WAT NU?
KRUSCHEh!
Hoe identiteit wordt
vastgesteld.
BUITENLAND.
Alle Lijders aan Rheumatiek
FEUILLETON
TWEEDE ELAD.
2
Wachten op oproep.
Zooals bekend, zal de uitreiking
van de persoonsbewijzen geschieden
vóór 1 October a.s. De „Staatscou
rant" van 25 Februari gaf nu nadere
richtlijnen over die bewijzen.
De verzending of uitreiking zal
zoodanig tusschen 1 Maart en 1 Oc
tober geschieden, dat elke maand
ongeveer een zevende deel der ge
rechtigden wordt opgeroepen en
elke week ongeveer een vierde deel
van het aantal per maand.
De opgeroepene legt zijn identi
teitsbewijs over en, indien dit iden
titeitsbewijs niet de distributiestam
kaart is, bovendien zijn distributie
stamkaart.
De vaststelling der identiteit moet
met groote nauwkeurigheid geschie
den aan de hand van de gegevens,
welke zijn vermeld op de persoons
kaart van het bevolkingsregister.
In geval van twijfel wordt het on
derzoek voortgezet.
Is geen zekerheid omtrent de iden
titeit van den persoon te verkrijgen,
dan wordt de verdere behandeling
voorloopig geweigerd.
Indien de ontvangen antwoorden
zoo bevredigend zijn, dat de identi
teit van den opgeroepene geacht kan
worden genoegzaam vast te staan,
wordt onmiddellijk overgegaan tot
het vaststellen van de nationaliteit.
Ten aanzien van een ieder wordt
door ondervraging de nationaliteit
vastgesteld. Hierbij is slechts reke
ning te houden met de onderschei
ding in Nederlanders, Nederlandsche
onderdanen en vreemdelingen (hier
in begrepen de staatloozen).
Bij twijfel omtrent dubbele natio
naliteit wordt de zaak voorgelegd
aan het Hoofd der Rijksinspectie.
Indien geen verschil of twijfel be-'
staat en het model van het ingevulde
Persoonsbewijs, zoomede van de in
geleverde uitnoodiging, in overeen
stemming is met de vastgestelde na
tionaliteit, wordt terstond overge
gaan tot het vaststellen van den
burgerlijken staat.
Ten aanzien van gehuwden, we
duwnaars, weduwen en gescheide-
nen worden de geslachtnaam en de
voorletters van de(n) (gewezen)
echtgenoot(e) vastgesteld. Een en
ander wordt vergeleken met de ter
zake in vakken van de persoonskaart
vermelde gegevens.' Indien deze ge
gevens niet overeenstemmen met de
verkregen inlichtingen, wordt een
nauwkeurig onderzoek ingesteld. Het
Persoonsbewijs kan eerst worden
uitgereikt nadat aan de hand van de
door dat onderzoek verkregen inlich
tingen, met zekerheid de burgerlijke
staat is kunnen worden vasstgesteld.
Stemmen de verkregen gegevens
overeen met die van de Persoons
kaart, dan wordt de invulling ter
zake van het Persoonsbewijs en van
de ingeleverde uitnoodiging op haar
juistheid getoetst.
Schuilnamen.
De burgemeester of het Hoofd der
Rijksinspectie kan, op schriftelijk
verzoek van den gerechtigde op blad
zijde 6 van het Persoonsbewijs onder
„aanteekeningen van bevoegd ge
zag" melding doen maken van den
schuilnaam (pseudoniem), waaronder
deze als schrijver, tooneelspeler,
kunstenaar of artist bekend staat.
Het vorenstaande is van overeen
komstige toepassing ten aanzien van
Roomsch-Katholieke geestelijken en
ordebroeders of ordezusters, die in
deze hoedanigheid een bijzonderen
naam voeren. In andere gevallen is
het melding maken van schuilnamen,
enz. niet geoorloofd.
De op blz. 6 van het Persoonsbewijs
vermelde bijzondere naam wordt op
de ingeleverde uitnoodiging aange-
teekend in de ruimte naast de inge
voerde foto, zoomede als staande
in verband met het beroep in vak
7 van de Persoonskaart. In het Per
soonsregister wordt een verwij zings
kaart geplaatst.
Voor de vermelding van het be
roep op het Persoonsbewijs is in het
algemeen alleen het voornaamste- of
hoofdberoep van belang.
Het beroep moet zoo worden om
schreven, dat een ieder terstond een
indruk krijgt van de werkzaam
heden, welke de persoon Verricht.
Het is niet geoorloofd een be
schermd beroep op het Persoonsbe
wijs en op de ingeleverde uitnoodi
ging te vermelden, tenzij ter inzage
is overgelegd het officieel bewijs
stuk, waaruit blijkt, dat de persoon,
krachtens aanstelling of diploma, af
gegeven door een wettelijk bevoegde
of algemeen erkende instantie, tot de
uitoefening van dat bêroep in het be
zette gebied bevoegd is.
Als beschermde beroepen worden
beschouwd elke functie in overheids
dienst, in alle rangen en onder alle
benamingen: advocaat, apotheker,
arts, candidaat-notaris, dierenarts,
ingenieur (bouwk.-, electro-techn.-,
scheik.-, enz.), makelaar, notaris,
predikant, priester, procureur, tand
arts, verpleegster, verpleger.
Vingerafdrukken.
Vingerafdrukken mogen alleen
worden gemaakt door hen, die daar
toe bevoegd zijn verklaard door het
hoofd der Rijksinspectie. Dit geldt
zoowel voor den burgemeester als
voor den aangewezen ambtenaar en
den daartoe bijzonderlijk door den
burgemeester aangewezen ambte
naar van politie. Vingerafdrukken
mogen in geen geval worden geno
men door hulppersoneel. De wijze,
waarop de bevoegdverklaring tot
stand komt, wordt geregeld door
het hoofd der Rijkinspectie.
De afdrukken, welke van den
rechterwijsvinger worden gemaakt,
zijn zoogenaamde platte afdrukken.
De vinger moet dus niet gerold"
worden. Het gebruik van een stem-
pelkussen voor het maken van een
vingerafdruk is verboden.
Indien noodig, wordt de vinger
tevoren goed schoongemaakt, hetzij
met water en zeep, hetzij met ben
zine, hetzij met terpentine (geen
terpentijn), hetzij met terta-chloor-
koolstof.
In normale gevallen worden de
drie achereenvolgende afdrukken
gemaakt van den rechterwijsvinger.
Indien de rechterwijsvinger ont
breekt, worden de afdrukken ge
maakt van den rechtermiddelvinger.
-ringvinger, -pink of -duim, van
den linkerwijsvinger, middelvinger
-ringvinger, -pink of -duinm, tel
kens indien de voorafgaande vinger
ontbreekt.
Indien de rechterwijsvinger niet
ontbreekt, doch wegens verwonding
e.d. niet kan worden afgedrukt, ge
schiedt het maken van afdrukken
van een der andere vingers, tenzij
de verwonding van zoodanigen aard
is te achten, dat binnenkort gene
zing is te verwachten.
In dit laatste geval wordt het ne
men van vingerafdrukken uitge
steld tot na de genezing.
Een litteeken op den rechterwijs
vinger, mits niet te groot, vorml
geen beletsel voor het maken van
een afdruk van dien vinger, aange
zien een zooanidg litteeken veeleer
een kenmerk temeer zal zijn.
HET BONDGENOOTSCHAP
ENGELAND—TURKIJE.
Istanboel, 27 Febr. (D.N.B.) Ter
gelegenheid van het bezoek van
Eden schrijft de afgevaardigde Na-
dan in het blad Cumhuriyet o.a.: Het
bondgenootschap van Turkije met
Engeland houdt werkelijk niets in,
dat een aanval op een staat, welke
ook, zou kunnen bevorderen. Bij
iedere gelegenheid heeft de Turk-
sche regeering het uitvoerige defen
sieve karakter van het bondgenoot
schap bekend gemaakt. In dezen oor
log heeft Turkije geen aansoraken,
die het moet laten gelden. Het is
slechts op het behoud van de eigen
veiligheid bedacht.
Ook het blad Son Posta wijst er
op, dat de verplichtingen, die voor
Turkije voortvloeien uit het bond
genootschap met Engeland, uitslui
tend defensief zijn. Turkije is voor
nemens, den vrede te bewaren, doch
het zal in geen geval een aanval op
zijn veilingheidszóne en onhanke-
Ljkheid dulden.
„ILLUSIE VAN CHURCHILL".
Berlijn, 27 Febr. (A.N.P.) Het tijd
schrift „Berlin-Rome-Tokio" bevat
onder het opschrift „Illusies van
Churchill" het volgende hoofdarti
kel:
Zooals de „Potemkin-dorpen" in
de geschiedenis en spreekwijze van
Europa ingang gevonden hebben, zoo
moet ook het begrip „Illusies van
Churchill" en „De hersenschimmen
van Churchill's politiek en propagan
da" eens als gevleugeld woord in de
woordenschat van Europa worden
opgenomen. Deze illusies van Chur
chill zijn van velerlei aard. Waar er
een vervliegt, toovert Churchill een
nieuwe te voorschijn. Zoo zijn daar
b.v. de hulp van de Ver. Staten, het
Z.O. van Europa, dat de Britsche mi
nister-president bij voorkeur tot mo
gelijk oorlogstooneel verklaart, de
verhouding tusschen Duitschland en
Rusland, waaruit Churchill steeds
nieuwe gevaren voor Duitschland en
steeds nieuwe voordeelen voor Enge
land bedenkt, de steeds weer bezwo
ren solidariteit der democraten en
van de commonwealth, en tenslotte
het z.g. „ontembare uithoudingsver
mogen" van 't dagelijks gebombar
deerde, ontredderde en in onbe
schrijflijke sociale ellende levende
verhongerende Engelsche volk, en de
„oorlogsmoeheid" van het stelselma
tig verzorgde, beschermde, zegevie
rende en door 'n sterke idee gedragen
Duitsche volk. Een jaar geleden
sprak Churchill niet over „uithou
dingsvermogen". Toen heette het
„Vertrouwen in de overwinning, ze
kerheid van de overwinning, verplet
tering van het nationaal-socialistische
rijk, vernietiging van de nationaal-
socialistische heerschappij" en hoe de
slagwoorden allemaal mochten hee-
ten, welke Churchill zich voor zijn
overwinningspolemiek had uitge
dacht. Evenals op dit punt, worden
ook elders vorm en inhoud der illu
sies van Churchill gewijzigd en raakt
het Engelsche volk eraan gewend,
ook hier van de hand in de tand te
leven.
Op het ongerijmde en holle der
illusies van Churchill, zijn politieke
en illusoire propaganda afzonderlijk
in te gaan, zou vergeefsche moeite
zijn. Churchills politiek kan nog
slechts vergeleken worden met de
treurige functie van een arts, die om
bepaalde redenen voor zijn patiënt
het sterfuur door steeds versterkte
geneesmiddelen rekt. Bij vlagen pro
beert de Engelsche minister-presi
dent zijn volk op te zweepen, het met
producten der fantasie, die voor ons
steeds onbegrijpelijker worden, den
waren toestand te verdoezelen en
zijn blik af te leiden van den weg,
welke onvermijdelijk naar het fatale
einde voert. Het feit, dat de Engel
sche regeering nog slechts van vol
houden spreekt en haar volk met een
treurige, ij dele hoop probeert te
troosten, kenmerkt den Engelschen
toestand beter dan al het andere.
Het is slecht gesteld met den oor
log van een volk, dat nog slechts
vecht ter wille van het volhouden
Er bestaat hiervoor een precedent
van niet lang geleden: de positie van
het Fransche volk in het vorige jaar
met de oproepen van Reynaud, de
godsdienstoefeningen en al de andere
acties om vol te houden, waarmede
de Fransche regeerders hun volk te
vergeefs bij elkaar probeerden te
houden. Engelands nederlaag is ze
ker. Steeds meer volken en regee
ringen gaan dit inzien. Ook Amerika
dat onthullen de op marktge
schreeuw gelijkende debatten rond
om de wet tot hulpverleening aan
Engeland wil geen overwinnings
wapen, doch slechts nog uithoudings
wapenen aan Engeland in groote
haast door zijn beursvrienden aldaar
ter beschikking stellen, opdat dezen
hun geld gunstig in de Amerikaan-
sche wapenindustrie kunnen beleg
gen, en daarmede tevens de firma
Engeland zoo mogelijk uitverkocht
geraakt en voor altijd niet tot con-
curreeren in staat is, wanneer de
Joodsche ophitsers het eiland ont
vluchten en de dan npg overgeble
ven deelen van de commonwealth in
den schoot der alleenzaligmakende
democratie van Roosevelt vallen.
Steeds krachtiger wordt in de we
reld het bewustzijn van het feit, dat
er aan de Duitsch-Italiaansche eind
overwinning niets te veranderen
valt, welke zich op den achtergrond
der Engelsche illusies scherp aftee-
kent. Het is daarom begrijpelijk, dat
in deze omstandigheden de bereid
willigheid tot medewerking aan de
nieuwe regeling van de Europeesche
vraagstukken en aan de nieuwe or
dening in deze gebieden steeds groo-
ter wordt. Zoo kan het Z.O. van
Europa thans over het algemeen als
een min of meer gesloten aanhanger
van de politiek der nieuwe ordening
beschouwd worden.
Ook andere landen zullen in toe
nemende mate van het feit overtuigd
geraken, dat de in het verleden met
Engeland aangeknoopte verbindin
gen voor een alliantie-politiek sinds
lang verbroken zijn, en dat de belan
gen van hun volken beter beschermd
zijn, wanneer hun staatslieden reke
ning houden met de nieuwe werke
lijkheid in Europa, in plaats van te
treuren om opvattingen of combina
ties welke door de gebeurtenissen al
lang zijn achterhaald.
De macht van de in het driemo-
gendhedenpact verbonden mogendhe
den, Duitschland, Italië en Japan, en
van de daarbij aangesloten staten, en
het vernuft van hun nuchtere poli
tiek kan en zal ook in de toekomst
in toenemende mate hen tot inzicht
brengen, die uit vrees of wanbegrip
meenden hun sympathieën aan En
geland te moeten schenken. Deson
danks zal Winston Churchill probee-
ren, het Engelsche volk en de wereld
met zijn illusies te blijven bedrie
gen. Wij herinneren hier aan het En
gelsche spreekwoord: „Men kan elk
een soms, vele menschen telkens,
maar niet alle menschen telkens voor
den gek houden". Ook aan Churchill
zal de waarheid van dit spreekwoord
niet ontgaan. De staten van het drie-
mogendhedënpact en van de bij hen
aangesloten landen bereiden zich
echter op de eindoverwinning voor.
De daarvoor benoodigde wapenen
zijn gesmeed. Geweldig staan alle
deelen van de Duitsche weermacht
voor den slag gereed. Vast aaneen
gesmeed staat het front van de strij
ders en het thuisfront. Vast aaneen
gesmeed staan de verbonden tegen
standers van Engeland, als een vast
beraden levensgemeenschap. Met
hun wapenen echter zullen zij df-
illusies van Churchill als een schim
verdrijven.
BEROEMDE FRANSCHE KUNST
SCHATTEN IN VEILIGHEID.
Parijs, 27 Febr. (D.N.B.) De kost
baarste Fransche kunstvoorwerpen
zijn volkomen onbeschadigd en be
vinden zich in veiligheid. Prof. dr.
Langdorf, van de afdeeling cultu-
reele zaken bij het bestuur van den
militairen bevelhebber in Frankrijk,
heeft verklaard, in tegenstelling tot
desbetreffende berichten der buiten-
landsche propaganda, dat de Duit
sche militaire overheid in het geheel
geen kunstvoorwerpen, handschrif
ten of boeken uit openbaar Fransch
bezit naar Duitschland heeft ge
bracht. De beroemde „Nike van Sa-
mothracee" bevindt zich op veilige
plaats in het onbezette Frankrijk, en
hetzelfde is het geval met de „Mona
Lisa" de „Venus van Milo", de
Griekscbe reliefs van het Parthenon
en andere groote kunstschatten uit
het Louvre. De Fransche autoriteiten
en de directie van het Louvre heb
ben het grootste deel dezer kunst
schatten voor h:'; begin van het
offensief in veiligheid gebracht
Van Duitsche zijde wordt bovendien
alles gedaan om de waardevolle his
torische kasteeleu te beschermen.
Zoo zijn Main-tenon, Versailles, Fon-
tainebleau en Compiegne door de
Duitsche troepen weer ontruimd.
moesten de eenvoudige Kruschen-kuur
volgen, zooels miljoenen menschen over
de heele wereld dat dagelijks doen.
Kruschen zal ook U uitkomst brengen:
Diórom, neem óók
onder voortdu
rende controle
v<in siheikun
dige-apoiht'ker
G. J. Logger
Bij apoth en drog. 1.62,1 47,0 76,0 41.
JOHN WINANT NAAR
ENGELAND VERTROKKEN.
New York, 27 Febr. (D.N.B.) De
nieuwe Amerikaansche ambassadeur
voor Londen, John Winant, is heden
per Clipper-vliegtuig naar Portugal
vertrokken, om zich vandaar naar
Engeland te begeven. Volgens de
Associated Press verklaarde hij voor
zijn vertrek, dat president Roosevelt
en hij het eens geworden waren over
een „politiek van materieele hulp
aan Engeland". Hij zeide alles te
zullen doen om deze politiek uit te
voeren. Wat er ook gebeure, alles
hangt af van de Amerikaansche be
reidwilligheid tot h.ulpverleening in
de komende weken en maanden. De
ambassadeur reist in gezelschap van
den hem door president Roosevelt
meegegeven adviseur Benjamin
Cohen.
DE TOENEMENDE STAKINGEN
IN DE VER. STATEN.
New-York, 27 Febr. (D.N.B.) De
New-York Times meldt, dat de toe
nemende stakingen in de staal-, de
textiel- en de steenkoolindustrie be
zorgdheid wekken in de voor de be
wapening verantwoordelijke kringen
in Washington. De staking in de
Bethlehemfabrieken zal nadeelig zijn
voor het scheepsbouwprogram en
den bouw der tankschepen voor het
leger. In kringen van het bewape
ningsbureau verklaart men, dat men
wellicht Roosevelt zal voorstellen
om de Bethlehemfabrieken door den
staat te doen overnemen. Ook de tex-
tielvakvereenigingen hebben kortge
leden looneischen in de wolindustrie
gesteld.
ROOSEVELT OVER DE HULP
AAN ENGELAND.
Washington, 28 Febr. (D.N.B.)
President Roosevelt heeft ter ge
legenheid van de bekroning der
beste Amerikaansche filmartisten
van het Witte Huis uit een radiotoe
spraak gehouden, waarin hij het ont
werp tot hulpverleening aan Enge
land een hoogst belangrijken factor
voor de verdediging van het Weste
lijk halfrond noemde. Hij sprak de
meening uit, dat de Vereenigde
Staten alle democratieën van het
Westelijk halfrond, alsmede de toe
komst der democratie zelve, hebben
te verdedigen. Hij zeide verder, dat
het Westelijk halfrond thans een
lichtend voorbeeld van inter-Ame-
rikaansche solidariteit is. De regee
ring der Vereenigde Staten heeft
een instrument geschapen, dat de
groeiende economische en cultureele
betrekkingen met de andere Ame
rikaansche republieken bevordert
in den geest der inter-Amerikaan-
sche solidariteit en der verdediging
van het Westelijk halfrond. Roose
velt zeide, dat het de eerste taak der
Amerikaansche filmartisten is, dat
zij door hun kunst de volken van
het Westelijk halfrond nader tot el
kander brengén.
DE VREDESCONFERENTIE IN
TOKIO.
Tokio, 27 Febr. (D.N.B.) Naar het
blad Asahi Sjimboen meldt, heeft de
Fransche ambassadeur, Arsene
Henry, heden van Vichy antwoord
ontvangen op het jongste Japansche
bemiddelingsvoorstel in het grens
geschil tusschen Thailand en Fransch
Indo-China.
Waarschijnlijk zal Henry krach
tens deze nieuwe instructies tegen
voorstellen doen. Het blad schrijft in
dit verband, dat de Japansche re
geering vast besloten is voor het
einde van deze week een oplossing
van de aangelegenheid te bewerk
stelligen.
De bijzondere afgezant van de
regeering van Thailand, minister
Badakaroe, is per vliegtuig in Tokio
aangekomen. Hij verklaarde aan
journalisten niets te kunnen zeggen
over de betrekkingen tusschen Thai
land en Fransch Indo-China, zoolang
de Vredesconferentie geen resultaat
heeft opgeleverd. Thailand zoo
zeide de minister hoopt op een
spoedigen succesvollen afloop van
de conferentie.
Naar de Jomioeri Sjimboen meldt,
heeft minister Badakaroe belang
rijke instructies voor Tokio ontvan
gen. Behalve deelneming aan de
vredesconferentie zou zijn taak be
staan in de versterking der betrek
kingen van vriendschap tusschen
Japan en Thailand.
Domei meldt uit Hanoi, dat de
gouverneur-generaal Decoux giste
ren in een bijzondere conferentie
heeft gepoogd een beslissing te ver
krijgen over het Japansche compro
misvoorstel tot bijlegging van de
grensgeschillen tusschen Thailand en
Fransch Indo-China.
Aan deze conferentie namen de
opperbevelhebber van de Fransch-
Indo-Chineesche strijdkrachten, ge
neraal Mordant, en andere vooraan
staande personen van het bestuur te
Hanoi deel. Over het resultaat der
conferentie is nog niets bekend.
1500 ARBEIDERS AAN DE
CLYDE STAKEN.
New York, 27 Febr. (D.N.B.) Vol
gens een bericht uit Londen zijn 1500
arbeiders van een werf aan de Clyde
in staking gegaan, dit is een protest
actie tegen de uitsluiting van vele
honderden werknemers, die te laat
op het werk zijn verschenen.
MINISTER EDEN TE ANKARA.
Istanboel, 27 Febr. (D.N.B.) Ter
wijl de Britsche minister van buiten-
landsche zaken, Eden, gisteren zijn
voorgenomen bezoeken aan den mi
nister-president, den voorzitter der
nationale vergadering en den Turk-
schen minister van buitenlandsche
zaken bracht, heeft de chef van den
Britschen generalen staf, Dill, zijn
ambtsgenoot maarschalk Tsjakmak,
en diens plaatsvervanger, generaal
Dunduz, bezocht.
Volgens een bericht uit Cairo zal
Eden ook een bezoek aan Athene
brengen.
Cripps naar Istanboel.
Moskou, 27 Febr. (D.N.B.) De
Britsche ambassadeur te Moskou, sir
Stafford Cripps, is vanochtend met
een speciaal vliegtuig naar Istanboel
vertrokken. In zijn gezelschap bevin
den zich de ambassadesecretaris Rus
sell en de Britsche luchtvaartatta
ché te Moskou, Hullawell. Men
neemt aan, dat sir Stafford Cripps te
Istanboel den Engelschen minister
van buitenlandsche zaken Eden en
den chef van den generalen staf Dill
zal ontmoeten.
DE AFGEZANT VAN ROOSEVELT
TE TSJOENGKING.
Tsjoengking, 27 Febr. (D.N.B.) De
persoonlijke afgezant van Roosevelt,
Lauchlin Currie, die zijn missie te
Tsjoengking heeft volbracht, is ver
trokken naar Hongkong, vanwaar hij
de reis naar de Ver. Staten zal
voortzetten.
Currie heeft te Tsjoengking met de
vooraanstaande Chineesche staatslie
den, onder wie den opperbevelheb
ber van het leger besprekingen ge
voerd over den economischen toe
stand en de behoeften van China.
BOTSINGEN TUSSCHEN
COMMUNISTEN EN TROEPEN
VAN TSJOENGKING.
Tokio, 27 Febr. (Domei). Uit Tai-
joean wordt gemeld, dat zich in
Sjensi en Sjansi bloedige gevechten
hebben voorgedaan tusschen commu
nistische troepen en troepen van
Tsjoengking. Na een verbitterden
strijd zijn 3000 man roode troepen
ontwapend door strijdkrachten van
Tsjoengking onder bevel van gene
raal Li-Wen. Eerder in Februari is
het ten zuiden van Linhsieu tot een
botsing gekomen tusschen 6000 com
munisten en het 40ste leger van
Tsjoengking. Tweeduizend commu
nisten werden ontwapend, de ande
ren trachtten in Sjansi binnen te
dringen. Op 17 Februari zijn afdee-
lingen van generaal Tsjan-Li-Sjeng,
commandant van de achtste oorlogs
zone, door communistische troepen
te Toengtaitsjai in Sjensi op de
vlucht gedreven.
DOOR DENIS MACKAIL.
47)
Harry was beslist veel zwaarder
gebouwd dan zijn tegenstander en
hoewel hij blijkbaar niet in training
was, zou hij, zijn postuur in aan
merking genomen, wel geacht mo
gen worden in staat te zijn, zijn
aanvaller den tuin uit te gooien, als
hij daartoe een poging wilde doen.
Maar hoe langer hij zijn tegenstan
der opnam, hoe meer hem de lust
verging een poging in die richting
te wagen, zelfs al druischte het te
gen zijn gevoel van rechtvaardig
heid in, dat een aanval op den ver
heven persoon van Harry Lloyd on
gestraft zou blijven.
„Nou?" zei Jim veelbeteekenend.
„Wat, voor den duivel, doe je
hier?" antwoordde Harry. En als hij
slechts het gesprek op dezen voet
zou kunnen voorzetten, leek het,
alsof hij althans uit hoofde van zijn
meerdere taalkennis een overwicht
op dien vagebond, of wat die vent
mocht zijn, zou kunnen behouden.
Doch Jim sloeg geen acht op dit
verzoek om inlichtingen en her
haalde slechts zijn vraag.
„Ben je van.plan je excuses te
maken aan juffrouw Steele?" zei
hij, -welke vraag gevolgd werd
door verschillende gebeurtenissen.
Om te beginnen keek Mary voor
de eerste maal op om haar redder
in oogenschouw te nemen en uitte
daarbij een onderdrukten kreet,
waarin verbazing, schrik, opluch
ting, verontwaardiging en blijdschap
om den voorrang streden. Ten twee
de deed Jim, die merkte dat hij op
zijn vraag niet het prompte ant
woord kreeg, hetwelk naar zijn
meening geboden was, een stap in
Harry's richting, waarbij hij zijn
rechterhand tot een, naar Harry
meende, zeer onplezierig uitziende
vuist balde. En het derde voorval
was, dat Harry, die plotseling een
stap zijwaarts deed, hetzij om den
dreigenden vuist te ontgaan, dan
wel een poging te doen, zich weel
bij Mary te voegen, over een der
steenen van het pad struikelde.
Terwijl hij vooruit schoot, hief hij
zijn linkerarm op, om een eventu-
eelen slag af te wenden en
schreeuwde: „Pas op, als je slaat!"
Jim deed hierop een tweede stap
voorwaarts, waarop Harry het op
een loopen zette. Jim dacht een'
oogenblik dat deze vlucht 'n voort
zetting was van Harry's struikeling
en slechts diende om zijn evenwicht
te herstellen, doch hij bemerkte al
gauw, dat hij zich hierin vergiste en
zette de achtervolging in.
Gedreven door een panischen
schrik en wilde wraakgevoelens,
sprong Harry over het beekje en
zette koers naar een opening in de
(axishaag. op den voet gevolgd door
Jim. Deze laatste gebeurtenissen
hadden elkaar zoo snel opgevolgd,
dat zoowel vluchteling als achter
volger reeds door de heg verdwe
nen waren, voor Mary's angstige
uitroep „Jim! Jim! Niet daarheen!"
een van hen had kunnen bereiken.
En zoo sloot zich een derde figuur,
haar mooie oogen nog rood van tra
nen en haar miniatuur zakdoekje
als een natten bal in haar hand
verfrommelend, bij de achtervolging
aan. Gelijk Atalanta bij de eerste
rende van haar historischen wed
strijd, snelde Mary over het gras
veld, waarbij haar lange slanke
beenen, in witte tenniskousen, over
het groene tapijt vlogen.
En toen zij door het poortje in de
heg verdwenen was, keerde de rust
weer in het kleine tuintje met het
Japansche bruggetje, waar de stilte
nu nog slechts verstoord werd door
het gekabbel van het water over de
gladde steenen, terwijl het beekje
zijn weg vervolgde naar de rivier.
IV.
New Court, het buitenverblijf van
Sir Adolf Lloyd, was op denzelfden
grond en ten deele van hetzelfde
materiaal gebouwd als een oud
landhuis, dat eenige jaren tevoren
aan de markt was gekomen. Om
Sir Adolf rechtte doen wedervaren,
moet gezegd worden, dat hij, door
het oude gebouw te doen afbreken,
geen daad van vandalisme had ge
pleegd, want „Beddings", zooals het
toen genoemd werd, was zoo ver
vallen en er was door vorige bewo
ners zooveel bijgebouwd, dat het
weinig historische waarde bezat en
niet op uiterlijk schoon kon bogen
Het bezat echter wel een zeer groo-
ten en mooien tuin en deze was
vrijwel onveranderd gebleven, toen
New Court (Sir Adolf had er niet
toe kunnen komen, den ouden naam
van het landgoed te handhaven)
gebouwd werd, zoodat de zetting
eer kon aandoen aan het juweel
dat er in geplaatst zou worden. En
ofschoon New Court misschien geen
juweel genoemd kon worden, was
het in ieder geval een zeer luxueus
en comfortabel huis.
Aan den Zuidwestelijken hoek van
dit huis had de architect, waar
schijnlijk om te voldoen aan een
aangeboren voorliefde van zijn op
drachtgever voor het Oostersche.
een soort openlucht-vertrek gecon
strueerd, waarover bij mooi weer
een groen tentzeil gespannen kon
worden en waar het, eveneens bij
mooi weer, gewoonte was thee te
drinken. Van deze tuin theekamer,
heeft men een goed uitzicht op de
tennisbanen en de daarachter gele
gen begroeide hellingen en bloe-
menschat van den tuin, terwijl nog
verder op den achtergrond het
1 andschap zich tot den horizon uit
strekt.
Op dezen middag zaten hier twaalf
tot vijftien personen van beiderlei
kunne en verschillende leeftijden,
allen de gasten van Sir Adolf Lloyd
en allen in meer of minder luie
hcudingen, etend en drinkend. Een
aantal tennisrackets stond tegen ta
fels en stoelen overeind en de wit
te kleeding en roode rubberzolen
van het jongere deel van het gezel
schap wezen er op, dat er getennist
was, en hun gesprekken schenen in
hoofdzaak beperkt tot de techniek
en de moeilijkheden van het spel
Noch de gastheer, noch zijn zoon
waren op dat oogenlik aanwezig, en
aangezien er geen Lady Lloyd be
stond (hoewel er vroeger wel een
mevrouw Loewe geweest was), pre
sideerde een zuster van Sir Adolf
die weduwe was en een groot deel
van het jaar op New Court ver
bleef, waar zij als chatelaine optrad
over de grootste theepot. Onder de
aanwezigen kunnen worden opge
merkt, gaande van links naar
rechts, de heer Metcalfe Steel;1
Lord en Lady Plater, Sir John
Bowlby (secretaris aan het departe
ment van economische zaken) en
de heer Godfrey Bridger (van de
procureursfirma Bridger en Brid
ger).
Ofschoon dit gezelschap uitslui
tend uit fatsoenlijke en welopge
voede personen bestond, is het een
merkwaadig feit, dat bijna ieder der
aanwezigen er wat voor over had
gehad, als mevrouw Mayer (Sir
Adolf's zuster), weggetooverd had
kunnen worden, om gelegenheid te
geven tot die allergenoegelijkste
tijdpasseering: een algemeene dis
cussie door de gasten van een lo
geerpartij over hun gastheer. Om
een duidelijk beeld te geven van
den algemeenen gedachtengang van
het gezelschap, moge vermeld wor
den,- dat slechts vrees voor haar
broeder de deugdzame mevrouw
Mayer ervan weerhield, zelf dit
onderwerp aan te roeren.
Nu de zaak er echter zoo voor
stond, aten de ouderen hun cake en
sandwiches en vroegen elkaar om
een kopje thee, terwijl de jongelui
(onder wien freule Ursula Plater,
juffrouw Mercy Bowlby, majoor
Bagley en kapitein Kahn vermeld
mogen worden), hun gesprek door
spekten en hun verschillende sla
gen bespraken.
trnrvpl Gr|