Objectieve reportage van Michel VATICAAN EN VRIJHEID Drie en een half jaar „In de schaduwen van het Kremlin" sriK Wim Dussels „Tjot" voorziet in een grote leemte BOEKENNUMMER ZATERDAG 22 NOVEMBER VISUM VOOR MOSKOU Amerikaans journalist van Russische afkomst schreef opvallend boek over Sovjet-Unie Y/AS VERLEENDE VISUM SLECHTS PROEF? Boeiende handleiding DIE VERHAAL VAN i JAN VAN RIEBEECK Amerika en de verkiesing van een president Rus van geboorte Eerlijk getuigenis Eenzijdige kunst Mijn indrukken uit de Sovjet-Unie Waar houdt de macht der Katholieke Kerk op? Ernstig gemeend werk van Paul Blanshard Bij de Nederlanders in Korea Bedell Smith analyseert de Russische politiek Een objectief en zeer nuchter relaas Ruige reportage, goed geïllustreerd De wereldgeschiedenis in een notedop De Communiste W.-Duitse Cor stelt besiissi v WEERBERI £R 15 OVER HET LEVEN in de Sovjei Unie veel literatuur verschenen. Voor zover deze geschriften door de Russen zelf geinspireerd zijn of geschreven zijn door westerse communisten die een bezoek aan de U 5 S.R. hebben gebracht, willen zij de lezer doen geloven, dat het onmetelijke rijk een Paradijs op aarde is, waar geluk en voorspoed, welvaart en arbeidsvrede heersen, de cultuur een hoge trap van ontwikkeling bereikt heeft en de vrijheid een algemeen goed geworden is Als tegenstanders van het Sovjet-regiem aan het woord zijn. krijgt men een sombere schildering van armoede en knechtschap, van geestelijke onder drukking en van onmenselijke arbeidsmethoden. VV7AAR LIGT de waarheid? En wie is «"in staat een onbevooroordeeld, ob jectief beeld te geven van wat er in Rusland gaande is? Zij, die in de ge legenheid waren de USSR te bezoeken en er rond te reizen, te spreken met de bevolking, fabrieken te bezichtigen, voorstellingen in schouwburgen bij te wonen, op scholen een kijkje te nemen, in winkels en warenhuizen rond te neuzen en het leven in een Sovjet gezin gade te slaan, gingen meestal met hun gevestigde sym- of antipathie- en op speurtocht uit, om uit wat zij te zien en te horen kregen de rechtvaar diging van deze sym- of antipathieën op te bouwen. Binnenkort zal in Nederlandse ver taling onder de titel Visum voor Moskou" een boek verschijnen van Michel Gordey, die getracht heeft elke vooringenomenheid uit te schakelen, toen hij voor een verblijf van drie en zestig dagen naar de Sovjet-Unie ver trok. Hij verwachtte niet daar de he mel of de hel aan te treffen. Hij ging er open heen, alleen bezeten door een ontzaglijke nieuwsgierighed en met de vaste wil de menselijke wezens te leren begrijpen en aanvoelen. Dat was een uitstekend uitgangs punt. Bovendien leek Michel Gordey door zijn afkomst, door zijn perfecte kennis van de Russische taal en door zijn kennis, zijn werk en zijn ervaring de aangewezen man om een zo eerlijk mogelijke reportage van het leven in de Sovjet-Unie te leveren. Om deze redenen verdient „Visum voor Moskou de bijzondere aandacht, temeer daar de auteur zich volkomen bewust van de onmogelijkheid om in twee maanden een volledig inzicht in het leven en streven van de USSR te krij gen getracht heeft zoveel mogelijk aspecten van het wezen der Sovjet- Unie in zijn beschouwingen te betrek ken. Hij wijdt in zijn boek hoofdstuk ken aan de straten en de mensen op straat, aan de erediensten, aan de prij zen en inkomens en de levensstan daard, aan het kunstleven, aan de DIT IS een vertelling met plaatjes van Piet Worm. Ze stamt uit de tijd der herdenking van het 300-jarig be staan van Kaapstad en is een uitgave van de Nederlandse Bank voor Zuid- Afrika N.V. te Amsterdam. Piet Worm, wiens prentkunst alom bekend is, heeft alles wat hij in beeld bracht van een toelichting in het Zuid-Afrikaans voor zien en hoewel de tekst te sober is om geschiedvorsers daaruit gegevens te laten putten, is ze voldoende om ieder te laten weten wat er aan de Kaap drie eeuwen geleden te koop was. Fotogra feren kon men toen nog niet en wij zijn er dan ook niet helemaal zeker van of Jan, zijn vrouw of zijn scheepsvolk er precies eender uitzagen als zij hier zijn getekend, maar dat is ook niet de be doeling geweest. VLAK VOOR DE DAG, waarop de Amerikaanse burger zijn nieuwe pre sident moest kiezen .ontvingen wfl door middel van de Voorlichtingsdienst van de Verenigde Staten een voortref felijk boekje van de bekende radio spreker H. v. d. Mandere, waarin deze alles vertelt wat degene, die in de we reldpolitiek enig belang stelt, bij deze verkiezingen eigenlijk zou moeten weten. Het is uitgekomen in de Zilver meeuw-serie van Service in Den Haag. Hoewel dus eigenlijk te laat voor de afgelopen verkiezingen, blijft dit kleine boekje ook voor de toekomst zijn waarde behouden, vooral ook om dat de politieke verhoudingen tussen congres, senaat en president door de schrijver voortreffelïik ziin geschetst en omdat het ook overigens een aantal statistische gegevens bevat, die voor velen van belang kunnen zijn. Het Kremlin, gezien van de Moskwa jeugd en de opvoeding, aan de „koel- toera" en het nationalisme, aan de Rus sische wereldbeschouwing, aan de Sov- jet-propaganda, de denkbeelden over oorlog of vrede, aan de verhouding tot Amerika en aan tal van andere facet ten van het voor velen nog altijd ge heimzinnige Rusland. MICHEL GORDEY werd in 1913 in Rusland geboren uit Wit-Russische ouders, die in 1920 het land verlieten en na omzwervingen in Letland en Duitsland zich uiteindelijk in Frankrijk vestigden. Michel studeerde rechten aan de Parijse universiteit en oefende het beroep van advocaat en procureur uit, totdat hij in dienst trad bij de Franse infanterie en later bij de Gene rale Staf. Hij trok, nadat hij bij de be zetting van Frankrijk gedemobiliseerd was, naar Amerika, waar hij in de jour nalistiek ging. Toen Frankrijk bevrijd was, werd hij Amerikaans correspondent voor Paris- Presse en in 1946 volgde zijn benoe ming tot diplomatiek reizend corres pondent voor France-Soir, één van de belangrijkste dagbladen van Frankrijk. Zijn werk voerde hem o.a. naar de Al gemene Vergaderingen van de Ver enigde Naties, naar Duitsland, Polen, Joegoslavië, Tsjechoslowakije, Zwitser land, Zweden, India, Indo-China en Australië. Het mag enige verwondering wek ken, dat Gordey zijn visum voor Mos kou van de Russische autoriteiten ge kregen heeft. „Ik ben nooit bijzonder sovjet-gezind geweest", zegt hij zelf „en overigens ook niet systematisch anti-sovjet. Ik heb altijd in mijn arti kelen mijn hoop op vrede, op een Rus sischAmerikaanse samenwerking uitgesproken, maar ik heb nooit be paalde geweldmethoden goedgekeurd, die de USSR na de oorlog, in Europa en elders, heeft toegepast" Hij gelooft, dat zijn visumeen proefneming was. Een proefneming, die er in be stond, een „burgerlijk journalist" toe te laten, die niet als „communisten vreter" bekend stond en die een aan hanger scheen van internationale ver standhouding en samenwerking. Het kon niet uitblijven, dat Michel Gordey tijdens zijn verblijf in Rusland herhaaldelijk stuitte op strenge consig nes en gesloten deuren, maar hij drong toch dan hier en dan daar door en ver zamelde zijn gegevens zo onafhanke lijk mogelijk. UET IS MOEILIJK na de bonte men geling van mededelingen en me ningen over Rusland, waarmede wij overstroomd zijn, te beoordelen, in boeverre Gordey erin geslaagd is een objectief en waarheidsgetrouw verslag van zijn in boekvorm verschenen be vindingen te leveren; het maakt in elk geval de indruk van een eerlijk ge tuigenis, van een conciëntieus onder zoek naar de oorzaak van de ontelbare controversen, die de buitenstaander het spoor zo vaak bijster doen worden. Wanneer we ons willen opsluiten in een op verwarrend feitenmateriaal ge baseerde volledige afwijzing van het tegenwoordige Rusland, dan kunnen we dit boek beter terzijde leggen. Maar wensen wij ons oordeel het blijft een afwijzend oordeel te fun deren op een tegen elkaar afwegen van wat ten voordele en ten nadele van de Sovjet-Unie gezegd kan worden, dan treffen wij in „Visum voor Moskou" een boeiende handleiding aan. Het is verleidelijk om uit het boek te citeren. Laten we volstaan met enkele samenvattingen. Bij het zien van een anti-Amerikaans toneelstuk bleek Gor dey, dat de primitieve bruutheid van de Amerikaanse „businessman", de on zedelijkheid van de jonge Amerikaanse vrouwen en het politieke opportunis me van de Anjerikaanse militairen en leiders breed worden uitgesponnen en door de toeschouwers gretig worden aanvaard. Doch na een ander stuk gezien te hebben, waarin de Russische weten schap verheerlijkt wordt, kwam hij tot de conclusie, dat de plompe vaststel ling van de „superioriteit van de sov jet-wetenschap", de volslagen minach ting voor de geleerden van de „andere wereld", de zeer duidelijke aanwijzing, dat een internationale samenwerking onder de huidige omstandigheden on mogelijk is, tal van sovjetintellectuclen moeten schokken, vooral van de oude re generatie. PORDEY ONTDEKTE de volkomen eenzijdigheid van de kunst, het ab solute geloof, ook van intellectuelen, in de waarheid van de sovjet-propa- ganda en de immense verering van de alwetende en aigoede Stalin. In een gesprek, dat hij had met een zekere Tsjerkassow over het wezen «van de vrijheid, antwoordde laatstgenoemde: „Wij hebben geen tijd te verliezen met nietige controversen. Wij moeten het socialisme, vervolgens het commu nisme opbouwen. Al deze ijdele dis cussies dienen nergens toe. Ik heb ver trouwen in Stalin: hij heeft van mijn land gemaakt wat het op het ogenblik is. Hij heeft de oorlog gewonnen. Hij heeft dus ook in literaire of weten schappelijke kwesties gelijk". Aan de andere kant geeft Gordey een beschrijving van een met grote blijdschap in de kathedraal van Mos kou gevierd Paasfeest en vertelt hij van de toenemende welvaart en de toenemende koopkracht ook van de eenvoudigste Sovjetburgers. Hieruit blijkt dat de auteur al be schrijft hij veel feiten en verschijnse len, die ons niet onbekend waren er ernstig naar gestreefd heeft beide kanten van de Sovjet-Unie zo eerlijk mogelijk te belichten. Ten slotte blijkt dat ook uit zijn „inventaris van mis vattingen." Wat de Westerse wereld betreft, somt hij ais zodanig op: de sovjetmensen zijn barbaren: de sovjetmensen zijn (in vergelijking met het Westen) tech nisch achterlijk; de sovjetmensen staan op het punt een agressie tegen het Westen te beginnen; de sovjetmensen zijn slaven, die er slechts op wachten uit hun slavernij bevrijd te worden. De misvattingen van de Russen zijn: de beschaving van de Westerse landen is in volledig verval; de Westerse lei ders zijn oorlogsophitsers, maar de volkeren van het Westen verdedigen de vrede en zijn vol sympathie voor de Sovjet-Unie; het Westen maakt zich gereed de Soyjfet-Unie aan te vallen, omdat „het kapitalisme oorlcig in zich draagt als een wolk het onweer"; de Westerse volken leven in ellende en verdrukking. Zij wachten er slechts op ervan bevrijd te worden. DIT BOEK is geschreven door Dr. P. C. Visser, voormalig ambassadeur te Moskou en uitgegeven door Van Holke- ma en Warendorf N.V. te Amsterdam. Het is vlot geschreven en dat was te verwachten van de man, die over de Karakorum-expeditie welke hij met zijn vrouw als trouwe partnerin onder nomen heeft, boeiende reportages heeft geschreven. Dit boek is vooral merk waardig omdat de schrijver in de felle strijd welke tegenwoordig in een zenuw oorlog tussen Oost en West Europa wordt uitgevochten geen partij kiest al blijkt dan ook uit menige beschouwing, dat hij Rusland bekeek als een goed Ne derlander, die, als hij kiezen mocht, ze ker niet aan de zijde van Stalin en diens medemachthebbers zou staan. Diplomaten hebben de taak alles-na te laten wat de "egerirg van het land waarin zij ons vertegenwoordigen kan prikkelen en Dr Visser is, nu hij weer in Holland woont, niet van deze ge dragslijn afgeweken. Hij vertelt als een toerist, die na een langdurig verblijf in den vreemde huiswaarts gekeerd is over leven en werken in de huidige Sov jet-Unie en hij laat ons daarvan niet alleen datgene zien waai van wij dage lijks doordrongen worden, maar ook veel, dat hij met bewondering aan schouwd heeft. Uit alles blijkt wel, dat v/at hem uit deze levenskrachtige staat liet meest verontrust de onderdrukking der vrije meningsuiting is, het opgaan van de onbetekenende eenling in het staatsgeheel waaraan zijn leven volko men ondergeschikt is. Daarnaast treft hem dan de slaafse gehoorzaamheid waarin men overal in het gareel loopt. Hoe hij er woonde, met wie hij in aan raking kwam en wat hij op zijn uit stapjes in de staat gezien en gehoord heeft, het is een boeiend verhaal ge worden, dat aangevuld werd met een beschouwing over het ontstaan en de ontwikkeling van het Bolsjewisme, de godsdienst in de Sovjet-Unie en de ver houding van deze staat tot het buiten land. Aan het slot van het boek komt Dr. Visser tot de conclusie, dat er zijns inziens geen eindstrijd met de wapenen zal zijn mits men in het Westen, ge steund door een krachtig afweerappa- rsat, een eenheid vormt ter verdediging van onze vrijheid en geestelijk bezit, een West Europese Federatie waarin ons land met ere zijn plaats zal moeten innemen. Interessante foto's geven een indruk hoe er thans in Rusland en in het bij zonder in Moskou gebouwd wordt. UET IS ZEER BEPAALD NIET onbegrijpelijk, dat bij tijden de organisatle- vormen van de Rooms Katholieke Kerk en de manier, waarop deze in de wereld vertakt zijn, een onderwerp van nauwkeurige studie ook en vooral voor niet-katholieke schrijvers uitmaken. Want het moet voor de niet-katholiek, die in het algemeen noch tijd noch gelegenheid kan vinden zich te verdiepen in de problemen rond het Vaticaan, wel altijd een raadsel blijven hoe temidden van de stormen van de tijd de Rooms-Katholieke Kerk steeds recht blijft staan niet alleen, maar bijna tegen de verdrukking in blijkt te groeien. UET BOEK van de Amerikaan Paul Blanshard, dat door Willem Hijmans ir. het Nederlands is vertaald en dat is uitgegeven door Ruys Uitgeversmaat schappij N.V. te Amsterdam, is hiervan een bewijs. Wij hebben de indruk dat de schrijver niet zomaar een wilde aan val op de Rooms-Katholieke Kerk heeft willen doen. Hij erkent nadrukkelijk de godsdienstvrijheid als een van de stut ten van de democratische maatschappij, maar wèl heeft hij het als zijn taak ge zien aan te tonen dat deze kerk niet uitsluitend een religieuze macht is, maar door haar klaarblijkelijke politieke in vloed mede een staatkundige macht van sterk groeiende betekenis. BLANSHARD HEEFT om dit aan te tonen vrijwel uitsluitend de Katho lieke geestelijkheid aan het woord ge laten en beurtelings encyclieken of Katholieke publicaties van lagere or. ganen geciteerd. Wij hebben de indruk, dat dit een ernstig boek is. Het kon dan ook niet anders of de schrijver werd van Katholieke zijde niet alleen heftig aangevallen, maar de Katho lieke Amerikaan O'Neill liet bij Har per and Bross in New York een boek verschijnen, dat poogde de stellingen van Blanshard te ontzenuwen. Deze gang van zaken is naar ons voorkomt vele malen ernstiger dan de v/ijze waarop de zogenaamde „Katholie-, ke actie" in Nederland op de verschij ning van de vertaling heeft gereageerd. Zij zond(klaarblijkelijk aan alle dag bladen) een rondschrijven, waarin ver meld was dat Blanshard zich zozeer had laten leiden door een kennelijke haat tegen de Rooms-Katholieke kerk, dat zijn boek een volkomen vals beeld van deze kerk gaf en dat de Katholie ke actie zich derhalve ontslagen kon achten van het geven van een tegen spraak. T\E BERICHTEN, DIE ONS de laatste weken van het Koreaanse front hereiken, wijzen opnieuw op de uiterst zware gevechten, die de troepen der Ver. Naties hebben te leveren tegen de uitstekend uitgeruste en in aantal zeer sterke com munistische tegenstanders. Wij die zelf nog slechts enkele jaren terug de ellende van de oorlog aan den lijve ondervonden, gaan nu de strijd ver van huis in meedogenloze hevigheid woedt, dikwijls maar al te lichtvaardig aan het gebeuren in Korea zelf voorhij. Het e«ige waar wellicht wat aandacht aan wordt ge schonken, zijn de eentonige en nog altijd weinig vruchtbare debatten op politiek niveau welke elders over Korea worden gehouden. ïyE OORDELEN op het ogenblik evenmin objectief over de Sovjet unie als in 1945. Toen hebben we het op gezag van theologen en ambassa deurs gezien als een land, dat een ten- denz vertoonde naar een meer demo cratisch en minder fanatiek-atheïstisch bestel. Kravchenko en Koetsier waren nodig om er ons aan te herinneren dat het paradijs in Rusland nog allerminst i" staat van wording was. Zelfs is er op het ogenblik neiging, om naar de andere kant door te slaan en hysterie, angst en haat het laatste woord te laten. Daaraan hebben uiteraard de Russische leiders zelf de grootste schuld. Een grote mate van geheimzinnigheid over eigen doen en willen, gepaard aan een nog steeds niet volledig gepeilde maar stelselmatige spionnage hij de vroegere bondgenoten is evenmin in staat om ons gerust te stellen als de scheldcam- pagne van De Waarheid en de activiteit van op zijn minst verblinde en onnozele „vredesvrienden". TOCH BLIJFT rustige bezinning gebo den. Op het moment, dat daaraan zeer veel behoefte blijkt te bestaan is er een rustig en nuchter boek versche nen van een man, die op een beslissend moment in de relaties tussen Moskou en de Westelijke landen achter het IJzeren Gordijn heeft kunnen kijken. Luitenant-generaal Bedell Smith werd namelijk in Januari 1946 naar de Sov jet-Unie gezonden als ambassadeur der Verenigde Staten. Er waren diverse re denen voor deze zeer belangrijke en eervolle benoeming. De voornaamste was wei deze, dat hij als militair in Europa contact had gehad met verschei dene Russische officieren en daardoor misschien door de harde korst zou kun nen heenbreken, die de betrekkingen tussen Oost en West begon te overdek ken. Bedell Smith heeft zich in de drie en een half jaar van zijn verblijf te Moskou volledig aan zijn zware taak gegeven. Hij nam onder meer deel aan de vier-mogendhedenbesprekingen, welke een eind maakten aan de door de luchtbrug tot mislukking gedoemde blokkade van West-Berlijn. Ook op an dere wijze bad hij een zo intensief con tact met de voornaamste Russische lei ders, dat hij een behoorlijk inzicht kreeg in de Russische plannen en bedoelin- i gen. BEDELL SMITH ....de deur is dicht.... JAIT INZICHT nu is op uitstekende wijze samengevat in zijn boek „In de schaduwen van het Kremlin", uitge geven door Moussault te Amsterdam. Nadrukkelijk stelt hij vast, dat Moskou de deur voor een accoord met het Wes ten heeft dichtgeslagen. Het wilde het communisme aan het Westen opleggen. Verdrag van Brussel, Marshallhulp, At lantisch Fact en militaire hulpverlening hebben de weerstandskracht van het Westen tegen deze dreiging aanmerke lijk versterkt. Smith meent echter, dat er in Europa een groep vrije, krachtige en vooruitstrevende staten dient te ont staan, verbonden door een harmonisch samengaan en een nauwe politieke, eco nomische en militaire samenwerking. Onafhankelijk van Amerika en onbe vreesd voor Rusland zou deze groep een stabiliserende factor van de allergroot ste betekenis kunnen vormen. Het is allerminst uitgesloten, dat Smith zijn perspectief voor Europa thans anders zou formuleren dan in 1949. Er is sindsdien de idee opgeko men van een samengaan, dat veel nau wer is dan Bedell Smith zich droomde. Maar zijn analyse van de Russische po litiek biijft haar waarde behouden, om dat zij in grote lijnen nog steeds de toestand van dit moment dekt. Voor verdieping van het inzicht in wat er gaande is behoudt dit boek derhalve ten volle zijn waarde. De vertaling van Rufus is niet schit terend, hier en daar komt nogal te veel het Engelse origineel om de hoek kii- ken. UEN DERGELIJKE (ofschoon soms wel te verklaren houding) is uit eindelijk niet te verantwoorden, want Korea is niet slechts een zaak van de bewoners van het bergachtige schier eiland aan Azië's Noord-Oostkust zelf, of van de millioenen soldaten, die er strijden, doch ook van ons, van u en mij. Het is daarom geen overbodige weel de eens het „Tjot" van Wim Dussel (uitgave De Boer Jr., Amsterdam) te lezen. Wim Dussel trok als luitenant met het eerste contingent Nederlandse vrij willigers naar het gevechtsterrein in Korea. Op een soms wat ruige toon maar daar is hij soldaat voor ver telt Dussel over de ervaringen van de Nederlandse Korea-mannen en hij doet dat uiterst suggestief. Zó, dat men moet erkennen, dat de bewondering, die reeds verschillende malen van geallieerde zijde voor het werk van de Hollanders is geuit, zeker niet tot de routine-lof prijzingen moet worden gerekend. Over het algemeen krijgt men over de strijd in Korea maar weinig foto materiaal onder ogen. In die leemte wordt door het boek „Tjot" eveneens voorzien. Als men een foto ziet van een soldaat, eenzaam achtergebleven op do route, zittend met het hoofd op de op getrokken knieën, het geweer moede loos naast hem op de grond, komt men even op weg in zijn pogen zich de gees tesgesteldheid van de soldaat in de strijd in te denken. „Soms kan dit gebeuren: de soldaat wil niet meer, kan niet meer. Hij „ziet er niets meer in" en gaat zit ten. Misschien huilt hij eens flink en heel lang. En dan is het over. Zo is de mens in de oorlog", zegt het onder schrift. En laat als ge de foto op blz. 69 ziet van het verwoeste Hoengsoeng, uw gedachten eens mét die van de sol daat die dit diep trieste toneel aanziet, gaan over alles wat er op die van uw woning zo verre plek gebeurd kan zijn. Het is voor Nederlanders nodig méér te vernemen over „Nederlanders in Ko rea". „Tjot" kan u inlichten. W. K. Zoals gezegd, hebben wij de indruk dat Blanshard zijn boek ernstig heeft gemeend en dat hij een bijdrage heeft willen geven tot de oplossing van de vraag waar de macht van de Katholieke kerk ophoudt. Een probleem, dat uiter aard in ons land met zijn groeiende be volking eveneens van grote betekenis kan worden geacht. Dit boek is zeker niet geschikt voor de leek, die niet tot oordelen bevoegd is. Het zou een indruk kunnen wekken die niet door de feiten wordt gestaafd. Op zichzelf hebben wij tegen het ver schijnen in het Nederlands geen enkel bezwaar. Wij moeten ons alleen afvra gen of de samenspraak tussen Katholie ken en niet-Katholieken door dit boek niet wordt geremd. De Nederlandse eigenschap van verdraagzaamheid leert immers, dat er te allen tijde voor ieder van ons in ons land wel een plekje is om te leven. Wij zullen ons pas dan te weer stellen, indien enige organisatie poogt ons van de aileenzaligmaking ha- rer idééën te overtuigen. Op dat mo ment „passen" wij met nadruk. H. M. K. Maaike de kleine Oranje ONDER DE TITEL „Maria van Oranje" heeft het knappe boek van de bejaarde, doch nog zeer vitale schrijf ster Marie van Zeggelen, dat als „Maai ke, de kleine Oranje" nu in de derde druk verscheen, reeds vele harten ver overd. Ook onder zijn nieuwe titel zal deze grote historische roman zijn weg ongetwijfeld vinden. Marie van Zeg gelen heeft veel vóór op de auteurs van vele historische romans. Zij plaatst zich in gedachten in de tjjd en omstandig heden van haar personages en ontwik kelt dan het verhaal, dat zich volko men binnen het raam van de histori sche feiten afspeelt. Andere schrijvers dichten een willekeurige liefdesroman rond een bepaalde figuur, die dan wordt „volgeplakt" met antieke etiket ten, terwjjl geschiedkundige feiten hij wijze van décor om hem heen worden gestapeld. De personages worden zo doende in een harnas gezet, waardoor ze wel oud zijn, maar allerminst bewe gelijk en bekoorlijk. Marie van Zegge len heeft de lotgevallen van Maria van Oranje gevolgd, alsof ze een beste vriendin van haar was. De bewogen tijd van Willem de Zwijger wordt weer levend en krijgt kleur en reliëf door de toon welke de schrijfster weet te tref fen. In de rijke uitgave van Meulen- hoff te Amsterdam, is dit boek een kostbaar bezit, dat zijn lezers vreugde zal schenken, urenlang. BEGRIJPELIJK VOOR het kind is de toon, waarin de Wereldgeschiedenis in een notedop, uitgegeven door Hollandia te Baarn is gesteld. Men behoeft niet bevreesd te zijn voor lange series jaar tallen of ingewikkelde staatsproblemen Zij zijn hier bewust weggelaten en dat is het overzicht van de geschiedenis, van het ontstaan der aarde tot de kou de oorlog toe, zeer ten goede gekomen. Deze duidelijke en bevattelijke geschie- denisleer, die wij voor de jeugdige le zers stellig durven aanbevelen, beleefde reeds zijn zesde druk. Schemering over Sjanghai ER ZIJN heel wat Chinese romans ge schreven door westerlingen, die van China niet meer wisten dan wat zü er over gehoord of in een korter of langer verblijf van gezien hadden. Men kreeg dan als 't ware een zogenaamde Chl. nese maaltijd in een Hollands restau rant, die toch altijd anders was dan men ze in een eethuis in Sjanghai zou krij gen. Deze roman over Sjanghai, uitgave J. Philips Kruseman's U-M. N.V., is ge schreven door een Chinees, die in zijn land als een der meest bekende schrij vers van 't huidige China bekendstaat en uitstekend op de hoogte is van de westerse literatuur. Deze roman toont hoe in Sjanghai de Oosterse en de Wef terse literatuur langzamerhand versmei ten. Het is meer een zaken- dan eei liefdesroman en verscheidene vooraar staande figuren in de bank- en zake: wereld treden hierin op de voorgroni De opstand van spinsters in een zjjdeft briek en de wijze waarop deze opstand de kop ingedrukt wordt zijn wel een l>e- wijs, dat de minder met aardse goederen bedeelden in China vóór Chang Kai Chek en zijn vrouw het hervormingsge nootschap „Nieuw Leven" stichtten, nog I maar heel weinig te vertellen hadden. Mao Tun weet personen en toestanden j zo te karakteriseren, dat men ze niet licht zai vergeten. Het Nederlandse detachement Korea-vrijwilligers, dat in de strijd der Verenigde Naties tegen een vaak overmachtige vijand zo'n uit stekend figuur zou. slaan, komt hier op 8 December 1950 in de haven van Poesan aan. Directie: J. BULSMA en C. E Hoofdredacteur: H. M. KOEMANS Redactie: Achterdam 18, Tel. ADVERTENTIES e ABONNEMENTEN Voordam 11, Tel. J Postgiro 187294 DAGDAD, DE hoofdsta< u weest van felle betogi sonen werden gedood en premier Ocmari, dat na voorbereiding van nieuw zonder succes een nieuw moed, chef van de gene nieuwe kabinet telt vers betogingen, waaraan naa met messen, zwaarden studenten door de stad Amerikanen. Niettegcnst Amerikaanse ambassade kaanse voorlichtingsdiens aantal politieposten. Ooi De communisten, die sii voeren, zagen hun kans De „vredespartisanen" rx Betogende studenten, die tegen de communisten. j^OEWEL Irak een vai sociaal opzicht ten ven gebieden van het i is, moet men als 001-2 betogingen naast de op de oude kieswet stellen 1 de ontevredenheid ovi kloof tussen rijken en tot zuivering van het 1 en ontevredenheid over van de olieeoncessies Vi Iraakse Oliemaatschappi positiepartijen eisen o.a van senatoren inplaats ming; agrarische herv het voorbeeld van geni maatregelen in Egypt van het Brits-Iraakse weigering om deel te n voorgenomen geallieerd in het Midden-Oosten. I: de oppositie gaan stemr olie-industrie te nation: Hoewel de toestand de loop van Zondag wee worden de belangrijke der bewaking gehouden stad de staat van beleg Generaal Mahmoed is Het Westduitse Const heeft meegedeeld, dat di van het verzoek van pi om een uitspraak over d heid van de verdragen ir op verzoek van de Bor uitgesteld, wegens ziekte naamste regeringsvert prof. Hallstein. Intussen poogt Adenaui dat de ratificatie van de Bonn en het Europese-l< 4 en 5 December in tw lezing wordt behandeld. L aanhangers van hem bi een motie indienen. ,„Pe leider van de soc .°PP'osltie, Ollenhau ril J aï de ratificatie de zomer te houden algi zingen moet worden uit r <?eval een ""si Sgewacht?n H°f dtel „_Pet congres van de W rale Par tij heeft een rest men, waarin de ratifieatii 5fse„ verdragen wordt de geallieerden wordt voor Kerstmis een 0 oorlogsmisdadigers vrij t de ct5--?i,e aanval met k waren FlChten van d' Zwar?A3.te.rdaS: in het tocht 7^'riler a'ffeheei i dat ri„ a£ kwam hel de bevoorradingsbasi eiwachting tot mor ?ouDE NA( buien n bew°lkt m. Wind ^«wegend r liehio Vannacht op i Peratuu?rst',morgen 0 &unt.enkele grad{ I6.37SD4G: Zon op Maan op 13.45,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Alkmaarsche Courant | 1952 | | pagina 16