De regen werd zeer velen te machtig Sprinten, afstoppen en kijken Ook bij de nieuwelingen viel de beslissing in de eindsprint Henri ink won Ronde van N.-W.•Nederland Acht renners zaten in de eindsprint Van de 114 amateurs kwamen er 24 aan België verloor van Engels A-team Regenronde Jan Hennink berekende zijn kans Lukken uii Oosizaan werd winnaar VRIJDAG 19 MSI 1950 (Vervolg van pagina 1) Er zijn vele hoogtepunten geweest In de Ronde van Noord-West-Neder- Jand. Deze glanspunten en de belang stelling, die sportlievend Noord-Hol land voor de wedstrijd aan de dag legde, maakte haar niettegenstaande de omstandigheden, die niet in de macht liggen van ons mensenkinderen tot een succes. Zij verschafte aan vele duizen den het kleurig beeld van een wieler wedstrijd, waarin de deelnemers alles hebben gegeven, wat zij aan energie, uithoudingsvermogen en strijdlust te geven hadden. Met ongeduld wachtten zij te Alk maar op het startschot, dat mej. M. Krak om even over half elf loste en „geladen" reden zij in keurige gesloten formatie door de haag van toeschou wers, die in de binnenstad de regen trotseerde om de renners een goede reis te wensen. Nauwelijks was op de Hoeverweg de neutralisatie opgeheven, of het veld schoof in de richting Eg- mond. Stigter, Halleeder, Van Roon en Wiehemeier ondernamen reeds bij Bakkum een uitlooppoging, maar zij werden door het grote veld onmiddel lijk tot de orde geroepen. Toch idng er in de eerste 25 km reeds een belang rijke gebeurtenis in de lucht. Op de Provinciale weg van Limmen naar Uit geest namen twaalf deelnemers een voorsprong van 600 meter en hoe de achtervolgers onder aanvoering van de Nederlandse kampioen Woutje Wagt- mans ook aan de sturen rukten en de benen tot een snelle cadans dwongen, het dozijn liep uit. Daarbij bevonden zich voldoende renners om gevaar op te leveren. Wij noemen Hennink, De Booy, Hooyschuur, De Best en Witte- veen. Hun droom werd echter ver stoord door de spoorbomen bij de overweg in Uitgeest, die zich onver biddelijk sloten en het peloton de ge legenheid boden zich weer aan te slui ten. Heemskerk en ook Beverwijk za gen de renners vrijwel in één groep passeren. Het regende nog steeds toen de Ronde-karavaan, voorafgegaan door de geluidswagen en witgehelmde motor rijders van Rijkspolitie om ongeveer tien minuten over elven de gemeente grens van Beverwijk bereikte. In dichte drommen stond het publiek langs de Grote Houtweg, de Baanstraat en de Romerkerkweg en juichte de ren ners toe. Via de Vondellaan en Velser- weg en Breestraat boog de route in een „lus" naar het Noorden. Ton Hof land liet zich de kans niet voorbijgaan om in zijn woonplaats over de onvol prezen Breestraat aan de kop te gaan Snijder uit Halfweg, Eelsing uit IJmui- den en Pafort uit Amsterdam hingen aan zijn wiel. Op twee minuten achter stand volgden J. Mattens uit Den Haag, en J. Bijl uit Den Helder. Verhoeven uit Overschie en P. Moleveld sjouwden met een achterstand van drie minuten over het glimmende asphalt van de Breestraat en weer een minuut later zwoegden G. Koopser uit Amsterdam en zijn stadgenoot A. Vervaas voorbij. Drie aan de kop. Op de weg naar Alkmaar deden Ris, Halleeder en Faas een grejp naar de macht. Zij namen honderd meter voor sprong, welke uitgroeide tot 300, 700 meter. Keurig losten de jongens elkan der af en het zag er lange tijd naar uit, dat zij hur voorsprong nog zouden ver groten. Maar de regen viel en het pelo ton joeg. Toen wij Alkmaar passeerden, bleken reeds vijftien renners te heb ben opgegeven. Vijftien k.m. buiten de kaasstad stapte de Ned. kampioen Woutje Wagtmans van zijn race-kar retje en volgde de Eindhovenaar Dek kers, winnaar van de vijf étappe-course in Belgie, zijn voorbeeld. Het was geen weer voor Wagtmans. De jongens uit het Zuiden hadden de onbeschutte Noord-Hollandse wegen in striemende regenvlagen „geproefd" en zij smaakten te bitter. Wagtmans en Dekkers trok ken hun conclusies. Er waren meer bittere pillen in deze monsterrit. Aan de boorden van het IJselmeer, op de kale dijken waar geen beschutting te vinden is en het hemelwater op de rug gen plenste, vielen harde klappen. Daar werd de energie op de proef gestetd. Daar waren jongens, die 't contact met het peloton verloren en moeizaam, al leen, op eigen kracht aangewezen de rug kromden en volhielden. Anderen daarentegen zagen de kleurige groep steeds verder verdwijnen tot zij schuil ging in het grijze regenscherm. Dan kwam „de man met de hamer", dan viel de regen dubbel zwaar te dragen, dan leken de wielen wel vierkant en kwamen er tranen in de ogen van knapen, die zich illusies hadden gemaakt. Hoorn, dat evenals overal elders aan de kant stond om het wieler-schouw- spel gade te slaan, kon nog Ris, Hallee der en Faas als koplopers begroeten, maar de ruimte tussen dit drietal en het peloton was op de Kaasmarkt aan de voet van het standbeeld van Jan Pie terszoon Coen nog slechts enkele hon derden meters. Op dat ogenblik was het zelfs de leek duidelijk, dat ook deze uitlooppoging tot mislukkig gedoemd was. Bij Hem werden zij ingehaald. DE SLAG VALT. Koeman reed als eerste met ongeveer honderd meter voorsprong langs de Koepoort te Enkhnlzen. Het applaus van de bewoners nlt de Haringstad kon hem echter niet alleen tot grootse da den brengen. Toch was nu het ogenblik gekomen, waarop de slag viel. Tussen Andjjk en Medembllk werd de basis gelegd voor de eindsprint, die enige uren later in Alkmaar aan Jan Hen nink de welverdien -e zege zou be zorgen. Acht man sprongen weg van het grote peloton, dat uit elkander ge rukt werd. Met felle tussensprints wis ten enige renners zich bi) de kopgroep te voegen, maar even voor Kolhorn werd er andermaal gedemarreerd. En of dit nog niet genoeg was, gingen in terop zat, maar niettemin zijn uiterste best deed zijn positie te verbeteren. Daarom was het zo jammer dat hij niet ongehinderd de Keizerstraat kon binnenrijden. Voetgangers en wielrij ders versperden hem de weg, waar door hij ongetwijfeld zijn achterstand nog vergroot zag. Naar de kop De winnaars van de Ronde waren bekend geworden. Op de route naar de Stolpen sprongen Witteveen en Stakenburg naar de leiders. Zij ge bruikten hun laatste restje energie >m deze keurige prestatie te leveren. De beide Amsterdammers hadden het ge vaar ingezien en wisten, dat wilden zij nog een kans maken, zij contact moes ten krijgen. Het gelukte. In hoog tem po snelde de groep van acht door Schagen, waar de bezoekers van de wedstrijd SchagenRKAFC zich bij de vele toeschouwers gevoegd hadden. In de laatste kilometers, welke de lei ders van de finish in Alkmaar scheid den, werd fel gedemarreerd. De acht knapen letten echter nauwlettend op, dat geen van allen een voorsprong kree.i^ Hennink bewees in deze enerveren de strijd, dat hij behalve zijn benen ook ztjn hersens gebruikte. Hij wachtte zijn kans af en greep die in de laatste paar honderd meter. Getooid met de krans reed hij langs het juichende publiek, dat de stadge noot de zege zo van harte gunde. Uit handen van de directeur onzer N.V.. de heer C. Krak, mocht hij de Grote Prijs ontvangen, waarop Jan Hennink, naar Cees Ris uit Den Helder, en de Amsterdammers Halleeder en Faas (rechts) namen bi) Limmen een voorsprong, die zij tot aan Hem handhaafden. Bij dit dorp werden zij weer ingehaald. Het dappere drietal onderweg. I' Schagerbrug Ris, Brinkman, La Grauw. Willikes, Koeman, en Suykerbuyk het tempo verhogen. In Den Helder Precies een kwartier later "dan het tijdschema had aangegeven, arriveerde deze groep van zes deelnemers te Den Helder. Met een frisse bries uit Oost- noordoostelijke richting, die de ren ners van opzij aanviel, kwamen zij van De Kooy aanstuiven, door en door zwart, maar blij dat in Nieuwediep het keerpunt kwam. In aanhoudende regen trapten zjj een flink deel van hun parcours, de hoofden over het stuur, de schouders bijgetrokken. Maar in Den Helder was het droog en toen de renners met hartelijke toejuichin gen van de duizenden werden ontvan gen was weer veel leed geleden. Een minuut na de leiders gleed een tweeae groepje aan. Het werd al vroeg verno men dat Ris uit Den Helder op kop ging. En inderdaad, lachend en met forse rukken aan zijpedalen stormde Ris aan het hoofd van een groep zan zeven man achter de uitlopers aan. Aan zijn wiel snorden onder andere de Amsterdammers Donker en Witte veen. T angs de hele route in Den Helder was Ris vergezeld van aanmoedigin gen die uit duizenden kelen noodden tot een fraaie prestatie. Zeven minu ten achter Ris kwam helemaal alleen Eelsing uit IJmuiden. En hij was de laatste niet die het alleen waagde. Na Remkes en Roks, die bij elkaar bleven, trapte Alblas uit Overschie in zijn eentje voorbij En daarna weerklon ken weer extra applausjes langs de weg toen men Trompetter zag aanko men. De Wieringer was in gezelschap van Pranger uit Anna Paulowna. Het tweetal kwam bijna een kwartier na de kopgroep door. Veel bewondering had men voor Hulscher uit Amsterdam, die ver ach- wij hopen, nog vele wielersuccessen zal behalen. Bij deze gelegenheid bracht de heer Krak dank aan alle deelnemers, die de moed gehad hadden om te starten, aan de Rijkspolitie, de EHBO en „Alcmaria Victrix" en sprak de hoop uit, dat de Ronde van Noord-West Nederland vol gend jaar onder betere weersomstandig heden gehouden zou kunnen worden. Dat hij de Vittorio-wegfiets aan een Alkmaarse renner kon uitreiken, deed hem als rechtgeaard Alkmaarder een dubbel genoegen. Ook de overige veer tien prijswinnaars kwam echter hulde toe. De heer Krak hoopte, dat zij allen nog vele successen zouden boeken. De heer N. Boschman, voorzitter van de A.W.V. „Alcmaria Victrix" reikte de prijzen uit aan de nieuwelingen en dankte de Ver. Noordhollandse Dag bladen voor de medewerking en verder allen, die ook maar enigermate de or gariisatoren tot steun waren geweest. Hiermede was de tweede Ronde van Noord-Holland ten einde. Dat de wed strijd een succes geworden is, is voor een zeer belangrijk deel te danken aan de mannen van de Rijks- en gemeente politie die overal voor een keurige verkeersregeling zorgden, aan de me dewerking van het publiek, aan de perfecte organisatie van de A.W.V. .Alcmaria Victrix" en vooral aan de sportieve strijd, die 114 amateurs onder deze slechte weersomstandigheden «- leverd hebben. De uitslag van de Ronde was: 1 J. Hennink, Alkmaar 6 u. 9.S0 sec.; 2 P. Willekes, Amsterdam: 8 C. Witteveen, Amsterdam; 4 H. Stakenburg, Amster dam; 5 A. Suykerbuyk, Breda; 6 E. Koeman, Krommenie; 7. J. La Grauw, Amsterdam; 8 H. Brinkman, Maasland allen zelfde tijd; 9 M. Roks, Sprundel op 6 min. achterstand; 10 C. Ris, Den Helder z.t.; 11 F. Cornelisse, Halfweg op 9 m. 45 sec.; 12 M. Snijder, Halfweg; 13 C. Boersma, Haarlem z.t.; 14 A. Don ker, Amsterdam op 10 m. 2 sec.; 15 J. Eelsing, IJmuiden z.t.; 16 H. Alblas, Overschie op 12 m. 25 sec.; 17 P. Roks, St. Willibrord op 13 m. 50 sec.; 18 S. Pranger, Anna Paulowna op 12 m. 25 sec.; 19 J. Trompetter, Wieringen op 15 m. 10 sec.; 20 J. Fleurv, Amsterdam op 21 m. 45 sec.; 21 C. Stigter, Aalsmeer op 25 m. 10 sec.; 22 Van Kempen op 29 m. 15 sec.; 23 W. Wiehemeier, Am sterdam op 29 m. 15 sec.; 24 H. Hulscher, Amsterdam op 33 min. 40 sec. Zegevierend heft Hennink de arm omhoog ten teken dat hij na zware strijd als winnaar over de eindstreep gaat. 230 km Belgie verloor gisteren te Brussel met 14 van Engeland. De Rode Duivels haaden met de rust een 10-voor- sprong weten te veroveren. Na de rust beheersten de Engelsen het veld. ,!'c"a j> vorig laar waren ook nu de mannen van de Verkeersbrigade van V spolitie niet te benijden. Zij kweten zich echter op voortreffelijke <jze van hun zware taak en hadden een belangrijk aandeel in het vlotti verloop van de course. £)e regen ruist onein dig aan uit een grauw Zwerk. De ban den zuigen op de glan zende weg, modder vliegt in fonteinen hoog. Vóór mij krom men de renners de rug. De beenspieren rollen onder de gebruinde huid, de handen omklemmen het stuur. Truien kleven op doorweekte lichamen, de regen stroomt hen langs de verbeten ge zichten. Opgeven is een woord, dat zij niet kennen, deze vierentwin tig, die de ronde uit-, reden. Zij boksen ver der, in de wind, tegen de felle regenstriemen. Door de polders, over de dij ken, door de dorpen en steden van Noord-Hol land. De kleuren van jerseys vervagen in he gudsende regenwater De pedalen stijgen en zakken in een eindeloo bewegen en altijd maa valt de regen. Altrj' maar zingen de banden spuit de modder. Hon derdvijftig kilomete lang blijft de hemel grjj£ blijven de wegen glim men en stroomt het wa ter. Langs de weg trek ken de renners, daa rijden de mannen var de Rijkspolitie op hun Matchless-motoren. daar stuiven de auto's met pex-s, jury en andere ol ficials. In de regen, in de modderfonteinen. En terzijde staan de belang stellenden. Gehuld in cape's, in regenjassen, onder parapluies. gen ventje van een turf- hoog hurkt onder twee oude zakken. Maar hij mist niets van het schouwspel Hij ziet de ronde passeren. Zijn dag is goed en wat deert hem dan de regen? Op de straten en wegen staan ze, de duizenden, die, de krant in hun han den, de course volgen, in de berm, op de trot toirs. Maar ook achter de ramen van de huizen n stadjes en dorpen. Vaders tillen hun kin leren hoog en de cleine musjes tekenen onde plekjes, in de doffe dekken, die hun adem jp het glas werpt. Ze :ieff,en hun handjes in ■nthousiasme. Weinig ■legrüpen ze nog van de taaie strijd, die de kna pen op de lichte, gele eri groene en rode fietsen te strijden hebben. Ze zien de auto's, de moto ren, en vooral een hele boel jonge mannen, d>e héél bard rijden. Hun gejuich gaat onder in het gedaver van de knai- potten, in het zingen van de tientallen banden op het wegdek. £)e modder spat in fon teinen, de wielen gry- pen op het asfalt, de regen ruist oneindig aan. Oneindig? Neen, toch niet. Na Enkhui zen wordt het droog. Ineens is de regen ver dwenen. Je merkt het pas, als er zeker een kwartier geen druppel meer is gevallen. Er komt nieuwe hoop. De jongens op de fietsen bijten in een banaan, in een sinaasappel. Schil len en papiertjes ver waaien terzjjde. Ze staan in de trappers om de kluft tegen de dijk óp te nemen, ze hangen aan elkanders wiel en ze voelen zich gesterkt ioor het gejuich van het publiek. En in stilte rekenen ze uit: Nog-zo- eel kilometer. Hun be nen reppen zich sneller,, hun handen grijpen vas ter. Ze hélen de eind streep, die vierentwintig en volgend jaar komen ze wéér. En in hun hart hebben ze maar één wens. Dan zónder mod der, zónder zuigende banden, zónder die ein deloze, eindeloze vegen... sen die grote mannen reed gaf ons de indruk dat hij van plan was zijn huid duur te 'verkopen. Nu, hij heeft dat De meest enerverende momenten van de Ronde van Noord-West-Nederland hebben wij meegemaakt op de laatste twintig kilometer. Acht renners lagen toen op kop en stuk voor stuk hebben die sterke knapen op de laatste kilo meters hun kansen berekend. Die kansen lagen geheel verschillend. Patsy Willekes was naar de mening van velen de beste sprinter van dit achttal en ook Cor Witteveen znu in een korte eindsprint een belangrijke rol kunnen vervullen. Van Jan Hennink was men niet zeker. Vorig jaar had deze jeug dige Alkmaarder geen enkele course gereden en hij had zelfs te kennen ge geven dat hij de wielersport de rug zou toekeren. Wel had hij dit jaar enkele behoorlijke prestaties geleverd doch op wedstrijden van klein formaat. Suy kerbuyk, de kittige Brabander zou bij voorbaat in een korte eindsprint kansloos zijn, evenals Brinkman en La Grouw. Stakenburg en Koeman zou den voor een verrassing kunnen zorgen, daar eerstgenoemde vanaf Den Hel der weinig kopwerk had verricht. Twintig kilometer voor Alkmaar be gon Suykerbuyk met zijn eerste uit looppogingen. Steeds weer kreeg hij enkele Amsterdammers aan zijn wiel en prompt stopte hij dan weer af. Keer op keer demarreerde tóe dappere Bra bander, maar angstvallig werd hij door de anderen, vooral de sprinters Willi kes en Witteveen in het oog gehouden. Het werd een spelletje van Kijken en demareren, een spelletje dat uitstekend door Hennink werd meegespeeld. Met enkele soepele pedaaltrappen zat hij steeds weer bij de voorste rijders en ook hij demarreerde een enkele maal. Dat was goed gezien want die korte tus- sensprintjes waren voor de zwakkere broeders in dit gezelschap, die in een korte eindsprint evenwel gevaarlijk konden worden, funest. Tot de Friese- brug in Alkmaar was het sprinten, af stoppen, en kijken, steeds weer kijken wat de tegenstander in zijn schild voer de. De spanning in de kopgroep werd welhaast ondragelijk en het was aan verschillende coureurs te zien dat die tussensprintjes de laatste energie van hun vermoeide body's vergden. Suy kerbuyk had na de Friesebrug te Alk maar al niet meer de moed om te de- marreren.Hij had zich heuselijk verzoend met een korte eindsprint, hoewel hij wist dat Willikes in ieder geval rapper zou zijn. Wiel aan wiel ging het nu op de finish af en het was opmerkelijk met welk een schitterende cadans de kleine Hennink die laatste meters fiet ste. Wij wisten dat Willikes en Witte veen sterke sprinters waren maar de manier waarop Je Alkmaarder daar tus- gedaan. Driehonderd meter voor de fi nish was Koeman zijn zenuwen niet langer de baas en beging hij de tacti- se fout een sprint aan te trekken. Hen nink zat al aan z'n wiel, met Willikes en Witteveen op de derde en vierde plaats. Hennink moest wachten tot vlak voor de eindstreep. Hij mocht zich door deze twee Amsterdammers niet als gangma ker laten gebruiken en hij heeft ge wacht. Enkele tientallen meters voor de eindstreep kwam de Alkmaarder plotseling in volle actie. Koeman werd gepasseerd maar Wiikes beef goed volgen, 't Voorwiel van „Patsy" kwam echter niet verder dan het achterwiel van Jan, die juichend voor eigen publiek als overwinnaar door de finish kwam. Ook Witteveen, Stakenburg en Suy kerbuyk straften de ondoordachte sprint van Koeman af. De dappere Zaankan- ter eindigde evenwel op de alleszins eervolle zesde plaats, maar wij zijn er van overtuigd dat hij een gunstiger plaats zou hebben ingenomen als hij iets langer had kunnen wachten. Onze directeur, de heer C. Krak, wenst Hennink in de hartelijk geluk met zijn fraaie zege. bloemetjes QP DE JAN VAN SCORELKADE te Alkmaar kwamen om half drie de nieuwelingen aan de start; zestig jonge knapen die de striemende regen en de konde wind ten spijt met elkaar de strijd aanbonden. Zestig maal moest het één kilometer lange circuit van de Ronde van Alkmaar (Jan van Seorel- kadev. d. LijnstraatNic. Beetskade) worden afgelegd. Degenen voor wie deze opgaaf te zwaar was, vielen uit voor er vijftig kilometer gereden was. Wat toen nog aan renners in de course was bleef zo veel mogeKik bij elkaar, zodat de sprint de beslissing moest brengen. De winnaar, H, Lukken uit Oost- zaan, maakte na de wedstrijd nog een frisse indruk. enkelingen die het tempo niet konden volhouden, doch die niet direct wilden opgeven. Zij reden in groepjes van twee, drie of vier en bij iedere ronde zag men hun achterstand vergroten, totdat de jury hen beval het parcours te verlaten. Dan zag men weer andere renners uit het peloton afzakken waar na de historie zich herhaalde. Toen om veertien minuten over half drie de wedstrijd begon, nam de Alk maarder K. Slot, die met rugnummer één reed, direct de leiding en hij stond deze niet af. Dertig ronden fungeerde hij als windvanger, doch toen was hij volkomen leeggegereden; hij zakte af naar het einde van het peloton en na twee kilometer moest hij de strijd sta ken doordat zijn achterstand te groot geworden was. De eerste uitvallers. De eerste uitvaller was de Amster dammer J. Tervelde. In de vierde ronde kwam deze renner te vallen, doch hij stond spoedig op en vervolgde alleen zijn weg. Gedurende twee ronden zag men deze jongeman, die gekleed was in een felgele trui met rode strepen, hopeloze pogingen doen om het grote peloton in te halen, doch op dit kleine circuit won de kopgroep hoe langer hoe meer terrein en toen Tervelde een maal een ronde achterstand had, moest hij op last van de jury de strijd sta ken, daar men anders geen goed over zicht zou hebben. Ook C. Keeman uit Amsterdam die door pech werd achter volgd doch die steeds moedig doorge vochten had, moest in de veertigste ronde het parcours verlaten, en met hem tientallen anderen. Het zwaarste gedeelte van het circuit was de Jan van Scorelkade. waar de nieuwelingen veel last van de Noordoosten wind had den. Met een grote boog kwam de groep "an der Lijnstraat uit. waarna zij als een lang, veelkleurig lint vlak langs het trottoir van de Jan van Scorelkade reed, om zo veel mogelijk beschutting van het publiek te hebben. Na tien ronden was het veld reeds ver uiteen getrokken; er was een grote kopgroep en daar achter zwoegden de Er bleef een twintigtal renners over, die dicht bij elkaar bleven, zodat de sprint de beslissing moest brengen. De uitslag van de wedstrijd voor nieu welingen was als volgt: 1. H. Lukken uit Oostzaan; 2 A. Harren uit Haarlem; 3 J. Hofland, Beverwijk; 4 C. Bakker, Halfweg; 5 J. Bode, Amsterdam. 6 H. de Koning, Hoofddorp. Meer dan een kwart millioen le den van Britse vakverenigingen hebben oppositie aangetekend tegen de poli tiek van loonbevriezing der Britse re gering. Jan Hennink schiet als eerste de Koningstraat te Den Helder in. Op de achtergrond het Militair Tehuis.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1950 | | pagina 7