het probleem der
schade-uitkeeringen.
HxuUletm
RADIOPROGRAMMA
BOEKEN
PUZZLE
hE VREESELIJKE
VERDENKING
ALKMAARSCHE COURANT VAN ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1941.
Pagina 5
De uitkeering beteehent voor vele Rotter
dammers slechts een zeer gedeeltelijke ver
goeding der geleden schade. Anderszins zijn
er ook, die er een voordeeiig zaakje van
gemaakt hebben.
aat toch, ook als de uitkeeringen
volledig geschied zullen zijn, zal
blijven bestaah.
(Van onzen Rotterdamschen
correspondent).
Dezer dagen diende een wel bij
zonder trieste affaire voor den Rot
terdamschen politierechter. Er stond
een winkelier terecht, wiens zaak is
verwoest door den brand van den
veertienden Mei van het vorig jaar.
Die brand deelde zich evenwel eerst
geruimen tijd na de oorlogshandelin
gen aan zijn winkel mede, zoodat hij
nog kans had gezien een flink deel
van den inventaris te redden. Des
ondanks had hij aan dc- Schade-
Enquête Commissie een volledig ver
lies opgegeven.
Het trieste van deze aangelegen
heid had meerdere kanten. In de
eerste plaats natuurlijk de poging
tot oplichting met een zoo treurigen
inslag. Voorts de mededeeling van
een ambtenaar van de Schade-
Enquête Commissie, dat er wellicht
meer gevallen van opzettelijk fou
tieve aangiften bestaan, zoomede
diens bewering, dat er zeer vaak
anonieme brieven binnen komen, be
helzende waarschuwingen over te
hoog opgegeven schaden. Maar triest
was ook de verontschuldiging van
den verdachte, dat „ze het allemaal
deden" en nog meer diens beroep op
clementie, omdat hij niets meer be
zat, zulks hoewel zijn schade-uitkee-
ring reeds was afgekomen.
Uit een en ander blijkt wel, dat
Rotterdam nog volop te maken heeft
met het probleem der schade-uitkee
ringen, een probleem, dat moeilijker
wordt naarmate de tijd voortschrijdt.
De grondgedachte, welke zich on
middellijk van geheel weldenkend
Nederland heeft meester gemaakt,
was, dat de oorlogsschade een
nationale aangelegenheid was. Dat
stemde tot vreugde, maar het was in
dit verband reeds bevreemdend, dat
de regeling der schadevergoedingen
niet het woord schadevergoeding ge
bruikte, doch een en ander aanduidt
als rijksbijdrage in de materieel'
oorlogsschade.
In de eerste plaats het woord bij
drage. Er is een principieel verschil
tusschen een vergoeding van en een
bijdrage in geleden schade. En hoe
wel niemand de aanwezigheid van
een moreel recht te dezen aanzien
ontkent werd het een bijdrage, niet
alleen in naam, maar ook metter
daad. In geen opzicht werd dit dui
delijker dan door hetontbreken van
een beroepsinstantie. Is de bijdrage
eenmaal vastgesteld, dan bestaat er
geen mogelijkheid meer in het vast
gestelde bedrag verandering te bren
gen. Pogingen daartoe lijden nage
noeg zonder uitzondering schipbreuk,
hetgeen den indruk versterkt, dat er
eer sprake van een geschenk is dan
van een uit recht voortspri rde
vergoeding.
De huisraadschade.
Het mag zeer verheugend ge
noemd worden, dat er in den
laatsten tijd zulk een spoed be
tracht is met het uikeeren der
huisraadschade.
Het wachten daarop is voor velen
een grootere kwelling geweest, dan
men gewoonlijk bleek aan te voelen.
Maar bij eenig nadenken moet ieder
een beseffen, wat het beteekend moet
hebben voor die duizenden, dat zij
daar hun geheele, in maar al te veel
gevallen met zooveel zorg en moeite
bijeengegaarde meubeltjes met één
slag verloren zagen gaan, dat zij zich
moesten behelpen met weinige,
veelal schamele meubelen in kleine
behuizingen. Maandenlang hebben
die gedupeerden moeten wachten,
eerst op de zekerheid, dat hun
schade tenslotte vergoed zou worden,
later op de verwezenlijking daarvan.
Gelukkig werd, toen dit tweede
wachten al te lang ging duren, de
gelegenheid opengesteld om zich te
voorzien van meubelen, huishoude
lijke artikelen en kleeding in voor
schot op de schade-uitkeeringen. Niet
lang daarna kwamen de uitkeeringen
zelf, die weer geheel andere pro
blemen met zich brachten, proble
men, die nog veel moeilijker tot een
oplossing te brengen zijn.
Aanvankelijk had men gedacht,
dat het den gedupeerden wegens ge
brek aan materiaal niet mogelijk zou
zijn bij het afkomen der schade-
uitkeeringen naar behooren goede
ren te koopen. Dit is tenslotte zeer
meegevallen. Wel is waar was de
keuze soms niet erg groot, maar over
het algemeen was de herbevoorra
ding dusdanig geregeld, dat de mo
gelijkheid tot inkoopen op dragelijk
bevredigende wijze bestond. Het
was tenslotte wel een schromelijke,
op het ergerlijke af zijnde misken
ning van de Rotterdamsche toe
standen, dat hier en daar de meening
werd verkondigd, dat Rotterdam on
evenredig 'werd bevoordeeld bij de
bevoorrading. Wie dergelijke mee
r.ingen lanceert blijkt nog steeds
geen notie te hebben van waar het
hier om ging. En zoo iemand zal wel
heelemaal niet in staat zijn zich te
verplaatsen in den toestand der ge
troffenen, die zoo volmaakt alles wat
hen aan stoffelijke bezittingen dier
baar was, ook van die vriendelijke
prulletjes, die elk huis rijk is, ver
loren hebben zien gaan.
Die getroffenen werden dan einde
lijk in de gelegenheid gesteld zich
opnieuw te installeeren. Maar ook
dat bracht moeilijkheden met zich.
Wij doelen hierbij niet op het intus-
schen evenmin weg te cijferen na
deel van de waardevermindering van
het geld, een nadeel dat geheel ten
laste komt van de getroffenen. Maar
er is nog een moeilijkheid, die niet
door maatregelen weg te werken of
te ondervangen is, n.l. het niet op
gewassen zijn tegen de consequenties
van een plotseling bezit.
Er behooren tallooze zeer eenvou-
digen onder de getroffenen, die plot
seling een bedrag ter beschikking
krijgen, grooter dan zij ooit bijeen
hadden. Het gevolg is, dat de doel
matigheid van het besteden der gel
den wel eens in het gedrang komt en
dat er heel droevige gevallen
ontstaan van een wel zeer onnut be
steden der uitkeeringen. Maar ook
zij, die met zorg koopen, besteden
de uitkeering lang niet altijd zoo
goed mogelijk. Er bestaat een zekere
angst, dat er binnenkort „niets meer
te krijgen zal zijn". Daarom koopt
men zoo gauw mogelijk, waarbij het
meer dan eens voorkomt, dat men
al te spoedig spijt heeft van een ge
dane koop en dat men wat erger
is tot de conclusie komt, dat men
de uitkeering reeds vrijwel besteed
heeft en dat er toch eigenlijk nog
geen sprake is van een volslagen
herstel der huishouding. Dit is een
probleem, dat zich nog niet zoo direct
in volle sterkte doet gevoelen, maar
Zwakke punten van de
schaderegeling.
En dan zijn er nog eenige zeer
zwakke punten uit de schade
regeling waardoor sommigen ook
na ontvangst der volledige uit
keeringen geheel buiten hun
schuld zwaar gedupeerd blijven.
Dit betreft vooral verscheidene
winkeliers, die bij hun winkel
wonen.
Met het oog op de personeele be
lasting is de huur van zulke panden
meestal vrijwel geheel op den winkel
afgewenteld. De huurwaarde van
het woonhuis is dus zeer gering en
het is die huurwaarde, die als maat
staf dient voor de schade-uitkeering
met betrekking tot het huisraad. Zoo
ontstaan er soms uitkeeringen, waar
van de bedragen een fractie uit
maken van hetgeen werkelijk ver
loren is gegaan. Men zou nu kunnen
aanvoeren, dat die winkeliers dan
toch maar jaren lang een belasting
voordeeltje hebben gehad, maar
men verliest daarbij uit het oog, af
gezien nog van de wanverhouding
tusschen die voordeeltjes en het
thans ontstane nadeel, dat alle niet
getroffen, bij hun winkel wonende
winkeliers hetzelfde voordeel gehad
hebben en bovendien, dat het wonen
bij een winkel meestal een weinij
begeerenswaardige noodzakelij kheid
is.
Dit alles betreft dan nog slechts de
problemen, verband houdend met de
vergoedingen inzake de huisraad-
schaden. Nog veel omvangrijker zijn
de problemen, die betrekking hebben
op de bedrijfsschaden. Residu
waarden, af schrij vingsmoeilij kheden,
immaterieele schade, het vormt een
geheel dat voorloopig niet alleen de
gemoederen, maar ook de bestuurs-
instanties ten zeerste zal bezig hou
den. En daarbij heeft zich dan nog
het probleem gevoegd van hen, die
geprobeerd hebben zich met de
schade-uitkeeringen te bevoordeelen.
Twee maanden gevangenisstraf heeft
de Rotterdamsche politierechter in dit
eerste voor het gerecht dienende ge
val opgelegd, maar hij zegde even
tueele andere delinquenten toe, dat
zoo noodig aanzienlijk strengere
straffen zullen worden uitgedeeld.
Athletiek, door J. Blankers.
(Sportuitgave).
In de nieuwe reeks Weten en
Kunnen van de N.V. Uitg. Mij. „Kos
mos" te Amsterdam is onder den
titel „Athletiek" als no. 224 versche
nen een boekje van Jan Blankers,
den bekenden athletiektrainer. Het
is bedoeld als een handleiding bij de
beoefening der athletiek. In het voor
woord constateert de schrijver, dat
tot nu toe in onze taal een handlei
ding ontbrak, niet alleen voor- den
leider maar ook voor den athleet, die
het zonder leiding moet stellen,
waarin de voornaamste richtlijnen
zijn aangegeven om volgens de
nieuwste begrippen de athletiek te
beoefenen. Daarom heeft de auteur
getracht in een niet te uitgebreid
werk iets te vertellen van de tech
niek en de training van en voor de
meest belangrijke nummers van het
athletiekprogramma.
Na beschrijving van de algemeene
voorschriften en grondbeginselen,
worden de verschillende loop-,
spring- en werpnummers degelijk
onder de loupe genomen en allen, die
als trainer of als beoefenaar van
eenig onderdeel met de athletiek te
maken hebben, zullen in dit boekje
een betrouwbaren gids vinden.
G. C. v. Gulik.
ZONDAG.
HILVERSUM I, 415,5 M. 8— Gewij
de muziek (gr.pl.) 8.30 BNO:
Nieuwsber. 8.45 Gr.pl. 9.30 Orgel
concert (opn.) 10.Uitz. voorbereid
door de Christ. Radiostichting: a.
(10.Wijdingswoord, b. (11.30)
Gr.pl. c. (11.40) Rondom het orgel.
12.Gerard Lebon en zijn orkest.
12.45 BNO: Nieuws- en econ. ber.
1.Nederlandsch Verbond voor
Sibbekunde: Het ordenen van sibbe-
kundige gegevens. 1.15 Eerste Ne-
derlandsche Radiomuziekfeest voor
harmonie- en fanfare-orkesten. In de
pauzes: Declamatie en gr.pl. 3.15
Radiotooneel. 3.45 Verv. van 1.15.
4.10 Gr.pl. 4.30 Klaas van Beeck en
zijn orkest en de Romancers. 5.30
Voor de jeugd. 6.Gr.pl. 6.10 Sport
van den dag. 6.35 Gr.pl. 7.Act.
halfuurtje. 7.30 Cabaretprogr. 8.10
Radiotooneel. 8.45 Omroeporkest en
solisten. 9.30 Gr.pl. 9.45 BNO:
Nieuwsber. 10.10.15 BNO: Eng.
uitz.: An American sees Holland.
HILVERSUM II, 301,5 M. 8.— Gr.pl.
8.30 BNO: Nieuwsber. 8.45 Gr.pl. 9.
Vroegdienst. 10.Zondagmorgen
zonder zorgen. 12.Cyclus „Eens
Christen's. reize naar de Eeuwigheid
in dezen tijd" (opn.) (voorbereid
door de Christ. Radiostichting). 12.15
Bachcantate (gr.pl.) 12.45 BNO:
Nieuws- en econ. ber. 1.Kurt Ho-
henberger en zijn orkest en gr.pl.
2.Boekbespr. 2.15 Gr.pl. 2.30 Rott.
Philh. Orkest, solist en gr.pl. 4.
Wijdingswoord (voorbereid door de
Christ. Radio Stichting). 5.Ge
wijde muziek (voorbereid door de
Crist. Radio Stichting). 5.30 ANP:
Sportber. 5.35 Gr.pl. 6.Deel. 6.10
Ernst van 't Hoff met zijn 15 solisten
en gr.pl. 7.Act. halfuurtje. 7.30
Gr.pl. 7.45 Rep. 8.Abu Hassan",
komische opera. 9.Gr.pl.. 9.45
BNO: Nieuwsber. 10.10.15 Gr.pl.
interessante grepen uit het
programma van den dag.
Ernstige muziek. De matinee in het
Kurhaus te Scheveningen van 14.30
16.uur over den zender Hil
versum II staat onder leiding van
Willem van Otterloo. 't R'damsch
Philh. Orkest voert onder meer
eenige Slavische dansen van
Dvorak uit, terwijl de jeugdige
vioolster Jiri Strokaa zich zal doen
hooren in het vioolconcert in A,
opus 53 van denzelfden Tsjechi-
schen meester.
Van 12.1512.45 uur voert het
Collegium Musicum o. 1. v. Hans
Brandts Buys over den zender
Hilv. II de Bachcantate No. 39
„Brich dem Hungrigen dein Brot"
uit.
Lichte muze. Van 19.1020.uur
over den zender Hilv. I wordt een
programma uitgezonden met den
titel „Gemengde berichten". Wan
neer wij dagelij ksch ons dagblad
lezen, dan beseffen wij veelal niet,
welke tragiek er soms achter de
sobere berichten en advertenties
schuil gaat. In een reeks liedjes en
schetsen van de hand van Anton
Beuvinger wordt ons een tipje van
de sluier opgelicht en maken wij
kennis met den ernst en luim, die
zich in onze krant verbergt.
Hoorspelen. Van 15.1515.45 uur
over Hilv. I hooren wij een
Vlaamsch luisterspel door Guus
Brandt, getiteld „Mijnheer Ver-
manderen". Dit is een geschiedenis
van twee oude Vlaamsche joffers,
die iets prettigs uit hun leven zien
verdwijnen, omdat zij zich teveel
van het gepraat der menschen heb
ben aangetrokken.
Des avonds van 20.1020.45 over
Hilv. II wordt een luisterspel uit
gezonden, geschreven door Hasco
Dekker. Er zijn zonden, die vol
gens menschenlijke gerechtigheid
niet ongestraft kunnen blijven. Het
„Tout savoir e'est tout pardonner"
voert in de praktijk, strikt toege
past, tot voor de gemeenschap on
aanvaardbare consequenties. Hier
van geeft bovengenoemd luister
spel, getiteld „De menschen kun
nen het niet", gebaseerd op authen
tieke feiten een duidelijk voor
beeld.
Reportages. Van 19.4520.uur
Hilv. II geeft de reportagedienst
een uitz. onder de titel „Lijzige
folianten en vergeeld perkament".
Het betreft hier een bezoek aan
het gemeentearchief van Amster
dam.
Voor de jeugd. Van 17.30—18.— uur
Hilv. I de tweede uitz. van het
seriehoorspel „Lijsje Lorresnor'
naar het bekende gelijknamige
boek van mevrouw J. M. Selliger
Elout. i
MAANDAG.
HILVERSUM I, 415,5 M. 6.45 Gr.pl.
6.50 Ochtendgymnastiek. 7.Gr.pl.
7.45 Ochtendgymnastiek. 8.BNO:
Nieuwsber. 8.15 Morgenwijding. 8.25
Gewijde muziek (opn.) 8.4Ó Gr.pl.
9.15 Voor de huisvrouw. 9.20 Gr.pl.
11.Molto Cantabile. 11.25 Deel.
11.45 Molto Cantabile. 12.Gr.pl.
12.40 Almanak. 12.45 BNO: Nieuws-
en econ. ber. 1.Orgelconcert en
gr.pl. 2.Omroeporkest en solist.
3.Voor de vrouw. 3.45 Gr.pl. 4.45
Voor de jeugd. 5.15 BNO: Nieuws-,
econ.- en beursber. 5.30 Musiquette.
6.Orgelconcert. 6.15 Voor de
vrouw. 6.30 Ensemble Bandi Balogh.
7.Act. halfuurtje. 7.30 R'damsch
Pianokwartet. 8.15 Zang met piano
begeleiding. 8.50 Praatje over volks-
weerkunde. 9.05 Zang met- piano
begeleiding. 9.30 Gr.pl. 9.45 BNO:
Nieuwsber. 10.10.15 BNO, Eng.
uitz.: Things worth knowing about
Holland.
HILVERSUM II, 301,5 M. 6.45—8.—
Zie Hilversum I. 8.BNO: Nieuws
ber. 8.15 Gr.pl. 10.Morgendienst
(voorbereid door de Christ. Radio
Stichting). 10.20 Gr.pl. 11.— Deel.
11.20 Gr.pl. 12.15 De Melodisten en
solist. 12.45 BNO: Nieuws- en ecop.
ber. 1.Frans Wouters en zijn
orkest en gr.pl. 2.Haarl. Orkest-
vereen., solisten en gr.pl. 4.Kurt
Hohenberger en zijn orkest. 4.30 Gr.
pl. 5.Causerie „De verhouding
van moeder tot dochter" (voorbereid
door de Christ. Radio Stichting). 5.15
BNO: Nieuws-, econ.- en beursber.
5.30 Pianovoordr. 6.Wijdings
woord. 6.15 Musette-orkest „Les gars
de Paris" en soliste. 6.45 Gr.pl. 7.
Act. halfuurtje. 7.30 Gr.pl. 7.45 Poli
tiek weekpraatje. 8.Klaas van
Beeck en zijn orkest. 8.35 Radiotoo
neel. 9.De Romancers, soliste en
Dameskoor „Aethercharme". 9.45
BNO: Nieuwsber. 10.10.15 Gr.pl.
Interessante grepen uit het
programma van den dag.
Ernstige muziek. Het programma van
vandaag geeft eenige belangrijke
werken op het gebied van kamer
muziek. De pianiste Amalie Trisch
speelt te 17.30 uur Hilv. II de
Variaties er Fuga over het thema
van J. S. Bach opus 81 van Max
Reger.
Het Rott. pianokwartet speelt een
werk van Telemann en het eerste
pianokwartet van Gabriel Fauré
(19.30 uur te Hilv. I).
Liefhebbers van Schubert's liede
ren zijn valavond in de zeldzame
gelegenheid de volledige cyclus
„Die schone Mühlerin" te hooren.
De uitvoerenden zijn Max Kloos
en Anton van der Horst.
Van 13.14.uur Hilv. I voert
George Robert op Het orgel in de
Sint Bavokerk te Haarlem werken
uit van Bach, Andriessen, Jos
Jonge en Flor Peters.
Onze Derde Augustus-Opgave.
Welke plaatsen?
De 17 bedoelde plaatsen waren:
1. Oldenzaal; 2. Oosterbeek; 3.
Sittard; 4. Tinaarlo; 5. Wijdenes;
6. Enkhuizen; 7. Stavoren; 8. Ter-
heiden; 9. Takozijl; 10. Heemstede;
11. Uitgeest; 12. Ierseke; 13. Schie
dam; 14. Bloemendaal; 15. Eiber
gen; 16. Sliedrecht; 17. Tilburg.
Zooals men ziet vormen de eerste
letters van boven naar beneden
gelezen het spreekwoord:
Oost West, thuis best.
Een niet te moeilijke p-uzzle, met
vele goede oplossers.
Onze Nieuwe Opgave. No. 4 der
Augustus-serie)
Optellen en aftrekken. Van let
ters tot cijfers.
Hieronder vindt, men de optel
ling en aftrekking van twee getal
len van tien cijfers, maar in letters.
Dezelfde letter stelt steeds het-
elfde cijfer voor.
Optelling
DSPHMKNZMD
ZATNSADKZM
KTDDTMDPTN
Aftrekking.
DSPHMKNZMD
ZATNSADKZM
MDAKZAZASM
Gevraagd wordt beide sommen in
cijfers in te zenden.
Oplossingen (2 p.) liefst zoo
vroegtijdig mogelijk, doch uiterlijk
tot Vrijdag 29 Augustus 12 uur aan
den Puzzle-Redacteur van de Alk-
maarsche Courant.
CORRESPONDENTIE.
Een inzender vraagt ons wat hij
met een fuchsia en een geranium
moet beginnen, die witte puntjes on
der de bladeren krijgen, wat waar
schijnlijk bladluis zal worden.
Wij hebben ons licht hierover op
gestoken bij een deskundige, die be
spuiting aanbeveelt met een meng
sel van 100 L. water, 2 kg. groene
zeep (daarin opgelost) benevens
2% L. brandspiritus.,;
De inzender behoeft niet te
schrikken bij de gedachte van waar
zij in dezen tijd 2 kg. zeep vandaan
moet halen, want hij zal natuurlijk
geen 100 L. vloeistoff noodig hebben
en de hoeveelheid zeep ook naar
verhouding kunnen verkleinen..
Men kan ook stof van tabak ne
men, de plant op den kop houden en
de natgemaakte bladeren daarmee
bestrooien. Deze methode lijkt een
voudiger maar brengt natuurlijk de
moeilijkheid hoe men de plant op
haar kop moet houden als deze niet
in een bloempot maar in den grond
staat.
De methode wordt ook op rozen
toegepast. Het is niet zeker of de
witte stippen aankomende luizen
zijn. Worden zij na' enkele dagen
bruin, dan verdwijnen zij in den
regel.
Red. Alkm. Crt.
Reportage. Van 18.1518.30 Hilv. I.
In een reportage ervaren wij de
belevenissen van de kleuters, die
voor het eerst naar de groote
school gaan.
Voor de vrouw. Van 15.3015.45
Hilv. I houdt mevr. v. d. Schaaf
Costen een causerie over het on
derwerp „Hoe kunnen wij onze
woning gezellig maken", waarin zij
belangrijke aanwijzingen geeft
voor de woninginrichting wat be
treft kleurenharmonie, opstelling
van siervoorwerpen enz., terwijl
daarenboven gewezen wordt op
het belang van een goede woning
inrichting.
DOOR PHILIPPA PRESTON
49)
Audrey schudde het hoofd.
„Ik heb niets dan een herinnering
aan Shane om ine op de been te hou
den. Neen, het is veeleer de schaduw
van de politie, de gedachte,, dat
Shane in deze woning geweest is,
die ik niet kan verdragen. Het
maakt mijn verlies zoo tastbaar en
verdoezelt vrijwel de gedachte aan
de heerlijksteHaar stem stok
te, maar ze glimlachte toch nog. ,,Ik
heb gezegd, met u te willen praten
huilbi het gevolS bijna een
mijn schouder nog,
al heb ik geen reukzout bij de
hand."
„Ik zal mijn best doen er buiten
to kunnen. Weet u al, dat Shane
aanstaanden Dinsdag met Elma gaat
trouwen?"
,,Ja, maar u deed beter, geen
kranten te lezen", berispte hij haar
zachtjes.
,,Er heeft te veel over mezelf in
gestaan, als u dat bedoelt. Maar dat
bericht had ik verwacht. Alleen
ik wil hier liever vandaan zijn, voor
dat het gebéurt en daarom heb ik
op het woningbureau gezegd, dat ze
met de verhuring moesten voort
maken."
,,Ik zou ze graag van u willen hu
ren."
,,U?" vroeg Audrey verbaasd. ,,In
plaats van de Park Avenue en dat
heerlijke huis waar u nu woont?"
„M'n waarde juffrouw Merivale,
zooals u voor uw herinneringen wilt
wegloopen, zoo wil ik ze misschien
juist opzoeken."
Zijn ronde, kinderlijke oogen ke
ken zoo smeekend en droevig, dal
Audrey medelijden met hem kreeg.
,,Ik zou het heerlijk vinden, als u
ze nam, als u ten minste werkelijk
meent, wat u zegt"
„Mag ik de woning dan huren,
juist zooals ze nu is? En als u dan
een and.ere gevonden hebt en de
meubels noodig hebt, wilt u er dan
cm sturen? Dan zal ik zorgen, dat
ze keurig.j worden ingepakt."
Wanneer?"
Audrey's stem beefde, Nu ze
haar besluit had genomen, had ze er
ook al weer spijt van en Marash
begreep, dat ze naar haar woning
terugverlangen zou, omdat het on
dragelijk voor haar zou worden, er
niet meer in te wonen. Hij vond er
een zeker smartelijk genoegen in,
'haar dezen kleinen dienst te kunnen
bewijzen.
Dienzelfden middag verliet John
Andrews met een opgelucht hart het
kantoor van de reederij. Hij had
tegen zijn trots, zijn vooroordeelen
en zijn gevoelens omtrent de vrou
wen moeten strijden, maar hij had
passage naar Europa 'geboekt en
wilde Sonia in Milaan gaan zoeken.
Haar brief was ontzettend voor hem
geweest en hij had hem herhaaldelijk
overgelezen, tot hij hem uit zijn
hoofd kende.
Ik ben weggegaan, omdat je na
het onderzoek er achter moet
komen, hoe bevriend ik met Leo
nard Peters geweest ben. Ik be
sef, dat je me dat nooit vergeven
zult en daarom is het maar beter
voor me, je niet meer terug te zien.
Ik heb er nog over gedacht, naar je
toe te gaan, maar ik deinsde terug
voor wat je tegen me zeggen zou.
Over een jaar of zoo zal ik naar
New-York terugkomen, maar niet
eerder, want Shane en ik zijn in die
tragedie zoo verwikkeld geweest,
dat jij niet meer over me denken
kunt, zooals je vroeger over me
dacht. Shane heeft mijn adres,
maar ik heb liever, dat je het hem
niet vraagt. Maisie komt hier bij
me en ik zal dus veilig en wel be
zorgd zijn.
Je erg domme Sonia.
John Andrews was h.._r adres aan
Shane gaan vragen, die het niet dan
na veel aandrang gegeven had, om
dat hij ervan overtuigd was, dat
Sonia andere redenen, dan die ze op
gegeven had, moest gehad hebben
om naar Europa te trekken. Hij had
na een heelen tijd iets van haar ge
hoord, maar het was slechts een her
haling van wat ze al geschreven had.
Ze voegde er nog bij, overtuigd te
zijn, dat John haar toch nooit zou
begrijpen en vergeven.
Shane had dit tegen John verteld,
die ernstig geantwoord had:
„Ik ben een verschrikkelijk stijve
dwaas, maar ik ben van mijn hooge
voetstuk afgedaald en met een
smak op den grond terecht gekomen.
Ik heb mijn nuchtere verstand weer
terug. Ik ga haar opzoeken".
En nu had John zijn passagebiljet
gekocht en zou den volgenden dag
uitvaren. Met bijna jongensachtige
begeerte zag hij uit naar het einde
van zijn reis en naar Sonia, die zoo
teer en zwak was, dat ze dringend
bescherming noodig had.
Voordat hij vertrok had hij echter
nog één ding te doen en dat was,
een bezoek brengen aan het-hoofd
bureau om te informeeren, of ze al
iets van Peters gehoord hadden. Hij
kon niet weggaan met die onzeker
heid in zijn binnenste. Hij zou zoo
graag in staat zijn, tegen Sonia te
zeggen:
„Peters is verdwenen. Je zult nooit
meer door hem worden lastig ge
vallen. We zullen hier in Milaan
trouwen en dan morgen naar huis
teruggaan".
Reeds vaak had hij overdacht, hoe
hij dit tegen haar zeggen zou; hij
dacht er ook over, toen hij zijn
kaartje afgaf voor den inspecteur,
die het met een zucht aan Leyton
overreikte.
,,Die man maakt me nog gek. Geluk
kig dat we nu spoedig zullen weten,
hoe het met die effecten zit."
„Wanneer we Peters eenmaal hier
hebben, zal hij er wel mee voor den
dag komen. Er is geen enkele aan
wijzing te vinden, dat ze hier ver
zilverd zijn, maar hij kan kans ge
had hebben, ze naar Europa te ver
zenden."
De inspecteur trok een bedenke
lijk gezicht.
„Misschien wel maar ik ben
een zaak van m'n leven nog nooit
zoo zat geweest, als dit beroerde
geval. Je wroet in alle mogelijke
hoeken en gaten naar gegevens en
dan komt me die ellendige Marash
hier aandragen met inlichtingen,
die hij van ingewijden heeft weten
te krijgen, net of iedereen het op
die manier niet zou kunnen uitvis-
schen".
Hij zweeg bij het binnenkomen
van John Andrews.,
„En, mijnheer Andrews, hoe staat
het leven?"
„Dat gaat nog al. Ik vaar morgen
af naar Europa en zou graag weten,
of er nog eenig nieuws betreffende
Leonard Peters is. Die effecten ko
men er minder voor me op aan.
maar ik heb mijn redengn om graag
te weten, wat er met de oorzaak van
al onze moeilijkheden gebeurd is."
De inspecteur draaide een pen
houder tusschen zijn vingers rond
en steunde met zijn ellebogen op
zijn vloeiblad.
„Ik heb net bericht gekregen, dat
hij in den middag onder politiege-
leide naar New-York wordt overge
bracht. Hij is ernstig gewond ge
weest bij een auto-ongeluk in de
buurt van Antonville en heeft een
tijd in een hospitaal gelegen onder
den naam van Lawson. 'n Vreemde
geschiedenis. Hij schijnt in gezel
schap te zijn geweest van een jonge
dame en we hebben zoo'n idee,
dat
De inspecteur zweeg en floot voor
zich heen.
„Gaat u door!" drong Andrews
aan.
„Wel hm ziet u, mijnheer
Andrews, ik dacht er zoo gauw niet
aan, dat u misschien in die jonge
dame belang stelde, maar voor zoo
ver wij kunnen nagaan, was juf
frouw Sonia Carter bij hem. Ze wer
den door een voorbijkomenden auto
mobilist opgepikt. Peters heeft zijn
ruggegraat gekneusd en zal nooit
meer kunnen loopen, terwijl juf
frouw Carter slechts enkele schram
metjes had opgeloopen. We ver
wachten elk oogenblik den verderen
uitslag van het onderzoek. Er zijn
slechts twee wegen, waarlangs ze
kunnen hebben gereden en we zul
len gauw genoeg erachter zijn, wat
er gebeurd is, voordat ze tegen dien
boom zijn opgevlogen".
„Wat wat is er verder met
juffrouw Carter gebeurd?" John
vond het afschuwelijk, dit te moe
ten vragen, omdat daaruit bleek, dat
hij het nog niet wist. Niemand had
hem verteld, waarheen Sonia die
geheimzinnige vacantie was gaan
doorbrengen en nadien had hij niet
meer geweten, dan wat ze hem ge
schreven had.
„We weten slechts, dat ze, na in
het hospitaal verbonden te zijn, naar
New York teruggekeerd is en, zoo
als u weet, nog op tijd voor de te
rechtzitting. Ik veronderstel, dat u
v/el weet, dat ze nu in Europa zit".
„Ja, 'dat weet ik." John wendde
zijn blik van den politiebeambte af
naar de blinden, die de gloeiende
zomerzon buiten het vertrek moes
ten houden. Zou hij op slot van
zaken wel naar Milaan kunnen
gaan? Wat zou het geven, haar ver
giffenis te schenken, als hun ver
dere leven toch verduisterd zou wor
den door duistere geheimen, die met
de jaren wellicht aan den dag zou
den komen? Ja, hij moest nu juist
gaan. Zij zou hem zeker opheldering
kunnen geven van alles, wat er ge
beurd was, en hij twijfelde niet of
alles zou weer terecht komen.
(Wordt vervolgd).