6
z
o
"3
SST
•+i 43
£0 CO
W 0 ia
I -.-2 "3
fcO SP s
aS-SSy
.2 J2 "K 5 if
.h 3) (1)
•33
-*-* IE?
C 43
03
03 0>
fl
rQ 0)
o -tt
O
3 w O
>03
MJ 00-
Sütl
73 a
a S
tls
SJ -ö c
i«5i
73
a
«1-4
'S
03
(2
03
03
Q
rt
cö
w
t)J0
73
CJ
03
G
2
£3
03
7u
i* j c
<13
ro>
u
'•H
a
c
.5 N
•o <o
w w
73 4)
s 4»
D1
c
M
J3 U
c w
1 05
c a
0
03
CO 03 C P
fl) Mij -
43 G CO g
6 «T?
w C
rj o
a Jit
ET V
tuo -M
W ^5
w
C
03 O
0 0
I? 32 S
0 J-i 03
44 o Ph
o
*3
5 C r.
03 C
42 0>
C 42 O
CO
W1-* C
03
0 03 W)
B N g
73 e
E C (13
O 72 -
;»™2
S 03
S-S.-2,
u m as
CÖ tfl W
k Sgl^
H
00
C 3
CO 0 o
43
I-*
C 03 C
CO Q IE?
CO M
O fl
03 CO 0
03 *z* w w
w 73 ■n a CO ,C
M 'P W H
c c
03 0 0 CO
73 U)
o t
,ascg
c
O 0 CO
c O T3
77 IE? co
- M OJ
03 73 C
ÏB u
aa B S
n j-«
+-» 0
Sh
0 03
es
c 5
c b
M
w 42
o
O)
c
UJ
a
03 (O
73
o 42 0
^0
03 0
Ot a
x ^a
a a. p
gflN
o
CO S u
75 03
ft-t3
co 0
0 03
«fx
S c 73
p 0
Jrl 03
155
w
ft
ft
u~
0
111 S
Eigen turf meebrengen.
Voorhanden hebben en huis
slachtingen van varkens.
Toewijzing varkens.
Berekening omzetbelasting.
Aandacht voor een stevig ontbijt.
De distributie-lunch.
c
e
a
a
a
oo
CO
<M
u
BHB
=3
Q
<D
Q
a)
(0
<u
O
4»
73
C
O
1-1
X
O
h
J3
Of Q
0
e
H-l 0
TO C.
S
O W
Q ta*S
W £0 Q
03
<3
5
- a s
l">a
03 73
j «w:
I 73
3 g
S3
CO
.8
7-, 0
-Cj C C
o qj to
*-S
CO
03 3
a N <u
a
n a.sn
r-H m <13 03
0 03 tp rrt 0
a g o "i
03 w 3
58 <u p j*
<u c o, N
S
&^g'|
5 e "a jo
S 01 i< «T
S X> XI X
«2 a
:z? -♦->
u>0
03 rG
J> N O
a a w>
7i ^13
03 03
'C <U a
a
O <13
73
a
o"°
0) ^+j
hr «M
.Sr u a;
03 Q3
-5 -a
SS„
O
•8
u -*-« p.
G G
3 II
a .a
■"3
o w>
I
"I
5
•5»
03
0 O 03
rn O o
W 0 g .8 03
&t> C 73 73
G
4> 75
73
Sh 03 G
0 7J CTj
8
0 43
§>-S
M.h
Jh t_i
43 CQ
C
1—4 03
M ra
J-t r—I f-1
'2 g S
•3 O
-2 *5
03
JD 03
t-o
tuc 03
73
Tl 03
-M
fc
h o
o o -o
O T3 0X1
C
&-S§
a fc J»
2 is .2
■s Q -a
fcJG
C
CO
03
ns
o .v
i-3
5 -S
Q3
s1!
S 'g 3
u
O c
Wt. S h
C W 03
^■aw
4n
W g«
X. 03
CO
rH TJ
03
s
g
C2
Sg-0
C
cu 03
73
cO
C
03
'1
<u o
-a o o
a+t, M
M a
tuoai^
g-a
U 1/2 o
43. O
S o 0
03 0
03 +J
o #^p in
a '3 'Eó
A» CO -t-»
o wi a
-j o to
*-« 03
eo
o
03
S
Z So
-4-»
CO
O
V- r
w c 5 a
So o W
- J a
S
lll'^
<D
03
2^
2c
O)
UJ
3
X
2 e
4)
c
i s^s
I n
rW
■«~.SS
iS 4E
C r* 03
5 -S S
Pi 0
0 p>
03 44 H
10 i ia a -c J2
}3 :a> g> 10
3 M Jjl +j
g Ai m M
03 co
Ch73
x, wx
hp
!h CO
■oat; o -r
a, oQ 5>
g g 6 "S
73 43 O g O w
73 Q3
42 T3
EJ O IE?
42 73 N
03
73 -g
b a S
a:i
•rrJ +j M ft
m a S 32
vl o
SNcc
73 N 0
in a m
2 2-S.2
S. c W
SSS^
0 o
a c
E? ft-g
N .y
i"S
Zx-3
-*-> 41
o> "3 a
*- 01
3 03 •-
CQ
03
3
O
JQ
*03
o>
41
4)
M
Ijsw
rr! Pt
Z«o
Bag
CO To
:g|g
?a-
FQ C C
ft 43
50Ï
I
■gge
i—> —i 0
'S 8 g
vj Xi C
g
a S
-c
«co
s£&
a
CD
CU
a
(U
bX) co
^3 (D
s
if S
Ǥg
•g
c O
O
O
73 M
a m
03 'g
73 5 J
S»?
55
w
N*
H t/T
rj ie?
H m
W CO
N 0 ,Q '}H
03 U CO
asis^
M N fi
23 .a
w E3
03 73
a;
S3
73 to
■a10
•8
O)
0)
g 2{J
J-t 0
03 0
C 73
03 0
0)
Eo as tuo t-
We leven wel in 'buitengewone
tijden. Vergaderingen houden is
gemakkelijk genoeg en dat zal
ook dezen winter wel gebeuren,
maar de kunst is om te zorgen,
dat men warm kan zitten.
Met dit vraagstuk hielden ook
de leerlingen van den landbouw-
wintercursus te Daarle (Ov.), die
in een vergadering in de Gerefor
meerde school aldaar bijeen wa
ren, zich bezig. De voorzitter stel
de de vraag aan de orde: wanneer
zullen we dezen winter onze bij
eenkomsten houden? De voor
naamste kwestie betrof daarbij
/ie brandstoffen. Men vónd daar
voor een even eenvoudige als re
solute oplossing: laat ieder zijn
brandstof meebrengen, zoo werd
gezegd. Dit idee vond algemeen
instemming, zoodat eenparig be
sloten werd, dat elke leerling, die
aan den cursus deelneemt, des
avonds twee turven meebrengt.
En zoo zal het dan in den jare
1940 geschieden, dat de leerlingen
van den landbouwcursus te Daarle
gewapend met twee turven ter
vergadering tijgen!
In de naaste toekomst kan een verbod
verwacht worden voor het voorhanden
hebben van varkens, welke zwaarder
zijn dan 110 kg. Een uitzondering zal
daarbij alleen worden gemaakt voor wat
betreft fokzeugen en voor huisslachting
bestemde varkens. Fokzeugen zullen dus
door georganiseerden tot een aantal
gelijk aan hun toewijzing, ook indien zij
zwaarder zijn dan 110 kg. voorhanden
mogen worden gehouden.
Ten aanzien van het voorhanden hebben
van voor huisslachting bestemde varkens,
zwaarder dan 110 kg. is bepaald, dat zulks
alleen geoorloofd is, indien die varkens als
zoodanig voor 19 October 1940 zijn opgege
ven en uiteraard eveneens onder voorwaar
de, dat het door den georganiseerde voor
handen gehouden aantal het hem toege
wezen aantal niet overtreft.
De hierboven bedoelde opgave, waarbij
door den varkenshouder het (de) nummer(s)
van het (de) varken(s), hetwelk (welke) hij
voor huisslachting wenscht aan te houden,
dient te worden medegedeeld, moet geschie
den bij den plaatselijken bureauhouder van
het district waar het bedrijf van den var
kenshouder gevestigd is.
De plaatselijke bureauhouder zal den var
kenshouder een door hem gewaarmerkt be
wijs van aanmelding overhandigen.
Andere uitzonderingsbepalingen zullen
niet worden gemaakt, zoodat een ieder
wordt aangeraden zich door levering aan de
Nederlandsche Veehouderijcentrale van zijn
varkens, voorzoover die het genoemde ge
wicht van 110 kg. overtreffen of naderen, te
ontdoen.
Hulsslachtingen mogelijk.
Daarnaast kan een regeling worden ver
wacht, welke het verrichten van huisslach
tingen wederom mogelijk maakt. Voor het
verrichten van een huisslachting zal men in
het bezit dienen te zijn van een machtiging,
welke door den provincialen voedselcommis-
saris tegen betaling van 0,25 kan worden
uitgereikt. Deze machtigingen, welke recht
geven op het slachten van één varken, zullen
uitsluitend worden uitgereikt aan hoofden
van gezinnen en aan instellingen met een
liefdadig of ander onbaatzuchtig doel, die
georganiseerd zijn bij een landbouw-crisis-
©rganisatie, in het bezit zijn van een var
kenstoewijzing en tevens aantoonen, dat zij
het betreffende varken gedurende tenminste
vier maanden als eigenaar hebben gemest.
Aan hoofden van gezinnen en aan instel
lingen met een liefdadig of ander onbaat
zuchtig doel, die aan de boven omschreven
voorwaarden voldoen en bovendien aantoo
nen, dat zij in het jaar 1939 meer dan één
huisslachting hebben verricht, kunnen
machtigingen worden uitgereikt tot ten
hoogste het aantal der door hen in dat jaar
geslachte varkens.
Geen machtiging zal echter worden uitge
reikt aan het hoofd van een gezin, waarvan
dat hoofd of eenige ander lid dan wel eenige
bij dat gezin inwonende persoon het sla-
gersbedrijf uitoefent of handel in vleesch
drijft.
Ter verkrijging van bovenbedoelde
machtiging zal een aanvrage op een
daartoe vastgesteld formulier bij den
plaatselijken bureauhouder moeten wor
den ingediend. Bij deze aanvrage zal
een verklaring van den plaatselijken
distributiedienst overgelegd dienen te
worden, waaruit blijkt, dat de vleesch-
kaarten van den georganiseerde bene
vens van alle bij hem inwonende per
sonen zijn ingeleverd. De gelegenheid
tot het inleveren van de vleeschkaarten
zal worden opengesteld van 12 October
1940 af.
In het bezit zijnde van een machtiging zal
tenslotte de slachting uitsluitend plaats mo
gen vinden in aanwezigheid van een ver
tegenwoordiger van den provincialen voed-
selcommissaris en onder voorwaarde, dat
door dezen vertegenwoordiger het geslacht
gewicht van het varken wordt vastgesteld,
het vleesch gemerkt en van het gewicht
mededeeling wordt gedaan aan den plaatse
lijken distributiedienst. Ook dient de mach
tiging voor den aanvang van den slachting
aan den vertegenwoordiger van den provin
cialen voedselcommissaris ter hand te wor
den gesteld. De distributiedienst brengt aan
de betreffende personen zooveel bonnen van
de vleeschkaart in rekening als in overeen
stemming is met het vastgestelde geslacht
gewicht. Indien het ingeleverde aantal bon
nen daartoe niet toereikend is, zal het tekort
met de volgende aan de betreffende personen
uit te reiken kaarten worden verrekend.
Bij de bovenbedoelde berekening zal ech
ter, indien de machtiging aan een hoofd van
een gezin is verstrekt, aan de bonnen een
meerdere waarde van 50 worden toege
kend, tenzij deze wenscht, dat de bonnen hun
normale waarde zullen behouden, in welk
geval aan hem extra kaarten tot de halve
waarde zullen worden uitgereikt.
Binnen zeer korten tijd zullen nieuwe
toewijzingen voor het houden van varkens
worden vastgesteld. De huidige omstan
digheden maken het noodzakelijk, dat deze
nieuwe toewijzingen in het algemeen lager
zullen zijn dan de thans geldende. Even
wel zal voor personen, die aan bepaalde
eischen voldoen, de mogelijkheid worden
geopend bijzondere toewijzingen te ont
vangen. Deze bijzondere toewijzingen zul
len worden verleend teneinde tot een zoo
volledig mogelijke benutting van het be
schikbare ruw voeder en de te verzamelen
afvallen van levensmiddelen te geraken.
In verband hiermede zijn de eischen,
welke voor het ontvangen van bijzondere
toewijzing voor het houden van varkens
zullen worden gesteld in hoofdzaak deze,
dat de houder aantoont zich regelmatig de
beschikking te kunnen verwerven over
zoodanige hoeveelheden ruw voeder of voor
de voedering geschikte afvallen van le
vensmiddelen, dat hij in staat is de op die
toewijzing te houden varkens zonder eeni
ge toewijzing van krachtvoeder tot slacht
rijpheid te mesten. Onder afvallen van le
vensmiddelen worden hier verstaan aard
appelschillen, groente- en fruitafvallen,
geen afvallen afkomstig van het slagersbe-
drijf of van poeliers.
Dergelijke afvallen zullen dus niet wor
den meegerekend.
Voor een dergelijke bijzondere toewijzing
zullen reeds thans in het algemeen alleen
in aanmerking komen landbouwers of land
arbeiders, die niet in het bezit zijn van een
gewone varkenstoewijzing en voldoen aan
het hierboven omschreven vereischte.
Houders van gewone toewijzingen zullen
als regel eerst voor een bijzondere toewij
zing in aanmerking komen nadat de ge
wone toewijzingen (zooals in het voorne
men ligt) meer in overeenstemming met
de krachtvoedertoewijzing zullen zijn ge
bracht. Dit sluit evenwel niet uit, dat per
sonen, die over zoodanige hoeveelheden
ruw voeder of afvallen bfeschikken of zich
de beschikking verwerven kunnen, dat zij
ondanks de geringe krachtvoedertoewij-
zingen reeds thans aan het bovenom
schreven vereischte voldoen, eveneens voor
een bijzondere toewijzing in aanmerking
komen. Steeds zal echter als voorwaarde
voor het ontvangen van een bijzondere toe
wijzing worden gesteld, dat, indien de hou
der tarwe, rogge of groene erwten ver
bouwt, deze gewasen eerst volledig door
hem zullen moeten zijn afgedorscht en ter
inlevering zijn aangeboden.
De beoordeeling of door den georgani
seerde aan de te stellen vereischten is vol
daan, berust uiteraard bij de provinciale
landbouw-crisis-organisatie (behoudens de
mogelijkheid van beroep volgens de gel
dende regelen). Er is zorg voor gedragen,
dat de aanvragen nauwkeurig zullen wor
den onderzocht.
Zij, die meenen voor een bijzondere toe
wijzing voor het houden van varkens in
aanmerking te komen, worden verzocht
zich ten spoedigste schriftelijk tot de pro
vinciale landbouw-crisis-organisatie te wen
den.
VLOERKLEEDEN NIET LANGER VRIJ.
Een speciale vergunning noodig
bij aankoop.
Tapijten en karpetten en afgepaste
kleeden mogen, blijkens een mededeeling
van het Rijksbureau voor de Distributie
van textielproducten, niet langer vrij ver
kocht worden. Zij zullen voortaan, even
als tapijtstoffen en loopers, alleen op spe
ciale vergunningen kunnen worden ver
kocht.
De plaatselijke distributiediensten zijn
gemachtigd om bij de toewijzing van deze
speciale vergunningen iets soepeler te
werk te gaan. wanneer aanschaffing
noodzakelijk blijkt.
Dezen nieuwen maatregel dient men te
scheiden van het, zoolang wij de textiel
distributie hebben, bestaande voorschrift
voor hen, die gaan trouwen, en die op een
speciale vergunning hun huwelijksuitzet
en de gedistribueerde goederen voor hun
woninginrichting kunnen koopen. Ook
deze vergunning moet bij het plaatselijk
distributiekantoor worden aangevraagd.
Het Centraal bureau kruideniersbedrijf
deelt ons mede:
Ingevolge de op 1 October j.l. in wer
king getreden verordening op de omzet
belasting bedraagt deze belasting thans
6 pet. over de meeste artikelen, welke in
kruidenierswinkels verkocht worden en
over een gedeelte 4 pet., terwijl tenslotte
sommige artikelen van omzetbelasting
zijn vrijgesteld.
Daar het in een winkel in de practijk
niet uitvoerbaar zou zijn over elk der ar
tikelen de omzetbelasting specifiek te
berekenen, is in overleg met het departe
ment van handel, nijverheid en scheep
vaart voor de berekening der omzetbelas
ting aan consumenten een gemiddelde
vastgesteld van 2 pet., hetwelk dan zal
worden berekend over alle artikelen,
welke in kruidenierswinkels worden ver
kocht.
In verband hiermede is door het Cen
traal bureau Kruideniersbedrijf, het ver
tegenwoordigend orgaan van de bij den
detailhandel in kruidenierswaren betrok
ken organisaties, besloten van heden af
over alle verkoopen in kruidenierswin
kels 2 pet. omzetbelasting in rekening te
brengen.
De uitvoering van dit besluit zal in de
practijk hierop neerkomen, dat de bere
kening, naar welke de betaling moet ge
schieden, zal plaats hebben naar de vol
gende schaal:
over aankoopen tot 25 cent lA cent
,j jï 50 1
1A
100 2
Door deze wijze van berekening zijn de
grootste moeilijkheden, welke de toepas
sing van de nieuwe verordening met zich
had kunnen meebrengen, zoowel voor het
publiek als voor den detailhandel in krui
denierswaren tot een oplossing gebracht.
Zeer velen plegen het met het ontbijt
minder nauw te nemen. Haastig wordt een
slok thee en een onvoldoende hoeveelheid
voedsel naar binnen gewerkt. Menigeen
gunt zich zelfs de rust niet om hiervoor
even te gaan zitten; onder het aankleeden
nuttigt men den eersten maaltijd van den
dag. Er is reden om met eenige klem tegen
dit verkeerde gebruik te waarschuwen.
Waarom niet een kwartier of een half
uur eerder opgestaan en zich op zijn ge
mak voor zijn dagtaak voorbereid? Het
jachtige dagbegin brengt een element van
or rust met zich mede, dat zijn nawerking
nog geruimen tijd laat voelen. Reeds daar
om is het van groote beteekenis, dat men
er voor zorgt voldoenden tijd beschikbaar
te hebben voor een rustig ontbijt in den
gezinskring, terloops mag in dit verband
neg wel worden gewezen op de vsaarde,
die zulk een samenzijn van de gezinsleden,
bij het begin van den dag, ook voor de
bevordering van een goed familieleven
vertegenwoordigt.
Uit een oogpunt van doelmatige voeding
verdient een rustig ontbijt uiteraard war
me aanbeveling. Er bestaat een nauwe
samenhang tusschen onze spijsvertering en
onze psychische gesteldheid Wil men van
zijn voedsel een zoo hoog mogelijk rende
ment hebben en zijn spijsverteringsorganen
niet onnoodig belasten, dan verdient het
aanbeveling, dat men zich voor iederen
maaltijd den, noodigen tijd gunt en dezen
zoo mogelijk in een aangename en gezel
lige omgeving nuttigt.
Bovendien is het van groote beteeke
nis, dat men zich 's ochtends behoorlijk
voedt. Het ontbijt moet dus niet alleen
rustig genuttigd worden, maar het moet
ook voldoende voedingsstoffen bevatten.
Brood en boter vormen de kembestand-
deelen van het Nederlandsche ontbijt.
Hiervoor komen in aanmerking een glas
melk of wat kaas, ook wel een ei, terwijl
een rauwe tomaat, een paar plakken kom
kommer, eventueel radijs of rammenas
een zeer waardevolle aanvulling vormt.
Men denke vooral niet, dat melk een kin
derachtig voedsel is. Twee flinke glazen
melk per dag kunnen den voedingstoe
stand en daarmede het algemeen welbe
vinden van volwassenen zeer gunstig be
ïnvloeden.
Een ontbijt ziet er dan b.v. als volgt uit:
200 a 250 gr. melk met 15 a 20 gr. vlug-
kokende havermout tot pap gekookt, 5 a
10 gr. suiker, prijs 4 a 5 cent.
2 sneetjes bruin brood met boter, to
maat, komkommer of radijs; prijs 4 a 5 ct.
Zoodat men per hoofd hiervoor op een
uitgave var. 8 a 10 cent moet rekenen.
Wil men ter afwisseling in plaats van
pap eens een ander gerecht probeeren, dan
kan men een smakelijke variatie verkrij
gen door hangop met geraspten appel te
nuttigen. Daartoe legge men reeds den
avond van tevoren een doek in een vergiet
en giete daarin al liter -karnemelk uit.
's Ochtends vindt men dan op het doek de
ingedikte .hangop", die wanneer men
er een geraspten appel doormengt tot
een vrij dikke zelfstandigheid wordt. De
smaak van dit gerecht is bijzonder frisch
en er behoeft nauwelijks suiker aan te
worden toegevoegd.
In Zwitserland is de „Müsli" een bijzon
der gewaardeerd ontbijtgerecht. Om dit
op tafel te kunnen brengen, zette mei per
persoon den vorigen avond een" afgestre
ken eetlepel havervlokken of havermout
te weeken in 3 eetlepels water. Den vol
genden morgen mengt men de geweekte
havermout met wat citroensap en met een
eetlepel gesuikerde gecondenseerde melk
of honing. Nu wordt een groote appel, die
van te voren goed gewasschen en droog
gewreven is, met schil en al geraspt en
■direct in de pap geroerd. De echte liefheb
beis strooien tenslotte een eetlepel gema
len noten over dit gerecht.
Hoofdzaak bij deze voorbeelden is, dat
men doordrongen wordt van de beteeke
nis, die het ontbijt voor het gezinsleven
en voor het behoud van gezondheid en
werkkracht heeft. Inzonderheid zij, die
door hun werkzaamheden in het middag
uur op een vluchtige of in samenstelling
beperkte maaltijd zijn aangewezen, zullen
verstandig doen door een degelijk ontbijt
te nuttigen. Gedacht wordt hier o.a. aan
kantoor- en aan winkelpersoneel. Is dit
inzicht eenmaal aanwezig, dan zal het niet
moeilijk vallen om ook aan dezen maaltijd
de plaats in te ruimen, die hem toekomt.
De ober: „Toon mij uw bonnen en
ik zal zeggen wat gij kunt eten."
„Ober, de kaart!"
„Mijnheer, uw bon!"
Het is niet meer zoo eenvoudig. Ik had er
vandaag al op gerekend en thuis heimelijk
van de brood- en vleeschkaart een paar bon
netjes afgeknipt om in de stad een of andere
lunch te kunnen gebruiken. Voor dezen bon
nendiefstal zal er natuurlijk thuis wel wat
zwaaien. Maar goed, ik vroeg de kaart, want
dat mag men nog vragen en wat men mag,
moet men blijven waarnemen. En de ober
vroeg den bon. Dat mag hij. Wij hebben toen
maar samen overlegd. Ik legde mijn bonnen
open op tafel en de ober liet er zijn blik
over dwalen. Hij leek wel een kaartlegger
toen hij mij daaruit de mogelijkheid van een
vleugje biefstuk voorspelde. Nader legde hij
mij uit: er school in mijn bonnen een com
plete biefstuk, maar wanneer ik niet com
pleet wilde doen en min of meer met het
idee en den geur wilde volstaan, kon hij mij
een half-rantsoenbonnetje retour geven.
Ik opperde toen het denkbeeld van een
gewone Hollandsche lunch, zoo'n heel ge
wone met broodjes, kaas, worst, een gebak
ken eitje, jam, pastei, een sla'tje, een paar
vruchtjes, kortom een gewoon Hollandsch
lunchje. De ober liet andermaal zijn blik
over mijn open kaart dwalen en voorzag zeer
positief twee kadetten met kaas. Ik schrok,
want dat mag. Mijn schrik bracht den ober
tot een hernieuwd onderzoek der bonnen
en hij bezwoer mij, dat hij alleen brood en
geen vleeschwaren daarin zag. Mijnerzijds
deed ik een voorstel om het geheel te com
bineeren, de twee kadetjes en het ideetje
biefstuk, maar was het biefstukje een
vleeschwaartje? De ober zou even gaan in-
formeeren.
„Mijnheer" vooisde achter mij een zachte
vrouwenstem. Men is in het restaurant,
waar ik soms een warm hapje, anderen keer
een gewoon Hollandsch lunchje tot mij pleeg
te nemen, niet gewoon door bezoeksters te
worden aangesproken. Ik reageerde dus
niet. Maar de stem herhaalde: „Mijnheer, kan
ik u misschien van dienst zijn?"
Ik voelde mij gedwongen om te zien en
ontwaarde een uiterst correcte mevrouw, die
tusschen haar spitse vingers verlokkend en
verleidelijk een half kadetje liet pirouet
teeren. Het is nu geen tijd meer om achter
een half kadetje iets minder oirbaars te zoe
ken en dus aanvaardde ik het geschenk en
toonde het triomfantelijk aan mijn ober, die
namens de directie kwam mededeelen, dat
een biefstuk of het idee er van niet als een
vleeschwaar mocht worden beschouwd. Ik
besloot toen tot meergenoemden biefstuk of
deszelfs idee en genoot hiervan even later,
onder medewerking van het halve kadetje.
„Mijnheer" vooisde het wederom achter
mij en ik durfde nu aanstonds om zien. „Is
het onbescheiden gevraagd ziet u, ik heb
niet aan een vleeschbon gedacht, kunt u
misschien de overgebleven jus missen". Ik
liet deze kans om cavalier de lunch te zijn
niet ongebruikt en overhandigde zonder
aarzeling den schotel, waarop een geoefend
waarnemer niet alleen de jus, maar ook nog
het laatste ideetje van wat eens een ideetje
van een biefstuk was geweest, kon waar
nemen. Mijn buurvrouw dankte beminne
lijk.
De biefstuk had mij overigens niet recht
in stemming gebracht en ik ontbood den
ober, die nu naderde achter een serveerboy,
op dewelke een rekenmachine. Mijn fruitje,
zei hij, was zonder omzetbelasting, maar het
vet, dat aan mijn biefstukidee was ge
plengd, vereischte zes procent omzetbelas
ting en het paddenstoeltje, dat er zich zoo
eenzaam ter garneering bij te koesteren had
gelegd en ontijdig aan mijn buurvrouw
was gegeven was zoo weelderig, dat er
twaalf procent aan ten offer moest worden
gelegd.
Ik zei den ober, dat ik hem volledig ver
trouwde en daarop zette hij zich aan zijn
•rekenmachine op den serveerboy. Het ding
ratelde, rekende, vermenigvuldigde, procen-
tueerde en daarop vloog ergens onderaan
mijn rekeningetje er uit. Ik betaalde, kreeg
geld en bonnen terug en bij het weggaan
groette ik wel beleefd maar toch zoo inge
togen mijn buurdame, dat zij uit mijn groet
kon afleiden dat zij mij morgen niet te zelf-
der plaatse als lunchcompagnon zal aan
treffen.
HOE ONZE KAASSOORTEN ALS
SMAKELIJK „GEHAKT" KUNNEN
DIENST DOEN.
Er zijn kaasgerechten, die zoowel warm
als koud een tractatie vormen voor jong en.
oud. Het kaasgehakt, dat volgens onder
staand recept bereid kan worden, is er een
voorbeeld van. Wie van Lèidsthe of van
Friesche kaas houdt, kan een van deze
soorten in het gehakt verwerken. Bij ge
bruik van Edammer of Goudsche kaas kan
desgewenscht wat fijngehakte peterselie of
selderij aan de bestanddeelen toegevoegd
worden.
Er js weinig kans, dat de gehaktballetjes
tijdens het bakken zullen barsten, als we
maar zorgen, dat de aardappelen en het
brood goed fijngemaakt zijp. Het mengsel
voor dit gehakt kunnen we gerust proeven,
daar er geen bestanddeelen in zijn, die in
rauwe toestand schadelijk voor ons zijn.
Kaasgehakt (4 personen).
200 gram (2 ons) gekookte aardappelen.
100 gram (1 ons) oud bruin brood zonder
korst.
200 gram (2 ons) kaas, 1 uitje, 12 eieren,
zout, peper, nootmuskaat.
100 gram (1 ons) boter.
Kruimel of maal het brood. Hak het uitje
fijn. Rasp de kaas (of maal ze). Maak de
aardappelen fijn. Vermeng alle ingrediënten
tot een stevig deeg. .Maak het -op smaak af
met de kruiden. Vorm er balletjes of platte
koekjes van en bak deze in de koekenpan
met boter bruin. Laat de overblijvende
boter ook even bruin worden en maak ze
met een scheutje water tot jus.
Geef dit kaasgeehakt met aardappelen en
groente.
HET HOTEL-, CAFE-, RESTAURANT-
EN PENSIONBEDRIJF.
Inschrijvingsplicht.
In het Zaterdag verschenen verordenin
genblad is een beschikking opgenomen van
den secretaris-generaal van het departe
ment van handel, nijverheid en scheepvaart
ingevolge de distributiewet 1939 (hotel-,
café-, restaurant- en pensionbeschikking
1940 no. 1).
Hierin is bepaald, dat ieder, die het
hotel-, café-, restaurant- of pension-
bedrijf uitoefent, verplicht is zich te
doen inschrijven bij het rijksbureau
voor het hotel-, café-, restaurant of
pensionbedrijf.
De secretaris-generaal van het departe
ment -van handel, nijverheid en scheep
vaart bepaalt, wat onder het uitoefenen vaft
het hotel-, café-, restaurant- of ponsion-
bedrijf wordt verstaan.
Het is voorts een ieder, die niet bij het
genoemde rijksbureau is ingeschreven, na
afloop van een door den secretaris-generaal
voornoemd vast te stellen termijn, ver
boden het hotel-, café-, restaurant- of pen
sionbedrijf uit te oefenen.
De inschrijving kan worden geweigerd of
al dan niet voor bepaalden tijd worden
doorgehaald volgens regelen, door den
secretaris-generaal voornoemd te stellen.
De bij het genoemde rijksbureau inge
schrevenen zijn verplicht volgens door den
secretaris-generaal voornoemd te stellen
regelen bij te dragen in de kosten, verbon
den aan de uitvoering van deze beschik
king.
De bij het genoemde rijksbureau inge
schrevenen zijn verplicht alle opgaven en
inlichtingen te verstrekken, welke door of
vanwege den secretaris-generaal voor
noemd in verband met de distributie v
goederen en met de uitvoering van de -
beschikking mochten worden verlangd.
De voor de uitvoering van deze beschik
king noodige voorschriften worden door den
secretaris-generaal voornoemd vastgesteld
en in de Nederlandsche Staatscourant a °-
kondigd.
Deze beschikking treedt in werking o
den dag harer afkondiging.
Zij wordt onder den titel „Hotel-, ca:
restaurant- en pensionbeschikking 1940 no,
1" aangehaald.
Later miste ik een terug ontvanger bi n
voor een half rantsoen vleesch. Ik v t
wel dat ik den portier, die de draa r
mij op dreef bracht, gedr-1-+°v
hand stopte en begint m 'ii.u.. rr-
om hij zoo uitermate op?-: aar
keek. (Hold.)