ELS
ime is actueel
Financieel Overzicht.
NOTITIE-BOEKJE.
Openbare Leeszaal en Boekerij
te Alkmaar.
IL
Voor kleine tuinen*
H. J. BRUSSE:
UIT MIJN
Toen mijn buurman nog
zóo'n knechtje was.
dagen
jp de
ergaat
i in te
•ijzen
UMAAR
1 10 APRIL 1940
WOENSDAG 17
Eslag en comb.,
Is 6 uur (aanvang
soffiehuis -„HET
[AARLEM" a. d.
v.
J. DE LANGE,
perc. te Alkmaar:
IRF, Oudegracht
c.A.
4.— p. w.
ÏRF, Oosterburg-
>t 67 c.A.
4.— p. w.
;RF, Vercronken-
>t 37 c.A.
4.— p. w.
IRF, Verdronken-
3t 121 c.A. Laatst
ed. J. SCHUTTE.
UIZEN, SCHUUR
■derkade 36 en 37,
196 c.A. Verhuurd
T voor 3.25 en
jr 3.50 p. w.
bij de betaling
sning der monde-
rerstrekt t. k. v.
C. J. DE LANGE
Breedstraat 10.
J. V. te Alk-
v. H. te Alk-
Ier 2 maal 3
ichtenis, S. S. te
m, J. K. te Lim-
eder 2 maal 4
chtenis. D. A. te
lagen hechtenis
in het inbeslag
van
het
T. te Uitgeest, N.
P. te Koog aan
ut 2 dagen hech-
W. te Alkmaar,
3 boete of 3
Alkmaar, 2
i van de
i n g e n:
r, 3 boete of 2
Castricum, 6
a n
de A r-
boete of 2 dagen
an artikel
b o e k van
•schijnen als ge-
4 boete of 4
an artikel
t b o e k van
ibare dronken-
oete of 6 dagen
DERDE BLAD.
ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 6 APRIL 1940.
JAARVERSLAG 1939.
Gebouw.
Het gebouw, hoe goed ook gelegen in de
hoofdstraat van de stad, in het centrum, is
door gebrek aan ruimte voor uitleening,
berging der bibliotheek, aparte rustige stu
diezaal, behoorlijke garderobe, dichtbij
gelegen conciërgewoning, kinderleeszaal,
etc. een handicap in de ontplooiing van den
noodzakelijken arbeid.
De tijdsomstandigheden werken niet
mede aan eventueele veranderingen, rui
mere en grootere gebouwen krijgen een mi
litaire bestemming hier ter stede; toch
hoopt het bestuur, dat op een of andere
wijze mogelijkheid tot verbetering zal kun
nen worden gevonden.
Boekerij.
Het volkomen gebrek aan plaatsruimte
beperkt de aanschaffingsmogelijkheden ten
zeerste. Geschenken of boekenlegaten kun
nen haast niet meer worden aanvaard, of
met toepassing van de uiterste selectie; ver
wijdering van boeken vindt spoediger
plaats dan voorheen.
Aangeschaft werden: 539 nieuwe werken.
Vervangen door nieuwe exemplaren: 47
werken. Verwijderd: 339 werken.
Kinderbibliotheek.
Nieuwe werken: 91. Vervangen door nieu
we exemplaren: 81. Verwijderd: 431. (Het
laatste cijfer gaat over de jaren 1938 èn
1939, daar dor het samenstellen van de
nieuwe K.B.-catalogus een grondige herzie
ning plaats vond.)
Nutsbibliotheek.
De bibliotheek van het „Nut", afd. Alk
maar is reeds jarenlang in de bibliotheek
van de O.L.B. ondergebracht, geheel syste
matisch daartoe behoorend, doch adminis
tratief onderscheiden.
Nieuwe werken: 56 (plus 4 kinderboe
ken). Vervangen door nieuwe exemplaren:
16. Verwijderd: 16.
Periodieken.
De financiën laten uiteraard weinig uit
breiding toe. Nieuwe abonnementen werden
genomen op: „De Jazz-Wereld", „Luchtge-
vaar". Opgezegd: „Het Aquarium", „Den
Gulden Winckel".
Gememoreerd moge worden, dat de O.L.
B. op zijn leestafel heeft: 11 dagbladen, 50
weekbladen en 270 maandbladen van zeer
uiteenloopenden aard; op literair, historisch
en kunstgebied, op paedagogisch, technisch,
natuurhistorisch, algemeen-religieus en zoo
veel ander terrein kan de vraag naar goede
en nieuwe voorlichting volkomen worden
vervuld.
Uitleening.
In totaal werden uitgeleend: 71043 ban
den tegen 76163 banden in 1938.
De correspondentschappen leenden uit:
8367 banden tegen 9146 banden in 1938.
Een totale vermindering van 5120 ban
den.
Van bibliotheken buiten de stad werden
73 banden in bruikleen ontvangen.
Correspondentschappen.
Correspondentschappen van de O.L.B.
(waarheen dus wekelijks kisten boeken-
naar-wensch worden verstuurd!) bestaan
in Heerhugowaard, Hippolytushoef, Mid-
denmeer, Koedijk, Slootdorp en West-Graft-
dijk.
De correspondenten, die vrijwillig hun
taak in de respectievelijke dorpen vervui
len, verdienen een woord van dank voor
de bereidwillige medewerking.
Het correspondentschap Bergen werd op
geheven en vervangen door een agent
schap.
Agentschappen.
De omzetting van het correspondentschap
Bergen in een agentschap, idee van onze
directrice, is naar onze meening een goede
greep geweest. De nieuwe leden stroomen
niet toe, maar er is een voortdurende en
gestadige stijging, hetgeen óok blijkt uit de
cijfers der uitleening. Deze bedroegen in
1938: 502 banden en in 1939: 1841 banden.
In Bergen is nu een wisselbibliotheek ter
plaatse, waar wekelijks de eerste assistente
een middag verblijf houdt, terwijl de kist
met boeken-naar-wensch eveneens uit Alk
maar daar wekelijks wórdt gedistribueerd.
Opvallend is het groote aantal wetenschap
pelijke werken, dat door het Berger agent
schap wordt „geconsumeerd".
De eerste assistente geeft zich aan dit deel
van haar taak met volle toewijding, waar
door wel ten zeerste het succes zal worden
gestimuleerd.
Leden.
Stand op 31 December 1938: 2005 groote
leden, 134 adsp.-leden (16-18 jaar), 344 kin
derleden.
Bedankt voor 1939: 379 groote leden, 36
adsp.-leden, 113 kinderleden.
Nieuwe leden 1939: 319 groote leden, 60
adsp.-leden, 61 kinderleden.
Stand op 31 December- 1939: 1945 groote
leden, 123 adsp.-leden, 292 kinderleden.
Onder dit hoofd moet worden vermeld,
dat voor de militairen te Alkmaar door het
bestuur een speciale regeling is getroffen,
die hen het lidmaatschap vergemakkelijkt.
1. Op vertoon van hun lidmaatschaps
kaart van een O.L.B. van' dë plaats hunrter
vaste inwoning kunnen ze boeken uit de
O.L.B. te Alkmaar in leen krijgen.
2. Noodzakelijk is slechts, dat zij, gelijk
alle andere militairen, een waarborgsom
storten van f 1, welke bij vertrek uit de
stad wordt terugbetaald.
3. Militairen (soldaten, onderofficieren,
zoowel als officieren) kunnen een lidmaat
schap aangaan per kwartaal, tegen de con-
tribueerende somma van 0.50.
Bezoekers.
Dë lees- en studiezalen werden in het ver
slagjaar bezocht door 41115 personen, waar
van 37339 mannen en 3812 vrouwen.
In het voorgaande jaar waren deze cij
fers resp. 39426, 35861 en 3565.
De cijfers van het bezoek zijn altijd eer
der te laag dan te hoog. Door het afkondi
gen van de mobilisatie werd sinds Septem
ber het bezoek grooter.
Geldmiddelen.
Voor dit hoofdstuk verwijzend naar het
verslag van den penningmeester, maken we
de opmerking, dat een vermeerdering van
leden vermeerdering van mogelijkheden
beteekent. Uiterst zuinig beheer en onthou
ding van noodzakelijke uitgaven zijn door
den niet-verontrustenden, maar toch te he-
treuren achteruitgang van het ledental
noodzakelijk. (Slot volgt).
De boekwinst op goud bij de Neder-
landsche bank thans gerealiseerd.
Het Rijk ontvangt daarvan 132.5
millioen. Hiervan ging een infla-
tionistische invloed op de beurs uit.
Aandeelen algemeen vaster. Het
Pond Sterling blijft gedrukt. Jaar
verslagen stroocartonfabriek Schol
ten, Rotterdamsche Droogdok en Hol
land Draad en Kabel. Belegging
waarden aanvankelijk ongeanimeerd,
later gestegen.
Naar men weet heeft het van het begin
af in de bedoeling gelegen om de boek
winst, die zou worden verkregen door het
berekenen van den goudvoorraad van de
Nederlandsche Bank op den hoogeren prijs,
die meer in overeenstemming is met de
huidige depreciatie van den gulden, per 31
Maart j.l. effectief te maken. Dat is de da
tum van afsluiting van het boekjaar der
Nederlandsche Bank.
Alvorens het wetsontwerp betreffende de
verdeeling van de goudwinst de eindstreep
had bereikt en tot wet kon worden verhe
ven, heeft het naar men weet eenige veran
deringen ondergaan, die in hoofdzaak de
gewijzigde verdeeling betreffen tusschen de
Nederlandsche Bank en den Staat. Minister
de Geer heeft het inmiddels ook weer ge
wijzigde amendement van den heer Teu-
lings overgenomen, hetgeen er op neer
kwam, dat het aandeel van de Nederland
sche Bank werd teruggebracht van 29.8
millioen tot 13.9 millioen, terwijl het aan
deel van den Staat dienovereenkomstig
steeg, derhalve van 116.5 millioen tot
132.5 millioen.
Uit den eersten weekstaat van de Neder
landsche Bank waarin de verdeeling tot uit
drukking is gebracht, bleek, dat de goud
voorraad, die thans berekend wordt op een
prijs van 2009 per kg. tegen vroeger
1647.50, een stijging vertoont van 221.7
millioen en indien men de hierboven ver
melde bedragen, die ten goede komen, resp.
aan de Nederlandsche Bank en den Staat,
daarvan in mindering brengt, dan blijft er
f 75.3 millioen over, die ter beschikking
komen van het Egalisatiefonds voor af
schrijving van het boekverlies op goud.
Volgens de nieuwe waarde bedraagt de
goudvoorraad van de Nederlandsche Bank
thans 1235.2 millioen tegen 1013.5 mil
lioen volgens den stand van 26 Maart, toen
het goud nog tegen den ouden prijs werd
berekend en 669.8 millioen op 28 Sept. 1936,
onmiddellijk vóór het loslaten van den gou
den standaard. Nominaal valt er dus een
zeer sterke toeneming waar te nemen, ge
deeltelijk door aanwas van den voorraad
sedert het genoemde tijdstip, gedeeltelijk
door de herwaardeering van thans. De
direct opeischbare verplichtingen zijn thans
voor 83.35 pet. door goud gedekt, terwijl
naar men weet 't wettelijk dekkingspercent.
40 pet. bedraagt. Er is dus een overdekking
van meer dan 100 pet. Uit dien hoofde be
hoeft er dus ten opzichte van de stabiliteit
van onzen gulden geen vrees te bestaan.
Mocht er om welke reden ook een toe
stand intreden, waardoor er een druk op
den gulden wordt gelegd, dan kan het Ega
lisatiefonds voor onbepaalden tijd voort
gaan met het afgeven van goud om aan
dien druk het hoofd te bieden, zonder dat
er in den stand van den gulden eenige noe
menswaardige verandering zou behoeven in
te treden.
En toch heeft eensdeels de oorlogstoe
stand en in verband daarmede de financie
ring der mobilisatiekosten, anderdeels de
wijze, waarop de goudwinst thans is gerea
liseerd, een stemming in het leven geroe
pen, waaraan een min of meer inflationis-
tisch karakter niet kan worden ontzegd. Er
hebben zich teekenen voorgedaan, dat den
laatsten tijd kapitaal naar het buitenland is
afgevloeid, al zou men uit het feit, dat het
Egalisatiefonds nog geen goud bij de Ne
derlandsche Bank heeft weggetrokken, mo
gen afleiden, dat die druk nog niet buiten
gewoon groot is geweest. Men vreest dan
ook eerder een verzwakking van ons geld
stelsel van binnenuit en wel in verband
met het feit, dat uit de goudwinst een be
drag van 132 millioen ter beschikking
van het Rijk is gesteld. De Staat kan hier
over uit den aard der zaak vrijelijk be
schikken, hetgeen dan ook inmiddels voor
een deel is geschied. Tezamen met het saldo
van 8 millioen, dat er nóg stond, kwam er
140 millioen ter beschikking, waarvan
volgens de jongste opgave reeds 70 mil
lioen is gebruikt. Een deel daarvan is aan
gewend tot aflossing van schatkistpapier,
een ander deel tot betaling van rente en af
lossing van leeningen per 1 April j.l.
Het schatkistpapier werd ingetrokken,
zonder dat daartegenover een nieuwe uitgif
te kwam te staan, zoodat er een inkrimping
van de vlottende schuld plaats vond. Onder
normale omstandigheden zou men zulks als
een gunstig teeken kunnen beschouwen,
n.l. indien zulk een aflossing zou hebben
plaats gevonden met gelden, die uit belas
tingen waren binnengekomen. Thans heeft
de aflossing en ook de verdere financieringen
uit dit potje van 132)4 millioen plaats,
dat als een zuivere geldcreatie moet worden
beschouwd, m.a.w. een onverbloemde infla
tie.
In financieele kringen heeft men zich dit
verschijnsel terdege gerealiseerd, met het
gevolg, dat er een neiging bestond om be
schikbare middelen in aandeelen te beleggen.
Wij hebben er al eens meer op gewezen, dat
de beurs nooit kapitaal kan opnemen of
teruggeven aan het verkeer, en dat dus de
hoeveelheid beschikbare middelen onveran
derd blijven, ook al hebben er ter beurze
omvangrijke aankoopen plaats. Immers ter
beurze betreft de handel slechts een ver
plaatsing van bezit, doch geen nieuwe in-
vesteering. Het gevolg zal dus zijn, dat de
invloed van het ruimere geld voor onbepaal
den tijd op de markt tot uitdrukking zal
kunnen komen totdat er een oogenblik komt,
waarop hetzij de hoogere koersstand van de
aandeelen, dan wel de vrees voor politieke
verwikkelingen of de invloed van berichten
omtrent den oorlogstoestand daarin veran
dering zullen brengen.
In de afgeloopen week heeft zich duidelijk
die meerdere kooplust gemanifesteerd en
over de geheele linie kwamen koersverbete-
ringen voor. Vooral de aandeelen, die tevo
ren van aanbod te lijden hadden gehad,
trokken thans goede kooplust, waarbij in het
bijzonder de overweging zich liet gelden,
dat in het algemeen het koerspeil reeds sinds
geruimen tijd zoo laag is, dat het rendement
op de meeste aandeelen als tamelijk hoog
moet worden beschouwd. Daarbij kwam dan
nog de omstandigheid, dat de geldkoersen
op korten termijn een vrij sterke daling
hadden te zien gegeven in verband met de
hierboven geschetste verruiming van de
geldcirculatie, waardoor men met de moge
lijkheid rekening hield, dat op den duur die
lagere geldkoersen ook tot uitdrukking zul
len moeten komen in een lageren rentestand
voor beleggingen op langen termijn Dit zou
dan beteekenen, dat ook - obligaties hooger
zouden worden gewaardeerd. Is dit het ge
val, dan kan, een verdere stijging van de
aandeelenkoersen evenmin uitblijven
Natuurlijk moet aan het bovenstaande on
middellijk worden toegevoegd, dat deze
meening, die men ter beurze hoort uiten,
kan worden doorkruist door verontrustende
berichten omtrent den algemeenen toestand.
Deze week deden zulke berichten, zij het
ook tijdelijk, zich alweer gelden en wel in
verband met de aangekondigde verscherpte
blokkade van de geallieerden. Vermoede
lijk niet ten onrechte vreest men, dat de
neutrale landen van de nieuwe oorlogsmaat
regelen terdege nadeel zullen ondervinden
en in bepaalde gevallen zelfs in den knel
zullen kunnen komen tusschen de beide oor
logvoerende partijen. Met dit al blijft hier
de opvatting overheerschen, dat Nederland
niet in den oorlog zal worden betrokken en
het was aan deze opvatting ongetwijfeld
grootendeels toe te schrijven, dat de min of
meer inflationistische stemming, die van de
verdeeling van de goudwinst uitging, onge
hinderd op de markt tot uitdrukking kon
komen.
De meeste industrieele bedrijven kunnen
over 1939 vrij gunstige financieele resul
taten aanwijzen. Dit is bijv. het geval met
de Rotterdamsche Droogdok Mij., hoewel
men waarschijnlijk toch in verband met de
groote bedrijvigheid op scheepsbouwgebied
een onveranderd dividend had verwacht. In
werkelijkheid was het dividend echter
lager, n.l. 10 tegen 12 J4 vorig jaar en
de winst vóór afschrijving 3.209.015 tegen
vorig jaar 3.954.789. De uitkomsten zouden
ongetwijfeld nog beter zijn geweest, indien
het repar'atiebedriji niet te lijden had gehad
van de groote slapte in de haven. De ver
mindering van de opdrachten in deze af-
deeling werd echter voor een groot deel ge
compenseerd door nieuwbouw. Een bijzon
derheid bij deze maatschappij is, dat zij
sedert haar oprichting nooit het dividend
heeft gepasseerd en dat het laagste dividend
in de crisisjaren 2)4 is geweest. Het fonds
wordt dan ook bij uitstek als een beleggings
aandeel beschouwd.
Minder bevredigend waren de resultaten
van de Carton- en Papierfabriek Scholten,
welke maatschappij een winst heeft aan te
wijzen van 131.893 tegen vorig jaar
242.204. Hierbij moet echter direct in het
licht worden gesteld, dat zulks het gevolg
was van het stilliggen van het bedrijf in
verband met den grooten brand. Ook in het
nieuwe boekjaar zal deze invloed zich doen
gevoelen.
De Hollandsche Draad en Kabel boekte
een winst van f 695.479, waaruit een onver
anderd dividend van TA kan worden uit
gekeerd. Zooals bekend wordt het bedrijf in
belangrijke mate gesteund door de contin-
genteering. Vóór dit systeem hier toepassing
vond, waren de financieele resultaten jaar
op jaar slecht in verband met de scherpe
buitenlandsche concurrentie.
In de afdeelingen voor cultuuraandeelen
was de stemming vrij gunstig, hoewel de
omzetten tot nu toe beperkt bleven. Tabaks-
aandeelen ontmoetten meer vraag in verband
met de bevredigende vooruitzichten voor
de eerste Sumatra-inschrijving. De ontvangst
van het Javaproduct bij de eerste inschrij
ving te Rotterdam is zeer goed geweest,
hetgeen men als een gunstig voorteeken be
schouwde. Het is intusschen gebleken, dat
de kwaliteit van het Sumatraproduct over
het algemeen goed is te noemen en dat men
van een geslaagden oogst kan spreken.
Rubberaandeelen waren eveneens mee-
rendeels hooger, daar de prijs zich goed kan
handhaven en de maatschappijen redelijk
goede winsten moeten maken. Voor de Am
sterdam Rubber staat daartegenover het
lage prijsniveau voor palmolie, zoodat deze
cultuur waarschijnlijk slechts in zeer be
scheiden mate tot de winst zal kunnen bij
dragen. In verband hiermede wordt dan ook
een lager dividend verwacht dan verleden
jaar. De lage palmolieprijzen zijn ook voor
de H.V.A. een ongunstige factor, maar voor
deze maatschappij staat daartegenover de
hoogere winst, die uit suiker zal worden ver
kregen en ook uit andere cultuurproducten.
Er bestond goede vraag naar scheepvaart-
aandeelen, daar men de opvatting heeft, dat
deze aandeelen in verhouding tot de divi
denden betrekkelijk laag genoteerd staan.
Op de beleggingsmarkt bestond (aanvanke
lijk een sterke terughouding, doch later lie
pen de koersen meerendeels iets op. Toch
krijgt men den indruk, dat groote beleg
gers, die vroeger regelmatig belangrijke be
dragen uit de markt namen hun beschik
bare middelen thans op andere wijze onder
brengen, vermoedelijk voor een deel in on-
DAHLIA'S ZIJN IDEALE LIEFHEBBERS-
PLANTEN.
Er zijn dezen winter heel wat Dahliaknol
len bevroren, en dus zullen de meeste lief
hebbers er allicht over denken om dit
voorjaar wat nieuwe Dahlia's aan te schaf
fen. Om ze vroeg in bloei te hebben wor
den ze omstreeks half April in potten ge
plant, die op een beschut plekje van den
tuin worden neergezet, of in den kouden bak
gehouden, in ieder geval dienen ze tegen
nachtvorst beschermd te worden. Tegen
eind Mei kunnen ze voorzichig zonder de
wortels te beschadigen in den vollen grond
worden uitgeplant met behoud van de pot-
kluit. Van te voren wordt de aarde goed
losgemaakt, maar vooral geen versche mest
inwerken, aangezien Dahlia's dit slecht ver
dragen. Ze zijn echter dankbaar voor een
toevoeging van kali en phosphor, eventueel
A. S. F.-korrels.
De Decoratieve en Cactusvariëteiten wor
den met een tusschenruimte van 6080 c.M.
uitgeplant, terwijl voor de laagblijvende
Mignons een onderlinge afstand van 30
c.M. voldoende is.
Om van Decoratieve' en Cactusdahlia's
groote bloemen op stevige lange stengels te
verkrijgen, moeten we alle zijknoppen weg
nemen, zoodat al het voedsel naar de hoofd-
knop gevoerd kan worden. Wanneer de
planten 30—50 c.M. hoog zijn geworden,
nemen we ook de in de bladoksels gevorm
de scheuten weg, doch nooit de kop van de
plant.
Wanneer we niet met knollen, doch voor
het gemak met plantjes willen beginnen,
moeten we nog tot eind Mei wachten met
onze bestelling, meestal worden zij begin
Juni van de kweekerijen verzonden en de
prijs is in de meeste gevallen gelijk aan die
van de knollen.
Voor kleine tuinen zijn Mignondahlia's
ideaal, laagblijvend en enorm mildbloeiend,
vormen zij prachtig materiaal voor perken
of groepen.
Een aardige nieuwe vorm is „Truus"
scharlakenrood met kraag van gele blaad
jes in het hart, eigenlijk meer een dwerg-
collerette dahlia, „Onschuld" brengt ons
zooals de naam reeds aanduidt zuiver witte
bloemen in een goed gesloten vorm, Butter
fly helder gele bloemen, Murillo, rose met
donkerder ring om het hart, Roodkapje,
helder scharlakenrood en G. F. Hemerik
met oranje bloemen.
Enkele bijzonder mooie halfhooge ver
scheidenheden, ook geschikt voor den kleinen
tuin zijn: Bishop of Lhandaff, met halfdub-
bele bloemen, vermiljoenrood boven glim
mend zwart blad. Volkskanzler, enkelbloe-
mig, donkere ring om het hart, overgaande
in helder rood, aan de randen meer zalm
rood getint, beide variëteiten zijn beste snij
bloemen. Uit de Volkskanzler is een
nieuw ras voortgekomen, de Veka dahlia's,
met den zelfde vorm en teekening, maar de
kleuren varieeren van rose tot donker rood
bruin, waarvan de variëteit Modesty als de
beste kleinbloemige Dahlia van 1939 wordt
genoemd. A. C. MULLERIDZERDA.
roerende goederen en wellicht ook in hy
potheken. Pandbrieven blijven zich dan ook
over het algemeen op een zeer laag niveau
bewegen, hoewel de jaarverslagen van ver
schillende hypotheekbanken den indruk
geven, dat deze instellingen langzamerhand
in een stadium zijn gekomen, waarin de
teruggang van de hypotheekportefeuille als
geëindigd kan worden beschouwd.
Hieronder volgt een overzicht van het
koersverloop in de afgeloopen week.
Nederland 1940 I 99 5/16, 99, 98 7/8;
Idem 1940 II 93 3/8, 93)4, 93 11/16;
Ned. Indië 1937 A. 84 1/16, 84, 84 3/8;
Aku 40y2, 42 5/8;
Lever Bros 92 1/4, 93 3/4, 92)4;
Ned. Ford 319, 325, 321, 324;
Philips 120 1/4, 125, 123;
Rotterdamsche Droogdok 223, 23iy%;
U.S. Steel 42)4, 46 3/8;
Koninklijke 225 3/4, 233 3/4, 228 3/4, 233;
Amsterdam Rubber 183 3/4, 188 1/4,, 187, 190;
Bandar Rubber 142)4, 144 1/8;
Holland-Amerika Lijn 92 3/4, 94 5/8, 92V1>;
Kon. Ned. Stoomboot Mij. 114)4, 119 1/4;
Ned. Scheepvaart Unie 114 7/8, 118, 116)4,
118 1/4;
H.V.A. 381, 391, 387, 390;
Ver. Vorstenlandsche Cultuur 96, 971/4,
941/,, 96;
Deli Batavia Mij. 121)4, 127 3/4;
Deli Mij. 179, 188 1/4;
Senembah 138, 141, 137 3/4, 139.
Een van mijn buurlui, die nu 't zwaarste
werk op de boerderij en in 't land toch maar
overlaat aan zijn kloeke borsten van zonen
hij heeft er dus nog wel eens tijd voor
een praatje, meest zoo maar over onze ge
meenschappelijke heg heen. En 't liefst ver
telt hij dan uit die tijden van Olim, toen hij
nog 'n knechtje was in Schoorldam. Want
daar is hij „groot gemaakt".
Zoo hadden de jongens daar bij 't visschen
in een sloot nog wel eens „mensche-benen"
gevonden. Maar één keer zoowaarachtig ook
een sabel. Dit alles was afkomstig, had de
meester hun gezegd, uit de gevechten met
het verbonden Engelsche en Russische leger,
waarvan een afdeeling him dorp had willen
innemen. De soldaten waren toen geholpen
dacht u door vliegende bommenwerpers'
Buurman lachte om de veronderstelling.
Nee zei hij ernstig den schoolmeester van
zestig jaar geleden na nee: door het
vuur van zeven kanonneerbooten, die in de
vaart op Alkmaar lagen te paffen. De botten
van deze gesneuvelde krijgers zij, jon
gens, vonden die eerst nog wel een beetje
griezelig: zoo'n scheenbeen, zoo'n stelletje
ribben of een bovenarm. Want ze waren al
te ver verteerd om er bikkels uit te kunnen
snijden. Maar met den sabel was hij echt een
hufter geweest. Op Zondagmiddagen zwaai
de hij hem, scherp geslepen, zooals vader de
zeis, dat de vonken zonlicht er zoo afscho
ten. Want geblinddoekt hielden ze er dan
wedstrijdje mee, wie in 't kortst aantal hou
wen den haan den kop af kon kappen.
Want nee, zoo lekker was 't jonge volk
toen immers ook niet. 't Spel van 't koppe-
snellen werd daar in de buurt nog afge
wisseld door katknuppelen
Tegenwoordig is dit natuurlijk allemaal
verboden. En de buurman gaf toe, dat 't die
ren kwellen geweest was. Maar vroeg
hij met 'n wit lachje of de zeden nu zoo
veel beter waren geworden onder 't jonge
volk? En 'n diaken, die er bij was komen
staan, zei echt verontwaardigd: „nee, want
nu doen ze veel zondiger kwaad. Nu gaan
de boerejongens en meiden Zondags, 'in
plaats van naar de kerk, in de herbergen
dansen of zomers zoowarempel in hun bloot
badpakken baden aan 't strand.
Onz' buurman is door de jaren met al die
zomergasten wat breeder van opvatting ge
worden, zooals trouwens de meeste buurt
schappers hier. Zij lachen er maar eens om,
al schudden ze er tóch hun wijze hoofden
bij. Want dit kan geen standhouden, 't Mag
dartelheid zijn toch loopt dat spaak voor
later met de huwelijkszeden, als nu ook al
hun eigen dochters in mansbroeken gaan.
gaan.
Toevallig onder dit praten zagen we een
moeder musch lekkere stukjes, die zij op
pikte tusschen 't alweer groenende gras, heel
eerlijk telkens met den snavel uitdeelen in
de hunkerend open snepjes van haar niet
eens meer zoo heel jonge jonkies 'n drie
tal, ieder op z'n beurt.
Kinderlijk verteederd keek de oude boer
erbij toe. „Ja" schamperde hij, en had er
pret om „de zuigelingen van nou worden
vet gemaakt uit een flesch met strepiès, erg
zuinig van water met melk. Al geven wij de
potlammetjes toch nog altijd maar vólle
melk, óók uit de zuigflesch. Die kregen wij
net zoo goed onverdund, ja, tot ons derde,
vierde jaar, warm van de koe, omdat onze
moeders meestal geen tijd' hadden om 't ons
van haar eigen te geven. Nee, wat wou
je nou toch met die nieuwmodische fratsen?
wel warempel immers ongekookt. Nóg
koken we melk van onze eigen beesten im
mers nooit, want dan dampt de voeding er
uit.
Maar waar wij, zuigedingen, dik en vet
van werden, dat was net als die mosschen
daar, van de warme kauwtjes uit moeder's
eigen mond. Zij kauwde 't voor ons, 'n stukkie
brood of 'n zoet koekie pakte 't met 'r
duim en vinger eruit en stopte 't ons lekker
lauw in onz' bekkie. We ben er zoo sterk van
geworden, dat we ons heele leven hebben
kunnen werken en sjouwen tot naar bed
gaan toe. Maar dat jonge volk van nu, met
die gekookte flesschies met strepies zij
zijn dat altijd doorwerken op de boerderij
en in 't land veel gauwer zat, dat ze 'n bios-
copie noodig hebben om ervan uit te rusten.
Een voorman van de werkverschaffing
mengde zich in 't gesprek. Hij vond 't ge
slacht van nu niets minder taai, als je
zag wat ze hier in duin aan 't zware zand-
scheppen konden verwerken ook al wa
ren ze 't nooit gewend geweest. Hij kon 't
best met de menschen vinden. Onlangs was
er een ziek geworden. Meteen, toen de jon
gens dat 's morgens hoorden, staken ze de
koppen bij elkaar en spraken af van hun
karig loon iedere week de man een gulden
te doen in een bus met een papiertje erop:
„voor een zieken kameraad". De opzich
ter had gezegd: „dan doe ik ook mee". De
bus ging rond, een ieder deed wat erin. De
baas 'n achterwiel. Maar meteen was die er
werk van gaan maken, dat hij nu al vijf
weken ziekegeld krijgt en van de makkers
komt daar nog altijd aardig wat bij.
„Ja", zei de voorman op een enkele
uitzondering na zijn 't prettige kerels en doen
ze hier in dit voor hen vreemde duinwerk
erg hur, best. Oudere menschen soms toch
al, die dit nooit zoo gewend zijn geweest.
Maar ze blijven er nog wel gijnig onder
óók
Verleden zou er als schuilhut voor de
ploegen een riethut worden neergezet. Die
is goedkoopsr en staat aardiger in 't land
schap dan.zoo'n keet van gegolfd ijzer. Maar
met dat barre weer kon 't daar binnen wél
vinnig tochten, vooral door 't stroodak.
Zoo vo'or de goede stemming had de baas
toen gevraagd: „en, jongens, hoe zullen we
de boet dan noemen?"
Een, die Aimard had gelezen, stelde voor:
„de Blokhut". Een ander, die blijkbaar de
Camera Obscura kende, opperde: „de hut
van Teun den jager". De derde gaf de voor
keur aan: „De hut van Oom Tom".
Toevallig was 't bij de stemming weer erg
ruw geworden, met vlagen nog weer van
hagel en poedersneeuw. Een van de men
schen verbeeldde zich al, dat 't daar dan in
die nieuwe riethut óók zoo gezellig niet zou
wezen. Hij stelde voor: ,,'t Laatste oordeel".
Deze schuilplaats, nog niet voor de bom
men, maar voor „den witten hoed", die
Aprilletje-zoet nog wel eens wil geven ze
zou daar ergens komen te staan in duin, bij
den Peerdenhemel. De menschen uit de
streek vertelden mij, dat hier vroeger de
paarden begraven werden, die in de zand-
mennerij de karren trokken door de zware
zandwegen naar de laadplaats voor de sche.-
pen. Die trouwe zwoegers gingen er vroeg
dood. En de buurtgenooten meenden, dat ze
aan hun harde werken toch stellig den Peer
denhemel hadden verdiend
Een van de zoons van den buurman bleef
onder ons gezelzen naarstig aan 't mest-
pompen, waar wij op een beursje stonden.
Hij zong er bij, met een prettige bariton:
Word nooit verliefd, want dan ga je
verloren,
Je zit erin, met alle twee je ooren
Maar de oudere menschen bespraken de
groote gebeurtenis van den vorigen nacht,
dat een koe een tweeling is geboren. Ik wist
nu al wel, dat de boeren dit niet graag zien,
omdat de arme koe er te veel onder lijdt en
dus vaak ook in waarde achteruit gaat. Eén
hoorde ik 't zeggen met een oude spreek
wijs: „een koe met twee kalven is twee hon
derd pond frommelen".
Tot besluit van deze samenspraak op ons
beursje vertelde een oudere buur nog een
geval, dat hij zich herinnerde uit zijn jonge
jaren: De vrouw van den smid was lang ziek
geweest. In arren moede ging zij den raad
inwinnen van een vermaarden geneesheer
in een dorp in den omtrek. De platlandicus
had haar onderzocht, even nagedacht en
toen kort en bondig deze diagnose gesteld:
„Laat je man je maar op zijn aambeeld leg
gen en je met zijn voorhamer den kop in
slaan. Anders blijf je 'm nog alleen maar tot
last".
Nadruk verboden.