Maansteen
tredvaste was
Een rede van Chamberlain in het Lagerhuis.
EUWS.
De neutralen lullen aan het bloklceeren van Duitschland
moeten meewerken.
SeuiiCetcm
dan ook
dan deze:
eigen
bepa-
jeheel
ïrgens
geen
iselen ook
e als leek
>en weinig
a de eens
in een an-
ge niet op
instellende
hotel of
itverkoren,
lerd is. Dit
gebeuren,
zich sterk
rop gering,
it een nor-
nbare ver-
antiemaan-
;ezien van
andrommen
ers in en-
aent geheel
iet verkeer
en wellicht
e van onze
i-Goudriaan
jeoogt hier-
s stroomen
en zelfden
skken; Het
ik medehel-
in den t ij d
te bewerk-
ies daarom
ge vroeger
in beinvloe-
ele militaire
in toch ge-
m deel van
ven, bedenk
vergelijking
worden ge-
st, die uw
ling onder-'
nst be-
ig- tot het
idurende een
ien dag be-
toelichting.
0 Nachtcon-
-7.50 en 9.50
en solisten.
.35 Populair
;1. 1.50 Om-
2.50 Lit.-
•t. 3.50 Folk-
Gr.pl. 6.35
a. 8.50—9.20
2 M.: 11.20
6.20 en 7.20
:est en solist,
e. 9.30—10.20
nde" (gr.pl.)
12.30 Radio-
15 Pianovoor
st. 6.35 Gr.pl.
8.35 Radio-
5.30 Lit.-muz.
nsorkest.
571 M. 6.35
7.20 Popu-
Joe Bund's
10.20 Ber.
icert. 11.26—
ISTRIBUTIE.
.20, D.sender
.1.20, Brussel
13.20—13.50,
aider 14.50
D.sender 15.30
DanmarksR.
^35—18.20, Be-
ledapest 19.
Brussel Pr.
21.20—21.50,
Diversen 22.20
1.20, Engeland
.0.05 Engeland
J013.20, West
ks Radio 14.
0, Motala 17.20
1.05, Engeland
.20—21.05, Mo
ri. 21.20—22.05,
Engeland 22.50
-24.—.
schelling. - Gis-
een bijeenkomst
ad te komen tot
nder land op dit
eiding van den
n, lid van Ged.
Dver de ruilver-
ig gehouden. In
ien uitgebracht,
agen, zoodat eer-
ng zal worden
jnaal naar Indië.
Ie K.L.M.-piloot,
Nandoe" uit Na-
lië is vertrokken,
een jubileum-
ar den vijftigsten
jerder van een
vliegt.
adverteeren,
rendeeren!
TWEEDE BLAD
SPIONNAGE BIJ VERDEDIGINGS
WERKEN IN HET OOSTEN
VAN HET LAND.
Op vermoeden van spionnage is
Dinsdag in het Oosten van het land
een ongeveer veertigjarige man ge
arresteerd en na een voorloopig
onderzoek in een militaire politie
wacht opgesloten, aldus de Tel. De
man werd betrapt bij het fotogra
feeren van in aanleg zijnde mili
taire werken. Hij bleek bij fouillee
ring zelfs teekeningen bij zich te
dragen van reeds aanwezige en nog
te bouwen stellingen.
Vrijwel onopvallend heeft hij zich gerui-
men tijd in de buurt van de werken kunnen
ophouden, daar hij, evenals de honderden in
de omgeving te werk gestelde arbeiders,
een werkpak droeg. Dank zij de oplettend
heid van een schildwacht liep hij toch tegen
de lamp.
Het kwam dezen militair verdacht voor,
dat de man in het geheel niet werkte, doch
maar wat rondliep over het terrein. Voor
alle zekerheid hield hij hem daarom goed
in het oog. Dit bleek juist gezien te zijn,
want na eenigen tijd begaf de als arbeider
verkleede man zich naar een fiets, die er
gens langs den weg stond en, zooals nader
hand bleek, aan hem toebehoorde. Hij haal
de uit een op den bagagedrager gebonden
werkzak een fototoestel. Daarmede ging hij
naar een plaats, welke een goed overzicht
bood van het terrein en maakte eenige opna
men. De schildwacht zag dit gebeuren en
waarschuwde terstond zijn wachtcomman
dant, die de militaire politie op de hoogte
bracht. Zóó vlug ging alles in zijn werk, dat
de fotografeerende man aangehouden kon
worden, terwijl hij het toestel nog in zijn
handen had. De arrestant werd naar de
wacht overgebracht, waar de inmiddels ge
arriveerde militaire politie hem fouilleerde
en een eerste verhoor afnam.
Nog meer dan het fotografeeren „van het
terrein duidden de op den man gevonden
teekeningen van kazematten en andere mi
litaire werken er op, dat een goede vangst
gedaan was.
De militaire autoriteiten zijn gewaar
schuwd.. In afwachting van het verdere on
derzoek is de man naar elders overge
bracht en achter slot en grendel gezet.
ARBEID DOOR VREEMDE HANDELS
AGENTEN.
De regeeringspersdienst meldt:
In verschillende bladen komen, naar aan
leiding van het koninklijk besluit van 20
Maart 1940, no. 5, opgenomen in de Neder-
landsche Staatscourant van 1 April 1940, be
richten voor omtrent het verrichten van ar
beid door handelsagenten.
Deze berichten kunnen aanleiding geven
tot misverstand.
Zelfstandige handelsagenten, die niet de
Nederlandsche nationaliteit of het Neder-
landsch onderdaanschap bezitten, behoeven
thans geen vergunning meer, ingevolge de
wet van den 22sten April 1937, tot regeling
van het zelfstandig uitoefenen van beroepen
en bedrijven door vreemdelingen.
Handelsagenten, vreemdelingen, in dienst
van één of meer ondernemingen, mogen
geen arbeid verrichten, ook niet als direc
teur of bestuurder van zoodanige onderne
mingen, zonder dat de werkgever in het be
zit is van een door den directeur van den
rijksdienst der werkloosheidsverzekering en
arbeidsbemiddeling afgegeven vergunning,
ingevolge de wet van den 16en Mei 1934, tot
regeling van het verrichten van arbeid door
vreemdelingen.
DE TE HARLINGEN AAN WAL
GEBRACHTE SLOEPEN.
Vermoedelijk van de „Oakfield".
Dezer dagen is gemeld, dat door het Ne
derlandsche motorschip „Balzo" te Harlin-
gen een sloep is aangebracht, welke Vrij
dagmiddag tusschen Schouwenbank en
Hoek van Holland was opgepikt. Op deze
sloep kwam de naam 's-Gravenhage voor,
zoodat aanvankelijk het vermoeden rees,
dat deze sloep van het, na een ontploffing,
gezonken tankschip „den Haag" afkomstig
was. Uit een door de scheepvaartinspectie
ingesteld onderzoek is intusschen geble
ken, dat op de sloep een door genoemde
inspectie aangebracht nummer voorkwam,
waardoor kon worden vastgesteld, dat de
sloep toebehoorde aan een tankschip, dat
vroeger de Nederlandsche nationaliteit be
zat, doch dat later in Noorsche handen was
overgegaan en daarna in Engelsch bezit
was gekomen. Vermoedelijk was de tegen
woordige naam van het schip „Oakfield".
De Britsche Lagerhuisleden waren gister
in vrij grooten getale opgekomen voor de
hervatting der werkzaamheden van het
Lagerhuis na het Paaschreces.
Tjjdens het vragenuurtje kwamen nog
vele leden binnen, in afwachting van de
belangrijke verklaring, die Chamberlain
zou afleggen over den oorlogstoestand.
Toen de premier opstond om het woord
te nemen voor zijn redevoering werd hij
met gejuich begroet.
Chamberlain begon met eenige woorden
te wijden aan de nagedachtenis van den
minister voor de scheepvaart, Gilmour, en
van den Nieuw-Zeelandschen premier,
Savage.
Vervolgens sprekende over den oorlogs
toestand zeide hij:
„Het Huis zal iets willen vernemen om
trent de laatste bijeenkomst van den Op
persten Oorlogsraad in Londen op 28
Maart. Deze bijeenkomst heeft ons de ge
legenheid gegeven Paul Reynaud te ver
welkomen voor de eerste maal sinds hij
minister-president is geworden. Hij was
echter reeds wel bekend voor ons en het
algemeene publiek in dit land door zijn
groot werk als minister van financiën,
door de rol, die hij gespeeld heeft in het
tot stand brengen van de Engelseh-Fran-
sche financieele overeenkomst van Decern
ber j.l. en door zijn onvermoeide toewij
ding aan de gemeenschappelijke zaak, die
onze beide landen vereenigt".
In de afgeloopen maanden, aldus Cham
berlain verder, is de samenwerking en
eenheid ran doelstelling tusschen Enge
land en Frankrijk steeds nauwer gewor
den.
Het beeld, dat de huidige toestand den
geallieerden biedt, is dat van ee Duitsch
land, dat zijn eigen uitleg plaatst op de
verplichtingen der neutralen en dit ge
paard doet gaan van bedreigingen met
verschrikkelijke consequenties, die voor
hen het gevolg zouden kunnen zijn van
een in gebreke blijven om te voldoen aan
de Duitsche eischen.
De geallieerden houden rekening
met neutrale rechten.
Dit probleem, dat door Duitschland op
geworpen is, van een dubbelen standaard
van neutraliteit, is een probleem, dat wij
en de neutralen thans onder oogen moeten
zien. De politiek der geallieerden is be
paald door een scrupuleus rekening hou
den met de neutrale rechten, terwijl
Duitschland niet geaarzeld heeft neutraal
eigendom te vernietigen en onderdanen
van neutrale staten te vermoorden, waar
dit in zijn politiek paste. Duitschland heeft
geen scrupules gevoeld om te dreigen met
een inval in neutrale landen, teneinde hen
te verhinderen stappen te doen om hun
naburen bij te staan tegen agressie of hun
eigen belangen te beschermen.
NIEUWE K.L.M.-LIJN NAAR LISSABON
GEOPEND.
Zonder eenig ceremonieel of formaliteiten
is hedenmorgen te acht uur voor de eerste
maal een K.L.M. vliegtuig van Schiphol
vertrokken ter opening van den nieuwen
regehnatigen postdienst tusschen Amster
dam en Lissabon. De lijn heeft groote be-
teekenis, niet alleen door de snelle verbin
ding, welke men thans met dit gedeelte van
Zuid-Europa heeft verkregen, maar vooral
door de aansluiting, welke tot stand is ge
bracht met de Amerikaansche Clipper
diensten, over den Atlantischen Oceaan.
Voorloopig is deze aansluiting nog slechts
van beteekenis voor het postvervoer. De
luchtpost uit Nederland, die nu per clipper
vervoerd wordt, bereikt New York nu in
2J4 dag. terwijl dit anders 8 dagen duurde.
De „Xema" is gistermiddag te 15.50 uur
(A.T.) te Oporto geland. Het vliegtuig
heeft het 1850 km. lange traject zonder tus-
schenlanding afgelegd en is ondanks den
tegenwind, waarmede het te kampen had,
slechts weinig later dan verwacht werd op
Portugeesehen bodem geland. Te 18.16 uur
(A.T.) kwam de Xema te Lissabon aan.
Wanneer wij, aldus de premier, den
oorlog tot een einde willen brengen
met zoo min mogelijk vernieling en
ontwrichting van onze gemeenschap
pelijke, geestelijke en materieele be
schaving, dan moeten wij Duitschland
afsnijden van de, materialen, die het
meest essentieel zijn voor de voort
zetting van zijn agressieve politiek.
De geallieerden zijn derhalve vast
besloten den economischen oorlog
voort te zetten tot het uiterste van
hun vermogen. Iedere hulp, die de
neutralen Duitschland zouden kunnen
geven, zou, wanneer zij ver genoeg
werd doorgevoerd, hen tenslotte ver
antwoordelijk kunnen stellen voor het
afzichtelijke lot, dat den vorigen
slachtoffers van de Duitsche politiek
ten deel is gevallen.
Sprekende over den Britsehen handel
met de neutrak naburen van Duitschland
zeide Chamberlain, dat zij moeten inzien,
dat Engeland er niet in kan toestemmen
voor hen de producten beschikbaar te
stellen uit bronnen in het Britsche rijk,
tenzij de neutralen in ruil de waaarborg
geven, dat zij hun toekomstigen handel
met Duitschland zullen beperken.
Handelsovereenkomsten met neu
trale landen.
In dit verband spiak de premier over de
handelsovereenkomsten, die reeds met
neutrale landen zijn gesloten.
Hieraan voegde hij toe: Terwijl ik hier
spreek, wordt een overeenkomst ondertee
kend met Denemarken op het departement
van buitenlandsche zaken. Besprekingen
vorderen ook in Parijs voor soortgelijke
overeenkomsten tusschen de geallieerden
en Zwitserland. Er zijn regelingen getrof
fen over den aankoop van het geheele uit
voerbare surplus van Noorsche walvisch-
traan. De geallieerde aankoopen van mine
ralen in Zuid-Oost-Europa zijn op groote
schaal ten uitvoer gelegd.
De geallieerden zijn vastbesloten het
gebruik van het wapen der macht ter zee
te intensifieeren. Britsche oorlogsschepen
hebben reeds zekere practische stappen
gedaan om tusschenbeide te komen in den
onbelemmerden doorvaart van Duitsche
vrachtschepen uit Scandinavië. Deze ope
raties worden uitgevoerd dicht bij de
Duitsche vlootbases, hetgeen wederom aan
toont hoe hol het Duitsche gepoch is, dat
de contróle over de Noordzee in Duitsche
sche handen is overgegaan.
Sprekende over Zuid-Oost-Europa
zeide Chamberlain: Er is zelfs door
de Duitsche propaganda het denkbeeld
uitgesproken, dat het ons doel is den
vrede op den Balkan te verstoren. Dit
is natuurlijk onwaar en wij vertrou
wen, dat onze overeenkomsten met
Turkije integendeel hoogst doeltref
fend hebben "bijgedragen tot een
handhaving van vrede en veiligheid
in Zuid-Oost-Europa.
Ook de landwegen worden ge
controleerd.
De aaandacht der geallieerden is ook
getrokken op de mogelijkheid, dat Duitsch'
land wellicht wegen gevonden heeft om
zijn voorraden te vergrooten uit neutrale
bronnen langs wegen, die alleen over land
gaan en tot dusverre nauwelijks gebruikt
werden. Wij hebben, aldus de premier, den
toestand nauwlettend overzien en zijn
voornemens maatregelen te nemen. In dit
verband herinner ik er aan, dat Engelsche
schepen kortgeleden in de wateren van
het Verre Oosten Sovjet-Russische sche
pen hebben aaangehouden, die er van ver
dacht werden contrabande te vervoeren,
bestemd om via Wladiwostok naar Duitsch
land vervoerd te worden.
De premier wees er nog op, dat de
Engelsche diplomatieke vertegen
woordigers in Ankara, Athene, Bel
grado, Boekarest, Sofia en Boedapest
naar Londen zijn ontboden voor raad
pleging en dat tevens de Duitsche ge
zant te Rome met kortverlof in Lon
den zal zijn. Ik ben er zeker van, al
dus Chamberlain, dat het huis dit
initiatief zal toejuichen, dat, naar wij
hopen vruchtbare resultaten zal heb
ben zoowel voor de zaak der geallieer
den als voor de handhaving van den
vrede en de veiligheid in dat gebied.
Iedere succesvolle bijeenkomst van den
Oppersten Oorlogsraad heeft duidelijker de
kracht getoond van de banden, die dit land
met Frankrijk samenbinden. De Opperste
Oorlogsraad vormt in feite het prominente
voorbeeld van de Engelsch-Fransche sa
menwerking in alle sferen, waarvan de
plechtige verklaring van 28 Maart de
meest recente ontwikkeling is. Het is onze.
hoop, dat deze bijeenkomsten veelvuldiger
en met gereglmatiger tusschenpoozen ge
houden zullen worden niet alleen om de
voortzetting van den oorlog te bevorderen,
maar ook om ons in staat te stellen de
machinerie te vervolmaken, die vereischt
zal zijn om den Europeeschen vrede te con-
solideeren aan het einde van den oorlog."
Luide toejuichingen weerklonken, toen
Chamberlain weer ging zitten.
De oppositie aan het woord.
Nadat Chamberlain uitgesproken had,
nam de leider der Labouroppositie, Attlee,
het woord. Hij juichte de verklaring, dat
de Fransch-Engelsche samenwerking niet
zou ophouden aan het einde van den oor
log, hartelijk toe. Over de neutralen zeide
Attlee o.m.: „Wij moeten overwegen in
hoeverre sommige neutrale staten vrij zijn
in hun handelen. Wij moeten het interna
tionale recht behouden, vooral door den
aanvaller te verslaan en ik hoop, dat wij
met alle neutrale staten over deze aange
legenheid zou nauw mogelijk overleg zullen
plegen. Spr. drong er op aan de economische
oorlogvoering zoo doeltreffend mogelijk
te maken en eischte een krachtige politiek,
zoowel op economisch als op diplomatiek
gebied. „Wij willen geen uitbreiding van
den oorlog, maar wij willen hem zoo spoe
dig mogelijk doen eindigen. Wij kunnen
dat doen door alle neutrale naties te doen
begrijpen, dat de oorlog ook hun aangaat,
omdat wij ook voor haar leven strijden."
Buitenlandsche belangstelling.
In de diplomatenloges hadden de am
bassadeurs van België, Egypte, Polen, de
USSR en de gezanten van Noorwegen,
Zuid-Slavië, Nederland en Letland plaats
genomen om de verklaring van den pre
mier te beluisteren.
Beantwoording van vragen.
De minister voor economische oorlogs
voering, Cross, heeft in het Lagerhuis
verklaard: „Cijfers over importen over
een korte periode voor een enkel land
kunnen ernstig misleidend zijn"" zulks als
antwoord op een vraag over de stijging
van den katoeninvoer in Nederland in de
maanden Sept. October en November.
Cross verklaarde er van overtuigd te
zijn, dat de stijging niet in verband stond
met herexporten naar Duitschland. Hij
haalde officieele Nederlandsche sta
tistieken aan, waaruit bleek, dat geen ka
toen geexporteerd was naar Duitschland
in genoemde periode. De Nederland
sche invoer van katoen in het geheele
jaar was geringer dan in 1937.
De conservatief Sir Derrick Gunston
vroeg nog: „Is het niet waar, dat de im-
ITALIAANSCHE MINISTERRAAD
BIJEEN.
Gistermorgen is in het Palazzo Viminale
de ministerraad bijeengekomen onder voor
zitterschap van Mussolini.
Er werden besluiten genomen betreffende
een tienjarenplan op het gebied van den
bouw van scholen, ziekenhuizen eh gevan
genissen, verbetering van den economischen
toestand der ambtenaren, waarmede een
jaarlijksche uitgavenvermeerdering van 650
milboen lire gepaard gaat en reorganisatie
van de wetgevende bepalingen betreffende
de nationale organisatie voor den oorlog. Dit
laatste heeft betrekking op de civiele mobi
lisatie van vereenigingen en openbare en
particuliere kantoren, evenals van burgers,
die niet zijn onderworpen aan militaire ver
plichtingen, met inbegrip van de vrouwen
en de minderjarige kinderen boven de
13 jaar.
Verder werd goedkeuring gehecht aan een
wetsontwerp, dat de hoogste defensiecom
missie in staat stelt haar functies uit te oefe
nen in gepaste verhouding met het belang
van haar taak voor de nationale organisatie
en mobilisatie voor den oorlog, aan een
wetsontwerp, dat den bezitters van ijzeren
hekken verplicht deze aan te geven aan de
autoriteiten, ze af te breken en ze tegen door
het ministerie van corporaties vastgestelde
prijzen te verkoopen en een wetsontwerp,
waarin een nationaal tweejarig autarkiekan-
toor wordt ingesteld, zetelend te Turijn,
met het doel periodiek in die stad een na
tionale autarkietentoonstelling te houden.
ZWEEDSCHE PERSSTEMMEN OVER DE
BUITENLANDSCHE POLITIEK VAN
ZWEDEN.
In hun commentaar op het groote debat
over de buitenlandsche politiek, dat op de
verklaring der regeering is gevolgd, stellen
de Zweedsche bladen eenstemmig vast, dat
zoo eenerzijds ten aanzien van sommige
details verschillen van waardeering aan den
dag zijn getreden, aan den anderen kant de
groote lijnen der regeeringspolitiek de een
stemmige goedkeuring der Kamers weg
droegen.
Dagens Nyheter (liberaal)
schrijft: De nationale eenheid duurt voort.
Het ij niet slechts de eenheid rond bepaal
de figuren, doch vooral rond het besluit, de
nationale en de Noordsche vrijheid tot het
einde te verdedigen.
Voorts schrijft het blad: Duitschland heeft
een beslissende en noodlottige rol gespeeld,
want het was dit land, dat de handen van
Zweden bond en Finland geen keus liet.
Wanneer Duitschland voorgeeft, de vriend
en beschermer der kleine mogendheden te
zijn, moet herinnerd worden aan het geval
van Finland en geantwoord dat de Duitsche
bewering valsch is.
Soeialdemokraten verklaart:
Zonder twijfel hebben de Westelijke mogend
heden tot dusver meer dan Duitschland de
neutrale positie der Noordsche landen ge
ëerbiedigd. Doch verscherping van de blok
kade tegen Duitschland kan voor ons in alle
opzichten ernstige gevolgen hebben. Nauwe
lijks is het oorlogsgevaar in het Oosten af
gewend of de toestand verergert naar andere
kanten en wij hebben actueeler problemen
dan een debat over de Finsche politiek, een
debat, dat geen zin meer heeft en dat plaats
moet maken voor de nieuwe en moeilijke
taken, waarvoor wij ons gesteld zien.
FRANSCH-BRITSCHE SAMENWERKING
OP HET GEBIED VAN INLICHTINGEN.
Officieel wordt medegedeeld, dat de Brit
sche minister van inlichtingen Keith en zijn
Fransche collega Frossard in een gister ge
houden bijeenkomst besloten hebben tot
practische maatregelen van samenwerking
tusschen hun beider departementen op ieder
gebied, in het bijzonder wat betreft de pro
paganda der geallieerden in de neutrale
landen.
DE OORLOG TER ZEE.
Het wekelijksche communiqué van de
admiraliteit betreffende scheepsverliezen
door optreden van den vijand meldt over de
week, die Zondag te middernacht eindigde,
dat een Britsch tankschip en drie neutrale
schepen verloren zijn gegaan.
NIET GLAD GEEN VOETAFDRUKKEN
porten van alle neutrale landen rondom
Duitschland ten zeerste zijn gestegen, ver
geleken met het vorige jaar?"
Cross antwoordde hierop, dat hij het
niet eens kon zijn met een algemeene ver
klaring van dien aard. Het moge juist zijn
voor een afzonderlijk exporteerend land,
maar spr. moest een onderzoek instellen
naar de importen uit alle landen.
DOOR WILKIE COLLINS
NEDERLANDSCHE BEWERKING
VAN A. A. HUMME Jr.
56)
Het bleek aanstonds, dat er iets bijzon
ders aap de hand was. De kastelein was
nergens te zien en een paar klanten tikten
ongeduldig met een geldstuk op de toon
bank, waarachter een meisje zenuwachtig
in de weer was, om te trachten aan hun
verlangens te voldoen. Toen Cuff vroeg,
waar de baas was, beet zij hem toe, dat hij
boven was en door niemand gestoord wilde
worden.
„Gaat u maar mee, mijnheer", zei Cuff
tegen mij, terwijl hij de trap op ging, den
jongen een wenk gevend, hem te volgen.
Het meisje riep een waarschuwing naar
boven, dat vreemden het huis binnendron
gen en op de eerste verdieping hield de
herbergier ons staande, terwijl hij ons op
onvriendelijken toon vroeg, wat wij wensch-
ten.
„Ik ben brigadier Cuff", stelde deze zich
voor, „en wij komen om inlichtingen om
trent een als zeeman gekleed persoon, een
man met een donkere gelaatskleur en een
zwarten baard".
„Goede hemel!" riep de kastelein uit, „dat
is juist de man, die het heele huis in op
schudding brengt. Hij had verzocht, hem
om zeven uur te wekken en niettegenstaan
de wij om beurten op de deur hebben ge
klopt en gebonsd, geeft hij geen antwoord.
De deur is afgesloten en ik heb iemand om
een timmerman gestuurd om de deur open
te breken. Als u nog even geduld kunt heb
ben, zullen wij spoedig meer weten".
„Was hij gisteravond dronken?" vroeg de
rechercheur.
„Volstrekt niet, anders had ik hem geen
kamer gegeven".
„Heeft hij vooruit betaald?"
„Neen".
„Zou hij op andere wijze dan door de
deur zijn kamer hebben kunnen verlaten?"
„Het is een dakkamertje", zei de her
bergier. „Er is een luik, waardoor men op
het dak kan komen en een eind verder
staat een leeg huis, dat verbouwd wordt.
Gelooft u, dat de schelm op die manier,
zonder te betalen, de plaat heeft gepoetst?"
„Wie weet", zei Cuff. „Een zeeman is ge
wend te klimmen en heeft gewoonlijk geen
last van duizeligheid".
De timmerman was intusschen aangeko
men, en wij gingen gezamenlijk naar de
zolderverdieping, waar met behulp van ha
mer en beitel het slot van de deur spoedig
was losgeslagen. Het bleek echter, dat de
deur aan den binnenkant was gebarrica
deerd en na met vereende krachten de er
tegenaan geplaatste meubels op zij te heb
ben geduwd, traden wij het vertrek bin
nen.
Onze eerste blik gold het bed, waarop de
zeeman lag uitgestrekt, zijn hoofd bedekt
door het kussen, dat Cuff nu verwijderde.
De man bleef roerloos liggen, zijn wijd
open oogen, waaruit het licht verdwenen
was, op het plafond gevestigd. Ik kon den
aanblik van die doffe, starende oogen niet
verdragen en wendde mij af, om aan het
venster naar buiten te kijken.
„Hij is dood", hoorde ik Cuff zeggen.
Ik voelde, dat ik aan mijn mouw werd ge
trokken. Het was „Klapbes", die op onder
zoek was geweest en nu opgewonden zijn
oogen liet rollen.
„Komt u eens kijken, mijnheer", zei hij,
op een tafeltje in een hoek van de kamer
wijzend. Er stond een geopend houten doos
je, leeg, en daarnaast lag een verkreukeld
stuk papier, waarop duidelijk te lezen
stond:
„Bij de Firma Bushe, Lysaught en Bushe
een houten doosje gedeponeerd door den
heer Septimus Luker, Middlesex Place,
Lambeth, verpakt en verzegeld in dezen
omslag, bevattende een kostbaar juweel.
Dit doosje, bij opvraging, alleen te over
handigen aan den heer Luker, tegen over
gave van het regu".
Dit nam althans allen twijfel weg, wie
in het bezit van den Maansteen was ge
weest.
„Diefstal", fluisterde „Klapbes" opgewon
den. „En moord", voegde hij er met blijk
bare voldoening aan toe, op het bed wij
zend.
Ik vond zoo iets stuitends in het klaar
blijkelijk behagen, dat de jongen schepte in
het aanschouwen van de lugubere scène,
dat ik hem bij zijn schouders pakte en .bui
ten de deur zette.
Cuff vroeg op dat oogenblik waar ik was
en kwam mij bij de deur tegemoet. Hij nam
mij bij den arm en leidde mij naar het bed.
„Mijnheer Blake", zei hij, „kijkt u eens
goed naar dat gezicht. Het is geschminkt".
Hij wees op een witte streep, die van het
voorhoofd van den doode tot in het ver
warde zwarte haar liep. „We zullen eens
zien wat hieronder zit", zei hij, terwijl hij
het lijk bij de haren greep.
Mijn zenuwen waren hiertegen niet be
stand en ik draaide mij om. Het eerste wat
ik zag, was „Klapbes", die op een stoel was
geklommen en over de hoofden der aanwe
zigen heen het verdere verloop der hande
lingen in ademlo:ze spanning volgde.
„Hij trekt hem zijn pruik af", fluisterde
„Klapbes", die mij beslist op de hoogte wil
de houden.
Er was een pauze, daarna een kreet van
verwondering van de aanwezigen.
„Hij heeft hem zijn baard afgedaan!"
schreeuwde Klapbes.
Cuff vroeg daarop den herbergier om een
waschkom met water en een handdoek, die
deze zich haastte aan te dragen.
„Hü wascht hem zijn bruine kleur af!"
gilde „Klapbes", die op zijn stoel stond te
springen.
De rechercheur baande zich plotseling 'n
weg door den kring van omstanders toe,
„Als u den brief, dien ik u vanmorgen gaf,
bij u hebt, maakt u dien dan open".
Ik deed wat mij gezegd werd en las op
het ingesloten velletje papier den naam
Godfrey Ablewhite.
„Komt u nu nog even mee naar het bed
en zie wie daar ligt".
Ik gaf gehoor aan zijn verzoek. De doode
was Godfrey Ablewhite.
ZESDE DOCUMENT.
Het rapport van brigadier Cuff.
I.
Dorking, Surrey, 30 Juli 1849.
Aan den heer Franklin Blake.
Mijnheer. U gelieve mij te verontschul
digen voor de vertraging in het zenden van
het rapport, waar u mij om heeft gevraagd,
doch ik wenschte dit zoo volledig mogelijk
te doen zijn, en ondervond verschillende
moeilijkheden bij het opsporen van alle de
tails, die op de zaak betrekking hebben.
Wordt vervolgd.