DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Zuid-Noorwegen vrijwel geheel in Duitsche handen. De strijd in Noorwegen. No. 104 Vrijdag 3 Mei 1940 142e Jaargang Chamberlain deelt mede, dat de Britsche troepen uit Andalsnes teruggetrokken zijn. Hussoiini zou den Amerikaanschen gezant hebben verzekerd, dat Italië voorloopig niet in den oorlog zal gaan. Rëros en Tynsef door de Duitschers ontruimd. D© gaallieerden hebben zich in Andalsnes ingescheept. Noorsche bevelhebber gaf zich over. 5000 m. lange tunnel veroverd. Een Noorsch protest. De algemeene toestand. ALKMAARSCH COURANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENT IEN Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer 0-25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voor dam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. Dit nummer bestaat uit drie bladen. Directeur: C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Andalsnes, waar de Britsche landingstroepen ontscheept werden, is thans weer de plaats geweest waar de Engelschen zich zonder daarbij verliezen te lijden weer hebben ingescheept, waarna deze kustplaats door de Duitschers bezet is. Daarmede hebben de geallieerden den strijd ten Z. van Drontheim voorloopig opgegeven. De Duitschers melden, dat zij thans in het bezit van geheel Zuid-Noorwegen zijn op enkele plaatsen na, waar de Noren nog verzet bieden. Tusschen Dombaas en Andalsnes heeft zich een Noorsche troepenmacht overgegeven, evenals in. het Valdres gebied, ten N. van de spoorlijn BergenOslo en door insluiting bedreigde Noorsche troepen trekken in de richting van de Zweedsche grens. De Duitschers schijnen nu zoowel de spoorwegverbinding tusschen Oslo en Drontheim als die tusschen Bergen en Oslo in hun bezit te hebben. De Royal Air Force heeft opnieuw de Duitsche vliegtuighases in Noorwegen en Denemarken gebombardeerd. Volgens het D.N.B. hebben Duitsche jachtvliegtuigen aan een sterk Britsch vlooteskader aan de Noorsche Westkust zware verliezen toegebracht. Minister-president Chamberlain heeft in het Lagerhuis meegedeeld, dat besloten werd het plan Drontheim van het Zuiden uit in te nemen op te geven, in verband waarmee de Britsche troepen uit Andalsnes teruggetrok ken zijn. Dit beteekent echter geenszins, dat de strijd in Noorwegen zal ge staakt worden. In verband met de oorlogsplannen deelde de minister mede, dat hij het geven van nadere informaties tot de volgende week moet uitstellena In ver band daarmede werd door de oppositie besloten nog geen critiek op het be leid der regeering, ujt te oefenen. De Amerikaansche gezant te Rome heeft een onderhoud met Mussolini gehad en president Ro.osevelt onderhield zich met den Italiaanschén gezant lil Washington, waarbij ook Sumner Welles tegenwoordig was.- Men heeft in Amerika den indruk gekregen, dat Italië in de naaste toekomst niet daad werkelijk aan den oorlog zal deelnemen. De Amerikaansche gezant te Rome heeft later een onderhoud met graaf Ciano gehad, evenals met de ambassa deurs" van Frankrijk, Polen, Engeland en Rusland, waarbij hij mededeeün- gen over zijn onderhoud met Mussolini en graaf Ciano verstrekte. De militaire correspondent van Reuter schrijft: Er is geenerlei bewijsmateriaal, dat steun zou kunnen verleenen aan de Duitsche theorie van een zegevierend op rukkend leger. D Duitsche bewering over de verovering van Storen en Dombaas en over het tot stand brengen van verbin ding tusschen de troepen van Oslo en die van Drontheim beteekent mogelijkerwijs, dat kleine detachementen Duitsche troe pen doorgedrongen zijn tot deze plaatsen en dat hun bevelvoerders, uitgeput en lijdend onder vele ontberingen, Storen en Dombaas hebben bereikt, vanwaar zij triomfantelijke en zelfs overdreven tele grammen hebben gezonden, meldende, dat zij hun doelen hebben bereikt. Het betee kent niet, dat de Duitschers een voort- durenden stroom van manschappen en materialen hebben gevestigd tusschen Oslo en Drontheim, of dat Drontheim ver lost is uit zijn instabiele positie de Duti- sche verbindslinies in midden-Noorwegen zijn thans uitgerekt als een stuk elastiek. Op vele plaatsen zijn de wegen vernield door landmijnen, de bruggen geruïneerd en wordt de opmarsch vertraagd door afgebroken werken. Op vele manieren lijden de Duitschers dezelfde ontberingen en belemmeringen ais de geallieerden en zij zijn niet onkwetsbaar. Röros door de Duitschers ontruimd. De Duitsche troepen hebben zich, naar het Noorsche telegraaf agentschap meldt, Dinsdagavond, toen de Noorsche troepen weder naar de stad terugkeerden, uit Röros teruggetrokken. Gevangen genomen Dutschers zouden verklaard hebben, dat deze terugtocht een gevolg is van het uitblijven van aanvoeren, aangezien de Duitsche troepen te Röros volkomen van de overige Duitsche strijd macht waren afgesneden. De Duitschers zouden zich eveneens uit Tynset teruggetrokken hebben. Vólgens een bericht uit Londen zou de toestand in Narvik en bij Namsos onver- züo. Een communiqué van het Brit sche ministerie van oorlog. Een communiqué van het Britsche mi nisterie van ooorlog vermeldt: De troepen der geallieerden, welke de laatste dagen ten zuiden van Drontheim operaties hebben uitge voerd, welke ten doel hadden den vijandelijken opmarsch te vertragen, zijn thans, na vele vijandelijke aanval len te hebben afgeslagen, teruggetrok ken, met het oog op de steeds toene mende sterkte van den vijand. De geallieerde troepen zijn met succes ingescheept te Andalsnes en andere aan land gezet te Andalsnes en andere havens in de nabijheid. Dit geschiedde on danks de voortdurende pogingen van den vijand om deze havens en de verbindingen door actie uit de lucht te vernietigen. In het gebied van Narvik duren de operaties voort en zijn detachementen in contact met den vijand geweest. Uit Namsos valt ver der niets te vermelden. Duitschland maakt melding van successen. Van Oslo in N.W. richting ingezette Duitsche strijdkrachten hebben in aanzien lijke mate terrein gewonnen en de Sogne- fjord bereikt. In het gebied van Valdres zijn van de vierde Noorsche divisie, die, naar gemeld, zich aldaar heeft overgege ven, 300 officieren, en 2300 man gevangen genomen, 290 paarden, drie stukken berg- geschut en 85 machinegeweren buitge maakt. Het Duitsche Iegerbericht. Het opperbevel van de Duitsche weer macht maakte gister bekend: De operaties in Noorwegen tusschen Oslo en Drontheim zijn overgegaan in achtervolgingsgevech ten. De Britten ontruimen overhaast het gebied bij Andalsnes. Onover zienbare Engelsche voorraden zijn bij Dombaas in handen onzer troepen geval len, diie reeds op 40 km. ten Z.O. van Andalsnes staan. Daar werden 300 nog tegenstand biedende Noren, die den terug tocht der Britten zouden dekken, gevangen DE AMERIKAANSCHE AMBASSADEUR BIJ MUSSOLINI. De Duce heeft Zaterdag den Amerikaan schen ambassadeur Philipps ontvangen, die zich op de hoogte kwam stellen van de plan nen van Italië in verband met de jongste ontwikkeling van den internationalen toe stand in het algemeen en van den toestand in de Middellandsche Zee in het bijzonder. In de kringen der Amerikaansche am bassade had men na dit onderhoud den indruk, dat in de Italiaansche houding van non-belligerentie niet spoedig ver andering zal komen. De Amerikaansch-Italiaansche be sprekingen. Uit Washington wordt gemeld: Sumner Welles heeft medegedeeld, dat het depar tement van buitenlandsche zaken van den ambassadeur te Rome een volledig verslag over zijn onderhoud met Mussolini heeft ontvangen. De bespreking met Mussolini was van algemeenen aard en bestond uit een gedachtenwisseling over den interna tionalen toestand. Tevoren had Sumner Welles een kort gesprek met den Italiaaanschen ambassa deur, prins Colonna, gehad. Later verge zelde hij den ambassadeur bij diens bezoek aan Roosevelt. Na deze besprekingen liet men op het departement, van buitenlandsche zaken doorschemeren, dat de regeering van mee ning is, dat Italië niet op het punt staat aan den oorlog deel te nemen. Sumner Welles deelde den journalisten mede, dat het departemént niet denkt over een aan maning tot vertrek aan de Amerikanen in Italië. Dit wordt beschouwd als een indi recte bevestiging van de berichten uit Rome, volgens welke Mussolini den Ame rikaanschen ambassadeur heeft medege deeld, dat Italië op het oogeniblrk geen deelneming aan den oorlog overweegt Zie verder Buitenland pag. 1, 3e blad. genomen. Onder den indruk van deze gebeurtenis sen heeft de Noorsche bevelhebber van het gebied Mören en Romsdal de capitulatie aangeboden en zijn troepen bevel gegeven den kansloozen tegenstand te staken. De intacte spoorweg tusschen Dombaas en Ulsberg (ten zuiden van Drontheim), is in zijngeheelen omvang in onze handen. De van Bergen naar het Oosten en uit het gebied ten noorden van Oslo naar het W. optrekkende troepen hebben elkander ont moet aan de spoorlijn van Bergen naar Oslo. Het aantal gevangenen en de hoe veelheid buit neemt voortdurend toe. Bij Narvik en Drontheim geen bijzondere ge beurtenissen. Duitschers melden bezetting van Andalsnes. Het opperbevel der Duitsche weermacht deelt mede: Bij de rüstelooze achtervolging der in wilde vlucht terugtrekkende Engelschen hebben de Duitsche troepen Andalsnes bereikt en daar te 15 uur de Duitsche oor- logsvlag geheschen. Na de terugtrekking van de Britsche troepen. Uit Londen wordt gemeld: De nationaal- socialistische vlag woei vanmorgen boven de stad Andalsnes nadat de Britsche troe pen zich uit dit gebied hadden terugge trokken. Aan de andere fronten blijft de algemeene toestand ongewijzigd. Gister avond in Stockholm ontvangen berichten melden, dat de Noorsche troepen, die Woensdag door Röros getrokken zijn, thans stellingen hebben betrokken ten Z. van deze stad, teneinde den Duitschen op marsch tusschen To,lga en Tinset tegen te houden. Hieraan wordt toegevoegd, dat deze troepen in contact zijn met Duitsche pa trouilles en eenige gevangenen gemaakt hebben. Berichten uit New-York, afkomstig uit Noorsche militaire bron, spreken over een slag tusschen Duitsche en Noorsche troe pen nabij het dorp Os halfweg tusschen Röros en Tolga in het Osterdal. Duitsche berichten uit Noorwegen. Het D. N. B. meldt: Duitsche troepen, die uit de zóne van Bergen oostwaarts optrekken, hebben de electriciteitscenitrale en aluminiumfabriek Kinsarvik bezet. Een groote hoeveelheid oorlogsmateriaal werd weer in de zóne van Bergen buitgemaakt. De bij Bergen operee- rende Duitsche troepen hadden bijzondere moeilijkheden toen zij na de inneming van Voss de tunnel in het Mir-dal naderden. Daar het niet mogelijk was om de tunnel heen te gaaan, deden onze troepen een aanval op de sterk verdedigde tunnel. De ruim 5'000 meter lange tunnel hebben zij in een verbitterd gevecht doorgetrokken, en den oostelijken uitgang hebben zij thans bereikt. De tunnel is ongeschonden geble ven. Talrijk materiaal viel in Duitsche handen. De reactie van het krijgsverloop. In onstuimig opdringen zoo heeft Hitler in zijn dagorder aan de troepen in Noorwegen gezegd hebben de Duitsche troepen de verbinding tusschen Oslo en Drontheim tot stand gebracht en daarmede is het voornemen der Westelijke mogend heden om Duitschland toch nog door een bezetting achteraf van Noorwegen op de knieën te kunnen krijgen, definitief mis lukt. De Führer heeft generaal Von Falken- horst, den commandant der Duitsche troe pen in Noorwegen, een hooge onderschei ding verleend en dat alles mag den Duit schers een groote voldoening schenken, in Engeland en ook in Frankrijk is men er na tuurlijk minder mee ingenomen. Men ontkende van Britsche zijde tot dus ver, dat de Duitschers inderdaad reeds de beschikking over de spoorlijn van Oslo naar Drontheim zouden hebben, maar het is nu wel zeker, dat niet alleen deze lijn maar ok die van Bergen naar Oslo in Duitsche handen is, dat vrijwel geheel Zuid-Noorwe gen door de Duitschers is bezet en dat de Britsche landingstroepen ten Z. van Dront heim teruggetrokken zijn en zich in An dalsnes weer hebben ingescheept, waar mede de eerste periode van den strijd in Noorwegen ten gunste van de Duitschers beslist is. Duitschland had vliegvelden in Noorwe gen en Denemarken het kon zijn bommen werpers van dag tot dag naar de meest be dreigde punten zenden. De geallieerden be schikten slechts over per schip aangevoerde lichte machines, welke op noodvliegvelden in elkaar moesten worden gezet en de bom menwerpers welke vanuit Engeland naar Noorwegen kwamen, hadden een zoo groo- ten afstand af- te leggen, dat het niet te verwónderen was dat de Britsche lucht macht in Noorwegen verre in de minder heid is gebleven. Daarnaast mag natuurlijk niet over het hoofd gezien worden, dat Engeland als zee varende natie, die altijd zijn kracht in een sterke marine en daarnaast de laatste jaren in een versterking van zijn luchtwapen ge zocht heeft, een landleger formeerde, dat eerst van korten levensduur is en lang niet zoo goed geoefend is als de soldaten uit het groote, welbewapende en goed gediscipli neerde Duitsche leger. Engeland is niet de staat die zich op het land sterker dan op zee gevoelt en dat wreekt zich zoodra de Britsche oorlogsschepen hun mannen aan land gezet hebben en deze niet verder kun nen beschermen. Tot dusver hebben de Britsche landings troepen niet kunnen verhinderen, dat de goed bewapende en goed geleide Duitsche bezettingstroepen zich van het belangrijke gebied van Zuid-Noorwegen hebben mees ter gemaakt. Dat heeft voornamelijk in Engeland een minder prettigen indruk gemaakt. Men be grijpt daar heel goed dat het moeilijker is iemand uit een vesting te verdrijven dan wanneer men hem van een open vlakte moet terugdringen en het is ontegenzegge lijk, dat het bezit van de groote steden en van de Noorsche vliegvelden den Duitschers op dengenen, die hen daaruit moesten ver wijderen een zeer grooten voorsprong heeft gegeven. Evenwel is de houding der Engelsche re geering, die zich óf in zwijgen hult omdat de vijand niet weten mag wat er gebeurt óf luchthartig over de Noorsche onderne ming spreekt, zooals de heer Churchill dat in zijn toekomstbeloften gedaan heeft, blijk baar niet geschikt om het volk den indruk van een verstandige leiding en een krach tige oorlogsvoering te geven. Minister Eden heeft, wat dat betreft, Woensdag de zaak van een veel ernstiger kant bekeken. Wij zullen zoo zeide hij goede en slechte dagen hebben en ik heb nooit mijn overtuiging verheeld, dat wij met een geduchten vijand hebben te maken. Men kan er niets bij winnen dat feit te ne- geeren en het is altijd verkeerd den vijand te onderschatten. De hulpbronnen der geal lieerden zijn veel grooter, maar het is niet voldoende daarmede tevreden te zijn en te herhalen, dat de tijd aan onze zijde staat. Wij moeten onze hulpbronnen vlug en ener giek mobiliseeren, want slechts de grootste krachtsinspanning waartoe het Britsche volk in staat is kan ons de overwinning verzekeren. Dat is een taal, die het Britsche volk op het oogenblik beter begrijpt dan alle moge lijke verzekeringen, dat men den strijd zal winnen. Er zijn in eiken oorlog twee dingen, wel ke men doen kan, namelijk praten en vech ten en men krijgt zoo nu en dan wel eens den indruk, dat er in Engeland meer op het eerste dan op het laatste gelet werd. Wie succes heeft vindt zijn pad met rozen bestrooid en wie het niet heeft kan critiek verwachten. De loop der gebeurtenissen in Noorwe gen is oorzaak, dat de critiek op de kabi- nets- en op de legerleiding scherper dan tevoren tot uiting komt en in het Lager huis is al gebleken, dat men over den loop der gebeurtenissen in Noorwegen niet te spreken is. Men heeft zich kort geleden verheugd over de benoeming van Churchill als voor zitter van den defensieraad opdat de leger leiding krachtiger en zelfstandiger Zou kunnen optreden. Maar het blijkt, dat ten slotte de oorlogsraad het laatste woord houdt en dat het dus niet Churchill maar Chamberlain is, die de beslissing over de noodige maatregelen moet nemen. Blijkt, dat de tegenslagen in Noorwegen een fout van de opperste leiding geweest zijn, dan acht men het mogelijk, dat het kabinet-Chamberlain voor de critiek zal moeten wijken en men verdiept zich nu reeds in de vraag wie hem zal moeten op volgen. Churchill zou dat niet kunnen wanneer hij mede verantwoordelijk voor de tot dus ver genomen maatregelen is geweest en men noemt als mogelijken opvolger zelfs Lloyd George, den grooten man uit den vorigen oorlog, hoewel hij al 77 jaar is en het de vraag zal zijn of men dezen ouden politicus nog aan het roer van het staatsscheepje zal durven zetten. Evenwel, zoover is het nog niet. Het blijft nog altijd mogelijk, dat Chamberlain er in klaagt de tot dusver genomen maatregelen te rechtvaardigen. In zijn gister in 't Lagerhuis gehouden rede heeft men het den premier niet moeilijk gemaakt, maar hij heeft toen ook ver klaard, dat hij eerst de volgende week een exposé over het verloop van het krijgshe- örijf in Noorwegen zal kunnen geven. Eén succes schijnt het kabinet-Chanjber- lain thans behaald te hebben en wel tegen over Italië, dat de laatste dagen een wat al te grooten mond tegen Engeland opgezet heeft. Men weet, dat de heeren in Londen niet goed meer wisten of dit alles maar schijn was en de bedoeling had weer eens wat concessies te verkrijgen, dan wel of Italië werkelijk op het punt stond aan den oorlog te gaan deelnemen wat, met het oog op het verloop van den strijd in Noorwegen, niet geheel onmogelijk leek, Men heeft dus eenerzijds nader contact gezocht door handelsbesprekingen te ope nen en anderzijds beloofd, dat men de moei lijkheden van de Italianen met de contra- bandecontróle nog wel eens nader zou wil len bekijken. Tegelijkertijd echter heeft men in Enge land blijk gegeven, niet langer afhankelijk te willen zijn van de nukken en grillen van een staat waarvan men nog altijd niet weet hoe men er eigenlijk tegenover staat. Van daar het bevel aan Engelsche koopvaardij schepen om de Middellandsche Zee voorloo pig te mijden en zoo noodig om de Kaap heen te varen. Ook de Britsche lijnvliegtui- gen kregen opdracht zich zoo kort mogelijk in Italië op te houden en het schijnt, dat men zich daar dan ook gaat afvragen of men in zijn anti-Britsche demonstratie dit maal niet wat al te ver is gegaan. Naar uit Rome wordt gemeld zóu Musso- linie thans den Amerikaanschen ambassa deur verzekerd hebben dat Italië voorhands niet van plan is zijn non-belligerente hou ding te wijzigen. Blijkbaar heeft het feit, dat ook Egypte reeds maatregelen nam den Italianen doen begrijpen, dat wanneer zij in werkelijk heid non-belligerent willen blijven het hoog tijd werd, dat zij zich duidelijker over hun toekomstplannen uitspreken. Ondanks alles wat er in Noorwegen ge beurd is zal Italië zich dus niet aan Duitsche zijde scharen. Er zijn nog vele Engelschen, die verwach ten, dat de zaken in Noorwegen nog een anderen loop zullen nemen en.daarbij nog altijd de hoop koesteren, dat Itailë nog eens besluiten zal de zijde der democratische staten te kiezen. Er zal nog veel water door de Middel landsche Zee moeten stroomen en de geal lieerden zullen waarschijnlijk heel wat écla tante overwinningen moeten behalen, eer wij van dat samengaan melding kunnei maken.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1