DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN Koning Carol doet afstand van den troon. De veeteelt in Engeland. Een verklaring van Churchill De Engelsch-Amerikaansche overeenkomst. De ruilhandel zou in Engeland met gemengde gevoelens ontvangen zijn. Italiaansche commentaar op de rede van Hitler. De nieuwe grens van Hongarije. De toestand in Roemenië Welke distributie bonnen? De Britsche luchtdefensie. ALKMAARSCHE Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij voaruitbetaling voor Alkmaar 2. franco door het geheele Rijk 2.50. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. No. 211 Dit nummer bestaat uit twee bladen. Directeur: C. KRAK. Vrijdag 6 September 1940 Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. 142e Jaargang Boekarest, 6 Sept. (D.N.B.) Ko ning Carol van Roemenië heeft in den afgeloopen nacht ten gunste van zijn zoon, kroonprins Michaël, die in October 19 jaar oud wordt, afstand gedaan van de troon. Naar verluidt, zal de koning nog in den loop van vandaag naar Zwitserland vertrekken. Een offi cieel bericht over dezen troons afstand is nog niet gepubliceerd. De proclamatie van koning Carol. Boekarest, 6 September (D.N.B.) Koning Carol heeft van zijn troonsafstand mededee- ling gedaan in de volgende, door- de radio en in extra-edities der bladen verspreide proclamatie: Roemenen. Tijden van ernstige schokken en zorgen trekken over ons land. Sedert tien jaren heb ik er naar gestreefd, alles voor het welzijn van Roemenië te doen, zooals mijn geweten het mij ingaf. Thans ligt over het land, dat voor groote gevaren heeft ge staan, rouw. Uit liefde voor dezen grond, waarop ik geboren en opgegroeid ben, wil ik de gevaren uit den weg ruimen, door mijn zoon, van wien gij houdt, den zwaren last der heerschappij over te dragen. Ik bid, dat dit voor de redding van het vaderland gebrachte offer niet vergeefsch zal zijn. Ik verzoek allen Roemenen, mijn zoon met trouw en liefde'-te omringen, opdat hij den steun vindt, die hij voor de voortaan op zijn schouders rustende zware verantwoordelijk heid noodig heeft. Moge God ons land be schermen en het een trotschere toekomst verzekeren. Leve Roemenië. Koning Michael legt den eed af. Boekarest, 6 Sept. (D.N.B.) Om half tien heeft koning Michael in de troonzaal van het koninklijk paleis te Boekarest voor minister-president Antonescu en den Pa triarch van de orthodoxe kerk van Roeme nië, Nidulescu, den eed afgelegd. De korte eedsformule luidt: Ik zweer, het erfgoed van Roemenië, zijn grenzen en zijn integriteit te waarborgen. Zoo waarlijk helpe mij God almachtig. Vervolgens legde minister-president ge neraal Antonescu den eed op den nieuwen koning af. De formule luidt: Ik zweer trouw aan koning Michael, den Roemeenschen staat en de Roemeensche natie. Zoo waar lijk helpe mij God almachtig. Het opmerke lijke van deze formule is het ontbreken van de verplichting ten aanzien van de grond wet, wat hiermede verklaard moet worden, dat terstond na de benoeming van Anto nescu tot premier de grondwet buiten wer king is gesteld. Een oproep van Antonescu. Boekarest, 6 Sept. (D.N.B.) Minister president generaal Antonescu heeft den vol genden oproep tot de natie gericht: Roemeensche broeders. Uit het diepst van mijn hart richt ik tot u het dringend ver zoek, alles te vergeten, u om onzen jongen koning te scharen, de orde te bewaren en aan den arbeid te gaan. Leve Roemneië. De voedermiddelen zullen schaarsch zijn. Londen 5 September (D. N. B.) De Britsche radio-omroep heeft den En- gelschen boeren medegedeeld, dat voe dermiddelen voor varkens en pluimvee den komenden herfst in geheelEngeland zeer schaarsch zullen zijn. Het is derhalve raadzaam, aldus de omroep, dat de boeren keukenafval uit hotels, huishouding, enz. trachten te krijgen. In drogen toestand kan deze afval ook tot den winter be waard worden. In sommige deelen van het land, is .de inzameling reeds georganiseerd. „Wij moeten ons voorbereiden op den scherpsten strijd". Londen, 6 Sept. (D.N.B.) In zijn verkla ring in het Lagerhuis over den oorlogstoe stand heeft Churchill toespelingen gemaakt op den overdracht der Amerikaansche tor- pedobootjagers aan de Britsche marine. De torpedobootjagers, zoo zeide hij, zullen zon der verwijl in- actieven dienst genomen worden. Het zou een vergissing zijn, wan neer men in de officieele nota meer wilde lezen dan de documenten zelf zeggen. Omtrent de Balkankwestie zeide Chur chill: Ik ben steeds van meening geweest, dat het Zuiden der Dobroedsja aan Bulga rije moest worden teruggegeven en ik ben nooit zeer verheugd geweest over de wijze, waarop Hongarije na den vorigen oorlog is behandeld. De premier voegde hieraan toe: „Wij stellen voor geen territoriale wijzigin gen, die tijdens den oorlog plaats vinden, te erkennen, wanneer zij niet geschieden met vrije instemming van de betrokken par tijen". Omtrent den luchtoorlog zeide Churchill: „Wij moeten ons in deze maand voorberei den op den scherpsten strijd. De vijand zal zijn aanvallen in den loop van September nog vermenigvuldigen. Maar zelfs wanneer de aanval verdubbeld of verdrievoudigd is, gelooven wij toch weerstand te kunnen bie den". Churchill kondigde een wijziging in het systeem van de luchtalarmsirenes aan, waar door onnoodig alarm moet worden verme den. Betreffende het midden-oosten zeide Churchill, dat Engeland daar verdacht moet zijn op zwaren strijd. Lagerhuis verdaagd tot 18 Sept. Londen, 5 Sept. (D.N.B.) Alvorens Chur chill in het Lagerhuis zijn verklaring afleg de, deelde hij mede, dat het Huis na de bij eenkomst van vandaag verdaagd wordt tot 18 Sept. Dan zal het twee dagen vergade ren en zoo noodig zal Churchill een regee- ringsverklaring afleggen. In het Hoogerhuis heeft lord Halifax een rede uitgesproken, overeenkomende met de door Churchill afgelegde verklaring. New-York, 5 September (D. N. B.) Volgens een bericht van de New-York Times uit Londen wordt door het Engelsche publiek de vraag, of Engeland bij zijn ruilhandel met de Vereenigde Staten alleen vijftig torpedojagers krijgt, druk besproken. In verantwoordelijke Engelsche kringen wil men overigens niet gelooven, dat de Engel- schen het slachtoffer van Amerikaansche paardenkoopers is geworden. De ruilhandel is in Engeland met gemengde gevoelens ver nomen. De meerderheid juicht de overeen komst toe, de minderheid oefent critiek op de methode en de détails. Op langen termijn gezien hebben de Vereenigde Staten naar algemeene opvatting betere zaken gedaan dan Engeland. Zelfs de meest zelf inge nomen Engelschen moeten thans toegeven, dat de beslissing over het lot van het Brit sche rijk niet een kwestie \ran jaren, maar misschien slechts van dagen is en dat der halve de toeneming van de jagersvloot slechts op korten termijn voor de Engelsche heerschappij ter zee van beteekenis kan zijn. Het Hamburger Fremdenblatt over de overeenkomst. Berlijn, 5 September (D. N. B.) In een op merkelijk artikel vergelijkt het Hamburger Fremdenblatt den laatsten Engelsch-Ameri- kaanschen ruilhandel met de beroemde „Alabamakwestie" uit den Noord-Ameri- kaanschen burgeroorlog. Engeland had zich toen bereid verklaard den zuidelijken staten oorlogsschepen te verkoopen, waar mede deze den handel der noordelijke staten jarenlang ernstig konden benadeelen. Van bijzondere beteekenis werd daarbij het oor logsschip, dat in Liverpool besteld werd. De verontwaardiging in de noordelijke staten over de verlenging van den oorlog, die het gevolg was van de interventie van het „neu trale" Gr.-Brittannië, liep zoo hoog, dat Enge land zich gedwongen zag toe te stemmen in vereffening van de door de noordelijke staten geleden schade door een gemeen schappelijke commissie. Uit de bijlegging van deze kwestie tusschen Engeland en de Vereenigde Staten, dat wil zeggen uit de boete, gedaan voor het verkoopen van oor logsschepen door een mogendheid, die bui ten den oorlog staat een schending der neutraliteit dus heeft zich later een juris prudentie ontwikkeld, die vrijwel woordelijk is opgenomen in de Haagsche conventie over de rechten en plichten van neutrale staten bij een zeeoorlog (October 1907). Sedertdien is het internationale norm, dat neutrale staten hun neutraliteit schenden, wanneer zij aan een .oorlogvoerende oorlogs schepen leveren en verkoopen. Men zal moeten afwachten, of de Amerikaansche se naatcommissie van buitenlandsche zaken, zooals in de Alabamakwestie, met dezelfde vasthoudendheid de neutraliteitsschennis zal aan de kaak stellen, gepleegd door een mo gendheid, die uitgeruste oorlogsschepen ver koopt aan een partij in het Europeesche con flict, in strijd met de heerschende volken rechtelijke opvattingen. Minister Hull over de Engelsche steunpunten. Washington, 6 September (D. N. B.) De Amerikaansche minister van Buitenlandsche Zaken, Huil, verklaarde, dat de Spaansch- Am.erikaansche naties in het kader van wederkeerigheid natuurlijk ieder oogenblik de nieuwe verkregen acht steunpunten in den Atlantisohen Oceaan kunnen ge bruiken. Op de vraag, waarom Engeland tusschen het afstaan van steunpunten in New Foundland en Bermuda en de andere zes eilanden een onderscheid heeft gemaakt, weigerde Huil echter een antwoord te geven. Na herhaaldelijk aandringen verklaarde Huil tenslotte, dat hij niet geloofde, dat dit „geschenk" van steunpunten in New-Found- land en op de Bermuda-eilanden, zooals lord Lothian en president Roosevelt het hebben genoemd, de Vereenigde Staten eenige bij zondere verplichting van dankbaarheid oplegt. Wanneer men deze heele gebeurtenis be ziet en zich een voorstelling maakt van de voordeelen, die Engeland door deze overeen komst verkrijgt, gelooft hij (Huil) niet, dat er een te groot verschil bestaat in de tegen waarde van de wederzijdsche transacties. Op de vraag, wat Engeland aanleiding heeft gegeven een verschil te maken tus schen de beide pachten, zou hij, (Huil) aan de Engelsche regeering het voorrecht willen laten hierover een verklaring te geven. Zijn woorden zijn op het juiste oogenbiik gekomen. Rome, 5 Sept. (D. N. B.) De Romein- sche avondbladen laten bij hun bespre king van de rede van Hitler in het bijzon der het licht vallen op de woorden be treffende de zekerheid van de totale overwinning der spil. De Tribuna schrijft, dat de-Führer van het nieuwe Duitsch- land op zijn duidelijke, vastbesloten tege lijk bijtend ironische wijze een aantal argumenten naar voren heeft gebracht, waartegen Engeland noch eenigerlei an dere macht of politieke tendentie iets kan inbrengen. Wanneer er. nog menschen zijn, die zich illusies maken, of het onmogelijke werkelijkheid willen zien worden, dan zijn Hitler's woorden op het juiste oogen blik gekomen om den toestand en de eischen der toekomst met ijzeren conse quentie te schetsen: Engeland moet in eenstorten". Duitschland en Italië, aan welks held haftige en zegevierende acties de Führer volledige erkenning heeft geschonken, zullen het noodige doen, opdat in de we reld nooit meer een mogendheid zich het recht kan aanmatigen het geheele conti nent te willen uithongeren. Tegenover de Engelsche caricaturen van een „generaal Revolutie", een „generaal Honger" en een „generaal Winter" stellen de spilmogend- heden de ijzeren gestalte van den „gene raal Daad" en zij laten het aan den En gelschen „generaal Bluff" over Groot- Brittannië en zijn rijk in den zekeren afgrond te leiden. Geen verdedigingslinie tegen aanvalsvoornemens van een ongenoemde mogendheid. Boedapest, 5 Sept. (D.N.B.) Het Hongaar- sche correspondentiebureau M.T.I. bepaalt een standpunt tegenover de beweringen van zekere buitenlandsche dagbladen, volgens welke de tot aan de oostelijke Karpathen op geschoven Hongaarsche grens moet dienen als verdedigingslinie tegen beweerde aan valsvoornemens van een met de spilmogend- heden en Hongarije in vriendschappelijke verhouding levende mogendheid. Van bevoegde Hongaarsche zijde wijst men in dit verband, naar het M.T.I. mede deel!, op het natuurlijke feit, dat de grenzen van iederen staat en natuurlijk ook die van Hongarije tevens verdedigingslinies tegen iederen aanval vormen. Deze omstandigheid echter kan niet de geringste aanleiding ge ven om Hongarije, dat alleen zijn natuur lijke oostelijke grenzen herkrijgt, aanvals voornemens in de schoenen te schuiven te genover een staat, die de meest correcte diplomatieke betrekkingen met Hongarije onderhoudt en wiens grenslijn juist met Hongarije het kortst is. Dergelijke geruch ten zijn niets anders dan onwetende of kwaadwillige storingspogingen, Een proclamatie van Antonescu. Boekarest, 5 Sept. (D.N.B.) De premier generaal Antonescu, heeft een proclamatie uitgevaardigd, waarin verklaard wordt: Er is een nieuwe regeering, een nieuw regime, geen woorden, maar werk, geen talmen, maar daden. Een ernstig, smartelijk verte den is afgesloten. Daarover zal ik niet den sluier van het vergeten, maar van de ge rechtigheid uitspreiden. Doch vandaag moeten wij den staat en de natie redden. Uit alle macht moeten wij onze krachten verzamelen, onze eer weer oprichten en onze Antonescu. toekomst verzekeren. De ware volken bou wen hun groote toekomst uit de nederlagen. De vervolgingen hebben opgehouden. Thans moet de jeugd, de hoop des volks, haar plicht vervullen. Onze natie moet haar te genwoordigheid in de geschiedenis bewij zen. De ambtenaren van den staat moeten begrijpen, dat alles op hen steunt. Zij moe ten zich hun verantwoordelijkheid waard toonen. Eerlijkheid, gerechtigheid en arbeid moeten de werkzaamheid van alle ambtena ren leiden. Ik zal de regeering op nieuwe grondslagen plaatsen. Het program zal ik u voorleggen, opdat gij het alten beoordeelt. Het zal zijn oorsprong volledig in het eens gezinde nationale geloof vinden. Geleidelijk zulten wij de vernieuwing van den staat vol voeren, met geloof aan God, aan het heilige onvergankelijke recht des volks. Voor waarts, de plicht roept u. Intocht der Hongaren in Szatmar. Boedapest, 5 Sept. (D.N.B.) De rijksbe stuurder is om elf uur in gezelschap van den minister van oorlog, Bartha, den chef van den generalen staf, Werth, en een talrijk militair gevolg aan het hoofd der Hongaar sche troepen Szatmar Nemeti binnengerukt; bij deze intocht waren ook de premier, graaf Teleki, en andere leden der regeering tegen woordig. Hooge ambtenaren van hun functie ontheven. Boekarest, 6 Sept. (D.N.B.) Het ministerie van oorlog deelt mede, dat op bevel van den minister-president de chef van den gehei men dienst van het leger, MoruSoff, en de directeur van den geheimen dienst van het leger, Stefanescu, van hun functies zijn ont heven. Morusoff was een persoonlijk vertrou wensman van koning Carol die sedert vele jaren verantwoordelijk was voor de veilig heid van den koning. Ook heeft hij voor den koning een eigen berichtendienst geor ganiseerd, onafhankelijk van de staatsauto- riteiten. Op zijn aandringen en op het aan dringen van den eveneens afgetreden hof maarschalk werd Antonescu vier weken ge leden gearresteerd, omdat hij tijdens een audiëntie bij den koning gewezen had op de duistere en dubbelzinnige rol van Morusoff en diens ontslag had verlangd. Nieuwe richtsnoeren voor de Roemeensche pers. Boekarest, 6 Sept. (D.N.B.) „Staatsleider" generaal Antonescu heeft nieuwe richtsnoe ren voor de Roemeensche pers gegeven die door de bladen streng in acht genomen moe ten warden. Deze richtsnoeren doen uitko men, dat Roemenië zich door eigen aanspo ring geschaard heeft in de politieke sfeer van Duitschland en Italië, zoodat iedere ge legenheid om de betrekkingen van Roeme nië met deze beide groote mogendheden, die de onschendbaarheid van het land en zijn grenzen garandeeren en te verlevendigen moet worden aangegrepen. Tevens moet 'de openbare meening ver trouwd worden gemaakt met de gedachte, dat de buitenlandsche politiek definitief in overeenstemming moet worden gebracht met de economische politiek. In deze richtsnoeren wordt als een der middelen ter bevordering van de betrekkin gen met de spilmogendheden genoemd het publiceeren van artikelen en reportages over het politieke, geestelijke en sociale teven van Duitschland en Italië. Tegenover de westelijke mogendheden en de onmiddellijke buren van Roemenië wordt 'n streng objec tieve berichtgeving, uitsluitend van infor matieven aard geëischt. De onderstaande bonnen zijn van 7 September af geldig verklaard: Tarwebloem: bon 71. Gedurende het tijdvak van 7 September tot en met 4 October a.s. zal bon 71 van het algemeen distributiebonboekje recht geven op het koopen van 214 ons tarwebloem o f tarwemeel o f roggebloem o f roggemeel o f zelfrijzend bakmeel o f boekweitmeel. Grutterswaren: bonnen 41, 54, 15 en 28. Gedurende het tijdvak van 7 September tot en met 4 October a.s. geeft de met 41 genummerde bon van het algemeen distri butiebonboekje recht op het koopen van 250 gram rijst o f rijstemeel o f rijstebloem. Voorts geeft gedurende bovengenoemd tijdvak de met 54 genummerde bon van het algemeen distributiebonboekje recht op het koopen van 250 gram havermout o f haver vlokken o f gort o f grutten. Gedurende het tijdvak van 9 September tot en met 1 November a.s. geeft de met 15 genummerde bon van het algemeen distri- butiebonboekje recht op het koopen van 100 gram vermicelli o f macaroni o f spaghetti. De met 28 genummerde bon van het alge meen distributiebonboekje geeft gedurende het tijdvak van 9 September tot en met 1 November a.s. recht op het koopen van 100 gram griesmeel o f 100 gram maizena o f een hoeveelheid puddingpoeder o f pudding- sauspoeder, welke 100 gram zetmeel bevat. De hoeveelheid puddingpoeders mag ver deeld zijn over twee pakjes, waarvan elk ten hoogste 50 gram zetmeel bevat, dan wel drie pakjes, waarvan elk ten hoogste 33 gram zetmeel bevat. De hoeveelheid pud- dingsauspoeder, welke op één bon wordt ge kocht, mag ongeacht de samenstelling over niet meer dan zes pakjes verdeeld zijn- Ten slotte wordt er op gewezen, dat op twee bonnen een pakje maizena van 225 gram kan worden gekocht, doch slechts in verpakkingen, welke vóór 22 Juli 1940 zijn vervaardigd. Brood: bon 5. Van 9 September tot en met 15 September a.s. geven de met „5" genummerde bonnen van het broodbonboekje tezamen recht op het koopen van 2500 gram roggebrood of 2000 gram ander brood. Elk der bonnen geeft derhalve recht op het koopen van 125 gram roggebrood of 100 gram ander brood. De bonnen, welke de consumenten 15 September nog niet gebruikt hebben, zulten niet zooals tot dusverre het geval was nog vier dagen geldig zijn, doch slechts twee dagen, en wel tot en met Dinsdag 17 September a.s. De detaillisten kunnen deze bonnen ver volgens nog tot en met Donderdag 19 Sep tember a.s. ter inwisseling tegen toewijzin gen inleveren bij de plaatselijke distributie diensten. Er varen geen schepen meer in het Kanaal New-York, 5 Sept. (D. N. B.) De Lon- densche correspondent van de New-York Times bevestigt, dat de Duitsche groepen bombardementsvliegtuigen bij hun vlucht over de zuidoostkust van Engeland niet meer door Engelsche jagers worden aan gevallen tot zij den beschermingscrikel van Londen bereiken. De luchtafweer aan de kust en ook de verder het land in staande afweerbatterijen, zoo wordt in een beschrijving van een aanval gezegd, heb ben binnenvliegende Duitsche bommen werpers weliswaar beschoten, maar de Duitschers kwamen er zonder eenig ver lies doorheen. De correspondent bevestigt verder de vernielingen op de vliegvelden Manston, Hawkingo en Lympne, die hij zelf be zocht heeft. Officieren van het luchtwapen achten deze vliegvelden echter „niet onvoor waardelijk noodig, daar andere vliegvel den in het gebied van Londen slechts 50 mijl van het kanaal af liggen en de En gelsche jagers even goed daar kunnen op stijgen". De correspondent geeft in dit verband als zijn meening het volgende te kennen: het voortdurend gebruik der kustvlieg- velden is wellicht voor de verdediging van Londen niet noodig. Hun verlies kan echter ernstige gevolgen hebben, wanneer de Duitschers trachten aan de kust van Kent te landen. Aangezien de Engelsche jagers veel benzine verbruiken en slechts 50 minuten met topsnelheid kunnen vlie gen, is in geval van een invasie de start van de Londensche vliegvelden een groote belemmering. Grooten indruk heeft op den correspon dent de volledige afwezigheid van scheep vaart in het kanaal gemaakt. Tijdens een tocht van Dover naar Falmouth langs de kust heeft hij geen enkel convooi gezien. De koopvaardij schijnt ver te blijven van de zuid- en zuidoost-kust yan Engeland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 1