Groote fabrieksbrand te Rotterdam. Schade bedraagt ver over de f 100.000.-. Duitsch vliegtuig boven Leeuwarden. Nederlandsch kustvaartuig vergaan. Peulvruchtenprijzen. Hooipriizen en hamsterwet. K.L.M. breidt haar lucht net weer uit. NORTH STATE PRIJSPOLITIEK NADER TOEGELICHT. Ala rm in een oud stadje ergens in Nederland. Afdeeling P.A.G. komt in stelling. Zware artillerie aan de kust. Gebrek aan bluschwater bij brand te Oiever. In den afgeloopen nacht is een groote brand uitgebroken in de fabriek van win kelbetimmeringen en aanverwante artike len „St. Laurens" van de fa. C. Breedveld aan de Rochussenstraat te Rotterdam. Van de fabriek, die uit 3 naast el kaar gelegen panden bestaat, elk van drie verdiepingen, is weinig behou den gebleven. De schade bedraagt ver over de honderdduizend gulden. De brand werd omstreeks half vier door een nachtwaker ontdekt. Deze zag uit een kelder van het pand rook opstijgen. Hij waarschuwde direct de politie, die de brand weer alarmeerde. Deze rukte onmiddellijk met groot materiaal uit. Inmiddels had een agent van politie den directeur van de fabriek, den heer Breed veld, die boven de zaak woont, gewekt. Het gezin van den heer Breedveld, bestaande uit diens echtgenoote, dochter en bejaarde ouders en schoonmoeder, moest in nacht gewaad vluchten en werd voorloopig bij buren ondergebracht. Oververhitte centrale verwarming. De brand was in den kelder in het rech tergedeelte van het gebouw ontstaan, ver moedelijk door de oververhitting van de centrale verwarming en breidde zich met razende snelheid door het gebouw uit. Toen de eerste slagenwagens arriveer den, hadden de vlammen de eerste étage reeds bereikt en binnen enkele minuten de verdieping aangetast. Ook in de breedte en diepte verbreidde het vuur zich snel, zoo dat toen de eerste motorspuit gereed was om water te geven, de geweldige houtvoor- raad, welke in het gebouw was opgeslagen reeds fel brandde. Daarom werd meer ma teriaal gehaald en korten tijd later arri veerden nog drie motorspuiten en een auto matische Metsladder. Om vier uur werd met een zestal stralen water gegeven. Deson danks bleef het vuur zich met groote snel heid uitbreiden. De vlammen sloegen hoog boven de fabriek uit en waren ver in de omtrek zichtbaar. Tot ver in de omtrek was aan den rossigen gloed merkbaar, dat er een geweldige brand heerschte. Het vuur bedwongen. Omstreeks half vijf stond de geheele fabriek, die een lengte heeft van twintig meter en een breedte van veertig meter, in lich ter laaie. Ondanks de geweldige watermassa's, die in het vuur wer den geworpen, bleven de vlammen fel uitslaan en bestond er groot gevaar voor de belendende per- ceelen. Na alle krachten op het vuur geconcentreerd te hebben, gelukte het de brandweer echter tegen zes uur het gevaar voor uit breiding te bezweren. Toen laaiden de vlammen echter nog op achter in de fabriek, waar de houtopslag plaats was. Om zes uur stortte een deel van de vloer van de eerste étage in, een aantal machines met zich meesleepende. Omstreeks half zeven kon men zeggen, dat de brandweer de vlammen meester was, ten minste in de fabrieksgebouwen. Gevaar voor uitbreiding was er niet meer en de brandweer kon zich bepalen met de veer tien stralen, waarmede men werkte, groote watermassa's in het gebouw te werpen. De fabriek is in 1917 gebouwd en werd later uitgebreid met een linkervleugel ter wijl aan de achterzijde ook een stuk werd aangebouwd. De schade is nog niet bekend maar zoo als gezegd, bedraagt ze ver over de honderd duizend gulden. Alles wordt door verzeke ring gedekt. Door vliegtuigpatrouille verjaagd. De regeeringspersdienst meldt: Dinsdagmiddag omstreeks half vier heeft zich een Duitsch militair vlieg tuig boven Leeuwarden vertoond. Een Nederlandsche vliegtuigpatrouille is opgestegen en heeft het Duitsche vliegtuig achtervolgd en onder vuur genomen, waarna het ons rechtsge bied heeft verlaten. De opvarenden gered. Volgens uit Concarneau (ten Zuiden van Brest) ontvangen tele gram is het Nederlandsche kust vaartuig „Alja", dat op weg was van Spanje naar Nederland, op een wrak gestooten en nabij Glénan vergaan. Alle opvarenden zijn gered. De „Alja" is een motorkustvaartuig van 385 ton en was bemand met zeven personen. Kapitein is de heer W. Nooitgedacht te Groningen. Het schip behoorde aan den reeder J. van Dijk te Groningen. Minister beantwoordt vragen. Op vragen van het lid der Tweede Kamer, den heer Amelink (a.r.), betreffende verla ging van den prijs van enkele soorten peul vruchten, heeft de minister van economische zaken als volgt geantwoord: Het is juist, dat de Nederlandsche Akker- bouwcentrale Zeeuwsche bruine boonen en mansholt-capueijners van de producenten koopt voor den prijs van respectievelijk 17 voor a-kwaliteit en 18.50 per 100 kg voor super-kwaliteit. Deze beide producten wor den aan den handel geleverd voor 23.30 per 100 kg. Het is eveneens juist, dat het verschil tusschen den overnameprijs voor het artikel witte boonen en den verkoops prijs daarvan 7.80 per 100 kg bedraagt. Het komt den minister echter niet juist voor het verschil tusschen den aan den teler betaalden prijs en den verkoopprijs als bruto-winst te beschouwen. De Nederland sche Akkerbouwcentrale immers krijgt voor haar rekening de kosten van opslag en be waren van de ingenomen partijen den af slag daarvan, zoomede de algemeene aan den opslaghouder te betalen kosten, de bewer- kingskosten de mindere opbrengst van het bij die bewerking ontstane afval en uit- schoonsel, het gewichtsverlies. Bovendien is in de bovenbedoelde ver schillen tusschen de overname- en verkoop prijzen begrepen een bedrag ter bestrijding van de distributiekosten. Men moge in dit verband bedenken dat de distributiekosten niet slechts betrekking hebben op het cen traal distributiekantoor van -het departement van den minister, doch dat ook aan de ge meentebesturen een tegemoetkoming wordt verleend van 85 pet. der werkelijk door hen gemaakte distributiekosten. Gelet op bovenstaande omstandigheden kan de minister geen vrijheid vinden maat regelen te nemen ten einde de verkoopprij zen te verlagen. Maximumprijzen vastgesteld. Op grond van de prijsopdrijvings- en ham sterwet heeft de minister van economische zaken verboden: Het binnen het rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en verkoopen van weidehooi voor een prijs per 1000 k.g. welke meer bedraagt dan 53.voor de weide hooi van de eerste kwaliteit, 49.voor weidehooi van de tweede kwaliteit en 45. voor weidehooi van de derde kwaliteit, bij levering franco binnen 10 k.m. van het be drijf van den verkooper, of een daarmede overeenstemmenden prijs bij. andere leve ringscondities; het binnen het rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en verkoopen van Lucernehooi en roodklaverhooi voor een prijs per 1000 k.g. welke meer bedraagt dan 58.voor de eerste kwaliteit, 54.voor de tweede kwaliteit en 50.voor de derde kwaliteit, bij levering franco binnen 10 k.m. van het bedrijf van den verkooper, of een daarmede overeenstemmenden prijs bij an dere leveringscondities; het binnen het rijk in Europa uit de la tere hand te koop aanbieden en verbieden en verkoopen van weidehooi, Lucernehooi en roodklaverhooi voor een prijs, welke meer bedraagt dan boven genoemde prijzen, ver hoogd met een redelijk bedrag voor kosten en winst. TWEE WERKLIEDEN BEKNELD. Gisteren zijn op het terrein van de electri- sche centrale aan de Schiehaven te Rotter dam twee arbeiders, de 39-jarige T. Donk en de 54-jarige M. Rooy, bekneld geraakt tus schen een kolenknijper en den wand van een wagon, waarin zij werkten. Het ongeval gebeurde tengevolge van een verkeerde manoeuvre met den knijper, die in plaats van omhoog, naar voren werd bewogen. De toestand van beide arbeiders is zorgelijk. Dienst op Parijs wordt heropend. Op 1 Maart a.s. zal een nieuwe dienst regeling in werking treden voor het lucht net der K. L. M. en de met haar samen werkende luchtvaartmaatschappijen. In die dienstregeling zijn verschillende uit breidingen opgenomen; de ondervinding der laatste maanden heeft geleerd, dat de belangstelling voor het luchtverkeer steeds stijgende is. De uitbreiding van het aantal diensten wordt vergemakkelijkt door het lengen der dagen. Na zonsondergang geldt immers voor bijna alle Europeesche landen een vliegverbod. Het aantal diensten op Engeland wordt tot 4 per dag uitgebreid, 3 diensten zullen worden onderhouden met Denemarken en Zweden. Men kan dan weer In één dag van Londen via Amsterdam naar Stock holm of omgekeerd. De dienst Brussel Amsterdam zal aansluiting geven op de Scandinavië-lijn. Zij zal ook Zondags wor den gevlogen. In den loop van Maart zal bovendien weer de Dorway Air Express worden inge steld, de lijn AmsterdamOslo, welke vooral in Noorwegen groote populariteit geniet. Tenslotte zal in Maart met den dienst AmsterdamParijs (via Dieppe) weer een aanvang worden gemaakt. S.S. „FARMSUM" OP WEG NAAR SINT VINCENT. Bemanning van de „Alkmaar" aan boord. Het s.s. „Farmsum" van de Stoomvaart Maatschappij „Oostzee", welk schip op weg is van Zuid-Amerika naar Nederland, heeft de geheele bemanning van het s.s. „Alk maar" van de K.N.S.M., dat Zaterdag nabij de Kaap Verdische Eilanden is gestrand, gistermiddag van een rots, waarheen zij met een boot was overgebracht, afgehaald. De „Farmsum" is thans op weg naar het eiland Sint Vincent, waar heden het s.s. „Stuyvesant" de bemanning van de „Alk maar" zal overnemen en naar Nederland zal brengen. ONZE POSTVLUCHTEN. Uitreis: Reiger (Both) te Athene, 25 Febr. te Batavia verwacht; Emoe (ten Pas) te Sin gapore, 21 Febr. te Batavia verwacht. Thuisreis: Torenvalk (v. Dijk) te Rangoon, 24 Febr. te Napels' verwacht; Wielewaal (Frijns) te Napels. 13 BLÉNDED CIGARETTES^ Wanneer den handel prijs- verhooging is toegestaan De minister van economische zaken deelt met betrekking tot de prijspolitiek het vol gende mede: Na het uitbreken van den oorlog is be kend gemaakt, dat geen bezwaar bestond tegen een verhooging van den verkoopprijs boven het peil, dat in de maand Augustus 1939 gold, voorzoover deze verhooging door een aantoonbare verhooging van den kost prijs werd gemotiveerd. Nadat de oude voor raden in het algemeen waren opgeruimd, is vervolgens op de persconferentie van 3 Nov 1939, alsook bij de schriftelijke behandeling van de begrooting van het departement van economische zaken medegedeeld, dat ten aanzien van de prijsbepaling door het be drijfsleven aecooru kon worden gegaan met een calculatie op basis van de vervangings waarde, indien en voorzoover normale han delsvoorraden werden aangevuld. Het is intusschen wenschelijk gebleken deze richtsnoeren te verduidelijken met be trekking tot de handelsmarges. In sommige gevallen blijkt men er namelijk van te zijn uitgegaan dat bij de herziening der prijzen de pro- centueele bruto-winstmarges kon den worden gehandhaafd. Dit stand punt moet als onjuist worden be schouwd. Ook voor den handel geldt, dat prijsverhooging door een aan toonbare kostprijsstijging moet wor den gemotiveerd. Bij de prijsbepaling door den han del mag dus het totale geldsbedrag van de bruto-winstmarge slechts worden verhoogd, indien en voor zoover een aantoonbare verhooging van de handelskosten heeft plaats gevonden. De minister doet een beroep op het be drijfsleven om deze aanwijzingen nauwgezet na te leven, teneinde zonder dat van de bij zondere bevoegdheden van de prijsopdrij vings- en hamsterwet 1939 gebruikt behoeft te worden gemaakt, een verhooging van de prijzen en daarmede van de kosten van levensonderhoud zooveel mogelijk te beper ken. Tenslotte wordt de aandacht erop geves tigd, dat voorlichting met batrekking tot de materie der prijzen wordt verleend door de afdeeling nijverheid en de afdeeling mid denstand van de directie van handel en nij verheid van het departement van economi sche zaken. Langs grenzen en inundaties. DE ZEEVISSCHERIJ IN OORLOGSTIJD. Tot de bedrijven, welke door de oorlogs omstandigheden ernstig zijn getroffen, be hoort zonder twijfel ook de visscherij ter zee. De aanvoeren van visch te IJmuiden zijn klein, de prijzen hoog. Met de uiterste moeite wordt de visscherij gestimuleerd. De regeering heeft den wensch te kennen gegeven, dat de schepen in de vaart blijven; en zij getroost zich groote financieele offers om dit plan uit te voeren. Zestig procent van de molest- premies voor de schepen wordt door de re geering betaald. Ook voor de bemanningen wordt uitmuntend gezorgd. Doch het spreekt vanzelf, dat de reederijen niettegenstaande deze hulp nauwelijks het bedrijf, dat vóór den oorlog al niet loonend was, op gang kunnen houden. De regeering ziet evenwel het eminente belang van onze visscherij. Dit is de vorige week weer gebleken, toen de molestpremie werd verlaagd. Het onmiddellijk gevolg hiervan was, dat nu enkele trawlers op het punt staan naar zee te vertrekken. Er zijn thans 29 schepen op zee en dit aantal zal in de komende da gen nog aanmerkelijk stijgen. Men mag evenwel niet verwachten, dat alle schepen ter visscherij zullen uitvaren. De kosten hiervoor kunnen niet worden gedragen. Het vorig jaar Februari waren 72 schepen op zee. In Juni was dit aantal teruggeloopen tot 27. De IJmuidensche vloot bestaat thans uit 86 stoomtrawlers, die een certificaat heb ben. Wanneer de toestand zich blijft ontwikkelen zooals momenteel het geval is, dan kunnen wij over een maand ruimeren aanvoer verwach ten. Een voordeel voor de visschers is, dat zij uitstekend vangen. Dit is ook al weer een gevolg van de omstandigheid, dat slechts weinig schepen op de bekende vischgronden ter vischvangst gaan. De besommingen zijn dus hoog. Alleen de beste platvischgronden in de Duitsche Bocht zijn door de Duitsche mijnenvelden versperd. De handelaren hebben het natuurlijk ook moeilijker dan gewoonlijk. De regeering doet ook voor hen al het mogelijke. Gedu rende de eerste acht maanden van 1939 werd ongeveer 700.000 kg. visch ingevoerd, terwijl de totale invoer over dat jaar 2.133.000 kg. bedroeg. Hieruit blijkt wel, dat de regcering den invoer bijna geheel vrijlaat om de vraag naar visch in ons land op te vangen. In ieder geval is de situatie zoo, dat er langzamerhand meer schepen zullen uitva ren, wanneer ongelukken tenminste uitblij ven. Op den duur zal de eigen Nederland sche visscherij dan aan de vraag van de markt weer kunnen voldoen. En daar gaat het tenslotte om: de export komt eerst in de tweede plaats. (Van onzen specialen verslaggever). Sissend vliegt een vuurpijl van den ver weerden toren en barst hoog in de lucht in zeven, acht roode ballen uiteen. Een tweede, een derde en vierde volgtde aJarmtoestand is in het oude stadje ingetre den! Overal hoort men nu het onheilspel lend getrompetter, aanvangende met de vier lange stooten, vóór ons, achter ons, heel in de verte als een echo, en vlak beneden ons, en in alle kwartieren haken de man schappen hun uitrusting om, slingeren ge weer en gasmasker over den schouder, zet ten den helm op en verzamelen buiten om in de looppas, onder aanvoering van ser geant of vaandrig, de stellingen te bezetten. Wij, boven op een der bolwerken, waar de ijzige Oostenwind ons als met messen in het gezicht snijdt, krijgen even den indruk van een verstoord mierennest. In alle straatjes is er even een gekrioel van dra vende soldaten, de veld-artillerie davert langs ons heen, de zware Ardenner paarden, met fladderende manen laten het schuim in vlokken rondvliegen, maar ze trekken het veldgeschut de steilste hellingen op. En plotseling, zonder overgang, is de stoornis in het mierennest ten einde, de rust keert terug, en geen soldaat is meer te bekennen. Het stadje schijnt weer ingesla pen Maar achter ieder schietgat loert nu een spiedend oog, in alle schietsleuven rust de loop van lichte of zware mitrailleur, gereed om te vuren, in de loopgraven staan de infanteristen met het geweer in den aan slag, de mortieristen zitten bij hun stukken kachelpijpen, zooals ze in de wandeling genoemd worden de veldartilleristen heb ben de munitie gereed, bij de springlading van huizen en bruggen staan de bedia- ningsmanschappen met de windlucifer bij het lont. De kolonel knikt: „Mijne heeren, u ziet op het oogenblik niets meer van onze bezet ting, en zoo hoort het ook, want een goeie infanterist is van nature onzichtbaar. Hij is „the invisible man" van onze weermacht en dat moet hij wel zijn, want zoodra wij hem zouden zien, zou de vijand dat óók doen, en dan is hijde sigaar! Maar als u even meewandelt, dan zullen we u toonen, dat hij waakzaam en paraat is". En daar zien we den mitrailleurschutter en zijn helper, den mortierist, de P.A.G.- bediening, den geweerschutter, daar zien we al die taaie infanteristen achter hun dek king, gereed om den indringer een verras sende verwelkoming te 'even. Het P.A.G bestrijkt precies den weg naar de stad, de mitrailleurs geven flankeerend vuur naar links en rechts, de mortieristen schieten hun projectielen tot in den boschrand op twee duizend meter afstand, en zoo de vijand een schuilplaats mocht zoeken in de huizen van het voorterrein dan heeft hij kans op een luchtreisje! Even later op den straatweg, raast een afdeeling P.A.G. voorbij tien, twaalf trek kers, waarin de bedieningsmanschappen hebben plaats genomen, daarachter gekop peld het stuk geschut. De commandant, een eerste luitenant van top tot teen in leer, vuurrood verweerd gezicht onder zwaren valhelm, laat zijn motorfiets draaien: Halt- houden. Twee eerste stukken in stelling brengen, links en rechts van den weg. Snel!" Vier minuten later zijn de twee stukken tot vuren gereed, en na precies tien minu ten zet de colonne zich weer in beweging, met daverend lawaai van knalpot en uit laatpijp. Naar de kust. Verdedigingswerken aan de gren zen, voor de inundaties, in het Zuiden en Oosten, maar de kustlijn is eveneens tot in de perfectie be veiligd. Geweldig is er ook in onze duinen gewerkt, overal verrezen de Alarm, in een oud stadje erg in Nederland; in een ommezien zijn alle stellingen volledig bezet. Zwa re artillerie wakend aan onze kus ten tegen elke landingspoging, stukken van tien, twaalf en vijftien centimeter opgesteld in voortref felijke gecamoufleerde en zwaar ge pantserde geschutstellingen. Spin- nekoppen op het stille strand, verplaatstbaar luchtdoelgeschut in verlaten duinpannen, ziedaar en kele indrukken van onze specialen verslaggever gedurende de derden dag van de excursie. Dr. P. C. Bcutens 70 jaar. - Dr. P. C. Boutens is gister 70 jaar geworden. De dich ter ontving o.m. van den minister van on derwijs, kunsten en wetenschappen een ge- lukwensch. Twee perceelen geheel verwoest. Gistermiddag heeft een felle brand gewoed in het manufacturenmagazijn „De Toe komst" van den heer P. Zaligman, aan de Hoogstraat te Diever (Dr.). 't Vuur dat op de bovenverdieping is ontstaan, kon in verband met gebrek aan bluschwater, niet worden bestreden. Bovendien bleek de brandspuit van Diever niet in orde te zijn, weshalve de burgemeester de brandweer van Dwingelo en later die van Asen om assistentie ver zocht. Inmiddels was ook het benedengedeelte van het manufacturenmagazijn door het vuur aangetast. Men slaagde er nog in het huisraad en enkele bescheiden in veiligheid te brengen. Korten tijd later deelde het vuur zich mede aan de naast gelegen copieerinrichting van den heer Van Goor, terwijl aan de achterzijde de vlammen over sloegen op het woonhuis van den landbou wer Vierhoven. De brandweer slaagde er in samenwerking met de intusschen ter plaatse verschenen brandweer van Dwingelo en Assen in, het huis van den landbouwer te be houden, evenals twee daaraan grenzende woonhuizen. Het manufacturenmagazijn en de copieer inrichting brandden echter gehëel uit. Slechts een gedeelte van den inventaris van de copieerinrichting wist men te redden. De schade wordt door verzekering gedekt. De oorzaak van den brand is niet bekend. betonnen kazematten als opstel lingsplaats voor de zware artillerie, vlak aan de kust zijn zeer on vriendelijke spinnekoppen gebouwd, waarin de zware mitrailleurs ge huisvest worden, en dwars door het zeer geaccidenteerde terrein trekken de vrachtwagens de lichte stukken 4 c.M. luchtdoelgeschut naar elke gewenschte opstellingsplaats. „Dat belooft een gezellig badseizoen te worden dezen zomer", bepeinst een der col lega's, „als je niet tegen een losgebroken mijn optornt, heb je kans 'n scherf van een granaat op je badmuts te krijgen, en ont snap je aan dat risico dan kom je natuur lijk in de kogelbaan van een zware mitrail leur terecht. Kapitein, is er soms ergens een plekje, waar géén kust-, geen lucht doel-, geen veldartillerie en geen mitrail leurs staan?" De kapitein schiet in den lach: „Ik hoop het van niet. Maar als u zoo'n plekje ont dekt, waarschuw ons dan even, dan bren gen wij er gauw wat geschut heen!" Dat wordt wat, met de „stille strand-ver- eenigingen" van Zoutelande tot Schiermon nikoog! Ons vier centimeter luchtdoelgeschut komt in actie: „Vliegtuigen gesignaleerd boven de fabrieksschoorsteenen!" Vliegensvlug wordt met het eerste en der de stuk gemanoeuvreerd, de loop draait van hoog naar laag en van links naar rechts twee houders, elk met vijf granaten, worden op de laadinrichting gezet en thans kan schot na schot worden afgevuurd tot een snelheid zelfs van 120 schoten in de minuut. Maar bij het tweede stuk wil het niet vlot ten, en vertoornd informeert de vaandrig! Hoe zit dat daar? Komen jullie nooit in stelling?" De stukscommandant geeft de gewensch te opheldering: „De fotografen willen eerst een paar opnamen maken, vaandrig!" Het typische bij dit soort geschut is, dat de projectielen een lichtgevende baan heb ben zoodat de stukscómmandant onmiddel lijk kan nagaan, of zijn schot te hoog of te laag, te veel naar links of naar rechts terecht kwam, en met die wetenschap bij het vol gende schot rekening kan houden. Een duin van drie verdiepingen. Rare duinen zijn het soms, die onze geest gronden beschermen, ook al schittert nog steeds in den zonnegloed hun blanke top. Want door een deurtje komt men in een geheel in gewapend beton uitgevoerde ge- schutsstelling, waar een geweldig 15 c.M. kanon veilig opgeborgen staat. Vijftien, twintig kilometer ver in zee zendt het zijn projectielen naar doelen, die met het bloote oog niet zichtbaar zijn. Langs een lood rechte ijzeren ladder dalen we naar het sousterrain af, en komen terecht in het lo gies van de bedieningsmanschappen; gaan we nog lager, dan bereiken we de munitie- bergplaats, waar tientallen granaten opge slagen zijn. Langs een electrisch voortbe wogen Jacobsladder gaan van hier de pro jectielen omhoog en schuiven netjes het kanon binnen. Dank zij deze automatische lading kan men met deze stukken zes, zelfs zeven schoten per minuut afgeven. Zoo vindt men overal langs onze kusten en vooral bij de groote ri viermondingen onze artillerie-op stellingen, in goed gecamoufleerde, zwaar gepantserde stellingen, en elk schip, dat binnenvaart, wordt wel licht zonder dat de bemanning het weet, gadegeslagen uit drie of meer commandoposten van waaruit on middellijk leiding en richting kan worden gegeven aan even zoovele batterijen kust-artillerie. Het liep al tegen den avond, toen wij langs één der zeegaten, onze Jantjes in actie za gen bij een aan den oever ingegraven bat terij marinegeschut van 7 c.M. kort. In hun witte kleeding, speciale camouflage met het oog op de sneeuw, maakten zij een keurigen indruk, alle handelingen gingen kwiek en vlot, ook het opzetten van het gasmasker tijdens het laden en vuren. Uit zee kwam langzaam een mijnenveger opgestoomd, kra kend de ijsschotsen, die tegen den boeg dreven; interessant schouwspel in de stra len van de bloedrood ondergaande zon. En tevens een treffende illustratie van de pa raatheid der Nederlandsche weermacht, te land zoowel als op zee, met geen ander doel dan de handhaving van ons onafhankelijk volksbestaan. En dat was het laatste beeld, dat wij van deze interessante excursie meenamen, een excursie die ons allen, Nederlanders zoowel als vreemdelingen, heeft getoond, dat het ons land ernst is met de verdediging van zijn neutraliteit en dat wij met de ons ten dienste staande middelen bereikten, wat er bij mogelijkheid mee bereikt kon worden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 6