Planologische dienst belemmert de industrievestiging Weerter postbode verzamelt trams North State Luchtslagen bij de Yaloerïvier Hoe komt kleine ondernemer aan geld voor zijn bedrijf? Geen fabrieken acbier de duinenrij Bedrijfsleven ontevreden Holiday Obrecht en zijn Haagse siraat Al zijn nakomelingen zullen Jacob heten Sluiswerken ie Harlingen naderen voltooiing KERKELIJK NIEUWS Complete rijtuigen in zijn achtertuin Grote verzameling platen en foto's De Herstelbank voldoet slechts ten dele MARKT BARNEVELD Mi cigarettes VRIJDAG 18 APRIL 1951 Starre richtlijnen en grote plannen (Van onze Haagse redacteur). péN VAN DE voorwaarden voor Nederland om tot een sluitende betalings- balans te komen, zo is ons de laaste tjjd van alle kanten voorgehouden, uitbreiding van de productie, industrialisatie, verhoging van de export. Er sjjn verscheidene ondernemers, die aan de verwezenlijking' van deze voor waarden willen medewerken, die met plannen rondlopen om him fabriek te vergroten, nieuwe artikelen te vervaardigen, of ergens een fabriek neer te zetten. Dat is lofwaardig. Maar als zjj tot uitvoering van deze plannen komen, sluiten zjj, vooral wanneer het industrievestiging betreft, op zoveel hinder palen, waarschijnlijk overal in ons land, doch vooral in de provincie Zuid- Holland, dat hun de lust dreigt te vergaan. Dit waken voor ontspanningsgelegen heden voor de dicht bevolkte streek is op zichzelf zeer loffelijk, doch met dit bebossingsplan zullen enorme bedra gen gemoeid zijn en dan is het nog de vraag, of hier een recreatiegebied met voldoende aantrekkingskracht op de bevolking geschapen zal kunnen wor den. Heeft men niet de zee en de dui- nE VESTIGING van een industrie is namelijk gebonden aan vele facto ren. Niet alleen heeft een fabrikant rekening te houden met de mogelijkhe den van een economische bedrijfsvoe ring, maar ook en bovenal met de richtlijnen, die hem bij de bouw van een nieuw fabriekscomplex door de Planologische Dienst worden voorge schreven. Wij vragen ons af, of deze richtlijnen niet te star zijn in een tijd, waarin veel heilige huisjes terwille van het algemene belang van ons land omver geworpen moeten worden en of zij niet eerder een belemmering vormen voor de zo hoog nodige productiever meerdering dan een aansporing daartoe. Hoewel in het Oosten des lands meer dan voldoende goedkope bouwgrond te verkrijgen is, is het voor de middel grote en kleinere, gespecialiseerde in dustrie dikwijls van vitaal belang om in het Westen van het land gevestigd te zijn, aangezien daar haar belangen liggen. Het is evenwel voor de middel grote en kleine bedrijven vaak onmo gelijk in het Westen te bouwen, om dat hun daar een onwrikbaar halt wordt toegeroepen door de Planologi sche Dienst, die bepaalde richtlijnen heeft opgesteld en er niet van wil af wijken. Zelfs het feit, dat de minister van Economische Zaken een tegen overgesteld standpunt inneemt, ver mag deze Dienst niet tot andere ge dachten te brengen. Die Dienst maakt nu eenmaal uit, waar een industrie al of niet gevestigd mag worden. Dat heeft reeds heel wat stagnatie in de oprichting van nieuwe en de uitbrei ding van bestaande bedrijven veroor zaakt Starre richtlijnen. De voornaamste van deze richtlijnen is, dat men elke bevolkingskem zich concentrisch wil laten uitbreiden. Te vens heeft men de grens der uitbrei ding van elke afzonderlijke kern (stad of dorp) vastgesteld. Bijgevolg is het ook de Planologische Dienst, die de grond voor industrieterrein aanwijst. Niet zelden zijn de gevallen, waarin grond voor industrievestiging werd bestemd, die daarvoor totaal onge schikt is vanwege de slechte bodem gesteldheid. Nu liggen er achter de duinenrij in het Westen vele stukken zandgrond, die b(j uitstek geschikt zijn voor in dustrieterrein. Voor land- of tuinbouw of voor veeteelt komen zij meestal niet in aanmerking en voor de bloem bollencultuur kunnen zij geen dienst doen. Economisch zou het volledig ver antwoord zfln om er ten behoeve van de industrie te bouwen. De Planologi sche Dienst zegt echter „neen" en blijft „neen" zeggen, hoewel deze gronden niet duur zijn, er niet behoeft te wor den geheld, de aan- en afvoerwegen in prima staat verkeren en de fabri kanten er te midden van huw klanten zitten, waardoor de transportkosten worden gedrukt. Wij vernamen, dat de bedoeling van de Planologische Dienst is, deze ge bieden, gelegen tussen Den Haag en Haarlem, te bestemmen voor recreatie oord. Hü heeft gedacht aan bebossing. Een soort Amsterdams bosplan dus in groot formaat 1 en vlak bij? Grote hinder In Nederland zijn verschillende ge specialiseerde industrieën, die hoewel zij geen massaproducten vervaardigen in een dringende behoefte voorzien. Reeds lang zouden zij tot bouwen van fabriekscomplexen zijn overgegaan, als zij niet waren doodgelopen op de bar ricade van de richtlijnen van de Pla nologische Dienst, welk nuttig werk deze overigens ook moge verrichten. Zij zijn weggedrongen naar plaatsen, die veel minder geschikt geacht wor den. Ons land schreeuwt om opvoe ring van de productie en om export, om alles wat ons uit onze moeilijke positie zou kunnen redden. Neen, zegt de Planologische Dienst: geen indus trievestiging op terreinen, die het be drijfsleven zelf daarvoor uitermate geschikt acht, maar waaraan door ons een andere bestemming is gegeven. Neen, zegt deze Dienst, wiens taak het zou moeten zijn het kleine beschikbare grondoppervlak zo economisch moge lijk te verdelen en de productiekosten tot het uiterste te beperken; geen fa brieken op de stukken zandgrond ach ter de duinenrij. Want dat strookt niet met onze richtlijnen voor het recrea tie-oord in spé. Is het wonder, dat cr in de kringen van het bedrijfsleven heel wat onte vredenheid en teleurstelling heerst over de starheid, waarmede de Plano logische Dienst in deze tijd zijn richt lijnen hanteert? (Van onze Haagse redacteur) £)EZE week bracht één van Ne derlands grootste reisbureaux het eerste gezelschap Amerikaan se touristen naar ons land. Het gezelschap is nog maar klein, 18 personen, maar het is ver vuld van een vurige belang stelling voor alles wat Nederland het biedt. Een der Amerikanen luistert naar de naam Holiday Obrecht. Bij zijn aankomst in de residentie vernam hij, dat Den Haag een straat genoemd naar de Utrechtse componist Jacob Obrecht bezit. Van toen af aan kende hij geen rust of hij moest en zou deze straat zien. Zijn ver langen werd ingewilligd en wat meer is, hij werd door de bewo ners van het huis, waarop het bordje met de naam Obrecht- straat is bevestigd, op vorstelijke wijze ontvangen. Onder het genot van een goed kopje echt-Neder landse thee in Amerika wordt weinig thee gedronken pro beerden de gastvrije familie en de heer Holiday Obrecht uit te zoeken of hij van Nederlandse afkomst was. Zekerheid daarom trent werd niet verkregen, maar de Amerikaan ontstak in zo grote geestdrift over de Obrechtstraat en de Nederlanders, dat hij zwoer, dat voortaan al zijn nakomelin gen Jacob Obrecht zullen heten. De sluiswerken te Harlingen aan het einde van het nieuwe kanaal, dat van Groningen over Leeuwar den loopt, zijn nagenoeg voltooid. Zij vormen een onderdeel van de werken ter verbetering van de vaarwegen in Friesland. Een over zicht van de nieuwe sluizen, welke op 30 Mei a.s. officieel geopend zullen worden. Links de 12 meter brede en rechts 6 meter brede sluis. Ned. Herv. Kerk. Beroepen te Giesen—Rijswijk: W. J. Hottinga te Vuren en Dalem. Be dankt voor Maarsen: A. L. van der Smit te Onstwedde; voor Westbroek: H. K. van Wingerden te Kokkenga. Gereformeerde Kerken. Beroepen te Paesens (Fr.): J. J. Goumare, cand. te Rotterdam-Z. Gereform. Kerken (onderh. art. 31 K.O.) Tweetal te HattemR. H. Bremmer te Zwolle en J. Waagmeester te Baarn. Aangenomen naar Zalk en Voecate: L. Moes te Blokzijl, die bedankte voor Wijnjeterp. Christ, Gereform. Kerken. Bedankt voor Noordeloos: A. Hilbers te Oud Beierland. Ruim twintig Noordelijke straaljagers vernield Het voornaamste nieuws van het Koreaanse strijdtoneel heeft betrek king op twee luchtslagen boven het gebied nabij de Mandsjoerijse grens. In de loop van deze gevechten zijn twee en twintig Russische straal jagers omlaaggeschoten. Het eerste van deze gevechten werd gekwalifi ceerd als het grootste uit de geschie denis. De Amerikanen bombardeerden met twee en zeventig straalvliegtuigen van 't type Sabre en Thunder jet en veertig Superforten vroeg in de ochtend het gebied nabij de Yaloerivier, de grens die Mandsjoerije van Korea scheidt, toen uit Mandsjoerije tachtig straalja gers van Russische makelij kwamen aansnellen. Onmiddellijk gingen de Amerikaanse jagers tot de aanval over. terwijl de bommenwerpers intussen doorvlogen en hun last neerwierpen in de omgeving van Sinoeidjoe. Een fel gevecht ontwikkelde zich in de loop waarvan twee en twintig Russische machines werden vernield of zwaar beschadigd. Van de jagers werd er geen enkele beschadigd, van de Superforten liepen twee schade op; zij konden echter hun basis bereiken. Naar verluidt is onder de Noorde lijke legers en de burgerbevolking in Korea een epidemie van pokken en typhus uitgebroken. (Van onze speciale verslaggever). J)IE BRIEVENBESTELLER in het midden-Limburgse stadje Weert mag nog van geluk spreken, dat hij gedurende zjjn jongensjaren niet gewoond heeft aan een grote haven, aan een brede waterweg, in de buurt van mas sale dokken of bij een uitgestrekte scheepswerf. Want dan zou zjjn belang stelling zich waarschijnlijk van jongs af gericht hebben op enorme koop vaardij- en passagiersschepen, op machtige Oceaanstomers en op massieve oorlogsbodems. Dan zou hij in zijn verzamelwoede misschien allerlei boten hebben willen vergaren; en leg op een klein lapje grond achter een eenvou dige woning aan de buitenkant van Weert maar eens een groot bassin aan, waarin eens een afgedankte „Oranje", een „Willem Buys" of „Karei Door man" zouden dobberen. En hoe had hjj ze naar het landelijke plaatsje moeten krijgen? tramplaatjes en tenslotte was hij de gelukkige bezitter van een uitgebreide foto-album met krantenknipsels. Zijn verzameling afbeeldingen groeide; hij J-JET kost trou wens al moeite genoeg met oude tramwagens. De thans 35-jarige be steller van de P.T. T., B. Kühne, werd in de Perponcher- straat in Den Haag geboren, waar hij in zijn prille jeugd vol be wondering was voor de electrische trams en de stoomtram in zijn omgeving. Op zes jarige leeftijd ver huisde hij naar Utrecht, waar hi; getroffen werd door blauwgc- kleurde trams en door de gele tram naar Zeist, die met igwagens reed. Al jong begon hij an sichtkaarten te verzamelen, waar op trams stonden afgebeeld. Hij be schikte na enige tjjd over een col lectie ingeplakte schafte zich briefordners aan, waarin hij zijn materiaal, gerangschikt naar de verschillende hoofdsteden van de lan den, bewaarde en na de tweede We reldoorlog legde hij een kaartsysteem aan van8500 kaarten alle voorzien van een tramfoto. Hij heeft plaatjes van velerlei soorten Nederlandse tram, buitenlandse trams, paarden- en elec trische trams, stoomtrams, versierde trams, enz. Bestellcrsbroek en trampet. Vooraf van onze komst verwittigd, ontvangt de heer Kühne ons, gekleed in zijn bestellersbroek en een confec- tiejasje en.l.. met een trampet op. Hij wil in stijl blijven. „Komt U even op mijn kantoor", no digt hij en hij gaat ons voor in een oud stedelijk tramrijtuig in zijn tuintje, een vreemde verschijning in de lande lijke, Limburgse rust. Er staat een soort bureautje in de wagen, in rekken staan zijn kaartenbakken en liggen boeken en paperassen. Overal, waar hij nog een leeg plekje aan de wanden kon ontdekken, heeft de merkwaardi ge verzamelaar émaille bordjes met voor trampassagiers bestemde opschrif ten aangebracht. Er hangen papieren aankondigingen en waarschuwingen dienstregelingen, enz. Want niet alleen afbeeldingen oefenen een grote aan trekkingskracht op deze brievenbestel ler uit. alles, wat maar enigszins met de tram te maken heeft, is van zijn ga ding, tot complete rijtuigen toe, waar van er nu drie in zijn tuin op werke lijke rails staan opgesteld. „Dat alles kost me een aardige cent", bekent de heer Kühne. „Van mijn salaris als postbode kan dat niet af Daarom vraag ik aan allen, die mijn tramwegverzameling komen bekijken en dat zijn er al heel wat geweest een onderhoudsbijdrage waarvoor ik een kaartje afgeef". Aan de andere kant poogt deze amb tenaar van de P. T. T., die zijn verza meling als liefhebberij begon en die nog altijd van zijn hobbie spreekt zijn collectie thans te exploiteren. Een tram voor t ?5 „Hoe bent U eigenlijk aan Uw tram rijtuigen gekomen?" vragen wij. „De N. B. M. had mij een paarden rijtuig toegezegd", antwoordt de heer Leningen en investeringen gaan vrijwel alleen naar grote zaken (Door onze economische medewerker) „HERSTELBANK" en „Participatie Maatschappij" zijn twee namen, die de lezers wel eens zullen zijn tegengekomen doch die ze waarschijnlijk toch niet direct zullen kunnen thuisbrengen. Het zijn geen particuliere organen maar toch ook weer geen overheidslichamen: ze zweven er min of meer tussen in. Zij bewegen zich op het terrein van de geld- en kapitaalvoorziening, het zijn dus een soort banken. Misschien is men van mening, dat de gewone banken wel voor de geldvoorziening zorgen. Dit is echter niet zo. Die lenen de ontvangen gelden alleen uit op korte termijn: voor aankoop van grondstoffen, voor het betalen van leveranciers, kortom, om het bedrijf gaande te kunnen houden. Wil de ondernemer zijn bedrijf uitbreiden of vernieuwen, dan heeft hij geld op lange termijn nodig. (de overheid bezit 51% van het kapi taal) met het doel die bedrijven aan credieten te helpen, welke voor de na tionale welvaart van belang zijn en die elders niet aan kapitaal kunnen komen. Zware eisen. 1AE EISEN, die de Herstelbank stelt, zijn zwaar. Enerzijds is zulks natuur lijk te begrijpen, omdat zij niet licht vaardig geld mag geven en zodoende de kans mag lopen zich een strop op de hals te halen. Anderzijds betekent het strak aanhalen van de lijn, dat de meeste kleine bedrijven eenvoudig geen kans maken op credieten. Van het op 31 December 1950 uit staande bedrag ad. f 256 millioen was f 5 millioen gegeven aan 127 onderne mingen, die credieten van minder dan f 100.000 hadden: 99 ondernemingen hadden credieten van f 100.000 tot f 500.000 (in totaal f 23 millioen) en 70 ondernemingen moesten credieten heb ben van meer dan f millioen, hetgeen met elkaar f 228 millioen vergde. Uit deze splitsing blijkt wel, dat d* kleine zakenman met de Herstelbank heel weinig zaken doet. De directie de zer bank voelt dat ook als een gemis; daarom overweegt zij in het pas ver schenen jaarverslag over 1950 een nieu we credietvorm en wel in die zin, dat de Herstelbank credieten verstrekt, die zjillen worden achtergesteld bij bepaal de crediteuren, zodat ze niet zo snel worden opgevraagd. Participatie. JN bepaalde gevallen wordt er een ren te geheven, die afhankelijk zal zijn van de bedrijfsresultaten. Het is de be doeling als alles doorgaat, dat deze tus sen de normale credieten en kapitaal- deelneming in liggende credieten in samenwerking met de grote banken zul len worden verstrekt. Hoe eerder men hiertoe zal besluiten, hoe beter. We hebben tot nu toe steeds gespro ken over credietverlening, dus over het uitlenen van geld, dat weer moet wor den terugbetaald. Mogelijk is natuurlijk ook, dat een geldverschaffend orgaan deelneemt oftewel participeert in het kapitaal van een geldzoekende onder neming .Die kapitaalverstrekker wordt dan geen schuldeiser doch mede-eige naar. Dit is het werk van de Nederlandse Participatie Mij., een dochteronderne ming, die mede is opgericht door de Herstelbank en waarvan het kapitaal verder is verstrekt door levensverzeke ringmaatschappijen, pensioenfondsen, enz. Ook hier blijkt echter, dat de ka pitaaldeelneming in het merendeel van de gevallen de f 100.000 te boven gaat. Slechts in 3 van de in totaal 30 kapi taaldeelnemingen gaat het om kleine re bedragen. Weer komen de kleintjes dus niet aan de beurt, hetgeen een re den te meer is om op zo spoedig moge lijke verwezenlijking van de plannen van de Herstelbank te hopen. CR WAREN na 1945 vele ondernemers, die deze weg wilden inslaan. Zij kunnen natuurlijk een beroep doen op de geldbezitters en aandelen gaan uit geven. Doch dit gaat niet zo heel ge makkelijk, daar een onderneming, wil len haar aandelen op de Amsterdamse beurs genoteerd worden, minstens voor f 500.000 aan kapitaal moet uitgeven. Kleinere zaken komen dus al nooit voor aandelenuitgifte (ook emissie ge noemd) in aanmerking. En het zijn juist die kleintjes, die de ruggegraat vormen van onze economi sche apparatuur. Vaak vernemen wij van bedrijfsleiders, dat zij een goed product maken, dat zij meer mensen tewerk willen stellen, dat zij willen uitbreiden, doch dat zij geen kans zien aan kapitaal te komen. Van al die plan nen komt dan niets terecht. In October 1945 werd in samenwer king tussen de regering en particuliere instellingen de Herstelbank opgericht Kühne. „Maar zij liet nog al lang ip zich wachten. Inmiddels verzocht ik aan de gemeente Amsterdam mij een seintje te geven, als zij een oude wa gen over had. Vlissingen en Middelburg en nog enkele andere plaatsen beloof den mij een tramwagen. Eindelijk kreeg ik er een van Amsterdam voor f 25 met alles wat erbij en aan hoort. Van de N. B. M. ontving ik vervol gens een heetwater-motorrijtuig, dat van Zeist naar Utrecht gelopen had. Ik wilde er graag een nieuwe wagen bij hebben en kreeg een rijtuig uit Haarlem van de N. Z. H. Deze wagen heb ik ingericht voor mijn collectie lampen, borden, koersborden, enz." „Het zal geen gemakkelijk werk ge weest zijn, al dat materieel in Uw tuin te krijgen", veronderstellen wij. „Tot nu toe hebben de Nederlandse Spoorwegen, die pleizier hebben in mijn verzameling, de rijtuigen belangeloos naar Weert vervoerd. Op een grote vrachtauto zijn ze van het station naar mijn woning gebracht. Dezer dagen krijg ik er een open rijtuig bij van do opgeheven lijn UtrechtZeist, een kleine twee-asser. Er komen ook rails en wissels mee". Op 17 Juni van het vorige jaar heeft de heer Kühne de zaken officieel ter bezichtiging van het publiek gesteld Hij loopt thans met het plan rond om zijn „museum" om te zetten in de Stichting Nederlands Trammuseum. Tot nu toe zijn er ongeveer 600 be zoekers geweest, waarvan een derde gedeelte uit Weert en de rest van ei ders. Ook uit het buitenland zijn al eens belangstellenden naar zijn verza meling komen kijken, zo vertelt hij met trots. Tramlijn van 80 meter Ook wij lopen met hem de wagens door en ondertussen deelt hij nog mee, dat hij niet meer dan vijf rijtuigen in totaal wil hebben; dat zijn lijntje 80 meter lang is en volkomen waterpas ligt, hoewel de tuin schuin oploopt en dat er 12 k 13 ton rails in verwerkt Is Het wemelt van bordjes in de wa gens, zoals „Kinderen beneden drie jaar kunnen kosteloos vervoerd wor den, doch moeten bij plaatsgebrek op de schoot worden genomen" en „Het zitten op de rand der spatschermen en het zitten op of leunen tegen de af sluithekken en kettingen is, wegens mogelijk gevaar, verboden" of „Opge let! Zonder geldig plaatsbewijs betaalt ge 'n extra prijs van 50 cent". PLUIM VEEMARKT: Gistermorgen trage handel. Vooral met de oude kippen wild© het niet vlotten. Ook de buitengewoon gro te aanvoer fokhanen kon niet helemaal ge plaatst worden. Een grote handicap wai ook, dat er niet gekocht werd voor de uitvoer naar Italië. Een en ander' drukte de prijzen. Er was al een aardige aanvoer jonge hennetjes, maar er was niet veel vraag naar. De handel in zware jonge hanen was redelijk. Totale aanvoer circa 32.500 stuks.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1951 | | pagina 5