Maansteen tredvaste was Een rede van Chamberlain in het Lagerhuis. EUWS. De neutralen lullen aan het bloklceeren van Duitschland moeten meewerken. SeuiiCetcm dan ook dan deze: eigen bepa- jeheel ïrgens geen iselen ook e als leek >en weinig a de eens in een an- ge niet op instellende hotel of itverkoren, lerd is. Dit gebeuren, zich sterk rop gering, it een nor- nbare ver- antiemaan- ;ezien van andrommen ers in en- aent geheel iet verkeer en wellicht e van onze i-Goudriaan jeoogt hier- s stroomen en zelfden skken; Het ik medehel- in den t ij d te bewerk- ies daarom ge vroeger in beinvloe- ele militaire in toch ge- m deel van ven, bedenk vergelijking worden ge- st, die uw ling onder-' nst be- ig- tot het idurende een ien dag be- toelichting. 0 Nachtcon- -7.50 en 9.50 en solisten. .35 Populair ;1. 1.50 Om- 2.50 Lit.- •t. 3.50 Folk- Gr.pl. 6.35 a. 8.50—9.20 2 M.: 11.20 6.20 en 7.20 :est en solist, e. 9.30—10.20 nde" (gr.pl.) 12.30 Radio- 15 Pianovoor st. 6.35 Gr.pl. 8.35 Radio- 5.30 Lit.-muz. nsorkest. 571 M. 6.35 7.20 Popu- Joe Bund's 10.20 Ber. icert. 11.26— ISTRIBUTIE. .20, D.sender .1.20, Brussel 13.20—13.50, aider 14.50 D.sender 15.30 DanmarksR. ^35—18.20, Be- ledapest 19. Brussel Pr. 21.20—21.50, Diversen 22.20 1.20, Engeland .0.05 Engeland J013.20, West ks Radio 14. 0, Motala 17.20 1.05, Engeland .20—21.05, Mo ri. 21.20—22.05, Engeland 22.50 -24.—. schelling. - Gis- een bijeenkomst ad te komen tot nder land op dit eiding van den n, lid van Ged. Dver de ruilver- ig gehouden. In ien uitgebracht, agen, zoodat eer- ng zal worden jnaal naar Indië. Ie K.L.M.-piloot, Nandoe" uit Na- lië is vertrokken, een jubileum- ar den vijftigsten jerder van een vliegt. adverteeren, rendeeren! TWEEDE BLAD SPIONNAGE BIJ VERDEDIGINGS WERKEN IN HET OOSTEN VAN HET LAND. Op vermoeden van spionnage is Dinsdag in het Oosten van het land een ongeveer veertigjarige man ge arresteerd en na een voorloopig onderzoek in een militaire politie wacht opgesloten, aldus de Tel. De man werd betrapt bij het fotogra feeren van in aanleg zijnde mili taire werken. Hij bleek bij fouillee ring zelfs teekeningen bij zich te dragen van reeds aanwezige en nog te bouwen stellingen. Vrijwel onopvallend heeft hij zich gerui- men tijd in de buurt van de werken kunnen ophouden, daar hij, evenals de honderden in de omgeving te werk gestelde arbeiders, een werkpak droeg. Dank zij de oplettend heid van een schildwacht liep hij toch tegen de lamp. Het kwam dezen militair verdacht voor, dat de man in het geheel niet werkte, doch maar wat rondliep over het terrein. Voor alle zekerheid hield hij hem daarom goed in het oog. Dit bleek juist gezien te zijn, want na eenigen tijd begaf de als arbeider verkleede man zich naar een fiets, die er gens langs den weg stond en, zooals nader hand bleek, aan hem toebehoorde. Hij haal de uit een op den bagagedrager gebonden werkzak een fototoestel. Daarmede ging hij naar een plaats, welke een goed overzicht bood van het terrein en maakte eenige opna men. De schildwacht zag dit gebeuren en waarschuwde terstond zijn wachtcomman dant, die de militaire politie op de hoogte bracht. Zóó vlug ging alles in zijn werk, dat de fotografeerende man aangehouden kon worden, terwijl hij het toestel nog in zijn handen had. De arrestant werd naar de wacht overgebracht, waar de inmiddels ge arriveerde militaire politie hem fouilleerde en een eerste verhoor afnam. Nog meer dan het fotografeeren „van het terrein duidden de op den man gevonden teekeningen van kazematten en andere mi litaire werken er op, dat een goede vangst gedaan was. De militaire autoriteiten zijn gewaar schuwd.. In afwachting van het verdere on derzoek is de man naar elders overge bracht en achter slot en grendel gezet. ARBEID DOOR VREEMDE HANDELS AGENTEN. De regeeringspersdienst meldt: In verschillende bladen komen, naar aan leiding van het koninklijk besluit van 20 Maart 1940, no. 5, opgenomen in de Neder- landsche Staatscourant van 1 April 1940, be richten voor omtrent het verrichten van ar beid door handelsagenten. Deze berichten kunnen aanleiding geven tot misverstand. Zelfstandige handelsagenten, die niet de Nederlandsche nationaliteit of het Neder- landsch onderdaanschap bezitten, behoeven thans geen vergunning meer, ingevolge de wet van den 22sten April 1937, tot regeling van het zelfstandig uitoefenen van beroepen en bedrijven door vreemdelingen. Handelsagenten, vreemdelingen, in dienst van één of meer ondernemingen, mogen geen arbeid verrichten, ook niet als direc teur of bestuurder van zoodanige onderne mingen, zonder dat de werkgever in het be zit is van een door den directeur van den rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbemiddeling afgegeven vergunning, ingevolge de wet van den 16en Mei 1934, tot regeling van het verrichten van arbeid door vreemdelingen. DE TE HARLINGEN AAN WAL GEBRACHTE SLOEPEN. Vermoedelijk van de „Oakfield". Dezer dagen is gemeld, dat door het Ne derlandsche motorschip „Balzo" te Harlin- gen een sloep is aangebracht, welke Vrij dagmiddag tusschen Schouwenbank en Hoek van Holland was opgepikt. Op deze sloep kwam de naam 's-Gravenhage voor, zoodat aanvankelijk het vermoeden rees, dat deze sloep van het, na een ontploffing, gezonken tankschip „den Haag" afkomstig was. Uit een door de scheepvaartinspectie ingesteld onderzoek is intusschen geble ken, dat op de sloep een door genoemde inspectie aangebracht nummer voorkwam, waardoor kon worden vastgesteld, dat de sloep toebehoorde aan een tankschip, dat vroeger de Nederlandsche nationaliteit be zat, doch dat later in Noorsche handen was overgegaan en daarna in Engelsch bezit was gekomen. Vermoedelijk was de tegen woordige naam van het schip „Oakfield". De Britsche Lagerhuisleden waren gister in vrij grooten getale opgekomen voor de hervatting der werkzaamheden van het Lagerhuis na het Paaschreces. Tjjdens het vragenuurtje kwamen nog vele leden binnen, in afwachting van de belangrijke verklaring, die Chamberlain zou afleggen over den oorlogstoestand. Toen de premier opstond om het woord te nemen voor zijn redevoering werd hij met gejuich begroet. Chamberlain begon met eenige woorden te wijden aan de nagedachtenis van den minister voor de scheepvaart, Gilmour, en van den Nieuw-Zeelandschen premier, Savage. Vervolgens sprekende over den oorlogs toestand zeide hij: „Het Huis zal iets willen vernemen om trent de laatste bijeenkomst van den Op persten Oorlogsraad in Londen op 28 Maart. Deze bijeenkomst heeft ons de ge legenheid gegeven Paul Reynaud te ver welkomen voor de eerste maal sinds hij minister-president is geworden. Hij was echter reeds wel bekend voor ons en het algemeene publiek in dit land door zijn groot werk als minister van financiën, door de rol, die hij gespeeld heeft in het tot stand brengen van de Engelseh-Fran- sche financieele overeenkomst van Decern ber j.l. en door zijn onvermoeide toewij ding aan de gemeenschappelijke zaak, die onze beide landen vereenigt". In de afgeloopen maanden, aldus Cham berlain verder, is de samenwerking en eenheid ran doelstelling tusschen Enge land en Frankrijk steeds nauwer gewor den. Het beeld, dat de huidige toestand den geallieerden biedt, is dat van ee Duitsch land, dat zijn eigen uitleg plaatst op de verplichtingen der neutralen en dit ge paard doet gaan van bedreigingen met verschrikkelijke consequenties, die voor hen het gevolg zouden kunnen zijn van een in gebreke blijven om te voldoen aan de Duitsche eischen. De geallieerden houden rekening met neutrale rechten. Dit probleem, dat door Duitschland op geworpen is, van een dubbelen standaard van neutraliteit, is een probleem, dat wij en de neutralen thans onder oogen moeten zien. De politiek der geallieerden is be paald door een scrupuleus rekening hou den met de neutrale rechten, terwijl Duitschland niet geaarzeld heeft neutraal eigendom te vernietigen en onderdanen van neutrale staten te vermoorden, waar dit in zijn politiek paste. Duitschland heeft geen scrupules gevoeld om te dreigen met een inval in neutrale landen, teneinde hen te verhinderen stappen te doen om hun naburen bij te staan tegen agressie of hun eigen belangen te beschermen. NIEUWE K.L.M.-LIJN NAAR LISSABON GEOPEND. Zonder eenig ceremonieel of formaliteiten is hedenmorgen te acht uur voor de eerste maal een K.L.M. vliegtuig van Schiphol vertrokken ter opening van den nieuwen regehnatigen postdienst tusschen Amster dam en Lissabon. De lijn heeft groote be- teekenis, niet alleen door de snelle verbin ding, welke men thans met dit gedeelte van Zuid-Europa heeft verkregen, maar vooral door de aansluiting, welke tot stand is ge bracht met de Amerikaansche Clipper diensten, over den Atlantischen Oceaan. Voorloopig is deze aansluiting nog slechts van beteekenis voor het postvervoer. De luchtpost uit Nederland, die nu per clipper vervoerd wordt, bereikt New York nu in 2J4 dag. terwijl dit anders 8 dagen duurde. De „Xema" is gistermiddag te 15.50 uur (A.T.) te Oporto geland. Het vliegtuig heeft het 1850 km. lange traject zonder tus- schenlanding afgelegd en is ondanks den tegenwind, waarmede het te kampen had, slechts weinig later dan verwacht werd op Portugeesehen bodem geland. Te 18.16 uur (A.T.) kwam de Xema te Lissabon aan. Wanneer wij, aldus de premier, den oorlog tot een einde willen brengen met zoo min mogelijk vernieling en ontwrichting van onze gemeenschap pelijke, geestelijke en materieele be schaving, dan moeten wij Duitschland afsnijden van de, materialen, die het meest essentieel zijn voor de voort zetting van zijn agressieve politiek. De geallieerden zijn derhalve vast besloten den economischen oorlog voort te zetten tot het uiterste van hun vermogen. Iedere hulp, die de neutralen Duitschland zouden kunnen geven, zou, wanneer zij ver genoeg werd doorgevoerd, hen tenslotte ver antwoordelijk kunnen stellen voor het afzichtelijke lot, dat den vorigen slachtoffers van de Duitsche politiek ten deel is gevallen. Sprekende over den Britsehen handel met de neutrak naburen van Duitschland zeide Chamberlain, dat zij moeten inzien, dat Engeland er niet in kan toestemmen voor hen de producten beschikbaar te stellen uit bronnen in het Britsche rijk, tenzij de neutralen in ruil de waaarborg geven, dat zij hun toekomstigen handel met Duitschland zullen beperken. Handelsovereenkomsten met neu trale landen. In dit verband spiak de premier over de handelsovereenkomsten, die reeds met neutrale landen zijn gesloten. Hieraan voegde hij toe: Terwijl ik hier spreek, wordt een overeenkomst ondertee kend met Denemarken op het departement van buitenlandsche zaken. Besprekingen vorderen ook in Parijs voor soortgelijke overeenkomsten tusschen de geallieerden en Zwitserland. Er zijn regelingen getrof fen over den aankoop van het geheele uit voerbare surplus van Noorsche walvisch- traan. De geallieerde aankoopen van mine ralen in Zuid-Oost-Europa zijn op groote schaal ten uitvoer gelegd. De geallieerden zijn vastbesloten het gebruik van het wapen der macht ter zee te intensifieeren. Britsche oorlogsschepen hebben reeds zekere practische stappen gedaan om tusschenbeide te komen in den onbelemmerden doorvaart van Duitsche vrachtschepen uit Scandinavië. Deze ope raties worden uitgevoerd dicht bij de Duitsche vlootbases, hetgeen wederom aan toont hoe hol het Duitsche gepoch is, dat de contróle over de Noordzee in Duitsche sche handen is overgegaan. Sprekende over Zuid-Oost-Europa zeide Chamberlain: Er is zelfs door de Duitsche propaganda het denkbeeld uitgesproken, dat het ons doel is den vrede op den Balkan te verstoren. Dit is natuurlijk onwaar en wij vertrou wen, dat onze overeenkomsten met Turkije integendeel hoogst doeltref fend hebben "bijgedragen tot een handhaving van vrede en veiligheid in Zuid-Oost-Europa. Ook de landwegen worden ge controleerd. De aaandacht der geallieerden is ook getrokken op de mogelijkheid, dat Duitsch' land wellicht wegen gevonden heeft om zijn voorraden te vergrooten uit neutrale bronnen langs wegen, die alleen over land gaan en tot dusverre nauwelijks gebruikt werden. Wij hebben, aldus de premier, den toestand nauwlettend overzien en zijn voornemens maatregelen te nemen. In dit verband herinner ik er aan, dat Engelsche schepen kortgeleden in de wateren van het Verre Oosten Sovjet-Russische sche pen hebben aaangehouden, die er van ver dacht werden contrabande te vervoeren, bestemd om via Wladiwostok naar Duitsch land vervoerd te worden. De premier wees er nog op, dat de Engelsche diplomatieke vertegen woordigers in Ankara, Athene, Bel grado, Boekarest, Sofia en Boedapest naar Londen zijn ontboden voor raad pleging en dat tevens de Duitsche ge zant te Rome met kortverlof in Lon den zal zijn. Ik ben er zeker van, al dus Chamberlain, dat het huis dit initiatief zal toejuichen, dat, naar wij hopen vruchtbare resultaten zal heb ben zoowel voor de zaak der geallieer den als voor de handhaving van den vrede en de veiligheid in dat gebied. Iedere succesvolle bijeenkomst van den Oppersten Oorlogsraad heeft duidelijker de kracht getoond van de banden, die dit land met Frankrijk samenbinden. De Opperste Oorlogsraad vormt in feite het prominente voorbeeld van de Engelsch-Fransche sa menwerking in alle sferen, waarvan de plechtige verklaring van 28 Maart de meest recente ontwikkeling is. Het is onze. hoop, dat deze bijeenkomsten veelvuldiger en met gereglmatiger tusschenpoozen ge houden zullen worden niet alleen om de voortzetting van den oorlog te bevorderen, maar ook om ons in staat te stellen de machinerie te vervolmaken, die vereischt zal zijn om den Europeeschen vrede te con- solideeren aan het einde van den oorlog." Luide toejuichingen weerklonken, toen Chamberlain weer ging zitten. De oppositie aan het woord. Nadat Chamberlain uitgesproken had, nam de leider der Labouroppositie, Attlee, het woord. Hij juichte de verklaring, dat de Fransch-Engelsche samenwerking niet zou ophouden aan het einde van den oor log, hartelijk toe. Over de neutralen zeide Attlee o.m.: „Wij moeten overwegen in hoeverre sommige neutrale staten vrij zijn in hun handelen. Wij moeten het interna tionale recht behouden, vooral door den aanvaller te verslaan en ik hoop, dat wij met alle neutrale staten over deze aange legenheid zou nauw mogelijk overleg zullen plegen. Spr. drong er op aan de economische oorlogvoering zoo doeltreffend mogelijk te maken en eischte een krachtige politiek, zoowel op economisch als op diplomatiek gebied. „Wij willen geen uitbreiding van den oorlog, maar wij willen hem zoo spoe dig mogelijk doen eindigen. Wij kunnen dat doen door alle neutrale naties te doen begrijpen, dat de oorlog ook hun aangaat, omdat wij ook voor haar leven strijden." Buitenlandsche belangstelling. In de diplomatenloges hadden de am bassadeurs van België, Egypte, Polen, de USSR en de gezanten van Noorwegen, Zuid-Slavië, Nederland en Letland plaats genomen om de verklaring van den pre mier te beluisteren. Beantwoording van vragen. De minister voor economische oorlogs voering, Cross, heeft in het Lagerhuis verklaard: „Cijfers over importen over een korte periode voor een enkel land kunnen ernstig misleidend zijn"" zulks als antwoord op een vraag over de stijging van den katoeninvoer in Nederland in de maanden Sept. October en November. Cross verklaarde er van overtuigd te zijn, dat de stijging niet in verband stond met herexporten naar Duitschland. Hij haalde officieele Nederlandsche sta tistieken aan, waaruit bleek, dat geen ka toen geexporteerd was naar Duitschland in genoemde periode. De Nederland sche invoer van katoen in het geheele jaar was geringer dan in 1937. De conservatief Sir Derrick Gunston vroeg nog: „Is het niet waar, dat de im- ITALIAANSCHE MINISTERRAAD BIJEEN. Gistermorgen is in het Palazzo Viminale de ministerraad bijeengekomen onder voor zitterschap van Mussolini. Er werden besluiten genomen betreffende een tienjarenplan op het gebied van den bouw van scholen, ziekenhuizen eh gevan genissen, verbetering van den economischen toestand der ambtenaren, waarmede een jaarlijksche uitgavenvermeerdering van 650 milboen lire gepaard gaat en reorganisatie van de wetgevende bepalingen betreffende de nationale organisatie voor den oorlog. Dit laatste heeft betrekking op de civiele mobi lisatie van vereenigingen en openbare en particuliere kantoren, evenals van burgers, die niet zijn onderworpen aan militaire ver plichtingen, met inbegrip van de vrouwen en de minderjarige kinderen boven de 13 jaar. Verder werd goedkeuring gehecht aan een wetsontwerp, dat de hoogste defensiecom missie in staat stelt haar functies uit te oefe nen in gepaste verhouding met het belang van haar taak voor de nationale organisatie en mobilisatie voor den oorlog, aan een wetsontwerp, dat den bezitters van ijzeren hekken verplicht deze aan te geven aan de autoriteiten, ze af te breken en ze tegen door het ministerie van corporaties vastgestelde prijzen te verkoopen en een wetsontwerp, waarin een nationaal tweejarig autarkiekan- toor wordt ingesteld, zetelend te Turijn, met het doel periodiek in die stad een na tionale autarkietentoonstelling te houden. ZWEEDSCHE PERSSTEMMEN OVER DE BUITENLANDSCHE POLITIEK VAN ZWEDEN. In hun commentaar op het groote debat over de buitenlandsche politiek, dat op de verklaring der regeering is gevolgd, stellen de Zweedsche bladen eenstemmig vast, dat zoo eenerzijds ten aanzien van sommige details verschillen van waardeering aan den dag zijn getreden, aan den anderen kant de groote lijnen der regeeringspolitiek de een stemmige goedkeuring der Kamers weg droegen. Dagens Nyheter (liberaal) schrijft: De nationale eenheid duurt voort. Het ij niet slechts de eenheid rond bepaal de figuren, doch vooral rond het besluit, de nationale en de Noordsche vrijheid tot het einde te verdedigen. Voorts schrijft het blad: Duitschland heeft een beslissende en noodlottige rol gespeeld, want het was dit land, dat de handen van Zweden bond en Finland geen keus liet. Wanneer Duitschland voorgeeft, de vriend en beschermer der kleine mogendheden te zijn, moet herinnerd worden aan het geval van Finland en geantwoord dat de Duitsche bewering valsch is. Soeialdemokraten verklaart: Zonder twijfel hebben de Westelijke mogend heden tot dusver meer dan Duitschland de neutrale positie der Noordsche landen ge ëerbiedigd. Doch verscherping van de blok kade tegen Duitschland kan voor ons in alle opzichten ernstige gevolgen hebben. Nauwe lijks is het oorlogsgevaar in het Oosten af gewend of de toestand verergert naar andere kanten en wij hebben actueeler problemen dan een debat over de Finsche politiek, een debat, dat geen zin meer heeft en dat plaats moet maken voor de nieuwe en moeilijke taken, waarvoor wij ons gesteld zien. FRANSCH-BRITSCHE SAMENWERKING OP HET GEBIED VAN INLICHTINGEN. Officieel wordt medegedeeld, dat de Brit sche minister van inlichtingen Keith en zijn Fransche collega Frossard in een gister ge houden bijeenkomst besloten hebben tot practische maatregelen van samenwerking tusschen hun beider departementen op ieder gebied, in het bijzonder wat betreft de pro paganda der geallieerden in de neutrale landen. DE OORLOG TER ZEE. Het wekelijksche communiqué van de admiraliteit betreffende scheepsverliezen door optreden van den vijand meldt over de week, die Zondag te middernacht eindigde, dat een Britsch tankschip en drie neutrale schepen verloren zijn gegaan. NIET GLAD GEEN VOETAFDRUKKEN porten van alle neutrale landen rondom Duitschland ten zeerste zijn gestegen, ver geleken met het vorige jaar?" Cross antwoordde hierop, dat hij het niet eens kon zijn met een algemeene ver klaring van dien aard. Het moge juist zijn voor een afzonderlijk exporteerend land, maar spr. moest een onderzoek instellen naar de importen uit alle landen. DOOR WILKIE COLLINS NEDERLANDSCHE BEWERKING VAN A. A. HUMME Jr. 56) Het bleek aanstonds, dat er iets bijzon ders aap de hand was. De kastelein was nergens te zien en een paar klanten tikten ongeduldig met een geldstuk op de toon bank, waarachter een meisje zenuwachtig in de weer was, om te trachten aan hun verlangens te voldoen. Toen Cuff vroeg, waar de baas was, beet zij hem toe, dat hij boven was en door niemand gestoord wilde worden. „Gaat u maar mee, mijnheer", zei Cuff tegen mij, terwijl hij de trap op ging, den jongen een wenk gevend, hem te volgen. Het meisje riep een waarschuwing naar boven, dat vreemden het huis binnendron gen en op de eerste verdieping hield de herbergier ons staande, terwijl hij ons op onvriendelijken toon vroeg, wat wij wensch- ten. „Ik ben brigadier Cuff", stelde deze zich voor, „en wij komen om inlichtingen om trent een als zeeman gekleed persoon, een man met een donkere gelaatskleur en een zwarten baard". „Goede hemel!" riep de kastelein uit, „dat is juist de man, die het heele huis in op schudding brengt. Hij had verzocht, hem om zeven uur te wekken en niettegenstaan de wij om beurten op de deur hebben ge klopt en gebonsd, geeft hij geen antwoord. De deur is afgesloten en ik heb iemand om een timmerman gestuurd om de deur open te breken. Als u nog even geduld kunt heb ben, zullen wij spoedig meer weten". „Was hij gisteravond dronken?" vroeg de rechercheur. „Volstrekt niet, anders had ik hem geen kamer gegeven". „Heeft hij vooruit betaald?" „Neen". „Zou hij op andere wijze dan door de deur zijn kamer hebben kunnen verlaten?" „Het is een dakkamertje", zei de her bergier. „Er is een luik, waardoor men op het dak kan komen en een eind verder staat een leeg huis, dat verbouwd wordt. Gelooft u, dat de schelm op die manier, zonder te betalen, de plaat heeft gepoetst?" „Wie weet", zei Cuff. „Een zeeman is ge wend te klimmen en heeft gewoonlijk geen last van duizeligheid". De timmerman was intusschen aangeko men, en wij gingen gezamenlijk naar de zolderverdieping, waar met behulp van ha mer en beitel het slot van de deur spoedig was losgeslagen. Het bleek echter, dat de deur aan den binnenkant was gebarrica deerd en na met vereende krachten de er tegenaan geplaatste meubels op zij te heb ben geduwd, traden wij het vertrek bin nen. Onze eerste blik gold het bed, waarop de zeeman lag uitgestrekt, zijn hoofd bedekt door het kussen, dat Cuff nu verwijderde. De man bleef roerloos liggen, zijn wijd open oogen, waaruit het licht verdwenen was, op het plafond gevestigd. Ik kon den aanblik van die doffe, starende oogen niet verdragen en wendde mij af, om aan het venster naar buiten te kijken. „Hij is dood", hoorde ik Cuff zeggen. Ik voelde, dat ik aan mijn mouw werd ge trokken. Het was „Klapbes", die op onder zoek was geweest en nu opgewonden zijn oogen liet rollen. „Komt u eens kijken, mijnheer", zei hij, op een tafeltje in een hoek van de kamer wijzend. Er stond een geopend houten doos je, leeg, en daarnaast lag een verkreukeld stuk papier, waarop duidelijk te lezen stond: „Bij de Firma Bushe, Lysaught en Bushe een houten doosje gedeponeerd door den heer Septimus Luker, Middlesex Place, Lambeth, verpakt en verzegeld in dezen omslag, bevattende een kostbaar juweel. Dit doosje, bij opvraging, alleen te over handigen aan den heer Luker, tegen over gave van het regu". Dit nam althans allen twijfel weg, wie in het bezit van den Maansteen was ge weest. „Diefstal", fluisterde „Klapbes" opgewon den. „En moord", voegde hij er met blijk bare voldoening aan toe, op het bed wij zend. Ik vond zoo iets stuitends in het klaar blijkelijk behagen, dat de jongen schepte in het aanschouwen van de lugubere scène, dat ik hem bij zijn schouders pakte en .bui ten de deur zette. Cuff vroeg op dat oogenblik waar ik was en kwam mij bij de deur tegemoet. Hij nam mij bij den arm en leidde mij naar het bed. „Mijnheer Blake", zei hij, „kijkt u eens goed naar dat gezicht. Het is geschminkt". Hij wees op een witte streep, die van het voorhoofd van den doode tot in het ver warde zwarte haar liep. „We zullen eens zien wat hieronder zit", zei hij, terwijl hij het lijk bij de haren greep. Mijn zenuwen waren hiertegen niet be stand en ik draaide mij om. Het eerste wat ik zag, was „Klapbes", die op een stoel was geklommen en over de hoofden der aanwe zigen heen het verdere verloop der hande lingen in ademlo:ze spanning volgde. „Hij trekt hem zijn pruik af", fluisterde „Klapbes", die mij beslist op de hoogte wil de houden. Er was een pauze, daarna een kreet van verwondering van de aanwezigen. „Hij heeft hem zijn baard afgedaan!" schreeuwde Klapbes. Cuff vroeg daarop den herbergier om een waschkom met water en een handdoek, die deze zich haastte aan te dragen. „Hü wascht hem zijn bruine kleur af!" gilde „Klapbes", die op zijn stoel stond te springen. De rechercheur baande zich plotseling 'n weg door den kring van omstanders toe, „Als u den brief, dien ik u vanmorgen gaf, bij u hebt, maakt u dien dan open". Ik deed wat mij gezegd werd en las op het ingesloten velletje papier den naam Godfrey Ablewhite. „Komt u nu nog even mee naar het bed en zie wie daar ligt". Ik gaf gehoor aan zijn verzoek. De doode was Godfrey Ablewhite. ZESDE DOCUMENT. Het rapport van brigadier Cuff. I. Dorking, Surrey, 30 Juli 1849. Aan den heer Franklin Blake. Mijnheer. U gelieve mij te verontschul digen voor de vertraging in het zenden van het rapport, waar u mij om heeft gevraagd, doch ik wenschte dit zoo volledig mogelijk te doen zijn, en ondervond verschillende moeilijkheden bij het opsporen van alle de tails, die op de zaak betrekking hebben. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 7