Haansteen J$uUeniand üeuilteton DE Fransche legerberichten. TWEEDE BLAD. TELEKI OVER DE BETREKKINGEN MET ZUID-SLA VIE EN ITALIË. Terwijl hij bij de terugreis naar Boeda pest op Zuidslavisch gebied vertoefde, heeft Teleki tegenover Zuidslavische journalisten verklaard: „Hongarije heeft met Italië zoowel als met Zuid-Slavië goede betrekkingen. Onze vriendschap berust op de basis der werke lijkheid en ik ben er zeker van, dat de be trekkingen slechts beter kunnen worden, omdat het ons gemeenschappelijk belang is, dat de vrede aan onze grenzen gehandhaafd wordt en wij buiten het tegenwoordige conflict blijven". Teleki zeide verder, dat hij hoopte binnen kort een bezoek aan Zuid-Slavië te brengen. Wat zijn bezoek aan Italië betreft, heeft Teleki o.a. gezegd, dat men het oog geves tigd moet houden op twee dingen: den vrede van het oogenblik en den vrede, die geves tigd zal moeten worden na het groote Euro- peesche conflict. Laten wij, den vrede van het oogenblik handhaven, want het zou schadelijk zijn het Europeesche conflict uit te breiden. Dit is op het oogenblik het ge meenschappelijke belang van de Europee sche landen. Wat den definitieven vrede be treft, alle naties, die zich bewust zijn van haar zending in de gemeenschap van het Europeesche leven, moeten streven naar een vrede, die de onrechtvaardigheid zou doen ophouden en in staat zou stellen tot een openhartig samenwonen van de Europeesche volken. Men moet niet oordeelen over de ge beurtenissen in haar waarde van het oogen blik, maar van het standpunt der groote regeling, door middel waarvan wij den volken een duurzamen vrede wenschen te verzekeren, de mogelijkheid van welvaart en voldoening. Sprekende over zijn audiëntie bij den paus, verklaarde Teleki, dat hij diep getrof fen was door de oprechte aanhankelijkheid, die de paus had getoond jegens de Hongaar- sche natie en zijn levendige belangstelling voor alle belangrijke problemen van Hon garije. Tenslotte sprak Teleki met groot genoegen over hetgeen hij in Italië had gezien, vooral over de grootsche voorbereidingen der wereldtentoonstelling. Gistermorgen is Teleki door den rijksbe stuurder, Horthy, in audiëntie ontvangen. Hij bracht verslag uit van zijn reis naar Italië. VAN HET WESTELJK FRONT. Uit Parijs wordt gemeld, dat bij een Duitschen aanval op een Franschen post Zaterdag vijf Franschen zijn gewond en als gevangenen weggevoerd. De aanval was voorafgegaan door artillerievuur. Zondag overheerschte aan het Westelijk front de kalmte, ofschoon er aanzienlijke bedrijvigheid was in de lucht. Engelsche vliegtuigen hebben een aantal verken ningsvluchten ondernomen boven de Noordzee. Er zijn geen berichten ontvan gen over incidenten. Ook zijn verscheidene lange verkenningsvluchten gemaakt door de Franschen, wier machines tot diep in Duitschland doordrongen. Duitsehe toestellen vlogen over Noord west-Frankrijk en de Noordzee. DE GERUCHTEN OVER DE DARDANELLEN. Van Britsche gezaghebbende zijde ver klaart men, dat het bericht, volgens het welk Turkije de geallieerde vloot zou heb ben toegestaan door de Dardanellen te varen om een blokkade in de Zwarte Zee tot stand te brengen, volkomen onge grond is. Men wijst er op, aldus Reuter, dat vol gens de conventie van Montreux geen land zijn schepen door de Dardanellen kan zen den in een oorlog, waarin Turkije neutraal is. Wanneer Turkije oorlog voert, kan het beslissen zooals het wil. In buitengewone gevallen, wanneer Turkije zich onmiddel lijk bedreigd voelt, kan het derhalve vreemde schepen doorlaten, doch, naar men verneemt, hebben de geallieerden Turkije niet gewaarschuwd, dat het op het oogenblik direct bedreigd wordt. BRITSCHE VLIEGTUIGEN BOVEN DUITSCHLAND. Bij navraag op het Britsche ministerie van luchtvaart werd bevestigd dat gister nacht Britsche vliegtuigen boven Duitsch land geweest zijn. Alle toestellen zijn teruggekeerd. DE ZWEEDSCHE UITVOER VAN IJZERERTS NAAR DUITSCHLAND. Uit gezaghebbende Noorsche bron is een verklaring uitgegeven, .waarin gezegd wordt: De uitvoer van Zweedsch ijzererts via Nar vik naar Duitschland sedert het uitbreken van den oorlog is slechts een fractie geweest van wat hij was in vredestijd. Sluiting van de haven van Narvik voor den doorvoer van Zweedsch ijzererts zou niet noodzakelijk een essentieele vermindering met zich mede brengen van den totalen export van deze grondstof naar Duitschland, aangezien het grootste deel verscheept zou worden uit Lulea en andere Zweedsche havens, zonder dat het noodig zou zijn de capaciteit dier havens op eenigerlei wijze te vergrooten. Geraamd wordt, dat waarschijnlijk meer dan negen tienden van den totalen ijzererts export uit Zweden naar Duitschland uit de havens zou kunnen worden verscheept. Men moet er rekening mede houden, dat de doorvoer van Zweedsch ijzererts via Nar vik niet alleen ten gunste komt van Duitsch land, want een aanzienlijke hoeveelheid van het over Narvik uitgevoerde erts gaat naar Engeland en de verschepingen van Zweedsch ijzererts via Narvik naar Engeland hebben een duidelijke neiging tot een aan zienlijke stijging sedert December j.l., ver geleken met dezelfde periode van het vorige jaar. Volgens de officieele Noorsche statistie ken zijn de cijfers als volgt: 1939 Duitschland Januari 487.890 ton, Fe bruari 475.482 ton, Engeland Januari 67.730 ton Februari 70.234 ton. 1940 Duitschland Januari 281.740 ton, Fe bruari 99.391 ton, Engeland Januari 148.210 ton, Februari 131.855 ton. Wanneer beweerd wordt dat het ijzer ertstransport naar Duitschland geschiedt onder bescherming van de Noorsche terri toriale wateren, dan is het slechts billijk, wanneer er aan herinnerd wordt, dat dit eveneens van toepassing is op de versche pingvan Zweedsch ijzererts via Narvik naar Groot Britannie. Door dit transitovervoer roe te staan, zonder aanzien van de bestem ming der afzonderlijke iizerertslading, houdt Noorwegen zich strikt aan zijn rechten en plichten als niet-oorlogvoerende mogend heid. Het Fransche legerbericht van Maandag avond vermeldt: In de streek onmiddellijk ten Westen van de Vogezen een bijzonder levendig onder houden artillerievuur. Krachtige activiteit der beide luchtmachten. Er hebben zich verscheidene luchtgevech ten voorgedaan, welker resultaten nog niet bekend zijn. Alle vliegtuigen zijn op hun basis teruggekeerd. Op 31 Maart is een onzer patrouilles jachtvliegtuigen op veel tal rijker vijandelijke luchtstrijdkrachten ge- stooten. Twee onzer éénpersoonsvliegtuigen werden omlaag geschoten. Een der vliegers wist zich met zijn valscherm te redden. De andere toestellen zijn op him bases terugge keerd. Het Fransche legerbericht van hedenoch tend luidt: „Over het algemeen een kalme nacht. Wederzijdsche actie der kazematten aan den Rijn in den Opper-Elzas". DE HERDENKING VAN DEN INTOCHT IN MADRID. De verjaardag van den intocht van Fran co's troepen in Madrid is met grooten luister gevierd. Na de parade der troepen- heeft Franco een rede gehouden, waarin hij ver klaarde, dat Spanje weer meetelt in de wereld. Het is noodig, zei hij, dat wij het volk achter ons hebben. Als wij niet op dit rekenen, zullen wij de overwinning te niet doen en onze dooden zullen hun leven voor niets geofferd hebben. FRASER MINISTER-PRESIDENT VAN NIEUW-ZEELAND. Fraser is tot minister-president der Nieuw- zeelandsche regeering benoemd, als opvolger van Sagave, die de vorige week is overleden. De andere leden van het kabinet zijn in hun functies bevestigd. HEVIGE OVERSTROOMINGEN IN AMERIKA. Naar schatting zijn meer dan 16000 per sonen dakloos door de overstroomingen van de Susquehanna in Pennsylvanië, welke ge zwollen is door den voortdurenden regen. Zes personen zijn omgekomen, duizenden vluchten van de oevers weg over een ge bied van 100 mijl stroomafwaarts van Wil- kesbarre. De kustwacht helpt met booten de men- schen uit de huizen van het overstroomde gebied. Talrijke kelders zijn overstroomd en verscheidene straten zijn riviertjes ge worden. Men verwacht, dat de rivier nog verder zal stijgen. Nader wordt gemeld: Tengevolge van de door het smelten van de sneeuw en de regens n de staten New York, Pennsylvania en Californië veroorzaakte overstroomingen zijn tientallen personen om het leven geko men. De schade wordt op verscheidene mil- lioenen dollars geschat. Het Oostelijk deel van Pennsylvanië is het ergst getroffen. Men raamt, dat 12.000 personen in dit gebied hun woningen hebben moeten verlaten. DE FRANSCHE MINISTERRAAD. Onder voorzitterschap van president Lebrun is te Parijs de ministerraad bijeen gekomen. Minister-president Reynaud heeft een algemeen overzicht van den internationalen toestand gegeven. Hij bracht verslag uit over de resultaten van de op 28 Maart te Londen gehouden bij eenkomst van den geallieerden Höogen Raad van ooi-log en sprak over de genomen en overwogen maatregelen ter bestrijding van communistische en nationaal-socialis- tische actie in het binnenland. EEN OPMERKELIJKE VERKLARING VAN TSJANG KAI SJEK. Uit Tsjoergking wordt gemeld: In een uiteenzetting van den binnenlandschen en buitenlandschen toestand van China voor den politieken raad heeft maarschalk Tsjang Kai Sjek verklaard, dat China thans sterker is dan ooit. De maarschalk zeide te hopen, dat het einde van den Russisch-Finschen oorlog Rusland in staat zal stellen de samenwerking te hervatten met de groote mogendheden tot vestiging van den vrede in Oost-Azië en in de rest van de wereld. BENZINEGEBREK IN DENEMARKEN. De automobilisten in Denemarken zijn ernstig gedupeerd door het gebrek aan ben zine. De bestaande beperkingsmaatregel geeft hen slechts een deel van hun normaal verbruik. De regeering heeft geen middel gevonden om de automobilisten tevreden te stellen en derhalve hebben ongeveer 8000 hun nummerplaat ingeleverd en hiermede te kennen gegeven, dat zij voorloopig geen gebruik van hun auto zullen maken. EEN FORTENLINIE LANGS DE DUITSCHE GRENS. Uit Cemauti wordt gemeld, dat de Russen snel een linie van betonnen versterkingen langs de Russisch-Duitsche grens bouwen. De bevolking is uit het grensgebied weg gevoerd tot ongeveer 100 k.m. van de ver dedigingslinie. BELASTINGVERLAGING. VOOR OP GAS RIJDENDE AUTOMOBIELEN. Ter aanmoediging van het gebruik van niet uit het buitenland afkomstige producten als brandstof voor automobielen wordt in België de motorrijtuigbelasting met negen tienden verlaagd voor voertuigen waarvan de motor voortbewogen wordt door gas, stoom of electriciteit. DUIKBOOT TOT ZINKEN GEBRACHT. De bemanning van het Britsche tankschip El Ciervo gelooft, dat zij op 4 Maart ter hoogte van Trinidad een Duitsehe duikboot tot zinken heeft gebracht. Zij verklaart, dat de duikboot nadat met het kanon van de tankboot 16 schoten op den oorlogsbodem waren afgevuurd, niet meer gezien werd en evenmin zijn nog berichten ontvangen omtrent activiteit van Duitsehe duikbooten in het gebeid, waar het gevecht zich heeft afgespeeld. REYNAUDS REDE VOOR AMERIKA. De voor de Vereenigde Staten bestemde radiorede van Reynaud, die in verband met den atmosferischen toestand moest worden uitgesteld, zal thans Woensdag te midder nacht, Franschen tijd, worden uitgesproken. \DIOTOESPRAAK VAN OUD-MINISTER AMERY. In een gisteravond van Londen uit ge houden radiotoespraak heeft de vroegere minister van koloniën, Amery, de vraag gesteld wat het antwoord zou moeten zijn op welken volgenden zet ook van Hitier op den Balkan. Amery zeide: Het werkelijke antwoord kan slechts worden gegeven in mannen, geschut, schepen en vliegtuigen. Het is de beheersching van de Middel- landsche zee, de kracht van het Turksche leger en van de geallieerde strijdkrachten, daarachter bijeen gebracht, welke er voor de bedreigde Balkanstaten over zullen be slissen in hoeverre zij op succesrijke wijze hun onafhankelijkheid zullen kunnen ver dedigen en mogelijke medeplichtigen in de Duitsehe agressie zullen doen aarzelen. De openbare sympathie in de Balkan-landen, aldus Amery, is aan onze zijde, doch het optreden hunner regeeringen zal beïnvloed vorden, niet zoo zeer door hun sympa thieën dan wel doordat zij kennis hebben /an de hulp, welke wij kunnen geven en prompt zullen geven.' Wij moeten duidelijk maken, dat wat ook gebeure, wij de schaal kunnen doen over slaan ten gunste van hen, die voor zichzelf op de bres staan en voor de éénheid en vrede van het gebied, dat zoo'n gedenk waardig verleden heeft en in zoo'n schoo- ne toekomst kan blikken. FRANSCHE KAMER BIJEEN. De Fransche Kamer komt hedenmiddag te 15.30 uur bijeen voor het opstellen der agenda. Men verwacht, dat de minister-presi dent reeds in den aanvang der vergadering een verklaring zal afleggen over de resul taten der te Londen gehouden bijeenkomst van den geallieerden raad van oorlog, zooals hij gisterochtend in den minister raad gedaan heeft. Het schijnt, dat Rey- nauds verklaring niet door debat gevolgd zal worden. HET DUITSCHE LEGERBERICHT. In den tekst van 't heden uitgegeven le gerbericht van 't opperbevel van de Duitsehe weermacht wordt o.a. gemeld: De lucht macht zette gisteren haar verkennings vluchten boven de Noordzee en boven Oost- Frankrijk in versterkte mate voort. Een Dornier verkenningstoestel schoot een Franschen jager neer van het type Curtiss, en een ander verkenningtoestel schoot een machine van het type Morane omlaag. Een Engelsch verkenningsvliegtuig, dat probeer de de Duitsehe bocht binnen te vliegen, werd door een Meesserschmitt 109 neerge haald. Een Duitsch verkenningsvliegtuig keerde van een vlucht tegen den vijand niet terug. EEN REDE VAN CROMWELL. De gezant van de Vereenigde Staten in Canada, Cromwell, heeft weer een opzien barende rede gehouden. Hij heeft gewaar schuwd tegen het gevaar van propaganda tegen de democratie. Hij spoorde aan tot op voeding in de democratische idealen, ten einde hen, die den mensch alle persoonlijke vrijheid willen ontrooven, te bestrijden. De democratische idealen moeten vormen aan nemen, opdat de vraagstukken, welke vol gens de bewering van de tyrannen alleen door het zwaard kunnen worden opgelost, zullen worden geregeld door vrije menschen onder vrije instellingen. HET WETSONTWERP INZAKE DE OORLOGSMAATREGELEN IN Z.-AFRIKA GOEDGEKEURD. Het parlement der Unie van Zuid- Afrika heeft in een derde lezing met 75 tegen 55 stemmen het wetsontwerp inzake de oorlogsmaatregelen goedgekeurd. Het wetsontwerp, dat in het parlement aanleiding heeft gegeven tot feilen debat ten, machtigt den gouverneur-generaal regelingen te treffen voor de handhaving van de orde bij een doelmatige voortzet ting van den oorlog. Het bekrachtigt ver der de door de regeering genomen maat regelen. AARDSCHOK GEREGISTREERD. Om 5 uur pi. tijd werd een aardschok ge registreerd door de seismograaf van de uni versiteit van Fordhem. De haard zou zich op ongeveer 1200 km. van New York bevin den in de richting van Philippijnen. HET BESTUUR VAN DE INTERNATIONALE NEDERZETTING VAN SJANGHAI. De Japanneezen hebben medegedeeld, dat ij vijf candidaten gesteld hebben voor de op 10 dezer te houden verkiezingen voor den gemeenteraad van Sjanghai, waarmede zij opnieuw willen trachten meester te wor- 'den in de internationale nederzetting. De raad bestaat uit negen stemhebbende leden, t.w. vijf Britsche, twee Amerikaan- sche en twee Japansche, benevens vijf Chi- neezen, die alleen adviseerend optreden. Op grond van een oud „Gentlemen's agree ment" hebben de Japanneezen voorheen steeds niet meer dan twee candidaten ge steld. In 1938 hebben de Japansche militaire autoriteiten aan den gemeenteraad eischen gesteld, die, als zij waren ingewilligd, de nederzetting practisch aan de Japanneezen zouden hebben overgeleverd. Slechts door den steun, die de Britsche en de Ameri- kaansche regeering aan den raad gaf, kon den deze eischen worden afgewezen. DE UITBREIDING DER BLOKKADE. Ten aanzien van berichten, die in ver scheidene Engelsche dagbladen verschij nen en volgens welke de geallieerden op het punt staan hun blokkade van Duitsch land uit te breiden, is de diplomatieke correspondent van Reuter er van in kennis gesteld, dat voor. zoo ver deze berichten het denkbeeld ingeven, dat Engeland terri toriale wateren zou kunnen binnenvaren, of er politiediensten verrichten, dan wel zou overgaan tot een of andere uiterste of illegale actie van dien aard, deze berich ten ronduit tegengesproken kunnen wor den. Het is wel mogelijk, dat een groote verheviging van de blokkade op het punt staat aan te vangen, maar de uitgewerkte plannen behooren tot het terrein van de geallieerde kabinetten of den oppersten oorlogsraad, die ze nog niet hebben gepu bliceerd. Sensationeel© voorspellingen, die vooruitloopen op. de door Chamberlain ini het Lagerhuis uit te spreken redevoering, kunnen van de hand gewezen worden. FINSCHE REGEERING WIJST OP NOODZAKELIJKHEID VAN HULPVERLEENING. De Volkenbond heeft gister een nieuwe nota van de Finsche regeering ontvangen, waarin deze betoogt, dat de behoefte aan hulp voor Finland sedert de beëindiging van den oorlog nog dringender is geworden. Van de 55.000 geëvacueerden bestaat vol gens de nota 55 procent uit kinderen en 30 procent uit vrouwen. Bij luchtbombarde menten zijn 4500 woningen verwoest en 55000 menschen zijn dakloos. Het aantal in den oorlog gedoode Finnen wordt opgegeven als 15.000 en dat der gewonden als 40.000. DREIGENDE STAKING BIJ ONDER- GRONDSCHE TE NEW-YORK. Burgemeester Laguardia heeft alle stede lijke departementen gemobiliseerd in ver band met een dreigende staking van 27.000 man personeel van de ondergrondsche. Het personeel wenscht handhaving van de poli tiek van de „closed shop" (waarbij geen personeel mag worden aangenomen, dat niet bij de vakvereeniging is aangesloten) wanneer binnenkort de stad de beide parti culiere maatschappijen overneemt. 2000 politie-agenten staan gereed om zoo noodig in te grijpen. Als de staking door gaat zullen 4 millioen New-Yorkers, die dagelijks van de ondergrondsche gebruik maken, in ernstige moeilijkheden geraken. DE PUBLICATIE VAN HET DUITSCHE WITBOEK OVER POLEN. De publicatie der Duitsehe documenten te Berlijn inzake de z.g. verklaringen van Amerikaansche ambassadeurs in het buiten land schijnt te zijn geschied zonder dat de ambassadeur der Vereenigde Staten te Berlijn er van werd verwittigd. Cordell Huil heeft tegenover de pers te kennen gegeven,' dat hij van de ambassade te Berlijn niets had ontvangen, dat er op zou wijzen, dat deze in kennis was gesteld van deze publicatie van het Duitsehe mi nisterie van buitenlandsehe zaken. DOOR WILKIE COLLINS NEDERLANDSCHE BEWERKING VAN A. A. HUMME Jr. i 55) Brigadier Cuff scheen niet de minste be langstelling te koesteren voor hetgeen wij dachten en vervolgde zijn ondervraging. „Nu, waarom volgde je dien man?" „Ziet u, mijnheer Bruff had gezegd, goed uit te kijken of en aan wien mijnheer Lu- ker iets zou overhandigen en ik zag, dat hij dien zeeman iets gaf". „Waarom heb je dat niet aan mijnheer Bruff verteld?" „Daar had ik geen tijd voor. De zeeman maakte direct dat hij weg kwam en nam een rijtuig". „En jij liep dat rijtuig achterna?" „Ja, mijnheer". „Klapbes", zei Cuff, terwijl hij hem op het hoofd klopte, „er zit wel wat in die ker- sepit van jou. Ik ben zeer over je tevreden tot dusver". De jongen bloosde van genoegen bij deze goedkeuring en de rechercheur wilde zijn ondervraging voortzetten, toen de bediende mij kwam zeggen, dat mijnheer Bruff's pro curatiehouder mij wenschte te spreken. Ik liet Cuff met den jongen alleen en ontving mijn bezoeker in een andere kamer. Ik hoorde van hem, dat de oude heer on gesteld was geworden en om hem op de hoogte te houden, schreef ik hem een brief je, waarin ik hem vertelde, dat „Klapbes" bij mij was en op dit oogenblik zijn weder waardigheden aan brigadier Cuff vertelde. Toen ik mijn bezoeker uitgeleide had ge daan, keerde ik terug naar de kamer, waar ik Cuff met den jongen alleen had gela ten. Het verhoor was blijkbaar juist afge- loopen en de brigadier stelde voor, onmid dellijk een rijtuig te bestellen. „Wij hebben al veel kostbaren tijd ver loren, doordat u gister niet om half elf thuis waart", zei hij. Binnen vijf minuten zaten wij in een huurrijtuig, de jongen naast den koetsier, om hem den weg te wijzen. „Die jongen belooft het ver te zullen brengen in het beroep, dat ik verlaten heb", zei de rechercheur. „U hoorde nog, dat hij het rijtuig van den zeeman achterna is ge- loopen, niet waar?" „Ja". „Nu, de man reed van Lombardstreet naar de Tower kade, waar de boot, die op Rotterdam vaart, gemeerd ligt. Hoewel het schip pas morgen vroeg vertrekt, vroeg de zeeman aan den steward, of hij direct aan boord mocht, doch dit werd niet toegestaan, daar de hutten nog moesten worden schoon gemaakt. Hij verliet daarop de kade en nu zag de jongen, dat de man gevolgd werd door een persoon, die gekleed was als een machinist. Toen de zeeman een restaurant binnen ging, bleef de machinist buiten wachten en na eenigen tijd kwam er een rijtuig aan, dat vlak voor dien man stil hield. Een man, die in het rijtuig zat, boog zich voorover om met den machinist 'te spreken en de jongen beschreef hem als iemand met een donker gezicht, als van een Indiër". Het bleek hieruit, dat mijnheer Bruff en ik ons weer hadden vergist. De gebaarde zeeman was dus geen spion in dienst van de Indiërs, maar misschien wel de persoon, die den diamant bezat. „Daarna", hernam Cuff, „vervolgde het rijtuig zijn weg en de machinist trad het restaurant binnen. Toen de jongen honger begon te krijgen, ging hij eveneens naar binnen, om te zien of hij voor den shilling, dien hij op zak had, iets te eten kon krijgen. Hij zag daar den zeeman die aan een ta feltje de krant zat te lezen en den machi nist aan een ander tafeltje blijkbaar in deT zelfde lectuur verdiept. Toen de schemering viel, begaf de zeeman zich weer op straat, keek achterdochtig om zich heen en begaf zich vervolgens naar een herberg in Shore Lane, „Het Rad van Avontuur". De machi nist was hem aan den overkant van de straat daar heen gevolgd en stond aan de toonbank, toen de zeeman om een kamer vroeg. Er bleek slechts één kamer leeg te zijn, nummer tien, en een bediende werd geroepen, om den gast den weg te wijzen. De machinist was toen spoorloos verdwe nen, doch „Klapbes" was zoo verstandig geweest om niet direct weg te gaan. Zijn inzicht werd beloond, want na eenige oogenblikken hoorde hij het rumoer van stemmen en spoedig daarna verscheen de machinst weer, die alle teekenen van dron kenschap vertoonde en die door den her bergier bij den kraag gevat en buiten de deur werd gezet. Uit het dispuut maakte hij op, dat hij in kamer nummer tien was gevonden, die hij bij hoog en laag volhield, te hebben besproken. „Klapbes" was zoo verwonderd over den plotselingen toestand van dronkenschap bij een kort te voren nuchter persoon, dat hij den machinist volgde en zag, dat hij, eenmaal de straat uit, zich weer volkomen normaal gedroeg. Hij keerde daarop terug naar „Het Rad van Avontuur" en toen de zeeman zich niet meer liet zien, ging hij naar Gray's Inn om verslag uit' te brengen. Daar vond hij uw kaartje en de rest weet u". „De zeeman was dus blijkbaar de man, aan wien mijnheer Luker den diamant gaf. Ik vind het vreemd, dat zoowel mijnheer Bruff als ik ons hebben vergist in den per soon". „Dat zal wel een deel van de afspraak zijn geweest tusschen mijnheer Luker en zijn cliënt, om eventueele spionnen op een dwaalspoor te brengen". „Begrijpt u de bedoeling van die maske rade in de herberg?" vroeg ik. „Die zooge naamde mecanicien staat natuurlijk in ver binding met de Indiërs, maar ik begrijp evenmin als „Klapbes", iets van die gefin gerde dronkenschap". „Ik denk, dat ik daar wel een reden voor weet", zei'de rechercheur. „Hij zal wel uit gebreide instructies van de Indiërs hebben ontvangen. Zij zelf vallen te veel op, om het voor hen mogelijk te hebben gemaakt, zich in of bij de bank of in de herberg te vertoonen. Zij moeten dus alles aan hun spion overlaten. Welnu, die man hoort, dat de zeeman gedurende dien nacht een be paalde kamer zal betrekken, en tenzij wij ons vergissen, zal de diamant daar ook te vinden zijn. Onder die omstandigheden zou het voor de Indiërs van het grootste be lang zijn, te weten, waar de kamer zich be vindt, hoe men er het gemakkelijkst van buiten af in kan komen, hoe zij gemeubi leerd is en wie weet wat nog meer. Wat kon de man beter doen, dan naar boven loopen en de kamer in oogenschouw nemen? Hij kon zich niet tijdig meer uit de voeten ma ken en wendde dronkenschap voor, daar dit de eenvoudigste manier was om zich uit de moeilijkheden te redden. Wij hadden gisteravond naar „Het Rad van Avontuur" moeten gaan, om een oogje in het zeil te houden. Het is nu elf uur, dus we moeten er maar het beste van hopen en eens gaan zien of wij iets te weten kunnen komen". Na een kwartier hielden wij stil in Shore Lane en gingen de herberg binnen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 7