Een gastvrouw van formaat Zuid-Nederlandse aspecten Litterair wonderkind en twee oude getrouwen Franse linkerzijde verloor de verkiezingen ROUND THE WORLD ON ICE Boeiend ijsschouwspel in Carré Phonografische industrie brengt Nederlands Valent over de grens Iedere plaat een technisch wonder N.J.H.C. bezit 49 jeugdherbergen voor ruim 70.000 trekkers MET de (natte) zomer is ook het trekkerseizoen voorbij. Overal in de be schaafde wereld zijn de scholen weer begonnen en zij hebben de sportieve jongens en meisjes die de afgelopen maanden her en der langs 's heren wegen trokken, weer opgeslokt. Voor de jeugdherbergen in de gehele wereld is een rustige tijd aangebroken. Zo nu en dan met de weekenden bijvoorbeeld zal er nog wel eens het vrolijk gezang en levendig gekwebbel klinken van de onbezorgde jeugd, maar de gezellige rumoerige drukte van het zomerseizoen, als de jeugdherbergen uitpuilen van de duizenden jongens en meisjes die er te voet of per fiets op uittrekken, is voorlopig weer voorbij. Bijna een half millioen trekkers per jaar Nieuwe kinderzegels Twee luchtpostzegels MAANDAG 15 OOxODEK 1951 Letterkundige Verschijningen Hugo Claus: De Metsiers, Uitge versmaatschappij A. Manteau N.V. Brussel. Ernest Claes: Daar is een Mens verdronken. Uitgeverij V/inants, Heerlen. Felix Timmermans verhaalt, P. N. van Kampen Zoon N.V., Amsterdam. VOOR en na hebben we op deze plaats waardering voor de letter kunde onzer Zuiderburen betuigd, het zij dat die zich als „Vlaams" dan wel als gewoon Zuid-Nederlands aandien de. Moge de taak om over de voort brengselen onzer Noord-Nederlandse letteren te schrijven, niet altijd opwek kend zijn bijna immer wordt zij met enig genoegen verricht wanneer het boeken betreit welke uit België tot ons komen. Ditmaal is het een collectie van on derling wel zeer uiteenlopend gehalte die op onze schrijftafel terecht is ge komen; een verzameling welke niet anders gemeen heeft dan dat ze uit het Zuiden stamt, maar die weer eens ge legenheid geeft, verschillende aspecten van gindse literatuur even te aanschou wen. Wat de Noord-Nederlander bij de Zuiderlingen bijna steeds trof, was de oorspronkelijkheid. Ongetwijfeld zou den wel invloeden' van buiten, zowel van Frankrijk als van Nederland, zijn aan te wijzen, maar men zag hier toch allereerst op de „eigen" en zeer beel dende taal, terwijl ook de aanpak van de problemen dikwijls anders, en niet zelden zuiverder, was. Ten slotte, maar zeker niet ten minste, was daar het grote vertel-talent, dat in het Noorden reeds lang overwoekerd is door psy cho-analyse e.t.q. en voor het overige zelden hier zo natuurlijk is geweest. VU is echter in het eerste voor het overige belangrijkste hier te be spreken boek de oorspronkelijkheid niet onaanvechtbaar. Sedert de oorlog hebben we allen een klap van de Ame rikaanse molen beet gekregen en het is vrij waarschijnlijk, dat ook de jonge auteur Hugo Claus daaraan niet ont kwam. Er is iets van de korte, indrin gende formulering der moderne Ame rikaanse prozaïsten in zijn taal en ook hun weg laten van alle details, waar door men als het ware het skelet van een verhaal krijgt, en pas bij nader inzien ervaart, dat er toch een volsla gen lichaam omheen gesuggereerd is. Heel anders dus dan bij de oudere Vla mingen, die juist in het minutieus uit schilderen van details uitmuntten. Men denkt bij Claus het eerst aan Steinbeck. We willen niet beweren, dat het ganse oeuvre van deze Ameri kaan (dat overigens zeer ongelijk van waarde is) een verheerlijking is van de „armen van geest". Doch herhaalde malen heeft hij de grootste menselijke dan Ana bestaat. De laatste krijgt om gang met een officier uit het Ameri kaanse bevrijdingsleger, bij wien zij een kort ogenblik de zuivere liefde zoekt, om daarna tevens, en mis schien vooral, uit medelijden terug getrokken te worden naar Bennie. En dan doodt Carter, de oppasser van Jim Braddock, een man omtrent wien men vrijwel niets verneemt, Bennie plotseling met twee schoten uit een jachtgeweer, van zo dichtbij gelost dat het gezicht geheel onherkenbaar wordt. Een protest van de eenvoudige, rechtlijnige, Amerikaan tegen de in cest die hij bespeurde? Een opkomen voor zijn „baas"? Men mag er naar gissen en het doet er ook niet het meeste toe. Hoofdzaak blijft voor ons althans de figuur van Bennie, de verper soonlijking van het onaantastbare, te midden van deze poel van zedeloos heid, of, als men het anders zeggen wil, ontspoorde natuur. JOCH ontwaart men juist aan Bennie de zwakte in de opzet van het ver haal. Claus heeft het verdeeld in een reeks korte, flitsende hoofdstukken, die elk de titel dragen van een der perso nen en die in ik-vorm geschreven zijn. Deels geven zij dialogen weer, deels de „inwendige alleenspraken" der sujetten, Hiermee is veel te bereiken zolang het mensen betreft met een gecontroleerd gedachtenleven (Van Sehendei toonde het in zijn tederste roman: „De wereld een Dansfeest), maar het wordt uiterst moeilijk om dit te doen bij iemand met een geestelijke afwijking. Bij Steinbeck komt de hele Lennie-figuur op uit dialogen, en korte commentaren van de auteur en wordt zodoende aannemelijk. Claus' Bennie is aannemelijk zolang anderen over hem denken en praten, maar wordt twijfelachtig zodra hijzelf denkende wordt ingevoerd. Toch, ondanks deze zwakte, beschou wen we de Metsiers als een zeer op merkelijk en hoogstaand boek van een merkwaardig talent. Het schijnt dat Claus, ondanks de twee literaire prijzen welke hij met zijn boek verwierf, zich als een mokkende Achilles heeft terug getrokken en naar Frankrijk is gegaan, verzekerend, dat hij voortaan slechts in het Frans zou publiceren. Dit althans heeft het tijdschrift Libertinage te ken nen gegeven, Is het de miskenning van de poëzie welke hij tot dusver publi ceerde geweest, welke hem tot die hou ding bracht? Voor de Nederlandse let teren is het te hopen dat hij er op zal terugkomen, want zijn talent draagt meer beloften in zich dan zij kunnen ontberen. JJRNEST Claes is een gans andere figuur dan Hugo Claus. Vooreerst is hij al 66 jaar en voorts gaat hij ten onzent toch vooral door als een verte genwoordiger van de „ouderwetse" Vlaamse literatuur, temeer omdat van zijn ernstige oeuvre niet zoveel tot ons zuiverheid toch trachten uit te beelden I doordrong. De uitgeverij Winants te in de simpelste zielen. De figuur van Lennie uit „Of mice and men" zal niemand ooit uit de gedachte gaan die dit zuiverste van Steinbecks boeken las. Ook in „De Metsiers" van Hugo Claus is een simpele van geest de cen trale figuur en ook hij schiep iemand die door al het kwaad van de wereld, ook al doet hij er zelf aan mee, onbe roerd blijft. Daarmee houdt de vergelijking ove rigens op; Hugo Claus ging zijn eigen wegen: schiep een eigen milieu voor zi.in verhaal en schonk het een eigen ietwat „gemaakt" aandoende opzet. Ï.IUGO Claus was negentien jaar toen hij de Metsiers schreef. Daarmee stempelt hij zichzelf als een literair „wonderkind". Intrigue en uitwerking tasten zo diep in de menselijke harts tochten, geven een a-sociaal milieu zo griezelig waarheidsgetrouw of al thans aannemelijk weer als slechts een geest kan doen die zeer veel be leefd, waargenomen en verwerkt heeft. (Claus is trouwens ondanks zijn jonge jaren al gevelschilder, arbeider in een suikerfabriek in Noord-Frankrijk, nachtwaker te Londen, typograaf en leerling aan drie academies en een toneelschool geweest!). Wat nu zijn romans betreft; in de buurt van een Vlaams dorp leven op een hoeve de Metsiers. Twintig jaar geleden heeft de vrouw met haar min naar, Mon, haar man vermoord toen zij een kind van Mon verwachtte. Te zamen met Mon, hun achterlijke zoon Bennie, en de dochter uit het huwelijk met Metsiers, Ana, is zij op de hoeve blijven wonen. Het dorp heeft dit ge meenschapje uitgestoten; het heeft al leen omgang met Smelders, vader en zoon, welke zoon een verhouding met Ana heeft die deze tracht te verbreken. Feitelijk, slechts ten halve bewust, gaat alle lijfelijke en geestelijke liefde van Ana uit naar haar stiefbroer Ben nie, voor wien er niets op de wereld f Hugo Glaus, veelbelovend jong Belgisch auteur. Heerlen heeft er geen kwaad aan ge daan, de ernstige romancier die Claes kon zijn, in ons land te introduceren met een roman uit de vorige oorlog (Daar is een Mens verdronken) waarin iets doorschemert van de strijd der Fla minganten en veel voorkomt dat tot het trekken van parallellen met de toe standen in de tweede wereldoorlog brengt. Ook hij heeft het systeem toe gepast om zijn roman in korte hoofd stukken te verdelen, merendeels de ti tel dragende van een der hoofdperso nen, zoals „Het Boek van Dore Maer- schalck", „Het Boek van Jeanne". „Het Boek van Meester Noteleirs", maar' ook ,Het Boek van de oorlog", „Het Boek van Boter, Spek, Tarwe" enz. Ook hier werkt de methode, ofschoon anders toe gepast dan door Claus, wel eens wat geforceerd. Men kan Claes niet ontzeg gen, een psychologisch verantwoord verhaal goed verteld te hebben. Hij heeft allerminst „helden" geschapen, maar gewone mensen met meer kwade dan goede eigenschappen. In Dore Maerschalck schetste hij de carrière van een zwarte handelaar die, na de bevrijding welke in 1918 in Belgie al evenveel desillusies schonk als die van 45 ten onzenten elders, door ver keerde speculaties zijn geld verliest en dan niet anders weet te doen dan zich te verdrinken. Zijn dochtertje Jeanne heeft een verhouding met een Duits sol daat en trouwt na de oorlog met deze en dat geval wordt met grote natuur lijkheid en wijze objectiviteit verhaald. De zuiverste figuur is de dorpsschool meester Noteleirs, die geheel opgaat in de Vlaamse zaak zonder nochtans het landverraad te plegen dat de fanatiek ste Flaminganten op hun geweten laad den. Wanneer men over wat sentimentali teit en wat pathos hier en daar kan heen lezen, dan is „Daar is een Mens verdronken" een onderhoudend boek, dat van grote levenernst en van even grote liefde voor Vlaanderen getuigt en dat de mensen poogt te geven zoals ze zijn, niet beter en niet slechter. J?N dan ligt daar nog „Felix Timmer* mans verhaalt". Timmermans is door „Pallieter" beroemd geworden en verguisd geraakt. Het boek heeft het grote publiek gepakt als een bevrij dende kreet van levenslust, maar de critiek, ofschoon niet geheel van enige naijver vrij te pleiten, doorschouwde toch de zwakheden van dit wat gema niëreerde, op effect beluste en wel zeer materialistisch ingestelde proza. Timmermans is het vorige jaar over leden. Zijn „Pallieter" wordt nog steeds gelezen, ofschoon niet zo geestdriftig als een dertig jaar geleden, maar meer dan zijn andere werk. En de critiek is over hem uitgepraat. De samenlezing uit zijn vertellingen, door Van Kampen uitgegeven onder de in de aanvang genoemde titel, geeft geen aanleiding, dat debat te herope nen. Wel dwingt ze tot de erkenning, dat Felix Timmermans dan toch wel een uitnemend verteller is geweest. Van deze tien vertellingen bestaat het merendeel uit opgewerkte anecdotes, maar hoe dan ook opgewerkt! De ty pisch Vlaamse liefde voor het détail viert er haar triomfen en de taal is van een bijna tastbare plastiek. Merkwaar dig overigens dat die in het langere verhaal „Ik zag Cecilia komen" plotse ling veel eenvoudiger wordt; waar Tim mermans werkelijk wat dieper poogt te tasten in de roerselen van het mense lijk lot, laat hij zijn „sappige" Vlaams vrijwel schieten; het zou er ook niet bij gepast hebben. W. E. Zwaarste klap was voor de communisten In Frankrijk is Zondag de tweede ronde gehouden van de verkiezingen voor de departementale raden. De eer ste ronde werd verleden week Zondag gehouden en leverde reeds 814 defini tieve uitslagen op. Toen was een voor geschreven meerderheid nodig. Thans, in ruim honderd herstemmingen, had den de candidaten voldoende aan de helft plus een. Verleden week leden vooral de socialisten en de communis ten de grootste verliezen. De einduit slagen hebben deze tendenz bevestigd. Zij luiden als volgt: communisten ge kozen 78 (verlies 98), socialisten 278, verlies 139, diverse linkse partijen 51. (verlies 11), radicalen 382. winst 8, con servatieven e.d. 468 (winst 142). gaul listen 150 (winst 80) Plm. veertig pro cent van de kiezers was niet opgeko men. ONRUST IN VENEZUELA De regering van Venezuela maakt bekend, dat „de democratische en communistische actiebeweging van Ve nezuela" een poging heeft gedaan de regering omver te werpen, doch dat de overheid de toestand thans beheerst. „Round the world on ice": Zaterdag avond ging dit nieuwste product van Will Redley voor het eerst in „Carré" te Amsterdam, waar deze ijsrevue een daverende inzet beleefde. Meermalen hebben we reeds het genoegen ge smaakt ijsrevue's te mogen zien, doch wat hier geboden werd was beslist nog beter en grootser van opzet dan de voorgaande. Fantastisch goede solodansen van schaatskampioenen uit Amerika, Enge land en Oostenrijk. Het Amerikaanse paar voerde o.a. een voortreffelijke rumba-rhapsody uit. Van het Engelse paar noemen we de gedurfde Apachen- dans. Eén der hoogtepunten vormde ook het Chinese tafreel, waarbij enige beel den uit de grond schenen te rijzen om vervolgens tot ieders verbazing lustig over het toneel te zweven. Ook het Wener dansfeest en de „Showboat"- scène voldeden uitstekend. Naast goede balletten was .verder een ruime plaats ingeruimd voor prima jongleerkunst en haalde één der deel nemers boven op een los op het ijs staande ladder enige stoute kunstjes uit, die een daverend applaus ontlok ten. Veel meer, te veel om op te noemen kunt u zien in deze voortreffelijke ijs- revue, die ongetwijfeld weer vele Noordhollanders naar Amsterdam zal lokken. Vooral daar de reisbureaux trips organiseren, hetgeen de reis ten zeerste vergemakkelijkt. (Van onze speciale verslaggever) Als de gramofoonplaat nog niet was uitgevonden, zou dat waarschijnlijk ook niet meer gebeuren, want de geleerden kunnen bewijzen dat hetgeen de gramo- foonplatenindustrie doet, theoretisch eigenlijk onmogelijk is. Er is een nadere confrontatie met de techniek nodig, om ons zo af en toe te doen beseffen, hoe vanzelfsprekend wij een heleboel dingen in ons leven aanvaarden, zonder er ons van bewust te zijn met welke technische wonderen wij in feite te maken heb ben. De moderne gramofoonplaat is zulk een technisch wonder. Honderd groeven op één centimeter JOEN Edison deze geluidsdrager ont dekte, leverde hij een prestatie, die ook nu nog onze bewondering afdwingt, maar zelfs zijn genie zou niet hebben kunnen begrijpen, niet vermoeden zelfs, tot welk een perfectie zijn uitvinding zou worden vervolmaakt. Vooral de laatste drie jaar heeft zich op het ge bied van de gramofoonplatenfabricage een omwenteling voltrokken, die eigen lijk verbijsterend is. Men slaagde er in platen te vervaardigen met een uiterst fijne groef door Philips Minigroef- platen genoemd waardoor men de z.g. langspeelplaten kon produceren. Op deze platen liggen niet minder dan hon derd groeven op een centimeter! De ge luidstrillingen welke moeten worden vastgelegd, moeten gemeten worden in microns. Een micron is een duizendste millimeter. De fabricage vereist dan (van onze speciale verslaggever) Het merendeel daarvan is beneden de 20 jaar (60%). Voor wie in de jeugdherbergen te recht kan, zijn de prijzen zeer mode raat. De jongelui beneden de 20 jaar kunnen er logeren voor 65 cent en de ouderen voor 95 cent, een lunch kost 45 cent, een warme maaltijd 95 cent en thee per keer een dubbeltje! De herbergen £N denk vooral niet, dat die jeugd herbergen een soort primitieve onderkomens zijn. Er zijn oude kas telen bij (in Denekamp bijv. en in Heemskerk) en luxueuze villa's (in Amersfoort). In Beusichem is de jeugdherberg ondergebracht in een voormalig veerhuis, in Arkel in een vroegere pastorie, op Ameland in oude Duitse bunkers en onderkomens. In Bakkum staat het fraaie speciaal gebouwde „Koningsbos", in Olden- broek bouwden de trekkers zelf een prachtige jeugdherberg en in Axel komt, met steun van de gemeente, ook een speciaal gebouw tot stand. Eén van de oudste jeugdherbergen van Nederland is die in Kortenhoef. Een vroeger schildersatelier op palen dat vooral door trekkers per kano wordt gefrequenteerd. Deze jeugdherberg is trouwens nog om een andere reden •?en uitzondering in ons land. Zij wordt alleen beheerd door een jeugd herberg-moeder, de populaire Moeder 'J'REKKER word je, als je geen lust of geen geld (of geen van beiden) hebt om op de conventionele manier met de trein of bus op reis te gaan en in hotels te overnachten. Dit komt uiteraard vooral bij heel jonge mensen voor, die vrij willen rondzwerven (zo weinig mogelijk volwassenen willen zien) en zich in hotels niet op hun gemak voelen. Te voet of op de fiets kunnen zij gaan waar zij willen, kun nen hun eigen tempo bepalen en de mooiste plekjes uitzoeken voor hun mst- en maaltijden. Maar als de nacht komt moet er raad geschaft worden. Ons klimaat laat (helaas) en onze vaders en moeders laten (gelukkig) meestal het slapen in de open lucht niet toe. En daarvoor is het instituut van de jeugdherbergen geschapen, in Nederland beheerd door de N.J.H.C., de Nederlandse Jeugdherberg Centra- Die N.J.H.C. is een gastvrouw van groot formaat. Dat moet zij wel zijn, want de lust tot trekken is in ons land groter dan u misschien zoudt denken. Niet minder dan 70.893 Neder landse jongens en meisjes staan op het ogenblik bij de N.J.H.C. als trekker ingeschreven, inclusiel 4000 leiders. M. Hopman. Alle andere jeugdherber gen hebben een compleet ouderpaar. In totaal zijn er op het ogenblik in ons land 49 jeugdherbergen met samen 5600 bedden. Omdat er in ons land nog zo weinig terecht komt van de vacan- tiespreiding is dit in het drukke sei zoen veel te weinig. Dan moeten er vaak trekkers teleurgesteld worden. Er zijn herbergen, waar ieder bed gere geld 90 dagen per jaar beslapen wordt. In 1950 boekte men 385000 overnach tingen (196000 jongens, 189000 meisjes). Hierbij waren niet minder dan 55000 overnachtingen van buitenlandse trekkers, uit bijna alle landen van de wereld. Aangenomen wordt er be staat daarvan geen statistiek dat nog een veel groter aantal Nederlandse trekteers ieder jaar naar het buiten land gaat. Keurige organisatie J^JEN moet niet vragen wat er voor zo een organisatie komt kijken en hoeveel geld er nodig is om al deze jeugdherbergen in te richten en te exploiteren. De kosten moeten voor namelijk bestreden worden uit de in schrijfgelden (f 2.50 per jaar tot 20 jaar, f 3.50 voor ouderen). De jeugd herbergen worden overigens wat de exploitatie betreft verondersteld self supporting te zijn. Voorts is er vanzelf sprekend een groot bureau nodig om het administratieve werk te kunnen doen. Het secretariaat telt 166000 in- en uitgaande brieven per jaar. Ver der heeft de stichting haar eigen ar chitect voor ontwerpen van nieuwe herbergen en van verbouwingen. Als men dan nog weet dat de N.J.H.C. na de oorlog de hele organisatie van de grond af aan heeft moeten opbou wen en alle jeugdherbergen opnieuw heeft moeten inrichten (in 1945 wa ren er weer vijf bedrijfsklaar) dan krijgt het „gastvrouw van formaat" een dubbele betekenis. Iu het belang van de jeugd van alle bevolkingsgroe pen is het een prachtig werk dat ieders respect en medewerking ver dient. ook een ongelooflijke precisie-arbeid en er is een uiterst verfijnde galvanoplas- tiek nodig om matrijzen te vervaardi gen, die deze groeven en trillingen op de best denkbare wijze op de pers massa overbrengen. Het opnemen, het matriseren en de materiaalbewerking dient met de allergrootste nauwkeurig heid te geschieden. Iedere plaat is een technisch wonder op zich zelf. Rulsvrft j~)E Philips Phonografische Industrie heeft zich van de aanvang af op de ontwikkeling en de fabricage van lang speelplaten toegelegd, al heeft de er varing in Amerika de belangrijkste producent van gramofoonplaten mei een markt in het eigen land, groter dan het totaal van alle markten in de rest van de wereld uitgewezen, dat de oude standaardplaat met 78 toeren per minuut zich naast de langspeelplaten, die draaitafels met een omwentelings snelheid van 35 1/3 toeren noodzakelijk maken, blijven handhaven Zoals ge meld is Philips er trouwens in geslaagc een heel nieuwe minigroefnlaat te ver vaardigen, die met gebruikmaking van een lichte opnemer (die nieuw moet worden aangeschaft) op de be staande apparatuur van 78 toeren per minuut kan worden afgespeeld. Deze platen, die een diameter hebben var 17 cm hebben een ononderbroken speel- duur van vijf minuten per zijde (het geen dus overeenkomt met een normale 30 cm plaat), zijn door het gebruik van modern materiaal nagenoeg ruisvrij. on breekbaar en vergen een minimum aar opbergruimte. Het is aan geen twijfel onderhevig dat de oprichting van een Nederlandse phonografische industrie, zowel in in dustrieel als in cultureel opzicht, voor ons land van zeer grote betekenis kar zijn. Wereldcentrum ^TOWEL wat betreft de gramofoonpla tenfabricage nog steeds zijn gra mofoonplaten de meest populaire ge luidsdragers waarvoor overal in de we reld afspeelapparatuur voorhanden is als voor het wetenschappelijk onder zoek (chemisch, electro-acoustisch en mechanisch) van de geluidsdragers in het algemeen, zal Baarn (waar aan de Torenlaan een nieuwe fabriek wordt gebouwd en het laboratorium reeds in gebruik is), een wereldcentrum wor den. Van dit centrum uit zal richting worden gegeven aan de activiteit over de gehele wereld. Sinds vorig jaar wer den reeds organisaties opgebouwd in Frankrijk, Belgie, Duitsland, Canada en Columbia, binnenkort zal een begin worden gemaakt in Zweden en Zwit serland en waarschijnlijk ook in Dene marken en Spanje. Nederlands talent JTEN van de belangrijkste onderdelen van de werkzaamheden der nieuwe industrie is het samenstellen, opbouwen en exploiteren van een repertoire. Een zeer belangrijk deel hiervan zal worden opgenomen met het in Nederland be schikbare talent. Natuurlijk kan een internationale onderneming zich daar toe niet uitsluitend beperken, maar er zal naar worden gestreefd, het Neder landse talent een internationale bekend heid te verschaffen en dit geldt niet alleen voor orkesten en kunstenaars die zich reeds een reputatie hebben verworven, maar ook de jongeren, van wie kan worden verwacht dat zij een internationaal niveau zullen bereiken, zal een kans worden gegeven. De be kende musicus Otto Glastra van Loon is benoemd tot hoofd van het Program ma-bureau Klassiek en het internatio nale klassieke programma zal geheel van uit Baarn worden gedirigeerd. Als men ziet welke werken reeds werden opgenomen en wat nog op het program ma staat en hoe groot het aandeel van de Nederlandse muziekwereld daarin is, dan mogen ten aanzien van de cul turele aspecten van deze nieuwe Ne derlandse industrie de allerbeste ver wachtingen worden gekoesterd. Van 12 November t/m 31 December 1951 zullen dé gebruikelijke weldadig heidszegels met een toeslag „Voor het kind" worden verkocht. De zegels geven meisjes en jongens te zien met op de achtergrond de om geving, waarin zij wonen of werken. 2 cent (groen) verkoopprijs 5 cent, meisje (achtergrond molen) 5 cent (grijs) verkoopprijs 8 cent, jongen (achtergrond huizen in aanbouw en een kraan) 6 cent (sepia) verkoopprijs 10 cent, vissersjongen (achtergrond visnet ten en de mast van een schip en ge bouw) 10 cent (roodbruin) verkoop prijs 15 cent, fabrieksjongen (achter grond fabrieksschoorsteen, ijzer con structiewerk). Met ingang van 12 November zal de PTT twee luchtpostzegels uitgeven in de waarden van 15 (bruinachtig zwart) en 25 gulden (grijsblauw). De voorstel ling voor beide waarden is dezelfde en geeft een zeemeeuw te zien, vliegend boven een landschap, waarin o.a. een brug over een kanaal, alsmede duinen en zee afgebeeld staan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1951 | | pagina 3