waar oude zeelieden
De veilige haven
PRIHS HENDRIK
STICHTING
Een nieuw dorp in N.-Holland
„DE HOGE VELUWE"
r
HET ANKER
LATEN VALLEN
DER
Bewoners uit twaalf verschillende
landen
lustoord voor de regering?
Ministers richtten op het jachtslot hun
keukens in
J
Distributie en
verkeersveiligheid
ZUS MAC HELPEN,
f
Er zijn mensen, wier leven zo met
de zee vergroeid is, dat ze heimwee
hebben als ze geruime tijd in bos en
hei moeten blijven. Dat hebben ook
velen ondervonden, die in de bezet
tingsjaren geëvacueerd zijn geweest
en ver van hun eigen woonplaats in
de vreemde moesten zijn.
Dat waren de mannen van de zee,
die je niet verplanten kunt omdat de
zee in hun leven zo'n grote rol speelt,
cmdat ze altijd met hun gedachten
op het woelige water zijn, omdat ze
gewend zijn als ze oud en voor het
werk onbruikbaar zijn geworden
naar zee te gaan en er over heen te
kiiken.
Ze kijken naar water en lucht met
de gezichten van deskundigen, die
met alle verrassingen welke uit die
combinatie kunnen voortkomen ver
trouwd zijn. Ze zitten aan de zware
dijk waar de golven schuimspattend
tegen de basaltblokken slaan, of in 't
duin, vanwaar ze hun ogen over de
grote plas laten gaan en elk roolc-
pluimpje, elk sylhouetje aan de verre
horizon met belangstelling bekijken.
ZE ZIJN OUD GEWORDEN.
Ze zijn oud geworden maar hun
ogen zijn scherp gebleven. Ze herken
nen van grote afstand de omtrek van
elk vaartuig en weten waar het naar
toe gaat of waar het vandaan komt.
Ze zitten vaak met vijf, zes mannen
bij elkaar en halen oude herinnerin
gen op uit de tijd toen zij over de we
reldzeeën zwierven en het bonte le
ven van de zeeman hebben geleid.
En als het stormt, als de zee zijn mo
kerslagen op het land doet neerko
men, als de wit-gekuifde golven in
brede, massale gelederen aanstuiven co
alles wat hen in de weg staat, als de
zee, de altijd onbetrouwbare, in de
eindeloze strijd met het land, dat voor
haar' ligt een aanval doet op de zwak
ste plekken van dijken en duinen, dan
kruipen die oude, getaande mannetjes
bij elkaar achter een oppertje en ste
ken er hun verweerde koppen zo nu
en dan boven uit om eens poolshoog
te te nemen en de strijd van land en
water met de grootste belangstelling
te volgen.
Zo ziet men ze overal en zo" ziet men
ze ook in Egmond. Daar, in de Prins
Hendrik-Stichting, zijn ze als wrak
hout van de zee in een veilige ha
ven gedreven, daar vormen ze een
wereldje op zichzelf, overdag altijd
aan de zeekant en des avonds in
wijde kring bij elkaar, vertellend
en vaak fantaserend over al wat
ze beleefd hebben, over gemeen
schappelijke kennissen waarmee ze
hebben gevaren, over groot en klein
avontuur, dat ze werkelijk meege
maakt hebben of, dat in verloop
van jaren in hun fantasie een zóó
vaste plaats heeft gekregen, dat ze
het als waar durven vertellen.
WAT IS DE
PRINS HENDRIK STICHTING'
De Prins Hendrik Stichting is het
tehuis voor oude zeelieden, mannen
van de koopvaardij, van de kleine, en
van de grote vaart, schippers en vis
sers en ook oude behoeftigen van Eg-
mond welke laatsten een plaatsje heb
ben gekregen omdat de stichting in
hun dorp gevestigd is.
Zij zijn oud en arm, zij hebben na
een leven van werken en zwalken
geen inkomen meer en zo zijn er in
verloop van jaren tallozen geweest,
van wie weinigen mensen zich iets
aantrokken tot in 1870 enige recht
schapen Nederlanders zich afgevraagd
hebben wat zij konden doen om in de
moeilijke levensavond van deze har
de werkers nog een beetje licht en
warmte te brengen.
Zij namen het initiatief tot oprich-
HET LAATSTE NIEUWS.
ling van een tehuis voor behoeftige
zeelieden en in 1875 werd het eerste
gebouw geopend.
Prins Hendrik 1820-1879 de
broeder van Koning Willem III, die
Luitenant Admiraal van de vloot was.
bleek bereid zijn naam aan de stich
ting te verbinden en de toenmalige
regenten hadden de beschikking over
een tehuis voor plus minus 15 oude
zeelieden, dat weldra te klein bleek
en wegens chronisch plaatsgebrek vier
malen verbouwd moest worden tot 't
tien jaar later aan een 50 tal bewo
ners een plaatsje kon bieden.
In 1894 werd een groter gebouw be
trokken en enkele jaren later herberg
de men daar niet minder dan 187 ou
de zeelieden.
Wat dat alles kostte laat zich be
grijpen. De regenten hadden vaak
door gebrek aan financiën een
uiterst moeilijke taak, maar ons vor
stenhuis is altijd vol belangstelling
vooi deze stichting geweest. Prins
Hendrik, de gemaal van H. Majesteit
de Koningin, was na zijn huwelijk
bereid het beschermheerschap te
aanvaarden en thans is het Hare
Majesteit zelf, die beschermvrouwe
van de stichting is geworden.
Toen het oude gebouw volkomen
was uitgewoond is er in '37 een nieuw
gesticht waarvan onze lezers zich on
getwijfeld nog zullen herinneren, dat
het tien jaren geleden feestelijk werd
geopend.
HET NIEUWE GEBOUW.
Het is ontworpen door de architect
Corn. Elffers uit Rotterdam, het is
geheel ingericht voor het verzorgen
en verplegen van oude mensen en net
biedt plaats voor plus minus 200 per
sonen.
Wie naar Egmond aan Zee gaat,
staat onwillekeurig even stil als hij
dat prachtige witte gebouw achier de
grote vijver ziet. Op het plein waar
de bankjes staan, is een reusachtige
mast gepoot als teken, dat men hier
op het land maar met zijn ge
dachten op het water leeft en daarach
ter ziet men het gebouw vanwaar de
lange witte vleugels zich naar alle zij
den uitstrekken.
Het is een prachtig bouwwerk, niet
alleen van buiten, maar ook van bin
nen.
Echtparen hebben er een zit-slaap-
kamer met dubbele bedden, vrijge
zellen en dat zijn de meesten
hebben een kleinere zit-slaapkamer
waar zij precies kunnen leven als zij
willen, mits zij zich maar aan de re
gels van het huis houden. Er is een
ziekenafdeling met een interne
zuster een dokterskamer, een ver
bandkamer, er zijn recreatiezalen
met biljards, leeszalen, knutselkamers
waar zo menige oud-zeeman aan
een driemaster werkt, welke na het
gereedkomen in het „Museum" wordt
opgenomen, er zijn gemeenschappelij
ke eetzalen, er is in het sousterrain
een reeks van badkamers, er is een
prachtige regentenkamer, een keuken
ipet alle moderne machinerieën, ja,
zelfs een toneelzaal waar zo nu en dan
een gezelschap optreedt om de oudjes
een genoegelijke avond te bezorgen.
En alles is blinkend wit en hel
der en groot en breed en kunstzin-
-nig bewerkt met prachtige glas-in-
lood ramen, waarop het leven van
de zeeman van de wieg tot aan het
graf symbolisch is voorgesteld of
vissen en andere zeedieren in aller
lei kleuren een lust voor het oog
zjjn. Er is zelfs een tabakskamer
een onontbeerlijk vertrek in een te
huis voor oude zeelieden en in de
gangen staan hier en daar bakke-
lieten fonteintjes, speciaal bestemd
om datgene er in te deponeren wat
een zeeman lang genoeg in de mond
gehad heeft en daarom ook wel
weer eens kwijt wil.
HET TRAPPENHUIS.
I
DE ZORGEN VAN DE DIRECTEUR.
Over dit wereldje van oude water
mannen regeert de directeur, de heer
S. C. van der Gaag, die zelf heeft ge
varen en daarom de noden en be
hoeften van deze mensen volkomen
kan begrijpen. Hij regeert er met zijn
echtgenote en zij beiden zorgen er
voor, dat dit van alle zeeën aange
spoelde menselijke wrakhout in een
veilige en rustige haven kan blijven.
Alle mannen krijgen bij aankomst, 'n
uniform, blauwe pet en blauwe jek
ker en zij hebben zich verder geen
zorgen meer te maken omdat zij tot
hun dood toe in de stichting kunnen
blijven.
De mannen krijgen 2 zakgeld in
de week, de vrouwen 1.50, maar die
behoeven er dan ook geen tabak van
te kopen en zo leven deze markante
oudjes prettig en gezellig als één gro
te. tevreden familie en zijn dankbaar,
dat zij een zo gunstige rustplaats heb
ben gevonden.
IN DE BEZETTINGSTIJD.
Zij hadden ook in de bezettingstijd
hier hun anker 'uitgeworpen, maar de
Duitsers lieten al spoedig hun ogen
op het fraaie gebouw vallen en allen,
die daarin waren moesten evacueren
Zij trokken, onder geleide van de
toenmalige directeur, de heer Dolle-
kamp, naar Oosterbeek en Wagenin-
gen, kwamen daar in het heetst van
de strijd terecht en werden naar Baarn
getransporteerd, vanwaar ze later naar
de stichting teruggekeerd ziin.
De heer van der Gaag, die al jaren
als adjunct-directeur aan de stichting
verbonden was, bracht na de dood van
de directeur zijn discipelen naar Eg
mond terug, maar dat de oorlog niet
alleen onder de zeelieden te water ge
woed heeft bewees wel het feit, dat
van de 160 man der oude garde, die
noodgedwongen op reis gegaan wa
ren, slechts 60 behouden in het tehuis
ziin teruggekeerd.
Trouwens, er was in die tijd nog
veel meer gebeurd. Er was een NSB-
directeur benoemd die nu in ge
vangenschap over zijn verloren glorie
treurt maar de oude leiding bleef
bij de hand om een oogje in het zeil
te houden en te redden wat er nog te
redden viel.
Een dezer dagen in de hall van het
gebouw aangebrachte gedenkplaat
brengt dat alles in beeld, de uittocht,
de verschrikkingen van het bombar
dement, de verhuizing per bakfiets
en de triomfantelijke wederkeer.
ER MOET VEEL HERSTELD
WORDEN.
De stichting telt op het ogenblik 56
mannen en 14 vrouwen. Er kunnen er
niet meer worden opgenomen voor al
les hersteld is wat de Duitsers aan ta
pijten, gordijnen, schilderijen en meu
bels hebben weggesleept. En dat alles
kost geld veel geld zelfs, terwijl de
stichting nog hetzelfde stamkapitaal
en daardoor nog hetzelfde inkomen
als vóór de oorlog heeft.
Voor hen, die voor de noodzakelij
ke wederuitrusting misschien een
steentje willen bijdrage vermelden wij
het gironummer der stichting dat
44184 is.
Nu zijn de -oudjes voor zover zij
de verschrikkingen van de krijg over
leefd hebben weer thuis en elke
dag weer of geen weer maken
zij hun wandeling door het dorp en
gaan naar zee.
Tegen etenstijd en slapenstijd
keren zij naar de stichting en vinden
er de rust waarop zij na 'n lang en ar-
beidszaam leven in alle opzichten
recht hebben.
Zij zijn in veilige haven geland
waaruit geen storm hen meer zal ver
drijven.
Tj Ad.
Protest tegen Duitse
methoden
Dat er na de bevrijding wel eens
wonderlijke dingen in ons goede
vaderland gebeuren is een ieder,
zo mogen wij veronderstellen, wel
genoegzaam bekend. Het is verder
meestal zo, dat daarbij «en storm
van critiek loskomt, hetzij wel,
hetzij niet gerechtvaardigd. Hoge
bomen vangen veel wind, zegt het
spreekwoord en het is dan ook
inderdaad zó, dat zij die de teu
gels in handen hebben, zij, die met
de hoogste verantwoordelijkheid
zijn belast, het meest aan die cri
tiek onderhevig zijn.
Niet altijd is die critiek gerecht
vaardigd, berust zij op gedegen gron
den. Het hieronder volgende is toch
wel in die mate uit de toon vallend,
dat het in bredere kring de aandacht
verdiend.
Een van de mooiste gedeelten van
de Veluwe is in het bezit van de
stichting Het nationale Park „De hoge
Veluwe". Het is een prachtig terrein,
waarvan verzekerd was, dat het in zijn
geheel voor het nageslacht bewaard
zou blijven. Een stuk natuurschoon
dus, dat door niets en niemand ver
stoord kon worden. Midden' in dit
„Park" ligt het fraaie Jachtslot Sint
Hubertus. Het beeld van dit slot zal
men zich nog herinneren uit de tijd
dat er door de regering met verschil
lende Indonesische leiders een confe
rentie werd gehouden.
Voor de oorlog was het gehele ter
rein voor het publiek opengesteld, zo
dat een ieder in de gelegenheid was
van al het mooie en ongerepte te ge
nieten. Het stichtingsbestuur zorgde
voor explicatie aan de bezoekers, on
derhield de tuin, zorgde voor zakjes
met brood, waarmee de kinderen de
vissen in de grote vijvers mochten
voeren en onderhield de tuinen. Even
eens was dat het geval met de kost
bare inventaris van het jachtslot zelf.
Zoals gezegd geschiedde dit alles
door het Stichtingsbestuur, dat deze
taak opgelegd had gekregen van de
vroegere eigenaars en bewoners, het
echtpaar Kröller. Als bestuurder voor
het leven was door hen aangesteld de
heer Marchant. Het echtpaar zag in
deze aanstelling de beste waarborg
voor de handhaving van de regelen
die het beheer moesten onafhankelijk
houden van de inzichten van volgende
regeringen. Het natuurmonument
moest als zodanig bestemd blijven ten
behoeve van het publiek in het 'alge
meen belang. Het rijk zou slechts toe
zicht houden op het finantiële beheer
en de vertegenwoordiger van het De
partement van Onderwijs was aange
wezen krachtens de zorg voor natuur
monumenten.
EN NU?
Zo was dus de vooroorlogse toe
stand. Toen kwam de bezetting van
ons land door de Duitsers. Op aan
drang van de bezetters trad het stich
tingsbestuur af. De toenmalige gezant.
Graf von Zech, beval het park aan in
de bescherming van de bezettende
macht. De heer Van Deventer werd
gehandhaafd, zodat al het mogelijke
werd gedaan om beschadiging van het
Park te voorkomen. De toestand werd
echter eerst gevaarlijk, toen de bevrij
ders het militaire gezag van de inval
Iers hadden overgenomen. De heer
Van Deventer werd gearresteerd *n
zijn vermogen onder beheer gesteld.
Na de bevrijding hadden de door
de Duitsers genomen maatregelen weer
automatisch moeten worden opgehe
ven. Het bestuur, dat tot aftreden
was gedwongen door de Duitsers, had
weer moeten zijn hersteld. Daarover
had de herstelde regering, noch
enig Militair Gezag iets te zeggen.
Immers het M.G. nam over wat was
geweest des burgerlijks gezag.
Wat deed echter de regering? Zij
usurpeerde het bezit- en beschik
kingsrecht over het Nationale
Park gelijk de Duitsers het had
den gedaan. Zij gebruikte, zonder
de rechthebbenden iets te vragen,
wat haar niet toekwam ten be
hoeve van zichzelf. Zij ontving de
Indische delegatie in ons Park, dat
zij afsloot met vechtwagens. Heren
ministers en anderen vestigden
zich in Sint Hubertus. Zij richtten
hier ke»-"-—is in!
Ik heb er over gedacht, aldus de
heer Marchant in een toelichting van
een en ander op een algemene verga
dering van het Bestuur in Den Haag.
een deurwaardersexploP te laten be
tekenen om in kort geding ontruiming
te gelasten. Ik meende beter te doen
door te gelegener tijd mij door de e-
gering onderhands te beklagen.
Dit heb ik gedaan, toen ik vernam,
dat één der ministers met Pasen met
zijn gezin zich '-ad gevestigd in Sint
Hubertus, op de dagen dus, dat wij
vroeger ten be' "eve van het publiek
een Paasvuur ontstaken.
Thans werd het terrein gesloten..
ERGERLIJK.
De regering is intussen de éénmaal
ingeslagen weg na 'lei blijven vol
gen. Naar ik verneem, hebben een
twintigtal, mij onbekende functionna-
rissen met Pinksteren opnieuw hun
intocht gehouden in St. Hubertus. Wie
hun daarvoor vergunr.'ng heeft ge
geven, is mij niet bekend.
De feitelijke toestand is deze ge
worden. dat „De Stichting Het Natio
nale Park De Hoge Veluwe" is om
gezet" in een lustoord ter beschi'-'cing
van de regering.
De toestand, hoe ergerlijk en onna
tionaal ook. duurt nog steeds voort
het prachtige park ligt nu voor het
publiek verlaten en het gaat met het
fraaie slot Sint Hubertus zienderogen
achteruit.
Wij h""— van ganser Mrte, dat ''e
i-er-—haar bending zal herzien 'P
het bebeer weer in h—zal stellen
van bet rechtmatige S**-'-'* - 'r-
opdat d't schitterende stukje Neder
land voor en ten behoeve van het Volk
behouden bljjve.
(Van onze speciale verslaggever)
Drieduizend Franse, Belgische,
Zwitserse, Portugese, Italiaanse,
Luxemburgse, Deense, Engelse,
Zweedse, Noorse en Amerikaanse
kampeerders zullen tezamen met
een paar duizend Nederlanders van
1 tot 10 Augustus bijeenkomen in
het park „Groenendaal" te Heem
stede om daar voor het eerst sinds
acht jaar weer een zg. rally te hou
den onder auspiciën van de Inter
nationaal Federation of Camping
Clubs, een bond die in 1932 ge
sticht is op Nederlandse bodem
naar aanleiding van 't simpele feit,
dat de Nederlandse Toeristen Kam-
peerclub ter viering van haar
twintigjarig bestaan enige buiten
landse gasten had genodigd.
Deze bijeenkomst valt bijna samen
met de Wereldjamboree te Moisson
(Fr.), maar draagt toch een geheel au-
der karakter. Deze bond bestaat uit
volwassenen, die soms met hun he
le gezin hun vacantiedagen kampe
rend plegen door te brengen. Hun
kamp wordt dan ook geen show, geer
vertoning (wat een jamboree wèl pleegt
te zijn) en evenmin een soort zomer
kermis met dans en muziek, zoals men
dat in Engeland veel ziet. Voor deze
mensen is het kamperen geen hoofd
zaak. Zij verblijven in tenten, of in ca
ravans (auto- aanhangwagens), omdat
hun dat om de een of andere reden 't
beste schikt dan wel het meest bevalt.
Hun doel is echter eenvoudig een be
zoek te brengen aan een bepaalde
streek of een bepaald land. Veelal doen
zij dat allleen of in kleine groepjes op
eenzame plaatsen in de natuur. Slechts
zelden plegen zij massa-bijeenkomsten
te houden, maar af en toe komt het er
toch eens van. Het is maar goed, dat
de neiging daartoe niet groot is, want
Europa alleen telt al anderhalf milli-
oen kampeerders. Zij zouden hun doel
voorbijstreven als zij bij voorkeur el
kaar opzochten.
Kamperen over de grenzen is nogal
moeilijk, maar voor deze rally zijn al
lerlei bezwaren opgeruimd; vandaar
dat er nu drieduizend van elders naar
hier zullen komen. De commissie van
voorbereiding is van de gedachte uit
gegaan, dat dit kamp op een zodanige
plaats moet worden ingericht, dat men
er rondom in de specifiek Nederlandse
eigenaardigheden zit.
Bos en hei vindt men elders ook,
maar een diepe polder als de Haar
lemmermeer, een breed duingebied
als dat van Bloemendaal, een strand
Geen katten meer nodig
Het vriendelijke geschenk van een
Amerikaanse dame, die de stad
Vlissingen wilde helpen in haar
herstel door het schenken van
enkele poezen, heeft vele landge
noten er toe gebracht haar voor
beeld te volgen. In verschillende
plaatsen van ons land organiseert
men thans katteninzamelingen
voor de geteisterde stad op Wal
cheren. Zelfs op een der departe
menten hopen de poezen voor
Vlissingen zich op.
Dit alles vervult, ondanks de
waardering, die men hier koestert
voor de blijken van medeleven,
de Vlissingse bevolking wel met
enige bezorgdheid. De burgemees
ter verzekerde, dat er van een te
kort aan deze nuttige huisdieren
geen sprake is. Integendeel: Vlis
singen verheugt zich in een res
pectabel aantal vertegenwoordi
gers van het poezengeslacht, re
den waarom de plaatselijke over
heid een beroep wil doen op de
Nederlandse bevolking om haar
gulheid te dezen opzichte te sta
ken.
als dat van de Noordzee, een bloe-
menoord als Aalsmeer, een aantrek
kelijke stad als Amsterdam, een ka
rakteristiek eiland als Marken, een
folkloristische show als de kaasmakt
te Alkmaar, een gigantisch kustwerk
als de Afsluitdijk, waar vindt men
dat alles bij elkaar? Van Heemstede
uit zijn al deze dingen te bekijken,
zij staan alle op het programma, be
nevens nog tal van andere dingen.
Zo zal een deel van de rally-bezoe
kers na afloop nog één week gaan
varen op en om de Zuiderzee.
Er komen kampeerders per caravan,
per auto, per fiets, te voet, per kano en
zij zullen elk hun eigen subkamp krij
gen. Ook de houtvuur-romantici ko
men apart. Reeds thans zijn de voor
bereidingen in volle gang; Jan Sto-
velaar bij kampeerders behoeft zijn
naam geen toelichting is de be
zielende leider. Er moet nog heel veel
gebeuren voor alles marcheert; strak»
vindt men er een hoofdkwartier, een
bagage-depót, een veldtelefoon, een
postkantoor, een reisbureau, een A.N.
W.B.-post, een perskamp, een zieken-
tent, een waterleiding, een winkel, een
restaurant, een dagblad, een stro-op
slagplaats, een rijwielstalling en zeif»
eenkinderbewaarplaats voor de
kleinste kampeerders, die beter niet
mee kunnen gaan naar het Rijksmu
seum en de Afsluitdijk.
HOE REINIGT MEN EEN
ZOMERHOED?
Het is niet erg als U vlekken op
een zachte vilten hoed heeft gekre
gen. Wrjjft U maar voorzichtig met
fjjn poeder van schuurlinnen en de
vlekken verdwijnen.
Een medewerker schrijft in de N.
Rott. Crt., dat het uit een oogpunt van
veiligheid gewenst is, dat van het dis
tributiestelsel van auto's, en banden
wordt afgestapt. De verkeerspolitie
kan niet met de vereiste gestrengheid
waken voor nkleving der verkeersre
gels, aangezien de rijders niet in de ge
legenheid zijn nieuwe onderdelen aan
te schaffen. Onvoldoende werkende
remmen en fouten in de stuurbeweging
spelen momenteel op de weg een grote
rol bij plaats hebbende ongelukken.
Over het algemeen kan men zeggen,
dat er met lichte wagens te hard wordt
gereden. De fout ligt voornamelijk bij
die automobilisten, die een zware wa
gen aanvroegen, maar zich een licht»
auto zagen toegewezen en thans, zittend
in een Skoda, of Ford Anglia de wegen
met een vaart van 90 km onveilig ma
ken en daarmee hun wagen afjakke
ren. „Daar gaan onze deviezen!", wa»
de spontane opmerking van een autori
teit van het vervoer, toen hij een klein»
wagen met een dergelijke vaart op de
Afsluitdijk zag rijden. Bij warm weder
zoals in de laatste weken komt daar
nog het gevaar bij van synthetische
banden waarmee vele auto's zijn toege-
gerust, die bij hard rijden plotseling
springen.
Als onze dochters uit
school komen, willen zij
graag eens een handje in.
de huishouding helpen.
De meisjes voelen zich
meestal het sterkst tot
het koken aangetrokken,
vooral als zij iets lekkers
zoals bijvoorbeeld een
puddinkje of een taart
mogen maken.
Maakt U zich niet on
gerust, moedertje, over
de kostbare ingrediën
ten. Onder Uw deskundi
ge leiding zal er van mis
lukken zeker geen sprake
zijn. Laat haar dus maar
eens rustig een proeve
van bekwaamheid afleg
gen.
Iets anders ls echter de
zorg voor haar kleding.
U weet, hoe gemakkelijk
de kleren met meel wor
den besnfeurd en hoe moeilijk die vlekken er weer uit zijn te
krijgen. Met zo'n aardige practische schort, als wij hier onder
No. S 1463/14, 86—90 en 98 cm. bovenwijdte, afbeelden, kan zij U
ook zonder bezwaai in haar mooie jurk helpen.
O 1462/14 12—14 en 16 jaar. In een overgooier met blouse kan een
Jong meisje overal verschijnen. Vooral wanneer er een blouse met
de gezellige wijde mouw, zoals ons voorbeeld laat zien, onder
wordt gedragen.
Patronen van deze modellen zijn ln de aangegeven maten
f 0.95 verkrijgbaar aan de administratie van dit blad.
Deze modellen zijn ovei penomen uit
wBELLA Het Nieuwe Modeblad").