m
1
Mr. STEVENS UIT
Geen petroleum voor
verlichting meer
beschikbaar.
Winterhulp Nederland.
De waardebons van de
W. H. N.
Regeling uitvoer naar
Duitschland
Glimlachje.
1
-
FEUILLETON
EERSTE BLAD
ALKMAARSCHE COURANT VAN VRIJDAG 13 DECEMBER 1940.
Carbid en Spiritus
vervangingsmiddelen.
Het A.N.P. meldt:
Tengevolge van de heerschen-
de schaarschte zal binnenkort
vrijwel geen petroleum meer be
schikbaar gesteld kunnen wor
den voor verlichtingsdoeleinden
en zullen dus velen, die tot nu toe
petroleum gebruikten, naar een
vervangingsmiddel moeten uit
zien. Voor hen, die niet op een
gas- of een electriciteitsnet zijn
of kunnen worden aangesloten,
zullen voornamelijk carbid en
spiritus in aanmerking komen.
Met het oog hierop hebben zich
reeds eenige fabrikanten op de ver
vaardiging van carbidlampen toege
legd.
In dit verband is het van belang
erop te wijzen, dat ook carbid en spi
ritus niet in onbeperkte hoeveel
heden beschikbaar zijn. Het is daar
om noodig, dat van. overheidswege
toezicht op de fabricage wordt uit
geoefend, teneinde te bevorderen,
dat het aanbod van carbid- en spiri-
tuslampen zooveel mogelijk aange
past wordt aan de te verwachten be
hoefte eenerzijds, de beschikbare
hoeveelheden brandstof anderzijds.
Daarom worden alle fabrikanten,
die de vervaardiging van carbid- of
spirituslampen in studie hebben of
daarmede reeds bezig zijn, mede in
hun eigen belang dringend uitgenoo-
digd zich'zoo spoedig mogelijk tot
het Centraal instituut voor industria
lisatie, Bezuidenhoutscheweg 64,
's-Gravenhage (tel. 720060, toestel
400) te wenden en aan deze instan
tie alle gewenschte inlichtingen te
verschaffen omtrent hoedanigheid en
prijs der betreffende lampen en de
grootte van de productie, resp. de
productiecapaciteit.
Taak der financieele
commissie.
Onlangs heeft de rijkscommis
saris 10 vooraanstaande Neder
landers tot leden van de finan
cieele commissie der stichting Win
terhulp benoemd. De taak der
commissie bestaat blijkens veror
dening no. 186 in het toezicht hou
den op het financieel beleid van
de stichting." In het bijzonder heeft
zij allereerst zorg te dragen, dat de
opgebrachte middelen uitslui
tend besteed worden voor het
gestelde doel: het verschaf
fen van hulp en steun
aan de in het bezette
Neder1 andsche gebied
levende behoeftige Ne-
derlandsche staatsbur
gers, zonder aanzien
des per soon s. Voorts heeft
de commissie in het bijzonder er
voor te waken, dat het beheer der
stichting zoo zuinig mogelijk ge
voerd wordt. Van belang ten deze
is de bepaling, dat in beginsel in
het bestuur der stichting slechts
onbetaalde arbeidskrachten werk
zaam mogen zijn, zoodat betaalde
medewerkers tot het volstrekt
noodzakelijke moeten worden be
perkt.
De commissie wees in haar
eerste vergadering uit haar midden
den voorzitter der algemeene re
kenkamer Zuyderhoff en den ac
countant mr. Spannenberg aan,
om een aanvang met het toezicht
te maken en haar spoedig omtrent
hunne bevindingen in te lichten.
LEDEN van het Nederlandsch Genootschap voor Heilgymnastiek en Massage heb
ben zich beschikbaar gesteld voor de- nabehandeling van oorlogsgewonden met
mechano-therapie, waardoor de patiënten weer geheel of gedeeltelijk van hun stijve
spieren, gewrichten enz. verlost worden. Tijdens de behandeling. Links de therapie
met den lichtboog, terwijl bij de beide andere patiënten: massage van hand en been
wordt toegepast. (Polygoon)
DOOR LOCOMOTIEF GEDOOD.
Gisterochtend omstreeks negen uur
is een 30-jarige wegwerker van de
Nederlandsche Spoorwegen, werk
zaam bij de electrificatie van het
baanvak UtrechtAmersfoort, ter
hoogte van de kruising bij Blauw
Kapel door een passeerende losse
locomotief gegrepen en tien meters
meegesleurd. De man was op slag
dood.
Aanwijzingen voor
het publiek.
Waar binnen enkele dagfen een
aanvang zal worden gemaakt met
de uitreiking van de waardebons
ad 0.50, 1.00 en 2.50 brengt
het .hoofdbestuur der W. H. N. het-
navolgende ter kennis van het
publiek:
De plaatselijke directeuren der
stichting ontvangen deze Waarde
bons ter uitreiking aan hen, die
voor extra hulpverleeniing in aan
merking komen. Op de rugzijde
bovenaan dienen naam, adres en
woonplaats van den betrokkene te
worden ingevuld, terwijl gelijk
tijdig de plaatselijke directeuren
door hun handteekeningen de gel
digheid dezer waardebons garan-
deerem
Degene wiens naam op de
rugzijde is vermeld, kan deze
bon in alle winkels, wat deze
eerste serie betreft uiterlijk
tot 31 Maart 1941, in betaling
geven.
De leveranciers op hun beurt
kunnen de waardebons onmiddel
lijk verzilveren bij alle banken en
spaarbanken, nadat zij op de rug
zijde door het plaatsen van hun
firmastëmpel en handteekening
hebben verklaard, resp. levensmid
delen, kleeding of brandstoffen aan
den bezitter te hebben geleverd.
De betreffende financieele instel
lingen zeilden vervolgens de waar
debons ter verzilvering naar de
kasvereeniging N.V., Amsterdam,
wat deze serie betreft uiterlijk vóór
den 31en Mei 1941, waarna deze
instelling op haar beurt de eindaf
rekening met den directeur-gene
raal der W. H. N. verzorgt.
Ten overvloede wordt er
nogmaals op gewezen, dat uit
sluitend levensmiddelen, klee
ding en brandstoffen door
winkeliers en handelaren mo
gen worden geleverd. Wat de
levensmiddelen betreft spx-eekt
het vanzelf, dat hiermede voor
'het levensonderhoud noodzake
lijke voedingsstoffen worden
■bedoeld. Van deze gelegenheid
wordt gebruik gemaakt om een
dringend beroep op de leveran
ciers te doen van het boven
staande goede nota te willen
nemen. De verstrekking van
alcoholische dranken is van
zelfsprekend verboden.
De waardebon dient tot zijn volle
waarde in betaling te worden aan
genomen. Geheele of gedeeltelijke
inwisseling tegen contant geld mag
niet plaats vinden. Misbruik van
dezen waardebon wordt strafrech
terlijk vervolgd.
De directeur-generaal heeft be
paald. dat deze waardebons door de
stichting W. H. N. zullen worden
gebruikt, teneinde zeker te zijn,
dat de ter beschikking gestelde gul
den zoo nuttig mogelijk zullen
worden besteed. De plaatselijke
directeur kan, indien zulks in bij
zondere gevallen noodzakelijk
wordt geoordeeld, de waardebons
door zijn werkgemeenschap doen
inwisselen tegen levensmiddelen,
kleeding of brandstoffen, teneinde
de hulpbehoevenden in natura te
helpen. De directeur-generaal'ver
wacht dat. de leveranciers uitslui
tend prima materialen zullen leve
ren op de waardebons der W. H. N.
Van 16 Dec. af vrij van
douanerechten.
Berlijn, 12 December. De
Duitsche rijksminister van
financiën heeft door een in den
Reichsanzeiger van 11 Decem
ber 1940 gepubliceerde veror
dening betreffende wijziging
van douanetarieven ter verge
makkelijking van het goede
renverkeer tusschen Nederland
en Duitschland bepaald, dat
van 16 December 1940 af de
goederen, afkomstig uit de be
zette Nederlandsche gebieden,
vrij van douanerechten zijn.
De regeling geldt niet voor goe
deren, die zich op den. dag van het
inwerkingtreden der verordening
reeds in het douaneverkeer van het
Duitsche douanegebied bevinden.
HET VERVOERVERBOD VAN
VEEVOEDER.
15 tot en met 21 Dec.
Met verwijzing naar het bericht
inzake de inventarisatie van vee
voederproducten enz.) wordt er de
aandacht op gevestigd, dat het
daarin bedoelde vervoerverbod
geldt voor de periode van 15 tot en
met 21 December, dus niet tot en
met 20 December, zooals aanvan
kelijk werd vermeld.
MOLEN MET AFBRAAK
BEDREIGD.
De laatste in de
Haarlemmermeer.
Er is sprake van, dat de koren
molen „De Eersteling" in Hoofd
dorp, de eenige molen in de Haar
lemmermeer, welke nog in tact is
zal worden gesloopt.
De molenaar verklaart geen geld
voor herstel te hebben. Zelfs
brandstoffenschaarschte, welke op
het molenaarsbedrijf, dat nu gemo
toriseerd is, drukt, zal den slooper
niet van hét erf kunnen houden
Zonder brandstof wordt het bedrijf
stopgezet. x
„De Eersteling" werd in 1856
door den grootvader van den te-
genwoordigen eigenaar gebouwd.
LEVERING VAN BOTER AAN
HANDELAREN.
De secretaris-generaal van het de
partement van landbouw en vis-
scherij heeft een wijziging gebracht
in het crisis-zuivelbesluit 1940, waar
door het aantal handélaren, aan
wie de boterproducenten verplicht
zijn een gedeelte van hun productie
te leveren, wordt beperkt tot hen,
die in de basisperiode van de totale
door hen ingekochte hoeveelheid
boter, zijnde ten minste 250.000 kg,
ten minste 60 pet. rechtstreeks heb
ben betrokken van producenten en
ten minste 60 pet. hebben verhan
deld aan anderen dan consumenten.
't Is Uw eigen schuld, meneer
de Groot. Ik heb het U immers
vaak genoeg gezegd, dat het bed
klokslag 8 uur omhoog gaat.
IN TWENTE, het land waar de oude folkloristische gebruiken op
zulk een typische wijze voortleven, heeft men weer een aanvang ge
maakt met het zgn. midwinterblazen. In de nabijheid van Hengelo
woont een boerentimmerman, die er zich op beroemen kan, de eenige
in Europa te zijn, die de kunst verstaat den midwinterhoorn te ver
vaardigen. De hoorn is klaar. Boven den put wordt weer midwinter
geblazen. (Polygoon)
FRANSCHE JOURNALISTEN BEZICHTIGEN WERKEN VAN DE
MAGINOTLINIE. Het afdalen van werk 230. (Holland)
I
HET KUNSTRIJDERSPAAR PAUSIN, dat Woensdagavond op de
Apollo-fcunstijsbaan te Amsterdam een demonstratie gaf, tijdens de
training. (Polygoon)
D08B R. ARMH. DETROIT
45)
Ben Beverly kreeg zijn bezinning
terug. Hij steunde en na eenige
oogenblikken sloeg hij zijn oogen op.
Peters liet de boot drijven, er was
maar weinig strooming. Peters
maakte den doek over Beverly's on
derste gelaatsdeel wat losser.
„Als je niet schreeuwt, gaat het
ook zonder dat bandje! Als je
schreeuwt, druk ik je keel dicht,
dat je denkt, dat je de bof hebt.
Heb je al eens de bof gehad?"
„Houd je stil", steunde Ben Be
verly. „Daar zul je voor boeten,
man! In het stinkendste hol, dat ze
in Dakar hebben, laat ik je opslui
ten!"
In Peters had zich een verande
ring voltrokken. Peters kpnde zich
zelf niet meer.
„Als ze me te pakken krijgen",
zei hij rustig. „Ze hebben me nog
niet. Maar als ze me krijgen, dan
maak ik je vooraf dood, want aan
jou heb ik al die narigheid te dan
ken! En wind je nu maar niet te
veel op, want je hebt je leven al
leen te danken aan mijn grootmoe
digheid. Ik had je net zoo goed kun
nen laten verdrinken. Zie je„ als ik
degene was, voor wien je me houdt,
dan was je nu dood, mijnheer en
mevrouw haai "zouden je op het aan
recht hebben, ze zouden je opeten
en de rest inmaken! Een man, die
Grizzard uit een hinderlaag doodt,
maakt ook met Ben Bevërly korte
meften! Kun je dat met je verwarde
kop begrijpen?"
„Houd je bek", zei Ben Beverly,
die zich niet liet intimideeren.
„Hé, we worden familiaar", hoon
de de wild, geworden Peters. Jam
mer, dat we hier geen glaasje heb
ben om even te klinken, Ben Bever
ly. Maar desondanks op je ge
zondheid!"
„Je kunt de rambam krijgen!"
bromde Ben Beverly.
„Dank je, jij ook!"
„Dat kost je diverse jaren tucht
huis", knarsetandde Beverly, die
steeds opgewekter werd. „Tien ja
ren tuchthuis!"
„Neen", snauwde Peters vastbe
sloten, „dat kost. je het leven, man.
Als juffrouw Edna niet komt, dan
roei ik naar de open zee, zoodra het
lichter wordt. Ik word niet opgeslo
ten en zeker niet doof jou, heb je
dat begrepen? Als het niet anders
kan, moge de duivel ons halen
jou en mij! Ik heb namelijk nu ge
noeg van de poppenkast, waar ik
niets aan doen kan!"
„Waar ik niets aan doen kan, die
i3 goed!" Ben Beverly richtte zich
een weinig op.
„Stil!" beval Peters, terwijl hij
weer naar een riem greep. „Als je
niet rustig blijft, mannetje dan
breng ik je nog eens onder narcose!
Denk aan je armen schedel!"
Beverly liet zich terugglijden.
Terwijl de boot voortdreef, keek
Peters wees eens om zich heen.
Langzaam kwam een andere boot
van den oever naar zee.
Voorzoover bij het onzekere licht
te zien was, bevonden er zich twee
menschen in. Peters moest wachten,
zelfs op het gevaar af, dat het poli-
tie-beambten waren. Zijn heil was
van Edna afhankelijk, alleen Edna
kon hem helpen.' Zachtjes kwam de
boot naderbij. Een man, die er wei
nig vèrtrouwwenwekkend uitzag,
roeite, aan het roer zat Edna.
„Jurgen!"
„Ja, ik ben het", zei Peters.
„Je kunt nu niet aan land. Ben
Beverly ligt daar ergens op den loer
Hij v/as gisteravond tamelijk laat
op de gehuurde kotter, hij heeft te
gen den man gezegd, dat hij wist,
waar het om ging, en de man moest
het niet wagen, je op te visschen.
Dat zou hij wel heel alleen doen.
Onze man" Edna wees op het
duistere individu „liet zich jam
mer genoeg bang maken en roeide
pas, toen ik^was gekomen en met
hem had gesproken. Waar heb je die
boot vandaan?"
„Hier, mijn vriend Beverly heeft
ervoor gezorgd! Hier ligt hij".
Edna kreeg een vreeselijken
schrik.
„Je hebt hem
„Neen", zei Ben Beverly, „hij heeft
niet, maar hij wilde wel. Tien jaar
tuchthuis kost hem dat! En u drie,
juffrouw Bosch!"
Het duistere individu in Edna's
boot keek even naar Beverly, trok
dan een mes uit zijn gordel en reik
te het Peters over.
„Daar, maak hem af!"
Peters dacht na.
„Als we hem vrijlaten", dacht hij,
jaagt hij dadelijk met alle beschik
bare middelen achter ons aan.
„Hé, Beverly, wat moet ik met je
beginnen?"
„Maak hem toch dood", zei het
duistere individu ongeduldig. „Hij
weet alles, je kunt hem alleen maar
dood maken. Kom hier maar in de
boot, ik zal het wel doen!"
Peters moest ondanks de rqoeilijke
situatie lachen.
„Hoor je dat, Beverly? Je leven
hangt aan den beroemden zijden
draad. Wat moet ik nu heusch met
je doen?'?,
Beverly was uit het goede hout
gesneden. Beverly had niet voor
niets, den naam gekregen, zoo gauw
niet bevreesd te worden. Daarom
zei hij een heel leelijk woord.
„Foei!" zei Peters. „We hebben
hier een dame, man, vergeet je dat
niet?"
Het duistere individu verloor zijn
geduld. Dat bleek uit een aantal
vloeken, hetwelk hij ten beste gaf.
Het zou spoedig dag worden; of ze
langer hier van plan waren te wach
ten?
„We nemen Beverly mee", zei
Peters, vastbesloten.
Het duistere individu werd rood
van toorn tot onder zijn pokdalige
lidteekens, hetgeen overigens nie
mand zag. Nooit zou hij aan zulk
een dwaasheid meewerken.
„Maar hij heeft veel geld", paai
de Peters, die voor het oogenblik
geen anderen weg zag om alle be
langen te combineeren.
„Al dat geld, zijn heele vermogen
persen we hem af. Als hij ooit zijn
vaderland wil terug zien, moet hij
het eerst aan ons geven!"
Het individu, dat overigens Lopez,
heette en twintig jaren van zijn le
ven in de Fransche strafkolonie
Cayenne had doorgehracht, spitste
zijn ooren.
„Is hij rijk? Als hij rijk is", sprak
de heer Lopez, „mag hij meekomen
Hij zal om te beginnen duizend
dollar betalen. Voor de passage".
„Je kunt ophoepelen", brulde Be
verly plotseling woedend.
Lopez speelde weer me zijn mes.
„Als hij nog eenmaal zoo te keer
gaat, steek ik hem overhoop. Klimt
u maar in de andere boot over,
Miss, ik vaar terug en haal de. kot
ter. Jullie moet intusschen op dien
kerel daar zitten en houd elkaar
omarmd, kust elkaar dat is voor
de polyp en genoeg, dan laten ze je
met rust. Wij loopen, zoo gauw als
ik terug ben, uit en we nemen jul
lie verderop aan boord".
Wat de heer Lopez met zijn pok
dalige huid zeide, werd als juist er
kend en goed bevonden. Edna klom
naar Peters en Ben Beverly over,
waarop Lopez er nog eens aan her
innerde, dat allereerst duizend dol
lar voor mr. Beverly moest worden
betaald, hetgeen Edna zonder meer
beloofde. Daarna nam Lopez de rie
men en roeide naar het land. Pe
ters deed hetzelfde en richtte zich
naar de zee.
Een tijdje sprak niemand een
woord. Eindelijk verbrak Peters het
zwijgen. Hij vroeg Edna, goed uit
te kijken voor het geval zich een
douaneboot zou vertoonen. Dan
moest Beverly namelijk snel wor
den gekneveld!
Edna zei, dat ze dat deed. Ze zei
het tamelijk bedrukt en blijkbaar
maakte ze zich toch eenigszins be
zorgd over de naaste toekomst.
(Wordt vervolgd'1
1