DAGBLAD VOOR ALKMAAR EN OMSTREKEN. WINTERHULP iffNEDERLAND 71 1ANB0D Duizenden Serviërs leggen de wapens neer. Bombardement op Belfort. IS ER NOOD IN NEDERLAND? De WHN zegt: Ja! En officieele rapporten van vóór 10 Mei bevestigen dit volkomen. VERDU1STERÏNGS- TIJDEN van 20.41 tot 6.36 DACHT SL WAS. AS IK. )MEN. inzenden.) ITERDAGS goederen. jf regels ntant. ote en kleine mpotten. Br. dit blad. ige mantels bruidstoilet, Jop, xn prima MASTRAAT aschmachine ijs 37.50. STRAAT 31, ding o.a. een iaat; 2 cost. 1. 12 j. ree persoons nbouw. likte Radio- ïder U.K.G., v. Bierkade 6, nann hand- itie 10, 15, 10, 15, 20, lofdijkstraat maar. 3 gebruikte of meer 3. merk en onder letter 1. weedehands in goeden t. 67 jaar. 3 onder lett. ad. nikte eleetr. et wringer. 59 aan het I, moet als uden Sin- je witte papierrol- xlkmaar. e houding mover Ja- sluiten van verbeteren, rersehil be lls- en neu- arde de iet-aanvals- spact prac- IN DE TEN. (D. N. B.) leven ge- ïgen neer- New-York lo (Texas) 'ongevallen lijke vlieg- e leerling- Jcnally, die cte in het g bezoekt, twee per een vlieg- an Bingh- 'evangenis- tgezeten te pogingen een ren- s hem ver staat te 16 April. 1900 kg Gele kool witte kool [2.10. 16 ApriL )0 kg Roo- Deensche Vpril 1941. 30; 700 kg g D. witte ALKMAARSCHE COURANT. Deze Courant wordt ELKEN DAG, behalve Zon en Feestdagen, uitgegeven. Abonnementsprijs per 3 maanden bij vooruitbetaling voor Alkmaar 2.10 franco door het geheele Rijk 2.63. Losse nummers 5 cents. PRIJS DER GEWONE ADVERTENTIEN: Van 15 regels 1.25, elke regel meer 0.25, groote contracten rabat. Groote letters naar plaatsruimte. Brieven franco aan de N. V. Boek- en Handelsdruk kerij v/h. HERMS COSTER ZOON, Voordam C 9, postgiro 37060. Telef. 3320, redactie 3330. 143e Jaargong No. 90. Directeur; C. KRAK. Hoofdredacteur: Tj. N. ADEMA. Twee bladen. Donderdag 17 April 1941 Het Duitsche legerbericht. Berlijn, 16 April (D.N.B.) Het opperbevel van de weermacht maakt bekend „De overblijfselen van het Ser vische leger gaan de ontbinding tegemoet. Duitsche gemotoriseerde troepen drongen tot Serajeiwo op en bezetten de stad. Duizenden Ser viërs legden de wapens neer. Het aantal gevangenen en de buit ne men met het uur toe. Het lucht- wapen bombardeerde spoorwegin stallaties en militaire steunpunten in het zuiden van de Herzegowina, alsmede een vlootsteunpunt aan de Adriatisehe zee. Duikbommenwer pers plaatsten voor de Dalmatische kust voltreffers op een groot ge wapend vrachtschip, dat na den aanval met slagzij bleef liggen. Een ander groot koopvaardijschip werd bij het eiland Brazza zwaar be schadigd en een vliegboot door mitrailleurvuur vernield. In Griekenland hebben snelle troepen met de teruggaande Brit- sche en Grieksche formaties door scherpe achtervolging aan den voet van den Olympus en de bergen ten W hiervan strijd geleverd. Aan het Grieksche front brach ten formaties duikbommenwerpers den ten zuiden van de Servia terug wijkenden vijand zware verliezen toe. In luchtgevechten werden drie Britsche vliegtuigen omlaag ge schoten en op Grieksche vliegvelden zeventien vijandelijke Vliegtuigen in brand geschoten. In de haven van Piraeus werden opnieuw negen groote schepen door bommen zwaar beschadigd. In Noord-Afrika werd een door oorlogsschepen ondersteunde aan val van Britsche pantserstrijdkrach ten op Solloem afgeslagen. In den afgeloopen nacht vielen sterke formaties gevechtsvliegers de belangrijke Britsche ravitaillee- ringshaveri en scheepsbouwstad Belfast in Noord-Ierland aan. Reeds de eerste aanvalsgolven plaatsten voltreffers in bet havengebied en op de wapenfabrieken der stad. Talrijke brsiant- en brandbom men deden op de Harland- 'en Wolff werven uitgebreide branden ontstaan. Tegelijkertijd vielen an dere formaties gevechtsvliegtuigen voor den oorlog belangrijke doelen, vooral havensteden aan de Engel- sche Oost- en Zuidkust doeltreffend aan. Bij pogingen om overdag naar de bezette gebieden te vliegen en door eigen acties van jachtvliegtuigen tegen de Britsche zuidkust verloor de vijand op 15 April in luchtge vechten zes jachtvliegtuigen en een gevechtsvliegtuig. Eigen verliezen deden zich hierbij niet voor. In den nacht van 15 op 16 April heeft de vijand alleen storingsaan- vallen ondernomen op het Noord - Duitsche kustgebied. Door neerge worpen bommen ontstond slachts geringe materieele schade. De ma rine-artillerie schoot een vijandelijk vliegtuig neer. In de periode van 11 tot 15 April verloor de vijand 135 vliegtuigen en vier versperringsbal lons. Hiervan werden 24 vliegtui gen in luchtgevechten, 11 door de luchtdoelartillerie, 3 door de mari ne neergeschoten. 97 op den grond staande vliegtuigen werden ver nield. In dezelfde periode gingen 32 eigen vliegtuigen verloren. Duitsche aanvallen op schepen in den Piraeus. Berlijn, 16 April (D.N.B.) Negen schepen met ongeveer 60.000 tot 70.000 b.r.t. gezamenlijke tonnage werden in de haven van den Piraeus zwaar beschadigd, toen de Duitsche luchtmacht Opnieuw aanvallen op koopvaardijschepen ondernam, die voor het vervoer der Engelschen en voor de verzorging van belang zijn. Aan de kust van Dahnatië werd bovendien een koopvaardijschip door Duitsche stuka's zoo zwaar beschadigd, dat het aan den grond gezet moest worden. Engelsche aanval afgeslagen. Berlijn ,16 April (D.N.B.) For maties van het Duitsche Afrikacorps hebben op 15 April 1941 in Noord- Afrika een door oorlogsschepen on dersteunden aar.val van Britsche pantserstrijdkrachtën afgeslagen. De Engelsche troepen leden opnieuw verliezen. Londen aangevallen. Berlijn, 17 April (D.N.B.) Sterke gevechtsformaties van het Duitsche luchtwapen hebben in den nacht van Woensdag op Donderdag onophou delijk haveninstallaties en voor den oorlog belangrijke doelen te Londen en in de Theemsmonding aangeval len, naar het D.N.B. verneemt. Reeds de eerste bemanningen konden bij goed aanvalsweer en helder zicht uitstekende resultaten van hun bommen melden. In de havengebie den aan weerskanten van de Theems werden zware vernielingen aange richt en talrijke groote branden waargenomen. De luchtoorlog. Berlijn, 16 April (D.N.B.) Bij de aanvallen van het Duitsche lucht wapen in den afgeloopen n&cht werd o.a. ook Liverpool getroffen, waar voor den oorlog belangrijke instal laties in het havengebied en in het N. deel der stad werden geraakt en hevige branden en ontploffingen op treden. Een andere aanval was op Portland gericht, waar een groote brand op de staatswerf werd veroor zaakt en verscheidene treffers ge plaatst op de torpedofabriek Port land-Weymouth. In het kanaal St. George werden verscheidene Britsche vrachtbooten door vliegtuigen van de gewapende Duitsche verkenning vernietigend getroffen. Vandaag is overdag door enkele Duitsche gevechtsvliegtuigen een aanval op Great Yarmouth onderno men. Daarbij konden bomtreffers met groote uitwerking op een groote maalderijen in een pakhuisloods aan de Westzijde van de rivierarm waargenomen worden. Britsche vliegtuigen naar Noord-Duitschland. Berlijn, 17 April (D.N.B.) Het Britsche luchtwapen heeft in dén afgeloopen nacht, naar aan het D.N.B. wordt medegedeeld* een vrij groot aantal vluchten naar Nooi-d- Duitschland gemaakt en getracht havensteden in het kustgebied aan te vallen. Slechts weinig vliegtuigen slaagden er in hun doel te bereiken en daar eenige bommen neer te wer pen. De overige toestellen wierpen him bommen in het wilde weg uit. Volgens de op het oogenblik be schikbare berichten is een toestel door nachtjagers neergeschoten. De tot dusver geconstateerde schade xs gering. Naar het D.N.B. verneemt, zijn bij den aanval van vier Britsche vlieg tuigen op de Duitsche Noordzeekust door brisantbommen een sanatorium, een pastorie en twee ziekenhuizen ernstig beschadigd. Ongewapende visschersvaartuigen werden met ma chinegeweervuur bestookt. Ver van elk militair doel werd schade aange richt, terwijl personen werden ge troffen. De aanval op Londen. Berlijn, 17 April (D.N.B.) De aan val op Londen is door het Duitsche luchtwapen, naar het D.N.B. ver neemt, met zeer sterke strijdkrach ten uitgevoerd. Den. geheelen nacht heerschten goede weeromstandig; heden voor den aanval en een uit stekend zicht op den grond. Alle in oen strijd geworpen eskaders kon den hun brisant- en brandbommen neerwerpen. In de haven en dockin- stallaties en in de voor den oorlog belangrijke doelen in het overige deel der stad zijn groote vernielin gen en branden veroorzaakt. „LANDEN GEZOCHT". Het Parijsche dagblad „Oeuvre" heeft dezer dagen een grappige ad vertentie gepubliceerd, welke in Fransche politieke kringen groote vroolijkheid veroorzaakt heeft. De advertentie luidde aldus: „LANDEN GEZOCHT". Gezocht een land, dat bereid is de hulp van Engeland te aanvaarden. Landing van het expeditieleger ver achter het front, totale nederlaag en overhaaste inscheping, binnen den kortst mogelijken tijd gewaarborgd. Mijnontploffing. (D.N.B.) - In een steenkoolmijn op Hokkaido is vandaag door nog niet bekende oorzaken een ontploffing ontstaan. Daarbij werden 30 mijnwerkers ge dood. Een aantal andere arbeiders werd gewond. Zie verder Buitenland pag. 2, 2e blad. (Van onzen Haagschen correspondent). Na maanden van ingespannen wer ken de organisatie' moest immers in het najaar „uit den grond worden gestampt" zal Winterhulp-Neder land 15 Mei haar eerste werkperiode afsluiten. Met taaie vasthoudendheid hebben de organisatoren van dit.lof waardig werk doorgezet. Hun moeite is in ieder geval niet geheel onbe loond gebleven, want een deel van het wantrouwen en de antipathie, welke aanvankelijk in niet geringe mate aan de W.H.N. ten deel vielen, kon worden overwonnen. Juist den laatsten tijd mocht geconstateerd worden, dat velen zich tenslotte door de voor ieder controleerbare daden van deze instelling hebben toten overtuigen en winnen. De laatst-gehouden collecte is hier van een sprekend bewijs: de op brengst was grooter dan die van iedere voorgaande collecte en lag zelfs aanzienlijk hooger dan het ge middelde bedrag van alle overige collecten tezamen. Ons volk toonde zich grootendeels nog reëel en nuch ter genoeg, om bereid te zijn, zijn ongelijk te erkennen en ook de W. H. N. naar haar daden welspre kende daden! te beoordeelen. Met niet minder taaie vasthou dendheid heeft de leiding' van de W. H. N. keer op keer betoogd, dat er inderdaad in Nederland nood, en zelfs groote xood, he^ischt. Toen zij haar arbeid aanving. was de W.H.N. hier van reeds ten volle overtuigd; thans, na zooveel maandeii practisch werk, op ruime schaal, treedt zij voor het Nederlandsche volk en zegt met na druk: „onze verwachtingen zijn nog overtroffen; de nood was - en is nog veel grooter dan ook wij hebben vermoed". Het ligt niet in den aard van den Nederlander om met zijn nood „te koop te loopen"; nog minder om er mee te coq-.etteeren. Het aantal z.g. stille armen, dat de werkers van de W.H.N. op hun toch ten door de steden en dorpen van ons land ontdekten, was dan ook on rustbarend groot. Derhalve wil de W.H.N. haar eerste werkperiode niét afsluiten zonder eex-st ons geheele volk over de haar opgedane ervarin gen te hebben ingelicht. Zou de W.H.N. echter slechts haar eigen ervaringen zonder meer me- dedeelen, dan zou een belangrijk deel van het Nederlandsche publiek argwaan koesteren, omdat het nu eenmaal tot nog toe getoond heeft, niet ten veile van het goede doel van de W.H.N. overtuigd te zijn. Daarom heeft de leiding van het hoofdkantoor van de W.H.N. in een landelijke persconferentie, middels een rapport, haar beweringen ge staafd met gegevens, gepubliceerd in officieele rapporten van de Neder landsche regeering van vóór den tienden Mei 1940 ofschoon haar eigen ervaringen vaak ruimer, in vele gevallen helaas ook dieper, lagen. In vergelijking met deze laat ste zijn de gegevens van vóór 10 Mei slechts een zwakke weerspiege ling van de huidige behoeften onder ons volk. Het levenspeil. Allereerst wordt nxgegaan op welk levenspeil de bevolking van Neder land zich bevindt. De gegevens over de inkomstenbelasting geven hiervan een aardige voorstelling. De hiernavolgende cijfers betref fen alleen diegenen, die belasting be talen, dus een inkomen hebben van 800 of meex. De meesten dezer be lastingbetalers onderhouden uit dit inkomen nog een gezin. Tevens zijri hierin niet begrepen de ondersteunde werkloozen, die immers geen belas ting behoeven te betalen, en andere categorieën armlastigen. In dezelfde perioden als waarover onderstaande inkomstencijfers gelden, n.l. van 1 Mei 1937 tot 30 April 1938, waren ge middeld 362124 ondersteunde werk loozen en bij werkverruimingen ge plaatste werkloozen ingeschreven. Voor het belastingjaar 1 Mei 1938 tol 30 April 1939 werden de volgen de gegevens inkomens vóór kin deraftrek genoteerd: 47.18 pet. of 643649 personen verdienen van 800 tot 1400; 27.07 pet. of 369295 personen verdienen van 1400 tot 2000; d. i. tesamen 74.25 pet. of 1.012944 personen met minder dan 2000; 13.46 pet. of 183599 personen verdienen van f 2000 tot 3000; dus 87.71 pet. ot 1.196.543 personen met minder dan f 3000; 12.29 pet. of 167865 perso nen verdienen 3000 of meer. Hieruit leeren wij, dat bijna de helft aller belastingbetalers met de van hen afhankelijke personen moe ten leven van een inkomen van tusschen de 800 en 1400, ter wijl 88 pet. der bevolking minder dan 3000 verdient. Een officieel onderzoek naar de gezinsuitgaven van personen die minder dan 1400 verdienen, toont aan, dat deze gezinnen in doorsnee op de volgende wijze hun gelden besteden: Voeding 491; huishuur 180; woning 127; kleeding en schoei sel 87; belasting 16; ontspan ning 19; ontwikkeling 16; di versen 187. De gemiddelde gezinsgrootte is 4.93 dus Bijna 5 personen. Van de ze bedragen moeten dus 5 personen leven. Wanneer men alleen het be drag neemt, dat per gezinslid aan voeding besteed wordt, dan is dit 99.50 per jaar en dus per dag 0.27 per gezinslid. Het gemiddelde tekort per week bij deze gezinnen is 54 ct. In de zelfde perioden, waarin de onder zoekingen plaats vonden, liggen de kosten van een minimum voe ding per dag iets daarboven, zoo dat gesproken moet worden van 'n voeding, die beneden het minimum ligt. Wanneer men nu bedenkt, dat de werkloozen in Nederland, voor zoQver zij gezinnen hebben, binnen deze zelfde inkomstenklasse vallen, dan kan ieder de eenige juiste en voor de hand liggende conclusie trekken, namelijk, dat in de werk- loozen-gezinnen de toestand nog slechter is. Een onderzoek bij 700 werkloo- zen-gezinnen uit het geheele land, in allerlei omstandigheden levende, gedurende alle seizoenen, en inge steld naar aanleiding van een toe zegging van den minister van so ciale zaken in een kamerzitting van 5 Maart 1936, leverde de volgende resultaten op: De gemiddelde grootte der ge zinnen bedraagt ten naastebij 6 personen; man, vrouw en 4 kinde ren. Omtrent het budgetonderzoek komt men tot de conclusie, dat de kosten van voeding over het geheele land practisch gelijk zijn. Voor de 9 steuntariefklassen wij zen de budgetten, behalve voor de tweede klasse, alle een nadeelig saldo aan, dat van de tweede tot de negende klasse geleidelijk toe neemt. Bovendien moet worden aangenomen, dat een groot deel der ondersteunden schulden bij leve ranciers heeft gemaakt. Vergelij king der budgetten van werkloo- zen-gezinnen met die van werken den (met een inkomen van 1400 of minder per jaar) toont aan,, in welke mate het werkloozen-ge- zin zich bezuinigingen oplegt: 6 pet. aan huishuur, 7 pet. aan vuur en licht, 25 pet. aan voeding, 47 pet aan kleeding en wasch, 52 pet. aan verzekeringen en 58 pet. aan overi ge uitgaven. Het gemiddelde nadeelige saldo bedraagt voor alle klassen 58 ct. per week. Het nadeelig saldo is in den winter het grootste (98 ct.), neemt in de lente af (62 ct.) en is het geringst in den zomer (14 ct.). Hierbij moet worden opgemerkt, dat tegenover de hoogere brand- stoffenuitgaven in den winter de brandstoffenbijslag staat. De budgettekorten loopen op tot 15.1 Kleinstgemiddelde is 3.1 bij gezinnen van 3 personen. Hoog ste gemiddelde tekort is 11.5 bij gezinnen met 10 personen. Er is dus minder welvaart bij gezinnen met veel kinderen. Huishuur kan niet verminderd worden zonder te verhuizen. Op vuur Kan niet bezuinigd worden zonder de gezondheid te benadeelen en op iicht niet zonder groot ongerief. Op voeding bezuinigt men in de eerste instantie op kwaliteit en in tweede instantie op kwantiteit. Bezuiniging cp kleeding en wasch met 47 is niet mogelijk zonder de aanvulling van de kleerenkast te verwaarloozen. Tijdens de werkloosheid gaan huis raad en kleeding door niet aanvul ling dan ook snel achteruit. Ook de inkomens beneden 1400 der wer kenden zijn onvoldoende, daar zij een gemiddeld tekort per week van 54 ct. hebben. Vergelijking van de budgetten met lage en hooge voedingscijfers maakt het aannemelijk, dat hierbij ook be grippen van moraal en fatsoen een xol spelen. De gezinnen met lage voedingscijfers verkiezen veelal hon gerlijden boven schulden maken, gezinnen met hooge voedingscijfers maken veelal alles ondergeschikt aan een ruime voeding. In het algemeen is het voor de werkloozen mogelijk zich, mede dank z(j de voor hen gedistribueerde le vensmiddelen, een voeding te ver schaffen, die zoowel kwantitatief als kwalitatief aan redelijke eischen voldoet. Ongetwijfeld is de samen stelling voor verbetering vatbaar, doch dit is tevens het geval bij de voeding der niet-werkloozen. Al bestaat over het algemeen de mogelijkheid, dat de voeding der werkloozen voldoende is, toch is in 24 van de gezinnen de voeding krap of matig te noemen (het over eenkomstige cijfer bij de werkenden bedraagt 6 terwijl de Ca, Fe, eiwit- en vitamine A-voorziening bij resp. 31, 26, 20 en 10 van de ge zinnen beneden de door de commisï sie gestelde normen blijft. Ongunstige beïnvloeding van be staande tuberculose door lage wel vaart is waargenomen. In verband hiermede is hetzelfde voor de werk loozen onder de oogen te zien. Geneeskundige rapporten en mee- ningen der medici wijzen erop, dat ;n het algemeen de gezondheidstoe stand der werkloozen-gezinnen niet onrustbarend is, maar dat toch tel kens symptomen worden waarge nomen, die tot voorzichtigheid in dit oordeel noodzaken. Uit de rapporten van de artsen blijkt, dat de gezond heidstoestand bij de werkloozen niet belangrijk slechter is dan bij de werkenden. Wat het platteland betreft kan worden vastgesteld dat men, behalve in de kleistreken in het Noorden en Westen van ons land, op de zand- en veengronden in het Oosten en Zuiden om en onder het minimum leeft. Vooral in vele kleine boeren bedrijven heerschen noodtoestanden, zoowel ten aanzien van het huis houden en de woonruimte als van voeding en kleeding. Met name de onderkleeding laat dikwijls veel te wenschen over. Zakjes voor verpak king van meel, rijst en kippenvoer worden vrij algemeen gebruikt voor het maken van onderkleertjes voor de kinderen. 90 der gezinnen bezit niet van elk stel onderkleeding 2 stuks. Bij de kinderen moet vaak s avonds de kleeding worden gewas- schen, opdat zij den volgenden dag weer naar sctxool zullen kunnen gaan. Men verzuimt naar een zuige- jingen-consultatiebureau te gaan, daar men zich schaamt voor de kleer tjes van de baby. Armenzorg. Wat de armenzorg betreft, die in Nederland van overheids- en parti culiere zijde werd beoefend, mogen de volgende getallen een indruk geven: Aantal instellingen van weldadig heid op 1 Januari 1938: 8187, met een toename van 71 tegenover 1937. Hier van waren 6923 instellingen voor ondersteuning in geld en levens behoeften. Aan 572.210 personen werd onder steuning verleend. Hieronder zijn niet begrepen de ondersteunde valide werkloozen en in werkverschaffing werkende werkloozen. De ondersteuning met geld en levensbehoeften bedroeg 60.691.250. Hiervan werd 84 door de overheid en 16 door kerkelijke en liefda dige instellingen betaald. Deze getallen hebben dus betrek king op liefdadigheid in engeren zin Men is verplicht te verduis teren tusschen zonsondergang en zonsopgang, dus heden avond Maans op- en ondergang 17 April: op 2,14 onder 11.13. De totale uitgaven van alle soorten hulpbetoon bedragen 130.646.854. Hierbij komen aan onk. f 4.279.326, hetgeen een totaal uitmaakt van 134.926.180. Hiervan werd 109.526.351, of 81.18 door de overheid gedragen en 25.399,829 of 18.82 door ker kelijke en particuliere instellingen. Hierbij komt nog 1.318.670 aan steun van verschillende crisiscomité's en Zuiderzeesteun. Bovendien be steedden in hetzelfde jaar Rijk en gemeenten aan werkverschaffing en werkloozensteun f 135.193.500, waar in niet is begrepen steun uit bijdra gen van leden van werkloozenkassen. Samenwerking noodig. Met dit somber en sober relaas be sluit de W.H.N. haar eerste werk periode, de conclusies van een en ander aan ons latend. Het col lecteverbod blijft ech ter na 15 Mei vankracht, want het werd uitgevaardigd om een samenwerking een hoognoodige samenwerking! op het terrein der liefdadigheid te bevorderen. Helaas js. de toestand nog steeds zoo, dat (jpkele groote landelijke organisaties cièze samenwerking niet wenschen, en soms zelfs saboteeren. Zoo is het in bepaalde gemeenten aan onder steunden van de diaconie verboden, steun van de W.H.N. aan te nemen, op straffe van verlies van den diaco- nalen steun! Het laat zich verstaan, dat de autoriteiten deze dingen niet blijvend zullen kunnen dulden. O n- dertusschen worde» onze behoeftige land- genooten de onschul dige slachtoffers dezer schuldige verdeeld heid. Dit zal straks, wanneer op 15 Mei de W.H.N. haar werkzaamhe den naar buiten voorloopig afsluit, nog sterker het geval worden, daar andere organisaties door het bestaan de collecteverbod niet over voldoen de middelen kunnen beschikken om de nooden, welke ook in den zomer in vele gezinnen blijven heerschen, te lenigen. Het probleem van een coördinatie der liefdadigheid in ons land wordt dus binnen enkele we ken wel bijzonder urgent. Het zou immers misdadig zijn, de zen onderlingen strijd te willen uit vechten op de ruggen onzer be hoeftige landgenooten. Dit mag niet gebeuren! Een dringend beroep op allen, die .in dit opzicht invloed kunnen doen gelden, is derhalve allerminst misplaatst. Indien men bereid is, rond de groene tafel plaats te nemen, kan er nog heel wat worden bereikt! In verschil lende plaatsen werd trouwens het bewijs geleverd, dat samenwer king, ook onder auspiciën van de W. H. N., zeer wel mogelijk is. Wij noemen b.v. Rotterdam, waar zelfs een zeer breede samenwerking werd verkregen, waaraan o.a. wordt deelgenomen door Maat schappelijk Hulpbetoon, de steunre geling, den socialen dienst van de Unie, den socialen dienst van de N. S. B., de stichtingen Rotterdam- 1939 en Rotterdam-1940, enz. Of moet ons geheele land eerst een lot als dat van Rotterdam on dergaan, alvorens men zich zijn saamhoorigheid en zijn verant woordelijkheid bewust wordt? t

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1941 | | pagina 1