Het „Holland House" te New-York geopend. Arrondissements-Hechtbanh. Zijn aangespoelde goederen zonder eigenaar? Vier jaren tegen spion geëischt. Toespraak van minister van Kleifens. De minister van -builenlandsche zaken, mr. E. N. van Kleffens, heeft ter gelegenheid van de opening van het Holland House te ■New-York een radioboodschap gericht tot de Ver. Staten, waarin hij zijn vreugde uit over het verwezenlijken van het plan tot het stichten van Holland House, dat een middelpunt zal vormen van het contact tus schen Nederland en de Vereenigdc Staten. In het bizonder bood de minister den president van de Holland House Corpo ration, de heer Fenton B. Turck, zijn geluk- wenschen aan. Holland House, aldus de minister, is een treffelijke uiting en bezielend symbool van deze zoo uitnemende banden van wederzij d- sche achting en vriendschap. In dit licht be zien, toont het aan allen, die zulks kunnen zien, hoe de betrekkingen tusschen twee staten, die beide gelijkelijk streven naar ge ordende internationale betrekkingen, voor het algemeen welzijn kunnen worden gere geld. Wij in Nederland behoeven van vele producten uit de Vereenigde Staten, gij hebt de onze noodig, in het bijzonder die uit onze Aziatische gebiedsdeelen. De grootst moge lijke handelsvrijheid is de erkende doelstel ling van uw politiek zoowel als van de onze on ik moge hier mijn groote waardeering uitspreken voor al hetgeen de president van de Vereenigde Staten en de staats-secreta- ris Hull in dit opzicht doen en reeds hebbén Verricht. Het kleine en dichtbevolkte Nederland be vindt zich thans tusschen tv/ee machtige te genstanders. Het stemt tot voldoening, dat ons land van beide partijen de verzekering heeft ontvangen, dat zij de neutraliteit van dit land zullen eerbiedigen. Wij vertrouwen erop, dat deze beloften gehouden zullen worden. Een oorlog in dit, zoo uitermate dichtbevolkte land zou een barbaarsche slachting worden het zou gelijk staan met een oorlog in de straten van een uwer groote steden. Het zou welhaast onmogelijk zijn een onderscheid te maken tusschen combattan ten, en het staat vast, dat vrouwen en kinde ren in gelijke mate als soldaten er het slachtoffer van zouden worden. Oorlog in ons land zou een ramp zijn, verschrikkelij ker nog dan in minder dichtbevolkte landen. Hoe meer derhalve de woorden „Hands off Holland" in de gansche wereld herhaald worden, hoe liever het ons is. Dit land heeft het zijne bijbedragen tot de beschaving en 't het welzijn van de menschen. Ik moge een vooraanstaand Amerikaan aanhalen, die dit land goed kende en het beminde, en de vol gende woorden in uw herinnering brengen, die tegen het einde van de vorige eeuw wer- len doen voelen, hoeveel de Vereenigde den geschreven, en die u tegelijkertijd zui- Staten en Nederland gemeen hebben: „Als wij de geschiedenis van godsdiensti ge kwezelarij en vervolging, die een smet heeft geworpen op den roem van zoo menig volk in beschouwing nemen, rijst voor onze oogen dat kleine land Holland, dat aan de zee werd ontwoekerd, in een aureool van glorie op. Laat anderen spreken van hiin gewapende macht en hunne overwinningen, wij willen spreken van groothartigheid en verdraagzaamheid van het volk, dat een kerk was onder het kruis, en dat onder dat kruis datgene gebouwd heeft, wat de Vader wilde, dat al Zijn kinderen zouden doen onder het teek en der liefde: een toevluchts oord voor de vervolgden en de onderdruk ten. En daarom beteekent het Holland House in New York niet slechts een knooppunt waar stoffelijke behoeften samenkomen, het is evenzeer een uiting van hooge geestelijke waarden, die de Vereenigde Staten en Ne derland gemeen hebben. Uw land, evenzeer als het onze, is een toevluchtsoord voor de onderdrukten en voor hen, die onder zware lasten gebukt gaan. En Holland House is eveneens een baken van dat diepgewortelde voel van vrijheid, dat wellicht slechts in landen, die als de onze, ervaren hebben wat het beteekent daarvan verstoken te zijn, een zoo essentieel deel vormt van het nationale bewustzijn. Het is de oprechte wensch van de Neder- landsche regeering, dat de Holland House Corporation of New York niet slechts bij het verstrijken der jaren meer en meer een ver zamelpunt zal worden voor Amerikaansche en Nederlandsche sympathieën en belangen, van het strand gejut. Zitting van Dinsdag 19 Maart. Voor de Alkmaarsche rechtbank stond terecht de timmerman P. V. uit Callantsoog, die in December van het vorig jaar van een paar sodaten twaalf rollen brandslangen en een vat methyl-ethylalcohol had aangeno men met de bedoeling, deze zaken voor ge- zamelijke rekening te verkoopen. De solda ten hadden deze artikelen, die een vrij aan zienlijke waarde hadden, van het strand ge jut. De verdachte zei, dat de soldaten met de zaken bij hem waren gekomen. Zij hadden met zijn toestemming, alles begraven in zijn tuin Hij zou de slangen en den alcohol zien te verkoopen in de verwachting, dat er voor hem cok nog iets zou overschieten. Uit de verklaring van burgemeester Ree horst, die als getuige werd gehoord, bleek, dat het vat alcohol bij den verkoop door de strandvonderij 100 had opgebracht. Op de slangen was een bod gedaan van 15 per rol. V. staat in de gemeente goed aangeschre ven; wanneer iets moet worden georgani seerd te algemeenen nutte, dan moet men bij hem zijn. De veldwachter deelde mede, dat V. nog een kans heeft gehad om de zaak voor hem te redden; die kans verknoeide hij evenwel. Een der soldaten, die de spullen bij V. hadden gebracht, verklaarde, dat er een af spraak was gemaakt van: samen deelen. De officier, mr. G. v d. Feen de Lille, meende zich op het standpunt te mogen stellen, dat de aangespoelde voorwerpen in maar dat de groote verwachtingen, die wij van zijn werkzaamheden koesteren, in ver vulling zullen gaan in een vrijer en geluk kiger wereld, dan degene die wij thans ken nen. Na den minister heeft nog de gouverneur- generaal van Indië, jhr mr. A. W. L. Tjarda van Starkenborgh Stachouwer, het woord gevoerd. kwestie geen prijsgegeven goederen waren, doch wel degelijk een eigenaar hadden. Ver dachte kon weten, wat voor vleesch hij in de kuip had Verdachte was te slap geweest. Hoewel de niet heelemaal cprechte houding van verdachte weinig bewonderenswaardig was, wilde spr. volstaan met een geldboete omdat verdachte overigens een verdienste lijk burger is en omdat het initiatief tot de daad niet van hem zelf was uitgegaan. Spr. vorderde 75 of 30 dagen. Sprake van strandvonderij of niet? Vervolgens stond terecht de verlofhouder B. uit Schagen, die een tiental brandslangen van den verdachte uit de vorige zaak had overgenomen, volgens dagvaarding met de bedoeling, daar voordeel uit te halen. B. zei niet te hebben geweten, dat de brandslangen van jutterij afkomstig waren. Dat ze nat waren van water, had hij toege schreven aan den regen, waarin ze hadden gelegen bij V. Uit het getuigenverhoor kwam naar voren, dat verdachte de slangen, toen de politie bij hem een onderzoek kwam instellen, verbor gen had gehouden. V. uit Callantsoog die overigens tegenstrijdige verklaringen af legde beweerde tegen B. te hebben ge zegd, dat de slangen van het strand af kwa men. Verdachte voerde aan, dat hij de slangen bij het politie-onderzoek had achtergehou den, omdat hij uit het onderzoek had begre pen, dat er iets niet mee in orde was. Hij had de slangen zoo spoedig mcgelijk weer naar Callantsoog willen terug brengen, om zijn vingers verder niet te branden. V. had hem niet gezegd, waar de slangen vandaan kwamen en overigens leefde hij in de ver onderstelling, dat V. strandvonder was. De officier nam dit verweer van verdachte niet aan en stelde de vraag, waarom de slan gen Zaterdagsavonds in het donker van Cal lantsoog moesten worden genaaid. Spr. vor derde drie maanden gevangenisstraf. De verdediger dr. mr. Buiskool uit Scha gen, meende, dat de officier thans de jutte- rijzaakjes bij de meervoudige kamer aan brengt, omdat de politierechter te Alkmaar de verdachten vrij spreekt. Uitgemaakt moet worden, of de goederen, zooals in de dag vaardingen staat, van diefstal afkomstig zijn. Pleiter betoogde in den breede, dat aange spoelde goederen in het algemeen feitelijk als prijsgegeven zaken moeten worden be schouwd. Ook juridisch hebben dergelijke goederen eigenlijk geen eigenaar. Diefstal beteekent, goederen onttrekken aan de heer schappij van den rechthebbende. Aange spoelde goederen verkeeren heelemaal niet onder de heerschappij van iemand en wan neer men ze vindt en zich toeëigent, onttrekt men ze dus niet aan iemands heerschappij. Bovendien, wie kan bewijzen dat deze goe deren niet prijsgegeven zijn? Ook de Hooge Raad is in deze materie, die nog niet gere geld is, zeer voorzichtig met zijn uitspraken. Voorts verplicht wel het wetboek van koop handel, dat men aangespoelde goederen bij de strandvonderij moet aangegeven, maar de strafwet bemoeit zich daar heelemaal niet mee. Pleiter vroeg vrijspraak, subsidiair een dat verdachte werd vervolgd als heler in tweede instantie, hetgeen al zeer ongebrui kelijk is. B. handelde in opdracht van V. en dat er sprake was van goede trouw, was ook gebleken uit het feit, dat verdachte de slan gen aan de gemeente Schagen openlijk had aangeboden. Pleiter vroeg vrijspraak, subsidair een lichte geldboete. Na re- en dupliek, waarbij de officier erkende voorloopig alleen te staan in zijn opvatting over strandjutterij werd de uitspraak in beide zaken bepaald op Donderdag a.s. De substituut officier van justitie bij de Utrechtsche rechtbank, mr. J. Camphuis, eischte gistermiddag tegen een zekeren v. d. L., Nederlander, zonder beroep, een ge vangenisstraf van vier jaar. De man stond terecht voor de meervou dige Kamer van de Utrechtsche rechtbank, verdachte van het plegen van spionnage ten gunste van een naburig land. Hij zou o.a. in lichtingen hebben verstrekt over de ligging van voor militaire doeleinden belangrijke telegraafkabels in de omgeving van Vianen. In deze zaak, welke met gesloten deuren werd behandeld, en eenige uren in beslag nam, werden o.a. vier getuigen gehoord. De uitspraak is bepaald op Dinsdag 2 April a.s. ALKMAARSCHE COURANT VAN WOENSDAG 20 MAART. .TWEEDE BLAD. HET WATER IN DE DINKEL is in de laatste dagen ongeveer anderhalven meter gestegen. Het gevolg daarvan was, dat de dijk nabij het Sterrebosch bij Denekamp is bezweken. Er ontstond een gat van ongeveer 7 meter lengte en 1 meter diepte, waardoor een zeer groot deel van de er achter gelegen landerijen blank kwam te staan. Het gat in den dijk. NADAT HET NIEUWE GEBOUW VAN DE RIJKSVERZEKERINGSBANK te Amsterdam in gebruik is genomen, heeft men het oude gebouw aan de Pieter de Hooghstraat gesloopt. OP DE VARKENMARKT TE PEKING. DE TE KOOP AANGEBODEN DIEREN LIGGEN, MET DE POOTEN VASTGEBONDEN, OP DEN GROND. DOOR DEN STORM werd 'n kruideniers bediende met bakfiets en al bij Watergang in het N.-Hollandsch kanaal geworpen. Met groote moeite kon men den bediende uit het water halen. DE BRITSCIIE PREMIER Neville Chamberlain, jl. Maandag op zijn 71sten verjaardag, tijdens zijn ochtendwandeling. DE BEMANNING VAN HET TANKSCHIP „EULOTA" dat eenigen tijd geleden vergaan is, is met de Batavierboot in ons land aangekomen. Kapitein Elzinga na zijn aankomst. A

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 5