Van Pomper tot Brandweercommandant
modern uitgerust corps aan de spits van Alkmaar ,de Zaanstreek, Hilversum,
het brandweerwezen
40 JAAR brandweerleven
r
Bij een afscheid
Het was in
December
Commandant F. H. Rjngers gaat heen
JONG i
BEGONNEN
Welkomstwoord
van de nieuwe
commandant
J "^a^oos zün de excursies geweest,
°ok van buitenlanders, naar onze
^brandweerkazerne om hier de organi
satie, het alarmsysteem, de kleding, 't.
BSjfenPar't en Seest te bestuderen.
De schrik van de Rode Haan
I
CoDvrieht R.D.P.
HINKEL I 10-10
der districtscompetities
iaar Alkmaar om haar
DDD 2 te spelen. De
Alkmaarse reserves
jgenstander, zodat de
gei ijk spel eindigde,
uiden als volgt:
erC. Amels 1—1, M.
vd Welle 20, D.
r 02, A. van Leeu-
02. D. Peerdeman—
M. J. Langras Jr.
C. BijwaardC. Har-
HelderB. van Dijk
:hofJoh. v. d. Molen
manD. Wiedijk 11.
en Schaaktournooi
/an de partijen, die in
van het Hoogoven-
gespeeld werden lui-
'elly de Galway 10;
Steenis afgebr.; Kra-
Itinga afgebr.; Wood
RossalimoHenneber-
•tlever—ir. van Steenis,
ronde afgebroken was,
■lever zonder verder te
:n.
won zijn in de derde
?n partij van Rossolimo
lezelfde ronde afgebro-
elly de GalwayWood
de vierde ronde is:
2 Van Steenis 2 p. en
3 en 4 Kottnauer en
way 2 p., 5 van Schel-
2 afgebroken partijen,
:>ssolimo, Wood, Henne-
ever 1 y p. 10 Kramer
een partij.
DAG 8 JANUARI.
HILVERSUM I,
301 m, geeft om 7,
I I 8, 1, 7, 8 en 10.30
I uur nieuwsber.
KRO: 7.15 Och
tendgymnastiek;
7.45 Walter Gie-
.05 Meersener Nachtega-
NCRV: 10.Leger des
10.45 Stoffer van Vlie-
lO: 11.45 Sonate; 12.03
Piano en viool-concert;
awa"; 1.45 Hors d'Oeuvre;
lolf v. d. Linden en zijn
3t; 3.Hawaiïan-klan-
;1 Dupre, orgel; 5.30 Het
1.15 Land- en tuinbouw;
avond; 9.30 De vaart der
or Backer, piano.
H, 415 m, geeft nieuws
en 11 uur. AVRO: 7.15
OchtendrhytJjpie; 8.43
lagnole; 9.15 Morgenwij-
üdsvitaminen; 11.Vrou-
oep; 12.Het Röntgen-
ïdre de Raaf, piano en
e, orgel; 2.20 Smetana
c. P. Thysse, zijn leven
>.30 Bing Crosby met
iportpraatje; 7.05 Tom
o Volksmuziekschool; 8.15
orkest; 10.30 Negro Spi-
auserie door de heer J.
gem. secr. van Heiloo;
tail.
leer. Zij zag-, dat zelfs
begreep. Zij moest hun
orde houden, netjes op
:n enkele voorbereiding
or zulk een huwelijk. Zij
de gehele dag plannen
ïlk vrij ogenblik aan de
Thans was de banket
met de taart bezig,
ijdig gemaakt worden,"
Ie taarten mogen niet
geten worden."
at er tussen haar en
anderen thans een diepe
Haar keus had haar
en vervreemd. Zelfs de
Carrol haar bewezen
n niets in vergelijking
bintenis met Frank. Zij
vrouwen en meisjes uit
gen zouden: „Zij heeft
ofd hoog gedragen. Ben
het haar oplevert!"
altijd haar hoofd hoog
uit de levensloterij der
had zij dit wonder-
trokken.
naar Frank, werkend in
t, zijn pijp tussen zjjn
vas hij verdiept in wat
hoe verrukt was hij er
errukt als zij. En haar
Ie gedachte, dat zij alles
verlangd had, waarvoor
en gezwoegd had, ge-
dat al haar dromen in
ïden gaan. En zij was
et nooit opgegeven had,
Ie weg van andere meis-
is, dat zij waarom be-
d in haar omgeving
gehouden had.
(Wordt vervolgd!
In het gezellige woonhuis aan de Oudegracht, waar de vrouw des
huizes ons al de jaren door steeds even vriendelijk en hartelijk heeft ont
vangen en waar iedereen zonder aanziens des persoons welkom is, woont
de heer F. H. Ringers, tot voor enkele dagen commandant van de Alk
maarse Vrijwillige Brandweer. Kjjkt men er rond, dan valt het oog (Rrect
al op een schilderij: een zeegezicht: op de voorgrond een grote Rijnaak
met in top van de mast de...... hakenkruisvlagDaarnaast een kleine
botter, die de grote schuit gepraaid heeft. En op de achtergrond een
Duits marinevaartuig.
Wat moet dat allemaal in de woning van een Alkmaarder, die toch
nooit iets gevoeld heeft voor het hakenkruis?
Het is heel eenvoudig: het schilderij is een geschenk van vijf jonge
brandweermannen, die in December 1944 bij een razzia waren opgepakt
en op het laatste nippertje op het IJsselmeer gered werden door hun
commandant.
Dat ogenblik is afgebeeld op het linnen en na de bevrijding door de
gelukkigen aangeboden aan huncommandant.
Kijkt men nog verder rond, dan ziet men enige medailles, die betrek
king hebben op het brandweerwezen en zou men eens kunnen snuffelen
in het particuliere archief van de bewoner van dit gezellige huis, onge
twijfeld zou er nog wel meer voor de dag komen, dat aan brandblussen
herinnert.
Zodat we werkelijk „thuis" zijn bij de gewezen commandant van de
Alkmaarse Vrijwillige Brandweer.
Vader was brandmeester zo
vertelt de heer Ringers ons en 't
spreekt vanzelf, dat ik al heel gauw
grote bewonderaar werd van de
brandweer. Als de alarmklok luidde
van de Grote Kerk, snelde mijn va
der naar het bedreigde punt en ik
volgde hem, gewapend met een paar
reservelaarzen. Die had hij wel niet
nodig, maar ik moest het cordon
van politie en schutterij passeren,
om er met mijn neus bij te kunnen
staan. En de laarzen hielpen mij dat
cordon te verbreken.
En wat was dat allemaal indruk
wekkend. Tenminste, het maakte op
mij steeds een diepe indruk, als ik
die brandweermannen zag wer
ken
Was het wonder, dat de jonge
Ringers op 16-jarige leeftijd pomper
werd bjj Burgerplicht, een der twee
vrijwillige korpsen van de brand
weer?
Onze brandweer heeft gedurende
haar bijna 69-jarig bestaan verschil
lende commandanten gehad en velen
daarvan hebben lof verdiend. Thans
gaat er echter een commandant heen,
die niet alleen lof maar daarbij ook
roem verdiend heeft.
Hij heeft onze brandweer op een on
gekend hoog peil gebracht zowel orga
nisatorisch als in het materiaal. De
Alkmaarse Vrijwillige brandweer staat
in Nederlandse brandweerkringen be-
I kend als de meest model-vrijwillige
brandweer in Nederland en wordt
I aangeduid met „de brandweer van
I Ringers".
Een goede geest en een juiste toon
waren de stokpaardjes van onze
commandant. Hij maakte van onze
brandweer niet een club, maar één gro
te familie, die bereid was zich te al
en tijde en onder alle omstandigheden
voor de gemeenschap te geven.
Commandant Ringers droeg niet al
leen de brandweer, maar de brandweer
droeg ook Commandant Ringers, want
hij was niet alleen een goed aanvoer
der, maar leefde daarnaast ook mede
in alles wat „zijn jongens en hun ge
zinnen" meemaakten. De oorlogstijd
heeft dat al in bijzondere mate bewe
zen en de dankbaarheid is groot voor
hetgeen hij in die moeilijke tijd heeft
gedaan.
Persoonlijk heb ik vele jaren naast
en met Commandant Ringers mogen
werken en ik weet welk 'n zware taak
hij somtijds had te vervullen. Thans
zal ik de taak van Commandant
Ringers overnemen en het commando
moeten voeren over onze brandweer.
Het is geen gemakkelijke taak, als je
een groot voorganger hebt gehad. Op
te bouwen valt er weinig en de critici
kijken natuurlijk altijd naar je voor-
Dat moet dus ongeveer in 1904
geweest zijn, rekenen wij uit. Tja,
toen zag de brandweer er wel een
beetje anders uit dan nu. Toen telde
de Alkmaarse brandweer ndg een 400
man en nu houdt het met een zestig
op. Toen was al het materiaal gede
centraliseerd en opgesteld in verschil
lende wijken van de stad. Nu is er een
royalekazerne met modern mate
riaalToen nog een aantal hand
spuiten, nu autospuiten. Toen zoveel^
liter water per minuut, nu zoveel
honderd liter water per seconde
En Ringers werd brandweerman,
hielp mee de branden te blussen,
maakte promotie en werd ten slotte
adjunct-commandant van de Alkmaar
se Vrijwillige Brandweer om ten
slotte in 1931 de heer Fraymann als
commandant op te volgen.
Er was in die voorbije tijd heel wat
gebeurd. Vooral onder Fraymann, die
een begin gemaakt had met de reor
ganisatie van de brandweer. Zo had
deze oud-commandant het aantal man
schappen reeds terug weten te bren
gen van 400 op 90 en was reeds een
begin gemaakt met de motorisering
van het materiaal. En toen Ringers
het commando overnam, bezat de
Alkmaarse brandweer een autospuit,
drie motorspuiten en een houten uit-
schuifbare ladder. De motorspuiten
moesten nog wel met mankracht ge
trokken worden, wat een heel zwaar
karwijtje was, maar eenmaal op de
plaats des onheils aangekomen, wer
den de motoren aangeslagen en spoot
de massa water op de vuurzee.
twee autospuiten, elk met een ca
paciteit van 2500 liter per min.;
een motorspuit met een capaciteit
van 800 liter per min.;
een draagbare motorspuit met een
capaciteit van 700 liter per min.
Voorts bezit de brandweer een nieu
we stalen ladder van 20 meter lengte,
een manschappenwagen, eigen schijn
werpers enz.
Moderne middelen.
Maar wat zou die Alkmaarse brand
weer betékenen, als ze niet een zeer
geoefend corps was en als dat corps
niet op tijd bij een brand zou kun
nen zijn?
De getraindheid der manschappen
mag voldoende bekend geacht worden,
het alarmeringssysteem is wel een der
mooiste systemen, die men heeft kun
nen aanbrengen.
Toen namelijk de gemeente in de
eerste helft van de dertiger jaren de
radiodistributie ter hand nam, werd
een z.g. vijfde lijn mee gebouwd in 't
distributienet en deze vijfde lijn be
vat het geheim van onze brandweer:
Bussum en andere plaatsen en meer
dan 4000 brandweerlieden waren bezig,
om het gevaar te keren.
't Bleek later, dat de ramp beperKt
kon blijven tot een paar gebouwen,
maar het heeft er zeer dreigend uitge
zien. Vooral, omdat de benzine en olie
uit het verongelukte toestel gretig
voedsel waren voor de vlammen, die
-zelfs op het water de schepen bedreig
den
En tenslotte Schagen, waar een mu-
nitietrein in de lucht vloog. Vrijwel ge
heel het stadje was gevlucht en ook de
Schager brandweer was in geen velden
of wegen te zien. Toen kwam de Alk
maarse brandweer met al haar materi
aal en begon 't blussingswerk. Buiten
gewoon gevaarlijk, omdat elk ogenblik
een projectiel ontplofte.
Gelukkig bleef de Alkmaarse vuur-
bestrijder practisch ongedeerd: één ge
wonde, die echter spoedig weer genas.
O—
En de oorlog ging voorbij.
De bevrijding kwam.
Toen kon de banians opgemaakt wor
den.
Onze brandweer had goed werk ge
daan. Ze had tal van branden geblust,
ze had velen gevrijwaard voor 'n trans
als de alarmbel klinkt, duurt het port naar Duitsland, ze had op haar
Crescendo.
Meer dan 25 jaar ervaring bezat de
nieuwe commandant, toen hij de baas
van het spul werd. Daarnaast had hij
steeds een goede leiding gehad en,
bovendien had hij altijd weer opnieuw
studie gemaakt van het brandweer
wezen in Nederland en zelfs daarbui
ten. En dus wist hij wat er te koop
was op dat gebied. Een moderne
brandweer wilde hij hebben. Fraymann
was goed begonnen, hij wilde verder
gaan.
Een tweede autospuit werd aange
schaft en toen na de brand in de to
ren van de R.K. kerk op de Laat de
ondeugdelijkheid van de houten lad
der was gebleken al werd de brand
zelf op' fraaie wijze geblust en bleef
het grote kerkgebouw behouden
toen kon men, dank zij een vorste
lijke gift van Sint Donatus (d.i. de
vereniging, die de R.K. kerkgebouwen
verzekerd heeft), aangevuld met een
door de gemeente beschikbaar gestel
de som een zeer moderne stalen lad
der aanschaffen, die de spuitgast tot
op 14 meter hoogte kon brengen. Het
was de eerste uitschuifbare stalen
ladder in Nederland! Nogmaals werd
een autospuit gekocht en de inmiddels
gereed gekomen nieuwe kazerne, ge
heel gebouwd naar de ideeën en in
zichten van de commandant kon ge
opend worden, voorzien van uiterst
modern blusmateriaal.
Schuimblusapparaten, geschikt o.m.
om benzinebranden te blussen, wer
den voorts bij de brandblusmiddelen
gevoegd.
En toen begon de zon te verdwij
nen aan de Oostelijke hemel. Het
rommelde dichtbij ons; de oorlog na
derde. En toen die oorlog kwam, was
de Alkmaarse brandweer voorzien
van gasmaskers, had men maatrege
len genomen t.a.v. de luchtbescher
ming en rukte men uit, steeds ver
gezeld gaande van de E.H.B.O., altijd
met zich meevoerende een brancard...
En nu vertrekt de commandant, die
de reorganisatie van de Alkmaarse
Vrijwillige Brandweer geheel voltooid
heeft en als erfenis achter laat:
slechts enkele minuten en de wagens
rijden uit.
Niet zo lang geleden kwam een
Deens minister met Deense brand
weercommandanten op bezoek, om de
bizondere wijze meegeholpen aan 1 et
verzet, ze had de leiding bij de drop
pings van voedselpakketten op het Ber
ger vliegveld, kortom, ze had zich
waardig gedragen, zoals van deze Alk-
BRANDWEER
ALKMAAR
Gericht op «ehrljven
ALKMAAR. 31 December 194?.
Burgers van Alkmaar en ontroving.'
Bij mijn uittreden als Commandant van de Alkmaarse Vrij
willige Brandweer en tevens als Kerncommandant van de 40 om
Alkmaar gelegen Gemeenten, behorende tot de Kring Alkmaar, is
het mij een behoefte het woord tot U te richten.
De brandweer is een instituut, dat altijd de bijzondere
belangstelling van de Burgerij en in 't bijzonder van de jeugd
heeft genoten. Sensatie - Romantiek - Sportiviteit
Het effect van de vlammenzee, angstaanjagend voor het
publiek, inspirerend voor de brandweerman. Daarnaast, een uit
zondering daargelaten, de zekerheid, dat de brandweer de brand
meester zal worden.
De wetenschap, dat dit belangloze gemeenschapswerk door
Gemeentebestuur en Burgerij werd gewaardeerd, maakte deze taak
tot een vreugde.
44 jaar mocht ik mijn krachten hieraan geven, waarvan de
laatste 17 jaar als Commandant. Soms stonden wij voor moeilijke
cevallen, vooral in de oorlogsjaren. Echter was veel medewerking
en waarde?ing ons deel, zowel van het Alkmaarse Gemeentebestuur
onder leiding van de Burgemeesters Wandelaar, van Kinacnoti en
Koelma, als van de Gemeentebesturen uit de omgeving en niet het
minst van de Burgerij van onze goede stad Alkmaar
Voor dit alles mijn hartelijke dank.
Mijn plaats wordt per 1 Januari 194a ingenomen door de
Adjunct-commandant van Maarleveld. Ik-ben overtuigd, dat hij
nog beter dan ik de brandweer zal leiden en alles zal doen ter
beveiliging van lijf en goed van Alkmaars ingezetenen en daar
buiten.
De aftredende Commandant,
V.
Alkmaarse brandweer te zien. En t'
gezelschap stond perplex, toen Jan
v. d. Pol en zijn snelheidsconcurrenten
twee prinuten na het alarm het ka-
'zerneterrein opstoven
Grote branden.
ganger. Daar staat echter tegenover
dat je lopen kan in de voetsporen van
je grote voorganger en de voetsporen
van Commandant Ringers waren goed
en gingen in de goede richting! dat is
altijd bewezen.
Commandant Ringers gaat heen, de
brandweer gaat voort, maar de geest
zal nog heel lang zijn stempel blijven
drukken op de Alkmaarse Vrijwillige
Brandweer endeze zal daar wel
bij varen.
J. VAN MAARLEVELD.
En hoeveel branden zijn er onder
uw leiding geblust? willen we weten.
Maar het aantal horen we niet. Nou
ja, we zouden het kunen opsnorren
in de oude notulen van de brandweer,
maar dat heeft geen zin.
Toch noemt de heer Ringers ons in
de gauwigheid enige grote branden:
die van de meelfabriek en die op de
Baangracht, toen hij nog een kwajon
gen was en alleen dank zij de laarzen
van zijn vader er bij was
Maar als commandant? Laat eens
kijkenDaar was de brand in de
R.K. kerk op de Laat, daar was de
wasserij van Krom, en dan niet te
vergeten de brand in de Willebrordus-
stichting te Heiloo. Dat was eventjes
penibel, want in het brandende ge
bouw zaten 123 geesteszieken en
krankzinnigenVerder een zeer
felle brand in de Langestraat in het
hartje van de winter en een der bran
den bij Ero en Rem aan de Kanaal
kade.
En dan natuurlijk de branden in de
oorlogsjaren!
't Begon als in 1940, toen Den Hel
der werd gebombardeerd en de Alk
maarse brandweer assistentie moest
verlenen. De eerste kennismaking met
de gruwelen van de oorlog. Broek
op Langedijk vroeg hulp, toen een
grote nieuwe garage van de veiling in
lichte laaie stond (oorzaak onbekend,
doch de illegaliteit weet er iets meer
van!), in de omliggende gemeenten
werden boerderijen door de vlammen
verteerd en trachtte de Alkmaarse
brandweer hulp te bieden, het Bio-
vacantie-oord bleef gespaard, dank zij
een snel optreden van onze brandweer.
En het kwam tot de grootste brand
weershow, die ik ooit beleefd heb, zegt
Ringers: toen het Carltonhotel in Am
sterdam verwoest werd. Een militaire
machine 'Was neergestort op het Carl
tonhotel en er was direct gevaar, dat
een hele stadswijk tot het Rembrandt-
plein toe tegen de grond zou gaan. En
daar kwamen aangestormd de brand-
maarse brandweer verwacht mocht
worden.
De hulpbrandweer kreeg haar ont
slag, de echte brandweer werd weer te
ruggebracht tot het normale aantal en
het zou opnieuw Schagen zijn, dat het
werk van de Alkmaarse brandweer kon
gade slaan, toen verleden jaar een gro
te brand aldaar verschillende gebou
wen in de as legde.
Een boerderijbrand werd daarna ge
blust, de meelfabriek van de gebroe
ders Timmerman toonde opnieuw, dat
Alkmaar trots kon zijn op zijn mannen
van Ringers.
Van de commandant, die per 1 Jan.
j.l. heenging en zijn commando over
droeg aan zijn opvolger, de heer J. v.
Maarleveld.
Comandant Ringers trad af. Niet al
leen als commandant van de Alkmaarse
brandweer, maar ook als kerncomman
dant.
Want het bestrijden van branden is
in andere banen geleid en overal zijn
districten gevormd, waarvan Alkmaar
er één is. Ze omvat 38 gemeenten, die
echter vrijwel autonoom zijn. Hetgeen
De commandant van de Alkmaarse
Vrijwillige Brandweer, de heer
E. H. Ringers, heeft per 1 Januari
1.1. zijn commanio neergelegd en
de leiding overgedragen aan zijn
opvolger, de heer J. v. Maarleveld.
Bij dit afscheid past een kort af
scheidswoord van de redactie. En
dit vooral, omdat het hier iemand
betreft, met wie wij voortdurend
contact hadden, op wiens mede
werking wij immer konden re
kenen. Hoe vele malen hebben wij
niet commandant Ringers om in
lichtingen gevraagd, als er weer
eens een brand geweest was, óf
als er een brand woedde. Hij
leidde met rustige hand de blus-
singswerkzaamheden, maar had
altijd tijd en lust, om ons alle
inlichtingen te verstrekken, welke
wij nodig hadden voor ons ver
slag. En hoe vaak hebben wij tiiet
meegereden op één der auto's,
als deze uitrukten voor een uit
slaande brand!
Veel woorden zijn echter niet no
dig, om onze dank te betuigen.
In de loop der jaren hebben we
herhaaldelijk de gelegenheid ge
had, om hulde te brengen aan
Ringers en zijn mannen, een hulde,
die steeds oprecht gemeend was.
En als we dan toch nog iets menen
te moeten zeggen, dan is het wel
dit: wij hebben altijd de grootste
bewondering gehad voor deze
commandant, niet alleen om zijn
organiserend vermogen, niet enkel
om zijn werkkracht, maar vooral
om zijn gave, leiding te kunnen
geven en tegelijk de vriend van
allen te kunnen zijn.
De brandweer zal hem missen,
evenals hij de brandweer zal
missen. Al zal het laatste hem
vermoedelijk toch lichter vallen,
nu hij weet, dat de leiding ge
komen is in handen van iemand,
aan wie de leiding van de Alk
maarse Vrijwillige Brandweer is
toevertrouwd.
Wij kennen commandant Ringers;
wij kennen commandant van
Maarleveld. Het gemeentebestuur
van Alkmaar had o.i. geen betere
keuze kunnen doen. Persoonlijk
verheugen wij ons in deze benoe
ming.
De tijd zal ongetwijfeld leren, dat
deze benoeming een gelukkige is
geweest!
wil zeggen, dat ze elk hun eigen brand
weer hebben.
Dat is jammer.
Er was eens een tijd, dat Alkmaar
contracten afsloot met de omliggende
gemeenten om in geval.van brand het
reddingswerk op zich te nemen. Dat
was voor de gemeenten veel goedkoper
en veel doeltreffender. Nu is dat ver
anderd, maar het lijkt er op, dat de
omliggende gemeenten binnen afzien
bare tijd opnieuw in de Alkmaarse
brandweer hét redmiddel zien.
Het is ook beter zo. Alkmaar bezit
een voortreffelijke brandweer, met mo
dern materiaal en met manschappen,
die steeds met bezieling hun werk
doen.
Ik heb dan ook en daarmee be
sluiten we het onderhoud met de heer
Ringers de grootste lof en bewon
dering voor onze jongens, die dag en
nacht klaar staan voor de beveiliging
van de stad en zijn bewoners.
HET ALKMAARSE BRANDWEERCORPS VOOR DE KAZERNE
AAN DE NIEUWESLOOT
DE INVASIE was dan toch gekomen
en de geallieerde legers hadden op
zienbarende vorderingen gemaakt.
Frankrijk werd bevrijd, België werd
grotendeels schoongeveegd en zelfs
Zuid-Nederland kon eindelijk weer rus
tig adem halen, omdat de vervloekte
mof eindelijk verdreven was.
Maar Noord-Nederland ging een
bange winter tegemoet. En speciaal
onze Westelijke provinciën zouden een
zware winterperiode moeten doorma
ken.
Razzia's hier, razzia's daar.
Op een Decemberdag in 1944 werd
hier de mensenjacht geopend. De stra
ten werden afgezet, de huizen door
zocht, de jonge mannen meegenomen..;
Een onzekere bestemming toegemoet....
HE LEDEN van de Alkmaarse brand
weer hadden een z.g. vrijstelling. D.
w.z.: zij zouden niet te werk gesteld
worden in Duitsland of in Nederland.
Zij konden zich ook in de „Sperrtijd"
vrijelijk bewegen, omdat zij tenslotte
beschikbaar waren voor het blussen
van branden.
En was er niet een verordening van
de bezetters, waarbij de brandweer
kazerne steeds bezet moest zijn?
Een verordening, die men vergat na te
komen?
Razzia in de stad!
Dus onderduiken!
Geen sprake van, meende comman
dant Ringers. Jullie hebben een „Aus-
weis" en jullie gaan naar de kazerne.
Om wacht te houden. Volgens een ver
ordening van de Mof.
Ze gingen en werden opgepakt. De
bezetter had met vrijstellingen en ver
ordeningen niets te maken.
En daar gingen enige Alkmaarse
brandweermannen met lome schreden
hun onbekende weg.
Onmiddellijk werd alarm gemaakt,
werden de eerste maatregelen genomen.
Maar alles was tevergeefs. Hogere
brandweerinstanties liepen tegen een
ondoordringbare muur te pletter.
Schauss, de meer dan doorvoede
Ortscommandant, kon Ringers niet zien,
moest hem evenwel ontvangen. Tever
geefs.
En de jongens zaten intussen al in
Amsterdam opgeborgen. Onbereikbaar-
Het enige, wat nog kon gebeuren,
was: zorgen voor voedsel. En terwijl
Ringers nog steeds middelen beraamde,
om zijn mannen vrij te krijgen, gingen
Van Maarleveld en anderen levensmid
delen verzamelen, zulks met groot suc
ces.
J7N WEER was Ringers bij Schauss 'ge
weest. En weer was de poging mis
lukt.
Teleurgesteld had hij de beruchte ka
mer, waar de karwats hing, verlaten.
Om opeens in een der gangen van het
grote gebouw te stuiten op een paar
hoge Duitse officieren. Tegen wie hij
zijn nood klaagde.
Geen methode, vond de comman
dant. Daar had hij al die jaren zijn
mensen dag en nacht in de kazerne
wacht laten houden, zulks op verzoek
van de Ortscommandant. Daar had hij
ook nu, terwijl er razzia was, zijn men
sen bevel? gegeven, op hun post te blij
ven en daar waren diezelfde mannen
toch mee op transport genomen naar
Amsterdam... En wat hij ook gedaan
had, vrij krijgen bleek een onmogelijk
heid.
Schauss komt naderbij, ziet meerde
ren en wordt onderdanig, kruiperig. En
waagt zich bescheiden in het gesprek
te mengen.
„Sie haben Recht," stamelt hij tegen
Ringers.
Dan vlug de papieren in orde ge
maakt, om de jongens nu werkelijk vrij
te krijgen.
Reeds gaat een telefoontje nahr Am
sterdam.
Te laat; het transport is al op de
boot en deze zal aanstonds uitvaren.
Maar laat de mensen er dan af en
.wacht totdat wij met de papieren ko
men, dringt de commandant aan.
Ze willen het proberen, maar moeten
dan de namen hebben. Doch de Duitse
telefonist is niet erg pienter en het
duurt veel te lang om hem alles over
te seinen.
Zodat even later commandant Ringers
met de Inspecteur van het brandweer
wezen, de heer Fehres, die buitenge
woon veel medewerking verleende, per
auto naar Amsterdam ijlt.
Het schip heeft de Oranjesluizen juist
verlaten....
DUF-PUF-PUF.Een botter nadert de
sluizen.
Ringers houdt hem aan, praait hem.
Vertelt, wat hij komt doen. Zit even
later op de kleine boot, die de achter
volging inzet. Het begeleidende marine
vaartuig wordt ingehaald. Ringers doet
aan de commandant zijn verhaal, toont
zijn papieren en krijgt toestemming om
langszij van de Rijnaak te komen.
En daar gaat plotseling een rauw ge
juich op.
De commandant is er! Jongens, we
gaan weer naar huis!
Zo roept één der Alkmaarse brand
weermannen, die nog aan dek was.
De rest is gauw verteld Ze kwamen
van boord uitroepende „commandant
u hebt ons uit de hel verlost!" Enkele
minuten later puft de botter weer te
rug naar de Oranjesluizen. Met com
mandant Ringers temidden van enige
gelukkige brandweermannen.
De Alkmaarse brandweer leverde
geen mensen aan Duitsland!