Mijn laatste avond in Engeland J DE TROONREDE VAN DE KONINGIN Tante Sabine Ik was geheim ageni in oorlogstijd Uren van de uiierste nerveuze spanning De opdracht in een lucifersdoosje Het Radioprogramma Justitie en onderwijs. Franse zakkenroller bleek Pool te zijn grijpt m „}JEUS, IK KAN ME NIETS van die weg herinneren, alleen dat het een hoofdweg geweest moet zijn, omdat we nogal hard reden. En van de Engelse dorpen, die we doorkwamen, herinner ik me helemaal niets. Anders zou ik het toch wel zeggen!" Mijn ondervrager, de Duitse code- expert, (later zou ik weten dat het de befaamde Ernst May was) keek me van de andere kant van de tafel strak aan; hij had één hand in zijn zak, de andere speelde met een pakje sigaret ten. Zijn bol g' '-ht met de slappe, geelachtige witte huid vertoonde zoals gewoonlijk geen uitdrukking, maar de scherpe ogen onder de niet bestaande wenkbrauwen hadden de verveelde blik van ongelovigheid, die ik zo goed ken de. „Kom, kom", zei hij na een paar ein deloze seconden en boog zijn hoofd bij na onmerkbaar naar voren, „uw her innering is toch niet zó slecht, hè? TI bent een ontwikkeld man. IJ moet zich toch wel iets kunnen herinneren, wat een aanwijzing kan zijn hoe u gereden bent." Niets is moeilijker en vervelender dan iemand, waarboven je jezelf eigen lijk verheven voelt, te moeten overtui gen van je eigen stommiteit. „Ik heb u toch gezegd, dat ik er geen belangstelling voor had. Mijn hoofd stond er niet naar om het landschap te bewonderen!" JK SPRAK de waarheid tegen deze Duitser van de contra-spionnage. Ik was die middag niet in mijn humeur toen 'n snelle Engelse auto de geheime agent Pluto en mij Brutus naar 't .vliegveld bracht, of liever gezegd naar de school, van waaruit we die nacht vertrekken zouden. Ik was in een stem ming, waarin allerlei emoties met el kaar botsten met als resultaat een mis selijke verwardheid en droefgeestigheid. Ik wilde eigenlijk niet naar bezet Nederland gaan en aan de andere kant wilde ik mijn reis als geheim agent voor geen goud ter wereld een seconde uitstellen. Die morgen had het einde betekend van twee weken werkeloos wachten. Een onverschillig telefoontje van Fitzy, de chef: „Ja, de piano is er enne.je kunt daar vanavond niet eten. De auto komt over ongeveer een uur aan het hotel." Mijn collega Pluto is opgetogen, hij zegt het althans en begint alles, wat we niet kunnen meenemefi netjes in zijn koffer te pakken, even rustig alsof hij een week-end naar buiten gaat. Ik beu zel een beetje rond, met het gevolg dat mijn eigendommen in de kamer achter blijven, een wanordelijke hoop kleren, uniformen, schoenen en papieren, die Fitzy mag uitzoeken wanneer hij van onze begrafenis terug komt. Ik herinner me maar één ding van die autorit en dat is de onberispelijk geklede vrouwelijke vrijwilligster, de Fanny, die aan het stuur zit. Niet dat ik me haar herinner als vrouw; het zijn haar rok en haar knieën. Ik zit naast haar, één voet gesteund tegen het dash board, mijn burgerhoed ongeveer twee maten te groot— op mijn achter hoofd, permanent rokend en opeens zie ik, dat haar rok hardnekkig de neiging heeft om omhoog te kruipen, waardoor vijf centimeter zijden kousen zichtbaar worden. Het schijnt haar te hinderen. Iedere twee minuten gaat ze verzitten en trekt haar rok zover mogelijk over haar knieën. Dat werkt op mijn zenu wen, zodat ik mij nog onzekerder voel dan ik al ben en ik zeg botweg: „Doe me een genoegen en blijf van je rok af. Hij gaat toch niet verder dan vijf centi meter. Het is niet de eerste keer dat ik zoiets zie". Ze is even verbijsterd over zoveel buitenlandse vrijmoedigheid en werpt me een achterdochtige blik toe, maar na drie hernieuwde pogingen om het khaki de baas te worden, geeft ze het op. „Hoe voel je je bij de gedachte met twee dode mannen onderweg te zijn?" „Misschien gaan jullie vannacht niet eens. Ze komen zo vaak terug omdat er grondmist of regen of wind is Ze bedoelt het goed. JN DE SCHOOL worden we ontvangen met de woorden: „Jullie zijn op het nippertje. Ik 'snap niet waarom jullie altijd zo ellendig laat moet zijn". Het is drie minuten vóór vijf en om vijf uur sluit de man de uitgifte van uitrusting stukken. „Ze moeten maar wachten tot mor gen" zegt hij tegen de chef, „zolang zal de oorlog nog wel duren". Maar Fitzy zegt, dat het werkelijk noodzakelijk is dat wij die nacht vertrekken. „Weet je Tom, ze zijn al een dag of veertien over tijd enne.de verbin dingsmensen hebben bericht ontvangen en zo". „Het is altijd hetzelfde vervloekte ge- duvei 'k Ben in twee nachten al niet naar bed geweest omdat die rot- kisten niet terugkomen." Hij vertelt het ons op soldateske toon, terwijl we naar de rustkamer lopen. Achteraf bekeken ben ik ervan over tuigd, dat zulke gesprekken ons moreel moesten steunen, maar op mij heeft het een averechtse uitwerking. Ik word me ervan bewust dat ik gelijkenis met een ezel vertoon, die blijft staan of lang zaam gaat lopen, alleen om zijn berijder te pesten. „Daar is je springuitrusting, pak, helm, laarzen, gummikussen. En hier is je mes, hier je pistool, vier en twintig schot munitie, een spade, een kompas. Dit zijn pillen en gebruik in Godsnaam de blauwe niet om water te ontsmet ten. O, hier is ook nog een veldfles". Ik speel met mijn pistool. Pluto on derwerpt het zijne aan een nauwkeurig onderzoek en probeert langzaam de ve ren en de afvuurinrichlin g. „Ja, die zijn in orde. Je hoeft ze niet te proberen" zegt Tom. Alles hangt me de keel uit, ik voel me ongelukkig en verlaten en verlang niets anders dan alleen te zijn om in een halve geestelijke gevoelloosheid te soezen tot mijn uur aanbreekt. We gaan naar beneden. Daar zitten op zijn minst vijftig man, allen collega's, al len geheime agenten die. in tegenstel ling met ons, op de school moeten „wachten". Er is een Pool, die daar al twee maanden is, een Noor, die vier maal vertrokken maar elke keer te ruggekomen is omdat men de plaats niet kon vinden waar bij springen moest. Ik heb bewondering voor hen, want bij niemand kan ik ook maar 'n spoor van rusteloosheid en onbehaag lijkheid ontdekken, die ik bij mezelf yoel. Zij spelen kaart, ping-pongen, lezen een boek of zitten aan de bar te praten. „Wil je wat drinken?" stelt Fitzy voor, „voor we naar.... eh.... de puntjes op de „i" zo te zeggen?" „Ik heb nog maar een paar shilling op zak", werp ik tegen, of is dit voor rekening van de zaak? Het zou een buitengewoon aardig gebaar van de majoor zijn, weet je!" „Nee, jij behoeft het niet te betalen, dat komt wel in orde, teken alleen maar met jeeh. wel, met je naam." Ik onderteken met mijn vijfde schuil naam en die goeie ouwe Fitzy zegt met tegenzin: Zie jeeh, we kun nen het altijd verrekenen met je sala ris zie je. Je weet waarschijnlijk wel," hij wordt opgewekt bij de gedachte dat hij in staat is ons een genoegen te doen, „dat we je salaris voor je op de bank zetten. Je krijgt een aardig som metje wanneer je terugkomt!" „Wanneer je tot in de eeuwigheid rekent", merkt Pluto terloops op en nipt aan zijn glas alsof hij het niet lekker vindt. IK SCHIJN NIET in staat te zijn om die onaangename spanning kwijt te raken en krijg hoofdpijn. Als we naar boven gaan is het of iedere stap door mijn hoofd dreunt. En er zijn veel-tre- den. want de schooi is één van die grote landhuizen, waar een oningewijd bezoeker kan verdwalen in een dool hof van gangen, trappen, treedjes op en af en een onnoemelijk aantal slaap kamers. De kamer, waar Fitzy ons heenbrengt is een heel gewone kamer met een stuk of acht bedden, die alle maal heel netjes opgemaakt zijn met witte lakens en slopen, een privilege van de leerlingen van de Special Trai ning School. „Jullie kunt hier slapen wan neer jullie om de een of andere re den vannacht terugkomen", zegt Fit zy en legt zijn hoed en zijn actetas zorgvuldig op één van de bedden, zo als een dokter zijn instrumententas zou neerzetten wanneer hij een pa tent bezoekt. En deze vergelijking gaat in meer dan één opzicht op om dat ik me juist zo voel: een patiënt die bij vol bewustzijn de operatieka mer wordt binnengebracht. „We zullen bij jou beginnen" zegt de chef tegen mij. „Wil je je even uit kleden!" „Wat? Helemaal bedoel je?" Ik snak naar adem en vraag me af welk onder deel der routine-opleiding ik vergeten Zij, die zich met ingang van 1 October op dit blad abonneren, ontvangen de tot die datum ver schijnende nummers GRATIS. DE DIRECTIE. Ik weet dat het lelijke doosje een belangrijk onderdeel van mijn zending bevat, een verklaring van het Geal lieerde Hoofdkwartier die bestemd is voor de ondergrondse nieuwsdienst heb. „Ja, weet je, 't is absoluut nood- "Jarb« verbindingsofficier wordt zakelijk dat er geen fouten gemaakt ,We *aan de instrucf.es nog eens na worden. Je zou de eerste niet zijn, die 1 wachtwoord, namen en adrersen en naar beneden gaat met een doosje En gelse lucifers in je zak. dat je op het laatste ogenblik bij je hebt gestoken!" Hij praat verder en onderzoekt nauw keurig elk onderdeel van mijn kleding. Er mag geen merk in een hemd of 'n jas zitten, niets in de zakken, geen stuk je papier in de omslag van de broek. „Laat me nu je koffer eens zien. Je weet wat er in zit, niet waar? Wil je het even opnoemen?" Ik noem alles goed op. „Best, Iaat me nu eens zien hoe je alles ingepakt hebt. Het is een beetje plagerij, maar een poosje ge leden wilde iemand vertrekken met. zijn schoenen ingepakt in een Engelse krant. Zoiets brengt je in verlegen heid wanneer ze je rommel doorzoe ken, weet je!" Fitzy zucht bij de gedachte aan zo veel gebrek aan gezond verstand. „Hier is je Belgische geld. Steek het gelijk maar bij je,eh, dan wen je er meteen aan. Hier is identietijdsbe- wijs enne.... je lucifers. Verlies ze niet, hè?" dan kan ik gaan, kant en klaar. Ik ga terug naar de bar, terwijl Plu to aan de beurt komt voor de controle. We weten niets van eikaars opdrach ten en zijn slechts reisgenoten tot Brus sel. Als hij klaar is, bekijken we voor de laatste maal de kaart om te zien waar het punt van afspringen is en de luchtfoto, waarop bijna de boom te zien is, waar we kunnen uitblazen. We bespreken de manier waarop we contact moeten vinden, zoeken de tij den van treinen en trams op en hou den het dan voor gezien. „Het is natuurlijk allemaal heel nut tig" merkt Pluto op en vouwt zijn kaart dicht, „maar ik zou helemaal niet verbaasd zijn wanneer er iets ge beurt dat we totaal niet voorzien heb ben. Nee, je hebt maar één ding nodig en dat is een gezond verstand en te genwoordigheid van geest, dat is alles!" Inderdaad: dat is alles. Maar soms niet VOOR HEDENAVOND HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 6, 8 en 11 uur AVRO: 6,20 Tom Erich (piano) 6,35 The Romancers 7,00 Olleke Bolleke en Knipperdolleke 7,10 Pierre Palla (orgel) 7,30 Hortus Musicus 8,05 Echo van de dag 8,15 Bonte Dinsdagavondtrein 9,30 Ik zou zo graag10,15 Buitenlands overzicht 10,30 Reportage van de feesten te Scheve- ningen 11,15 Operette-concert HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 7, 8 en 11 uur KRO: 6,00 ,,Cantus Populorum" 6,20 Sportpraatje 6,30 Voar de Strijdkrachten 7,15 Internatio- naal-trio 7,30 ,,Dit is leven" 7,45 Niwin-klanken 7,50 Rubriek van de Wederopbouw 8,05 De gewone man 3.12 Blaasinstrument 8,45 Dichtkunst 9,00 Kamer-orkest 10,05 Nederlands Ka merkoor 10,37 Actualiteiten 10,45 Avondgebed 11,15 Avondconcert VOOR WOENSDAG HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 7, 8? 1, 6, 8 en 11 uur VARA: 8,18 Monia Liter en zijn orkest VARA: 10,30 Als de stofzuiger zwijgt 1,20 Metropole orkest 3,00 De vrouw in de mist 6,20 Dick Haymes zingt 6,30 Fundatie wer kelijk dienen 7,00 Waarom de kat uit de boom kijken? 7,15 Het nieuws uit Indië VPRO: 7,30 Voor de ieugd 7.45 Lezen in de Bijbel VARA: 8.05 Dingen van de dag 8,15 Stafmuziek van de Am sterdamse politie 9,15 Moeilijke beslis sing 10,00 Bruce Lowe zingt 10,15 Hongaars Strijkkwartet 10,45 In de tuin der poëzie 11,15 Dansmuziek HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 7, 8, 1} 7, 8 en 11 uur NCRV: 9,30 Morgenconcert 1,15 Mandolinata 6,00 Onze Nederlandse koren en korpsen 6,30 Voor de Strijdkrachten 7,15 NCRV- kwartet 7,30 Het actueel geluid 6,30 Voor de Strijdkrachten 7,15 NCRV- kwartet 7,30 Het actueel geluid 7,45 Engelse les 8,05 Programma-proloog 8,15 Muziek 9,00 Koorzang 9,25 „De Batakkerk op Sumatra in en na de oorlog 9,45 Vijftig jaar Nederlandse muziek 11,15 Avondmelodieën 11,45 Giamofoon- platen Ordening in de landbouw (Vervolg van pagina 1). £}E LANDBOUWPOLITIEK van de re gering zal gericht zijn op verhoging van een rationele bodemproductie, op intensivering van het landbouwbedrijf, alsook op het verzekeren van bestaans zekerheid vi boeren en tuinders in goed geleide bedrijven, mede door een zekere mate van productie- en markt ordening, waarbij in het bijzonder aan dacht zal worden geschonken aan het vraagstuk van de kleine boeren. Door voorstellen tot verbetering van de ruilverkavelingswetgeving en van de paebtwetgeving, alsmede door het beheersen van pacht- en koopprijzen verwacht de regering een doelmatig ge bruik van de grond te bevorderen. Ge zien de gunstige ontwikkeling van de binnenlandse productie en de toestand op de wereldmarkt mag een voortgaan- de verbetering in de voedselvoorziening woeden verwacht. Ofschoon de financiële toestand moei lijk is, vertoont de begroting voor 1949 een belangrijk gunstiger beeld dan die over het lopende jaar, een resultaat, dat ten dele werd verkregen door gunsti ger beperkingen in de uitgaven. Met vooropstelling, dat de bevordering van de volkswelvaart van primair belang is en dat aan de eisen der sociale recht vaardigheid niet te kort mag worden gedaan, zal aan een verdere inkrimping van de overheidsuitgaven bij voortdu ring aandacht moeten worden geschon ken. Intussen dient er op te worden ge rekend. dat voor het herstel van Indo nesië ook in het komende jaar een be roep op Nederland voor financi'ile hulp ln de vorm van credietverlening' zal worden gedaan. Hoewel dank zij de buitenlandse credietverlening en het verbeterde begrotingsbeeld het gevaar voor inflatie is geweken, dient te worden voorkomen, dat opnieuw infla toire krachten de overhand krjgen: Zo zal met name in verband met de verde re afwikkeling der geldzuivering voor zichtigheid moeten worden betracht. Op het gebied der belastingheffing zal worden voortgegaan met een herzie ning in sociale en economische zin. Enige verlaging van het tarief van de inkomsten- en loonbelasting is in over weging, evenals een tegemoetkoming aan het bedrijfsleven met betrekking tot de berekening van de '--lastbare winst. Voorts zal gestreefd worden naar een vergroting van de rechtszekerheid voor de belastingplichtigen en naar een vereenvoudiging van de bestaande be lastingwetgeving. De geboden uiterste soberheid leidt er toe, dat in het komende jaar in hoofd zaak slechts werkzaamheden, die nodig zijn voor behoud van bestaande ver keersverbindingen en andere water staatswerken of ter voltooiing van reeds aangegane overeenkomsten, rullen kun nen worden uitgevoerd, de indijking der Zuiderzee wordt verder voorbereid. Op korte termijn kan de indiening worden verwacht van een wetsontwerp b.treffende samenwerking van gemeen ten onderling en van gemeenten met andere lichamen. De regeling van de verdeling van de taak en van de organisatie van de po litie zal opnieuw onder het oog worden gezien. Daartoe zal een commissie wor den ingesteld, welke de regering op korte termijn advies zal hebben uit te brengen. Voorstellen zullen worden gedaan ter uilvoering van artikel 195a der Grond wet. Aan een in te stellen commissie zal worden opgedragen de regering van ad vies te dienen omtrent vereenvoudiging der pensioenwetgeving. Werden in het voorjaar 1948 enkele maatregelen tot verbetering van de sa larispositie van het rijkspersoneel aan gekondigd en re ds ten dele geëffectu eerd, de verwezenlijking van de toege zegde technische herziening kan, naar het zich laat aanzien, binnenkort wor den verwacht. Het probleem der politieke delinqu enten heeft de voortdurende aandacht der regering. Een aanvang wordt ge maakt met de behandeling der geval len van de jeugdige delinquenten, ten aanzien van wie een onderzoek naar de mogelijkheid van reclassering zal worden ingesteld. Liquidatie van de buitengewone maatregelen op het gebied van het recht en de rechtsbedeling zal met kracht worden nagestreefd. Wettelijke voorzieningen betreffende het gevangeniswezen zijn in gevorderde staat van voorbereiding. Bij de verschillende typen van onder wijs heeft het opvoedings en vormings aspect de bijzondere belangstelling van de regering. Ter vervulling van de functie van het onderwijs ten opzichte van enkeling en gemeenschap zijn nau we verstandhouding en samenwerking tussen de leerkrachten bij de onder scheiden soorten van onderwijs nodig. De regering streeft er naar, dat uit zonderlijke aanleg in onze maatschap pij vroegtijdig wordt onderkend en dat er meer gelegenheid wordt geboden om die begaafdheid tot ontplooiing te bren gen. Om aan de eisen van de steeds verder voortschrijdende specialisering op we tenschappelijk gebied het hoofd te kun nen bieden, zal het nodig zijn om, zon der inbreuk te maken op de vrijheid van onderwijs, in overleg met de in stellingen van hoger onderwijs, op een taakverdeling aan te sturen. Tot behoud en verhoging van het peil van het culturele leven zal aan de zorg voor de kunst bijzondere aandacht worden besteed. In gevorderde staat van voorbereiding zijn wetsontwerpen tot regeling van het kweekschoolonder- wijs, tot regeling van het voorbereidend hoger en algemeen vormend middelbaar onderwijs, tot regeling van het zuiver wetenschappelijk onderzoek en tot rege ling van het tuchtrecht bij het pers wezen. Reeds zijn tal van belangrijke wets ontwerpen bij U aanhangig, op welker afdoening de regering prijs stelt. Ik noem in het bijzonder de ontwerpen inzake de regeling der materiële oorlogsschade, de publiekrechtelijke bedrijfsorganisa tie. de ondernemingsraden, de wacht geld- en werkloosheidsverzekering, de bedrijfspensioenfondsen, de afwikkeling der geldzuivering, rechtshandelingen landbouwgronden, het tegengaan van lichtvaardige echtscheidingen, de wijzi ging van het ontslagrecht, de regeling voor de opsporing, de vervolging en de berechting van economische delicten, de credietverstrekking aan Nederlands- Indië, de oprichting van de Nederlands- Indonesische maatschappij tot financie ring van het herstel in Indonesië, en de tijdelijke voorzieningen ten behoeve van de wederopbouw en de bevordering van de bouwnijverheid. Veel zal dus van Uw werkkracht worde' gevraagd. Met de bede. dat God ons allen de kracht en wijsheid moge schenken, no dig voor het vervullen van onze taak, verklaar ik de gewone zitting der Staten-Generaal geopend. Gevaarlijke cowboy-romantiek In een eenvoudig schuurtje, waarop met witte kalkletters het woord Tana" was aangebracht, kwamen op de Leutherberg bij Venlo geregeld drie jongemannen van 18 en 19 jaar bijeen, zonder dat de argeloze bewo ners van de stadswijk Leutherberg ook maar een vermoeden hadden, dat er in het onooglijke gebouwtje een ge- helm munitie- en wapendepot was ingericht. Vier Venlose politieman nen, die „Tana" inspecteerden, ver baasden zich over het interieur, dat bekleed was met vlaggen en wimpels, een kist cowboyverhalen, filmster- foto's, een complete Engelse stengun met dozen kogels, revolvers, een lichtkogelpistool, handgranaten en een partijtje nevel-brisand- en mor tiergranaten. Enige bajonetten, dol ken, mitrailleuronderdelen en enkele kistjes vliegtuig-, stengun- en ge weermunitie completeerden de ver zameling. Zeventien gevangenisjaren achter de rug In de feestweek te Amsterdam zijn verscheidene zakkenrollers, die me nend een goede slag te kunnen slaan, gepakt. Een van hen was de Frans man Arthur Jules Lebrun, die, zoals bleek, tezamen met zijn vriendin Jeanne Braouet van Parijs naar Am sterdam was gekomen om hun „handwerk", dat zij ook reeds tijdens de Olympische Spelen in Londen en St. Moritz en in Rome tijdens de ver kiezingen naarstig hadden beoefend hier voort te zetten. Maar er bleek bij de politie meer, toen deze man en vrouw grondig bestudeerd werden. Het bleek namelijk, dat de controle daetyloscopische dienst te Den Haag in zijn collectie ook de vingerafdruk ken van Lebrun bezat. Evenwel Le brun was niet Lebrun en evenmin Max Doller of Franciszek Rolinek, zo als hij zich ook wel noemde, maar Mordichaj Gniazdo, geboren te War schau op 23 Juni 1905. Zeventien lange jaren heeft Gniazdo in de gevangenissen van Warschau, Hannover, Parijs, Wenen, Budapest en Luzern doorgebracht, om de twin tig vonnissen, die hjj kreeg, uit te zit ten. Amsterdam komt .nu bij de lijst. Het laatste slachtoffer, dat een hand in zijn achterzak voelde, greep en niet losliet voor dat hand, met toebehoren in politiehanden was overgegaan, zal niet gedacht hebben zo'n goede vangst te hebben gedaan. Smith en Roberts naar Marshall en Bevin De Amerikaanse ambassadeur Bedell Smith, die aan de besprekingen op het Kremlin over Duitsland heeft deelge nomen, zal heden in een Sovjet-vlieg tuig naar Berlijn vliegen om vandaar naar Parijs te gaan voor een onderhoud met de Amerikaanse minister van Bui tenlandse Zaken, George Marshall. Van gezaghebbende zijde te Londen wordt vernomen,'dat ook de Britse af gezant Frank Roberts heden Moskou zal verlaten om met Bevin overleg te plegen. Het was in Londen niet be kend, of Roberts naar Moskou zou te rugkeren. Politieke waarnemers gelo ven, dat dit zou kunnen afhangen van het besluit, dat de ministers van bui tenlandse zaken van de drie Westelijke mogendheden naar men verwacht de zer dagen na gemeenschappelijk over leg zullen nemen. Smokkelarij leeft op Ondanks het feit, dat het van 1945 daterende deviezenbesluist kort geleden in werking is getreden, waardoor de mogelijkheid is geopend om smokke laars zware boeten uit te delen en streng te straffen, begint de smokkelarij naar Duitsland toe te nemen. Terstond legt echter ook de douane een verhoogde activiteit aan de dag. Specerijen, koffie en chocolade vor men de „uitvoer" artikelen, terwijl al lerlei apparaten en onderdelen, alsmede stoffen worden „ingevoerd". In de af gelopen week werd een Venlo's smok- kelcomplot opgerold. Koning Abdoellah maakt bezwaar Koning Abdoella van Transjordanië heeft de secretaris-generaal van de Arabische Liga, Azzam Pasja, getele grafeerd, dat hij zich zal verzetten te gen de plannen voor een Arabische re gering voor Palestina. „Teneinde de banden van broederschap en integriteit van de Arabische Liga te bewaren, verklaren wij, dat wij niet zullen wij ken voor de invoering van de organi satie binnen de veiligheidszone van de Transjordaanse regering, die zich uit strekt van de Egyptische tot de Sy- risch-Libanese grenzen", aldus het tele gram. Geheimzinnig vliegtuig boven Batavia Boven Batavia is in de nachtelijke uren reeds zeven maal een vliegtuig ge signaleerd, waarvan men de identi teit niet heeft kunnen vaststellen en welks bewegingen uiterst verdacht zijn. Tot dusverre heeft men tegen dit vlieg tuig niets kunnen uitrichten, omdat men niet ijpschikt over de nodige jachtvliegers om de achtervolging in te zetten. Volgens te Wenen ontvangen be richten zijn in de industriegebieden van Roemenië honderden arbeiders gearresteerd bij een „nieuwe actie tegen de sociaal-democraten". roman VAN MARIA SAWERSKY Daar stapte juffrouw Sabme Reuder in de taxi, die haar naar het station zou brengen. Emma pakte haar be jaarde meesteres goed in, want t was een kille, mistige ochtend. Nu ging juffrouw Sabine naar de, ter ere van haar neef te houden voorstelling, die Beate zelf zo graag zou hebben bijge woond. Maar zij kon haar zieke oom immers niet alleen laten. Haar loge plaats zou leeg blijven en die van oom Jules eveneens. Slechts Irene zou acte de presence geven, stralend, mooi en charmant. Beate huiverde even. Ze nam haar kimono en ging naar de kamer van haar oom. Laura Kruger legde, toen zij zachtjes binnen trad, haar wijsvinger op de lippen. „Ssst, hij slaapt!" Het was echter geen verkwikkende slaap, waarin Mengelberg verzonken lag; slechts lichamelijke uitputting had hem tijdelijk doen insluimeren. Toen hij even later ontwaakte, steeg de temperatuur weer onmiddellijk. Hij kon niet meer slikken, weigerde te ontbijten, tastte met zijn hand onrus tig over de dekens en mompelde on verstaanbare woorden. Dr. Kruger kwam binnen, gaf Beate de nodige aanwijzingen en zei: „Mijn zuster kan overdag hier niet blijven U wilt de verpleging zeker wel zo lang overnemen, juffrouw Mengel berg. Tegen dr middag ben ik weer hier". Broer en zuster verlieten het huis. dat Beate nu eenzamer leek dan ooit. Ze was met de zieke alleen. Peter kwam en bracht haar een pot sterke koffie en een paar verse broodjes. De goede man had zelfs een ei gekookt. Beate had niet de minste eetlust, maar Liesegang moedigde haar aan. U moet toch heus wat eten, juffrouw Beate, als u op krachten wil blijven. Wie weet, hoe lang die geschiedenis duurt. Ontbijt u maar gerust; ik ga niet eerder weg vóór alles op is". Beate vermocht aan deze drang geen v eerstand te bieden. Buiten werd het intussen steeds lichter Nu zat Sabine Reuder al in de trein naar de hoofdstad. Weldra zou ze Felix terugzien. En vanavond zou den ze allen in de bioscoop zitten. Dan rolde Reuders werk over het wit te doek, het werk, waaraan hij zich geheel had gegeven en waarvoor hij zelfs zijn leven in de waagschaal had gesteld. Hij had haar de laatste weken immers dikwijls genoeg van zijn bele venissen verteld. Nu zou hij de vruch ten van zijn ingespannen arbeid oogs ten. Het zou een succes worden. Ach, wat zou ze daar graag bij zijn ge weest! Beate onderdrukte een zucht, want een slap gebaar van de kapitein deed hear opspringen. „Oom?!" „Zo, meisje, ben jij daar?" „Ja, oom Jules. Wilt u wat drinken?" De zieke schudde het hoofd. „Ik ge loof, dat ik er ditmaal niet meer zo gemakkelijk afkom, Beate. Ik voel het. Mijn tijd is gekomen „Maar oom, zo mag u toch niet pra ten! U zult wel gauw weer beter zijn". „Stil maar. Ik ben niet bang voor de dood. Ik heb hem vaak genoeg in de ogen gezien. Zeven schipbreuken heb ik meegemaakt en stormen, die niet meer te tellen waren. Ha, ik hoor ze nog razen en tieren! Weet je, wat een tornado is, nichtje? En wat een ty phoon is? Als alles in de romp van het schip knarst en kraakt? Als de zeilen en het want overstag gaan? En als.... waar ben je Beate?" Koortsvisioenen en helderheid van geest wisselden elkaar bij de patiënt af Beate legde haar hand op de ner veus woelende vingers van de oude man. „Ik wil niet in m'n bed sterven!" riep Jules Mengelberg plotseling. „Ik ben een zeemanIk behoor op zee!" Peter kwam binnen en hielp de kui- sens van de zieke opschudden. ,De dokter", fluisterde Beate. „Pe ter, de dokter moet onmiddellijk ko men!" Peter haastte zich naar de naburige woning om te telefoneren. Hij was zo opgewonden, dat hij geen weg wist met het toestel. Emma, met tranen in haar ogen, hielp ,hem om de verbin ding tot stand te brengen. Laura Kru ger was niet thuis; ze was weer een andere patiënt gaan verplegen. Kru ger was op ziekenbezoek. want_afcet aantal slachtoffers van de griepepide mie nam in de stad nog steeds toe. De regen viel in stromen neer en Peter keerde terug als een druipende poedel. „De dokter is niet te bereiken, juf frouw Beate", zei hij, geheel buiten adem van het harde lopen. „Maar hij weet, hoe 't er mee staat. Hij zal dus stellig nog wel aankomen". Bleek en vermoeid trad dr. Kruger echter pas in de namiddag binnen. Hij had zelfs no& geen gelegenheid gehad om het middagmaal te gebruiken en aanvaardde gretig de warme soep, welke Beate eigenlijk voor haar oom had klaar gemaakt, maar die door deze was geweigerd. De koorts deed de oude man tussen leven en dood slingeren. Af en toe had hij heldere ogenblikken. „Dokter", hijgde hij, „ik ben op m'n laatste reis! De storm loeit over de holle baren, ha, ha! Dat heeft Irene me altijd voorgezongen. Zingen kon ze, m'n knappe nicht, maar Beate Beate! Dokter, stuurt u eens gauw iemand naar Kramer, de notaris „Maar kapitein, zover zijn we im mers nog lang niet „Hoe ver u bent, dr. Kruger, dat weet ik niet, n.aar wat er met mij aan de hand is, dat voel ik beter dan u. De notaris, dokter, terwille van het meisje Mengelberg's vermagerde hand om klemde Beate's arm. Kruger gaf hem een injectie. Een uur later zat notaris Kramer voor het bed van de patiënt en Men gelberg dicteerde hem zijn laatste wil. Hij wees Beate als zijn e: ige erfgena me aan. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1948 | | pagina 9