Kunst en Eeredienst op Bali. I m m B 11 n fc Offeranden en mythische dansen. DAMMEN m m m m. m m m m m 'Wi 'W: m WS W- m ml 'm% 'wé fü Wm. WM WA mm wm Wi m ww - wm Wé m' m m 'Até&M V//////, '/W wm üik "vm/ WP m* ym. Wm wM- wi* w. m mm PUZZLE 1 TWEEDE BLAD. 4 Een reis door het eiland van wondere schoonheid en kunstzin. i. Mijn gedachten gaan terug naar een land van zon en van welbehagen, naar Bali, waar men door de mildheid der natuur, aardsche beslomme ringen vergeten kan en waar verdriet een zachteren vorm aanneemt, omdat er een sfeer van rust en vrede van uitga'at. Er zijn Europeanen, die dit eiland herhaalde malen- bezoeken en er nooit genoeg van krijgen; het fascineert hen. Sommigen blijven er voor goed en zijn er gelukkig en tevreden. Het is heel vroeg in den morgen; de zon is ternauwernood opgeko men, en van af het dek van de K. P. M. boot, die ons 's nachts van Soerabaja naar Bali bracht over een spiegelgladde zee, zien wij het eiland liggen in den purpe ren gloed van het ochtendgloren. Het schip blijft op de reede lig gen, en van de kust af worden er eenige prauwen heen geroeid. Zij komen de toeristen halen, maar brengen ook gasten aan boord, want op dit, voor ons Westerlingen zeer ongewone uur, houdt éen pas benoemd hoofdambtenaar, die met deze boot verder zal reizen naar de plaats zijner bestemming, receptie en de Europeesche ambtenaren van Bali komen hem en zijn vrouw in vroolijke stemming en fleurige kleedij, hun opwachting maken. Nauwelijks zijn zij den scheeps- ladder opgeklommen, of onze ba gage wordt nan een prauw toever trouwd; wij volgen en dalen den smallen scheepsladder af om op onze beurt plaats te nemen in de met blauw en wit bekleede K. P. M. sloepen. Het is heerlijk frisch op het water; een mantel over de dunne kleeding is niet overbodig. Als wij aan den wal gekomen zijn, in het havenplaatsje Boelé- léng, staan auto's te wachten en een Balineesche leider treedt naar voren en begroet ons. Deze jonge man, Gusti Sindoe geheeten (Gusti is een adellijke titel op Bali) spreekt uitstekend Nederlandsch en kenmerkt zich door een innemend uiterlijk en goede manieren; zijn opleiding voor Balineesch gids ontving hij in Ba tavia. Door de nauwe, onbeteekenende straatjes begint de tocht en na vijf minuten bereiken we reeds de eerste poerah of tempel in het land der duizend tempels. Dit oponthoud is heel kort; we gaan ook nog een kleine toko binnen, waar een vrouwtje weeft en mannen figuren in zilveren voorwerpen slaan. Het vrouwtje toont de schitterendste doeken; een jong meisje uit ons gezelschap slaat zij een sarong om en hangt er met goud en zilver doorstikte lappen tegen aan, waar van de kleurencombinatie een weldaad voor het oog is. Maar de tijd dringt, want Gusti Sindoe wil in ieder geval vóór 10 uur Kintamani bereiken, 1500 me ter hoog gelegen. De weg stijgt. De weg strekt zich uit door een vruchtbare vlakte; wij bereiken de hoofdplaats: Singaradja en rijden voorbij de, door de tropische zon nestralen fel beschenen woning van den resident van Bali en Lom bok. De lucht trilt van de hitte; langzaam stijgt de weg. wij nade-' ren het gebergte, dat voor ons ver rijst. Allengs wordt het landschap grootscher; de sawa's glinsteren tegen den bergwand; slechts de Balinees legt ze zóó kunstzinnig aan. We rijden door koffietuinen, door bosschen en langs rotspartijen en genieten van prachtige verge zichten. Soms versperren groepen Balineesche koeien den weg. Zij zien er goed verzorgd uit; het zijn dan ook heilige dieren en geen Ba linees zal haar vleesch eten. Zij worden echter bij groote kudden uitgevoerd en dienen dan voor de consumptie o. a. op Java. Het berglandschap wordt in drukwekkender; mijn mantel doet goeden dienst, en Gusti Sindoe vertelt, dat we dicht bij Kintama ni zijn en nog juist op tijd om den machtigen Batoer (1700 m. hoog) te aanschouwen, voor de top schuil gaat in de wolken. In 1917 en '25 zijn hier nog uit barstingen geweest. Rechts onder aan den Batoer ligt het lavameer Tjiramaloendoeng, dat onmetelijk diep moet zijn. Er heen te gaan. daar valt niet over te denken. Er is storm op til; we dalen vlug af naar de naastbijzijnde kampong, waar mannen hun geliefde hanen streelen, om ze vervolgens tegen elkaar op te hitsen, in de hoop, dat de vreemdelingen belang zul len stellen in een hanengevecht. Langs den weg staan hooge bam- boekooien, waarin de hanen letter lijk in het zonnetje gezet worden; de Balinees koestert den haan als zijn kind. We maken nog even een gevecht mee, doch de wreede spoortjes, die aan de pooten behooren te worden vastgemaakt en die de Balinees in een bamboekokertje bij zich draagt, worden gelukkig niet ge bruikt. Deze wreedheid is door het gouvernement verboden; toch zijn er in het geheim nog heel wat ha nengevechten, waarbij grof wordt gewed. Boos weer. De lucht wordt dreigend; wind vlagen kondigen het booze weer aan. Wij spoeden ons terug naar het hotel, of passangrahan, gevolgd door vrouwen en meisjes, die ons sieraden willen verkoopen en on der de hand nog aardig wat aan ons kwijt raken; dan spoeden ook zij zich terug voor 't naderend noodweer. Nauwelijks zijn we in de passan grahan. of de storm giert en felle regen slaat tegen de ruiten. De lucht is als lood; van den Batoer is niets meer te zien. 't Is ineens hui veringwekkend koud; rillend en bevend slaan we dankbaar de vier kante wollen dekentjes om, die het hotel ons verschaft. Het lijkt plot seling wel Siberië. Gelukkig is de lunch gereed en verwarmt ons, zoodat we vol moed weer instappen om -den tocht naar de Zuidkust te vervolgen; de zeiltjes van de wa gens dicht; onze dekens om de schouders. De zeiltjes flapperen in den wind. Voorzichtig daalt de auto over den totaal verregenden weg. Mist belemmert 't zicht jam mer genoeg. De chauffeurs rijden voorzichtig, zij kennen den weg op een prik. En o wonder! na het ne men van een scherpen bocht is als bij tooverslag de mist verdwenen, de storm bedaart en warme lucht stroomt ons tegemoet. Vlug worden de zeiltjes opgerold en in dankbare verrukking nemen we een schitte rend schouwspel in ons op. Door de felle middagzon beschenen, ligt in de diepte de wazige laagvlakte, de Zuidkust van Bali en de ein- delooze blauwe zee blinkt in zilveren licht. De overgang is zóó groot en de aanblik zóó overweldigend mooi, dat wij die schoonheid, in stille aanbidding genoten, nimmer zullen vergeten. We rijden nu door lange lanen, aan beide zijden van de wegen zijn muren, meestal in de kleuren der Goden, dat is de drie-eenheid: Ci- wa, Brahma en Wisnoe, geverfd: rood, wit en zwart. Achter die mu ren bouwen de Balineezen hun wo ningen en huistempels. Een veelal kunstig bewerkte poort is de in gang van het erf. Achter die poort is een muurtje, ook fraai gebeeld houwd. De bewoner moet om dit muurtje heen om zijn erf te betre den; hij gelooft, dat booze geesten slechts in rechte lijn de woning kunnen bereiken. De chauffeur rijdt voorzichtig; honden en varkens liggen lui op' den weg; kakelende kippen komen om de haverklap verschrikt op hooge pooten aangerend en de Ba linees spaart de dieren graag. De wegen zijn versierd met eindeloos lange bamboepalen; hun top buigt zwaar in boogvorm door de vele versierselen, die er aan bengelen, vervaardigd van lontarblad. Dit ter eere van de Goden en de zielen der afgestorvenen. Het is feest in de dorpen; ook aan de huispoorten hangen kunstig gesneden voorwer pen, om de Goden gunstig te stem men. De geesten der afgestorvenen brengen een tieptal dagen door te midden der bloedverwanten en iedere Balinees ontvangt hen fees telijk. Vrouwen offeren. Wij passeeren lange rijen vrou wen, het bovenlijf naakt, het haar aan één kant afhangend in een kunstige wrong of lus. De bronzen huid glanst; de schouders zijn prachtig gevormd. Op het hoofd dragqn zij haar offerandes naar den tempel, die vaak uren verwij derd is. Op groote beschilderde houten vruchtenschalen, kunstig hoog beladen met koeken in aller lei kleur en vorm, zwarte rijsttaar ten, gele maiskoeken, afgewisseld door prachtige vruchten, wordt deze last zeer zwaar, maar onver moeid en sierlijk vervolgen zij haar weg naar den tempel, waarin de God woont, waaraan zij speciaal haar gaven wijden willen, bergen beklimmend en moeizaam dalend. De vrouwen van vorstelijken bloe de hebben gouden bloemen als hoofdtooi, een dienaar beschermt ze met een pajong aan zeer lange steel tegen de gloeiende zonnehitte; haar dienstmaagd volgt met de zware vracht. Vele tempels rijden wij voorbij. In de komende dagen zullen wij de allermooiste bewonderen. Nu ontbreekt de tijd, want de Passar, de havenplaats aan de Zuidkust, is voor dezen dag ons einddoel. Om vijf uur 's middags komen we er aan. In het Balihotel vinden wij het gewenschte comfort; spoedig ben ik geïnstalleerd in mijn ruime kamer en na een verfrisschend bad, maak ik het mij gemakkelijk in mijn voorgalerijtje, dat uitziet op een binnentuin, en tracht de ontel bare indrukken van dezen dag in mijn brein te verwerken. Na het diner in de koele eetzaal van het hotel, heeft op het groote grasveld een dansvoorstelling plaats. De danser. I Maria, Bali's beroemdste dan ser, begeleid door de mooiste ga- melang-gong van het eiland, zal in dezen tropischen nacht voor ons dansen. Het scherpe getjirp van de duizenden krekels overstemt nog elk ander geluid, tot de rijk uitge doste Balineezen hun prachtig ge beeldhouwde instrumenten gaan bespelen. Fascineerend klinkt de muziek te midden der doodstille natuur. Een hunner improviseert; de anderen begeleiden hem. I Ma ria verschijnt; hij zweeft naar vo ren in zijn sleepend gewaad. Met wonderlijk starende oogen wiegt zijn hoofd als een bloem op een stengel met kleine, schokkende bewegingen. Het lichaam gaat langzaam op en neer; armen en Balineesch landschap. Vrouwen met offeranden. vingers zijn steeds in actie Lenig en soepel, van groote schoonheid is iedere beweging. In hurkende houding verplaatst hij zich; het geeft den indruk, dat hij glijdt. Dan richt hij zich op; het sleepend gewaad doet hem langer schijnen. Glimlachend, met bezield gelaat danst hij, terwijl de begeleiders zijn gedachten volgen. De omge ving, de grootsche stilte der natuur maakten dezen avond mede tot een onvergetelijke. Dien nacht genieten wij een wel verdiende rust. Een tokkè bracht een gemoedelijke sfeer aan mijn slaapvertrek. Ik antwoordde op zijn vriendelijken roep; tokkè- tokkè, die schijnbaar van 't dak af tot mij kwam. Een tokkè voor spelt geluk; ik ging dus onbezorgd slapen. (Slot volgt). De KERN van alle goede reclame COURANTENRECLAME. Voor de Schaakrubriek was heden geen plaats. Aan de Dammers! In onze vorige rubriek gaven wij ter oplossing probleem 1669. Stand. Zw. 13 sch. op; 4, 6, 10, 11, 13, 16/20, 24, 28, 29. W. 13 sch. op: 15, 27, 30, 31, 35/41, 43, 44. Oplossing. 1. 40—34 1. 29X49 2. 39—33 2. 28X48 3. 30—25 3. 49X21 4 25X12 4. I7X 8 5. 31—26 5. 48X31 6. 26X17 6. 11X22 7. 36X 9 7. 4X13 8. 15X 4 Zwart mot nu wel 1319. Wit 4—15. Zw. 24—29, Wit 15X38. Zw. 1923. Wit 38—32. Zw. 23—29. Wit 32—38. Zw. 29—34. Wit 38— 43 en een tweede zwarte schijf gaat verloren. Combinaties. De twee volgende aardige minia turen zijn samengesteld door den heer A. Roos, alhier. V~ M< Zw. 7 sch. op: 7, 11, 13., 14, 23, 29, 35. W. 7 sch. op: 16, 22, 31, .34. 38. 39, 49. In dezen stand wint wit door: 1. 34—30 1. 35X24 2. 22—17 2. 11X22 3. 39—34 3. 29X40 4. 49—44 4. 40X49 5. 31—27 5. 49X21 I Maria bqroemd danser. Im -mé jp'm lil.mill -ife ....jtk-. 6. 16X38! In den tweeden stand: Zw. 7 sch. op: 3, 6, 9, 18, 27, 36, 40. W. 6 sch. op: 16, 19, 24, 41, 42, 50. heeft zwart, naar men zich moet voorstellen als laatsten zet gespeeld 3136. Wit laat dan volgen: 1. 1914 en zwart kan zoowel 9X29 als 36X38 slaan. Wat hij ook kiest, wit speelt als tweeden zet 16 11. Zwart moet dan weer twee slaan. Wit speelt 50 45. Zw. 6X17 en wit slaat 45X43! en wint op ternpo. Ter oplossing voor deze week Probleem 1670 van J. Bourquin (Fr Zw. 12 sch. op: 7, 8, 9, 11/15, 18, 19, 20, 23. W. 12 sch. op: 21, 22, 26, 27, 29, 30, 31, 33, 34, 39, 42, 44. In onze volgende rubriek geven wij de oplossing. Onze Vierde October-Opgave. Optellen en Aftrekken. De twee bedoelde sommen zagen er geheel in cijfers als volgt uit: 7219860435 7219860435 2678901234 2678901234 9898761669 4540959201 Een puzzle, die vele correcte op lossingen bracht. Toekenning Octoberprijs. Bij 't controleeren der lijst bleek dat de Octoberprijs a 2.50 is ge wonnen door mevr. Reyer Slot te Broek op Langendijk met 180 p. en 3 goede ctober-oplossingen. Deze prijs is vanaf Maandag bij onze Administratie af te halen. Stand der hoogstgeplaatsten per 1 Nov. volgende rubriek. Onze Nieuwe Opgave. (No. 1 der N bvem ter-serie Een eenvoudig verhaal. In het volgende korte, eenvoudi ge verhaaltje zijn een 14 tal woor den tot onzen spijt geheel verkeerd afgedrukt d. w. z. de letters van het eedoelde woord zijn telkens door elkaar geraakt. Hoe moet het ver- naaltje precies in goed Hollandsch luiden? Jan en Harinastic waren op weg naar de beekfilmark te Dreumnerp. Daar woonde een dah.ieifili, dat achter zijn huis een groote recht- nuutvin had. Zij hadden hun hocsensholcsat meegenomen, want misschien kregen zij weer een ducateeja, bestaande uit allerhande geinpanverners, mee naar huis. Onderweg zagen zij gamivelschein, maar die modehezen hun geen stang in. Dicht bij de plaats van nimbetgems was de weg logeenstaf. Dat was een glensterluilet. Oplossingen (2 p.) liefst zoo vroegtijdig mogelijk doch uiterlijk tot Vrijdag 8 November 12 uur aan den Puzzle-Redacteur van de Alk- maarsche Courant. Horizontaal 1 ijzeren hekken, 6 den arbeid neerleggen, 11 vader (Eng.), 12 meisjesnaam, 14 laagte, 16 Am- sterdamsch peil, 18 buitenzitplaat sen, 21 lidwoord, 22 onvast, 24 Hectoliter, 25 vanginstrument, 26 oever, 27 te weten, 28 Germaansche god, 30 pers. voornaamwoord, 31 jongensnaam, 34 kloosterzuster, 35 eiland in Indië, 37 veel (muziek term), 38 bijwoord. 39 welwillende lezer (lat.), 40 slot, 44 getij, 45 meisjesnaam, 46 actueele, 47 bij woord, 49 lidwoord (fr.), 50 En- gelsche voornaam, 51 Chineesche munt, 52 en andere, 53 ieder, 55 mijns inziens, 57 gemeentetram, 58 lekkernij, 59 alg'. geschiedenis, 61 bekend schrijver, 64 soort onder wijs, 65 voorbeeld, 68 toiletartikel, 69 hoeveelheden, 71 bijna bedorven, 72 rantsoen, 73 onderdeel van dans- band, 74 Amsterd. Zomertijd, 76 hoeveelheid arbeid, 77 voorzetsel, 78 voorhistorisch tijdperk, 80 maat, 82 gewicht, 83 soort schoenen, 84 meisjesnaam. Verticaal: 2 ter grootte van, 3 stok, 4 het zelfde. 5 duivelsch, 6 plaats in Zee land, 7 edelen, 8 inhoudsmaat, 9 lengtemaat, 10 heelende zalf, 13 meisjesnaam, 15 aangezicht, 17 rivier in Italië, 19 ongemanierd, 20 rivier in Rusland, 21 meisjesnaam, 23 kalm mensch, 26 keeren, 27a be hoort iedereen te kennen, 29 noot, 3D opberggelëgenheid, 32 beweeg lijk, 33 eiland voor Rag'usa, 35 pad destoel, 36 hoofdstad van Aziatisch r(jk, 41 god der zee, 42 voorzetsel,' 43 verdieping, 44 voegwoord, 45 onaandoenlijke rustigheid, 48 graag, 54 omlijsting, 56 reclame-hulpmid del, 58 naam van electrotechnicus, 60 voorspoed, 62 pers. voornaam woord, 63 kilometer, 64 figuur uit de Fr. revolutie, 66 plaats in Dene marken, 67 plakmiddel, 69 visch, 70 boom, 74 papegaai, 75 deel van boom, 77 meisjesnaam, 78 ter plaatse, 79 voornaamwoord (fr.), 80 opschrift. OPLOSSING PUZZLE VAN WOENSDAG 30 OCTOBER. Het aantal kippen, gekocht dooi de vrouw van Barend, was de helft van het aantal varkens, gekocht door Jacob, en twee maal het aantal varkens, dat de echtgenoot van Riek kocht. Daarom kan Jacob niet de man van Riek zijn. Ergo was deze Rika getrouwd öf niet Barend, óf met Hendrik. Maar de vrouw van Barend kocht kippen, terwijl Riek geen kippen kocht. Daarom moet Riek de vrouw zijn van Hendrik. Hieruit volgt, dat Barend ge trouwd moet zijn met Maaike of Anna; het aantal ganzen, dat dooi de vrouw van Jacob werd gekocht, was de helft van het aantal kippen, gekocht door Barends vrouw, en dus een vierde van het aantal varkens dat Jacob kocht. Maar het aantal ganzen dat Anna kocht, was twee maal het aantal varkens, gekocht door Jacob. Daarom kan Anna nooit de vrouw van Jacob zijn. Alzoo: Maaike was de vrouw van Jacob en Barend was de echtvriend van Anna. U ziet ze nu wel gezessen loopen: Barend met Anna, Jacob met Maai ke en Hendrik met Riek.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1940 | | pagina 6