scherpe wind «tii j f no. 9 PAM BIJ DE HAANAPEN. HET GEHEIM doodeujkr gif. PUBLICATIES DASHIELL HAMMETT Glimlachje. RADIOPROGRAMMA GEMEENTERADEN 3xui£letou VAN HIT TWEEDE BLAD. Van den heer P: Volkers was een adres ontvangen, waarin verzocht werd, het grasgewas van den Twuy- verweg weer op dezelfde voorwaar den te mogen pachten als in 1940. B. en W. stelden voor, dit verzoek in te willigen, zij het met de restrictie, dat het Otterplaatje niet meer van de gemeente is. De heer Volkers zal zich t.a.v. dat stukje met den heer Kloosterboer, den nieuwen eigenaar, :n verbinding dienen te stellen. Na eenige opmerkingen werd dit voorstel aangenomen. De voorzitter las hierna een brief voor, welke was ontvangen van de leiding van den oriëntatie cursus voor lichamelijke oefening, welke gedurende een 12-tal Zater dagen te Schagen wordt gehouden. Daarvoor blijkt veel belangstelling te bestaan. De commissie verzocht een bijdrage van het gemeentebestuur in de event, kosten. De voorzitter merkte op, dat'het van groot belang is, nu het vak lichamelijke oefening zoo op den voorgrond treedt, dat de onderwijzers hiermee goed op de hoogte komen. Spr. herinnerde er aan, dat eenigen tijd geleden in Alkmaar een cursus is gehouden, waaraan ook door de gemeente steun verleend is. De cursus te Schagen wordt door vier onderwij zers uit deze gemeente bezocht. B. en W. stelden vöor, een subsidie van i 25 te verleenen. Het voorstei werd aangenomen. In verband met het standpunt, dat de Ned. Politiebond en de commissa ris dezer provincie innemen t.a.v. de vervulling van dergelijke functies verzocht de gemeenteveldwachter, hem eervol ontslag te willen ver leenen als controleur van de werk verschaffing. B. en W. stelden voor, dit ontslag eervol te verleenen. Zij meenden in de plaats van den heer De Boer, den ambtenaar van de steunverleening enz., den heer C. K. Kroonenburg, te moeten benoemen. Deze is goed be kend met alle voorschriften enz. Er wordt al steeds van hooger- hand aangedrongen dat dergelijke zaken ter gemeente-secretarie wor den ondergebracht. Aangenomen. Hierna sluiting. SCHOUW OVER DE WEGEN. Burgemeester en Wethouders van Alkmaar brengen ter openbare ken nis, dat de overeenkomstig artikel 10 van het Wegenreglement Noordhol land te houden schouw over de we gen zal plaats hebben op Maandag 31 Maart 1941. Alkmaar, 17 Maart 1941. Burgemeester en Wethouders voor noemd, F. H. VAN KINSCHOT, burg. A. KOELMA, secretaris. maakt Uw keel droog en effent den weg voor verkoudheden.- Verzacht en maak Uw keel vochtig met DUITSCHLAND HERDENKT ZIJN GEVALLEN SOLDATEN. In tal van plaatsen zijn gisteren in ons land de gevallen Duitsche sol daten herdacht. Te Den Haag wer den des morgens bijzondere ochtend diensten gehouden in de Duitsche kerk en in de kapel van het St. Aloysius-college aan de Oostduin- laan. Daarna volgde op de alge- meene begraafplaats aan de Kerk hoflaan een groot aantal kransleg- gingen bij het gedenkteeken „Ich starb, damit Deutschland lebe". Rijks commissaris Seyss-Inquart was met commissaris-generaal Schmidt en verscheidene autoriteiten van de Duitsche weermacht bij die plechtig heid aanwezig. Te tien uur waren de troepen van leger, luchtmacht en marine, zoo mede van Waffen S.S. en politie in carrévorm opgesteld op het Malie veld, waar de commandeerende generaal een inspectie hield. In een toespraak zeide de generaal c a.: „Wij groeten en eeren heden de gevallenen, die hun leven voor hun volk hebben gegeven. Wij danken hen, die door hun grootste offer den weg voor de toekomst van het Duit sche volk hebben bereid. Geen van ons weet, wie zijn leven voor deze toekomst nog zal moeten offeren, doch voor ons staat vast, dat geen offer te groot is, nu het gaat om eéfn onverwoestbaar fundament te bou wen voor dit volk in het nieuwe Europa". Vervolgens werd op het Lange Voorhout gedefileerd voor den com mandeerenden divisie-generaal. CORRESPONDENTIE VOOR HET ROODE KRUIS. Het departement van sociale zaken deelt het volgende mede: De medeeling in de dagbladen van verordening no. 44 van 5 Maart 1941 betreffende de bevoegdheid van het departement van sociale zaken op het gebied van de Roode Kruis- werkzaamheden heeft tot misver stand aanleiding gegeven. Door deze verordening zijn slechts de bemoeiingen, die de overheid met betrekking tot het Roode Kruis heeft, van het voormalige departe ment van defensie op het departe ment van sociale zaken (afdeeling volksgezondheid) overgegaan. Het Roode Kruis en zijn bureaux on onderafdeelingen blijven echter vol ledig in werking, zoodat men de daarvoor bestemde correspondentie rechtstreeks moet blijven richten tot die bureaux en niet tot het depar tement van sociale zaken. Mijnwerker verongelukt. - Vrij dagnacht is de 26 jarige ongehuwde P. J. L. Tholen in de ondergrond- sche werken van de staatsmijn Man- rit door een vallenden steen getrof fen en gedood. Schipper verongelukt. - De 55- jaiige schipper Brands is Zaterdag te Borne in het ruim van zijn schip „Christina" gevallen. De man was vrijwel onmiddellijk dood. Van het departement van sociale zaken was een brief ontvangen om trent den B-steun aan kleine boeren en tuinders en aan werklooze arbei ders. De steun per werklooze zal 6.50, voor boeren en tuinders 3.25 zijn. Hiervan komt resp. 2 en l voor rekening der gemeente. B. en W. wilden, evenals vorige jaren, aan deze extra-steunregeling medewerken. Aldus werd besloten. Op voorstel van B. en W. werd de verordening op de heffing van op centen op de gemeentefondsbelasting ingetrokken, aangezien voor deze belasting loonbelasting in de plaats is gekomen. Als gevolg van de invoering dezer nieuwe belasting zal een wijziging in de begrooting 1941 moeten wor den aangebracht. De vergoeding van het Rijk in de salarissen van burge meester en secretaris is verminderd tot 50 een tegenvaller, maar de uitkeering als aandeel ih de op brengst der loonbelasting is tamelijk hooger dan de raming voor de op centen op de gem. fondsbelasting,, zoodat uiteindelijk een voordeeltje van 1639.20 wordt behaald. De voorgestelde wijzigingen wer den goedgekeurd. Van Ged. Staten was een brief ontvangen naar aanleiding van een besluit om 8600, verkregen door verkoop van vaste goederen, te ge bruiken om een leening af te lossen, welke indertijd is aangegaan voor de tuinderscredieten. Ged. Staten schrijven hierin, dat dit bedrag, als van vaste goederen afkomstig, later weer in vast, goed moet worden be legd. B. en-W. wilden daarom dit be sluit maar intrekken. De raad ging hiermede accoord. Het bedrag, dat in 1940 door ver koop van vaste goederen was ver kregen, beliep 3000, deelde de voorzitter mede. Wanneer wij daar mee nu eens de schulden aflossen, welke nog rusten op de verbouwing van het gemeentehuis en van de nieuwe onderwijzerswoning, welke resp. 4090 en 4460 bedragen, zou er nog 450 overblijven. Dat zou men kunnen besteden voor het doen bouwen van een politiecel of voor een nieuw lijkenhuisje op de nieuwe begraafplaats. De raadsleden vonden dit goed. De af- en overschrijvingen 1940 heliepen dezen keer een aanzienlijk bedrag. Er is een groot aantal posten overschreden; het afgeloopen jaar was voor de gemeente duur, waar aan de bijzondere omstandigheden voor een groot deel schuldig zijn. Deze meerdere kosten konden echter uit de gewone middelen worden gedekt. Nadat eenige inlichtingen waren verstrekt, werden deze af- en over schrijvingen vastgesteld. In verband met de tijdelijke toe- isge van 6 op de salarissen en de verhooging van het minimum voor den kindertoeslag van 60 tot 75 en de intrekking van de bepaling t.a.v. capitulanten, moest de veld wachtersverordening worden ge wijzigd. B. en W. stelden voor, deze wijzigingen aan te brengen. Aldus werd besloten. GESCHREVEN DOOR FEEKENINGEN VAN ALEXANDER RAYMOND HET GELD VERDWEEN IN EIGEN ZAK. Brochureverkoop „voor Rotterdam". Een Utrechtsch politie-agent die toevallig in burgerkleerei een win kel binnenliep, was getuige van een gesprek tusschen een colporteur en een winkelier, dat liep over het verkoopen van een brochure, waar van de opbrengst ten goede zou komen aan de slachtoffers van Rot terdam. Het bleek, dat de brochure 10 cent moest kosten doch dat daarbij ook alweer ten bate van ge troffen Rotterdammers, een fraa'e taekening te verkrijgen zou zijn, voor den prijs van 35 cents, terwijl de colporteur voorgaf, dat de win kelprijs 1.85 bedroeg. Het bleek de politie, dat men hier t.e doen had met een tamelijk uitge breide zwendelzaak. Een 22-jarige „directeur" had'een colporteur en een colportrice in zijn dienst, die voor hem de bewuste brochures aan den man moesten brengen en moesten probeeren penteekeningen te verkoopen. Van elk dubbeltje van de brochure kregen de colpor teurs vijf cent, de drukker ontving 1 cent, en van de rest moest de „directeur" leven. Dat er in de practijk niets voor de slachtoffers te Rotterdam overbleef, was dui delijk. Er kwam verder vast te staan, dat deze oplichting niet alleen in Utrecht plaats vond, doch ook in andere steden van ons land, met r.ame Rotterdam en Schiedam. Er werden vrij veel brochures verkocht en de „directeur" en zijn colporteurs leefden er zeer behoorlijk van. De penteekening die in 't ge heel niet bestond stelde, aldus vertelden zij, den toren van de Lau- renskerk te Rotterdam voor. De „directeur" maakte in zijn brochure gebruik van den naam van een charitatieve vereeniging in Rotterdam, welke echter reeds eeni gen tijd was opgeheven. Tijdens hel onweer. DINSDAG. HILVERSUM I, 414,4 M. (Nederl. progr.) 6.45 Gr.pl, 6.50 Ochtendgym nastiek. 8.Uitz. voorbereid door de Christ. Radio-Stichting: Schriftlezing en Meditatie. 8.10 Gr.pl. 8.30 ANP- ber. 8.45 Gr.pl. 10.20 Zang en orgel. 11.Huish. wenken. 11.20 Gr.pl. 11.45 Deel. 12.Rep. 12.15 Amus.- orkest. 12.42 Almanak. 12.45 Nieuws- en econ. ber. ANP. 1.Frans Wou ters en zijn orkest. (1.301.45 Gr.pl.) 2.10 Voor de vrouw. 2.30 Omroep orkest, solist en gr.pl. 4.Cyclus „Ons geloof en ons werk" uitz. voor bereid door het-Vrij z. Prot. Kerk- comité. 4.20 Disco-causerie. 5.15 Nieuws-, econ.- en beursber. ANP. 5.30 Orgelspel. 6.Omroeporkest. (6.156.30 Rep.) 6.42 Almanak. 6.45 Op Nederlandsche manier, cau serie. 7.Vragen van den dag ANP. 7.15 Duitsche les. (7.30—7.45 Ber. Eng.) 8.— ANP-ber. 8.15 Gr.pl. 8.30 Ber. (Eng.) 8.45 Cabaretprogr. 9.30 Gr.pl. 9.40 Avondwijding. 9.45 Eng. ber. (ANP). 10.ANP-ber. en sluiting. HILVERSUM n, 301,5 M. (Nederl. progr.) 6 45 Gr.pl. 6.50 Ochtendgym nastiek. 7.Gr.pl. 7.45 Ochtendgym nastiek. 7.55 Carillonbespeling (opn.) 8.Gr.pl. 8.30 ANP-ber. 8.45 Gr.pl. 11.Secco en zijn ensemble. (11.20 —11.40 Deel. 12.—12.15 Ber.) 12.45 Nieuws- en econ. ber. ANP. 1.Om roeporkest 2.Het Nederl. strijk kwartet. 3.Gr.pl. 3.30 Cello, piano en gr.pl. 4.Esmeralda en solisten. 4.40 Modepraatje. 5.Gr.pl. 5.15 Nieuws-, econ.- en beursber. ANP. 5.30 Pianovoordr. 6.Amus.-orkest en soliste. 6.45 „Op Nederlandsche manier", causerie. <7.Vragen van den dag ANP. 7.15 Amabile-sextet. 8.ANP-ber. en sluiting. SINT PANCRAS. De gemeenteraad vergaderde Vrij dagavond onder voorzitterschap van burgemeestér J. Kroonenburg, te vens secretaris. De heer Duijf was wegens ziekte afwezig. De voorzitter wenschte hem een spoedig herstel. Onder de mededeelingen was die, dat het Pachtbureau de overdracht van de perceelen aan den Achterweg heeft goedgekeurd. De koopers heb ben de huizen reeds betaald. 182. Zijn weerstand wordt geringer en de apen hebben hem eindelijk geheel overmeesterd. Ze zitten op zijn armen, zijn benen, zijn borst en zijn hoofd. Hij is thans geheel weerloos. gehou den. 181. Tot overmaat van ramp bemerkt hij, dat zijn ademhaling moeilijker gaat worden. Hij moet een nieuw zuurstoftablet innemen, doch kan er niet bijkomen. Zijn krachten beginnen te verminderen. geef mij vljb mlnuten dan 'AAL 1 ik de draad- louze zoo op knappen. dat \wel^ zij er geen berichten over kunnen uit- zenden. ik en dobsy zl> li. en de ma chineb stop zettenwan neer je het wilt, V J .ter wljl in een van de hut ten een confe rentie wordt en de pyth1a. vaart rustig naar nieuw york.... Door FRANK F. BRAUN. 7) Rechercheur Henke klopte aan de deur en kwam tegelijk met het „binnen" de kamer in. Kybander keek hem aan. ,Je hebt succes gehad", zei hij. „De in nerlijke genoegdoening is aan je neus te zien. Dat moet je eens voor den spiegel oefenen, Henke. In ons beroep moet er niets aan ons te zien zijn". „Hoe zou ik dat dan moeten oefenen, mijnheer?" lachte Henke. Kybander zei droog: „Ga maar eens voor den spiegel staan, zooair ik zei, en steek dan een lucifer aaó en laat die tot het eind opbranden. Je moet tot het laatst blijven glim lachen. Zoo iets is een prachtige oefening en je hebt je gezicht al gauw in bedwang. Maar ter zake Wat heb je bereikt?" „Ik heb me, zooals u me had op gedragen, met den Hongaar Ladis- laus Marczali bemoeid. Dat was niet gemakkelijk, omdat ik niet in de gaten mocht loopen. Marczali studeert aan de technische hooge- school, hij is sedert een jaar hier ingeschreven en woont in een rus- ig pension. Hij is vijfentwintig jaar oud, heeft zijn ingenieursexamën gedaan en is uit Boedapest afkom stig. Hij is van goede familie, zoo als dat zoo netjes heet. Zijn ouders zijn rijk en wonen in Boedapest, zijn vader heeft een hooge betrek king bij een of ander ministerie Waarschijnlijk zou Marczali al wei naar huis hebben kunnen komen, maar hij is verliefd op Angelica Fabreani en daarom studeert hij nu verder door". „Hm zei Kybander, „je hebt een opmerkelijke manier om je con clusie te trekken. Is dat alles, wat je te weten bent gekomen?" Het gezicht van Henke betrok. „Dat zou ik desnoods ook op het bevolkingsbureau te weten zijn kunnen komen", voegde Kybander er aan toe. „Dat Marczali verliefd is op die juffrouw Fabreani? Maar inspec teur, dat weten ze op het bevol kingsbureau beslist niet". De jónge Henke kon zich een dergelijk grapje veroorloven. Ky bander was een prettige chef en bovendien wist hij dezen onderge schikte te waardeeren. Maar zijn gezicht toonde een paar waar schuwende rimpels en Henke haast te zich te vervolgen: „Ik weet na tuurlijk nog meer". Hij graaide in de portefeuille, die hij bij zich had, en haalde een paar blaadjes papier te voorschijn. Daar na opende hij een kastje aan den muur en nam daar een spiegel uit. „Neemt u dezen spiegel eens, mijnheer, en leest u dan eens wat op dit papier geschreven is; het is een prachtige, zeldzaam mooie af druk". „Een vloeiblad", stelde Kybander vast. „Blijkens het formaat is het uit een schrijfmap afkomstig. Heb je het daaruit gescheurd?" „Keurig eruit gesneden. Hij zal het niet missen". „Ladislaus?" „Marczali", knikte Henke. „Ik was in de gelegenheid, eenigen tijd in zijn kamer in zijn pension te wachten". Kybander legde het vloeiblad recht. Daarop las hij in den spiegel den afdruk van het schrift. De da tum was te zien. De brief was nog maar nauwelijks veertien dagen oud. Hij was gericht aan Joachim Fabreani. Niet alles was even goed te ontcijferen, maar het ging hier klaarblijkelijk om bittere, harde verwijten, die de Hongaar den an der maakte. Een zin hij stond aan het eind van de bladzijde en was daardoor nog heelemaal nat afgevloeid, öf de schrijver had hem met nadruk geschreven en extra op ziin pen gedrukt luidde: als ik geen eerbied had voor je moeder en van je zuster hield, zou ik wel weten, wat ik doen zou. Dan was er langen tijd weer niets behoorlijk te ontcijferen, tot er we der kwam: Jouw schofterigheid anders verdiend. Aan het slot was de onderteeke- ning weer goed te lezen. Er kon geen twijfel bestaan, noch over den afzender, nog over den ontvanger van dezen brief. „Ik weet natuurlijk niet, of hij dezen brief ook heeft weggestuurd", zei Henke. „Dat komt er niet op aan". Ky bander legde het vloeiblad tusschen cwee bladen papier. „Ben je ook te Weten gekomen, waar die „schofte righeid" betrekking op heeft?" „Neen", zei de rechercheur eer lijk. „Aan wien had ik dat moeten vragen? Ik was alleen aangewezen op het dienstmeisje in het pension- Een heel aardig meisje, donker, weet u, zoo met ponny. Ze zei te gen me, dat Ladislaus Marczali en mijnheer Fabreani een tijd lang, zoo ongeveer een maand of drie, alle avonden op de kamer van den Hongaar samen gewerkt hadden Wat ze daar gedaan hebben, kon ze me jammer genoeg niet zeggen. Ze heeft nooit iets op tafel gevonden, als ze later, nadat ze vertrokken waren, kwam opruimen. Ze vond dat verdacht, maar het kan ook zin voor orde en netheid van die twee geweest zijn". „Weet het meisje zeker, dat de bezoeker van den Hongaar geen ander dan Joachim Fabreani ge weest is?" „Ze herinnerde zich mijnheer Fa breani heel precies. Ze wist wel. dat hij dood was. De kranten heb ben een portret van Fabreani gege ven. Ze zei dadelijk: Dat is die heer, dien ik bedoel. Ik ken hem heel precies. Hij heeft me eens in mijn wang geknepen". Kybander keek zijn assistent aan, maar ditmaal had Henke .volkomen ernstig gesproken. „Het is goed", zei hij. Daarna dacht hij na over- hetgeen hij zoojuist gehoord had. „Schofterigheid", zei hij, „is zon der twijfel een heel sterke uitdruk king. Het schijnt dus niet een kwes tie van een onbeangrijk verschil van meening tusschen die beiden te zijn. Daar moeten we iets meer van zien te weten te komen, Hen ke. Denk er eens over na, op welke manier. Maar vraag me eerst even, voordat je iets gaat ondernemen. De zaak Fabreani gaat een stadium tegemoet, waarin je met een fijn gevoel in je vingertoppen verder moet rondtasten. In geen geval mo gen we ons te vroeg in onze kaart laten zien. Is er verder nog iets?" „Ja het dienstmeisje bij de fami lie Fabreani het is zoo'n ouder- wetsche villa in de buurt van de Diergaarde, u weet wel eh, het huis bedoel ik", legde Henke uit. „Nu,- dat meisje heet Dora Haas, ze komt van buiten en is al drie jaar in de stad. Bij de familie Fa breani is ze nu drie maanden. Ze moet een keurig meisje zijn; wjj hebben nog niets met haar te doen gehad". Hij kuchte eens en ging voort: „Sedert den dood van Jo achim Fabreani huilt ze voortdu rend. Misschien is dat nog van eenige beteekenis". De beide politie-beambten keken eikaar eens aan. „En of dat van be teekenis is", zei de hoofdinspecteur. „Heb je met haar gesproken?" „Ja, ik heb -een glas melk ge dronken in den winkel, waar zij in- koopen deed. Waarom huilt u zoo, juffrouw? heb ik gevraagd. In plaats van Dora antwoordde de winkeljuffrouw: Och, ze is in be trekking bij Fabreani en daar is toch immers de jonge meneer ver giftigd. Hebt u daar niet van gele zen? „Jazeker, zei ik. Was het een aar dige meneer? „Dora zuchtte, daarna snoot ze in haar zakdoek en zei tegen ons, dat haar nu het heele huishouden niet meer interesseerde. Ze zou haar dienst opzeggen. Ze vond het zoo akelig. Toen ging ze weg. Ja, zei de juffrouw uit den winkel, terwijl ze mijn geld opstreek, zoo is het, waarschijnlijk is er wel iets ge weest tusschen die beiden. Anders hoeft ze toch niet zoo te huilen". „Dat geoof ik ook", zei Kyban der. „Ik moet die juffrouw Dora straks zelf eens spreken. Kom daar maar niet tusschen, Henke. Anders nog iets?" Henke trok zijn schouders op. „Ik heb maar een paar uur tijd ge had, mijnheer". „O ja, dat spreekt van zelf, Hen ke", zei Kybander snel. ,Ik dank je nog wel. Die geschiedenis met het vloeiblad is een heel mooi listig- heidje. Daar zullen we het nog wel eens over hebben". Henke ging tevreden heen. Kybander bleef een tijdje voor zich heen staren en polijstte den nagelrand van zijn pink op den na gel van d-en duim van zijn andere hand. Maar hij was met zijn ge dachten heel ergens anders. Daarop nam hij onverwachts zijn vulpen en streepte op zijn lijstje achter den naam Ladislaus Marczali de woorden ,geen motief" door en schreef daarvoor in de plaats: vloei blad. Hij wist wel, wat hij daarmede bedoelde. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1941 | | pagina 6