Verordening inzake dividend
beperking.
WEEST
TER!
Een ernstig appèl tot
eiken Nederlander.
De paardenhandel.
Meisje te Oisterwijk
vermoord.
FINANCIEN.
ALKMAARSCHE COURANT VAN MAANDAG 1 SEPTEMBER 1911.
Pagina 3
(Van onzen Haagschen
correspondent).
Ons volk genoot altijd de repu
tatie, een nuchter, misschien zelfs
wel eens een té nuchter volk te
zijn; een volk althans, dat zich
niet gemakkelijk liet verblinden
door uiterlijken schijn of overbluf
fen door hol gezwets. En het droeg
deze reputatie in vele opzichten
met eere! Daarom is het des te tra
gischer, thans herhaaldelijk te
moeten ervaren, dat ons volk in
breedie kringen deze nuchterheid,
die juist in onze dagen zoozeer ge-
wenscht en zelfs vereischt is,
krampachtig tracht om hals te
brengen. Onze geestelijke volksge
zondheid dreigt hierdoor in ernsti
ge mate in gevaar te komen en
daarom kan niet genoeg worden
geappelleerd aan het gezond ver
stand van eiken volksgenoot, die
het werkelijk wèl meent met zijn
volk enmet zichzelf.
Het is bedroevend te zien, met
welk een ontstellende graagte zelfs
verstandige en intellectueele men-
schen den meest fantastischen
waanzin indrinken als ware het
een kostelijke godendrank, ge
mengd uit pure wijsheid en oprech
te vaderlandsliefde. Het worden er
steeds minder, die er nog het ver
gif in kunnen of willen proeven.
Wij schrijven deze harde dingen
heusch niet alleen met een zekere
bitterheid, doch allereerst, omdat
wij zoo gaarne zouden zien, dat
ons volk, waarmee wij ons thans
meer dan ooit verbonden voelen,
zijn welhaast klassieke nuchter
heid zou willen terugvinden. Het
doet pijn, te ervaren, dat menschen
met wie men zich in meerdere op
zichten verwant kan voelen, ons
niet meer gelooven, wanneer wij
uit eigen aanschouwing of op
grond van eigen onderzoek datgene
zeggen, wat volgens ons zeker we
ten en onze vaste overtuiging de
waarheid is. Een zeer goede Neder
lander, die in een moeilijke en
zware officieele positie ons volk
tracht te dienen door van de din
gen te maken wat er van te maken
is en die daarbij zijn eigen belan
gen geheel terzijde stelt, zei ons
dezer dagen: „Het is zoo erg, dat
mijn eigen familie me niet meer
gelooft".
Dit alles nu is een kanker in ons
volksleven, die, wanneer hij kans
krijgt nog verder door te vreten,
doodelijk zal zijn en die derhalve
met den inzet van alle krachten
bestreden moet worden. In het be
lang van land en volk. Zeker, wij
leven in een harden tijd en er ge
beuren bittere dingen. Maar hoe
ter wereld, zou dat anders kunnen
in dagen van oorlog als waarin wij
leven? Velen hebben het moeilijk
en zijn daardoor een gemakkelijk
object voor valsche leuzen en
lasterlijke leugenpraat. Het is ech
ter een misdaad van de miserabel-
ste soort om deze geestesgesteld
heid uit te buiten voor doeleinden,
waarmee slechts de'duivel, en al
lerminst de eigen volksgemeen
schap wordt gediend. Het in het
geniep propageeren van de leuze:
„Hoe meer' chaos hoe beter", kan
nooit in het belang zijn van een
volk, ook niet van het onze. Wij
hebben een oorlog verloren en wij
zijn sindsdien door de bezettende
overheid beter behandeld dan velen
onzer op.den 15en Mei 1940 durf
den te hopen. Het onteert geen
enkelen Nederlander, dit ruiterlijk
te erkennen, ook al zou hij tevens
vele dingen thans gaarne anders
zien.
De aanleiding tot het schrijven
dezer regelen, waartoe wij ons
hebben gezet in het bewustzijn,
dat wij ze móesten schrijven, om
nogmaals te appelleeren aan de
gezonde nuchterheid van ons volk
en het te waarschuwen tegen in
vloeden, die niet anders dan nood
lottig genoemd kunnen worden,
bestond in een pamfletje, dat dezer
dagen op illegale wijze werd ver
spreid en waarin de kwestie onzer
voedselvoorziening wordt misbruikt
op een manier, die geen goed woord
waard is. Er wordt daarin
o. a. verteld, dat zich op een onzer
groote groenteveilingen stormach
tige tooneelen zouden hebben af
gespeeld. Toen de veiling een aan
vang zou nemen, werd meegedeeld
aldus deze jammerlijke „volks
voorlichters" dat er geen ver
koop kon plaats vinden, omdat de
geheele aanvoer door de Duitschers
in beslag was genomen. De kwee
kers snelden naar buiten en vonden
hun schuiten reeds bezet door
Duitsche soldaten, die al waren
begonnen met alles in te laden in
voor Duitschland bestemde wa
gons. Dan volgt een scheldpartij op
ir. Louwes, den directeur-generaal
onzer voedselvoorziening, en nog
veel meer fraais, dat wij hier maar
niet eens zullen afdrukken.
Dit alles is van A. tot
Z gelogen. Een Nederlandsche
autoriteit, die ten nauwste betrok
ken is bij onze voedselvoorziening,
heeft ons onder vier oogen ver
klaard: „Het is fantastische waan
zin; het is complete razernij".
Misschien werpt een lezer tegen:
„Er is dan toch maar heel moeilijk
groente te krijgen". Dit is inder
daad juist, ofschoon het de laatste
dagen al beter ging. Kort geleden
waren er ook moeilijkheden met de
aardappelvoorziening. Ir. Louwes,
voor wiens ondankbare taak waar
achtig wel wat meer waardeering
bij zijn eigen volksgenooten mocht
bestaan, heeft toen verklaard: „Het
zijn in hoofdzaak de weersomstan
digheden, doch het komt in orde".
En het i s in orde gekomen. Mèt
de 4 H kilo van deze week hebben
wij zelfs in korten tijd den ach
terstand volledig ingehaald en ons
rantsoen van 3 kilo per week
dat 50 pet. méér is dan het gemid
delde verbruik van vroeger
prompt gehad.
Wanneer nu de Nederlandsche
autoriteiten thans weer verzekeren,
dat het ook met de groente-voor
ziening heel gauw in orde komt,
waarom spiegelen wij ons dan niet
aan de aardappelen, doch laten ons
wel verleiden tot een angstpsy
chose, die de dingen alleen maar
erger maakt? Is dat nuchter? Is dat
billijk? Is datNederlandsch?
Ten aanzien van de groente is er
echter nog iets anders. Voordat op
dit gebied een prijsregeling tot stand
kwam, werden er winsten gemaakt
van 50 tot 100 boven het normale.
Dr. Winsemius, de leider van de af-
deeling Prijsvorming van den Dienst
van den Gemachtigde voor de
prijzen, zei ons dezer dagen: „Achter
af ben ik verbaasd, dat we de zaak
zoo lang hebben laten loopen. Maar
wij willen met ingrijpen altijd liefst
zoo lang mogelijk wachten". Nu zijn
er maximumprijzen vastgesteld, die
zeer zeker billijk kunnen worden ge
noemd. Tusschen kweekersprijs en
consumentenprijs ligt voor groothan
del en winkelier een winstmarge van
ongeveer 60 De kleinhandel, waar
aan een winstpercentage van 30
plus 2*4 voor omzetbelasting werd
toegestaan, is in het algemeen hier
mee tevreden. Daar alle afrondingen
naar boven mogen plaatsvinden
zelfs van 4/100 cent tot op 1 cent,
hetgeen bijna 10 extra winst be-
teekent komt ook dit den hande
laar ten goede.
Ook de meerderheid der grossiers
is met de haar toegestane winst ad
12 voldaan. Het terstond na de
strubbelingen der vorige weken in
gestelde onderzoek heeft dan ook uit
gewezen, dat de fout voornamelijk bij
de kweekers rust, die een grootere
winst willen maken dan geoorloofd
en dan billijk is. Hieraan nu is het
te wijten, dat een enorme hoeveelheid
groente vele malen grooter dan die,
welke ter veiling wordt aangevoerd!
in den „zwarten handel" wordt
gebracht, waardoor de grossiers en
de klein-handelaren duurder moeten
inkoopen en dus ook van het publiek
hoogere prijzen moeten worden ge
vraagd.
Intusschen zijn er evenwel reeds
maatregelen .genomen, naar Dr.
Winsemius ons meedeelde, om een
uiterst scherpe controle op de
kweekers uit te oefenen, waarbij
men niet zal terugdeinzen voor zeer
drastische maatregelen en voor de
meest afdoende straffen. Want het
„gat" tusschen kweeker en veiling
moet worden gedicht, daar het
hier betreft een saboteeren der
voedselvoorziening door op woeker
winst beluste kweekers. Een onver
antwoordelijk spelen met de le
vensbelangen van ons volk kan niet
worden geduld.
Indien echter het publiek meer
had willen meewerken en niet zoo
gauw had klaar gestaan om vaak
zelfs eigener beweging hoogere
prijzen te bieden, ten gevolge van
een door ongure elementen bevor
derde „groente-psychose", doch in
tegendeel voet bij stuk zou hebben
gehouden en geweigerd had om meer
te betalen, dan zouden deze abnor
male dingen in twee a drie weken
vanzelf tot het verleden hebben
behoord.
Met nadruk zij in dit verband nog
herinnerd aan de treffende waarheid
van Ir. Louwes' woord: „Tusschen
ons en den honger staat alleen de
organisatie der voedselvoorziening".
En de leiding dezer organisatie, die
in Nederlandsche handen berust,
heeft tot nog toe weinig gefaald, al
heeft zij natuurlijk geen invloed op
een factor als de weersgesteldheid,
die zich in den laatsten tijd in ons
land wel van haar meest ongunstige
zijde heeft doen kennen. Wie nog
mocht twijfelen aan den invloed
daarvan op b.v. de groente-voorzie
ning, kijke maar eens in zijn eigen
tuintje! Het is daarom weinig elegant
om geen scherper woord te ge
bruiken dat vele Nederlanders
zich door allerlei gespuis, dat in
troebel water visschen wil, laten
ophitsen tot een ontstellend wan
trouwen in hun eigen Nederlandsche
overheid. Wie met de leidende fi
guren in ons landsbestuur nog
altijd verreweg grootendeels men
schen, die al vele jaren op hun post
staan en daar in het algemeen het
vertrouwen van ons volk genoten
hebben in. aanraking komt, kan
van hen, die vaak met de grootste
zelfopoffering en onder allerminst
benijdenswaardige omstandigheden
trouw bleven in den dienst voor hun
volk, de klacht hooren: „Het Neder
landsche volk verwijdert zich van
zijn eigen overheid en het geeft al
te veel voet aan giftig uitgestrooid
wantrouwen".
Wil ons volk riog een waarachtige
toekomst hebben, dan zullen deze
AAN DE NARWA STAAN DUITSCHE BERGJAGERS VOOR DE PUIN-
IIOOPEN VAN DE DOOR DE BOLSJEWISTEN VERNIELDE BRUG.
(P.K. Schmidt-Hoffmann)
Het verdient aanbeveling om het
paardenbesluit 1941, zooals dit laat
stelijk werd gewijzigd bij besluit van
18 Juli 1941, nader toe te lichten. Het
blijkt namelijk herhaaldelijk op de
taxatie-markten, dat er nog ver
scheidene handelaren en eigenaars
zijn, die niet voldoende met deze
laatste wijziging op de hoogte zijn.
De handel in veulens is vrij. Deze
behoeven niet getaxeerd te worden.
Slachtpaarden zijn eveneens vrij,
doch moeten bij slachting aan de
Nederlandsche Veehouderij Centrale
worden aangeboden.
Éénjarige en twee-jarige paarden,
dat zijn dus de paarden die in 1940
en 1939 geboren zijn, mogen alleen
via de taxatie-markt verhandeld
worden. Op iedere taxatiemarkt
mogen zij aangevoerd worden om
aldaar getaxeerd en gebrand te
worden. Na taxatie kan ieder erkend
handealar deze paarden aankoopen.
Ieder ander moet in het bezit zijn
van veen aankoopvergunning, uit
gereikt door den Provincialen Voed-
selcommissaris.
De handel in oudere paarden, dat
zijn de paarden geboren voor 1 Ja
nuari 1939, is practisch geheel stil
gelegd. Dit geldt voor alle soorten
paarden, dus ook voor stamboek-
paarden, renpaarden, harddravers,,
hitten, ponnies en concourspaarden,
al of niet geregistreerd.
Alleen zij, die in het bezit zijn van
een aankoopvergunning, afgegeven
door den Provincialen Voedselcom-
missaris, mogen een paard aankoopen.
Heeft dus een houder van een der
gelijke vergunning bij een handelaar
of eigenaar een paard uitgezocht, dan
kan dit paard op de eerstvolgende
taxatie-markt worden getaxeerd en
gebrand.
Wanneer kan nu een eigenaar een
aankoopvergunning krijgen?
Dat kan in de volgende gevallen:
1. in geval zijn paard gestorven is;
2. als zijn paard zoover versleten is,
dat de eigenaar het wil laten
slachten. (Opgeven aan de Ned.
Veehouderij Centrale!);
3. als het door gebrek of ziekte on
bruikbaar is;
(In al deze gevallen dient de
eigenaar, bij zijn aanvraag aan
den Provincialen Voedselcom-
missaris om een aankoopvergun
ning, een bewijs van zijn veearts,
of van den vleeschkeuringsdienst
over te leggen);
4. wanneer de eigenaar door de
vordering ten behoeve van de
Duitsche Weermacht een paard
heeft moeten afstaan en hij er tot
op heden nog niet in geslaagd is,
een ander paard aan te koopen, en
hierdoor de voedselvoorziening in
gevaar zou worden gebracht. (Dit
dingen toch werkelijk eerst moeten
veranderen. Dan zal het vertrouwen
onder ons moeten terugkeeren, maar
bovenal: onze nuchterheid, waardoor
wij de dingen weer kunnen en
ook willen! zien zooals zij werke
lijk zijn. Want zonder dat blijft er
slechts een somber verschiet.
geheel ter beoordeeling van den
Provincialen Voedselcommissa-
ris!)
De verleende aankoopvergunning
geldt veertien dagen. Is men in dien
tijd nog niet geslaagd, dan kan ver
lenging worden aangevraagd. Men
dient dan de vergunning in zijn ge
heel terug te sturen, ook als men er
geen gebruik van wenscht te maken
door bijzondere omstandigheden.
Op een aankoopvergunning kan
men in geheel Nederland een paard
koopen.
De aankoopvergunning moet als
bewijs getoond worden, voordat de
taxatie-commissie het aan te koopen
paard mag taxeeren.
Overigens gelden de .bekende be
palingen onverminderd. Maar, hoewel
natuurlijk algemeen bekend, lijkt
het toch dienstig nog eens op het
volgende te wijzen.
Erkende paardenhandelaren mogen
een winst nemen van ten hoogste
10 van het bedrag, waarvoor het
paard wordt gekocht, met dien ver
stande, dat die 10 nooit van een
hooger bedrag mag worden genomen,
dan den prijs waarvoor het paard is
getaxeerd.
Zijn er meerdere handelaren be
trokken bij den verkoop van een
paard, dan mogen zij tezamen niet
meer dan 10 winst nemen.
Bij geconstateerde overtreding kan
de erkenning van den betreffenden
handelaar ingetrokken worden, be
halve de eventueele boete of (en) in
beslagname van zijn paard(en)!
En dat is geen loos dreigement
handelaren! Kort geleden zijn er 7
paarden van één verkooper in beslag
genomen, terwijl er tegen den eige
naar bovendien een boete van
f 10.009 geëischt werd.
De boeren, in wier belang dit
paardenbesluit 1941 louter en alleen
is afgekondigd, moeten hieraan mede
werken door niet boven de taxatie
prijzen wettelijke winst te koopen
van den handelaar, Koopen zij van
een eigenaar, niet erkend handelaar,
dan mogen zij niet meer geven dan
ten hoogste de prijs, waarvoor het
betreffende paard is getaxeerd.
Getaxeerde paarden mogen natuur
lijk ook voor lageren prijs verkocht
worden.
Vermoedelijke dader
gevonden.
In de uitgestrekte bosschen
van Oisterwijk is Vrijdagmiddag
vijf uur een moord gepleegd op
een meisje, uit Rotterdam, de
13-jarige Annie R., dat gelo
geerd was op een der boer
derijen van Balsvoort onder de
gemeente Haaren.
De ouders kwamen het meisje
juist halen, om haar mee terug naar
Rotterdam te nemen. Het kind reed
vooruit, zoodat de ouders haar uit
het gezicht verloren. Een uur later
was het meisje nog niet op de boer
derij aangekomen. Men ging daarop
WEGGEZONKEN. Deze Sovjet- tank zocht haar heil in de vlucht. De
Düna werd haar noodlottig, den anderen oever bereikte zij nooit.
(Orbis-Holland)
Bij hooger dividend
dan 6 wordt extra
belasting geheven.
In het Zaterdag verschenen Ver
ordeningenblad is een -besluit van
den secretaris-generaal voor bijzon
dere economische zaken en van de
secretarissen-generaal van het de
partement van financiën en van
justitie betreffende de dividendbe
perking (besluit op de dividendbe
perking 1941) gepubliceerd.
Hierin wordt o.m. bepaald, dat
vennootschappen verplicht zijn
haar uitdeelingen te beperken:
1. Tot zes ten honderd van het
gestorte aandeelenkapitaal, in
dien de vennootschap over het
laatste boekjaar, dat niet onder
de bepalingen van dit besluit
valt, zes ten honderd of minder
dividend heeft vastgesteld.
2. Tot het percentage van het
gestorte aandeelenkapitaal, dat
over het laatste boekjaar, dat
niet onder de bepalingen van dit
besluit, valt, als dividend is vast
gesteld, indien de Vennootschap
over dat boekjaar meer dan zes
ten honderd dividend heeft
vastgesteld.
(2) Ingeval herkapitalisatie op den
voet van hoofdstuk 2 heeft plaats ge
vonden, mag het totale bedrag der
uitdeelingen niet grooter zijn dan het
bedrag, dat ingevolge het eerste lid
uitgedeeld had mogen worden, in
dien herkapitalisatie niet had plaats
gevonden.
Van vennootschappen, welke
over eenig- boekjaar meer dan
zes ten honderd van het gestor
te aandeelenkapitaal uitdeelen,
zoeken en vond het dood aan den
rand van een dennebosch. Zij Was
gewurgd. Haar rijwiel was v^rdwe
nen. Wel vond men bij het slachtof
fer een heerenrijwiel. Men maakt
hieruit op, dat de dader onraad
heeft bespeurd en' met de fiets var
het meisje er van door is gegaan.
Deze fiets werd Zaterdagmorgen ir
het bosch teruggevonden.
De politie werd terstond verwit
tigd en 't Bossche parket stelde zich
op de hoogte van het gruwelijke
gebeuren.
Van bevoegde zijde wordt mede
gedeeld, dat de Oisterwijksche poli
tie, in samenwerking met de Til-
burgsche recherche, er in geslaagd
ts zooveel bezwarende gegevens te
verzamelen, dat zij kon overgaan tot
"corloopige inhechtenisneming var
zekeren van B. uit Tilburg. Ver
dachte blijft echter hardnekkig ont
kennen, doch de fiets welke op de
plaats van den moord gevonden
werd, is als de zijne herkend.
Ook zoekt de Tilburgsche politie
verband tuschen dezen moord en de
Verdwijning van het tienjarige Til
burgsche meisje Ria Pagie, dat
reeds veertien dagen wordt ver
mist.
wordt onder den naam van su
perdividendbelasting naar den
maatstaf van het superdividend
een belasting geheven.
Onder superdividend wordt ver
staan het bedrag, waarmede een uit-
deeling zes ten honderd van het ge
storte aandeelenkapitaal te boven
gaat.
In artikel 4 wordt bepaald, dat de
grondslag voor de berekening van
super-dividendbelasting wordt ge
vormd door de uitdeelingen over een
boekjaar.
De belasting wordt voor de eerste
maal geheven over het boekjaar, dat
op 31 Dec. 1940 eindigt of op dat
tijdstip loopende is.
Vennootschappen in den zin van
dit besluit zijn binnen het Rijk ge
vestigde naamlooze vennootschappen
en commanditaire vennootschappen
op aandeelen, waarvan het aandee
lenkapitaal vijfhonderd duizend gul
den of meer bedraagt.
Herkapitalisatie.
In art. 8 wordt bepaald, dat ven
nootschappen slechts met inachtne
ming van de bepalingen haar aan
deelenkapitaal door verhooging kun
nen herzien.
Volgens artikel 9 kan herkapitali
satie op zijn vroegst met ingang van
31 December 1940 of van het einde
van het op dat tijdstip loopende
boekjaar en op zijn laatst voor een
boekjaar, dat vóór 1 Januari 1943
eindigt, plaats vinden.
Herkapitalisatie is slechts éénmaal
toegelaten.
Hoofdstuk 3 van het besluit regelt
de aangifte voor aanslag in en beta
ling van de superdividendbelasting
en de belasting op de herkapitalisa
tie.
In hoofdstuk 5 zijn de strafbepa
lingen vastgesteld.
Uw waschtafel en vooral
Uw huisapotheek zijn niet
compleet als er een doos
of tube PUROL ontbreekt.
BOMMEN OP ONS LAND.
's-Gr a venh a g e, 30 Aug. In
den afgeloopem nacht trachtten
slechts eert paar Britsche vliegtui
gen boven ons land te komen, doch
ontmoetten een dergelijken krach-
tigen afweer, dat de pogingen to
taal mislukten. v
Waarschijnlijk hebben de slechte
ervaringen, welke aanvallende
vliegtuigen eergisteren hier (en ook
elders) opdeden, een zeer depri-
meerenden invloed op de aanvallen
gehad. Er kan thans namelijk ter
toelichting worden medegedeeld,
dat toen van de 31 vijandelijke
vliegtuigen, welke het Duitsche
weermachtsbericht als in het wes
ten neergeschoten vermeldde, niet
minder dan 15 boven Nederlandscli
gebied vernietigd werden, te zamen
meer dan 50 van de aanvallers.
DE VELE REGENS MAKEN HET DEN BOEREN IN DEN WIERINGER-
MEERPOLDER ONMOGELIJK het graan op het land te dorschen, zoo
dat ze het maar zoo lang in groote Icapschuren opslaan, om, als de weers
omstandigheden verbeterd zijn, met het dorschen te beginnen.
(Polygoon-Kuiper)
UIT NOORD-OVERIJSEL. De boeren zijn druk bezig de bruine boonen
te drogen te hangen. (Holland)