpaar arm was en zes kinderen rijk was. De man werd veroordeeld tot zeven dagen gevangenisstraf en de vrouw tot 10 of 5 dagen. Kinderlijke wijze van vervalsching. Een Alkmaarsche chauffeur mag zich er op beroemen de eerste in het Alkmaarsche ar rondissement te zijn, die werd vervolgd wegens het vervalschen van een suiker distributiebon, tenminste, wanneer hij zien op zulk een daad van twijfelachtigen aard wil beroemen. Het was geen vervalschmg dit uitmuntte door vernuft. De man had bon 10 genomen en de nul overgeplakt met eeti eentje, dat hij van bon elf had afgeknipt. Erg simpel; en de winkelierster, die de bon door een zoontje van den chauffeur gepre senteerd kreeg bij aankoop van een kilo suiker, liep er niet in. De eenige, die er in liep, was de dader zelf en die stond Maan dagmiddag met een beschaamd hoofd voor den politierechter. De officier vond het trucje zoo naief, dat hij zich afvroeg, hoe de man het in 's hemels naam in z'n hoofd had gehaald om zoo te doen. Overigens: het was een daad van puur egoïsme; zelf méér zien te krijgen dan bil lijk is. Tegen zooiets pastte, al was het dan een eerste keer, een streng optreden, het geen de offici-er duidelijk wilde zien ge maakt in vijf dagen gevangenisstraf. De rechter had nog medelijden met den man, die lang werkloos was geweest en pas werk had gekregen en veroordeelde hem daarom tot vijf gulden of 5 dagen. Den officier was het verschil te groot, zoodat die er nog een paar dagen over wilde nadenken, of hij al dan niet in hooger be roep zou gaan. de kosten van deze behandeling en de reis kosten, die het meisje naar den tandarts te Gouda moest maken, spraken de ouders den medicus in rechten aan voor het geleden schoonheidsverlies van hun dochter, daar haar onderlip door de bewerking iets naar binnen was gegroeid. In totaaal vorderden zij 13.000. De rechtbank heeft bij interlocutoire von nissen beslist, dat de medicus in prmcipe aansprakelijk is en over het bedrag der schadevergoeding werden heden de plei dooien gevoerd. Mr. G. H. A. Grosheide te Amsterdam, trad voor de eischende partij op. Hij legde eenige foto's van het meisje over en betoog de, dat door het geleden schoonheidsverlies het meisje achtergesteld zou worden, wan neer zij zou solliciteeren naar een betrek king, zooals die van privé-secretaresse. Wat het gevorderde bedrag betreft, wilde pleiter dit verminderen, indien de rechtbank dat billijk mocht achten. Mr. Th. Folkers, eveneens uit Amsterdam, voor gedaagde optredend, kon niet inzien, dat het meisje aan aantrekkelijkheid heeft ingeboet. Veel meisjes hebben 'n iets terug getrokken onderlip en pleiter vond niet, dat haar uiterlijk schoon daardoor werd ge schaad. De uitspraak werd bepaald op 7 Maart. VERLIES VAN UITERLIJK SCHOON? Meisje verloor bij operatie twee tanden. Wordt het uiterlijk schoon van een meisje geschaad, wanneer zij de twee voorste tan den uit haar onderkaak moet missen en daarvoor injde plaats een brug wordt aan gebracht, doch ten gevolge van die bewer king haar orvlerlip iets naar binnen wordt getrokken? Deze vraag werd vanochtend aan de civie le kamer van de Haagsche rechtbank voor gelegd door partijen in een. rechtsgeding, dat zijn oorzaak vond in een chirurgische behandeling van een indertijd achtjarig meisje. Zeven jaar geleden werd het meisje, woonachtig in Schoonhoven, door een Haag- schen chirurg voor een keeloperatie behan deld. Per ongeluk werden haar daarbij de middelste twee tanden uit haar onderkaak gestooten. Om deze schade te herstellen werd in haar mond een z.g. brug over vier tanden aangebracht, hetgeen een langdurige en kostbare geschiedenis werd, daar het meisje nog in de groeiperiode was. Behalve en Jamêauw VEREENIGING TOT EXPLOITATIE VAN EEN PROEFZUIVELBOERDERIJ TE HOORN. Van deze vereeniging, die tot doel heeft, het rijkslandbouwproefstation te Hoorn in de gelegenheid te stellen, nuttige onder zoekingen te doen op het gebied van zui- ve' bereiding en veehouderij, is het verslag over het jaar 1938 verschenen. We vinden er in vermeld, dat de vereeniging in het verslagjaar nagenoeg 48 hectare weiland in gebruik had, waarop 66 koeien, 10 pin ken en een fokstier werden gehouden. In het verslag zijn opgenomen de uit voerige rapporten inzake onderzoekingen over den invloed van de temperatuur op de hardheid van boter; naar de voeder- waarde van Nederlandsche hocisoorten en naar haar invloed op de eiwit-, kalk- en phosphorstofwisseling bij jonge runderen; over den invloed van de behandeling van den room vóór het karnen op de stevig- neid van de boter; over de verteerbaarheid en de voederwaarde van versch gras, ge maaid in verschillende groeistadia; inzake de stikstofbepalingen volgens Kjeldahl en volgens Ter Meulen in melk en boter; over het vitamine A en de carotine bij bewa ring van melk en room onder zuurstofdruk (zogenaamd Hofius-procédé)over ver teerbaarheid en voederwaarde van kunst matig gedroogd gras; over de bereiding van silage zonder boterzuurgisting en, in zake prijsvergelijking van krachtvoeder- middelen met behulp van een nomogram. (Van onzen militairen medewerker). I Belgische leger den stoot pareeren; ach- Alvorens over te gaan tot de bespreking der taak, welke voor ons veldleger is DE WINTERBESPUITING VAN VRUCHTBOOMEN. De Plantenziektenkundige Dienst wijst er op, dat de langdurige en strenge vorstperiode wijziging heeft gebracht in de bespuitingen, vooral met betrekking tot de sproeidata. Als regel gelden als uiterste termijnen, waarop de bespuiting moet zijn uitgevoerd voor: perziken in kassen eind December; perziken buiten midden Januari; krozen eind December; kruisbessen midden Februari; andere bessen, pruimen en peren eind Fe bruari. Op het oogenblik zijn al deze gewassen, voor zoover zij niet in kassen staan, die ge stookt worden, nog geheel in winterrust en kunnen zij derhalve nog met vruchtboom- carbolineum bespoten worden. Ondanks het feit, dat de vorst diep in den grond is bin nengedrongen, is het niet uitgesloten, dat op mooie, zonnige vorstvrije dagen de knop- ontwikkeling zeer snel zal gaan. Vermoede lijk zal daardoor de periode om bovenge noemde gewassen te kunnen bespuiten dit jaar zeer kort zijn. Daarom moet, zoodra'het weer gunstig wordt, d.w.z. vorstvrij, helder en droog, onmiddellijk met het bespuiten worden begonnen. Minerale oiiepreparaten, al of niet gemengd met kleu-stofffen en de kleurstoffen zelf geven minder kans op knopbeschadiging. Deze middelen kunnen, ofschoon zij ook be stemd zijn voor bespuiting gedurende de werkelijke vorstperiode der vruchtboomen, daardoor iets later dan vruchtboomcarbo- lineum verspoten worden. Daar de winterbespuiting in vele gevallen als een noodzakelijke maatregel ter voor koming van aantasting door insecten moet worden beschouwd, moet alsnog getracht worden deze zoo volledig mogelijk te doen uitvoeren. Men stelle dus de bespuitingen niet langer uit den strikt noodig is en make gebruik van iederen gunstigen sproeidag. Nadere gegevens over de bespuitingen zijn te vinden in den zoo juist verschenen 8sten druk van Mededeeling No. 33 van den Plantenziektenkundigen Dienst: Sproeien en sproeiers. Begraven buiten de kerk en buiten de stad. ,De ongerijmde gewoonte" zegt de be richtgever uit Alkmaar aan den uitgever van Nieuwe Nederlandsche Jaarboeken in October 1792, „van Lijken binnen de Steden en wel in de kerkgebouwen, te begraven, was tot hier toe door niemand onzer stad- genooten, met eigen voorbeeld te keer ge gaan. Heden heeft zulks voor de eerste maal mogen gebeuren. Dirk de Vries, in leven boomkweeker alhier, een man, die de agting van alle bekenden met regt had verworven, is, op zijn begeerte, begraven even buiten deze stad, in een plaats, gelegen terzijde van zijn boomkweekerijen, door hem tot dat einde afgezonderd en toebereid. Het klein getal der zulken, die van bijgeloof en voor oordeel genezen zijn, wenscht, dat dit heil zaam voorbeeld algemeen gevolgd en dus het loffelijk oogmerk van den bereikt worde." weggelegd, willen we nog eens uitdruk kelijk in herinnering brengen, dat ons veldleger geheel vrij is in zijne operatiën en de Vesting Holland, welke sedert de mobilisatie wordt bezet en verdedigd door afzonderlijke troepen, slechts als basis voor het veldleger dient, terwijl ten slotte de Vesting Holland als laatste toevluchts oord voor hei veldleger zal dienen, waarin het, eenmaal uit het overige deel van het land teruggedrongen, mede zal helpen aan de verdediging. Is het veldleger teruggetrokken binnen de Vesting Holland, dan vormt het daarin de beweeglijke reserve, welke een bin- nendringenden tegenstander in het voor verdediging zoo sterke polderland nog zwaren strijd zal bieden. Bij onze thans volgende beschouwingen sluiten we alle politieke overwegingen en alle neutraliteitsbeloften weer uit. Mochten de geallieerden zich willen meester maken van onze havens en daar toe op onze kust willen landen, dan zal allereerst de landing zelf bestreden wor den door de kustverdediging rn het veld leger zal, indien de landing-slaagt, de bin nendringers laten voortgaan tot deze zijn gevorderd tot buiten de draagwijdte van het marinegeschut en alsdan afrekenen met het landingsleger. Dit laatste, dat als basis heeft de vloot liggende voor onze ondiepe kust, is alsdan in nadeelige con ditie en loopt grootc kans geheel vernie tigd te worden. Landingen berusten niet alleen op een overmachtige marine, doch ook het lan dingsleger zélf rr.oet verre overmachtig zijn op de strijdkrachten van den ver dediger. Waar wij in het hier beoogde geval bondgenooten der Duitschers zijn ge worden, kan, vooral wat luchtstrijd krachten betreft, direct op hulp uit het oosten worden gerekend. Deze zekerheid van hulp bestaat voor ons altijd, ongeacht van welke zijde wij worden aangevallen, dit is een der weinige voordeelen van onze ligging midden tusschen de strijdende partijen, zulks in tegenstelling met Polen, dat in 't geheel niet, en Finland dat slechts zeer moeilijk langs een verren omweg te helpen is. Bij de thans door ons te beschouwen mogelijkheden, behoeven we wel niet on der het oog te brengen, dat liet hier betreft veronderstelde gevallen, waarin telkens ons opperbevel eene beslissing zal hebben te nemen, hoe deze op te lossen; wij bepa len ons dus slechts tot voor de hand lig gende tegenmaatregelen. Wanneer de geallieerden ons be dreigen. Mochten de geallieerden het plan koes teren den noordelijken vleugel van de Duitschers te omtrekken en aan te pakken, dan zullen zij eerst België moeten binnen vallen en met dat leger moeter afrekenen alvorens onze grenzen te overschrijden. Zij voegen alsdan dus automatisch de gezamenlijke Belgische en Nederlandsche legers bij nunne vijanden. En niet alleen wordt het getal der tegenstanders dus met een klein millioen vermeerderd, doch de beide kleine landen zelf moeten veroverd worden en daarna bezet gehouden om oplaaiend verzet steeds weer in de kiem te smoren. War.neer deze operatie der ge allieerden zich onomstootelijk demon streert, ligt het voor de hand, dat zoowel Nederland als Duitschland niet rustig ieder hun beurt afwachten aangevallen te worden, doch dat zij vereenigd met het worden opgevangen, om daarna zoo noodig tot het offensief over te gaan. Stellingen als hier bedoeld kunnen we ons denken in de lijn Antwerpen-Mechelen HasseltMaastricht (dus achter Bupel, Dyle en Demer), daarna achter de kanalen, in Noord-België (tei. eerste Albert Ka naal, daarna Noorder Kanaal en Schelde- Maaskanaal). In ons land kan worden stand gehouden achter het Wilhelmina- ka-naal, de Zuid-Willemsvaart en daarna de Peel en de Maas. Zouden de gealh'a°rden na al dezen weerstand, dan nog in het of fensief zijn, dan zullen zij voor de keuze gesteld worden èf eerst de Vesting Hollandi veroveren, terwijl zij zich defensief opstel len achter de lijn Maastricht— MaasNij megenArnhemGeldersche ÏJsel met het front naar het oosten, öf de Vesting Holland in het zuiden en oosten insluiten en den aanval op Noord-Duitschland door zetten. Het zal een knappe rekenmeester moeten zijn. die ons zal weten voor te re kenen hoe de geallieerden aan de hiervoor benoodigde overmacht kunnen komen. Om ditzelfde gebrek aan overmacht zul len de geallieerden er niet aan kunnen denken hun bovengeschetste omtrekking te doen gepaard gaan met eene lading op het Westfront der Vesting Holland. Wanneer men ons van Duitsche z\jde bedreigd. En bezien we thans eens wat we van Duitsche zijde te vreezen hebben. Van ver schillende zijden is reeds gewezen op de mogelijkheid, dat Duitschland meester zou wenschen te zijn van onze westkust, om uit onze zeegaten met het marine-materiaal dichter bij Engeland te zijn, evenals ook van onze vliegvelden, om in korter tijd de Noordzee te kunnen oversteken. Ten tweede moeten we ook nu wederom onder de oogen zien omtrekking van den noorder vleugel der geallieerden. In het eerste ge val blijft België buiten spel, in het tweede worden we bondgenooten met België en de geallieerden. In het eerste geval speelt het geval zich af ten noorden van de Lek. Onze territoriale troepen beoosten den IJsel zullen den eersten stoot opvangen achter onze grens. Waarschijnlijk zal ons veldleger wel steun verleenen en geen, vrijen doortocht naar den IJsel toestaan. Achter IJsel en Apeldoornsche kanaal, welke samen één stelling vormen, zal echter krachtige weerstand geboden wor den. Over de Veluwe loopen maar drie spoorwegen ieder met een straatweg. Deze wegen zullen mooi operatie- terrein vor men voor de luchtmacht om de marsch- colonnes en later den aanvoer aan te vallen. Luchtsteun der geallieerden zal ons dan goed te pas komen. Is de vijand de Veluwe over, dan stuit hij op de Grebbelinie. Aannemende, dat ook deze doorbroken wordi, dan wacht hem 's we relds sterkste stelling, onze waterlinie, goed gedekt achter de inundatiën, goed verdedigd in moderne wèl bewapende ver sterkingen. De beste tanks zijn hier mach teloos; als reeds eerdei gezegd: hier komt hij voor een supper IJserlinie, met veel breedere onderwaterzettingen, waarachter thans een diepe stelling var staal en, beton. De natuur is ons ook genadig ge weest mot de trechtervormige vernauwing van het aanvalsterrein, waardoor de stel lingen achtereenvolgens !n breedte afne men en dus sterker verdedigd kunnen worden. Prins Maurits nam aan met 10.000 man (met voorlaadgeweren en -kanonnen) de Waterlinie tegen „heel de wereld" te kun nen verdedigen, dan zullen wij met de moderne bewapening en tienvoudige sterk te het toch wel kunnen houden tegen een klein gedeelte van het Duitsche leger. (Wordt vervolgd). Spoel JOHANSEN VERBETERDE WERELDRECORD. Het kan echter niet erkend worden. Tijdens wedstrijden in 't hardrijden op de schaats te Bergen in Noorwegen noteerde de Noorsche rijder Aage Johansen op de 5000 meter een tijd van 4 min. 14.8 sec. Hiermede verbeterde hij het wereldrecord op dezen afstand, dat met 4 mm. 17.2 sec. op naam staat van zijn landgenoot Ivar Ballangrud, gevestigd op 18 Januari 1936 te Oslo. Helaas zal dit record niet erkend kunnen worden, daar de prestatie op een 250 meter baan werd geleverd en de I. E. V. heeft bepaald, dat een record slechts erkend kan worden, indien het op een 400 meter baan is gemaakt. Athletiek GUNNAR HOECKERT GESNEUVELD. Men meldt uit Helsinki, dat de Olympi sche kampioen Berlijn 1936 op de 5000 me ter en wereldrecordhouder over 3000 meter, Gunnar Hoeckert, is gesneuveld. Hoeckert was een der meest bekende Fin- sche athleten, een speciale leerling van Paavo Nurmi, die nog hoöge verwachtingen van zijn landgenoot had. Zijn eerste groote prestatie was het behalen van het Olym pisch kampioenschap over 5000 meter tij dens de spelen in de Duitsche hoofdstad. Hij won dit nummer in 14 min. 22.2 sec., het geen een nieuw Olympisch record beteeken- overledane j de. Meer dan 3 seconden voorsprong had I hij op zijn landgenoot Lari Lehtinen. Ver- H.P. I volgens bracht hij op 24 Sept. 1936 te Stock holm het wereldrecord over 2 Engelsche mijlen op zijn naam met een tijd van 8 min. 57.4 sec., doch lang bleef hij niet in het bezit van dit record. Op 16 September 1937 kwam hij in het bezit van het wereldrecord over 3000 meter. Hij liep dezen afstand te Stock holm in 8 min. 14.8 sec. en dit record staat op dit oogenblik nog op zijn naam. WILLEDRAM EVENEENS GEVALLEN. Een van de vrienden van Hoeckert, de kampioen hoogspringen Bror Henrik Wille- dram, is eveneens aan het front gesneuveld. Glimlachje. Nu zie je Karei meisjes heb ben geen zin voor humor. :n i- gt ;n r- ie al de de In nd dg an iet in- :an is de Ier

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 3