„The Third Nan" 3 Een pont bij Velsen: het grootste verkeersprobleem van de provincie Noord-Holland Chefarine 4 E letere werking van 4 beroemde geneesmiddelen. Bij Eylders (in de Korte Leid se' dwarsstraat) Jaarlijks gaan er millioenen mei wachten verloren In 1943 werd tunnelbouw gestaakt, wanneer volgt de hervatting? AMSTERDAMS PODIUM BIJ Eylders ontmoet ge op bepaalde uren van de dag en voornacht de crème de la crème van Neêrlands ar- tistenbent. Vreemde lieden soms, met ZATERDAG 4 FEBRUARI 1950 jpgET NOORDZEEKANAAL, voor Amsterdam de hoofdslagader voor het verkeer te water, is er allerminst een voor het verkeer te land. Integen deel, het is daarvoor een zo ernstige belemmering, dat steeds krachtiger wordt aangedrongen op verbetering. Daarnaast biedt dit Noordzeekanaal aan Amsterdam niet de bedrijfs zekerheid, welke voor een belangrijke koopstad noodzakelijk is. Eigenlijk is bet er zo mee gesteld, dat het bedrijfsleven van onze hoofdstad voortdurend aan een zijden draadje hangt en men moet er zich daarom ten hoogste over verwonderen, dat door hen, die nauw betrokken zijn bij de Amsterdamse scheepvaart, handel en industrie, niet veel sterker wordt aangedrongen op verbetering van de bestaande toestand. Het merkwaardige daarbij is, dat zowel het verkeer te land als dat te water gediend zijn door dezelfde oplossing: een tunnel te Velsen Verkeer wordi belemmerd W)1E OP DE spitsuren te Velsen komt, wordt vaak getroffen door de ge weldig lange files van auto's, die ge duldig wachten op het ogenblik, waar op hun beurt is gekomen om op een van de ponten te rijden. Hier hoopt zich het verkeer op tus sen Friesland en Groningen over de Afsluitdijk met Den Haag en Rotter dam, tussen de kop van Noord-Holland met het Zuiden van de provincie en met het Zuiden van Nederland. Het zou de moeite waard zijn een calculatie te maken van het bedrag, dat hier ieder jaar door wachten ver loren gaat. Het loopt zonder twijfel in de millioenen, maar de juiste grootte is natuurlijk niet bij benadering te bepa len. Op vergaderingen van Noordhollandse tuinders kan men geregeld horen, hoe een bestendiging van de toestand in Velsen de ontwikkeling van de tuin bouw in de weg staat. Dit zich niet kunnen ontplooien is een indirect ver lies, nog moeilijker in cijfers te bren gen dan de onmiddellijke gevolgen van het wachten. Ten aanzien van de vestiging van nieuwe industrieën in de kop van Noord-Holland kan ongeveer hetzelfde worden gezegd. In verschillende ge meenten wordt alles gedaan wat moge lijk is, om de vestiging van nieuwe industrieën te bevorderen. Tot dusverre met weinig succes. Het zou natuurlijk verkeerd zijn deze geringe resultaten alleen op rekening te stellen van het ontbreken van een tunnel te Velsen, maar vast staat, dat de redenering: „Wie zou durven?" meer en meer ge meengoed begint te worden. Alles bijeengenomen menen we te mogen vaststellen, dat het Noordzee kanaal een zodanige belemmering vormt voor het verkeer te land, dat hierdoor jaarlijks grote bedragen ver loren gaan, terwijl de ontplooiing van het economisch leven in het Noorden van Noord-Holland er ernstig door wordt benadeeld. Achillespees van Amsterdam. Wat door velen niet of nauwelijks wordt beseft, is, dat de toestand te Vel sen de Achillespees zou kunnen worden genoemd van het Amsterdamse bedrijfs leven. Er behoeft daar slechts een kleinig heid te gebeuren en Amsterdam is, wanneer er sprake is van een ongeluk kige samenloop van omstandigheden, afgesneden van het wereldverkeer. Deze kleinigheid bestaat uit een aan varing van een zeeschip met de spoor brug, zodanig, dat dit gevaarte van ijzer en staal niet meer kan worden opengedraaid. Voor wie weet hoe lang is Amsterdam dan lamgeslagen, het is onbereikbaar geworden van buiten-af en de schepen in de haven zitten als ratten in een val. Hoe ver men in 1943 reeds was Dit is geen fantasie, want het is al meer gebeurd. O ja, in het jaar 1930, toen het Griekse stoomschip „Amazon" door verkeerd manoeuvreren de brug beschadigde. Even is men toen in het onzekere geweest of Amsterdam tijde lijk van de lijst van havensteden moest worden afgevoerd. Gelukkig viel de schade mee en na enkele bange ogen blikken hernam het zeeverkeer van de hoofdstad zijn normale gang. Het spoorwegverkeer was er toen de dupe van. Het gevaar groeide. Dit gevaar voor een aanvaring groei de naarmate de schepen groter werden. Enerzijds werden ze daardoor steeds moeilijker hanteerbaar, anderzijds maakten de omstandigheden het nood zakelijk, dat de weg, die juist de groot ste schepen moesten kiezen, de minst gemakkelijke was. Dat kwam, omdat geregeld een nieuwe en grotere sluis moest worden gebouwd. De eerste, die dateert uit 1876, toen het Noordzeekanaal werd geopend, lag precies in de as er van. De schepen waren in die dagen nog klein en kon den steeds rechtuit varen. Hoe klein ze waren, blijkt duidelijk uit de afmetin gen van de eerste sluis, die toch geheel voldeed aan de eisen van het jaar 1876. Reeds spoedig werd de behoefte ge voeld aan een grotere sluis, wilde Am sterdam zich als zeehaven kunnen hand haven. Toen tot de bouw was besloten, kon de nieuwe sluis echter onmogelijk komen op de plaats van de oude. Daar toe zou deze tijdelijk buiten gebruik moeten worden gesteld en dat ging na tuurlijk niet. Zo kwam de tweede sluis, tegenwoordig de middelste, iets Noordelijker te liggen. Daarmee lag ze Dit meertje is alles wat er over bleef niet meer in de as van het kanaal en de grootste schepen waren genoodzaakt zowel bij het in- als bij het uitvaren een lichte draai te maken. Deze tweede sluis kwam gereed in het jaar 1896. De zeeschepen bleven' groeien en na enkele decenniën vol deed ook de tweede sluis niet meer aan de eisen van de tijd. Er moest een nog grotere komen en er is toen lang ge discussieerd ovër de plaats, die daar voor zou moeten worden gekozen. Er gingen stemmen op om de eerste kleine sluis buiten bedrijf te stellen en de nieuwe weer te brengen juist in de as van het kanaal. Dit is niet gebeurd; men durfde niet. Indien er gedurende de bouw iets mocht gebeuren met de tweede sluis uit 1896, zo redeneerde men, zou Amster dam afgesloten zijn van het zeever- keer en dit risico werd te groot geacht. Ook de kleine sluis moest dus in ge bruik blijven en er zat weinig anders op dan de nieuwe een plaats te geven ten Noorden van de tweede. De draai, die de schepen moesten nemen, werd daardoor weer groter en het vervelen de was natuurlijk, dat juist de grootste schepen, die alleen konden worden ge schut in de grote sluis, van deze om weg gebruik moesten maken. De toestand is op het ogenblik zoda nig, dat tussen de grote sluis en de spoorbrug ieder zeeschip tweemaal van richting moet veranderen. Tunnel de enige oplossing. nAT EEN TUNNEL onder het Noord- zeekanaal de enige behoorlijke op lossing is, wordt sedert lang ingezien. Wanneer de oorlog niet tussenbeide was gekomen, zou die gecombineerde auto- en spoorwegtunnel al lang wer kelijkheid zfjn geworden. In 1941 werd met de bouw begonnen, bijna zeven jaar nadat wijlen minister Januari bracht achttien vorstdagen (Van onze weerkundige medewerker) De temperatuur berekend uit uur- lijkse waarnemingen, bedroeg te De Bilt in Januari 1.1 gr. tegen 2.3 gr. C normaal. De Januarimaand was dus toch aan de koude kant zoals het K.N.M.I. reeds in begin December uit berekeningen meende te mogen ver wachten. Totaal 17 dagen waren aan de koude en 14 dagen aan de warme kant van het normale. Op 18 dagen kwam het kwik onder het vriespunt tegen normaal 15 keer in Januari, het aan tal ijsdagen bedroeg 7 tegen 4 nor maal. Onder ijsdagen verstaat men da gen waarop ook overdag het kwik niet boven het vriespunt komt. Globaal viel er gemiddeld over het gehele land 35 mm. neerslag, tegen 57 mm. nor maal. Den Helder had in de laatste 17 jaar niet zulk 'n droge Januarimaand. Zeer groot waren de tegenstellingen tussen de eerste helft van" de maand en de tweede helft waarin een sterke vorstperiode voorkwam, met op de 30sten plaatselijk 13 graden vorst. Ook in Noord-Holland daalde het kwik plaatselijk tot om de 10 graden onder nul. Het aantal uren zonneschijn te De Bilt geregistreerd bedroeg 84 tegen 55 normaal. Van deze 84 werden er 50 gedurende de a"ht opeen volgende da gen tijdens de vorstperiode geregis treerd. Kalff het denkbeeld had geopperd, de oevers van het Noordzeekanaal met een tunnel te verbinden. De kosten wa ren toen geraamd op 10 a 11 millioen gulden en men hoopte in 1946 gereed te kunnen komen. Nadat op de Zuidelijke oever een tunnelstuk van 40 meter was geplaatst, moest het werk echter wor den stilgelegd doordat de Duitsers op het materiaal beslag legden. Waar toen een 25 meter diepe bouwput werd ge vonden, strekt zich nu een vriendelijk meertje uit, op welks bodem de resul taten rusten van de ware Hercules- arbeid, die hier eens werd uitgevoerd. Na de oorlog is af en toe druk ge sproken over de hervatting der werk zaamheden. Maar de kosten zijn gewel dig gestegen. Op het ogenblik zal er een bedrag mee gemoeid zijn ongeveer vier maal zo groot als dat, wat voor heen werd becijferd. En daarvoor ont breken de gelden. Er zijn wellicht niet veel dingen, die zozeer de armoede van ons heden daagse Nederland onderstrepen als het feit, dat de beschikbare financiën moe ten worden uitgetrokken voor doelein den, die nog nodiger zijn dan de tun nelbouw bij Velsen. Want ieder uitstel hiervan betekent het verloren gaan van grote bedragen en het op onverant woordelijke wijze in de waagschaal stellen van Amsterdams welvaart. Im mers, ook de spoorlijn zal door een tunnel worden geleid en op het ogen blik, waarop deze is gereed gekomen, zal de spoorbrug kunnen worden opge ruimd. Of de electrische treinen in de toe komst inderdaad door een gecombi neerde auto- en spoorwegtunnel zullen rollen, staat op het ogenblik nog niet definitief vast, daar bekend is, dat de spoorwegen thans bezwaren aanvoeren tegen de ligging hiervan en nu de voor keur geven aan de bouw van een aparte spoortunnel op de plaats van de spoorbrug. Geen lapwerk! t VOOR DIT JAAR staat op de rijks begroting een bedrag van 1 millioen gulden voor het in gebruik stellen van twee meerdere ponten gedurende de spitsuren. Natuurlijk zal dit met zich meebren gen, dat de wachttijden voor auto's zul len worden verkort. Of ze geheel zullen worden opgeheven, dienen we voorals nog af te wachten. Het verkeer in het Noordzeekanaal zal echter door dit drukke heen- en weervaren zonder enige twijfel worden gehinderd. Velen echter vrezen een ander ge vaar. Dit uitgebreide pontverkeer toch zou er heel gemakkelijk toe kunnen voeren, dat bij de betreffende over heidsinstanties de gedachte groeit, dat de tunnelkwestie voorlopig op andere wijze bevredigend is opgelost. Met het gevolg, dat de afdoende regeling, die Een lapmiddel J~)E TUNNELBOUW te Velsen, waarover een onzer redacteu ren in nevenstaand artikel schrijft, is dezer dagen ook be sproken door de heer S. W. Arntz, de voorzitter van de raad van bijstand der Kamer van Koop handel in Noord-Holland. In zijn jaarlijkse Nieuwjaarsrede zeide de heer Arntz onder meerdat het in de vaart brengen van meer ponten nutteloos is en als een lapmiddel moet worden be schouwd. De hindernis in de snelverkeersweg bij Velsen oefent grote invloed uit op de ontwikkeling in ons gewest en er moet binnen niet al te lange tijd een oplossing worden verkregen, waarbij alle obstakels uit de weg worden geruimd. alleen door een tunnel wordt verkre gen, voorshands van de baan is. Dit zou in ieder opzicht te betreuren zijn. Wel zou het verkeer te land door zulk een uitgebreid pontverkeer enigszins maar allerminst afdoende gediend zijn, het verkeer te water zou er hinder van ondervinden en de dreiging voor Amsterdam blijft in volle omvang be staan. Het is daarom zaak voorzichtig te zijn met de regeringsplannen. Spoed is geboden! Bovendien is spoed bij de uitvoering van de tunnel geboden. Niet alleen om dat de verkeersproblemen daardoor al leen zo snel mogelijk worden opgelost, maar ook omdat de vermoedelijk niet geheel onrechtvaardige vrees bestaat, dat zodra de Marshall-hulp ten einde zal zijn gekomen, de uitvoering van het tunnelplan geheel op losse schroeven komt te staan. Indien dit juist is, ligt hierin een reden te meer voor al degenen, die be lang hebben bij de uitvoering van het plan, om met kracht aan te dringen op een spoedige hervatting der werkzaam heden. En dit zijn er zo velen, dat nau welijks is aan te nemen, dat een werke lijk krachtige actie bij voorbaat ieder succes is te ontzeggen. We denken aan de organisaties van veehouders, land bouwers en tuinders uit Noord-Holland en Friesland, we denken aan vele der Noordhollandse gemeenten, die met zo weinig succes aansturen op vestiging van nieuwe industrieën. We denken aan het hele Amsterdamse bedrijfsle ven: scheepvaartmaatschappijen, fa brieken, handelmaatschappijen, aan het Amsterdamse gemeentebestuur, aan de Kamers van Kc phandel. De oplossing van het Velser probleem is een levenskwestie voor een gebied met een bevolking van enige millioe nen. Wanneer dit overal in. voldoende mate doordringt kan er nauwelijks twijfel aan zjjn of deze oplossing moet nabjj zijn. QOED, Amsterdam mag dan geen wereldvermaarde culturele stadscentra rjjk zijn, zoals Parijs die bezat in zfln Quartier Latin, in Montparnasse en (voor een restantje nog) In Montmartre, het bezit ten slotte het Leidse- plein, de Korte Leidsedwarsstraat en in die Korte Leidsedwarsstraat het aan artistieke historie zwanger gaande café Eylders. Café's in Amsterdam komen en gaan. Een enkel overleeft één wereldoorlog, maar practisch niet één over leeft er twee. Niet aldus Eylders in de Korte Leidsedwarsstraat, op een steenworp afstand van ons enige Nederlandse grotestads-plein, genaamd het Leidse, en in de schaduw van dat oud en hecht bolwerk onzer cultuur: de Stadsschouwburg. Van het Plein komende passeert ge eerst enkele hoog- fijne etablissementen, met peperdure namen, ultra-peperdure neonverlichting, astronomisch hoge prijzen voor bepaalde consumpties, micro-dansvloertjes en portiers, die als twee druppels water gelijken op generaals uit een midden- Amerikaanse republiek. De rij dezer taveernen wordt gesloten door Eylders. Zónder dansvloer. Zónder neon. Zónder portier. merkwaardige gewoonten en nóg merkwaardiger uiterlijke verschij ningsvorm. Bij Eylders drinkt de Amsterdamse artist z'n kleintje koffie, z'n kleintje pils of z'n glaasje sher ry ('t laatste uitsluitend aan het begin van de week of maand). Bij Eylders rammelt de dobbelbeker, doch verwis selen geen kapitalen maar wel stui vers en dubbeltjes van eigenaar. Bij Eylders komt na de vermoeiende re petitie, de toneelspeelster even op ver haal en met de koffie van Eylders spoelt ze stof en schmink-nasmaak weg, die ze meenam uit de schouw burg. Bij Eylders maken schilders wereld politiek en betwisten ze eikaars mi sère en grandeur. Bij Eylders worden artistieke reputaties gebroken en op gelapt. Bij Eylders wordt geroddeld en bij Eylders hoort men de allerzonder lingste, allerverbijsterende theorieën debiteren op letterlijk ieder gebied van het maatschappelijk leven. Daar zijn schilders en toneelspelers, schrij- Wanneer bij pijnen of griep een ander middel faalt, neem dan eens Chefarine „4". De 4 bestanddelen zijn elk stuk voor stuk al wereldberoemd. Maar samen in één tablet werken zij nig beter. Het ene middel ver sterkt de werking van het andere, zodat de totale werking wel bij zonder krachtig en weldadig is. BEROEMDE GENEESMIDDELEN IN EÉN TABLET TEGEN PIJNEN EN GRIEP - 20 TABLETTEN I 0.75 JN LONDEN HEERST SINDS ENKELE MAANDEN een cither-rage. Twee deuntjes, op een cither gespeeld, zijn de schlager-van-het-seizoen gewor den: duizenden gramofoonplaten werden ervan verkocht en duizenden Londe- naars trokken de laatste weken naar een der deftigste nachtclubs om er de componist van die deuntjes, Anton Karas, zelf cither te horen spelen. Een goed jaar geleden was die meneer Karas nog een armetierig ventje, dat met z'n cither de kroegjes van Wenen langs trok. Uit zo'n kroegje werd hij opgepikt door Carol Reed, de Britse regisseur die in Wenen aan een film werkte. Reed was op zoek naar goede muziek voor zjjn film en in dat kroegje raakte hij zo gefascineerd door het citherspel van Karas, dat hij deze de filmmuziek liet verzorgen: een enkele either en twee muzikale thema's voor een hele film. Die film „The third man" („De derde man") werd een meesterstuk, onderschei den op het filmfestival-1949 te Cannes enthousiast ontvangen in Engeland en in Nederland vervolgens uitgeroepen tot Film van de Maand. Fascinerende thriller van Carol Reed met cither-muziek van Anton Karas „"JHE THIRD MAN" is een film van na-oorlogse ontreddering, waarbij de camera de tragiek vastlegde van een tot chaos geslagen samenleving: het vroeger zo luisterrijke Wenen, waar de barokpraal tot puin is verwo'rden en waar het lot der bevolking afhangt van vier bezettingsmachten, wier patrouil les als symbool van deze na-oorlogse rampzaligheid door de stad trekken: een Amerikaan, een Rus, een Brit en een Fransman, zwijgend naast elkaar zichzelf. Door dit verhaal werkt dan nog de actualiteit in de geschiedenis van een meisje, wier vertrouwen in haar minnaar Harry Lyme ongeschokt is gebleven, ook al blijkt hij haar aan de Russen verraden te hebben. Zij zal gedeporteerd worden, maar haar vrij heid is te koop voor Lyme's leven. Wanneer Martins echter tot deze prijs besloten heeft, wijst zij de vrijheid af als een laagheid: zelfs tegenover het ergste verraad en levensgevaar wil zij optredend volgens protocol, maar noch haar innerlijke zuiverheid bewaren; lie- dat protocol noch elkaar begrijpend, ver verraden zijn, dan zichzelf redden Heel de tragiek van de bezetting ligt door verraad. besloten in het beeld van een derge- WRANG IS het na-oorlogse Wenen lijke patrouille, rijdend door het nog en wrang ook is deze film. Het statige Wenen, zonder begrip van zich- knappe scenario werd geschreven door zelf op weg in het leven van anderen de Britse auteur Graham Greene, wiens in te grijpen... Dat is de achtergrond van „The third man" en daaruit komt het eigenlijke verhaal naar voren, al even tragisch als die achtergrqnd en ook zonder zijn sensationele gebeurtenissen al verbijs terend. Holly Martins, 'n Amerikaanse stuiversromanschrijver, is op uitnodi ging van z'n oude vriend Harry Lyme „The basement room" enkele jaren ge- .eden door Carol Reed verwerkt werd tot de aangrijpende film „The fallen idol". De film „The third man" is geen gewone thriller gebleven: Reed heeft hier uit een thriller-verhaal veel meer gemaakt dan een ordinaire sensatie film. „The third man" ligt op een aan zienlijk hoger peil, omdat ze niet al- Alida Valli, Trevor Howard, Paul Hör- biger en Ernst Deutsch een prachtige nuancering en accentuering wist te be reiken van het hoofdthema van deze merkwaardige film: de tragische ont reddering van een na-oorlogse, in een internationaal machtsspel geringeloor- oe, stad. Hier kreeg door Reed's regie vol zorg ook voor details die tra giek werkelijk gestalte en hier ook kreeg zo de thriller een bijzondere in houd en belangrijkheid. VOEG DAARBIJ dan nog die cither- muziek, die telkens weer in de film op duikt: enkele fascinerende melodietjes, die zoals de hele film en zoals het Wenen zelf evenzeer wrang als ro mantisch kunnen zijn. Een muziek, die het beeldverhaal bijzonder krachtig on dersteunt soms door haar aanpas sing aan de beelden, soms ook juist door haar onwezenlijke tegenstelling. Die muziek ten slotte wordt tot een ob sessie, die het macabere accent van deze film beklemtoont... En door dit alles is „The third man" een wel heel buitennissige, een werke lijk unieke film geworden: sensationeel, maar allerminst koud, een film van menselijke tragiek, gevat in de span ning van ons huidige wereldgebeuren en uitgedrukt in een prachtige, mee slepende en dikwijls ook zeer aangrij pende taal. LONG—SHOT vers en journalisten, tekenaars en studenten, modelontwerpers en regis seurs, dansers en danseressen. In eèn woord: bij Eylders ontmoet men alles en iedereen, die direct of indirect iets met kunst te maken heeft en denkt daarmee te maken te hebben. Het kan er stierlijk vervelend zijn en hoogst amusant. Voor een deel hangt zulks mede af van uw eigen in stelling. Misschien vindt ge de dassen van de experimentele schilders, dia inderdaad wel wat doen denken aan ontploffingen in kleurstoffabrieken, opzichtig en ordinair. Misschien hebt ge geen of weinig waardering voor dat kwijnende meisje in de hoek, sta rend in allerverste verten, en zicht baar te goed voor deze wereld. Wel licht vindt ge dat andere vrouwtje,; met haar eindeloos lange witte haren en de glanzende ogen, een aanstelster met haar namaak Madeleine Sologne- gezicht en Ingrid Bergman-manie ren. En het is best mogelijk, dat ga de twee heren op de rozenrode tabou- retjes, met hun demonstratief open Schillerkragen over de mannelijk en ruigbehaarde borsten, met hun kana riegele broeken en Reckit's zakje blauw blauwe pullovers, onuitstaan bare kwasten. En natuurlijk kan het zijn, dat de jongeman in de hoek, die al voor de derde maal bezig is de ad vertentiekolommen uit Paris Soir door te lezen, een doodgewone artis tieke charlaten is en een waardeloze poseur. Maar zo is het nu eenmaal bij Eyl ders, in de Amsterdamse Korte Leid sedwarsstraat. Waar Frans de koffie altijd klaar heeft en waar die koffie (wat belangrijker is) goed is, en (het allerbelangrijkste!) goedkoop. Precies 20 cent. En waar ge een uur moogt blijven zitten bij dat éne kopje van 20 cent van Frans, zonder dat Frans u wegkijkt. Ja, waar krijgt ge zoiets nog gedaan, in 't oud en heer- lyck Amsterdam? De jaren vergaan en Eylders be klijft. Zaken komen en zaken vertrek ken. Eylders blijft. Bars, restaurants, café's en cafetaria's worden geboren en sterven. Eylders heeft iets van 't eeuwige leven. Het hoort bij Amster dam, zoals de Munt er bij hoort. En het Vondelpark. En Rembrandt op het Rembrandtplein. Het is onvervreemd baar van Amsterdam, met zijn bur gers uit de provincie, die nieuwsgie rig komen kijken gedurende het week end om te griezelen van dat rare volk dat zo maar leeft als heidenen. De burgers, die niet weten, dat ze in dit gezelschap genoteerd worden als „kunstluis", die nog nèt goed genoeg is om een rondje weg te geven, waar voor de andere partij dan wel zo goed is enkele diepzinnige frasen te plegen, die de burger als hoogste wereldwijs heid en de puurste essence van kunst en wetenschap opslurpt. Het beste is daar, als ge een braaf en rustig burger zijt en zulks ter- wille van uw aards bezit, gezondheid en zielerust ook wilt blijven, om bfl Frans een kleintje koffie te bestelien en verder het zaakje aan te zien. En vooral niets te zeggen. Totdat men u ongevraagd een wereldschokkende theorie in het oor blaast. Want op dat eigenste en meest kritieke moment dient ge la minute, een tegen-theo rie te lanceren, die tienvoudig meer sterkte, zeggenskracht en allure heeft. En die tienvoudig idioter is. Voor het overige kunnen kleurige dassen, exotische broeken en Made leine Sologne-ogen hoogst genoeglijk zijn na een week kantoorgareel, er gens in de veilige binnenlanden onder gaan. En voor de rest moet ge nog maar zien, dat ge betere (èn goed kopere!) koffie ontdekt in de wil dernis van duur en uithuizig Amster dam. ANTHONY VAN KAMPEN. naar Wenen getrokken. Hij komt er nog leen maar lugubere sensaties opbrengt, juist op tijd aan voor Harry's begrafe nis. De plotselinge dood van zijn vriend die in het bijzijn van twee andere vrienden door zijn eigen auto werd aangereden! schijnt Martins verdacht toe en hij gaat op onderzoek uit. Een zeer nadrukkelijke verklaring van een toevallige ooggetuige, dat er bij het ongeluk nog een derde man hulp ver leend heeft wiens bestaan door de beide anderen absoluut geloochend werd doen Martins' nasporingen uit gaan naar die mysterieuze derde man Dit onderzoek voert hem tot de ont dekking van die derde man Harry Lyme, die niet dood is. maar slechts zijn begrafenis heeft geënsceneerd om des te rustiger te kunnen blijven op treden als leider van een bende mis dadigers en moordenaars. Martins ziet zich dan genoodzaakt een vriend, in wie hij geloofde, te vernietigen, daar mee een tragisch lot voltrekkend niet doch veel meer zich bekommert om de tragische menselijke spanningen achter die sensaties. Razend knap ge maakt is deze film, zelfzaam geraffi neerd uitgebalanceerd van spanningen. Robert Krasker die ook voor Reed's film „Odd man out" achter de camera stond verzorgde een uitnemende fo tografie, dynamisch en suggestief en vol van de bitter-schrijnende romantiek, die het navrante beeld van het na-oorlogse Wenen oplevert. Met een bijzondere trefzekerheid werd uit deze beelden het dramatische filmverhaal gecomponeerd. wurgend sensationeel soms door de op bouw van spanningen, dan weer die spanningen ontladend in een werkelijk bevrijdende humor. Knap en geraffi neerd is dit allemaal en niet meer. maar Reed toont zich werkelijk geniaal en een zeer gevoelig filmkunstenaar door zijn krachtige en tevens diep-ge- voelige regie, die in het spel van ac- alleen aan die vriend, maar ook aan teurs als Joseph Gotten, Orson Welles, Begin en einde van „The Third Man" zijn vrijwel gelijk: tweemaal wordt de misdadiger Harry Lyme begraven. De eerste pseudobegrafenis leidt via'een sensationele reeks gebeurtenissen tot de tweede, die tevens het einde betekent wan vele vriendschappen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1950 | | pagina 5