DE WILD®
ADVERTEEREN DOET VERKOOPEN.
Dl droom
Kantoorjuffrouw
luxe Auto's
ERWTEN
BQONEN
SIMON
E WIT
2 flinke, nette Jongens,
Gestoff. Etage
STOFZUIGERS
Y OOM E EL
eAdoectentiën
KAKEL EDMOND.
G. SPAAN—KALIS,
in den ouderdom van 73 jaar.
WILLEM JAN
VAN DIJK,
Wed. C. MULDERS,
TJITSKE GERRITSEN,
betuig ik mijn hartelijken dank.
MEISJE,
H.H. KAPPERS.
Kappersbed rende,
Assistente
WONING,
T£L-~5344 4m
HOOGDRUKSPUIT
TE KOOP GEVRAAGD
Woensdagavond 8 uur,
Gebouw „Waakt en Bidt",
Godsdienstoefening
Ds. Dj BIESMA Jr.,
PHILIPS RADIO
ULTRA KORTE GOLF
85 GULDEN
Ik zeg maar zo M ff| 11
ga naar l\U BB
op het RITSEVOORT
DE PHILIPS SPECIALIST
altijd voorraad
SeuÜletoH
door
EERSTE BLAD
4
beoefening in Nederland is toege
staan, alsmede de wijze, waarop de
sport wordt beoefend en sportwed
strijden worden gehouden.
2. In de dienovereenkomstig uit te
vaardigen voorschriften kan worden
bepaald, dat vereenigingen of per
sonen, die in strijd met de bepalin
gen dier voorschriften den sport
beoefenen van een bepaalden dan
wel van eiken tak van sport wor-
'den uitgesloten.
Artikel 3. 1. De secretaris-ge
neraal van het departement van
opvoeding wetenschap en cultuur
bescherming wordt bij de vervulling
van zijn taak bijgestaan door een
college van gevolmachtigden voor
het sportwezen, hetwelk uit drie le
den bestaat.
2. Alvorens voorschriften, als be
doeld in artikel 2, uit te vaardigen
wordt dit college gehoord.
Artikel 4. De bepalingen van de
verordening no. 41/1941, ten einde te
komen tot een herordening op het
gebied van de niet-commercieele
vereenigingen en stichtingen, blij
ven onverminderd van kracht.
Artikel 5. Dit besluit treedt heden
in werking.
HET KROKODILLETJE.
Pinkstervoorstellingen in
*t Gulden Vlies.
De plaats der handeling aldus
het programma is een provincie
stadje en de argelooze toeschouwer
vraagt zich bij het begin van de
voorstelling tevergeefs af, hoe daar
nu een krokodil kan terecht komen,
maar na de eerste acte is het al
volkomen duidelijk, dat het hier
niet zoozeer om een krokodil gaat
dan wel om de huid van een zoo
danig dier, dat door een van de
voorvaderen van den burgemeester
eigenhandig is geschoten, waarna
men van zijn huid die van den
krokodil natuurlijk een soort
reistasch gemaakt heeft.
Die tasch is een erfstuk geworden
en neemt dan ook een voorname
plaats in als een van de familie
leden eens op reis gaat, zooals de
dochter van den burgemeester bij
voorbeeld, die zóó genoeg van de
degelijkheid harer echtgenoot heeft
gekregen, dat zij besluit met den
sneltrein van 8,32 te vertrekken,
denzelfden trein waarin zich de
commissaris van politie zal bevin
den, die toevallig ook naar Brussel
gaat, waarna zich de rest wel laat
begrijpen.
Er is helaas nog iemand, die ook
het oog op dien sneltrein heeft en
dat is Jan Musch in de gedaante
van Hugo Huschke, een uitgesle
pen bandiet, die in het stadje ver
dwaald is geraakt en in de uitstal
ling van den fotograaf een groeps
foto van de elite der gemeente heeft
ontdekt, waaronder hij zoowaar het
thans baardelooze gelaat van een
ouden vriend en compagnon heeft
herkend, die nu Edmond Philips
heet en behalve fabrieksdirecteur
ook schoonzoon van den burge
meester is geworden. Deze Edmund
heeft toevallig vergeten na de laat
ste gezamenlijke inbraak met hem
af te rekenen en dat verklaart de
plotselinge entree van Huschke mid
den in den nacht in het huis van
zijn ouden vriend, die na een
copieus souper met den minister, den
burgemeester, zijn vriend den ban
kier en diverse politieautoriteiten
juist naar bed wil gaan om van een
welverdiende rust te genieten.
Hunschke eischt niet minder dan
honderdduizend gulden, zoo niet,
dan zal hij den burgemeester een
oud signalement je sturen, dat vijf
tien jaar geleden in de couranten
heeft gestaan. De toeschouwers ma
ken daarna den inwendigen strijd
van den heer Philips mee, die van
verontwaardiging tot verdriet en
daarna tot roekeloosheid leidt, zoo
dat hij de bedreiging afkoopt door
zijn ouden compagnon het adres van
den bankier en de noodige instruc
ties voor een gemakkelijke inbraak
en het toekomstige bezit van een
Met groote blijdschap geven wij
kennis van de geboorte van onzen
zoon,
A. DE VRIES-BOLDING.
J. DE VRIES.
Heiloo, 30 Mei 1941.
Westerweg C 44.
Na langdurig lijden werd
heden van ons weggenomen
onze geliefde Echtgenoote,
Moeder, Pleegmoeder, Be
huwd- en Grootmoeder
K. SPAAN.
F. N. SPAAN.
A. SPAAN—
WAGENAAR.
M. SPAAN.
A. SPAAN—
BREEUWSMA.
T.GOET—v. d. WAL.
T. GOET
en kinderen.
St. Pancras, 31 Mei 1941.
zeer kostbaar parelsnoer te ver
strekken.
Het zou alles verder niet de ver
melding waard zijn als Huschke
om den buit te kunnen bergen
niet het beroemde krokodilletje had
meegenomen, de familietasch, waar
in de noodige kleedingstukken van
de op schaking beluste vrouw des
huizes zijn geborgen. Wanneer
Huschke die tasch met den buit
er in aan zijn ouden compagnon
enkele uren. in bewaring geeft, komt
ze weer in handen van de vrouw
des huizes, die ze aan den commis
saris van politie geeft, opdat hij ze
voor haar mee naar Brussel zal
nemen. Dank zij de groote inbraak
kan de commissaris niet weg, hij
geeft de tasch aan den inmiddels
als heer vermomden Huschke met
het verzoek ze met zijn excuses in
den trein aan mevrouw te willen
overhandigen en alles zou alweer
goed gegaan zijn als een pientere
adjunct-inspecteur niet op de ge
dachte was gekomen, dat deze on
bekende „heer" wel eens de inbre
ker zou kunnen zijn.
Wat er daarna volgt is zoo ge
compliceerd en zoo dwaas, dat de
toeschouwers dank zij Jan Musch
in een voortdurend vroolijke
stemming verkeeren. Een inbraak,
een schaking en een burgemeesters
benoeming in de residentie worden
als een cocktail door elkaar geschud.
Er is ten slotte een burgemeester,
die het vrij kalm opneemt, dat zijn
schoonzoon een inbreker is ge
weest en een vrouw, die den ex-in
breker wat koeltjes staat te bewon
deren vrouwen schijnen nu een
maal het meest van ondegelijke
mannen te houden er is een con
flict tussehen domme en niet dom
me politieautoriteiten en er is ten
slotte en daar komt het op aan
een Jan Musch, die door zijn
brillant spel het heele stuk naar een
happy end brengt en den toeschou
wers doet beseffen, dat zonder hem
dit krokodilletje een doodgewoon
beestje was gebleven.
Na Jan musch zouden wij nog
John Gobau als Edmond Philips en
Van Staalduynen als Zijne Excellen
tie den minister willen noemen als
de twee die het meest natuurlijke
spel hebben gegeven.
Er waren aardige décors en wat
het voornaamste was ook voor de
spelers er was zoowel Zondag
als Maandagavond een geheel uit
verkochte zaal en een dankbaar
publiek, dat ondubbelzinnig blijk
gaf in dezen spannenden tijd van
een alleraardigst blijspel ten volle
te kunnen genieten.
Tj.
Heden overleed, zacht en
kalm, nog geheel onverwacht,
in het Centraal Ziekenhuis,
onze geliefde Vader en
Behuwdvader, de Heer
Wedr. van
CATHARINA ELISABETH
CORNELIA SOUGE,
in den ouderdom van 67 jaar.
A. C. SCHWARZER—
VAN DIJK.
P. L. M. SCHWARZER.
G. BEEKMAN-
VAN DIJK.
W. E. BEEKMAN.
Alkmaar, 2 Juni 1941.
Geest 50.
(PostadresStationsweg 2).
De begrafenis zal plaats
hebben a.s. Donderdag op de
Gemeente-Begraafplaats.
Vertrek vanaf het Centraal
Ziekenhuis nam. twee uur.
Onzen hartelijken dank voor de
zeer vele blijken van belangstelling
tijdens de ziekte en deelneming
na het overlijden van onze lieve
Moeder, Mevr.
ondervonden.
Uit aller naam,
M. JANSSEN—MULD^S.
K. JANSSEN.
Alkmaar, Blaeustraat 45.
DANKBETUIGING.
Voor de blijken van deelneming
ontvangen na het plotseling over
lijden van mijn dierbare Echtgenoote
In het bijzonder aan de Fam. van
Dijk, Huigbrouwerstraat en de voor
mij onbekende Doktoren en Zusters
van het Centraal Ziekenhuis. Tevens
mijn erkentelijkheid voor het waar-
deerend werk van Ds. Ruys in deze
voor mij zoo moeilijke omstandig
heden.
Mede namens de familie,
J. VELDHUIS.
Alkmaar, Juni 1941.
Koningsweg 24 A.
Nette huishoudster, P.G., m.l.,
vraagt
BETREKKING
bij Fam., Heer of kl. gezin, v.g.g.v.
Brieven onder letter H 202,
Bureau van dit Blad.
Voor tijdelijk gevraagd:
voor fotowerkzaamheden, niet be
neden 16 jaar, Foto-„Flandria",
Langestraat 21.
Aanmelden na 7 uur.
GEVRAAGD:
goed kunnende scheren en knippen.
Br. letter K 203 bur. v. d. bl.
gevraagd door tandarts. Bekend
heid met eenvoudige algemeene
administratieve werkzaamheden
strekt tot aanbeveling.
Brieven onder letter L 204,
Bureau van dit Blad.
gevraagd, niet ouder dan 25 jaar.
Sollicitante moet prettig zijn in
den omgang met publiek en zelf
standig het haar opgedragen werk
kunnen verrichten.
Brieven onder letter M 205,
Bureau van dit Blad.
Gevraagd aan de N.V. Melk
inrichting Concordia
leeftijd 14 tot 15 jaar.
Aanmelding aan het kantoor
v. d. N.V. Schoolstraat, Alkmaar.
Wie heeft er voor eenvoudig man
op leeftijd een plaatsje in huis
met vriendelijke behandeling, tegen
billijke vergoeding
Br. met inl. aan Ds. RUYS,
Brouwerstraat 31.
Echtpaar zoekt in Alkmaar of
omgeving
of ruime, gestoff. kamers met ge
bruik van keuken, event, met
pension.
Br. met uitv. inl. en prijsopg.
onder letter G. 201, Bur. v. d. Blad.
TE HUUR: zeer ruime nieuwe
f 35.per maand, aan den rand
van Alkmaar, bij groot vaarwater.
Tebevr. SCHOONEWIL JONKER,
Papiermolenstraat 18. Tel. 3036.
bijzonder geschikt voor
het besproeien van ge
boomte, sier- en moes
tuinen, veldgewassen,
kassen, kippenhokken
etó. etc.
Op- en neergaande be
weging, waardoor een
voortdurende verstui
ving.
U kunt koopen voor re
kening van Uw gewonen
leverancier.
Alléén kwaliteitsartike-
len en goedkoop.
uitsluitend prima wagens, n. o. d. 1937. Aanbiedingen met
uiterste prijzen Autohandel v.h. K. BAAS, Heiligland 19.
wrf™
U hoeft niet op 'n kopje thee te kijken, als «r
visite is. Gebruik „Santé" U kunt er van op aan,
dat niet meet dan één op de 25 theedrinkers et iets
van merkt! Zóó precies-eender is de smaak.
Eén „Santé"-tablet is
ruim voldoende voor 5 a
6 koppen En daarbij
heeft „Santé" minder
suiker en melk noodig
dan gewone thee.
(Dat voordeel nemen
we „en passant" mee
Vindt U ze dan nog te
sterk, wees dan nóg zui
niger met Uw „Santé";
neem méér water of
maar 'n half tabletje!
Laat,
namens de Chr. Geref. Kerk.
Voorganger
van Broek op Langendijk.
koopt men bij voorkeur in een
van ouds bekende zaak met uit
gebreide sorteering.
Zoowel 't eenvoudige sledemodel
als de klop-veeg-zuiger met vlder-
verlichting in de laagste prijzen!
met
DE NIEUWE BON
VOOR
Voor advertenties gelieve men
zich uitsluitend te wenden tot de
Administratie, Tel. 3320.
22) Eleanor Eök* GanoiL
«Heb je mij hierheen gesjouwd?
Ja, nu begin ik het me te herinne
ten.. o, mijn hoofd..." Hij be
voelde het voorzichtig. „Oheb
je het verbonden? Ik ben zeker er
gens tegen aangevallenhet
voelt toch zoo raar aan".
Als hij zieh nu maar niet herin
nerde, dat ze hem tijdens zijn be
wusteloosheid gekust had.
„Het is een vrij diepe snee", zei
ze met trillende stem. „Ik kon er
ïiiet veel aan doen. Niet meer dan
uitwasschen en verbinden".
Robin keek naar de woelige zee,
het smalle zanderige strand, de
dichte daarachter gelegen bosschen
én toen hü haar weer aanzag, sprak
er verbazing uit zijn oogen.
„Het is niets meer of minder
den een wonder", verklaarde hij.
„Dat we hier aan land zijn gespoeld
en dat jij me op het droge hebt
Strekken. En dat zoo'n tenger ding
3 jij bent. Hoe is je dat gelukt?"
haar handen laten zakken en haar
„Ik weet het zelf niet. Ik denk,
dat je in dergelijke omstandighe
den alles kunt. Ik wist zelf niet,
wat ik deed. Zoodra we aan land
waren, ben ik weggeraakt en pas
heel kort geleden wat bijgekomen.
En toen zag ik jou liggen en
ze beet zich op de lippen en zweeg.
„Ik zou wel eens willen weten,
wat er van de anderen geworden
is", zei Robin. Het meisje stiet een
gesmoorden gil uit.
„Toe! Laten we daar niet over
praten! Het is toch al zoo ver
schrikkelijk. Ik kan het niet dra
gen".
Met beide handen bedekte ze
haar gelaat. Robin zag, hoe haar
schouders schokten en haar ver
driet haar te machtig werd.
Hij meende, dat ze aan Julian
Faust dacht, omdat hem het too-
neel te binnen schoot, waarvan hij
vlak voor de schipbreuk getuige
was geweest. Hij dacht ook aan
Inez. Die stumper van een Inez,
die hem in een positie gebracht
had, die voor een man ven eer zoo
onmogelijk was. Maar hij koesterde
geen haat meer tegen haar. Voor
dooden voelt iemand geen afkeer
meer.
XIII.
Faradijseiland.
Robin wierp een snellen, zijde-
lingschen blik op Gwynne. Ze had
bleeke gelaat van hem afgewend.
Met haar wipneusje en korte bo
venlip had ze nog zoo'n echt kin
derlijk gezichtje. Haar roodbruin
haar krulde zoo verrukkelijk mooi
om haar blauw dooraderde slapen.
Zelfs de verkreukte en verfom
faaide japon kon niets aan haar
schoonheid afdoen.
Hij verlangde haar in zijn armen
te nemen en aan zijn hart te druk
ken. Hij wilde haar graag een ver
klaring geven van wat voor een
meisje, zoo oprecht en waarheids-
lievend als zij, onverklaarbaar
moest wezen. Hier in die wijde stil
te, met hen beiden op dit verlaten
stukje grond, zou hij haar wel
kunnen overtuigen, dat hij het eer
lijk met haar meende. Ze had im
mers vroeger van hem gehouden?
Geen meisje was in staat, haar lief
de voor een man zoo ronduit te be
kennen, als Gwynne dien avond ge
daan had hoe lang geleden! En
het was toch ook zoo volkomen na
tuurlijk, dat ze daarna een diepe
verachting voor hem was gaan
koesteren. Den morgen, volgend op
dien verrukelijken avond, had Am
brose Maitland de verloving van
zijn dochter aangekondigd. Wat een
verachtelijke lafaard moest hij in
de oogen van dat onschuldige no
bele meisje geweest zijn! Geen
wonder dat ze kortaf geweigerd
had, een woord met hem te spre
ken en zich vol afschuw van hem
teruggetrokken had!
Robin kon er niet over blijven
piekeren. Met moeite stond hij op,
vechtend tegen de duizeligheid,' die
hem trachtte te overmeeseren, en
ging naar haar toe. Een oogenblik
strekte hij zijn armen naar haar
uit, maar liet ze terstond weer zak
ken. Het was nu geen geschikte tijd
om te beginnen over datgene, wat
hen gescheiden had. Later mis
schien. Zijn stem klonk heesch en
sloeg bijna over, toen hij haar
aansprak.
„Zouden we niet eens op ver
kenning uitgaan? Het kan toch
best wezen, dat dit eiland als
het een eiland is bewoond is,
niet waar?"
Hij wankelde even, maar stak
daarop zijn hand uit, om haar
overeind te helpen. Ze vermeed
zijn hulp en stond vlug en schijn
baar zonder inspanning op. Ook
vermeed ze zijn strakken blik en
keek naar de warrige struiken
langs het strand.
„Ik geloof, dat hier geen levend
wezen te vinden is", mompelde ze.
„Het komt me zoo onbewoond
voor. En zoover we zien kunnen
is nergens anders land te ontdek
ken".
„Kom, kom, we kunnen toch zoo
maar niet buiten bereik van ieder
menschelijk wezen weggedreven
zijn", zei hij bemoedigend. „Ik
hoop alleen maar, dat de rest van
ons gezelschap even fortuinlijk als
wij
„Toe!" smeekte ze weer. „Laten
heelemaal niet over wat er ge
beurd is, praten. Ik zou beslist van
streek raken, als je dat deed en ik
wil zoo graag den moed erin hou
den".
Het was, of hij een klap in zijn
gezicht kreeg. Ze hield dus op slot
van zaken wél van Julian Faust.
Als dat niet het geval was, kon ze
zoo niet spreken en voelen, meende
Robin.
„Nu, goed dan", zei hij met vol
komen voorgewende luchthartig
heid. „We zullen ons dan maar
verbeelden, dat we Robinson Crusoë
en Vrijdag zijn. Ik weet nu ten
minste, hoe die oude heer zich ge
voeld moet hebben, toen hij op
zijn onbewoonde eiland aanspoelde,
Als we nu eens rond gingen kij
ken!"
Zij aan zij liepen ze zwijgend
naar het bosch van hooge boomen,
die met Spaansch mos waren over
woekerd. Hier en daar stond een
groepje dwergdennen of een kleine
palm. Onder him voeten strekte
zich' een fluweelachtig groen tapijt
uit en de lucht was verrukkelijk
koel op de plekken, waar de hitte
der zon niet doordrong.
Robin was de eerste die begon
te praten.
„Heerlijk hier, vind je niet? Het
lijkt wel een paradijs".
Het meisje gaf geen antwoord.
Een vurige blos was omhooggeste
gen naar haar wangen. Ze keek
recht voor zich uit. 'n Paradijs?
Nooitvoor hèn beiden niet! Hij
en zij stonden even ver van elkaar
als de polen en dat zou altijd zoo
blijven.
„Hier hebben we een helling, die
misschien ergens heenvoert", wees
Robin. „Ik zal er eens tegen op
klimmen en een kijkje nemen. Jij
doet misschien beter even hier te
blijven, want het is nog al steil".
„Ik ga mee", zei Gwynne, beslist
gejaagd over haar schouder om
kijkend. „Ik ben bang voor wilde
beestenen
Hij stak haar de hand toe, maar
ze deed, of ze het niet zag en volg
de hem met vaste schreden. Ze
deed haar best nergens aan te den
ken. Dat was, meende ze, nog het
beste. En maar doen alsof, zooals
ze bij haar kindespelen zoo vaak
gedaan had.
Terwijl ze dan ook naar boven
klauterden, begon ze vlug aan één
stuk door over haar jeugd te pra
ten en de spelletjes, die ze toen
deed.
(Wordt rerydSS-)