DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
BEURS
irtvoet.
EEN VERWARDE STRIJD IN HET BINNENLAND
VAN NOORWEGEN.
De Noren vechlen voor hun vrijheid.
No. 97
Woensdag 24 April 1940
142e Jaargang
Sir John Simon dient zijn begrooting in.
De Engelsehen leven onder een zworen belastingdruk.
De Opperste Oorlogsraad voor de achtste
maal bijeen.
Britsche troepen in vier sectoren in actie.
De Neren krijgen moderne wapens.
Aan beide zijden een even groote getalsterkte.
Steinkjer door de Duitschers bezet.
De algemeen© toestand.
iMSCHE BANK N.V.
Alkmaar,
3 April 1940.
Vor.k.| pl.m.2 u.
938
937
erkl.
250
k
:nl.
Bezit
ÜNL.
90%
80%
»03/4
9%
85%
823/,
r 149%
95 V,
393/4
551/4
316
625/,
114%
38%
23%
59%
33/4
39%6
27%
18
16%
5%
46%
53/16
9%
85%
149%
40-%
83%. 4
llli-%
3?3/s
231-3/,6
59%-%
33A
395/8
27
16%
46%6-f
5%
350%
346-8
203
i 204
a 87
i 50%
50%
52%
52
193
210%
209-1-10
281%,
io%6
9%
9%6
9-bJ5/16
172%
1691/4
138
87%
106
53
87%
87
37/l6
89
50
jn 112%
112
i 107
105%
.112%
126
127
I8D/4
130
129
17%
9%I6
io%6
10
12
74%
- 311/re
3%
aim. ""Exdividend.
*e koers 3%
AMSTERDAM
coers heden niet off.
88%,
66
60
77
60
24 hi
75
1.88%,
6.66
75.27%
3.77
31.77
42.24
kiespijn, Migraine
blauw 52 y,51 y ct.
2; 400 Eenden 40
paar) 40 cent,
ling. Purmerend G.A.
r en/ 3.25—3.35 en
ren 3.253.90.
DE, 23 April 1940.
39700 kg Roode kool
:g Gele kool 6.30
te kool 5.20 5.60;
-ƒ 2.10, grove uien
uien 1; 12800 kg
80 kg Bieten 1.40
jelen: Blauwe Eigen-
landers 1.90.
NDIJK, 23 April '40.
nveiling). 28000 kg
2.60; 39000 kg Gele
)00 kg J3. witte kool
Uien 1—/ 2.30;
1.80; 350 bos Rabar-
rdappelen: Bevelan-
nheimers 2.50.
0. Veemarkt: 6 Gras-
'0 Nuchtere kalveren
F 20—26; 6 Biggen
3 eieren 3.25—4
Totaalaanvoer 90.000.
at de zon op-
outer laat zijn
;n vriendelijke
et bos van den
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco door het gebeele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Directeur: C. KRAK.
A
PRIJS DER GEWONE ADVERTEN1IEN
Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
Ten Noorden en Zuiden van Drontheim wordt op het oogenblik verwoed
gestreden tusschen de Britsche landingstroepen en de Duitschers die van
Oslo en Drontheim uit naar het Noorden zijn opgerukt. De Duitschers maken
in deze gevechten voornamelijk gebruik van hun bommenwerpers omdat de
Britsche troepen niet over voldoend afweergeschut beschikken zoodat zij
bij eiken aanval een schuilplaats tusschen de rotsen en in de bosschen zoeken
waar het luchtgevaar betrekkelijk gering schijnt. Van Duitsche zijde doet
men zijn best zooveel mogelijk wegen, spoorwegen en stations te vernielen
waarvan de troepen die Drontheim insluiten en naar het Zuiden trekken ge
bruik zouden kunnen maken.
Volgens een Britsch oorlogscommuniqué worden de operaties in samenwer
king met de Noren voortgezet.
Ten N. van Drontheim wordt fel gevochten, in het Zuiden schijnt men den
verderen opmarsch der Duitschers te kunnen stuiten. Ook ten Z.O. van
Stavanger, dat aan de kust ten Z.W. van Oslo is gelegen, worden hevige
gevechten geleverd.
De Engelschen hebben de vliegvelden van Oslo gebombardeerd en nieuwe
aanvallen op het vliegveld van Aalborg in Denemarken ondernomen om
te voorkomen, dat vanaf deze vliegvelden versterkingen naar de bezet
tingstroepen worden gezonden.
Terwijl de Duitschers weer successen bij den aanval op Britsche schepen
bij de kust melden, komen er uit Zweden berichten, dat ook in het Ska-
gerrak en wellicht in het Kattegat gevechten zijn geleverd over den afloop
waarvan nog geen bijzonderheden bekend zijn.
De Britsche minister van Financiën, sir John Simon, heeft in het La
gerhuis zijn nieuwe begrooting ingediend waarbij hij deed uitkomen, dat
alleen de oorlogsuitgaven in het belastingjaar, dat op 31 Maart 1941 ein
digt, niet minder dan 13 milliard gulden bedragen. Er zijn plannen voor
een omzetbelasting en er zijn belastingverhoogingen op verscheidene ge
bruiksartikelen.
De Opperste. Oorlogsraad heeft Maandag eii Dinsdag zijn achtste ver
gadering in Parijs gehouden, waarbij thans ook een vertegenwoordiger van
Noorwegen aan de beraadslagingen heeft deelgenomen.
Er werden besluiten genomen voor een doeltreffende samenwerking en er
werd door de geallieerden met bewondering over den heldhaftigen weer
stand van de Noren gesproken.
Strijd in minstens vier sectoren
Gister werd gemeld, dat de Britsche
troepen in Noorwegen in minstens vier sec
toren van het Noorsche front in-actie zijn.
In het Noorden is de strijd, naar gemeld
wordt, bij Steinkjar, een kleine stad aan de
fjord ten N. van Drontheim, waar de Noren
in de laatste paar weken een vérsterkte
linie hebben aangelegd, ernstig begonnen.
Op sommige punten staan de Britten en
de Duitschers op minder dan 200 m. van
elkander, aldus een bericht van de Alle-
handa van de Noorsch-Zweedsche grens.
Verklaard wordt, dat Britsche troepen stel
lingen hebben betrokken en met de Noren
gegroepeerd zijn over een diepte van on
geveer 20 km.
Aan deze berichten wordt toegevoegd, dat
al hetgeen hier vernomen kan worden over
de getalsterkte der Britsche en Fransche
troepen is, dat de Britten, Franschen en No
ren in totaal ongeveer even sterk zijn als
de Duitschers. Verder wordt nog gezegd,
dat, hoewel de Britsche troepen perfect zijn
uitgerust, zij niet van meening waren, dat
tanks en gemechaniseerde eenheden in dit
gebied vereischt worden.
Het bericht zegt verder, dat de Duit
schers voor het oogenblik meester in de
lucht zijn, daar de geallieerden naar
het schijnt een tekort hebben aan lucht
doelgeschut en gevechtsvliegtuigen. Er
wordt evenwel beweerd, dat, ondanks
de voortdurende luchtaanvallen der
Duitschers, geen schade is aangericht
aan de Britsche verdedigingsstellingen,
hoewel, naar gemeld werd, het hoofd
kwartier twee malen moest worden
verplaatst. De snelheid, waarmede de
Duitsche luchtmacht de plaats van het
Britsche hoofdkwartier had vastge
steld, geeft, naar verklaard wordt, aan
leiding tot de verdenking, dat er een
goed ontwikkeld spionnenstelsel be
staat. Ook wordt gemeld, dat de Duit
sche torpedojagers in de fjord van
Drontheim aan de operaties deelnemen.
Verwoede veldslag in het hart van
Noorwegen.
Volgens een Zweedsch bericht woedde
gister een veldslag in het hart van Noor
wegen om het bezit van de „poort" naar
Oslo, waar het groote Gudbrandsdal uit
komt in de zuidelijke vlakte nabij Lilleham-
mer. Een Zweedsch perstelegram uit Horos
Her Noorsche avontuur
kan een mislukking
worden.
meldt, dat Engelsche en Noorsche troepen
aanvallen in de richting van Hamar, op 50
km. ten zuiden van Lillehammcr. Zij heb
ben volgens dit telegram Mölv bereikt, on
danks den krachtigen Duitschen tegen
stand. Het telegram voegt hieraan toe, dat
de Noorsche troepen thans door de geal
lieerden worden uitgerust met moderne
wapens. Verder naar het Oosten, zoo ver
luidt bij geruchte, trekken de Duitsche troe
pen, die Noordwaarts opgerukt zijn van El-
verum naar Rona, thans terug onder den
Britsch-Noorschen druk.
Het Noorsche avoncllegerbericht.
In het gisteravond door het opperbevel
van het Noorsche leger uitgegeven commu
niqué wordt verklaard: de Duitsche aanval
len Zijn vandaag aan beide zijden van het
Mjösa-meer voortgezet met steun van artil
lerie, tanks en vliegtuigen. De Duitschers
hebben ook de Noorsche troepen in het
Osterdal aangevallen.
De Noren hebben vorderingen gemaakt
bij Valdres en 100 gevangenen gemaakt.
Duitsche vliegtuigen hebben op verschei
den plaatsen verbindingslijnen aangevallen.
De „Times" over den strijd in
Noorwegen.
De militaire medewerker van de „Times'"
schrijft, dat het duidelijk is, dat ten N.O.
van Drontheim verwoed is gevochten. Zoo
lang de Duitsche flotielje, die de wateren
aldaar is binnengekomen, bestaat, heeft de
vijand het groote voordeel, dat hij troepen
naar ieder bedreigd punt kan zenden, om
dat deze fjord veel weg heeft van een groot
meer. Een ander wapen, dat de Duitschers
ten volle hebben gebruikt, is de bommen
werper. Aan de geallieerde troepen heeft
het weinig schade van beteekenis toege
bracht, doch uit een militair oogpunt is het
een ernstige belemmering geworden, die
zooveel mogelijk moet worden uitgescha
keld.
Ten aanzien van de algemeene situa
tie kan slechts gezegd worden, dat de
stand van zaken bevredigend is, dat de
plannen op de juiste wijze worden uit
gevoerd, doch dat de taak waarschijn
lijk niet in een kort tijdsbestek of zon
der een aanzienlijk verhoogde krachts
inspanning der geallieerden verwezen
lijkt zal kunnen worden.
Zie verder Buitenland pag. 4, 2e blad.
Het is nog 'niet duidelijk geworden van
wie de plannen, om een Duitsch bezettings
leger aan de fjordenkust te landen, eigen
lijk zijn uitgegaan.
Men heeft beweerd, dat deze Noorsche
actie uitsluitend een plan geweest is van
Hitler, die van initiatief en verrassende
aanvallen houdt en dat hij ze zou hebber,
doorgedreven tegen den zin en ondanks de
waarschuwingen van de vloot- en leger
leiding.
Niemand zal Op het oogenblik vertellen
of het precies zoo gegaan is, maar wanneer
men goed b'edenkt welke gevolgen deze
actie kan hebben en voor welke groote
moeilijkheden dé Duitsche weermacht daar
bij geplaatst kan worden, vraagt men zich
onwillekeurig af hoe de legerleiding- een
dergelijk plan tot uitvoering kon brengen.
Het is niet van groote beteekenis de we
reld met een plotselinge militaire actie te
verrassen, als men die actie niet kan voort
zetten, al heeft" deze dan ook tot dusver haar
zeer opmerkelijke gevolgen.
Immers, Binnen één dag tijd waren er drie
groote feiten te constateeren. Het eerste
was, dat, ondanks de Britsche heerschappij
ter zee, de Duitsche marine bij verrassing
in staat was een 50.000 manschappen per
schip naar de Noorsche kust tezenden en
deze daar te doen landen. De tweede was,
dat Denemarken zoo. verbluft was, dat het
zich zonder slag of stoot onmiddellijk on
der de bevelen van den invaller stelde en de
derde, dat de Noren, na van den eersten
schrik bekomen te zijn, 'onmiddellijk hun
gebrek aan waakzaamheid met de daaraan
verbonden funeste gevolgen; weer goéd
trachtten te maken door- het besluit zich
met hand en tand tegen den agressor te ver
zetten.
Dat de expeditie schepen, vliegtuigen en
mannen zou kosten, was ook in Duitsch-
land te voorzien, maar het is de vraag of
men daar op een zoo groot verlies-percen-
tage der Duitsche oorlogsvloot heeft gere
kend.
Waarschijnlijk is dat een tegenvaller ge
weest en de tweede teleurstelling kwam
door een misrekening bij de beoordeeling
van de mentaliteit der Noren, waarbij de
fout van het op den voorgrond schuiven
van het kabinet-Quisling van grooten in
vloed is geweest.
Het feit, dat de Duitsche gezant in Oslo
hemel en aarde bewogen heeft om koning
Haakon en zijn kabinet tot dezelfde hou
ding van afzijdigheid over te halen als men
in Denemarken had verkregen, bewijst wel
hoezeer men bij deze actie op een lijdelijk
toezien van de Noren had gerekend en dat
bewijzen evenzeer de persoonlijke aanval
len op den koning, welke van Duitsche zijde
wel van- groote teleurstelling in zijn houding
getuigen.
Deze teleurstelling vindt natuurlijk zijn
oorzaak in de veel grootere moeilijkheden
waarvoor men zich van Duitsche zijde thans
in Noorwegen geplaatst ziet en zij bewijst
wel, dat het voor de Duitschers zeer moei
lijk is de bezettingstroepen zoo krachtig te
versterken, dat men zich van het betrek
kelijke zwakke verzet der Noorsche leger-
afdeelingen weinig zou kunnen aantrekken.
De Noren, die den opmarsch belemme
ren, die hier en daar een fort bezet houden
en de Duitsche bezettingstroepen van de
kustplaatsen in den rug kunnen bestoken
als deze al hun aandacht noodig hebben
voor de landingspogingen der geallieerden,
zijn voor de Duitsche bezettingen als het
ware lastige bijenzwermen, welke degenen,
die zich bij hun nest gewaagd hebben, aan
vallen op het oogenblik dat zij hun handen
juist vrij moeten hebben om zich tegen den
gevaarlijksten vijand te kunnen keeren.
Ondanks de triomfantelijke Duitsche op
somming van de Britsche verliezen aan
schepen en vliegtuigen bij de Noorsche
kust, staat het vast, dat de Duitsche verlie
zen naar verhouding van de vlootsterkte
grooter zijn geweest en een belangrijk
deel vhn het Duitsche marinemateriaal heb
ben bedragen.
Dat is in het begin van den grooten strijd
een zeer gevaarlijk offer en wanneer daar
tegenover alleen de bezetting van Noorwe
gen door een betrekkelijk kleine groep
Duitschers staat, mag men zich afvragen of
het voordeel van het bezit der Noorsche
kust dit offer van schepen, vliegtuigen,
mannen en prestige wel waard was.
Dit klemt te meer omdat Noorwegen voor
Duitschland slechts over zee, dus per schip
of per vliegtuig, te bereiken is. Men kon
natuurlijk van te voren nagaan, dat aanvoer
van versterkingen per vaartuig op groote
bemoeilijking door de vloot der geallieer
den zou stuiten en men kon daarnaast ook
begrijpen, dat het aanvoeren van materiaal
alsmède het proviandeeren per vliegtuig
onvoldoende zijn om op den duur tegen een
krachtig vijandelijk expeditieleger te kun
nen stand houden.
Reeds nu teekent zich af wat er waar
schijnlijk in Noorwegen gaat gebeuren.
De Duitsche bezettingstroepen kunnen
niet snel genoeg versterkt worden, de vijan
delijke legers, het expeditieleger der geal
lieerden en de opnieuw gevormde Noorsche
troepen, worden door aanvoer van nieuwe
landingstroepen steeds sterker en wanneer
daarin geen verandering komt zal Noorwe
gen in Britsche handen komen en Duitsch
land om den vijand buiten zijn grenzen te
kunnen houden, voortaan niet alleen front
moeten maken naar het Westen, maar ook
naar het Noorden.
Daarbij is één ding onduidelijk en dat is
het antwoord op de simpele vraag of men
dat alles niet voorzien heeft. Heeft men te
veel op de Noorsche medewerking of op het
succes der Duitsche marine gerekend om
niet te kunnen gelooven aan een verloop
der gebeurtenissen als wij hierboven heb
ben omschreven?
Zou de Duitsche legerleiding, die alles tot
in onderdeelen organiseert en rekening
houdt met alle mogelijke combinaties, welke
uit de een of andere actie kunnen voortko
men, de mogelijkheid van zulke tegenslagen
niet voorzien hebben?
EEN SAMENTREFFEN VAN DUITSCHE EN BRITSCHE TROEPEN
TE STIKLESTAD AANSTAANDE.
De kaart geeft de centra weer van Namsos en Drontheim; op de kaart vindt men
het Noorsche fort Hegra, 40 KM. ten Oosten van Drontheim, dat nog steeds weer
stand biedt aan de Duitsche aanvallen.
De Britsche operaties voltooien zich langs den^ spoorweg van Namsos naar
Drontheim vooral bij Grong, Snasa, Sunnan en Steinkjer tot aan Stiklestad.
De Duitsche bezettingstroepen opereeren ten Noorden van Levanger. Van veel
belang is de spoorweg van Drontheim via Berkak naar Domhas waarlangs, na de
landing de Britsche troepen op weg zouden zijn Drontheim in te sluiten.
Het verdient aanbeveling de kaart uit te knippen, omdat hierop de voornaamste
plaatsen in dit centrum voorkomen.
Het lijkt onwaarschijnlijk en in dat geval
komt er een andere vraag op den voor
grond, namelijk deze: is men dat Noorsche
avontuur opzettelijk begonnen om een deel
van de strijdmacht der geallieerden naar
Noorwegen te lokken, om kans te krijgen
Britsche oorlogsschepen te vernietigen of om
de aandacht af te leiden van andere reeds
bestaande of mogelijke gevechtsfronten,
zoodat men ook daar weer verrassend snel
zal kunnen optreden?
Het zou mogelijk zijn als de Noorsche af
leidingsmanoeuvre niet zoo kostbaar was
aan schepen, mannen en materiaal, en ook
niet zoo gevaarlijk omdat men bij misluk
king den vijand een zeer groot militair
voordeel verschaft.
Wanneer men straks de Noorsche expe
ditie moet opgeven, nadat men wellicht
eerst nog een doortocht door Zweden ge
probeerd heeft, zal blijken, dat men aan
alle kanten verlies heeft geleden. Dan staat
men daar in het Noorden tegenover een ge
combineerde legermacht van samenwerken
de staten en men zal tijdens den geheelen
oorlog troepen aan andere fronten moeten
onttrekken om deze bedreiging te kunnen
keeren.
Duitschland heeft te vaak blijk gegeven
op zoo weinig mogelijk gevechtsfronten te
willen strijden dan dat het Noorsche avon
tuur in militair opzicht niet een raadsel zou
blijven.
Wanneer straks wellicht het bedreigde
Zweden bij den strijd betrokken wordt,
wanneer men misschien een Britsche actie
in den Balkan wil verhinderen door den
vijand ook daar weer een slag vóór te zijn,
dan treedt Duitschland naar alle zijden uit
zijn krachtige beschermende linies, dan
wordt het aan vele kanten kwetsbaar en
moet het zijn legers zoo splitsen en verdee-
len, dat deze vele zwakke punten zullen
krijgen waar een vijandelijke 'doorbraak
poging wellicht succes zal kunnen hebben.
Hoe men het ook bekijkt, het ziet er niet
naar uit of het Noorsche avontuur een ver
standige militaire actie is geweest, het
heeft inderdaad den schijn, dat het doorge
dreven is tegen het advies der Duitsche
legerleiding en wanneer het inderdaad een
mislukking wordt, zal weldra blijken, dat
deze fout tot een geheel ander verloop der
oorlogsgebeurtenissen kan leiden dan men
zich tot dusver van Duitsche zijde gedacht
en gehoopt heeft.
HET DUITSCHE EN BRITSCHE
OPMARSCHPLAN IN ZUID-
NOORWEGEN.
Het kaartje geeft schematisch weer de
opmarschrichtingen der Duitsche bezet
tingstroepen ten Noorden van Oslo, in de
richtng van Domhas en Alvdal. De Brit
sche troepen zijn na hun landing te Aldals-
nes in samenwerking met de Noorsche
strijdkrachten opgemarcheerd in de rich
ting Lillehamer via het spoorwegknoop
punt Dombas.
Volgens berichten van Reuter word t
Drontheim thans zoowel ten Zuiden 'ai.'
ten Noorden door de geallieerden inge
sloten.