ELS ime is actueel Financieel Overzicht. NOTITIE-BOEKJE. Openbare Leeszaal en Boekerij te Alkmaar. IL Voor kleine tuinen* H. J. BRUSSE: UIT MIJN Toen mijn buurman nog zóo'n knechtje was. dagen jp de ergaat i in te •ijzen UMAAR 1 10 APRIL 1940 WOENSDAG 17 Eslag en comb., Is 6 uur (aanvang soffiehuis -„HET [AARLEM" a. d. v. J. DE LANGE, perc. te Alkmaar: IRF, Oudegracht c.A. 4.— p. w. ÏRF, Oosterburg- >t 67 c.A. 4.— p. w. ;RF, Vercronken- >t 37 c.A. 4.— p. w. IRF, Verdronken- 3t 121 c.A. Laatst ed. J. SCHUTTE. UIZEN, SCHUUR ■derkade 36 en 37, 196 c.A. Verhuurd T voor 3.25 en jr 3.50 p. w. bij de betaling sning der monde- rerstrekt t. k. v. C. J. DE LANGE Breedstraat 10. J. V. te Alk- v. H. te Alk- Ier 2 maal 3 ichtenis, S. S. te m, J. K. te Lim- eder 2 maal 4 chtenis. D. A. te lagen hechtenis in het inbeslag van het T. te Uitgeest, N. P. te Koog aan ut 2 dagen hech- W. te Alkmaar, 3 boete of 3 Alkmaar, 2 i van de i n g e n: r, 3 boete of 2 Castricum, 6 a n de A r- boete of 2 dagen an artikel b o e k van •schijnen als ge- 4 boete of 4 an artikel t b o e k van ibare dronken- oete of 6 dagen DERDE BLAD. ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 6 APRIL 1940. JAARVERSLAG 1939. Gebouw. Het gebouw, hoe goed ook gelegen in de hoofdstraat van de stad, in het centrum, is door gebrek aan ruimte voor uitleening, berging der bibliotheek, aparte rustige stu diezaal, behoorlijke garderobe, dichtbij gelegen conciërgewoning, kinderleeszaal, etc. een handicap in de ontplooiing van den noodzakelijken arbeid. De tijdsomstandigheden werken niet mede aan eventueele veranderingen, rui mere en grootere gebouwen krijgen een mi litaire bestemming hier ter stede; toch hoopt het bestuur, dat op een of andere wijze mogelijkheid tot verbetering zal kun nen worden gevonden. Boekerij. Het volkomen gebrek aan plaatsruimte beperkt de aanschaffingsmogelijkheden ten zeerste. Geschenken of boekenlegaten kun nen haast niet meer worden aanvaard, of met toepassing van de uiterste selectie; ver wijdering van boeken vindt spoediger plaats dan voorheen. Aangeschaft werden: 539 nieuwe werken. Vervangen door nieuwe exemplaren: 47 werken. Verwijderd: 339 werken. Kinderbibliotheek. Nieuwe werken: 91. Vervangen door nieu we exemplaren: 81. Verwijderd: 431. (Het laatste cijfer gaat over de jaren 1938 èn 1939, daar dor het samenstellen van de nieuwe K.B.-catalogus een grondige herzie ning plaats vond.) Nutsbibliotheek. De bibliotheek van het „Nut", afd. Alk maar is reeds jarenlang in de bibliotheek van de O.L.B. ondergebracht, geheel syste matisch daartoe behoorend, doch adminis tratief onderscheiden. Nieuwe werken: 56 (plus 4 kinderboe ken). Vervangen door nieuwe exemplaren: 16. Verwijderd: 16. Periodieken. De financiën laten uiteraard weinig uit breiding toe. Nieuwe abonnementen werden genomen op: „De Jazz-Wereld", „Luchtge- vaar". Opgezegd: „Het Aquarium", „Den Gulden Winckel". Gememoreerd moge worden, dat de O.L. B. op zijn leestafel heeft: 11 dagbladen, 50 weekbladen en 270 maandbladen van zeer uiteenloopenden aard; op literair, historisch en kunstgebied, op paedagogisch, technisch, natuurhistorisch, algemeen-religieus en zoo veel ander terrein kan de vraag naar goede en nieuwe voorlichting volkomen worden vervuld. Uitleening. In totaal werden uitgeleend: 71043 ban den tegen 76163 banden in 1938. De correspondentschappen leenden uit: 8367 banden tegen 9146 banden in 1938. Een totale vermindering van 5120 ban den. Van bibliotheken buiten de stad werden 73 banden in bruikleen ontvangen. Correspondentschappen. Correspondentschappen van de O.L.B. (waarheen dus wekelijks kisten boeken- naar-wensch worden verstuurd!) bestaan in Heerhugowaard, Hippolytushoef, Mid- denmeer, Koedijk, Slootdorp en West-Graft- dijk. De correspondenten, die vrijwillig hun taak in de respectievelijke dorpen vervui len, verdienen een woord van dank voor de bereidwillige medewerking. Het correspondentschap Bergen werd op geheven en vervangen door een agent schap. Agentschappen. De omzetting van het correspondentschap Bergen in een agentschap, idee van onze directrice, is naar onze meening een goede greep geweest. De nieuwe leden stroomen niet toe, maar er is een voortdurende en gestadige stijging, hetgeen óok blijkt uit de cijfers der uitleening. Deze bedroegen in 1938: 502 banden en in 1939: 1841 banden. In Bergen is nu een wisselbibliotheek ter plaatse, waar wekelijks de eerste assistente een middag verblijf houdt, terwijl de kist met boeken-naar-wensch eveneens uit Alk maar daar wekelijks wórdt gedistribueerd. Opvallend is het groote aantal wetenschap pelijke werken, dat door het Berger agent schap wordt „geconsumeerd". De eerste assistente geeft zich aan dit deel van haar taak met volle toewijding, waar door wel ten zeerste het succes zal worden gestimuleerd. Leden. Stand op 31 December 1938: 2005 groote leden, 134 adsp.-leden (16-18 jaar), 344 kin derleden. Bedankt voor 1939: 379 groote leden, 36 adsp.-leden, 113 kinderleden. Nieuwe leden 1939: 319 groote leden, 60 adsp.-leden, 61 kinderleden. Stand op 31 December- 1939: 1945 groote leden, 123 adsp.-leden, 292 kinderleden. Onder dit hoofd moet worden vermeld, dat voor de militairen te Alkmaar door het bestuur een speciale regeling is getroffen, die hen het lidmaatschap vergemakkelijkt. 1. Op vertoon van hun lidmaatschaps kaart van een O.L.B. van' dë plaats hunrter vaste inwoning kunnen ze boeken uit de O.L.B. te Alkmaar in leen krijgen. 2. Noodzakelijk is slechts, dat zij, gelijk alle andere militairen, een waarborgsom storten van f 1, welke bij vertrek uit de stad wordt terugbetaald. 3. Militairen (soldaten, onderofficieren, zoowel als officieren) kunnen een lidmaat schap aangaan per kwartaal, tegen de con- tribueerende somma van 0.50. Bezoekers. Dë lees- en studiezalen werden in het ver slagjaar bezocht door 41115 personen, waar van 37339 mannen en 3812 vrouwen. In het voorgaande jaar waren deze cij fers resp. 39426, 35861 en 3565. De cijfers van het bezoek zijn altijd eer der te laag dan te hoog. Door het afkondi gen van de mobilisatie werd sinds Septem ber het bezoek grooter. Geldmiddelen. Voor dit hoofdstuk verwijzend naar het verslag van den penningmeester, maken we de opmerking, dat een vermeerdering van leden vermeerdering van mogelijkheden beteekent. Uiterst zuinig beheer en onthou ding van noodzakelijke uitgaven zijn door den niet-verontrustenden, maar toch te he- treuren achteruitgang van het ledental noodzakelijk. (Slot volgt). De boekwinst op goud bij de Neder- landsche bank thans gerealiseerd. Het Rijk ontvangt daarvan 132.5 millioen. Hiervan ging een infla- tionistische invloed op de beurs uit. Aandeelen algemeen vaster. Het Pond Sterling blijft gedrukt. Jaar verslagen stroocartonfabriek Schol ten, Rotterdamsche Droogdok en Hol land Draad en Kabel. Belegging waarden aanvankelijk ongeanimeerd, later gestegen. Naar men weet heeft het van het begin af in de bedoeling gelegen om de boek winst, die zou worden verkregen door het berekenen van den goudvoorraad van de Nederlandsche Bank op den hoogeren prijs, die meer in overeenstemming is met de huidige depreciatie van den gulden, per 31 Maart j.l. effectief te maken. Dat is de da tum van afsluiting van het boekjaar der Nederlandsche Bank. Alvorens het wetsontwerp betreffende de verdeeling van de goudwinst de eindstreep had bereikt en tot wet kon worden verhe ven, heeft het naar men weet eenige veran deringen ondergaan, die in hoofdzaak de gewijzigde verdeeling betreffen tusschen de Nederlandsche Bank en den Staat. Minister de Geer heeft het inmiddels ook weer ge wijzigde amendement van den heer Teu- lings overgenomen, hetgeen er op neer kwam, dat het aandeel van de Nederland sche Bank werd teruggebracht van 29.8 millioen tot 13.9 millioen, terwijl het aan deel van den Staat dienovereenkomstig steeg, derhalve van 116.5 millioen tot 132.5 millioen. Uit den eersten weekstaat van de Neder landsche Bank waarin de verdeeling tot uit drukking is gebracht, bleek, dat de goud voorraad, die thans berekend wordt op een prijs van 2009 per kg. tegen vroeger 1647.50, een stijging vertoont van 221.7 millioen en indien men de hierboven ver melde bedragen, die ten goede komen, resp. aan de Nederlandsche Bank en den Staat, daarvan in mindering brengt, dan blijft er f 75.3 millioen over, die ter beschikking komen van het Egalisatiefonds voor af schrijving van het boekverlies op goud. Volgens de nieuwe waarde bedraagt de goudvoorraad van de Nederlandsche Bank thans 1235.2 millioen tegen 1013.5 mil lioen volgens den stand van 26 Maart, toen het goud nog tegen den ouden prijs werd berekend en 669.8 millioen op 28 Sept. 1936, onmiddellijk vóór het loslaten van den gou den standaard. Nominaal valt er dus een zeer sterke toeneming waar te nemen, ge deeltelijk door aanwas van den voorraad sedert het genoemde tijdstip, gedeeltelijk door de herwaardeering van thans. De direct opeischbare verplichtingen zijn thans voor 83.35 pet. door goud gedekt, terwijl naar men weet 't wettelijk dekkingspercent. 40 pet. bedraagt. Er is dus een overdekking van meer dan 100 pet. Uit dien hoofde be hoeft er dus ten opzichte van de stabiliteit van onzen gulden geen vrees te bestaan. Mocht er om welke reden ook een toe stand intreden, waardoor er een druk op den gulden wordt gelegd, dan kan het Ega lisatiefonds voor onbepaalden tijd voort gaan met het afgeven van goud om aan dien druk het hoofd te bieden, zonder dat er in den stand van den gulden eenige noe menswaardige verandering zou behoeven in te treden. En toch heeft eensdeels de oorlogstoe stand en in verband daarmede de financie ring der mobilisatiekosten, anderdeels de wijze, waarop de goudwinst thans is gerea liseerd, een stemming in het leven geroe pen, waaraan een min of meer inflationis- tisch karakter niet kan worden ontzegd. Er hebben zich teekenen voorgedaan, dat den laatsten tijd kapitaal naar het buitenland is afgevloeid, al zou men uit het feit, dat het Egalisatiefonds nog geen goud bij de Ne derlandsche Bank heeft weggetrokken, mo gen afleiden, dat die druk nog niet buiten gewoon groot is geweest. Men vreest dan ook eerder een verzwakking van ons geld stelsel van binnenuit en wel in verband met het feit, dat uit de goudwinst een be drag van 132 millioen ter beschikking van het Rijk is gesteld. De Staat kan hier over uit den aard der zaak vrijelijk be schikken, hetgeen dan ook inmiddels voor een deel is geschied. Tezamen met het saldo van 8 millioen, dat er nóg stond, kwam er 140 millioen ter beschikking, waarvan volgens de jongste opgave reeds 70 mil lioen is gebruikt. Een deel daarvan is aan gewend tot aflossing van schatkistpapier, een ander deel tot betaling van rente en af lossing van leeningen per 1 April j.l. Het schatkistpapier werd ingetrokken, zonder dat daartegenover een nieuwe uitgif te kwam te staan, zoodat er een inkrimping van de vlottende schuld plaats vond. Onder normale omstandigheden zou men zulks als een gunstig teeken kunnen beschouwen, n.l. indien zulk een aflossing zou hebben plaats gevonden met gelden, die uit belas tingen waren binnengekomen. Thans heeft de aflossing en ook de verdere financieringen uit dit potje van 132)4 millioen plaats, dat als een zuivere geldcreatie moet worden beschouwd, m.a.w. een onverbloemde infla tie. In financieele kringen heeft men zich dit verschijnsel terdege gerealiseerd, met het gevolg, dat er een neiging bestond om be schikbare middelen in aandeelen te beleggen. Wij hebben er al eens meer op gewezen, dat de beurs nooit kapitaal kan opnemen of teruggeven aan het verkeer, en dat dus de hoeveelheid beschikbare middelen onveran derd blijven, ook al hebben er ter beurze omvangrijke aankoopen plaats. Immers ter beurze betreft de handel slechts een ver plaatsing van bezit, doch geen nieuwe in- vesteering. Het gevolg zal dus zijn, dat de invloed van het ruimere geld voor onbepaal den tijd op de markt tot uitdrukking zal kunnen komen totdat er een oogenblik komt, waarop hetzij de hoogere koersstand van de aandeelen, dan wel de vrees voor politieke verwikkelingen of de invloed van berichten omtrent den oorlogstoestand daarin veran dering zullen brengen. In de afgeloopen week heeft zich duidelijk die meerdere kooplust gemanifesteerd en over de geheele linie kwamen koersverbete- ringen voor. Vooral de aandeelen, die tevo ren van aanbod te lijden hadden gehad, trokken thans goede kooplust, waarbij in het bijzonder de overweging zich liet gelden, dat in het algemeen het koerspeil reeds sinds geruimen tijd zoo laag is, dat het rendement op de meeste aandeelen als tamelijk hoog moet worden beschouwd. Daarbij kwam dan nog de omstandigheid, dat de geldkoersen op korten termijn een vrij sterke daling hadden te zien gegeven in verband met de hierboven geschetste verruiming van de geldcirculatie, waardoor men met de moge lijkheid rekening hield, dat op den duur die lagere geldkoersen ook tot uitdrukking zul len moeten komen in een lageren rentestand voor beleggingen op langen termijn Dit zou dan beteekenen, dat ook - obligaties hooger zouden worden gewaardeerd. Is dit het ge val, dan kan, een verdere stijging van de aandeelenkoersen evenmin uitblijven Natuurlijk moet aan het bovenstaande on middellijk worden toegevoegd, dat deze meening, die men ter beurze hoort uiten, kan worden doorkruist door verontrustende berichten omtrent den algemeenen toestand. Deze week deden zulke berichten, zij het ook tijdelijk, zich alweer gelden en wel in verband met de aangekondigde verscherpte blokkade van de geallieerden. Vermoede lijk niet ten onrechte vreest men, dat de neutrale landen van de nieuwe oorlogsmaat regelen terdege nadeel zullen ondervinden en in bepaalde gevallen zelfs in den knel zullen kunnen komen tusschen de beide oor logvoerende partijen. Met dit al blijft hier de opvatting overheerschen, dat Nederland niet in den oorlog zal worden betrokken en het was aan deze opvatting ongetwijfeld grootendeels toe te schrijven, dat de min of meer inflationistische stemming, die van de verdeeling van de goudwinst uitging, onge hinderd op de markt tot uitdrukking kon komen. De meeste industrieele bedrijven kunnen over 1939 vrij gunstige financieele resul taten aanwijzen. Dit is bijv. het geval met de Rotterdamsche Droogdok Mij., hoewel men waarschijnlijk toch in verband met de groote bedrijvigheid op scheepsbouwgebied een onveranderd dividend had verwacht. In werkelijkheid was het dividend echter lager, n.l. 10 tegen 12 J4 vorig jaar en de winst vóór afschrijving 3.209.015 tegen vorig jaar 3.954.789. De uitkomsten zouden ongetwijfeld nog beter zijn geweest, indien het repar'atiebedriji niet te lijden had gehad van de groote slapte in de haven. De ver mindering van de opdrachten in deze af- deeling werd echter voor een groot deel ge compenseerd door nieuwbouw. Een bijzon derheid bij deze maatschappij is, dat zij sedert haar oprichting nooit het dividend heeft gepasseerd en dat het laagste dividend in de crisisjaren 2)4 is geweest. Het fonds wordt dan ook bij uitstek als een beleggings aandeel beschouwd. Minder bevredigend waren de resultaten van de Carton- en Papierfabriek Scholten, welke maatschappij een winst heeft aan te wijzen van 131.893 tegen vorig jaar 242.204. Hierbij moet echter direct in het licht worden gesteld, dat zulks het gevolg was van het stilliggen van het bedrijf in verband met den grooten brand. Ook in het nieuwe boekjaar zal deze invloed zich doen gevoelen. De Hollandsche Draad en Kabel boekte een winst van f 695.479, waaruit een onver anderd dividend van TA kan worden uit gekeerd. Zooals bekend wordt het bedrijf in belangrijke mate gesteund door de contin- genteering. Vóór dit systeem hier toepassing vond, waren de financieele resultaten jaar op jaar slecht in verband met de scherpe buitenlandsche concurrentie. In de afdeelingen voor cultuuraandeelen was de stemming vrij gunstig, hoewel de omzetten tot nu toe beperkt bleven. Tabaks- aandeelen ontmoetten meer vraag in verband met de bevredigende vooruitzichten voor de eerste Sumatra-inschrijving. De ontvangst van het Javaproduct bij de eerste inschrij ving te Rotterdam is zeer goed geweest, hetgeen men als een gunstig voorteeken be schouwde. Het is intusschen gebleken, dat de kwaliteit van het Sumatraproduct over het algemeen goed is te noemen en dat men van een geslaagden oogst kan spreken. Rubberaandeelen waren eveneens mee- rendeels hooger, daar de prijs zich goed kan handhaven en de maatschappijen redelijk goede winsten moeten maken. Voor de Am sterdam Rubber staat daartegenover het lage prijsniveau voor palmolie, zoodat deze cultuur waarschijnlijk slechts in zeer be scheiden mate tot de winst zal kunnen bij dragen. In verband hiermede wordt dan ook een lager dividend verwacht dan verleden jaar. De lage palmolieprijzen zijn ook voor de H.V.A. een ongunstige factor, maar voor deze maatschappij staat daartegenover de hoogere winst, die uit suiker zal worden ver kregen en ook uit andere cultuurproducten. Er bestond goede vraag naar scheepvaart- aandeelen, daar men de opvatting heeft, dat deze aandeelen in verhouding tot de divi denden betrekkelijk laag genoteerd staan. Op de beleggingsmarkt bestond (aanvanke lijk een sterke terughouding, doch later lie pen de koersen meerendeels iets op. Toch krijgt men den indruk, dat groote beleg gers, die vroeger regelmatig belangrijke be dragen uit de markt namen hun beschik bare middelen thans op andere wijze onder brengen, vermoedelijk voor een deel in on- DAHLIA'S ZIJN IDEALE LIEFHEBBERS- PLANTEN. Er zijn dezen winter heel wat Dahliaknol len bevroren, en dus zullen de meeste lief hebbers er allicht over denken om dit voorjaar wat nieuwe Dahlia's aan te schaf fen. Om ze vroeg in bloei te hebben wor den ze omstreeks half April in potten ge plant, die op een beschut plekje van den tuin worden neergezet, of in den kouden bak gehouden, in ieder geval dienen ze tegen nachtvorst beschermd te worden. Tegen eind Mei kunnen ze voorzichig zonder de wortels te beschadigen in den vollen grond worden uitgeplant met behoud van de pot- kluit. Van te voren wordt de aarde goed losgemaakt, maar vooral geen versche mest inwerken, aangezien Dahlia's dit slecht ver dragen. Ze zijn echter dankbaar voor een toevoeging van kali en phosphor, eventueel A. S. F.-korrels. De Decoratieve en Cactusvariëteiten wor den met een tusschenruimte van 6080 c.M. uitgeplant, terwijl voor de laagblijvende Mignons een onderlinge afstand van 30 c.M. voldoende is. Om van Decoratieve' en Cactusdahlia's groote bloemen op stevige lange stengels te verkrijgen, moeten we alle zijknoppen weg nemen, zoodat al het voedsel naar de hoofd- knop gevoerd kan worden. Wanneer de planten 30—50 c.M. hoog zijn geworden, nemen we ook de in de bladoksels gevorm de scheuten weg, doch nooit de kop van de plant. Wanneer we niet met knollen, doch voor het gemak met plantjes willen beginnen, moeten we nog tot eind Mei wachten met onze bestelling, meestal worden zij begin Juni van de kweekerijen verzonden en de prijs is in de meeste gevallen gelijk aan die van de knollen. Voor kleine tuinen zijn Mignondahlia's ideaal, laagblijvend en enorm mildbloeiend, vormen zij prachtig materiaal voor perken of groepen. Een aardige nieuwe vorm is „Truus" scharlakenrood met kraag van gele blaad jes in het hart, eigenlijk meer een dwerg- collerette dahlia, „Onschuld" brengt ons zooals de naam reeds aanduidt zuiver witte bloemen in een goed gesloten vorm, Butter fly helder gele bloemen, Murillo, rose met donkerder ring om het hart, Roodkapje, helder scharlakenrood en G. F. Hemerik met oranje bloemen. Enkele bijzonder mooie halfhooge ver scheidenheden, ook geschikt voor den kleinen tuin zijn: Bishop of Lhandaff, met halfdub- bele bloemen, vermiljoenrood boven glim mend zwart blad. Volkskanzler, enkelbloe- mig, donkere ring om het hart, overgaande in helder rood, aan de randen meer zalm rood getint, beide variëteiten zijn beste snij bloemen. Uit de Volkskanzler is een nieuw ras voortgekomen, de Veka dahlia's, met den zelfde vorm en teekening, maar de kleuren varieeren van rose tot donker rood bruin, waarvan de variëteit Modesty als de beste kleinbloemige Dahlia van 1939 wordt genoemd. A. C. MULLERIDZERDA. roerende goederen en wellicht ook in hy potheken. Pandbrieven blijven zich dan ook over het algemeen op een zeer laag niveau bewegen, hoewel de jaarverslagen van ver schillende hypotheekbanken den indruk geven, dat deze instellingen langzamerhand in een stadium zijn gekomen, waarin de teruggang van de hypotheekportefeuille als geëindigd kan worden beschouwd. Hieronder volgt een overzicht van het koersverloop in de afgeloopen week. Nederland 1940 I 99 5/16, 99, 98 7/8; Idem 1940 II 93 3/8, 93)4, 93 11/16; Ned. Indië 1937 A. 84 1/16, 84, 84 3/8; Aku 40y2, 42 5/8; Lever Bros 92 1/4, 93 3/4, 92)4; Ned. Ford 319, 325, 321, 324; Philips 120 1/4, 125, 123; Rotterdamsche Droogdok 223, 23iy%; U.S. Steel 42)4, 46 3/8; Koninklijke 225 3/4, 233 3/4, 228 3/4, 233; Amsterdam Rubber 183 3/4, 188 1/4,, 187, 190; Bandar Rubber 142)4, 144 1/8; Holland-Amerika Lijn 92 3/4, 94 5/8, 92V1>; Kon. Ned. Stoomboot Mij. 114)4, 119 1/4; Ned. Scheepvaart Unie 114 7/8, 118, 116)4, 118 1/4; H.V.A. 381, 391, 387, 390; Ver. Vorstenlandsche Cultuur 96, 971/4, 941/,, 96; Deli Batavia Mij. 121)4, 127 3/4; Deli Mij. 179, 188 1/4; Senembah 138, 141, 137 3/4, 139. Een van mijn buurlui, die nu 't zwaarste werk op de boerderij en in 't land toch maar overlaat aan zijn kloeke borsten van zonen hij heeft er dus nog wel eens tijd voor een praatje, meest zoo maar over onze ge meenschappelijke heg heen. En 't liefst ver telt hij dan uit die tijden van Olim, toen hij nog 'n knechtje was in Schoorldam. Want daar is hij „groot gemaakt". Zoo hadden de jongens daar bij 't visschen in een sloot nog wel eens „mensche-benen" gevonden. Maar één keer zoowaarachtig ook een sabel. Dit alles was afkomstig, had de meester hun gezegd, uit de gevechten met het verbonden Engelsche en Russische leger, waarvan een afdeeling him dorp had willen innemen. De soldaten waren toen geholpen dacht u door vliegende bommenwerpers' Buurman lachte om de veronderstelling. Nee zei hij ernstig den schoolmeester van zestig jaar geleden na nee: door het vuur van zeven kanonneerbooten, die in de vaart op Alkmaar lagen te paffen. De botten van deze gesneuvelde krijgers zij, jon gens, vonden die eerst nog wel een beetje griezelig: zoo'n scheenbeen, zoo'n stelletje ribben of een bovenarm. Want ze waren al te ver verteerd om er bikkels uit te kunnen snijden. Maar met den sabel was hij echt een hufter geweest. Op Zondagmiddagen zwaai de hij hem, scherp geslepen, zooals vader de zeis, dat de vonken zonlicht er zoo afscho ten. Want geblinddoekt hielden ze er dan wedstrijdje mee, wie in 't kortst aantal hou wen den haan den kop af kon kappen. Want nee, zoo lekker was 't jonge volk toen immers ook niet. 't Spel van 't koppe- snellen werd daar in de buurt nog afge wisseld door katknuppelen Tegenwoordig is dit natuurlijk allemaal verboden. En de buurman gaf toe, dat 't die ren kwellen geweest was. Maar vroeg hij met 'n wit lachje of de zeden nu zoo veel beter waren geworden onder 't jonge volk? En 'n diaken, die er bij was komen staan, zei echt verontwaardigd: „nee, want nu doen ze veel zondiger kwaad. Nu gaan de boerejongens en meiden Zondags, 'in plaats van naar de kerk, in de herbergen dansen of zomers zoowarempel in hun bloot badpakken baden aan 't strand. Onz' buurman is door de jaren met al die zomergasten wat breeder van opvatting ge worden, zooals trouwens de meeste buurt schappers hier. Zij lachen er maar eens om, al schudden ze er tóch hun wijze hoofden bij. Want dit kan geen standhouden, 't Mag dartelheid zijn toch loopt dat spaak voor later met de huwelijkszeden, als nu ook al hun eigen dochters in mansbroeken gaan. gaan. Toevallig onder dit praten zagen we een moeder musch lekkere stukjes, die zij op pikte tusschen 't alweer groenende gras, heel eerlijk telkens met den snavel uitdeelen in de hunkerend open snepjes van haar niet eens meer zoo heel jonge jonkies 'n drie tal, ieder op z'n beurt. Kinderlijk verteederd keek de oude boer erbij toe. „Ja" schamperde hij, en had er pret om „de zuigelingen van nou worden vet gemaakt uit een flesch met strepiès, erg zuinig van water met melk. Al geven wij de potlammetjes toch nog altijd maar vólle melk, óók uit de zuigflesch. Die kregen wij net zoo goed onverdund, ja, tot ons derde, vierde jaar, warm van de koe, omdat onze moeders meestal geen tijd' hadden om 't ons van haar eigen te geven. Nee, wat wou je nou toch met die nieuwmodische fratsen? wel warempel immers ongekookt. Nóg koken we melk van onze eigen beesten im mers nooit, want dan dampt de voeding er uit. Maar waar wij, zuigedingen, dik en vet van werden, dat was net als die mosschen daar, van de warme kauwtjes uit moeder's eigen mond. Zij kauwde 't voor ons, 'n stukkie brood of 'n zoet koekie pakte 't met 'r duim en vinger eruit en stopte 't ons lekker lauw in onz' bekkie. We ben er zoo sterk van geworden, dat we ons heele leven hebben kunnen werken en sjouwen tot naar bed gaan toe. Maar dat jonge volk van nu, met die gekookte flesschies met strepies zij zijn dat altijd doorwerken op de boerderij en in 't land veel gauwer zat, dat ze 'n bios- copie noodig hebben om ervan uit te rusten. Een voorman van de werkverschaffing mengde zich in 't gesprek. Hij vond 't ge slacht van nu niets minder taai, als je zag wat ze hier in duin aan 't zware zand- scheppen konden verwerken ook al wa ren ze 't nooit gewend geweest. Hij kon 't best met de menschen vinden. Onlangs was er een ziek geworden. Meteen, toen de jon gens dat 's morgens hoorden, staken ze de koppen bij elkaar en spraken af van hun karig loon iedere week de man een gulden te doen in een bus met een papiertje erop: „voor een zieken kameraad". De opzich ter had gezegd: „dan doe ik ook mee". De bus ging rond, een ieder deed wat erin. De baas 'n achterwiel. Maar meteen was die er werk van gaan maken, dat hij nu al vijf weken ziekegeld krijgt en van de makkers komt daar nog altijd aardig wat bij. „Ja", zei de voorman op een enkele uitzondering na zijn 't prettige kerels en doen ze hier in dit voor hen vreemde duinwerk erg hur, best. Oudere menschen soms toch al, die dit nooit zoo gewend zijn geweest. Maar ze blijven er nog wel gijnig onder óók Verleden zou er als schuilhut voor de ploegen een riethut worden neergezet. Die is goedkoopsr en staat aardiger in 't land schap dan.zoo'n keet van gegolfd ijzer. Maar met dat barre weer kon 't daar binnen wél vinnig tochten, vooral door 't stroodak. Zoo vo'or de goede stemming had de baas toen gevraagd: „en, jongens, hoe zullen we de boet dan noemen?" Een, die Aimard had gelezen, stelde voor: „de Blokhut". Een ander, die blijkbaar de Camera Obscura kende, opperde: „de hut van Teun den jager". De derde gaf de voor keur aan: „De hut van Oom Tom". Toevallig was 't bij de stemming weer erg ruw geworden, met vlagen nog weer van hagel en poedersneeuw. Een van de men schen verbeeldde zich al, dat 't daar dan in die nieuwe riethut óók zoo gezellig niet zou wezen. Hij stelde voor: ,,'t Laatste oordeel". Deze schuilplaats, nog niet voor de bom men, maar voor „den witten hoed", die Aprilletje-zoet nog wel eens wil geven ze zou daar ergens komen te staan in duin, bij den Peerdenhemel. De menschen uit de streek vertelden mij, dat hier vroeger de paarden begraven werden, die in de zand- mennerij de karren trokken door de zware zandwegen naar de laadplaats voor de sche.- pen. Die trouwe zwoegers gingen er vroeg dood. En de buurtgenooten meenden, dat ze aan hun harde werken toch stellig den Peer denhemel hadden verdiend Een van de zoons van den buurman bleef onder ons gezelzen naarstig aan 't mest- pompen, waar wij op een beursje stonden. Hij zong er bij, met een prettige bariton: Word nooit verliefd, want dan ga je verloren, Je zit erin, met alle twee je ooren Maar de oudere menschen bespraken de groote gebeurtenis van den vorigen nacht, dat een koe een tweeling is geboren. Ik wist nu al wel, dat de boeren dit niet graag zien, omdat de arme koe er te veel onder lijdt en dus vaak ook in waarde achteruit gaat. Eén hoorde ik 't zeggen met een oude spreek wijs: „een koe met twee kalven is twee hon derd pond frommelen". Tot besluit van deze samenspraak op ons beursje vertelde een oudere buur nog een geval, dat hij zich herinnerde uit zijn jonge jaren: De vrouw van den smid was lang ziek geweest. In arren moede ging zij den raad inwinnen van een vermaarden geneesheer in een dorp in den omtrek. De platlandicus had haar onderzocht, even nagedacht en toen kort en bondig deze diagnose gesteld: „Laat je man je maar op zijn aambeeld leg gen en je met zijn voorhamer den kop in slaan. Anders blijf je 'm nog alleen maar tot last". Nadruk verboden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 9