THEE doet ie goed!
AATSTE RUS
famCleton
Fr. van Cauwelaert:
Verbondenheid fusschen Nederland en België
geen politieke toevalligheid.
Saamhoorigheid grondslag
voor economisch en
diplomatiek
samengaan
PEDRICK ZUIGERVEEREN I
Twist te Geertruidenberg.
Indië vraagt staatkundige
hervormingen.
DE SCH. 15 GEZONKEN.
Vrachtschip „Libelle" door
Duitsch vliegtuig
aangevallen.
DE
K CECIL FREEMAN CREGG.
(Wordt vervolgd).
TWEEDE BEAU.
2
Gisteravond werd in het gebouw „Indus-
tria" te Amsterdam de jaarlijksche ge
meenschappelijke maaltijd van de leden
der industrieele club gehouden. Tijdens
dit diner heeft de voorzitter vgn de Belgi
sche Kamer, de heer Fr. van Cauwelaert,
een rede uitgesproken.
Hierin zeide hij o.m. dat hij de uitnoodi-
ging om op deze bijeenkomst 't woord te
voeren beschouwde als 'n uiting van sym
pathie voor zijn land en als een nieuwe
uitdrukking van het verlangen, dat aan
beide zijden van onze grens op een steeds
duidelijker en meer intense wijze tot uiting
komt om door een beter begrijpen van
onze gemeenschappelijke belangen de sa
menwerking tusschen de noordelijke en de
zuidelijke Nederlanden te verruimen en te
verstevigen.
Na gewezen te hebben op de bezoeken
van de koningin aan België en koning
Leopold aan ons land, vervolgde de heer
van Cauwelaart:
De verbondenheid der beide Nederlan
den is geen politieke toevalligheid. Zij
staat geschreven in onze geografische lig
ging en gesteldheid, in onze sociale en
economische noodwendigheden, in onze
staatkundige tradities, in onze cultureele
gemeenschap, in geheel ons materieel en
moreel bestaan. Wij hebben ook tegen
strijdige belangen, maar indien ons vrij
bestaan, indien een eigen zending tusschen
de volkeren, indien de bijzondere geeste
lijke waarden, waarvan we de dragers
zijn, indien de roem van onze voorouders
en de eer van ons geslacht ons dierbaar
zijn, dan mag het helder besef van onze
saamhoorigheid en lotsgemeenschap niet
langer door bekommernissen van minder
gehalte worden overschaduwd.
Deze saamhoorigheid tot grond
slag' te kiezen voor een doelvaste
en zelfbewuste politiek, is, in het
kort of in het lang, voor ieder
van ons een zaak van zijn of niet
zijn.
Economische toenadering.
Naarmate het besef van de gemeen
schappelijkheid onzer hoogere belangen
dieper in het gemoed van onze volken zal
doordringen, zal de toegevendheid, met
welke de moeilijkheden van onze weder-
keerige marktverruiming moeten worden
weggenomen, aan beide zijden toenemen.
Een wensch he'b ik slechts in verband
met de huidige toestanden te opperen, en
wel deze, dat beide landen elkaar zooveel
mogelijk behulpzaam zullen zijn, om tot
aan het einde van den oorlog hun levens
onderhoud te verzekeren.
Een. bereidwillig dienstbetoon
wat betreft bevoorrading, voeding
en vervoer, kan bij langeren duur
van den oorlog niet alleen een
kostbare bijdrage worden tot onze
gemeenschappelijke weerbaar
heid, maar tevens een voortref
felijke schoool voor samenwer
king, welke op de verdere toe
komst van onze landen een wel-
dadigen invloed kan uitoefenen.
Gemeenschappelijke actie.
Maar, wat we elkander kunnen geven
door ruil is weinig in vergelijking met
hetgeen we te winnen en laat me er aan
toevoegen, te verdedigen hebben door een
gemeenschappelijke actie naar buiten.
Wij zijn niet alleen loten uit een stam, wij
zijn tweelingbroeders, die wat hun uit
zicht betreft, als onafhankelijke staten,
een zeldzame gelijkwaardigheid vertoonen
in hun internationale positie, hunne le
vensbehoeften en hunne mogelijkheden.
De gelijkluidendheid van onze buitenland-
i sche politiek, wordt versterkt door de
identiteit van onze bestaansvoorwaarden.
Voor beide geldt het „Navigare necesse
est" en het kan ons dus in geen enkel op
zicht moeilijk vallen om tegenover de in
ternationale regelingen, welke de thans
woedende oorlog noodzakelijk maakt en
bij het eindigen van het wapengeweld
noodzakelijk maken zal, een zelfde hou
ding aan te nemen en er ons thans reeds
in een zelfde gezindheid, door gemeen
schappelijk overleg, op voor te bereiden.
Maar het is m.i. noodig, dat dit samen
vallen zooveel mogelijk worde veranderd
in samengaan en dat de openbare opinie
van beide landen doordrongen worde van
een zelfde opvatting en van een zelfde
plichtsbesef, omtrent de taak, die onze lan
den wacht indien, wat we den hemel af-
smeeken, wij gespaard mogen blijven voor
den gruwel van het geweld.
Het zal niet voldoende zijn, dat we ons
braafjes schuil houden onder het schamele
afdak van de neutraliteit. Gereed alleen
om te blusschen, indien de bliksem boven
onze hoofden inslaat. Wij zullen in elk
geval achteraf een helpende hand moeten
bieden aan degenen, die door het onheil
minder werden gespaard dan wij zelf.
Z.Exc. minister De Geer gaf lucht aan dit
nobel gevoel, toen hij sprak van dienende
neutraliteit.
Zij weze dienend niet alleen als
betrouwbare boodschapper tus
schen moegestreden vijanden,
maar als edelmoedige helper voor
het herstel van een vrede en een
wereldorde, die meer zijn dan een
bedriegelijk wapenbestand. Een
economische orde, waarin ook de
kleine volken kunnen leven zon
der in hun redelijke waarde te
worden verkleind. Hun vrijheid
en hun levensvatbaarheid is de
toetssteen voor elke ware inter
nationale rechtsorde.
AUTOMOBILISTEN,
STOP OVERMATIG OLIEVERBRUIK
zonder cylinders uit te slijpen of
zuiqers te vernieuwen mét
Importeurs: MERTENS STRAET- A'DAM
Plantage Muidergr. 151-Telefoon 52950
Schipper doodgeschoten.
In het café van de weduwe Verschure
aan de haven te Geertruidenberg heeft zich
gisteravond een twist voorgedaan, waarbij
helaas een doode valt te betreuren.
Drie bezoekers van het café, die hier en
kele borrels hadden gedronken, kregen
omstreeks zeven uur ruzie. Een van hen, B.
genaamd, wilde aan de woorden een eind
maken door zijn klomp te gebruiken. Hij
kwam evenwel niet zoover. Hij werd stevig
in den kraag gegrepen en het café uitge
werkt.
Zijn 24-jarige zoon zag zijn vader
het café uitgooien en wond hier
over zoodanig op, dat hij naar zijn
nabij gelegen woning snelde om
een revolver te halen. Met dit
vuurwapen terugkomend ging hij
het café binnen en loste daar op
de twee overgebleven personen
vijf schoten. De 45-jarige schipper
M. van Strien werd hierbij zoo
ernstig getroffen dat hij in levens
gevaarlijken toestand naar het St.
Agnesgesticht moest worden over
gebracht. Kort nadat hij hier was
binnengebracht overleed hij. De
tweede bezoeker van het café werd
aan den schouder gewond.
Vader en zoon B. zijn door de
gemeente-politie gearresteerd.
ALLEEN DE LUFTHANSA VLIEGT DE
LIJN BERLIJN—AMSTERDAM.
Ministers beantwoorden vragen.
Op vragen van het lid der Tweede Ka
mer, den heer van Kempen (lib.) in ver
band met de aan een Duitsche luchtvaart
maatschappij verleende vergunning tot het
heropenen van de luchtlijn BerlijnAm
sterdam voor vracht- en postvervoer, heb
ben de ministers van waterstaat en defen
sie thans als volgt geantwoord:
Aan de Deutsche Lufthansa A. G. is ver
gunning verleend voor het heropenen van
een luchtlijn Berlijn—Amsterdam v.v. voor
vracht- en postvervoer. Een wederkeerige
vergunning van de Duitsche regeering ten
behoeve van de K. L. M. alleen of voor haar
te zamen met anderen is niet gevraagd.
De luchtverbinding, waartoe vergunning
is verleend, maakt versnelling van het
postverkeer mogelijk en is bevorderlijk
aan den uitvoer van Nederlandsche pro
ducten, bijvoorbeeld snijbloemen.
Op de vraag van den heer van Kempen
of de ministers de noodzakelijkheid hebben
overwogen voor het vliegveld Schiphol den
staat van beleg af te kondigen de schrif
telijke vragen werden 3 April j.l. inge
zonden antwoorden de ministers, dat
Schiphol bij K. B. van 13 April j.l. in staat
van beleg is verklaard.
TWEE KINDEREN JUIST OP TIJD
UIT BRANDEND HUIS
GERED.
Toen Maandagavond het echtpaar S., na
de beide kinderen van 5 en 3 jaar op bed te
hebben gebracht, een wandeling ging ma
ken, is door onbekende oorzaak brand uit
gebroken in hun woning te Lemmer.
De beide kinderen, die boven sliepen en
door geschreeuw de opmerkzaamheid van
de buren trachtten te trekken, werden eerst
niet gehoord. Gelukkig passeerde nog juist
op tijd een buurvrouw, die het gejammer
opmerkte. Deze waarschuwde de in de
buurt wonende schoonouders, die aanstonds
toesnelden. Zij waren in het bezit van een
huissleutel, zoodat zij de woning konden
binnendringen Juist arriveerden ook de
ouders weer. De heer S. vloog door den
dikken rook onmiddellijk naar boven en
wist de kinderen, die al bewusteloos wa
ren dood den rook, van een wissen dood te
redden. Na verloop van eenigen tijd kwa
men de kinderen weer bij. Zij bleken ver
der ongedeerd te zijn. De zoldering onder
hun slaapplaats brandde gedeeltelijk weg.
Het oordeel der Eerste
Kamerleden.
Aan het voorloopig verslag der Eerste
Kamer over de Indische begrooting 1940
wordt ontleend:
Verscheidene leden achtten de regeering
te weinig doordrongen van het feit, dat zich
ongetwijfeld, als, gevolg van den oorlog, op
staatkundig gebied essentieele veranderin
gen zullen voltrekken.
Zoo vestigden zij er de aandacht
op, dat in Nederlandsch-Indië reeds
een sterke strooming bestaat, die is
gericht op de instelling van een
volwaardig parlement en dat de
Volksraad met dertig stemmen voor
en twintig stemmen tegen een motie
heeft aanvaard, ter aanbeveling
van een bestel, waarbij de depar
tementshoofden aan den Volksraad
verantwoordelijk zullen zijn, aldus
betoogde deze leden. Men onder
schatte de beteekenis van zooda
nige stroomingen en van zulke
uitspraken niet.
Zij vormen toch een aanwijzing, dat men
in breeden kring met het bestaande geen
genoegen meer wenscht te nemen en dat
de drang, met name onder de inheemschen
naar het verkrijgen van meer staatkundige
bevoegdhedèn veld wint.
Ettelijke andere leden veklaarden, met
het politieke beleid van de regeering in te
stemmen. Het einddoel achtten zij de zelf
standigheid van Indië, mits binnen het
rijksverband.
Weer andere leden waarschuwden met
name voor toegeven aan ondoordachten.
van verschillende zijden geoefenden, her-
vormingsdrang. De huidige toestand, waar
bij den Volksraad een aanzienlijken invloed
op de wetgeving heeft, is, zoo betoogden
deze leden, in betrekkelijk snel tempo be
reikt. De ontwikkeling, als gevolg daarvan
ingezet, is nog in vollen gang en nog nist
in zoodanig stadium gekomen, dat opnieuw
tot hervorming moet worden overgegaan.
Sommige leden waren, wat betreft de
structuur van het koninkrijk van oordeel,
dat ook zonder grondwetsherziening iets
kon worden bereikt ter versterking van
den invloed der overzeesche gewesten,
zonder verzwakking van den rijksband en
zonder ontijdige „democratiseering" van 't
Indische staatsbestel in zijn geheel. Zij
doelden daarbij op de instelling van een
centraal orgaan, adviseerende over kolo
niale aangelegenheden, waarin vertegen
woordigers van moederland en overzeesche
gebiedsdeelen beide zitting zouden hebben.
Verscheidene leden, die met voldoening
hadden vernomen, dat de minister voorne
mens is, de mogelijkheid van verruiming
van het kiesrecht voor den Volksraad en
van vermindering van het aantal benoemde
leden van dat college te onderzoeken,
drongen te dezen aanzien op spoed aan. An
dere leden verklaarden, voorshands niet in
allen deele met de bedoelde hervormingen
te kunnen instemmen.
Dat is het Boven-Digoelkamp nog steeds
nieuwe interneeringen geschieden achtten
vele leden in strijd met de toezegging, dat
het kamp geleidelijk zal worden opgeheven.
Vele leden betreurden, dat ter zake van
de sociale wetgeving waaronder zij de so
ciale verzekering wenschten te zien begre
pen, bij de regeering elk initiatief van be
teekenis ontbreekt. Zij brachten in herin
nering, dat een van de meest dringende
vraagstukken, namelijk de regeling van de
werkloosheidsverzekering, nu reeds enkele
decennia aan de orde is in de pers, den
Volksraad en de Staten-Generaal, zonder
dat legislatieve vorderingen zijn gemaakt.
Gelet op het groote aantal in
Indië aanwezige vreemdelingen van
zeer uiteenloopende nationaliteit,
die doorgaans plegen te zijn ver-
eenigd in groepen, kolonies en
dergelijke, werd de vraag gesteld,
of het in dezen politiek roerigen
tijd geen aanbeveling zou verdie
nen, ter zake veel strenger toezicht
te oefenen, dan tot dusverre ge
bruikelijk is.
OPGEPAST MET FOTOGRAFEEREN
IN BELGIE!
Bij de nadering van het seizoen, waarin
vermoedelijk menige Nederlandsche auto
mobilist een uitstapje naar België zal ma
ken, vestigt de K.N.A.C. met nadruk de
aandacht op de moeilijkheden, welke foto-
grafeerende toeristen daar te lande zich on
wetend op den hals kunnen halen.
De Belgische wet verbiedt het maken van
foto's, zonder toestemming der militaire
autoriteiten, binnen een gebied met een
straal van 10 kilometer om eenig militair
of maritiem verdedigingswerk of -gebouw.
Het behoeft geen betoog, dat men te allen
tijde de kans loopt, zich in een dergelijk ge
bied te bevinden zonder daarvan op de
hoogte te zijn. Het fotografeeren van mili
taire troepen of militair materieel is even
eens verboden.
Aangezien het voor de hand ligt, dat in
het bijzonder op buitenlanders zal worden
gelet, adviseert de K.N.A.C. aan Neder
landsche automobilisten, die België bezoe
ken, hun fotografietoestel, zoo niet thuis te
laten, dan toch slechte met de grootste
voorzichtigheid te gebruiken.
In Duitsch verboden gebied
verloren gegaan.
Bij het departement van buiten-
landsche zaken is van den consul
te Einden bericht binnengekomen,
dat de vermiste Sch. 15, de „Bep",
in het Duitsche verboden gebied
gezonken is. De bemanning is gered
en zal te Wesermünde worden ge
hoord. Maatregelen tot vrijlating
zijn tot dusverre niet getroffen.
ONGELUK MET DOODELIJKEN
AFLOOP.
Aan de Oostmarsumschenstraat te Almelo
is gisterochtend 'n ongeluk gebeurd, waar
van de negentienjarige C. Walda 't slacht
offer is geworden.Twee vrachtwagens, een
geladen met melkbussen, de andere met
een aantal koeien, kwamen met elkaar op
den hoek van de straat in botsing. Een der
wagens schoot daarbij het trottoir op, waar
door W. gegrepen en tegen een huis ge
drukt werd, waarbij de dood vrijwel on
middellijk intrad.
FELLE BRAND DOOR OMVALLEND
PETROLEUMTOESTEL.
Gistermiddag is in het perceel Kinker
straat 255 te Amsterdam brand ontstaan.
Het bleek, dat de bewoner, die daar in een
achterkamer op de derde étage met een pe-
troleumtoestel bezig was, zich gebrand had,
waardoor hij het toestel had laten vallen of
wel omver had gesleept. Toen de brandende
petroleum over den grond stroomde en de
vlammen om zich heen grepen vluchtte de
man de kamer uit. Hij liet daarbij de deur
achter zich open, zoodat het vuur, tenge-
volgde van de trek zich snel uitbreidde.
De vlammen tastten de zoldering aan en
toen de brandweer arriveerde stond reeds
de zolder in lichterlaaie terwijl ook de zol
der van het naastliggend perceel werd aan
getast. Verdere uitbreiding kon de brand
weer voorkomen. De achterkant van de
derde étage en de geheele zolder van per
ceel 255, een gedeelte van het dak en de
zolder van perceel 257 zijn uitgebrand.
In den loop van den dag van
gisteren is te Delfzijl bericht bin
nengekomen, dat het 338 bruto ton
metende motorvrachtschip Libelle"
van de „Delfzijlsche kustvaarton
derneming" op de Noordzee door
een Duitsch vliegtuig is aangeval
len en beschoten. Bij de aankomst
in een haven aan de Engelsche
Oostkust heeft de gezagvoerder
hiervan de reederij op de hoogte
gesteld.
Een der opvarenden, de stuur
man H. Oosterveldt, is door een der
kogels licht aan den arm gewond.
Hij is in een hospitaal ter verple
ging opgenomen. Zijn toestand is
zeer bevredigend. Het schip heeft
de reis voortgezet.
PRIKKELDRAAD DOOR MILITAIREN
VERDUISTERD.
Onder verdenking van verduistering van
prikkeldraad toebehoorende aan defensie,
zijn te Helmond door de gemeentepolitie in
arrest gesteld de landbouwers P. v. d. H.,
A. van T. en A. S. Zij hebben van militai
ren, die prikkeldraad per vrachtauto ver
voerden, tegen lagen prijs rollen draad ge
kocht, ofschoon zij konden weten, dat hier
door het rijk benadeeld werd. De knoeierij
is geruimen tijd toegepast, zoodat het ver
duisterde draad een aanzienlijke hoeveel
heid vormt.
Door
14)
HOOFDSTUK VII.
Waarin inspecteur Higgins uit bussen
gaat.
Inspecteur Higgins trok de rechter bo-
venla van zijn bureau open, waaruit hij 'een
elastiekje nam, dat hij om het pakje bank
biljetten schoof. Daarna bestudeerde
hij de buskaartjes. Het eene was gloednieuw
en onder het volgnummer stond met een
kleinere letter gedrukt: lijn X 87. Dit was
dus blijkbaar het kaartje, dat de ongeluk
kige den vorigen avond gekocht had, want
het was afgeteekend voor het traject van
Glasswell Street naar het eindpunt. Een
nieuw bewijs van zijn tocht, indien daar
nog een bewijs voor noodig was.
Het andere kaartje was oud en tamelijk
gehavend, alsof het reeds geruimen tijd in
den zak van den man had gezeten. Hig
gins bekeek het en was verrast te zien, dat
bet een kaartic van dezelfde lijn, ja voor
heUtifdt üaject was. Wat kon daaruit wor
den afgeleid? Het was duidelijk, dat dit
kaartje vroeger gebruikt was, zoodat men
kon aannemen, dat het doel van beide rei
zen hetzelfde geweest was. Dan het punt,
waar de man was ingestapt, Glasswell
Street. Kon men daaruit afleiden dat hij
daar in de buurt woonde? Waarschijnlijk,
of het was het dichtstbij gelegen punt,
waar hij lijn X 87 kon pakken. Lag Glass
well Street in de buurt van een spoorweg
station en zoo ja, van welke lijn? Het was
de moeite waard, dat eens na te gaan. En
dan nog iets
Inspecteur Higgins begon te knikkebol
len en even later was hij vast in slaap, het
geen, als men in aanmerking neemt, dat hij
den afgeloopen nacht in het geheel niet ge
slapen had, niet in het minst te verwonde
ren was.
Met een ruk schrok hij wakker, terwijl
hij zich onbehaaglijk stijf en koud voelde.
Zijn instructies, dat hij niet gestoord mocht'
worden, waren letterlijk opgevolgd. Hij
stond op, wandelde naar de schakelaar
naast de deur in den tegenover hem lig-
genden muur, ontweek bij instinct een stoel,
welke in zijn weg stond, en draaide het
licht aan.
Even werd hij verblind door het plotse
linge licht en verrast knipperde hij met zijn
oogen. Haastig haalde hij daarop zijn be
roemde horloge te voorschijn, terwijl hij
ongeloovig op de wijzerplaat staarde.
„Groote hemel!"
„Kwart voor tienen! Hij had geslapen
ja, de hemel weet hoe lang. Verward
schudde hij het hoofd, probeerend zijn ge
dachten te verzamelen. Hij keek op zijn
bureau. Niemand had tenminste de bank
biljetten weggenomen, terwijl hij sliep!
Daar mocht hij nog wel dankbaar voor zijn.
De buskaartjes ook. Opnieuw staarde hij op
zijn horloge, maar ditmaal alleen om in den
geest een berekeningetje te maken, hoeveel
tijd hij noodig zou hebben om Glosswell
Street te bereiken. Ja! Het zou nog gemak
kelijk gaan.
Inspecteur Higgins greep zijn jas en hoed
en, na het geld met de buskaartjes in zijn
bureau te hebben weggesloten, wierp hij
nog een laatsten blik door de kamers alvo
rens hij de deur achter zich sloot.
Zijn vertrek uit de Yard geschiedde niet
heelemaal zonder incidenten, want zijn on
verwacht verschijnen in het wachtlokaal
verwekte min of meer opschudding onder
een viertal agenten, dat daar aan een tafel
gezeten was, terwijl zij zich bezig hielden
met iets, dat verdacht veel geleek op een
verboden spelletje kaart. Zijn kort „goe
den avond" en het feit, dat hij niets scheen
te merken, maakte niet alleen een einde aan
het incident, maar deed hem bovendien
minstens vijftig procent in de achting van
de agenten stijgen.
Een langdurige ervaring had inspecteur
Higgins geleerd, dat een misdaad het best
op de plek zelf op te lossen was. Theoreti-
seeren in een leunstoel op het kantoor kon
natuurlijk wel helpen, maar om werkelijke
resultaten te bereiken, was het noodig op
de plek van de misdaad te zijn. Toen hij
dan ook ontdekte, dat hij zoo lang geslapen
had, waardoor hij min of meer was opge-
frischt, besloot hij terstond zelf de route
van de bus van Glasswell Street naar de
garage mee te maken. Wat hij daarmee
precies dacht te winnen, kon Higgins niet
zeggen, maar het zou hem toch zeker hel
pen om een voor zijn gedachten vereischte
atmosfeer te scheppen. Met andere woor
den, dat tochtje zou hem misschien aan de
noodige inspiratie helpen! Of niet, natuur
lijk.
Ongeveer tien minuten voor half elf ar
riveerde hij in Glasswell Street, waar hij
terstond bij een dienstdoenden politieagent
naar het dichtstbijzijnde spoorwegstation
informeerde.
„Zeker, mijnheer, Horton Station is hier
om den hoek. Ongeveer tien minuten loo-
pen van Fenchurchstreet".
„Dank je wel".
Er was dus een spoorwegstation vlak bij!
Was de vermoorde man daarmee uit het
centrum van de stad gekomen? Weer een
punt om te onderzoeken.
Inspecteur Higgins bleef staan wachten
bij halte nummer veertien, nabij de klok,
welke op den hoek van Glasswellstreet be
vestigd was, en vroeg aan iederen conduc
teur, die zijn tijdkaart aan de controle
klok kwam afstempelen, of hij „de laatste
bus" was of niet.
Een klok in de buurt sloeg kwart voor
elf, toen een bus van lijn X 87 voor het
trottoir stilhield en de conducteur haastig
uitstapte en op de controle-klok toekwam
„Kunt u mij ook zeggen" begon in
specteur Higgins, waarop hij den conduc
teur herkende als dien van de ongeluksbus
van den vorigen avond. De herkenning
bleek wederkeerig.
„Hallo, meneer. Ik heb nu geen tijd. We
zijn al vijf minuten te laat. Indien u mij
wilt spreken, kunt u beter meerijden".
„Dat ben ik ook van plan, tenminste als
je de laatste bus bent".
„Dat zijn we, inspecteur".
„Goed". Higgins beklom het trapje naar
het bovendek, op den voet gevolgd door
den conducteur. Bovenop bleek niemand te
zitten, terwijl Higgins opmerkte, dat er bin
nen in drie passagiers meereden. De con
ducteur belde af, waarop de bus direct
wegreed, terwijl inspecteur Higgins door den
schok op een bank werd geworpen. Hij her
stelde zijn evenwicht en nam dan plaats op
dezelfde bank, waarop het slachtoffer den
vorigen avond gezeten had. Een minuut la
ter stopte de bus opnieuw en de conducteur
riep de halte af: Foxanounds! Foxanounds!
Met een schok herinnerde Higgins zich,
dat dit de plek was geweest, waar de twee
de passagier weer was afgestapt, terwijl h(j
in de duisternis rondstaarde in de hoop,
dat de zoo vurig gewenschte inspiratie niet
zou uitblijven. De Fox and Hounds was een
ordinaire herberg. Hoewel het reeds bijna
een uur na sluitingstijd was, stonden er
nog twee groepjes klanten in druk debat
voor de deur. Een afgedankte paarden-
drinkbak herinnerde aan het feit, dat het
al een heel oude gelegenheid was.
De bus ging weer verder.
Een paar seconden later kwam de con
ducteur naar boven.
„Hier stapte de man uit meneer".
„Dank je". Weer een onderboekende blik
een stomme smeekbede om inspiratie,
maar er gebeurde niets, behalve dan, dat
de inspecteur bij zich zelf opmerkte, dat
het een dwaze plek whs om uit een bus te
stappen, tenzij men daar in de straat zelf
woonde, want sinds de Fox and Hounds
was er geen zijstraat meer geweest, terwijl
er van daar of ook nog geen zichtbaar was.
Voor alle zekerheid vroeg hij er den con
ducteur naar.