DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. Het Duitsche legerbericht. Italiaansch legerbericht. ALKMAARSCHE URANT. Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsoriis per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. No. 167 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. PRIJS DER GEWONE ADVERTENT IEN: Van 1 -5 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Tefef. 3320, redactie 3330. Woensdag 17 Juli 1940 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 142e Jaargang Het opperbevel der weermacht maakt be kend: Een duikboot meldt, dat zij scheepsruimte der vijandelijke koopvaardij met een inhoud van 23,600 bruto registerton tot zinken heeft gebracht. Een tweede duikboot heeft een vijandelijke tankboot van 9000 ton, die in een sterk beveiligd convooi voer, in den grond geboord. Bij herhaalde luchtaanvallen op 15 Juli op het Engelsehe scheepvaartverkeer in het Kanaal gelukte het drie koopvaardijschepen met een totalen inhoud van 18.000 bruto registerton tot zinken te brengen en nog vijf koopvaardijschepen met bommen te be schadigen. In den loop van den dag viel het lucht- wapen verder de Britsche vliegvelden van Pembroke, St. Athanatan, Phymouth en Bicester, de haveninstallaties in Cardiff en Brighton, benevens een vliegtuigfabriek in Yeovil aan. De neergeworpen bommen deden talrijke branden en ontploffingen ontstaan. Engelsehe vliegtuigen hebben in den af- geloopen nacht wederom in Noord- en West- Duitschland op eenige plaatsen bommen neergeworpen, zonder schade aan te richten. Het Italiaansche algemeene hoofdkwartier publiceert legerbericht no. 36. Het luidt als volgt; Maandag is gemeld, dat een vijandelijke torpedoboot jager is getorpedeerd. Dit was het resultaat van Ce fortuinlijke ontmoeting van een onzer duikbooten, die stoutmoedig den strijd aanbond met zes vijandelijke tor- pedobootjagers. Een onzer formaties luchtstrijdkrachten heeft in Palestina de basis van Haïfa ge bombardeerd, een belangrijk petroleum- centrum. Verscheidene opslagplaatsen, een raffinaderij en andere installaties werden getroffen. Er ontstonden geweldige bran den, welke onze vliegers, die allen, na^r hun bases terugkeerden, nog op den terugweg op een afstand van ongeveer 200 km kon den zien. Tijdens luchtaanvallen op Tobroek, die zonder resultaat bleven, werd een Engelsch vliegtuig neergehaald. De inzittenden wer den gevangen genomen. In Oost-Afrika hebben bnze troepen, dank zij een schitterende actie van onze troepen, de plaatsjes Doekeila, Terkeile, Tagana, Kokay,a Dula en Dandula bezet in Somali- land in de richting van Dolo, waardoor het front in deze richting met ongeveer 300 km is bekort. Een poging van den vijand om een aanval te ondernemen op onze stellingen in de zóne van het Rudolphmeer is afgeslagen met behulp van de plaatselijke bevolking, waarbij den vijand verliezen werden toe gebracht. DUITSCKE TEGENSPRAAK. De Britsche radio heeft op 15 Juli be weerd, dat de Duitsche fabrieken thans 21 uur per dag gifgas vervaardigen en voegde hieraan de ironische opmerking toe, dat Duitschland zich zeker spoedig beklagen zal over het gebruik van gifgas door Engeland. Het doel, dat de Britsche radio met dit be richt nastreeft, is, naar van Duitsche zijde wordt verklaard, al te doorzichtig. Duitsch land heeft den oorlog tot dusver strikt vol gens de bepalingen van het volkenrecht ge voerd. Thans echter schijnen de Britten weder opnieuw, zooals reeds zoo dikwijls, een nieuwe schending van internationale overeenkomsten te willen plegen. De mo tieven hiertoe zijn klaarblijkelijk de zooge naamde Duitsche voorbereidingen tot den gasoorlog, die geheel en al verzonnen zijn. „Wij waarschuwen Engeland", zoo voegt men hieraan toe. EEN VERKLARING VAN ATTLEE. De lord-grootzegelbewaarder, Attlee, heeft in het Lagerhuis verklaard, dat de regeering haar plan voor het overbrengen der kinde ren naar overzeesche landen had uitgesteld, tot de toestand ter zee het mogelijk zou ma ken, dat men voldoende escorteschepen ter beschikking zou hebben. Er is echter een grondige wijziging ingetreden door de ver hezen aan scheepsruimte en het wegvallen van een groot deel der Fransche vloot. In de bestaande omstandigheden heeft de geheele Britsche vloot in de eerste plaats de taak, de nationale veiligheid te waarborgen. Daar voor moeten, aldus Attlee, alle andere over wegingen wijken. DE OORLOG IN DE LUCHT. Tegenover beweringen der Engelsehe pro paganda, volgens welke de Duitsche ver liezen aan vliegtuigen in den tijd van 23 Juni tot 12 Juü in een verhouding van vijf tot een of zelfs van zes tot een staan tot de Engelsehe verliezen, constateert de Duitsche pers: in de genoemde tijdruimte verloor volgens de legerberichten het Britsche luchtwapen 223 vliegtuigen, terwijl 47 Duitsche toestellen als vermist of verloren opgegeven werden. SPAANSCHE PERSSTEM OVER DEN TOESTAND VAN ENGELAND. Naar aanleiding van Churchills radiorede constateert de ABC, dat de blokkade tegen Engeland van uur tot uur doeltreffender wordt en dat de „splendid isolation" thans voor Engeland tot een onaangename werke lijkheid is geworden. De Duitsche luchtaan vallen hebben drie gevolgen: In de eerste plaats de belemmering van de voorziening van overzee door het verstrooien van - alle convooien, in de tweede plaats de voortdu rende bedreiging van het militaire weer standsvermogen door de vernietiging van industriecentra, havenwerken enz. En ten slotte het murw maken der burgerbevol king. Deze drie dingen verklaren het gebrek aan ernst in de rede van Churchill en de paniekstemming onder het volk, dat werke loos moet toezien, hoe zijn heerschappij over de wereldzeeën verdwijnt, zonder dat de home fleet daaraan ook maar iets kan ver anderen. Het ergste voor Engeland is echter, dat elk initiatief zonder uitzondering in Duitsche handen is. DE DOOR HET FRANSCHE LEGER AANGERICHTE VERWOESTINGEN. De verwoestingen door de terugtrekkende Fransche legers in België en in het eigen land, aldus het D. N. B., konden tot dusverre alleen door bezichtiging ter plaatse bewezen worden. Thans zijn het Duitsche leger verschillende documenten in handen gevallen, waaruit onomstootelijk blijkt, dat de Fransche troependeelen vol gens uniforme, van te voren verstrekte aan wijzingen hebben gehandeld. In dit verband verschaft een besluit van den generalen staf van den opperbevelheb ber van het Fransche Noordoost front zeer veel opheldering Dit besluit is gedateerd 29 Mei 1940 en luidt ongeveer als volgt: Ten einde door verwoestingen en vernie lingen een ernstige vertraging in den op- marsch van vijandelijke gemotoriseerde af- deelingen te verkrijgen, moeten deze op doeltreffende wijze ten uitvoer worden ge legd. Zoo mag bv. niet geaarzeld worden in een dorp verscheidene huizen in de lucht te laten vliegen, teneinde zoodoende bij den uitgang van het dorp groote puinhoopen te vormen, voor het opruimen waarvan de vijand langen tijd noodig heeft. DE KABINETSCRISIS IN JAPAN. Het plotseling aftreden van het kabinet Yonai heeft in Tokio algemeene verrassing gewekt, ofschoon sinds langen tijd een reconstructie der regeering werd verwacht. Men vermoedde, dat Yonai tenminste zou probeeren het huidige kabinet met nieuwe functionnarissen voor de portefeuilles van buitenlandsche zaken en oorlog voorloopig bijeen te houden. Een dienovereenkomstig verzoek aan den minister van oorlog, Hata, zijn opvolger aan te wijzen, werd echter onder verwijzing naar het gemeenschappe lijke besluit der vooraanstaande generaals van de hand gewezen, daar het leger niet in staat was een nieuwen minister voor de portefeuille van oorlog aan te wijzen, waar op het geheele kabinet tot aftreden was ge dwongen. Volgens een Domeibericht heeft de mi nister van oorlog zijn aftreden uitdrukkelijk verklaard met het feit, dat de regeering- Yonai zich passief gedragen heeft tegenover een nieuwe politieke structuur. Wil Japan echter de gestadig toenemende moeilijk heden overwinnen, dan is een binnen- landsch-politieke hervorming noodzakelijk. Wanneer Japan in het algemeen de voorge nomen nieuwe ordening in Oost-Azië ten uitvoer leggen wil, dan moet het vastbeslo ten de consequenties trekken uit de reeds duidelijk zichtbare beslissingen van den Europeeschen oorlog. De voornaamste taken van het nieuwe kabinet zijn de volgende: 1. Een inzet zonder eenige terughoudend heid voor de door het volk en de partijen geëischte en door de weermacht ondersteun de eenheidsbeweging als voorwaarde voor de autoritaire staatsleiding. 2. Een volkomen bewapening door gebruik te maken van een door den staat gecontro leerd economisch leven. 3. Een duidelijke buitenlandsche politieke doelstelling ter beëindiging van het conflict met China als voorwaarde voor de politieke en economische reorganisatie van Oost- Azië. HET VERVOER NAAR CHINA OVER BIRMA. Op de vraag, wat de houding van Amerika is ten aanzien van de berichten, dat de Brit sche regeering op verzoek van Japan het vervoer van bepaalde goederen naar China over Birma tegelijk zal verbieden, heeft staatssecretaris Huil verklaard: De regee ring der Vereenigde Staten heeft er een wettig belang bij, dat overal ter wereld de belangrijke handelsaders open blijven. Zij beschouwt den bedoelden maatregel, wan neer hij tot uitvoering zou worden gebracht, evenals de reeds plaats gehad hebbende sluiting van de route over Fransch-Indo- China als een „ongerechtvaardigde oprich ting van hinderpalen voor den wereldhan del". VOOR DEN AANVAL OP ENGELAND. Over de situatie aan den vooravond van den beslissenden slag tegen Engeland schrijft de Deensche „National Tidende": Te oordeelen naar de reactie op de rede, Zondag door Churchill gehouden, zal de slag van Duitschland tegen Engeland met ver schrikkelijke kracht aankomen. Indien het Engelsehe volk niet de volslagen verwoes ting van Engeland en de vernietiging van het Britsche rijk wenscht. dan moet het zich haasten zich van de plutocratische kliek van Churchill te ontdoen. „Berlingske Tidende" schrijft: Uit de jongste commentaren op de rede van Churchill blijkt, dat alle praatjes over een vredesinitiatief zijn weggevaagd. De Duitsch-Engelsche oorlog komt in een beslissende phase. LUXEMBURGS SOUVEREINEN NAAR AMERIKA. Het departement van buitenl. zaken deelt mede, dat zich aan boord van den Ameri- kaanschen kruiser „Trenton", die uit de Europeesche wateren op de thuisvaart is, de groothertogelijke familie %/an Luxemburg bevindt. Toestemming om naar de Vereenig de Staten te reizen is aan de groothertoge lijke familie verleend nadat zij een beroep had gedaan op het asylrecht. Op den krui ser bevinden zich de prins-gemaal Felix en zijn zes kinderen. De groothertogin zou te Lissabon zijn achtergebleven. DE OORZAKEN VAN DEN BELGISCHEN NEDERLAAG. Het Belgische gezantschap te Washington heeft een verklaring gepubliceerd, waarin wordt geconstateerd, dat België niet door verraad het onderspit heeft gedolven, maar ten eerste door de betere strijdkrachten en de betere militaire tactiek aan Duitschen kant en ten tweede door het volkomen ge brek aan bescherming door het luchtwapen der Engelschen. De Belgen, zoo constateert de verklaring verder, hebben gestreden zonder hulp der geallieerden, die zich reeds naar Duinkerken terugtrokken, tot een verdere strijd alleenp,raar nutteloos bloed vergieten zou zijn geweest en de Belgische koning derhalve den strijd staakte. HET PARTIJCONGRES TE CHICAGO. De voorzitter van het Huis van Afgevaar digden, Bankhead, heeft Maandagavond te Chicago op den democratischen partijdag een toespraak gehouden, waarvan de inhoud een aanwijzing is voor het verdere verloop van het congres der democratische partij. Bankhead heeft het grootste gedeelte van zijn rede gewijd aan de verdediging van het achtjarige democratische bewind. Voorts gaf hij een opsomming van de binnenland- sche hervormingen van Roosevelt, terwijl hij zich, in aansluiting hierop, energiek keerde tegen de „listige intriges" de demo cratische partij te bestempelen als oorlogs partij. Hij diende den republikeinen van antwoord en noemde hun verkiezingspro gram een politieke uitvlucht. Volgens Bank head zou de democratische regeering zich tegen een deelneming door de Ver. Staten aan den Europeeschen oorlog onvoorwaar delijk hebben verzet. De president, staats secretaris Huil en het congres, dat door de democraten wordt beheerscht, zouden al het mogelijke hebben gedaan om den we reldvrede te bewaren en zouden alle voor zorgsmaatregelen getroffen hebben om de Ver. Staten buiten den oorlog te houden. DE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DEN OORLOG. Het blad Oeuvre schrijft ten aanzien van de verantwoordelijkheid voor den oorlog: De jongste verklaringen van Bonnet toonen duidelijk aan, dat het ergste vermeden had kunnen worden. De verantwoordelijkheid van Engeland is verpletterend. De oorlogs verklaring van Frankrijk is door valsch spel verkregen. Dit woord is niet te sterk. De Paris-Soir ziet eveneens de oorzaak van het mislukken der laatste Italiaansche poging om den vrede te redden in de door het Britsche kabinet gestelde voorwaarde, dat de Duitsche troepen uit Polen moesten worden teruggetrokken. Deze voorwaarde is voor de door Mussolini voorgestelde con ferentie gesteld, omdat men van te voren wist, dat de Führer haar nooit zou aanvaar den. Frankrijk heeft toen echter niet met zijn bondgenoot willen breken. DE ENGELSCHE VERLIEZEN IN DE MIDDELLANDSCHE ZEE. De verliezen, die het Engelsehe eskader bij den zeeslag bij de Balearen heeft ge leden, worden thans vanuit Gibraltar be vestigd. Ofschoon bij het ontschepen van de doo- den en gewonden van het Britsche eskader het publiek door troepen achteruit werd ge drongen, opdat de aan land gebrachte slacht offers niet geteld zouden kunnen worden, is dit plan mislukt. Twee Spaansche dokwerkers hebben de ontscheping bijgewoond en zijn daarna met verschillende arbeiders ontsnapt. Zij hebben minstens 128 dooden en 23 gewonden ge teld en deelen mede, dat bijna alle Engelsehe schepen duidelijke sporen van den strijd vertoonden. De Hood vertoonde slagzij. DE ITALIAANSCHE OPERATIES IN DE MIDDELLANDSCHE ZEE. In een speciaal bericht van het Italiaan sche leger worden de volgende bijzonderhe den medegedeeld over het verloop van de Italiaansche oorlogsoperaties in de Middel- landsche Zee, voornamelijk in de afgeloo- pen week. Van bijzondere beteekenis zijn de gege vens over de bedrijvigheid, die door het Italiaansche luchtwapen in het westelijke en oostelijke gebied van de Middelandsche Zee is onwikkeld, teneinde den terugtocht van de Engelsehe eskaders naar Gibraltar en Alexandrië te belemmeren. Volgens de ze gegevens werd de vijand niet minder dan veertig maal aangevallen, waarbij de vij andelijke eskaders door vijftig bommen, waaronder van het zwaarste kaliber, wer den getroffen en zichtbare schade opliepen. Tien vijandelijke jachtvliegtuigen werden neergeschoten. Uit ooggetuigeberichten, fo tografische documenten, de langzaamheid, waarmede de vijandelijke schepen zich op den terugtocht bewogen en het zwijgen van de vijandelijke luchtdoelartillerie blijkt met zekerheid, dat deze schade aanzienlijk is. Een torpedojager en een vrachtschip zijn, naar vaststaat, tot zinken gebracht. Twee slagschepen, vier kruisers, twee vliegtuig moederschepen en twee torpedojagers zwaar getroffen. Twaalf vliegtuigen zijn neerge schoten. Van de vliegtuigen aan boord van de vliegtuigmoederschepen zijn er ongeveer tien vernield of beschadigd. Het staat on omstootelijk vast, dat het slagschip Hood door drie bommen is getroffen en wel de centrale plaats van de vuurleiding voor het zwaarste geschut en in de meetkamer. Het vliegtuigmoederschip Ark Royal is door een bom getroffen, waardoor het aan den rechterhoeg uitstekende gedeelte van zijn vliegtuigbaan werd vernield en zeven vliegtuigen werden vernietigd. Het vliegtuigmoederschip Eagle vertoont aan den boeg een groote scheur in den scheepswand. Uit het bericht met de bij zonderheden van den zeeslag blijkt, dat het vuur van de Italiaansche slagschepen Ce- sare en Cavour, op een afstand van 2600 meter werd geopend en snel op het doel werd gericht, zoodat verschillende treffers konden worden waargenomen. Een van de vijandelijke schepen helde sterk voorover en staakte het vuren. Ook het vuren van den vijand was goed gericht, want een 38.1 centimeter granaat heeft een Italiaansch slagschip midden op het dek in de buurt van een schoorsteen getroffen. Hierdoor werd het Italiaansche slagschip echter niet gehinderd, het vuren met onverminderde snelheid voort te zetten, daar geen vitaal deel was getroffen. ROOSEVELT EN DE PRESIDENTS VERKIEZINGEN. President Roosevelt heeft even na mid dernacht het partijcongres door senator Barkley doen mededeelen, dat hij noch den wensch, nóch het voornemen heeft om zich eigener beweging wederom candidaat te stellen. Het staat echter allen gedelegeerden, op wie hij niet den geringsten druk heeft uitgeoefend, vrij om voor eiken candidaat, dien zij willen, te stemmen. Deze verklaring van Roosevelt wordt over het algemeen aldus uitgelegd, dat de presi dent alleen candidaat zou willen worden gesteld door een spontaan besluit van den partijdag. DE ENGELSCHE BOMBARDEMENTEN. Uit Londen werd op 14 Juli gemeld, dat de aanval van de Royal Air Force op Emden, in den nacht van 12 op 13 Juli, buitengewoon veel succes zou hebben gehad. Petroleumopslagplaatsen, fabrieken en pak huizen zouden hevig zijn gebombardeerd. Het zou gemakkelijk zijn geweest om deze doelen te herkennen, daar het zicht buiten gewoon goed was. Van Duitsche zijde wordt hiertegenover vastgesteld, dat in werke lijkheid 40 bommen boven Emden zijn neer geworpen. Daardoor zijn slechts twee woon huizen verwoest en verschillende bescha digd Er zijn vijf burgers gedood en 16 gewond. BULLITT NAAR AMERIKA VERTROKKEN. De Amerikaansche ambassadeur Bullitt is gister met het clippervliegtuig naar New- York vertrokken. Vóór zijn vertrek heeft hij aan het blad „Diaria de Noticias" een inter view toegestaan, waarin hij verklaarde, dat hij gisteren reeds telefonisch met Roosevelt heeft gesproken. Roosevelt zal hem reeds morgenavond in het Witte Huis ontvangen. Op een vraag antwoordde Bullitt, dat de be zetting van Parijs door de Duitsche troepen zonder bloedvergieten was geschied. Vóór hij uit Parijs was vertrokken, had de Duitsche delegatie hem een beleefdheids bezoek op de ambassade gebracht. Tenslotte sprak Bullitt het gerucht tegen, dat hij het voornemen zou hebben de Amerikaansche ambassade bij de Fransche regeering in de toekomst naar Madrid over te brengen. Zijn reis naar de Vereenigde Staten heeft uit sluitend ten doel Roosevelt op de hoogte te stellen van den toestand in Europa. DE JAPANSCHE REGEERINGSCRISIS. Onder voorzitterschap van den lordgroot- zegelbewaarder, Markies Kido, is tegen hedenmiddag een vergadering belegd, waar aan zullen deelnemen persoonlijkheden, die in nauw contact met den troon staan, zooals prins Konoye en verscheidene vroegere eerste ministers en de voorzitter van den geheimen staatsraad, Hara, teneinde den toestand te bespreken, zooals die is ontstaan door het aftreden van het kabinet Yonai, en te beraadslagen over de opvolging. In aan sluiting hierop zal Kido een bespreking hebben met prins Saionji. Na deze beraadslagingen zal de lordgroot- zegelbewaarder rapport uitbrengen aan den keizer en voorstellen doen tot benoeming van den nieuwen premier, resp. het nieuwe kabinet. In politieke kringen is men van meening, dat nog vandaag een beslissing van den keizer verwacht kan worden. Volgens berichten in de bladen zien Kido en de overige in nauw contact met den troon staande persoohlijkheden in prins Konoye den geschikten nieuwen minister-president, zoodat nog nauwelijks kan worden getwij feld aan diens benoeming. In politieke kringen in Tokio is men al gemeen van opvatting, dat de eenige staats man, de de moeilijke binnen- en buitenland sche politieke problemen van het oogenblik tot oplossing kan brengen vorst Konoye is. Men beschouwt de houding van het leger en de politieke partijen als beslissend voor de verwachte benoeming van Konoye tot minister-president. Zooals men weet, heb ben de politieke partijen zich uitgesproken ten gunste van de z.g. nieuwe politieke structuur. Naar men in politieke kringen verder ver klaart, staat Konoye dan voor de volgende drie groote taken: 1. De vorming van een politieke eenheids organisatie, welke gesteund wordt door alle volkslagen zoowel als door de weermacht en het zakenleven. 2. De vorming van een regeering, waarin de nieuwe politieke structuur haar eenheids uitdrukking vindt. 3. Uitvoering van de op grond van den veranderden toestand in de wereld nood zakelijk geworden binnen- en buitenlandsch politieke hervormingen, gesteund op een eenheidspartij in den Rijksdag. Aangezien de ontbinding van de meeste partijen reeds is geschied en de ontbinding van de Minseito binnenkort verwacht wordt, houdt men de vorming van een politieke eenheidsorganisatie, aan welker hoofd Konoye moet staan. Welingelichte kringen zijn, naar de Tokio Nitsji Nitsji meldt, van meening, dat prins Konoye alleen dan de functie van minister president zal aanvaarden, wanneer de mili tairen zekere voorwaarden accepteeren. Daarmede wil Konoye een goede samen werking met de militairen voor de toekomst verzekeren. Mocht de weermacht echter een afwijzende houding aannemen, dan zal Konoye de kabinetsformatie van de hand wijzen. Men zou dan eventueel een over gangskabinet moeten verwachten. DE MEENING VAN JULES ROMAINS. De Fransche schrijver Jules Romains, die uit Portugal te New-York is aangekomen, heeft naar het D. N. B. uit New-York meldt, tegenover persvertegenwoordigers ver klaard, dat Frankrijk nooit „fascistisch zal worden". De overwegende meerderheid van het Fransche volk is tegen „fascisme" en de invoering van een regeeringsvorm, welke op fascisme lijkt, is onmogelijk. DE VLUCHTELINGEN VAN GIBRALTAR. Uit welingelichte bron, zoo meldt het agentschap Stefani, is thans de ware oor zaak vernomen van de terugreis der vluch telingen uit Gibraltar, die eerst naar Fransch Marokko waren vervoerd, naar hun eigen stad. Na het sluiten van den wapen stilstand tusschen de spilmogendheden en Frankrijk had de Britsche regeering onge veer 20.000 Franschen uit Engelsehe gebieden gewezen. Dit waren Franschen, die weigerden de z.g. regeering van de Gaulle te erkennen. De uitgewezenen werden op de oudste en meest vervallen schepen geladen en kwamen in vreeselijken toestand in Fransch Marokko aan Vol verontwaardi ging namen de Fransche autoriteiten tegen maatregelen, waardoor de vluchtelingen uit Gibraltar in Fransch Marokko werden ge troffen. DE VERKIEZINGEN IN LETLAND. De op 14 en 15 Juli in Letland gehouden parlementsverkiezingen hebben een rustig verloop gehad. Volgens een voorloopige mededeeling van het centrale kiescomité, bedroeg de deelneming aan de verkiezingen voor de door de communistische partij op gestelde candidatenlijst in de steden rond 90 procent, op het platteland rond 84 procent en in Riga rond 95 procent. Het nieuwe parlement komt waarschijn lijk op 20 of 21 Juli bijeen om de belang rijkste staatsrechtelijke vraagstukken, de nieuwe grondwet en veranderingen oj sociaal gebied in behandeling te nemen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1