e"
'ft/
BRUIN
ITIE.
KEN.
Het Lagerhuis rieemt met 281 tegen 200
stemmen een motie van verdaging aan.
Scherpe critiek op het regeeringsbeleid
in het Hoogerhuis.
OENTEN
te noodigen
KMAAR.
(STERDAGEN"
eer ruim
rd in
Churchill verdedigt het regeeringsbeleid.
Zal het kabinet aftreden?
Lord Halifax spreekt namens de regeering.
per L. 25 c.
n L. 25 c.
L. 25 c.
oord 123
Tel. 4,2.8.3.
DERDE BLAD.
A'.KMAARSCHE COURANT VAN DONDERDAG 9 MEI 1940.
jnd-
i m
Het
ed
oed.
.BAS-OSJ
lien U een
rking van de
ïnze zaak op
FOON 4374.
het beste.
nivet
Ossenvet
zei
pek
kspek
iek
k. Lappen
2.50
2.50
2.25
2.00
2.25
2.00
1.20
1.05
ark.Gehakt -.70
ark.Geh. -.70
per pond.
-.45
ade
-.50
-.50
-.50
-.55
-.60
-.50
-.55
-.60
-.45
iet onze
KETTEN
'd en niet duur
cent.
aanbevelend,
Den tweeden dag van de debatten over de
oorlogspolitiek ten aanzien van Noorwegen
kwam het parlement bijeen met de weten
schap, dat de labour-partij besloten had op
stemming aan te dringen. Men verwachtte,
dat de regeering de kwestie van vertrouwen
zou stellen bij de stemming en zonder twij
fel zou de liberale oppositie de labour steu
nen.
Tijdens het vragenuur heeft de onder
staatssecretaris voor buitenlandsche zaken,
Butler, in antwoord op een vraag van den
liberaal Mander bevestigd, dat een van de
oorlogsdoeleinden van de geallieerden is de
vrijheid en onafhankelijkheid van Denemar
ken te herstellen.
Verder zeide Butler, dat nog geen datum
was vastgesteld voor den terugkeer van den
Britschen ambassadeur naar Moskou. De la-
bour-afgevaardigde Strauss vroeg of het niet
een groote dwaasheid was in de huidige om
standigheden geen ambassadeur te Moskou
te hebben, waarop Butler verzekerde, dat
de regeering de zaak nauwkeurig in overwe
ging hield en zich wel bewust is van de
waarde van de aanwezigheid van een ambas
sadeur, hoewel de vertegenwoordiging van
de regeering in Moskou voor haar taak be
rekend is.
De debatten.
De eerste spreker bij de hervatting van de
debatten over Noorwegen was Herbert Mor
rison, labour-partij en leider van den ge
meenteraad van Londen. Hij zeide, dat hoe
wel de labour-partij ontevreden was over de
politiek van de regeering, zij toch niet han
delde onder druk van partij of persoonlijke
overwegingen.
Spreker wil ieder prijzen, die den oorlog
zal winnen, zooveel staat op het spel voor de
toekomst der menschheid. Morrison leverde
ook critiek op het feit, dat Churchill als
laatste in het debat zal spreken. Churchill
is de voornaamste getuige en de oppositie
heeft geen gelegenheid om commentaar te
leveren op zijn verklaring. Verder becriti-
seerde spr. het versnipperen van de strijd
macht, welke gereed stond naar Finland te
gaan.
In het verdere verloop van zijn rede
oefende Morrison in bijzonderheden critiek
uit op de politiek van de regeering inzake
Noorwegen. Tenslotte verweet Morrison de
regeering niet voldoende kijk te hebben ge
had op het resultaat van het leggen der
mijnen in de Noorsche wateren. Een dezer
dagen zal men werkelijk tot het inzicht
komen te strijden tegen een vijand, die zich
niet te veel aantrekt van de neutraliteit.
Morrison vroeg of de menschen, die
het bevel voerden over de vloot voor
Noorwegen wenschten aan te vallen en
of zü door Whitehall werden tegenge
houden. Een oude of vermoeide minis
ter kan zonder het te willen een gevaar
voor het land worden. Voor en tijdens
den oorlog is het geestelijk tempo van
sommige ministers niet voldoende ge
weest en spreker verklaarde hierbij te
doelen op den minister-president, den
minister van financiën en den minister
van luchtvaart, Chamberlain, Simon en
Hoare. Het belang van het winnen van
den oorlog is te groot, dan dat men ge
vaar mag loopen te verliezen door man
nen aan het bewind te laten, die daar
langen tijd zijn geweest en niet getoond
hebben geheel voor hun taak berekend
te zijn.
Tenslotte kondigde hij aan, dat de La
bour-partij aan het eind van de debatten
een stemming zal vragen.
Minister-president Chamberlain ant
woordde, dat hij de uitdaging van Morrison
aannam. Als hoofd van de regeering aan
vaardt hij de verantwoordelijkheid voor alle
daden van de regeering en zijn collega's
zullen evenmin aarzelen hun verantwoor
delijkheid te dragen. Niemand wenscht
langer zijn post te behouden, wanneer hij
niet het vertrouwen van het Huis heeft.
Sir Samuel Hoare aan het woord.
Vervolgens sprak minister sir Samuel
Hoare over het optreden van de luchtmacht.
De luchtmacht werd in haar werk gehin
derd doordat de toestellen heen en terug
over zee moesten vliegen, terwijl de vijand
zijn bases ter plaatse had.
Onmiddellijk na den Duitschen inval
maakte de luchtmacht verkenningsvluchten
en binnen enkele uren werden Noorsche
vliegvelden gebombardeerd, evenals een
belangrijk vliegveld in Denemarken en in
Duitschland. Dag aan dag en nacht aan
nacht werden onder de moeilijkste weers
omstandigheden deze bombardementen
voortgezet. Hierbij werden aan de Duitsche
luchtmacht drie keer zooveel verliezen toe
gebracht als de Britsche zelf heeft geleden.
De Britsche luchtmacht beschikte in Noor
wegen slechts over de bevroren meren als
vliegvelden en door de invallende dooi was
het niet mogelijk te zeggen hoe lang dit nog
mogelijk zou zijn.
Alleen in het nauwe Romsdal werd een
vliegveld aangelegd en een escadrille Gla
diator-gevechtsvliegtuigen werd hier gesta-
tionneerd. De toestellen kwamen aan in een
sneeuwstorm na te zijn opgestegen van een
vliegtuigmoederschip. Den volgenden dag
werden de Britsche toestellen aangevallen
door 80 bommenwerpers en bij de hierop
volgende gevechten werden verscheidene
Duitsche toestellen vernield. De leider van
het Britsche escadrille is van meening, dat
dertig Duitsche vliegtuigen buiten gevecht
werden gesteld. Luchtdoelartillerie stond
niet opgesteld aangezien dit onmogelijk was
gemaakt door het tot zinken brengen van
schepen. Duidelijk is gebleken, dat zonder
bases voor de luchtmacht de operaties niet
mogelijk waren. Wanneer men evenwel te
rugblikt op de afgeloopen drie weken, dan
komt men tot de slotsom, dat niets, wat ge
daan kon worden, werd nagelaten.
Samuel Hoare
De laatste acht maanden hebben aange
toond, dat de Britsche gevechtsvliegtuigen
superieur zijn aan de Duitsche bombarde
mentsvliegtuigen. Dit bewijst, dat een ster
ke luchtmacht een nog sterker luchtmacht
tegenover zich moet vindén. De tweede les
is, dat de kracht van de Britsche luchtmacht
zeer groot is. Ete productie voor de lucht
macht moet thans nog meer worden opge
voerd.
Lloyd George spreekt.
Vervolgens nam Lloyd George het woord
en zeide, dat hij nooit heeft gepoogd een
ramp te verkleinen. Het heeft geen nnt de
verliezen aan beide zijden af te wegen. De
grootste triomph van dien buitengewonen
man, Hitler, is, dat hij Engeland in grooter
gevaar heeft gebracht, dan zijn voorgangers
in 1914. Tsjechoslowakije, deze speerpunt,
gericht op het hart van Duitschland, met
een leger van een millioen van de beste
troepen van Europa, is niet meer. Dat is
een strategisch voordeel, dat Engeland heeft
uitgeleverd. Een tweede strategisch voor
deel, dat te niet werd gedaan is 't Fransch-
Russisch verbond, waarbij Rusland Tsjecho
slowakije te hulp zou zijn gekomen, zoodat
een nieuw front tegen Duitschland zou zijn
gekeerd.
Bovendien bestaat nog Roemenië, dat
practisch in Duitsche handen was.
Noorwegen was een van de groote strate
gische mogelijkheden van den oorlog en
thans is het eveneens in Duitsche handen.
Het is nutteloos om critiek uit te oefe
nen op Noorwegen en bovendien, met welk
recht mogen we critiseeren. We hebben be
loofd te redden en te beschermen. We heb
ben geen vliegtuig naar Polen gezonden en
in Noorwegen kwamen we te laat. De Duit
sche bezetting van Noorwegen brengt de
Duitsche vliegtuigen en onderzeeërs 200
mijl dichter bij onze kust. Was er iemand
in het Huis tevreden over de snelheid en de
doeltreffendheid van de voorbereiding van
een luchtmacht of een vloot? De minister
president moet den toestand bezien uit het
standpunt van het volk en niet als een per
soonlijke aangelegenheid.
De minister-president moet zich her
inneren, dat hij dezen grooten vijand
in oorlog en vrede heeft ontmoet en dat
hij steeds heeft verloren. Chamberlain
heeft het land gevraagd offers te bren
gen, het land is hiertoe bereid. De mi
nister-president kan het voorbeeld ge
ven, niets kan meer bijdragen voor de
overwinning, dan dat hij de zegels van
zijn departement offert. (Luide toejui
chingen van de Labour, de regeerings-
partijen protesteeren).
Duff Cooper is ontevreden.
De volgende spreker, Duff Cooper, de
vroegere eerste lord der admiraliteit en
minister van oorlog, zeide, dat velen ge
hoopt hadden op een zuiver nationale regee
ring, niet sinds het uitbreken van den Oor
log, maar sedert de nederlaag van Mün-
chen. Spr. had gehoopt, dat de regeering
voldoende onder den indruk zou zijn geko
men van deze twee dagen debatten, om
drastische stappen tot hervorming te ne
men. Er is geen reden om te gelooven, dat
er iets verkeerd is in de perfectie der uit
rusting. Evenmin bestaat er eenig tekort
aan voorraden. Er is niets verkeerd in de
kwaliteit der troepen en spreker is der
halve genoopt te concludeeren, dat wat er
verkeerd was, het instrument der régeering
zelve was.
Duff Cooper voegde hieraan toe, dat de
Balkan thans de laatste buitenpost vormt
der neutraliteit.
Kan dezen landen niet gezegd worden, al
dus spreker, dat wij een Balkanblok vor
men en dat wanneer zij niet komen, het
zeer onprettig voor hen zou zijn?
Rede van Churchill.
Nadat Alexander, vroeger eerste lord der
admiraliteit, vertegenwoordiger van La
bour, gezegd had, dat men het volk de wer
kelijke feiten moet vertellen en het ertoe
brengen, zich te organiseeren op een
grondslag van werkelijke oorlogseconomie,
antwoordde Churchill de verschillende
sprekers. Hij zeide p.m.: In dezen oorlog
wordt ons vaak gevraagd, waarom wij het
initiatief niet nemen. De reden voor dit
ernstige nadeel, dat wij het initiatief niet
hebben, kan niet spoedig worden weggeno
men. Dit ligt in ons gebreke blijven in de
laatste vijf jaren om pariteit in de lucht met
Duitschland te handhaven of te herkrijgen.
Onze numerieke achterstand in de lucht,
ondanks onze superioriteit, zoowel wat man
schappen als materiaal betreft, heeft ons
veroordeeld en zal ons eenigen tijd lang
veroordeelen om door heel wat moeilijkhe
den en leed en gevaar te geraken, dat wij
krachtig moeten dragen tot gunstiger om
standigheden bereikt kunnen worden, zoo
als zeker zal geschieden. De luchtmacht
heeft ten zeerste invloed uitgeoefend in de
bewegingen van vloot en legers. Wij moeten
dezen nieuwen factor niet overdrijven,
maar evenmin moeten wij weigeren om
hem op zijn doodelijke waarde te schatten.
Alexander heeft gevraagd, waarom wij de
vijandelijke verbindingen in het Skagerak
niet hebben aangetast. De ontzaggelijke
vijandelijke sterkte in de lucht, die gericht
kan worden op onze patrouilleerende strijd
krachten, heeft deze methode veel te kost
baar gemaakt.
Wij ondernamen daarom een duikboot
blokkade als de eenige tot onze beschikking
staande methode en daarmede volgde ik de
opinie der vlootautoriteiten. Er is een groot
verschil tusschen verantwoordelijk zijn voor
een bevel, dat verscheidene waardevolle
schepen verloren kan doen gaan, en het uit
spreken van een meening, zonder een der
gelijke verantwoordelijkheid.
Alle Duitsche schepen overdag en alle
schepen des nachts moesten in het Skagerak
tot zinken worden gebracht, wanneer de
gelegenheid zich voordeed. Dit is een kost
baar succes geweest. Zeven of achtduizend
man zijn verdronken. Duizenden lijken zijn
aangespoeld op de rotsen bij den toegang
naar Oslo. Aan den voet van den vuurtoren
zijn vreeselijke tooneelen gezien. Maar wat
beteekent het verlies van zeven of achtdui
zend man voor 'een totalitairen staat en een
regeering zooals wij bestrijden?
Ons is de vraag gesteld, waarom wij niet
binnenvoeren naar Bergen, Drontheim en
andere havens in de eerste paar uur. Het
doel van het binnenvaren in fjorden zou
zijn geweest, daar liggende vijandelijke tbr-
pedobootjagers te vernielen. Mijn gedachten
waren voortdurend gevestigd geweest op
Narvik. Het schijnt dat daar de weg ligt, die
kan leiden naar een of ander beslissend re
sultaat in den oorlog. Een plan werd voor
bereid voor de landing van twee divisies te
Namsos en Andalsnes en voor een directe
landing in de fjord van Drontheim, waar
vijandelijke strijdkrachten zich van de ha
ven hadden meester gemaakt. Dit' was on
getwijfeld een gewaagde operatie.
Churchill
Er werd geen twijfel gevoeld over de be
kwaamheid der marine, om dit te doen. Dit
plan, dat op 25 April uitgevoerd zou wor
den, werd opgegeven, omdat op 17 April de
twee gelande divisies goede vorderingen
hadden gemaakt en het gemakkelijker leek
Drontheim door deze methode in te nemen
dan de zware kosten van een directen aan
val te aanvaarden.
Ik zie geen reden om mijn opvatting te
wijzigen in het licht van wat wij sindsdien
hebben vernomen. De toestand verergerde
echter snel. Het was derhalve noodzakelijk
de troepen terug te trékken' of ze daar te
laten of te worden vernietigd door een
overweldigende meerderheid. Het besluit
tot terugtrekken was ongetwijfeld gezond.
De terugtrekking van deze 12.000 man,
minder dan een divisie, werd met zeer groo
te bekwaamheid en met veel geluk uitge
voerd.
Wanneer wij meenen dat wij tegen 25
April, meester hadden kunnen zijn van
Drontheim of de puinhoopen, daarvan,zou
den wij dan 'n voldoende leger ten Z. van
Drontheim hebben kunnen brengen om den
aanvaller t ug te slaan? Maar wanneer wij
op dit oogenblik 25 of 30.000 man geallieer
de troepen in actie zouden hebben aan dat
front, hetgeen met het oog op de superio
riteit van den vijand in de lucht hoogelijk
twijfelachtig is, dan zouden die troepen nog
niet op tijd zijn gekomen of tijdig uitgerust
zijn met geschut en steun in de lucht. Ik ge
loof niet, dat het mogelijk zou zijn geweest
den ontzaggelijken druk te weerstaan van
een aanval der Duitschers uit hun schitte-s
rende posities. Er is geen twijfel aan, dat
de Duitsche basis in Oslo en de verbindin
gen naar het N. onvergelijkelijk beter wa
ren dan alles, wat wij hadden kunnen krij
gen in Drontheim en de hulplandings
plaatsen in die streek.
Er waren reeds meer dan 120.000 man
Duitsche troepen, aldus vervolgde Chur
chill, die in Zuid- en midden-Noor.wegen
opereerden, ofschoon wij voortdurend ver
sterkingen hadden kunnen zenden, kan ik
niet gelooven, dat er ook maar de geringste
kans op,een uiteindelijk succes bestond in
een strijd tusschen een leger met basis te
Drontheim en hét Duitsche leger, dat zijn
basis te Oslo heeft.
Ik kan in het geheel niet terugkomen van
mijn veel gecritiseerde verklaring, dat 'de
Duitsche inval in Noorwegen een belang
rijke politieke en strategische vergissing
was. De Duitschers beweren, dat zij elf
slagschepen tot zinken gebracht of bescha
digd hebben. In werkelijk zijn er twee licht
beschadigd en geen enkel slagschip is voor
een dag uit den dienst genomen.
Wij moeten er voor oppassen onze lucht
macht niet uit te putten, met het oog op an
dere gevaren van ernstiger aard, die ons
zouden kunnen bedreigen.
Indien Zweden Noorwegen te hulp was
gekomen en zijn luchtbases ter beschikking
van de Britsche luchtmacht gesteld had, zou
wellicht een andere toestand ontstaan zijn
Ten aanzien van Narvik - zal ik geen in
lichtingen verstrekken. De voorwaarden
zijn daar echter veel meer gelijk, evenals
de mogelijkheid van het zenden van ver
sterkingen".
Bij het begin van de debatten over de
oorlogvoering in het Hoogerhuis, was het
Huis gister ongewoon druk bezet. Lord
Strabolgi, labour-oppositie, opende het debat.
Hij begon met hulde te brengen aan het ge
allieerde expeditiecorps in Noorwegen,
waarna hij zeide, dat een aanzienlijke onge
rustheid bestaat over de regeering en de
wijze, waarop zij haar taak vervult. Zelfs
wanneer men aanneemt, dat de actie in
Noorwegen, vergeleken met den strijd in de
wereld, van ondergeschikt belang is, dan nog
is de zaak zeer slecht behandeld. De fout is,
dat zoowel regeeringsmethoden als regee-
ringspersonen niet deugen. Hieraan moet
snel een einde worden gemaakt, anders wor
den de fouten chronisch.
Lord Strabolgi zeide verder, dat zonder
twijfel in Berlijn plannen klaar liggen voor
aanvallen in alle richtingen. De Britsche
regeering had evenwel moeten zorgen, dat
zij voorbereid was het hoofd te bieden aan
de meest waarschijnlijke. Hij vroeg, waarom
geen krachtiger vlootactie was ingezet tegen
Drontheim en Oslo en hij stelde voor een
commissie te benoemen om een onderzoek
in te stellen naar den veldtocht in Noor
wegen.
Na lord Strabolgi sprak de leider van de
liberale oppositie in het Hoogerhuis, lord
Crewe. Hij vroeg of de Britsche regeering
niet in staat was geweest, zonder de inter
nationale wet te schenden, aan de Noor
sche regeering duidelijk te maken,, welke
gevaren van een Duitschen inval dreigden.
Ook vroeg hij, off het niet mogelijk was
geweest de controle op de Noorsche havens
te behouden, met toestemming van de
Noorsche regeering.
Lord Hankcy spreekt namens de
regeering.
In het Hoogerhuis heeft minister zonder
portefeuille lord Hankey de sprekers na
mens de regeering geantwoord.
Hij wees er op, dat de Engelsche regee
ring niet in gebreke was gebleven de Noor
sche te waarschuwen voor het gevaar, dat
dreigde. De houding der Noorsche regee
ring heeft de Engelsche leiding ernstig in
het nadeel geplaatst.
Engeland was niet voldoende op de hoog
te van de Noorsche plannen en militaire
maatregelen. Spr. herinnerde aan het
dringende beroep, dat de Noorsche regee
ring gedaan had ten behoeve van een her
overing van Drontheim. Hoe groot de moei
lijkheden ook leken, zij schenen niet on
overkomelijk. Mogelijk heeft de regeering
de uitwerking^ overschat van de Engelsche
duikbooten, mijnen en vliegtuigen op de
Duitsche verbindingen. In Noorwegen leek
verder het terrein zich te leenen voor doel
treffende vernielingen op groote schaat
•oor de Noren. Wanneer die vernielingen
mogelijk waren geweest, zouden zij een zeer
groot verschil hebben 'beteekend bij het
belemmeren van den Duitschen opmarsch.
Wat de kwestie- van vlootaanvallen op
Drontheim en Oslo betreft zeide spr. o.a.:
Mijn meening is. dat het niet noodig of
raadzaam is dat ik mededeelingen zou doen
over de nauwkeurige redenen, waarom in
de omstandigheden, zooals die heerschten
op dat oogenblik. geen vlootbombardement
was ondernomen in 't geval van Drontheim.
Op 20 April is een in convdoi varend
schip, geladen met luchtafweergeschut en
ander waardevol materiaal getorpedeerd en
gezonken.
In de bestaande omstandigheden heeft de
regeering haar best gedaan. Niemand mag
de nadeelige uitwerking op de neutralen en
een zeker verlies van prestig onderschatten.
„Wij hebben dat herhaaldelijk moeten dra
gen in een vorigen oorlog en dat heeft ons
niet verhinderd dien oorlog te winnen.
- Spr. wees Op de groote Duitsche verlie
zen en zeide: Ik vind verder steun in het
feit, dat onze strijdkrachten zich gedragen
hebben op een wijze, die in overeenstem
ming is met de groote tradities van het
verleden".
Lord Halifax spreekt.
Het woord was vervolgens aan lord Hali
fax. Deze zeide o.m., dat niemand in Hoo-
ger- of Lagerhuis eenig onderscheid mag
maken tusschen den premier en de andere
leden van het oorlogskabinet, dat in volle
dige overeenstemming met hem is geweest
en de volledige verantwoordelijkheid- voor
wat gedaan is, met hem deelt. Spr. kon niet
beweren, dat er geen fouten waren gemaakt
maar wilde toch niet de verontschuldigende
houding van de beklaagde aannemen. Wan
neer de leden der regeering met zeer ver
schillende denkbeelden en opvattingen ten
aanzien van de regeeringsproblemen eens
gezind zijn over een zekeren koers en wan
neer zij tot conclusies komen zooals het
geval was zonder aarzeling en met bij
stand van het beste technische advies,
waarover zij kunnen beschikken, dan is
het niet unfair om hieruit af te leiden, dat
anderen op grond van dezelfde inlichtingen
tot conclusies zouden zijn gekomen, die niet
veel anders zijn geweest. Halifax gaf toe,
dat men een prestigeverlies had geleden.
Wat de critiek betreft volgens welke En
geland geen doeltreffende, tijdige hulp
brengt aan de neutralen, zeide Halifax, dat
wanneer de geallieerden den oorlog winnen,
er bepaalde verzekeringen zijn voor hen, die
geknecht worden door de nationaal-socialis-
tische tyrannie en dat, wanneer de geallieer
den falen de slachtoffers der Duitsche agres
sie geenerlei hoop zullen hebben op herstel.
Ik heb voor mij zelf nooit verborgen, welke
onmetelijke inspanning op ons zal worden ge
legd of dat het voor een groot deel afhanke
lijk zou zijn van onze bekwaamheid om
standvastig te blijven, en onze inspanning te
ordenen, zonder verkwisting van vitale
energie. Daarom zal de regeering, naar ik
hoop, niet afgebracht worden van het hoofd
zakelijke doel, maar zij zal optreden zooals
en wanneer het haar toeschijnt in het licht
van het best mogelijke technische advies
met een actie, die het best berekend is op
het tot stand brengen van resultaat. Niets
zou meer tot een rampspoed leiden, dan toe
geven aan de verleiding tot avonturen op
groote schaal.
Sprekende over de nieuwe taak van Chur
chill zeide Halifax de hoop te deelen, dat
het resultaat der nieuwe regeling een waar-
devollen bijstand zou geven in de richting
van een hoogere oorlogsstrategie. Over het
voorstel, om een oorlogskabinet in te stellen
zeide Halifax, dat het zeer reëele gevaar be
stond, dat een schijnbare vereenvoudiging
eenvoudig een nieuw kamrad in de machine
zou brengen en nog meer vertraging zou
veroorzaken.
Wij hebben allen één doel n.l. den oorlog
te winnen en wanneer te eeniger tijd ge
dacht zou worden, dat het geval aanwezig
was, dat anderen dit werk beter konden
doen, dan zou stellig geen lid van de regee
ring ongeneigd zijn om verlost te worden
var de verantwoordelijkheid.
Wanneer critiek geoefend wordt na de ge
beurtenissen moet zij gebaseerd zijn op vol
lediger kennis dan de regeering had, toen zij
handelde.
De debatten eindigden in het Hoogerhuis
zonder stemming. Voordat Halifax het
woord nam, had de luchtmaarschalk lord
Trenchard gezegd, dat voor hem de ge
dachte volkomen onbegrijpelijk was, dat de
Duitschers een aanval op Engeland zouden
hebben kunnen voorbereiden.
Dit zou beteekenen, dat Duitschland een
invalsoperatie zou gaan voorbereiden over
honderden mijlen zeeoppervlakte onder het
oog van een overweldigende vloot.
De Duitschers hebben beweerd 28 krui
sers tot zinkengebracht of beschadigd te
hebben. In werkelijkheid hebben een krui
ser en een luchtafweerschip schade opge-
loopen..
De Duitschers hebben tien levehs verlo
ren voor ieder door ons verloren leven. Wij
zien geen reden, waarom onze controle niet
doeltreffender zou worden, nu de Noorsche
corridor niet langer bestaat. De Engelsch-
Fransche koopvaardij kan thans vertrouwen
op de Noorsche vloot, die de vierde plaats
op de wereldlijst inneemt. Wij hebben de
controle over een zeer groot deel der Deen-
sche scheepvaart. Hoewel de geallieerden
800.000 ton aan scheepsruim te hebben ver
loren, is driekwart daarvan reeds weer ge
compenseerd door veroverde schepen en
nieuwen aanbouw.
Churchill besloot met de woorden:
„Geen enkel oogenblik is den wereld
oorlog zijn wij in grooter gevaar ge
weest dan thans en ik dring er ten
sterkste bij het Huis op aan deze din
gen niet overhaast te behandelen, doch
op ernstige wijze, op het juiste oogen
blik en in overeenstemming met de
waardigheid van het parlement".
De stemming.
Het Huis ging daarna over tot stemming
over dé motie tot verdaging, waarop het
debat gebouwd was geweest. Na de stem
ming werd de vergadering verdaagd.
De motie van verdaging werd
aangenomen met 281 tegen 200
stemmen.
Meer dan 40 regeeringsaanhangers voeg
den zich bij deze stemming bij de oppositie.
Honderddertig regeeringsaanhangers brach
ten hun stem niet uit: 30 hunner waren
ziek, enkele waren in dienst en andere wa
ren om verschillende redenen afwezig.
Tot de 40 regeeringsaanhangers, die tegen
de .regeering stemden behoorden Duff Coo
per, Hore Belisha, admiraal Keyes, Amery,
King Hall, lord Wolmer, kolonel Macnama-
ra,'Har61d Nicholson en lady Astor.
Het verluidt, dat de arbeidersoppositie
zou weigeren aan een regeering onder
Chamberlain deel te nemen.
De parlementaire redacteur van Reuter
schrijft, dat bij de debatten de ministers
verstoord over de critiek schenen. Him re
devoeringen waren geen goede verdediging
en zelfs Churchill werd gemakkelijker van
de wijs gebracht: hij was minder strijdlustig
dan anders. Het staat, aldus deze redacteur,
vrij wel ^vast, dat een versterking van de
oorlogsvoering uit de stemming zal voort
vloeien.
Reorganisatie der regeering?
Reuter meent te weten, dat de minister
president zijn ambt zal blijven waarnemen,
doch dat een reconstructie der regeering in
overeenstemming met de stemming zeer
waarschijnlijk is. Het is mogelijk, dat de op
positie opnieuw zal worden aangezocht bij
deze reconstructie haar medewerking te
verleenen.
„Weggaan, weggaan!"
De parlementaire correspondent van
Reuter schrijft: De meerderheid der regee
ring, 81 stemmen, was geringer dan de cri
tici der regeering hadden verwacht. Zoodra
de cijfers bekend werden gemaakt, weer
klonken verraste en opgetogen kreten van
de oppositiebanken en van eenige banken
der regeeringsaanhangers, gepaard gaande
met het roepen van „aftreden". Eenige mi
nuten lang heerschte er een intense opwin
ding en daarop begon de oppositie in
spreekkoor te roepen: „Weggaan, weggaan",
aan het adres van de regeering.
Aangezien de zaken van den dag afge
handeld waren, stonden de ministers onder
leiding van Chamberlain op en verlieten
langzaam het Lagerhuis,«onder herhaald
roepen der oppositie: „Weggaan", terwijl
tevens gejuich van aanhangers der regee
ring weerklonk. Aangezien de regeering in
de meerderheid is gebleven, zij het ook een
sterk verminderde meerderheid, deed zich
voor de oppositie niet de gelegenheid voor
om te vragen naar de voornemens der re
geering, zooals dat gebeurt, wanneer de re
geering in feite verslagen is. Het is duide
lijk, dat op. dit oogenblik de voornemens
van den premier niet bekend kunnen zijn.