De regen werd zeer velen te machtig
Sprinten, afstoppen en kijken
Ook bij de nieuwelingen viel de
beslissing in de eindsprint
Henri ink won Ronde van N.-W.•Nederland
Acht renners zaten in de eindsprint
Van de 114 amateurs
kwamen er 24 aan
België verloor van Engels
A-team
Regenronde
Jan Hennink berekende zijn kans
Lukken uii Oosizaan
werd winnaar
VRIJDAG 19 MSI 1950
(Vervolg van pagina 1)
Er zijn vele hoogtepunten geweest
In de Ronde van Noord-West-Neder-
Jand. Deze glanspunten en de belang
stelling, die sportlievend Noord-Hol
land voor de wedstrijd aan de dag
legde, maakte haar niettegenstaande de
omstandigheden, die niet in de macht
liggen van ons mensenkinderen tot een
succes. Zij verschafte aan vele duizen
den het kleurig beeld van een wieler
wedstrijd, waarin de deelnemers alles
hebben gegeven, wat zij aan energie,
uithoudingsvermogen en strijdlust te
geven hadden.
Met ongeduld wachtten zij te Alk
maar op het startschot, dat mej. M.
Krak om even over half elf loste en
„geladen" reden zij in keurige gesloten
formatie door de haag van toeschou
wers, die in de binnenstad de regen
trotseerde om de renners een goede
reis te wensen. Nauwelijks was op de
Hoeverweg de neutralisatie opgeheven,
of het veld schoof in de richting Eg-
mond. Stigter, Halleeder, Van Roon en
Wiehemeier ondernamen reeds bij
Bakkum een uitlooppoging, maar zij
werden door het grote veld onmiddel
lijk tot de orde geroepen. Toch idng
er in de eerste 25 km reeds een belang
rijke gebeurtenis in de lucht. Op de
Provinciale weg van Limmen naar Uit
geest namen twaalf deelnemers een
voorsprong van 600 meter en hoe de
achtervolgers onder aanvoering van de
Nederlandse kampioen Woutje Wagt-
mans ook aan de sturen rukten en de
benen tot een snelle cadans dwongen,
het dozijn liep uit. Daarbij bevonden
zich voldoende renners om gevaar op
te leveren. Wij noemen Hennink, De
Booy, Hooyschuur, De Best en Witte-
veen. Hun droom werd echter ver
stoord door de spoorbomen bij de
overweg in Uitgeest, die zich onver
biddelijk sloten en het peloton de ge
legenheid boden zich weer aan te slui
ten. Heemskerk en ook Beverwijk za
gen de renners vrijwel in één groep
passeren. Het regende nog steeds toen
de Ronde-karavaan, voorafgegaan door
de geluidswagen en witgehelmde motor
rijders van Rijkspolitie om ongeveer
tien minuten over elven de gemeente
grens van Beverwijk bereikte. In
dichte drommen stond het publiek langs
de Grote Houtweg, de Baanstraat en
de Romerkerkweg en juichte de ren
ners toe. Via de Vondellaan en Velser-
weg en Breestraat boog de route in
een „lus" naar het Noorden. Ton Hof
land liet zich de kans niet voorbijgaan
om in zijn woonplaats over de onvol
prezen Breestraat aan de kop te gaan
Snijder uit Halfweg, Eelsing uit IJmui-
den en Pafort uit Amsterdam hingen
aan zijn wiel. Op twee minuten achter
stand volgden J. Mattens uit Den Haag,
en J. Bijl uit Den Helder. Verhoeven
uit Overschie en P. Moleveld sjouwden
met een achterstand van drie minuten
over het glimmende asphalt van de
Breestraat en weer een minuut later
zwoegden G. Koopser uit Amsterdam
en zijn stadgenoot A. Vervaas voorbij.
Drie aan de kop.
Op de weg naar Alkmaar deden Ris,
Halleeder en Faas een grejp naar de
macht. Zij namen honderd meter voor
sprong, welke uitgroeide tot 300, 700
meter. Keurig losten de jongens elkan
der af en het zag er lange tijd naar uit,
dat zij hur voorsprong nog zouden ver
groten. Maar de regen viel en het pelo
ton joeg. Toen wij Alkmaar passeerden,
bleken reeds vijftien renners te heb
ben opgegeven. Vijftien k.m. buiten
de kaasstad stapte de Ned. kampioen
Woutje Wagtmans van zijn race-kar
retje en volgde de Eindhovenaar Dek
kers, winnaar van de vijf étappe-course
in Belgie, zijn voorbeeld. Het was geen
weer voor Wagtmans. De jongens uit
het Zuiden hadden de onbeschutte
Noord-Hollandse wegen in striemende
regenvlagen „geproefd" en zij smaakten
te bitter. Wagtmans en Dekkers trok
ken hun conclusies. Er waren meer
bittere pillen in deze monsterrit. Aan
de boorden van het IJselmeer, op de
kale dijken waar geen beschutting te
vinden is en het hemelwater op de rug
gen plenste, vielen harde klappen. Daar
werd de energie op de proef gestetd.
Daar waren jongens, die 't contact met
het peloton verloren en moeizaam, al
leen, op eigen kracht aangewezen de
rug kromden en volhielden. Anderen
daarentegen zagen de kleurige groep
steeds verder verdwijnen tot zij schuil
ging in het grijze regenscherm. Dan
kwam „de man met de hamer", dan viel
de regen dubbel zwaar te dragen, dan
leken de wielen wel vierkant en kwamen
er tranen in de ogen van knapen, die
zich illusies hadden gemaakt.
Hoorn, dat evenals overal elders aan
de kant stond om het wieler-schouw-
spel gade te slaan, kon nog Ris, Hallee
der en Faas als koplopers begroeten,
maar de ruimte tussen dit drietal en
het peloton was op de Kaasmarkt aan
de voet van het standbeeld van Jan Pie
terszoon Coen nog slechts enkele hon
derden meters. Op dat ogenblik was het
zelfs de leek duidelijk, dat ook deze
uitlooppoging tot mislukkig gedoemd
was. Bij Hem werden zij ingehaald.
DE SLAG VALT.
Koeman reed als eerste met ongeveer
honderd meter voorsprong langs de
Koepoort te Enkhnlzen. Het applaus
van de bewoners nlt de Haringstad kon
hem echter niet alleen tot grootse da
den brengen. Toch was nu het ogenblik
gekomen, waarop de slag viel. Tussen
Andjjk en Medembllk werd de basis
gelegd voor de eindsprint, die enige
uren later in Alkmaar aan Jan Hen
nink de welverdien -e zege zou be
zorgen. Acht man sprongen weg van
het grote peloton, dat uit elkander ge
rukt werd. Met felle tussensprints wis
ten enige renners zich bi) de kopgroep
te voegen, maar even voor Kolhorn
werd er andermaal gedemarreerd. En
of dit nog niet genoeg was, gingen in
terop zat, maar niettemin zijn uiterste
best deed zijn positie te verbeteren.
Daarom was het zo jammer dat hij
niet ongehinderd de Keizerstraat kon
binnenrijden. Voetgangers en wielrij
ders versperden hem de weg, waar
door hij ongetwijfeld zijn achterstand
nog vergroot zag.
Naar de kop
De winnaars van de Ronde waren
bekend geworden. Op de route naar
de Stolpen sprongen Witteveen en
Stakenburg naar de leiders. Zij ge
bruikten hun laatste restje energie >m
deze keurige prestatie te leveren. De
beide Amsterdammers hadden het ge
vaar ingezien en wisten, dat wilden zij
nog een kans maken, zij contact moes
ten krijgen. Het gelukte. In hoog tem
po snelde de groep van acht door
Schagen, waar de bezoekers van de
wedstrijd SchagenRKAFC zich bij de
vele toeschouwers gevoegd hadden. In
de laatste kilometers, welke de lei
ders van de finish in Alkmaar scheid
den, werd fel gedemarreerd. De acht
knapen letten echter nauwlettend op,
dat geen van allen een voorsprong
kree.i^
Hennink bewees in deze enerveren
de strijd, dat hij behalve zijn benen
ook ztjn hersens gebruikte. Hij wachtte
zijn kans af en greep die in de laatste
paar honderd meter.
Getooid met de krans reed hij langs
het juichende publiek, dat de stadge
noot de zege zo van harte gunde. Uit
handen van de directeur onzer N.V.. de
heer C. Krak, mocht hij de Grote Prijs
ontvangen, waarop Jan Hennink, naar
Cees Ris uit Den Helder, en de Amsterdammers Halleeder en Faas (rechts)
namen bi) Limmen een voorsprong, die zij tot aan Hem handhaafden. Bij dit
dorp werden zij weer ingehaald. Het dappere drietal onderweg. I'
Schagerbrug Ris, Brinkman, La Grauw.
Willikes, Koeman, en Suykerbuyk het
tempo verhogen.
In Den Helder
Precies een kwartier later "dan het
tijdschema had aangegeven, arriveerde
deze groep van zes deelnemers te Den
Helder. Met een frisse bries uit Oost-
noordoostelijke richting, die de ren
ners van opzij aanviel, kwamen zij van
De Kooy aanstuiven, door en door
zwart, maar blij dat in Nieuwediep
het keerpunt kwam. In aanhoudende
regen trapten zjj een flink deel van
hun parcours, de hoofden over het
stuur, de schouders bijgetrokken. Maar
in Den Helder was het droog en toen
de renners met hartelijke toejuichin
gen van de duizenden werden ontvan
gen was weer veel leed geleden. Een
minuut na de leiders gleed een tweeae
groepje aan. Het werd al vroeg verno
men dat Ris uit Den Helder op kop
ging. En inderdaad, lachend en met
forse rukken aan zijpedalen stormde
Ris aan het hoofd van een groep zan
zeven man achter de uitlopers aan.
Aan zijn wiel snorden onder andere
de Amsterdammers Donker en Witte
veen.
T angs de hele route in Den Helder
was Ris vergezeld van aanmoedigin
gen die uit duizenden kelen noodden
tot een fraaie prestatie. Zeven minu
ten achter Ris kwam helemaal alleen
Eelsing uit IJmuiden. En hij was de
laatste niet die het alleen waagde. Na
Remkes en Roks, die bij elkaar bleven,
trapte Alblas uit Overschie in zijn
eentje voorbij En daarna weerklon
ken weer extra applausjes langs de
weg toen men Trompetter zag aanko
men. De Wieringer was in gezelschap
van Pranger uit Anna Paulowna. Het
tweetal kwam bijna een kwartier na
de kopgroep door.
Veel bewondering had men voor
Hulscher uit Amsterdam, die ver ach-
wij hopen, nog vele wielersuccessen
zal behalen.
Bij deze gelegenheid bracht de heer
Krak dank aan alle deelnemers, die de
moed gehad hadden om te starten, aan
de Rijkspolitie, de EHBO en „Alcmaria
Victrix" en sprak de hoop uit, dat de
Ronde van Noord-West Nederland vol
gend jaar onder betere weersomstandig
heden gehouden zou kunnen worden.
Dat hij de Vittorio-wegfiets aan een
Alkmaarse renner kon uitreiken, deed
hem als rechtgeaard Alkmaarder een
dubbel genoegen. Ook de overige veer
tien prijswinnaars kwam echter hulde
toe. De heer Krak hoopte, dat zij allen
nog vele successen zouden boeken.
De heer N. Boschman, voorzitter van
de A.W.V. „Alcmaria Victrix" reikte
de prijzen uit aan de nieuwelingen en
dankte de Ver. Noordhollandse Dag
bladen voor de medewerking en verder
allen, die ook maar enigermate de or
gariisatoren tot steun waren geweest.
Hiermede was de tweede Ronde van
Noord-Holland ten einde. Dat de wed
strijd een succes geworden is, is voor
een zeer belangrijk deel te danken aan
de mannen van de Rijks- en gemeente
politie die overal voor een keurige
verkeersregeling zorgden, aan de me
dewerking van het publiek, aan de
perfecte organisatie van de A.W.V.
.Alcmaria Victrix" en vooral aan de
sportieve strijd, die 114 amateurs onder
deze slechte weersomstandigheden «-
leverd hebben.
De uitslag van de Ronde was: 1 J.
Hennink, Alkmaar 6 u. 9.S0 sec.; 2 P.
Willekes, Amsterdam: 8 C. Witteveen,
Amsterdam; 4 H. Stakenburg, Amster
dam; 5 A. Suykerbuyk, Breda; 6 E.
Koeman, Krommenie; 7. J. La Grauw,
Amsterdam; 8 H. Brinkman, Maasland
allen zelfde tijd; 9 M. Roks, Sprundel
op 6 min. achterstand; 10 C. Ris, Den
Helder z.t.; 11 F. Cornelisse, Halfweg
op 9 m. 45 sec.; 12 M. Snijder, Halfweg;
13 C. Boersma, Haarlem z.t.; 14 A. Don
ker, Amsterdam op 10 m. 2 sec.; 15 J.
Eelsing, IJmuiden z.t.; 16 H. Alblas,
Overschie op 12 m. 25 sec.; 17 P. Roks,
St. Willibrord op 13 m. 50 sec.; 18 S.
Pranger, Anna Paulowna op 12 m. 25
sec.; 19 J. Trompetter, Wieringen op
15 m. 10 sec.; 20 J. Fleurv, Amsterdam
op 21 m. 45 sec.; 21 C. Stigter, Aalsmeer
op 25 m. 10 sec.; 22 Van Kempen op
29 m. 15 sec.; 23 W. Wiehemeier, Am
sterdam op 29 m. 15 sec.; 24 H. Hulscher,
Amsterdam op 33 min. 40 sec.
Zegevierend heft Hennink de arm omhoog ten teken dat hij na
zware strijd als winnaar over de eindstreep gaat.
230 km
Belgie verloor gisteren te Brussel met
14 van Engeland. De Rode Duivels
haaden met de rust een 10-voor-
sprong weten te veroveren. Na de rust
beheersten de Engelsen het veld.
,!'c"a j> vorig laar waren ook nu de mannen van de Verkeersbrigade van
V spolitie niet te benijden. Zij kweten zich echter op voortreffelijke
<jze van hun zware taak en hadden een belangrijk aandeel in het vlotti
verloop van de course.
£)e regen ruist onein
dig aan uit een
grauw Zwerk. De ban
den zuigen op de glan
zende weg, modder
vliegt in fonteinen
hoog. Vóór mij krom
men de renners de rug.
De beenspieren rollen
onder de gebruinde huid,
de handen omklemmen
het stuur. Truien kleven
op doorweekte lichamen,
de regen stroomt hen
langs de verbeten ge
zichten. Opgeven is een
woord, dat zij niet
kennen, deze vierentwin
tig, die de ronde uit-,
reden. Zij boksen ver
der, in de wind, tegen de
felle regenstriemen. Door
de polders, over de dij
ken, door de dorpen en
steden van Noord-Hol
land. De kleuren van
jerseys vervagen in he
gudsende regenwater
De pedalen stijgen en
zakken in een eindeloo
bewegen en altijd maa
valt de regen. Altrj'
maar zingen de banden
spuit de modder. Hon
derdvijftig kilomete
lang blijft de hemel grjj£
blijven de wegen glim
men en stroomt het wa
ter. Langs de weg trek
ken de renners, daa
rijden de mannen var
de Rijkspolitie op hun
Matchless-motoren. daar
stuiven de auto's met
pex-s, jury en andere ol
ficials. In de regen, in
de modderfonteinen. En
terzijde staan de belang
stellenden. Gehuld in
cape's, in regenjassen,
onder parapluies.
gen ventje van een turf-
hoog hurkt onder
twee oude zakken. Maar
hij mist niets van het
schouwspel Hij ziet de
ronde passeren. Zijn dag
is goed en wat deert
hem dan de regen? Op
de straten en wegen
staan ze, de duizenden,
die, de krant in hun han
den, de course volgen,
in de berm, op de trot
toirs. Maar ook achter
de ramen van de huizen
n stadjes en dorpen.
Vaders tillen hun kin
leren hoog en de
cleine musjes tekenen
onde plekjes, in de doffe
dekken, die hun adem
jp het glas werpt. Ze
:ieff,en hun handjes in
■nthousiasme. Weinig
■legrüpen ze nog van de
taaie strijd, die de kna
pen op de lichte, gele eri
groene en rode fietsen
te strijden hebben. Ze
zien de auto's, de moto
ren, en vooral een hele
boel jonge mannen, d>e
héél bard rijden. Hun
gejuich gaat onder in
het gedaver van de knai-
potten, in het zingen
van de tientallen banden
op het wegdek.
£)e modder spat in fon
teinen, de wielen gry-
pen op het asfalt, de
regen ruist oneindig
aan. Oneindig? Neen,
toch niet. Na Enkhui
zen wordt het droog.
Ineens is de regen ver
dwenen. Je merkt het
pas, als er zeker een
kwartier geen druppel
meer is gevallen. Er
komt nieuwe hoop. De
jongens op de fietsen
bijten in een banaan, in
een sinaasappel. Schil
len en papiertjes ver
waaien terzjjde. Ze staan
in de trappers om de
kluft tegen de dijk óp te
nemen, ze hangen aan
elkanders wiel en ze
voelen zich gesterkt
ioor het gejuich van het
publiek. En in stilte
rekenen ze uit: Nog-zo-
eel kilometer. Hun be
nen reppen zich sneller,,
hun handen grijpen vas
ter. Ze hélen de eind
streep, die vierentwintig
en volgend jaar komen
ze wéér. En in hun hart
hebben ze maar één
wens. Dan zónder mod
der, zónder zuigende
banden, zónder die ein
deloze, eindeloze vegen...
sen die grote mannen reed gaf ons de
indruk dat hij van plan was zijn huid
duur te 'verkopen. Nu, hij heeft dat
De meest enerverende momenten van de Ronde van Noord-West-Nederland
hebben wij meegemaakt op de laatste twintig kilometer. Acht renners lagen
toen op kop en stuk voor stuk hebben die sterke knapen op de laatste kilo
meters hun kansen berekend. Die kansen lagen geheel verschillend. Patsy
Willekes was naar de mening van velen de beste sprinter van dit achttal en
ook Cor Witteveen znu in een korte eindsprint een belangrijke rol kunnen
vervullen. Van Jan Hennink was men niet zeker. Vorig jaar had deze jeug
dige Alkmaarder geen enkele course gereden en hij had zelfs te kennen ge
geven dat hij de wielersport de rug zou toekeren. Wel had hij dit jaar enkele
behoorlijke prestaties geleverd doch op wedstrijden van klein formaat. Suy
kerbuyk, de kittige Brabander zou bij voorbaat in een korte eindsprint
kansloos zijn, evenals Brinkman en La Grouw. Stakenburg en Koeman zou
den voor een verrassing kunnen zorgen, daar eerstgenoemde vanaf Den Hel
der weinig kopwerk had verricht.
Twintig kilometer voor Alkmaar be
gon Suykerbuyk met zijn eerste uit
looppogingen. Steeds weer kreeg hij
enkele Amsterdammers aan zijn wiel
en prompt stopte hij dan weer af. Keer
op keer demarreerde tóe dappere Bra
bander, maar angstvallig werd hij door
de anderen, vooral de sprinters Willi
kes en Witteveen in het oog gehouden.
Het werd een spelletje van Kijken en
demareren, een spelletje dat uitstekend
door Hennink werd meegespeeld. Met
enkele soepele pedaaltrappen zat hij
steeds weer bij de voorste rijders en
ook hij demarreerde een enkele maal.
Dat was goed gezien want die korte tus-
sensprintjes waren voor de zwakkere
broeders in dit gezelschap, die in een
korte eindsprint evenwel gevaarlijk
konden worden, funest. Tot de Friese-
brug in Alkmaar was het sprinten, af
stoppen, en kijken, steeds weer kijken
wat de tegenstander in zijn schild voer
de. De spanning in de kopgroep werd
welhaast ondragelijk en het was aan
verschillende coureurs te zien dat die
tussensprintjes de laatste energie van
hun vermoeide body's vergden. Suy
kerbuyk had na de Friesebrug te Alk
maar al niet meer de moed om te de-
marreren.Hij had zich heuselijk verzoend
met een korte eindsprint, hoewel hij
wist dat Willikes in ieder geval rapper
zou zijn. Wiel aan wiel ging het nu
op de finish af en het was opmerkelijk
met welk een schitterende cadans de
kleine Hennink die laatste meters fiet
ste. Wij wisten dat Willikes en Witte
veen sterke sprinters waren maar de
manier waarop Je Alkmaarder daar tus-
gedaan. Driehonderd meter voor de fi
nish was Koeman zijn zenuwen niet
langer de baas en beging hij de tacti-
se fout een sprint aan te trekken. Hen
nink zat al aan z'n wiel, met Willikes en
Witteveen op de derde en vierde plaats.
Hennink moest wachten tot vlak voor
de eindstreep. Hij mocht zich door deze
twee Amsterdammers niet als gangma
ker laten gebruiken en hij heeft ge
wacht. Enkele tientallen meters voor
de eindstreep kwam de Alkmaarder
plotseling in volle actie. Koeman werd
gepasseerd maar Wiikes beef goed
volgen, 't Voorwiel van „Patsy" kwam
echter niet verder dan het achterwiel
van Jan, die juichend voor eigen publiek
als overwinnaar door de finish kwam.
Ook Witteveen, Stakenburg en Suy
kerbuyk straften de ondoordachte sprint
van Koeman af. De dappere Zaankan-
ter eindigde evenwel op de alleszins
eervolle zesde plaats, maar wij zijn er
van overtuigd dat hij een gunstiger
plaats zou hebben ingenomen als hij
iets langer had kunnen wachten.
Onze directeur, de heer C. Krak, wenst Hennink in de
hartelijk geluk met zijn fraaie zege.
bloemetjes
QP DE JAN VAN SCORELKADE te Alkmaar kwamen om half drie de
nieuwelingen aan de start; zestig jonge knapen die de striemende regen
en de konde wind ten spijt met elkaar de strijd aanbonden. Zestig maal moest
het één kilometer lange circuit van de Ronde van Alkmaar (Jan van Seorel-
kadev. d. LijnstraatNic. Beetskade) worden afgelegd. Degenen voor wie
deze opgaaf te zwaar was, vielen uit voor er vijftig kilometer gereden was.
Wat toen nog aan renners in de course was bleef zo veel mogeKik bij elkaar,
zodat de sprint de beslissing moest brengen. De winnaar, H, Lukken uit Oost-
zaan, maakte na de wedstrijd nog een frisse indruk.
enkelingen die het tempo niet konden
volhouden, doch die niet direct wilden
opgeven. Zij reden in groepjes van
twee, drie of vier en bij iedere ronde
zag men hun achterstand vergroten,
totdat de jury hen beval het parcours
te verlaten. Dan zag men weer andere
renners uit het peloton afzakken waar
na de historie zich herhaalde.
Toen om veertien minuten over half
drie de wedstrijd begon, nam de Alk
maarder K. Slot, die met rugnummer
één reed, direct de leiding en hij stond
deze niet af. Dertig ronden fungeerde
hij als windvanger, doch toen was hij
volkomen leeggegereden; hij zakte af
naar het einde van het peloton en na
twee kilometer moest hij de strijd sta
ken doordat zijn achterstand te groot
geworden was.
De eerste uitvallers.
De eerste uitvaller was de Amster
dammer J. Tervelde. In de vierde ronde
kwam deze renner te vallen, doch hij
stond spoedig op en vervolgde alleen
zijn weg. Gedurende twee ronden zag
men deze jongeman, die gekleed was
in een felgele trui met rode strepen,
hopeloze pogingen doen om het grote
peloton in te halen, doch op dit kleine
circuit won de kopgroep hoe langer
hoe meer terrein en toen Tervelde een
maal een ronde achterstand had, moest
hij op last van de jury de strijd sta
ken, daar men anders geen goed over
zicht zou hebben. Ook C. Keeman uit
Amsterdam die door pech werd achter
volgd doch die steeds moedig doorge
vochten had, moest in de veertigste
ronde het parcours verlaten, en met
hem tientallen anderen. Het zwaarste
gedeelte van het circuit was de Jan
van Scorelkade. waar de nieuwelingen
veel last van de Noordoosten wind had
den. Met een grote boog kwam de groep
"an der Lijnstraat uit. waarna zij
als een lang, veelkleurig lint vlak langs
het trottoir van de Jan van Scorelkade
reed, om zo veel mogelijk beschutting
van het publiek te hebben.
Na tien ronden was het veld reeds
ver uiteen getrokken; er was een grote
kopgroep en daar achter zwoegden de
Er bleef een twintigtal renners
over, die dicht bij elkaar bleven, zodat
de sprint de beslissing moest brengen.
De uitslag van de wedstrijd voor nieu
welingen was als volgt: 1. H. Lukken
uit Oostzaan; 2 A. Harren uit Haarlem;
3 J. Hofland, Beverwijk; 4 C. Bakker,
Halfweg; 5 J. Bode, Amsterdam. 6 H.
de Koning, Hoofddorp.
Meer dan een kwart millioen le
den van Britse vakverenigingen hebben
oppositie aangetekend tegen de poli
tiek van loonbevriezing der Britse re
gering.
Jan Hennink schiet als eerste de
Koningstraat te Den Helder in. Op
de achtergrond het Militair Tehuis.