DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN.
Drie-mogertdheden-verdrag
gesloten.
De Duitsche aanvallen op Engeland,
BERLIJN MELDT:
Japan gaat mee met
Duitschland en Italië.
Japansche leiding in
Oost-Azië.
Definitief verbond.
Stations en verkeersinstallaties zijn het
voornaamste doel.
De verhouding tusschen
Japan en Amerika.
VERDUISTERINGS
TIJDEN
van 19,28 tot 7,35.
Een kilogram suiker op
bon 109,
Brood op met 8 genum
merde bonnen.
PARIJS THANS
Een andere en toch dezelfde stad.
ALKMAARSCHE COURANT.
Deze Courant wordt ELKEN AVOND, behalve Zon
en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per
3 maanden bij voaruitbetaling voor Alkmaar 2.
franco dooi het geheele Rijk 2.50.
Losse nummers 5 cents.
PRIJS DER GEWONE ADVERTENT JEN:
Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote
contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte.
Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk
kerij v/h. HERMS. COSTER ZOON, Voordam C 9,
postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330.
No. 229 Dit nummer bestaat uit twee bladen Directeur: C. KRAK.
Vrijdag 27 September 1940
Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA.
142e Jaargang
Berlijn, 27 Sept. (D.N.B.) Tusschen
Duitschland, Italië en Japan is vandaag
in de groote zaal der nieuwe Rijkskanse
larij een driemogendheden-pact onder
teekend.
In aanwezigheid van den Führer werd in
aansluiting op de onderteekening een staats-
plechtigheid gehouden, welke werd bijge
woond door de leden der Italiaansche en Ja-
pansche ambassades, talrijke Rijksministers
en Rijksleiders, benevens vertegenwoordi
gers van de binnen- en buitenlandsche pers.
De onderteekening van het pact geschiedde
voor de rijksreegering door den rijksminister
van buitenlandsche zaken, von Ribbentrop,
voor de Italiaansche regeering door den Ita-
liaanschen minister van buitenlandsche za
ken, graaf Ciano en voor de Japansche regee
ring door den Japanschen ambassadeur te
Berlijn, Kurusu.
De tekst van het verdrag.
Het driemogendhedenpact van Berlijn
heeft den volgenden tekst.
„De regeeringen van Duitschland, Italië
en Japan beschouwen het als een voorwaar
de voor een duurzamen vrede, dat iedere
natie der wereld de haar toekomende ruimte
krijgt. Zij hebben derhalve besloten, bij hur.
streven in de Groot-Oost-Aziatische ruimte
en in de Europeesche gebieden zij aan zij te
staan en samen te werken, waarbij het hun
voornaamste doel is, een nieuwe orde van
zaken in het leven te roepen en in stand te
houden, welke in staat is, het gedijen en de
welvaart der daar wonende volkeren te be
vorderen.
Het is verder de wensch der drie regeerin
gen, de samenwerking uit te breiden tot die
naties in andere deelen der wereld, die ge
neigd zijn haar streven eên soortgelijke
richting als zij zelve te geven, opdat aldus
haar op den wereldvrede als einddoel ge
richte streven verwezenlijkt kan worden.
Dienovereenkomstig zijn de regeeringen
van Duitschland, Italia en Japan het volgen
de overeengekomen.
Artikel 1.:
Japan erkent en eerbiedigt de leiding van
Duitschland en Italië bij de instelling van
een nieuwe orde in Europa.
Artikel 2:
Duitschland en Italië erkennen en eerbie
digen de leiding van Japan bij de instelling
van een nieuwe orde in de Groot-Aziatische
ruimte.
Artikel 3.:
Duitschland, Italië en Japan komen
overeen bij hun streven samen te wer
ken op den hierboven aangegeven grond
slag. Zij nemen verder de verplichting
op zich elkander wederzijds te steunen
met alle pol'tieke, economische en mili
taire middelen in geval een der drie ver
drag sluitende partijen wordt aangeval
len door een mogendheid die op het oo-
genblik niet verwikkeld is in den Euro-
peeschen ooriog of in het Chineesch-Ja-
pansche conflict.
Artikel 4..
Om het huidige pact ten uitvoer te leggen,
zullen onverwijld gemeenschappelijke tech
nische commissies bijeenkomen, welker le
den Denoemd zullen worden door de regee
ringen van Duitschland, Italië en Japan.
Artikel 5.:
Duitschland, Italië en Japan verklaren,
dat de bovenstaande overeenkomsten op
geenerlei wijze den politieleen status raken,
welke op het oogenblik bestaat tusschen ie
der der drie verdragsluitende partijen en
Sovjet-Rusland.
Artikel 6.:
Het huidige pact zal terstond met de onder
teekening van kracht worden en tien jaar
duren, gerekend vanaf den dag van het van
kracht worden.
Tijdig voor het afloopen van dezen termijn
zullen de verdragsluitende partijen in geval
een harer daarom verzoekt in onderhande
lingen treden omtrent de vernieuwing".
Het in het Duitsch-Italiaansch en Japansch
gestelde verdrag is gedateerd op 27 Septem
ber 1940 en onderteekend door den rijks
minister van buitenlandsche zaken von Rib
bentrop, den minister van buitenlandsche
zaken, graaf Ciano en ambassadeur Kurusu.
Stockholm, 26 Sept. (D.N.B.) Volgens be
richten der-Londensche vertegenwoordigers
der alhier verschijnende bladen is gisteren
bij zonsondergang de Duitsche vergeldings
actie weer begonnen. Wederom gelukte het
de Londensche afweer niet den tegenstan
der te verdrijven. Den geheelen nacht heb
ben Duitsche vliegers opnieuw hun bom-
menlast op voor den oorlog belangrijke doe
len in de Engelsche hoofdstad geworpen.
Het blijkt uit de afzonderlijke berichten,
dat de uitwerking van den Duitschen lucht
aanval op de vitale installaties van Enge
land steeds duidelijker merkbaar wordt.
Een der hevigste aanvallen.
Genève, 26 Sept. (D.N.B.) De Gazette de
Lausanne meldt over de aanvallen van gis
teren op de militaire doelen van Londen,
dat het Duitsche luchtwapen op het Lon
densche gebied een der hevigste aanvailen
heeft ondernomen, welke sinds het begin
van den oorlog heeft plaats gehad. Daarbij
waren brisantbommen van het zwaarste ka
liber gebruikt. Ook zijn er honderden
brandbommen geworpen en waren er tal
van branden verwekt. Volgens de jongste
berichten zouden ruim veertig wijken van
Botsing onvermijdelijk
Tokio, 27 Sept. (D.N.B.) De houding van
de Vereenigde Staten tegenover Japan wordt
door de Japansche bladen opnieuw aan een
scherpe critiek onderworpen.
Een botsing tusschen Japan en de
Vereenigde Staten, die zich in Japan
sche aangelegenheden mengen, schijnt
onvermijdelijk te zijn, schrijft de „Asahi
Sjimboen". Thans toont Amerika, zijn
ware gezicht, nu het besloten is Engeland
Tsjoengking te steunen. De tijd is geko
men waarop alle Japanneezen pal moe
ten staan tegenover de Amerikaansche
poging op Japan druk uit te oefenen.
Roosevelts uitvoerverbod voor petroleum,
schroot en andere goederen naar Japan was
van Japansche zijde verwacht. Japan zal den
nieuwen toestand door reeds gemaakte toe
bereidselen onder het oog zien.
De Mikayo Sjimboen meent, dat Fransch
Indo-China slechts een voorwendsel voor de
werkelijke bedoelingen van de Ver. Staten
is. Engeland en Amerika probeeren hun ver
liezen in Europa thans in het Verre Oosten
goed te maken. De Ver. Staten, die reeds van
de Europeesche markt verdreven zijn, moe
ten nu echter ook in het Verre Oosten wor
den uitgesloten. Ten slotte merkt het blad
op, dat de laatste troefkaart van de Ver.
Staten n.l. het opzeggen van alle handels
overeenkomsten met Japan, 'voor dit land
geen zorgwekkend feit is, indien Tokio ten
spoedigste handelsbetrekkingen met het
nieuwe Europeesche blok aangaat.
Londen gebombardeerd zijn. Een groot deel
der luchtaanvallen was op het centrum der
hoofdstad geconcentreerd geweest. Het is
echter nog niet mogelijk de veroorzaakte
schade te overzien.
Het Russische persbureau Tass meldt uit
Londen, dat de ontevredenheid der bevol
king over de onvoldoende luchtbescher
mingsmaatregelen der regeering toeneemt.
Bovendien zou de politie de bevolking tal
van moeilijkheden in den weg leggen, wan
neer deze zich tijdens de luchtaanvallen be
veiligen wil. De kwestie is ook ter sprake
gekomen in de jaarvergadering van de
Schotsche Labourpartij, waar een spreker
verklaarde, dat men de werklooze mijnwer
kers beter kon gebruiken voor het bouwen
van schuilgelegenheden. dan voor het ver
richten van militairen dienst.
De trefzekerheid der Duitsche vliegers.
Berlijn, 26 Sept. (D.N.B.) Onder de voor
den oorlog belangrijke objecten, die de
Duitsche vergeldingsvluchten tegen Londen
tot doel van hun aanvallen kiezen, staan
mede op de eerste plaats stations en andere
verkeersinstallaties. Het ligt voor de hand,
dat vernielingen of slechts beschadigingen
van alle verkeersmiddelen voor een reus
achtige stad als Londen de ernstigste gevol
gen moeten hebben. Bij de onmogelijkheid
om de arbeiders uit de hoofdstad of uit de
omgeving hiervan tijdig naar de thans voor
den oorlog belangrijke Werkplaatsen te ver
voeren, komt de thans noodzakelijker dan
ooit geworden toevoer van materialen in
gevaar. Bij de onlangs verscherpte bepalin
gen van de Engelsche censuurautoriteiten
is het waarschijnlijk aan een vergissing van
deze instantie te wijten, wanneer de Daily
Herald van 24 Sept. zonder het te willen be
vestigen, schrijft, dat onlangs Duitsche bom
men, die zg. in 98 van de 100 gevallen op
particulier grondbezit vallen, in Londen een
ongenoemd station hebben getroffen. Wan
neer hierbij dan nog verraden wordt, dat de
spoorbaan werd omgewoeld, de rails verbo
gen werden en dat verscheidene kraters
werden geslagen en dat bij dit alles nog een
trein in deze puinhoopen is gereden, blijkt
hieruit overduidelijk de trefzekerheid van
de Duitsche vliegers bij den aanval op de
hun opgedragen doelen, die voor den oor
log belangrijk zijn.
Berlijn, 26 Sept. (D.N.B.) In den nacht
van 25 op 26 Sept. en in de vroege morgen
uren waren de aanvallen van de Duitsche
gevechtseenheden voornamelijk gericht op
dokinstallaties en gasfabrieken in Londen.
In de gasfabrieken van Backton en Bromley
ontstonden zware branden. De gasfabriek
Levenroad werd docr een voltreffer getrof
fen. Uit deze fabriek sloeg een vierhonderd
meter hooge steekvlam omhoog. Ten noor
den en ten zuiden van de Theems werden
nieuwe branden en ontploffingen waarge
nomen. Engelsche nachtjagers die op ver
schillende plaatsen voor het achtervolgen
Men is verplicht te verduisteren
tusschen zonsondergang en zons
opgang, dus hedenavond
Maans op- en ondergang
2728 September
op 2.10 onder 17.11
Van Zaterdag 28 September a.s.
tot en met Vrijdag 25 October a.s.
geeft de met „109" genummerde bon
van het algemeen distributiebon
boekje recht op het koopen van één
kilogram suiker.
Gedurende het tijdvak van Maandag 30
September tot en met Zondag 6 October a.s.
geven de met „8" genummerde bonnen van
het broodbonboekje tezamen recht op het
koopen van 2500 gram roggebrood of 2000
gram ander brood. Elk der bonnen geeft
derhalve recht op het koopen van 125 gram
roggebrood of 100 gram ander brood.
De bonnen, welke 6 October nog niet ge
bruikt zijn, zullen voorts nog geldig zijn tot
en met Dinsdag 8 October a.s.
van de Duitsche jagers waren opgestegen,
konden geen schot plaatsen, daar de Duit-
schers door handig manoeuvreeren steed-s
buiten schot bleven, waarbij zij door de
nachtelijke duisternis werden geholpen. Van
een activiteit van de schijnwerpers der En
gelsche luchtdoelartillerie viel niets te be
speuren.
Engelsche vliegtuigenfabriek
vernietigd.
Berlijn, 26 Sept. (A.N.P.) Bij de aanvallen
der Duitsche luchtmacht op de Bristol-
motorenfabriek en de fabriek Filton is we
derom een der belangrijkste Britsche vlieg-
tuigenfabrieken vernietigd door recht-
streeksche treffers. De talrijke branden zijn
van zoo grooten omvang, dat de schade in
geen maanden te herstellen is. Op dezelfde
wijze zijn reeds de vliegtuigenfabrieken
Pobjoy, Air Motors en Aircraft Ltd en Short
Brothers Ltd te Rochester, de Vickers
Aviation Ltd te Weybridge en de Hawker
Aircraft Ltd in 'Kingston aangevallen en
vernield. Uit neutrale buitenlandsche krin
gen wordt in dit verband gemeld, dat den
laatsten tijd duidelijke teekenen van een
verzwakten tegenstand der Britsche lucht
macht waargenomen .konden worden, het
geen er zeker op wijst, dat de Britsche
vliegtuigenproductie zeer. groote schade
heeft geleden.
Zin voor organisatie is niet de
sterkste kant van den
Franschman.
Onze correspondent, thans tijdelijk in
het vaderland, was de eenige Neder-
landsche journalist, die bij den intocht
der Duitschers in Parijs tegenwoordig
was. Hij vertelt van zijn- wedervaren en
van Parijs in eenige artikelen, waarvan
het eerste hier volgt.
Parijs thans. Dat is het eerste, wat men
mij bij het betreden van den vaderland-
schen bodem vraagt: hoe is het in Parijs?
Ik aarzel. Niet omdat ik om een antwoord
verlegen ben, maar wijl ik niet weet waar
ik moet beginnen.
Iemand, die Parijs, dat hij slechts van
vacantiereisjes kende, thans binnenkomt,
zal ongetwijfeld zeggen: 't is niet als vroe
ger. En hij heeft gelijk. Het Parijs van vroe
ger bestaat niet meer, zooals „vroeger" nu
eenmaal niet meer bestaat. Maar iemand,
die het Parijs van den wereldoorlog heeft
gekend, of het Parijs van MeiJuni 1940,
toen een wereldstad langzaam leeg liep, hij
zal verrast eonstateeren: maar 't is, alweer
Parijs. En ook hij heeft gelijk.
Daarom weet ik niet recht waar ik moet
beginnen. Voor mezelf, die al eenige jaren te
Parijs woonachtig ben, heb ik deze conclusie
getrokken: Parijs blijft altijd Parijs. Ook als
het geen Parijs blijft. En die schijnbaar
paradoxale uitspraak zal wel de gewone
dosis waarheid en onwaarheid bevatten van
alle andere algemeene uitspraken.
Parijs thans. Laten we eerst maar iets
over het uiterlijk vertellen. Aan de entou
rage zult ge stellig niet dadelijk merken,
dat Parijs een oorlog heeft meegemaakt. En
evenmin, dat het een stad is, die door de
Duitschers is bezet. Zooals trouwens drie
vijfde gedeelte van geheel Frankrijk. De
trouwe Notre Dame droomt als vroeger ovei
het stille plein van het oude Lutetia. Met
haar blanke, Noorsche koepeltorens be-
heerscht de Sacré Coeur gansch Mont-
martre. Van het plateau van het vroegere
Trocadéro overschouwt men de stad, van
Passy tot ver voorbij den Seine-oever tot
aan het Grand- en het Petit-Palais en de
Champs-Elysées met de Are de Triomphe op
den achtergrond. En in het midden staat de
slanke silhouet van den Eiffeltoren.
Dat is het Parijs van vandaag. Hetzelfde
als dat van vroeger lijkt het. Er is niets stuk
en niets verdwenen. Practisch gesproken
heeft Parijs geen enkel bombardement mee
gemaakt. Slechts eenmaal zijn er bommen
gevallen in een deel van de stad. Aan den
buitenkant, in Auteuil. Dat was, toen de
Citroënfabrieken, die daar langs de Seine zijn
gelegen, werden gebombardeerd. Spoedig
daarna is Parijs tot ville libre, tot open stad
verklaard, en sindsdien hebben we zelfs
geen luchtalarm meer meegemaakt.
Neen, vooi® vernieling is Parijs gelukkig
gespaard gebleven. Die geruchten over ver
nielde kerken zijn onzin. Evenals die praat
jes oVer tot puin geslagen en tot kanonnen
gegoten standbeelden van de Place de la
Concorde pure nonsens zijn. We hebben et
bij gestaan, dat Franschen en Duitschers
samen de bekistingen van die beelden, zoo
als overigens ooi- die rondom de Are de
Triomphe, hebben verwijderd. De beelden
zijn nog dezelfde beelden en de Place de la
Concorde ziet er net uit als vroeger. Met
de andere standbeelden, waar ze zich ook
bevinden, is het navenant.
De vernietigende kracht van den moder
nen oorlog Parijs kent ze niet. Kent ze
zoo weinig, dat men het bij de.overigens
zeldzame „alertes" nauwelijks de moeite
waard vond om in een schuilkelder te vluch
ten. Ik herinner me, dat het op een namid
dag regende te Parijs. De hemel was zwart
en de regen was zwart. Een meneer stak
onder veel bekijks z'n pink voorzichtig in
het water van een goot langs de straat, be
schouwde dien- pink lang en aandachtig en
zei toen met een deskundig gezicht: er zit
kruitdamp in dien regen. Zwarte regen,
constateerde een ander, foei, het bederft je
heele pak. En de gansche vergadering
vluchtte naar een toevallig open Metro
station; de menschen hadden meer haast
dan bij luchtalarm.
Reeds lang is de zwarte regen weer weg
gespoeld door niet-zwarten regen. Bijna alle
Metrostations zijn weer geopend; de onder-
grondsche treinen snellen zelfs over de bo-
vengrondsche lijnen van Barbès, Grenelle
en Bastille, wat in tijden niet was gebeurd.
En voor een deel gaat het dagelij ksch leven
alweer den gewonen gang.
Voor een deel. Want heelemaal gewoon
gaat het toch niet. Parijs heeft de ellende
van de vlucht gekend. Tienduizenden, hon
derdduizenden menschen, die in onberede
neerden doodsangst trachtten weg te ko
men. Met auto's, met karren, met kinder
wagens en kruiwagens zelfs per fiets en te
voet. Waarheen? Het deed er niet meer toe.
Uit Parijs vandaan. Wat dat beteekent, de
vlucht van honderdduizenden, valt niet te
beschrijven. Ik wil het dan ook niet pro
beeren en er slechts van zeggen, dat het de
Duitschers zijn geweest, die zich het eerst
het lot van de vluchtelingen hebben aange
trokken. Thans werken de Duitsche autori
teiten en de Fransche regeering samen, nog
dagelijks arriveéren duizenden vluchtelin
gen; de volgende maand zullen allen naar
hunne haardsteden zijn teruggekeerd. Dat
zal het einde zijn van een exodus, die de
volksverhuizingen uit de historie overtreft.
Maar vandaar, dat nog tal van zaken te Pa
rijs niet zijn heropend, ook al bemerkt men
dat niet op dê boulevards en in de centra
van de metropool.
Daar, in het hartje van Parijs bruist weer
het leven als vanouds. De bioscopen zijn
sinds lang heropend, al draait men niets
dan oude films, de music-halls en de
theaters, de opera en het Louvre, van welks
kunstschatten niets verloren is geraakt. Ik
kan me al niet meer voorstellen, dat enkele
maanden geleden nog die boulevards leeg
en verlaten waren, de winkels en waren
huizen gesloten en de stad als uitgestorven.
Thans kan men weer eten in de restaurants,
winkelen zooveel men wil en, als men daar
aan behoefte gevoelt, zich amuseeren. Tot
tien uur 's avonds. Want dan vertrekt de
laatste Metro; om elf uur moet ieder binnen
zijn.
De ondergrondsche spoor is meer dan
ooit het voornaamste middel van vervoer
geworden. Automobielen moeten voorzien
zijn van een bewijs, een S. P. (service pu-
biique), want de benzine is schaarsch. Er
zijn echter alweer eenige bussen ingelegd
tenminste voor de banlieue. Verder behelpt
men zich met fietsen, met of zonder aan-
hangwagentje. Zelfs de vigilante is in de
Parijsche straten verschenen, zonder dat
het werd verboden.
Winkelen kan men, schreef ik. Dat is
waar, alleen kan men niet altijd alles koo
pen wat men wenscht. Weliswaar kent Pa
rijs geen bonnen- en puntensysteem, zooals
hie te lande bestaat naar ik heb bemerkt,
doch van restricties weet men mee te pra
ten. De Parijzenaars kennen drank- althans
aperitieflooze dagen en zooal geen vleesch-
looze dagen, dan toch wel beperkingen, ook
op dat gebied. Er heerscht gebrek aan melk,
aan olie, aan zeep, om maar enkele artike
len, die me 't eerst te binnen schieten, te
noemen, en men ziet de menschen dan ook
dikwijls queue maken voor de winkels.
Hetzelfde trouwens zag ik in België. Wie
het eerst komt, het eerst maalt.
Franschen zijn nu eenmaal geen meesters
op het terrein der organisatie. Voor iemand,
die goed in di- duiten steekt, is het n;et
moeilijk zich aan de restricties te onttrek
ken. Wie verhindert den Franschman om
een paar flesscher. Cinzano of Dubonnet,
of wat dan ook, in te slaan, om zich daar
mede op aperitieflooze dagen te troosten? In
de restaurants mag men slechts een hors-
d'oeuvre of een soep, een hoofdschotel en
een kaas of een dessert eten, doch niemand
kan er iets tegen doen als een holle-bolle
Gijs of een Lucullus na een diner in het
eene, eenvoudig een ander restaurant bin
nen stapt om daar nog eens van voren af
aan te beginnen. Slechts suiker en nog
enkele andere artikelen zijn op den bon, je
krijgt geen café-crème meer en in de café-
noir komt maar één zielig klontje suiker,
doch ook daarmede schijnt men te kunnen
marchandeeren.
Zoo is Parijs thans. Hetzelfde Parijs en
toch een ander Parijs.
Maar'het volk, vraagt ge, de Parijzenaar?
Daarover in een volgend artikel.
T. O.