Zo 'n eerste treinreis valt niet mee Er moeten veel meer kippen komen Ik was geheim agent in oorlogstijd (VI) Duitsers, schoolmeisjes, en vreemde uniformen van schrik naar schrik En dan de gewone truc van het uitstappen Van Mook onmisbaar De stoomtreinen gaan verdwijnen Dieseltreinen tot in de verste uithoeken Volgend jaar afschaffing van eierdistributie Volgend jaar 130 boerderijen in de Noord-Oostpolder ALBERT BASSERMANNWEER IN ONS LAND IK WKR nikt VEEL HAAST om in ie stappen als de trein na een paar minuten binnenloopt. De enige zorg die ik heb, is een coupé te vinden, zo yet mogelijk verwijderd van 't nieuws gierige schoolmeisje. Ik ben al naar het eind van het perron gelopen, maar ontdekt dat dit een strategische fout is. Het meisje, vergezeld van haar twee trouwe adjudanten, houdt me ln ds gatenIk stap een lege coupé binnen, de bakvissen komen me ach terna en nemen naast elkaar tegen over mfl positie ln. Net vóór de trein vertrekt stapt nog een jonge vrouw met een baby in, maar gelukkig is zfl so druk bezig met haar ldnd, dat zij het vreemde gedrag van haar mede passagiers niet opmerkt. Wel, daar zit lk dan ln een Belgische trein. Op weg naar mijn contact-adres. Geen flauw vermoeden heb ik er van hoever het is naar Herstal, het station waar lk moet overstappen. Ik vraag aan de vrouw in de hoek: „Weet U of ik voor Leuven in Herstal moet overstappen?" Vóór zij antwoord kan geven, valt mfln kleine achtervolgster nogal scherp uit: „Ja, dat moet. En ook in Aerdenhout!" Ze kflkt me even aan •n vraagt dan plotseling: „Bent U een vreemdeling hier?" „Vertel me eens," zeg ik op mijn vriendelijkste toon, „hoe oud U bent." „Vijftien," antwoordt zij, 'n beetje verontwaardigd „U wilt heel graag alles weten, maaren ik aarzel even om de dubbelzinnigheid van de opmerking te onderstrepen, „maar wilt U even graag mensen helpen?" Een ogenblik ligt die ernstige, on vriendelijke trek nog op haar gezicht, dan beginnen haar ogen te stralen en vol verwachting glimlachend zegt zij: „Natuurlijk. Reken maar!" „De krachtigste hulp is vaak zuiver negatief!" leer ik haar. „Horen, zien en zwijgen. Begrijp je wel?" Na een poosje zfln we in Herstal en zjj treuzelt opvallend om de laat ste te zfln, die uitstapt. „Veel geluk," fluistert zij plotseling. „Wees voor zichtig in Aerdenhout. Het wemelt er van de Duitsers." UET MEISJE HEEFT GELIJK. Als ik na een lange boemelreis in Aer denhout aankom weet ik niet hoe ik het portier moet openen. Ik kijk naar bulten en zie vier SS-mannen op het perron staan, die blijkbaar niets te doen hebben. Het zijn grote, zware kerels, arrogant en onbeschrijfelijk zeker van zichzelf. Ik gluur uit het raampje, één van hen kijkt me aan en mijn hart staat een ogenblik stil: de kerel komt op me af! Hfl steekt een grote, behaarde klauw uit en opent met één ruk het portier. Dan glimlacht lüj, zoals een paard zou glimlachen en zegt: „Man muss doch Immer den Kindern helfen!" „Danke," zeg ik en loop haastig 't perron af, in de hoop, dat er geen pa trouille naar mij uitkijkt. Ik krijg hed ging zo snel mogelijk weg te rennen, als er een man op me af komt, die me aanhoudt, over mijn schouder wijst en zegt: „Ze zoeken naar U!" Ik weet niet hoe ik er in slaag te blijven staan en met een verbaasde blik om te kijken. Een priester komt op me af en zegt: „Ik geloof, dat U uw gazet vergeten hebt!" „O," zeg ik, „die is niet van mfl, die moet van iemand anders zijn!" Dan kan ik er eindelijk van door gaan. Als er een afstand van een paar honderd meter tussen mij en de SS- mannen ligt aanvaard ik dankbaar de uitnodiging van een bordje „Abort". Ik blijf daar zo lang mogelijk, maar ééns moet ik er toch weer uit, want ik weet niet waar en wanneer ik een aansluiting naar Leuven kan vinden „U heeft nog vijf en twintig minu ten," licht een kruier me in. „Het is een sneltrein." Ik kjjk op een klok en zie, dat het tien over acht is. Aanvankelijk zegt me dit niets, maar wanneer ik uit gerekend heb, dat ik dan om 8.35 uur vertrekken kan, realiseer ik me met een schok, dat ik hier werkelijk sta te wachten op de trein, die Pluto en ik volgens ons in Londen uitgewerkte schema moeten nemen. .Werken volgens de plannen," denk ik bij mezelf en ondanks alles, hebj ik een voldaan gevoel. J)OELBEWUST PROBEER IK mijn zenuwachtig ongeduld in bedwang te houden. Ik kijk onverschillig voor me uit. Want van de andere zijde van het station komen vier mannen in blauwe uniformen met een stortvloed van gouden tressen en versierselen. Ze komen in mijn richting en ik voel een vreemd gekriebel langs mijn rug om hoog kruipen. Patrouille! Als een bliksemschicht gaat het door mijn hoofd wat een vriend, een man met ervaring in dit vreemde beroep, me kort vóór mijn vertrek uit Londen ge zegd heeft: „Je moet nooit naar men sen kflken, dan kijken ze ook niet naar jou." Ik hoor hem die woorden nog zeggen, maar ik ben machteloos. Ik ben als gehypnotiseerd door de lange man, die uiterst rechts loopt. De drie anderen zwenken linksom, maar hij komt recht op mij af en ik voel zfln stekende blik. Ik sta als verstijfd. Op twee meter afstand heft hfl zfln hand op en ik heb het gevoel alsof mfln bloed door mfln voeten wegstroomt: ik doe een laatste wanhopige poging om mezelf in bedwang te krijgen. Ik moet niets weten! Ik ben een gewone ar beider! Dan staat hij naast me: „Pa pieren, alsjeblieft!" Hfl spreekt Vlaams Ik voel me duizelig. De man loopt langs me heen en bekflkt me van top tot teen met een vreemde blik. Maar het kan me niet schelen. Ik voel zó'n opluchting, dat ik kolossaal veel zin heb om iets geks te doen en dan voel ik mijn zelfvertrouwen weer terugkeren. „Idioot!" zeg ik tegen me zelf, „je gedraagt je als een kind. Die man is een Belgische spoorwegbeamb te." Maar waarom heeft de Engelse instructeur me niets verteld over de uniformen der Belgische spoorweg mannen? En wat hebben ze bfl mfln opleiding tot geheim agent nog méér vergeten Ik koop een krant om iets te doen te hebben. De kioskjuffrouw stopt het wisselgeld, een paar centimes, in een bus en glimlacht vriendelijk. „Winterhilfe" staat er op de bus. De trein loopt binnen en met een bittere smaak in mfln mond zoek ik een plaatsje uit. Precies op tfld loopt de trein het station van Leuven bin nen. Ik bereik de uitgang, loop snel pm het gebouw heen en ga de grote hall binnen om een kaartje naar Brus sel te nemen. Het Leuvense dialect hebben ze schandelijk vergeten bfl mfln Franse schoolonderricht: het enige, dat ik van de man aan de contróle begrflp, is, dat de trein, die- daar juist vertrekt, de mijne is. Ik neem een sprint langs het per ron, kom met een sprong op de tree plank en wordt door vflf of zes men sen naar binnen getrokken. In het zelfde Leuvense Frans vertellen zfl mfl, dat ik gek ben om op een rflden- de trein te springen, of dat het een mooi staaltje was. Ik begrflp het niet allemaal. Maar ik weet, dat ik de enige geweest ben, die voor deze trein hard gelopen heeft en beslist de laat ste, die er in sprong. Als iemand me heeft willen schaduwen, staat hfl nu nog op het perron. In verband met de terugkomst van dr. Van Mook in Indonesië heeft de Indisch-Nederlandse partij zich met een brief tot minister-president Drees gewend, waarin o.m. gezegd wordt: „Dr. Van Mook is in welke func tie dan ook voor dit land nog steeds de juiste persoon, die het tot stand ko men van de V.S.I. en de Nederlands- Indonesische Unie op de beste wijze zal kunnen helpen voltooien. Het be stuur heeft de besprekingen van het Nederlandse kabinet en de diverse autoriteiten uit Indonesië met grote aandacht gevolgd. Daarbij is aan het licht gekomen, dat de positie van dr. Van Mook door zuiver Nederlandse partij-politieke belangen ernstig wordt bedreigd op een moment, dat alles in bet werk moet worden gesteld om het afnemend wederzijds vertrouwen tus sen Indonesiërs en Nederlanders weer in een groter vertrouwen te doen overgaan, een vertrouwen, dat de hui dige Kroonvertegenwoordiger in rui me mate bezit. Wij menen dan ook ernstig'te moeten protesteren tegen de manier waarop door sommige eng- Nederlandse partij-politici achter de schermen met de belangen van Indo nesië vooral, maar ook xmet die van Ned 'and. wordt omgesprongen in een tijdsgewricht, waarin alleen man nen vau ormaat, ervaring en inzicht met e-..e :ans van slagen kunnen op treden". Nederlandse motoren? De Duitse fabriek, die de motoren heeft geleverd voor de vooroorlogse Dieseltreinen in Nederland bestaat niet meer. Nu heeft een Nederlandse fabriek een Dieseltrein-motor ontwor pen, waarvan de bruikbaarheid nog niet in de praktijk is bewezen. Zij heeft in de werkplaats proefgedraaid en men stelt er veel vertrouwen in. Binnenkort zal zij rijdende aan een onderzoek worden onderworpen. Valt ook die proef goed uit, dan kan met de bouw van Dieseltreinen op volle kracht worden begonnen. Wat nu de electrificatie betreft: in September 1944 werd 566 km. met bo venleiding van 1311- km. electrisch be reden. Gedurende de spoorwegstaking die zeven maanden duurde, hebben Duitse vernielingstroepen alles zo grondig kapot gemaakt, dat er in Mei 1945 geen km. meer van in tact was. Alleen vindt men nog 300 km. boven leiding terug, verdeeld in onsamenhan gende delen over verschillende baan vakken en bovendien in niet-bruik- bare staat. Van de 36 onderstations waren er slechts acht niet helemaal leeggeroofd. De moeilijkheden waren 'verder legio. Men beschikte aanvan kelijk niet over grondstoffen. zodat oud koper moest worden omgesmolten tot nieuwe draden en kabels, hetgeen in 1945 nog slechts in beperkte mate mogelijk was. Ondanks deze en vele andere moeilijkheden kon reeds op 13 Augustus 1945 het baanvak Amsterdam- Haarlem weer electrisch bereden wor den. In datzelfde jaar werd in totaal 300 km. bovenleiding aangelegd, in 1946 werd 420 km. hersteld en 1947-48 nog 700 km. Het Spoorwegverkeer wordt gemoderniseerd ^LLE STOOMTREINEN ZULLEN uit Nederland verdwijnen. Op de ljjnen met voldoende verkeersdichtheid zullen electrische treinen komen voor zover ze er nog niet zfln. Op alle andere lflnen Diesel-treinen. Dit vertelde ons Ir. F. Q. den Hollander, president-directeur van de Nederlandse Spoor wegen, tijdens een feestrit met de nieuwste trein op het baanvak Utrecht, dat met ingang van Zondag weer electrisch bereden zal worden. Dit herstel betekent dat het hele vooroorlogse electrische net weer in tact is. Terwfll ondertussen ook al 8 nieuwe electrische lflnen gereed gekomen zfln, t.w. Amsterdam-Amers foort, Hllversum-Utrecht, Den Dolder-Baarn. ^LLE KRACHTEN WORDEN nu ge concentreerd op de nieuw te elec- trificeren baanvakken. Op het ogenblik zijn dit de lijnen van Eindhoven naar Maastricht en Heerlen en de onderlin ge verbinding der beide laatstgenoem de steden via Valkenburg. Daar zullen de electrische treinen met ingang van 15 Mei 1949 gaan rijden. En daarna worden tegelijk de lijnen van Amers foort naar Leeuwarden en Groningen via Zwolle en naar Oldenzaal en En schedé via Deventer en Almelo en van Dordrecht naar Vlissingen aange pakt. De president-directeur durfde zich niet uit te laten over het tijdstip waar op de stoomtractie naar deze uiterste provincies van het land zullen worden vervangen. Onze plannen staan wel vast zeide hij, maar de verwezenlijking is van te veel factoren afhankelijk, dan dat wij beloften kunnen doen. Er kan stagnatie komen in de levering van materiaal en bovendien zijn de Nederlandse Spoorwegen afhankelijk van de uitbreiding der provinciale electriciteitsbedrijven. Reeds nu wordt er veel meer stroom opgenomen dan vóór de oorlog en als daar de spoor wegen nog bijkomen, loopt de boel helemaal spaak, indien er niet tijdig in voorzien wordt. Dit is ook een fac tor die de Nederlandse Spoorwegen niet beheersen. Ondertussen vernamen wij van an dere zijde dat de mogelijkheid groot is, dat reeds over een half jaar op de drie genoemde lijnen naar het Noorden, naar Twente en naar Zeeland de stoom treinen door Dieseltreinen kunnen worden vervangen. Spaanse troonpretendent naar Madrid Uit gezaghebbende bron te Madrid wordt vernomen, dat Don Juan Carlos, prins van Asturie, de 10-jarige oudste zoon van de Spaanse kroonpretendent Don Juan, voor de voortzetting van zijn opleiding naar Spanje zal komen. Men gelooft, dat generaal Franco heeft aangeboden, de jonge prins als opvolger op de Spaanse troon te er kennen, indien Don Juan van zijn aanspraken afstand zou doen. Om aan de behoefte aan eieren, zo wel voor het binnenland als voor ex port te kunnen voldoen, is. verdere uit breiding van de pluimveestapel nodig. Het is daarom wenselflk, dat reeds in 1949 wordt begonnen met het uitbroe den van een belangrflk hoger aantal kuikens. Deze uitbreiding kan niet on middellijk zo groot worden, dat de pluimveestapel 't vooroorlogse peil be reikt. Het is daarom wenselijk voor lopig nog het systeem van kuikenstoe- wflzing te handhaven. Op deze wflze kan de uitbreiding allereerst ten goede komen aan het kleineregemengde be- drflf, dat voor een behoorlflke bedrijfs voering voor een belangrflk deel op de kippenhouderfl is aangewezen. Dit zfln enkele conclusies, waartoe de Stichting voor de Landbouw, nadat zfl zich uitvoerig heeft beraden over het te volgen pluimveebeleid, is geko men. Zoals bekend bestaan thans ook nog de kippentoewijzingen. Deze bepalen, hoeveel kippen een bedrijf slechts ma ximaal mag houden, voorzover het niet onder die categorie valt, waar slechts maximaal 50 kippen zfln toegelaten. De Stichting is van oordeel, dat deze toe wijzingen kunnen vervallen. Op deze wflze kan men een zekere verstarring van de pluimveehouderij tegengaan. Wat de kuikenbroederij betreft, dient de thans bestaande bevriezing te wor den opgeheven. Er zullen echter vrfl zware eisen gesteld moeten worden ten aanzien van de vakkennis van de kui kenbroeder en met betrekking tot de inrichting van zfln bedrijf. Ten aanzien van de kuikenbroederij zullen dus zo danige bedrijfseconomische maatregelen genomen moeten worden, dat hierdoor de hoogste kwaliteit van door hen af geleverde kuikens gewaarborgd is. De eierhandel en de eierlevering zou den zo spoedig mogelijk vrijgegeven dienen te worden. In de tijd, dat de productie van eieren weer toeneemt, dus in het volgende voorjaar, zou dan ook de distributie van eieren afgeschaft kunnen worden. Indien dan tevens de kippenstapel een aanzienlijke uitbrei ding ondergaat, zal de productie van eieren wel zo groot kunnen worden, dat men niet bevreesd behoeft te zfln voor het oplopen van de eierprijs in het binnenland tot een abnormaal en niet te verantwoorden hoogte. Zou echter alleen sprake zfln van voorziening van de binnenlandse markt, dan zou een uitbreiding van de huidige pluimvee stapel zeker niet mogelijk zijn en dan zou ook het pluimvee slechts een on betekenende rol, in het bijzonder op de zandbedrijven, kunnen spelen. Uitbrei ding is alleen mogelijk, indien de ex port weer een belangrijke plaats in de eierafzet inneemt. Dit betekent echter, dat Nederland dan, wat de prijs aangaat, afhankelijk is van het prijspeil op de buitenlandse markt, al zal ons land moeten trachten in de eerste plaats een kwaliteitsei te leveren en dan vooral in perioden, waarin deze schaars zijn, waardoor een hoge prijs ir te maken. De Stichting meent, dat het niet mo gelijk is van de regering een garantie te vragen voor de eierprijs, maar wel om door algemene maatregelen te be vorderen, dat de richtprijs over het ge hele jaar genomen zoveel mogelijk wordt benaderd. Van de zijde der coöperaties worden thans plannen uit gewerkt, die ten doel hebben een ge leidelijk en juist verloop van de richt prijzen te verkrijgen. Het standpunt van de Stichting voor de Landbouw, zal aan de Overheid worden voorgelegd HET WEEKRANTSOEN VAN JOHN BULL. Op bovenstaande foto is het wekelijkse rantsoen voor een persoon in Enge land afgebeeld. Het bestaat uit: 57 gr. spek, 225 gr. suiker, 57 gr. thee, 28 gr. varkensvet, 84 gr. boter, 84 gr. margarine, een ei, 28 gr. kaas, anderhalve liter melk, voor een kioortje vlees en voor een dubbeltje rundvlees. Marknessenederzetting van pionier» „flJOEDER, EEN DREGLA1N", roept' het jongetje in de bus van Kampen naar Emmeloord, het hoofddorp van de Schokkerwaard (Noordoostpolder). Langs de weg staat een soort hijs kraantje en door het jongetje, dat mis schien vier jaar is, weet ik nu dat het een dragline is. Een belangrijke ma chine in de nieuwe polder; de graaf machine, die het landschap vorm gaf. Een kwartier later moeten we in een andere bus. Maar die zit vast naast de weg. De chauffeur, de conductrice en de passagiers spannen zich in.... te vergeefs. Dan wordt een vrachtauto aangehouden, daarna lukt het. VAN KAMPEN NAAR EMMELOORD, van het oude naar het nieuwe land, dat duurt zowat een uur. Men zou het nieu we land ook de nieuwe wereld kunnen noemen, want het gaat er Amerikaans toe. Het wekt herinneringen aan de verhalen van boeren die de prairie in trokken om er zich een bestaan te ver werven. Nieuwe huizen, deels proviso risch en van hout, kampen en barak ken. En buiten het dorp de 47.600 ha. metende vlakte, die zo vlak en onaf zienbaar is, dat het beklemt. Het moet een hard slag mensen zfln, dat dit land ontgint en de sfeer van samenwerking en gemeenschapszin is hier onontbeer lijk. Want het leven hier biedt weinig afwisseling, men komt hier om te wer ken en na vele jaren kan er misschien etns aan iets anders gedacht worden. Zoals Emmeloord, zijn de andere dor pen in de polder; sommige alleen nog maar een lege plaats die volgens de kaart eens bebouwd zal zijn, sommige al een beetje volgebouwd. Een eigen bestuur hebben de dorpen in totaal zullen er elf zfln, de namen worden ontleend aan verdwenen nederzettin gen in dit gebied. De Noordoostpolder is een „openbaar lichaam" met aan het J^OG VERMOEID VAN DE LANGE REIS zat hfl er dan. Een beetje onwen nig tegenover de mensen van het land, dat hfl ln twaalf jaar niet bezocht: Albert Bassermann, de grote karakterspeler met een voorliefde voor Ibsen. Er viel een stilte in het vertrek waar deze 81-jarige de pers zfln ongebroken geestkracht liet bewonderen. Eén-en-tachtig jaar! Men ziet het deze man niet aan. Men ziet het hem ook niet aan, dat hfl zoveel heeft meegemaakt in Duits land, waaruit hfl werd verdreven in 1938. Men dwong hem toen namelijk van zfln Joodse vrouw te scheiden. Deze vrouw was hem echter liever dan de roem van Nazi-Duitsland. Men wist al, welk een voorname plaats zijn echt genote in zijn leven innam. Nooit zou hfl een stuk spelen als zfl niet naast hem op de planken stond. Een huwelflk uit duizenden, een uitzondering in het leven van artisten. En Basserman bevestigde dit. Hfl week uit naar Zwitserland. Hfl heeft daar ontelbare keren gespeeld en bfl het klimmen der jaren sta pelden ook de successen zich op. Hfl dacht er over zich terug te trekken: het voetlicht nu ook eens van de andere kant te aanschouwen, maar men riep hem terug, telkens weer. Men riep hem zelfs naar Amerika, naar Holland, waar hfl in 1935 zulke opzienbarende successen behaalde. Men wilde hem nog eens zien in Ibsen's „Spoken", of als Mephisto in „Faust" of als Philipp in „Don Car los" stoelleuning. En Ernst Deutsch, de ta lentvolle Oostenrijker, die op het laat- i ste filmfestival tot beste hoofdrolspeler van het jaar werd uitgeroepen, dank zij .zijn vertolking in „Der Prozess", zat naast het echtpaar. Nog enkele anderen waren er, onder andere Marie Leblanc, die we herkenden van de Zwitserse film „Marie Louise". Zfl zullen allen op een tournee door ons land Ibsen's „Spo ken" opvoeren. De stilte werd beklemmend. Men zocht naar vragen. „Mijnheer Bassermann, heeft u voor liefde voor Ibsen?" „In zekere zin wel, maar ik speel al les". Zijn vrouw vult hem aan: „We hebben in Zwitserland ook verschil lende stukken gespeeld." „Gebeurt dat met hetzelfde gezel schap?" „Neen, in Zwitserland gaat dat an ders. Men heeft er geen vaste ensem bles. Voor een bepaalde tournee stelt men een troep samen. Daarmee wordt JAAAR ZAT HIJ DAN, dezelfde Albert het stuk doorgenomen en dan gespeeld. Bassermann, nog grijzer misschien, Of er nog concurrentie ondervonden wat doof, maar ongewoon vitaal. Zfln wordt van de films? „Neen," zegt het vrouw zat naast hem, da arm ap zfln echtpaar, „de film stimuleert in zekere BASSERMANN Nein! zin en ontdekt nieuwe talenten". Me vrouw Bassermann vindt wel dat er weinig talent schuilt onder de heden daagse mannelijke spelers. Onder de vrouwen heeft ze opkomende sterren ontdekt. Aarzelend komt de volgende vraag: „Gaat u nog in Duitland spelen?" De vraag moet herhaald worden en Bassermann brengt de hand achter het oor. „Denkt u nog in Duitsland op tour nee te gaan?" „Nein!" knalt het door de kamer. Het korte antwoord, wordt begrepen. Het is de reactie op grote ontgoochelingen en in het kleine woord is ontmoedi ging gekristalliseerd. Nog een vraag wordt toegestaan, dan moet de kamer ontruimd worden voor de radioreporters, die de warme stem op de gramofoonplaat willen vastleg gen. „Hoe is het met de Iffland-ring" „Die bevindt zich thans in een mu seum". Het is een kort antwoord, dat een historie samenvat. In Duitsland werd namelijk aan kunstenaars van grote faam een ring toegekend, zoals mevrouw Man-Bouwmeester in Ne derland er een had voor de grote en Heintje Davids voor de kleine kunst. Maar „er zat ongeluk aan". Moissi, de talentvolle toneelspeler, waarmee Bas sermann al jaren samenwerkte, kreeg hem toegewezen. Moissi stierf jong, veel te jong. De ring kwam aan de grote komiek Pallenberg. Ook hij stierf te jong. De ring zwierf rond totdat Bas sermann hem aan een museum schonk Hij is pas een en tachtig. .4 Ernst Deutsch vertelt nog iets over het toneelle' -> in Oostenrijk. Het is moeilijk, maar Wenen verheft zich weer. Het grote theater dat nog in puin ligt, wordt weer opgebouwd en in Oostenrijk zal zich weer talent concen treren. in nabfle of verre toekomst. hoofd de landdrost, die de direc teur is van de polderwerken. Emmel oord telt thans 130 woningen en 80 zfln er in aanbouw. Er is een school, een kerk; er worden mensen geboren, men sen huwen er voor de ambtenaar van het „openbaar lichaam" en mensen zullen er sterven en begraven worden in het nieuwe land. HET TWEEDE DORP van de pol der is Marknesse. Dit dorp heeft meer dan Emmeloord het karakter van een pioniersnederzetting. Woningen zfln er nog weinig, in de vaart liggen woon schepen, er is een woonwagenkamp en her en der verspreid staan keren en noodwoninkjes. Maar een armoedige indruk maakt Marknesse zeker niet. De manier waarop de mensen hier wo nen bewijst, dat zfl van dit land, hnn land iets willen maken. In Marknesse is het centrale kamp- beheer voor de Noordoostpolder. Twee entwintig kampen worden van hieruit bevoorraad en onderhouden. Daar is wat voor nodig. Ruim 4500 man wonen in de kampen. Daar zijn om maar iets te noemen wekelijks 26.000 kilo aardappelen voor nodig en ongeveer 10.000 kilo groenten. In t pakhuis liggen duizenden kilo's levensmiddelen opge slagen, staan kookketels, pannen, scha len en al wat in de kampen nodig is. Want een eerste vereiste is, dat aan de materiële verzorging niets ontbreekt. De kampen zien er inderdaad uitste kend uit; niet luxieus, maar schoon en degelijk. De barakken zfln verdeeld in kamers waar acht man wonen. De was gelegenheden zijn gemeenschappelijk. NAGENOEG ALLE KAMPBEWO NERS zfln boerenzoons of landarbei ders, zfl zfln komen pionieren in le pol der om er eens een bedrflf te kunnen pachten. Aleer het zover is zullen er heel wat jaren Verlopen zfln. In het najaar van 1947 zfln honderd bedrijven die van 12 tot 48 ha groot zfln verpacht. Dit jaar wordt er geen land uitgegeven, want door gebrek aan bouwmaterialen werden er geen boe renwoningen gezet. De directie ver pacht nu eenmaal geen land zonder woning en bedrijfsgebouwen. Eind 1949 hoopt men gereed te zijn met de bouw van 130 prefab-boerderijen van schokbeton. Daarna denkt men jaar lijks 5000 ha. land uit te geven, zodat na ongeveer acht jaar de hele polder door zelfstandige boeren bewoond zal zijn. Gestolen effecten ter waarde van f 50.000 verbrand Enige dagen geleden ontdekten twee rechercheurs te 's-Gravenhage, dat bfl een horlogemaker aldaar een gouden dameshorloge in reparatie was gegeven, dat op 24 Januari j.l. was ontvreemd. Zij stelden een verder onderzoek in en arresteerden, als ver dacht van die inbraak te hebben ge pleegd, de 30-jarige Hagenaar I. C. D. Behalve het horloge waren nog voor 50.000 aan effecten, een gouden ring en een bontmantel ontvreemd. D. be kende ook nog twee andere inbraken, waar respectievelijk 3200 en een hoe veelheid drank, sigaren, zeep en 90 was gestolen. Bovendien bekende hfl poging tot diefstal in de Grote Markt straat. Deze poging had hij gedaan samen met de 45-jarige C. H. M. B„ die toen op heterdaad was betrapt en daarvoor een straf van 9 maanden on dergaat. B. werd hierna ook eens nader aan de tand gevoeld en hij bekende al spoedig, dat hij ook mede schuldig was aan vermelde inbraken. Behalve het dameshorloge werden nog de bont mantel en de gouden ring in beslag genomen. Bij het onderzoek kwam vast te staan, dat de effecten verbrand waren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1948 | | pagina 5